111 in [stil! Courant.
ZIJN UMTSTE WENSDH.
Provinciaal nieuw»
Dinsda? II Februari
Radio-hoekje
VOORTUINTJES.
vpudige lijnen spreken en verkleinen het tuin
tje niet.
Een groote open ruimte is prettig en zoo'n
plaats om wat tuinmeubelen neer te zetten,
welke vrijwel in alle prijzen in den handel
zijn, draagt veel bij tot versiering van het
voortuintje en maakt de onderhoudskosten
daarvan volstrekt niet grooter.
Voor de kleinste tuintjes is een eenvoudige
grindbedekking aangebracht op een onder
laag van sintels, dit voor draineering, het
beste. Wanneer daarop eenige tuinmeubelen
worden geplaatst en een paar tobbetjes of
potten gevuld met bloemplanten, zooals die
's zomers wel in het plantsoen staan, ziet het
geheel er goed uit, 't is geen rommelig tuin
tje en kan door ieder gemakkelijk onderhou
den worden.
Stamrozen moeten niet in voortuinen wor
den geplant, ze zijn duurder dan struikrozen
ook in onderhoud en bovendien zijn de stokken
hinderlijk voor 't uitzicht, zoo'n rijtje van die
stamrozen is niet decoratief.
Een pad van 't hekje naar den ingang van
de woning maakt men van grijze of roode ba-
zaltinetegels, deze zijn sterk en vragen geen
onderhoudskosten. Z.g. Wezerzandsteenbrok-
ken zijn voor geregelde passage ongeschikt al
kunnen zulke flagstone's in andere tuingedeel-
ten het wel goed deen.
Eenige fantasie is bij eiken tuinaanleg ge-
wenscht; maar de practische kant moet daar
bij steeds in 't oog gehouden worden, anders
zijn teleurstellingen het gevolg.
Alkmaar, 7 Februari 1930,
B. HOEK.
BERGEN.
Behandeling van de begrooting
1930 door den raad.
Batig slot 1928 19214,58 Gewone dienst
ontvangsten en uitgaven f 315489,97 On
voorziene uitgaven f 11321.465. Kapitaal-
dienst ontvangst en uitgaven 228475.12.
De raad vergaderde gistermiddag 1.30 uur
voltallig.
De notulen werden, na eenige bemerkin
gen door den heer Swaag goedgekeurd.
Van Ged. Staten waren verschillende goed
keuringen ingekomen.
Het schrijven van Alkmaar inzake de gas
levering, waaruit het volgende bleek:
Dat aan de gas verbruikers te Bergen in
1929 is afgeleverd 233.120 M3. gas, en ie
gasprijs voor 1930 blijft bepaald op \3'/ï
cent per M3. (Aflevering in 1926, 150.152 M3.
gas; in 1927 197.161 M3.; en in 1928
222.925 M3. gas).
(De eerste verlaging van den gasprijs met
cent, treedt in bij een afname van
350.000 M3.)
Werd voor kennisgeving aangenomen.
Verzoek V. V. V. inzake perso-
neele belasting
om bij de bepaling van de klasse waarin de
gemeente voor de heffing der personeele be
lasting bij de inwerkingtreding der Wet tot
herziening van de financieele verhouding
tusschen Rijk en de gemeenten. Bergen in
een hoogere klasse te rangschikken.
(Burgemeester en Wethouders stellen voor
dit verzoek aan te houden totdat deze zaak,
waaromtrent vóór. 1 September a.s. een be
slissing moet worden genomen, aan de orde
zal worden gesteld).
Conform besloten.
Voor kennisgeving werden aangenomen
een verslag van de cursussen die in de plaats
van het vervolgonderwijs waren gegeven,
alsmede een verslag van de gemeente-wijk
zuster.
Rapport van den gemeente-opzichter in
zake verbouw van de openbare U. L. O. tot
lagere school.
B. en W. stellen voor het advies van den
inspecteur af te wachten; die eerst weer in
lichtingen moet bekomen van den teclmi-
schen adviseur van onderwijs.
De heer Den Das verklaarde het met
de conclusie van den opzichter niet eens te
zijn, aangezien deze z.i. geen doorstaande ar
gumenten gebruikt.
Spr. zou het betreuren als het argument,
dat vereenigingen die de school gebruiken,
in moeilijkheden zouden komen dit is
alleen met de timmercursus het geval tot
afwijzing zou leiden.
Hij hoopt dan ook, dat het rapport niet tot
een ongunstige beslissing zal leiden.
Conform het voorstel van B. en W. werd
hierop besloten.
Besloten werd een verzoek van de Ouder
commissie om voor de nieuwe O. L. school
alsnog een terrein ten Westen van de Open
bare Begraafplaats aan te wijzen, aan te
houden tot het advies van den Inspecteur van
het L. O. is uitgebracht.
Een verzoek van de Berger Schoolvereeni-
ging om bij het vaststellen der vergoeding
over 1927 en 1928 rekening te houden met
het gemiddeld aantal leerlingen in die jaren,
werd in handen van B. en W. om advies
gesteld.
Een verzoek van hetzelide bestuur inzake
de afrekening van de instandhoudings-
kosten werde in handen van B. en W. ter af
doening gesteld.
De heer P. Bakker, aftredend lid van het
B. A. weid herkozen.
Behandeling van de Begrooting.
De heer Den Das wenscht van de ge
legenheid gebruik te maken om in het alge
meen critiek op het beleid van B. en W. uit
te oefenen. Dit college wacht z. i. veel te
lang met het uitvoeren van vraagstukken,
waarvan het de uitvoering heeft toegezegd.
Het Arbeidsreglement bleef nog steeds uit.
Ook met het aan de orde stellen van het uit
breiden van het rioleeringsplan wordt te lang
gewacht, terwijl de slachthuisplannen z. i.
ook te lang getraineerd worden. Spr. drong
aan op werkverdeeling in het college Het
wegenplan was z.i. ook niet op de juiste
wijze behandeld. Met genoegen had hij ge
constateerd, dat men den laatsten tijd een
betere methode volgt. Voorts vroeg hij hoe of
het staat met de watervoorziening in de
buitenwijken. In het belang van de Volks
gezondheid drong hij aan op het stichten
van een badgelegenheid, waar de school
kinderen het zwemmen kunnen leeren. De
leerlingen van de Berger Schoolvereeniging
beschikken reeds over zoo'n gelegenheid in
een kom in het land van den heer Masch-
meijer.
De voorzitter antwoordde.dat B. en
W. inzake het Arbeidsreglement de Ziektewet
afwachten en van meening waren, dat het
Ambtenarenreglement daar ook verband mee
houdt. Het rioleeringsplan komt met het uit
breidingsplan aan de orde.
Het slachthuisplan wacht op technische
voorlichting.
Wethouder Apeldoorn was van mee
ning, dat bij werkverdeeling in het college
de salarissen van de wethouders herzien
moeten worden. Spr. ziet de noodzakelijkheid
van werkverdeeling niet in.
De heer Zeiler wenschte het voorstel
van den heer Den Das inzake het stichten
van een zwemgelegenheid aan te houden tot
een volgende begrooting.
Wethouder B o g t m a n zou gaarne zien,
dat een vereeniging voor een dergelijke ge
legenheid het initiatief nam. Hij meent
voorts, dat alleen stofvrije wegen en straat
wegen een goede oplossing kunnen brengen.
Dr. H e m e 1 r ij k hoopte, dat zich een
vereeniging zou vormen voor een zwem
gelegenheid, z. i. is gebleken, dat de Raad er
voor voelt, waarom spr. wil dat een post
pro memorie als subsidie op de begrooting
wordt geplaatst.
De heer Den Das stelde nog de badge
legenheid „De Ham" bij Krommenie
wormerveer als voorbeeld.
öp voorstel van den voorzitter werd de
discussie over dit punt gesloten.
Wethouder Bogtman gaf nog als zijn
meening te kennen, dat het stagneeren van
plannen vaak een gevolg is van de houding
van den Raad, die meermalen de plannen
van B. en W. ondersteboven wierp.
De voorzitter zeide nog, dat met
Ged. Staten onderhandelingen gaande zijn
over de uitbreiding van het waterleidingnet.
De algemeene beschouwingen werden hier
na gesloten.
Op een vraag van den heer Den Das zeide
wethouder A p e 1 d o o r n, in principe niet
tegen eenige verhooging van salarissen van
de lagere ambtenaren te zijn.
De heer Swaag was nog steeds tegen
de salarisverhooging van Burg., Secr. en
Ontv. en vond de andere salarissen voldoen
de, omdat de ambtenaren ook premievrij pen
sioen hebben.
De heer B a 1 t u s verklaarde zich tegen
de salarisverhooging van de lagere ambte
naren, wanneer die salarissen niet over de
geheele linie worden verbeterd.
De heer Zeiler zou, wanneer B. en W.
niet de toezegging gaven, spoedig met voor
stellen tot verhooging van de salarissen der
lagere ambtenaren te zullen komen, een in
cidenteel voorstel doen.
De heer Den Das gaf den heer Zeiler
in overweging daarmee te wachten. Ook hij
v/as alleen voor salarisverhooging over de
geheele linie.
De Voorzitter zegde toe, dat men
de voorstellen, als door den heer Zeiler be
doeld, spoedig tegemoet kan zien.
Door den heer Den Das wordt voor
gesteld de salarissen der beide wethouders
Ko. 35 1930*
Honderd twie en dertigste Jaargang.
Woensdag 12 Februari.
Hilversum, 1875 Af. 10.10.15 Morgen
wijding. 12.15—2.— Concert door het A. V.
r O.-Trio. 2.-3.Gramofoonmuziek 3.
4 Naaicursus. 4.4.30 De voornaamste
studiemuziek voor piano, uitgevoerd door Eg-
jjert Veen. Toelichting door Louis Schmidt.
5.-5.30 Lezing door J. C. Mol over: Weten
schap-Onderwijs en Film. 5.306.45 Con
cert door het Omroeporkest. 6.45—7.15 Itali-
aansch voor beginners. 7.157.45 Itali-
aansch: Gevorderden. 8.01 Aansl. Tivoli-
Schouwburg te Rotterdam: Uitzending van
,Turf in je Ransel". Revue door Louis Bouw
meester. In de pauze persberichten. Na afloop
der revue: Gramofoonmuziek. 12.Sluiting.
Huizen, 298 Af. fNa 6 uur 1071 Af.)
(Uitsluitend N. C. R. V.) 8.15—9 Concert.
1030—11— Ziekendierst. 11.11.30 Gra
mofoonmuziek. 11.3012.30 Harmoniumbe
speling. 12.30—2.— Concert. Zang, viool en
piano. 2.-2.45 Concert. Sopraan, fluit en
orgel. 2.453.15 Lezen. 3.154.15 Vervolg
concert. 4.155.— Gramofoonmuziek. 5.
6.Kinderuurtje. 6.6.30 Cursus Radio
techniek. 6.306.40 Koersen. 6.40—7.10
Cursus Beschrijvende Meetkunde. 7.108.10
Voor de Rijpere Jeugd. 8.108.40 Bestuurs-
mededeelingen door den voorzitter. 8.40—9.
Concert door kwartet. Twee violen, alt en
cello. 9.—9.20 Lezing. 9.20—9.40 Vervolg
concert. 9.40—10.— Lezing. 10.—10.10
Persberichten. 10.10—11.— Vervolg concert.
Daventry, 1554.4 Af. 10.35 Morgenwij
ding. 11.05 Lezing. 11.20 Gramofoonmuziek
12.20 Concert. K. Nelson Cookes, sopraan.
Ch. Harrinson, bariton. 12.50 Gramofoon
muziek. 1.202.20 Orkestconcert. 2.50 Uitz
voor scholen. 3.40 Concert. Trio. E. Arden,
alt. 5.05 Orgelconcert door R. New. 5.35
Kinderuurtje. 6 20 Landbouwber. 6.35
Nieuwsber. 7.Piano-trio's. 7.207.40 Le
zing. 7.45 Lezing. 8.05 Concert. Instrurn.
Kwintet. N. Sabini, sopraan. 8.50 „The
Dawn" Eén-acter van Naomi Jacobs, 9.20
Nieuwsberichten. 9.40 Lezing. 10.Orgel
concert. 10.40 Concert. Orkest. V. Armstrong,
tenor. 11.3512.20 Dansmuziek.
Parijs Radio-Paris1725 Af. 12.50—2.20
Gramofoonmuziek. 4.05 Concert. Orkest en
soli. 6.55 Gramofoonmuziek. 7.40 Gramo
foonmuziek. 8.20 Orkestconcert.
Langenberg, 473 Af. 6.207.20 Gramo
foonmuziek. 9.3510.30 Gramofoonmuziek.
10.4011.20 Muziekuitz. voor scholen. 11.30
Gramofoonmuziek. 12.251.50 Concert. Or
kest en sopraan. 4.505.50 Orkestconcert.
7.208.20 Orkestconcert. 8.209 20 Vroo-
lijk programma.
Kalundborg, 1153 Af. 2.504.50 Concert.
Orkest en declamatrice. 7.357 50 „Famiüen
Hansen" van Jens Locher. 7.508.50 Or
kestconcert. 9.20—9.55 Pianorecital. 10.10
—10.30 Zang door A- Olesen.
Brussel, 508-5 Af. 5.20 Trio-concert. 6.50
Gramofoonmuziek. 8.35 Orgelconcert. 9.20
Concert. Orkest, cello-soli en zang-
Zeesen, 1635 Af. 6.1510.05 Lezingen en
berichten. 11.20—12.15 Gramofoonmuziek.
12.15—12.50 Berichten. 1.20—1.50 Gramo-
foonmuzek. 2.052.50 Jeugdtooneel: „Pole
Poppenspaler". 2.503.50 Berichten en le
zingen. 3.50—4.50 Concert uit Hamburg.
4.50—8.05 Lezingen. 8.05 Vroolijke avond
uit München. Daarna: Berichten en tot 11.50
Dansmuziek.
(Vervolg).
Noemde ik in mijn vorig opstel over boven
vermeld onderwerp de fouten op, ik zal nu
eenige middelen aangeven, welke bij ernstige
opvattingen verbeteringen kunnen aanbren
gen.
Het is in de allereerste plaats noodig dat
de aanlegkosten van een voortuin dit geldt
trouwens voor alle tuinen in overeenstem
ming worden gebracht met de onderhouds
kosten. Bij den eersten aanleg is het dus ge-
wenscht te bepalen wat men in de volgende
jaren voor onderhoud wil besteden. Dus geen
dure aanleg en niet onderhoudenwant dan
staat reeds bij voorbaat vast, dat de hooge
aanlegkosten ongemotiveerd zijn geweest.
Ook moet de soort van aanleg bekeken worden
in verband mpt de bewoners van 't huis. Hun
welstand en gebruiken b.v. zelfonderhou-
IKtlimON.
(„Ueber den Tod hinaus").
Roman van Anny von Panhuvs.
Uit het Duitsch door W H C. Bollaard
86»
Op eens kwam er weer leven in den ouden
man te komen: „Ik heb u immers verteld hoe
alles zich heeft toegedragen. Ik zweer u, dat
ik er mijn nooit toe zou hebben geleend, in
dien ik had kunnen vermoeden welke de be
weegredenen van mijnheer von Weiden waren,
toen hij mij tot het „graoje" overhaalde" Zijn
toon werd levendiger. „Toen ik dien nacht den
professor zag in elkaar zakken, ben ik wel ge
schrokken, maar eerst toen ik zijn dood ver
nam, kwam ik te weten hoe ziekelijk hij wel
*as en tevens wie zijn opvolger zou zijn als
directeur van het museum". Met een ruk
smnd hij oo. „En toen, mijnheer, toen bemerk
te ik met ontzetting, dat ik aan een misdaad
had deelgenomen. Bij het leven van miin doch
ter bezweer ik u, dat de zaak zich zoo heeft
toegedragen."
„Of de schoonzoon van von Weiden ook in
"ft complot zou zijn?" vroeg de ingenieur ir
P'aats van een antwoord te geven
..Dat geloof ik niet", meende de Ruvtec,
••hi! is wel lichtzinnig mrar ik verdenk hem
"'et van een laagheid."
..Nu, dat zal het onderzoek wel uitwijzen
«ntwoordde Walter J
..Onderzoek?" bijna hijgend vroeg de Ruy-
„Dus u wilt de zaak toch door den
den speelt daarbij 'n voorname rol. Dit laat
ste komt nog al eens voor, wanneer eenige
mp^en, naar de meening van den tuinbezitter,
te veel voor het onderhoud is uitgegeven.
In algemeenen zin kan wel worden gezegd
dat de voortuintjes te veel aan onderhoud kos
ten, omdat er veel te veel gewassen in worden
gepoot. Ik laat hierbij in 't midden of het dure
planten zijn dan wel zoo goed als waardelooze
rommel is; want alles vraagt onderhoud,
v oor het staasbeeld of de verbetering daar
van zijn die volgepropte tuintjes niet noodig.
Veel meer dragen goed nderhouden tuintjes
daartoe bij.
Soms is bij verordening bepaald dat in
voortuintjes geen hoog groeiende houtsoorten
mogen worden geplant. Dat zal wel vastge
steld zijn om te voorkomen dat nabije bewo
ners elkaar het "uitzicht belemmeren en toch
heeft zoo'n bepaling in haar strekking weinig
zin, omdat het een zeer rekbaar begrip is,
wat hooggroeiende gewassen zijn. Het woord
„hoog" zegt weinig, bovendien zouden juist
de hoogst groeiende soorten als de stamboo-
men zijn, het minst hinderen voor het onder
linge uitzicht en bovendien veel kunnen bij
dragen voor verfraaiing van het betreffende
straatgedeelte en zeer zeker wanneer dat voor
zien is van smalle trottoirs, waarop geen
regelmatige beplanting kan worden aange
bracht.
Ook is het beter niet te veel heesters en
vooral niet te veel z.g. klimplanten in het
tuintje aan te brengen. Deze dingen zijn
schuilplaatsen voor allerlei insecten, zoowel
vóór en na hun ontwikkeling. Vooral
muggensoorten ik ga niet na of het alléén
malariamuggen zijn en dergelijke vliegen
acht ik bij woningen niet op hun plaats, want
insectenbeten kunnen aanleiding worden voor
meer of minder ernstige ziekteverschijnse'en.
Bij den tuinaanleg bi het Ziekenhuis heb ik
dan ook alle houtgewassen, direct tegen het
gebouw staande, opgeruimd en daar geen
nieuwe weer gepoot.
Klimplanten tegen den gevel neme men
alléén in die soorten, die van nature klimmen,
maar nimmer soorten, die gebonden moeten
worden en dan ook niet anders zijn dan lei-
planten. Aan dit binden zooals dat ook bij
rozen noodig is, is te veel werk verbonden,
waardoor het onderhoud verhoogd wordt.
Heesters moeten nimmer in de soorten ge
nomen worden, die steeds platgesnoeid moe
ten worden om nog wat uitzicht te krijgen of
te behouden. Alom komen in voortuintjes van
die soorten voor Bij het poten in eersten
aanleg zijn het wel kleine struikjes, die nog
al eens voor dwergheesters worden verkocht,
maar een dwergsoort blijft klein.
Meermalen worden Coniferen- en Spar-
soorten in voortuintjes gepoot, welke met
dwergsoorten niets te maken hebben. Het zijn
voor 't meerendeel lage goedkoope planten
welke tot boomachtige planten uitgroeien.
Bij het aanlegger van zoo'n voortuintje
moet ook op deze zaken worden gelet, dat
voorkomt later veel onderhoud en geeft bij
voortduring meer voldoening van ons terrein-
tje.
De smalle, soms niet meer dan 20 c.M.
breede grasrandjes moeten vermeden worden,
want gewoonlijk is telken jare vernieuwing
noodig. Deze randen moeten ten minste 50
c.M. breed zijn, zoodat maaien met een ma
chine mogelijk is, want dat is veel goedkooper
en door ieder uit te voeren, dan het gras
knippen met een schaar, dat steeds gemakke
lijker lijkt dan het inderdaad is. Dubbele
smalle grasrandjes en grasrandjes tusschen
heestergroep en perkje verhoogen de onder
houdskosten en moeten dus achterwege blij
ven.
Ook zijn tuintjes goed te maken door het
te bepoten gedee'te met een plank of schroot
af te scheiden van het met grind bedekte deel
Zco'n open gedeelte kan dan prachtig worden
benut voor een z.g. boordbed van éénjarige
zaadbloemen.
Het aanbrengen van een haagje van de een
of andere houtsoort is onjuist wanneer het
voortuintje is begrensd door een goed hekje
of mjiurtje. Zoo'n dubbele afscheiding heeft
geen zin. vooral niet wanneer dadelijk tegen
het haagje andere heestergewassen zijn ge
poot.
Voor smallere straten en wegen zijn èn
muurtjes èn haagjes beide niet aan te bevelen,
omdat het straatbeeld daardoor enger wordt;
de woningen verkleinen, terwijl het geheel
iets hokachtigs krijgt. Bij het bouwen van wo
ningen op terreinen met een dusdanige straat-
indeeling moeten deze zaken goed worden
bekeken, want meermalen kan daardoor eene
besparing worden verkregen.
Men make in perkjes en grasranden nim
mer onnoodige bochten of insnijdingen.
Wanneer deze gemaakt worden moeten ze een
juiste strekking hebben. Nimmer moet het te
mooi gemaakt worden, want juist de een-
rechter laten onderzoeken?"
„Is dit dan niet mijn plicht?" Walter keek
den tooneelspeler daarbij nauwelijks aan en
vervolgde: „En bovendien doe ik het dadelijk.
U zult uw vertrek dus nog wat moeten uitstel
len". Hij maakte aanstalten om weg te gaan.
Maar de Ruvter plaatste zich tusschen hem
en de deur: „Erbarm u, mijnheer, ik verzoek
het u, ik smeek u er om" hij vergat Ada's
aanwezigheid in de aangrenzende kamer ge
heel „indien u aan uw voornemen gevolg
geeft zijn stem begaf hem en hij was
een flauwte nabij.
„Wat hebt u er aan mij en mijn kind onge
lukkig te maken!" riep de ongewonden man
uit en zijn beide handen omklemden Walter's
arm.
Op dit öogenblik vloog de deur van de aan
grenzende kamer open en Ada trad binnen
De bonte zijden sjaal, die zij zoo graag droeg,
omhulde haar bovenlijf en de indruk, die het
meisjeshoofd boven dat mengelmoes van kleu
ren maakte, was zoo vreemd. 7°o verbluffend
en overweldigend mooi, dat Walter's hand
langzaam den deurknoop losliet. Als betoo-
verd door het verrukkelijk schoone gelaat
staarde de jonge man als naar een wonder
Geen der drie menschen sprak een woord
Walter had nu kunnen gaan, want de oude
man had hem losge'aten en stond gebogen
naast hem, vo'komen buiten staat zijn dochter
den tonband te verk'aren.
„Om Godswil vader, wat is er gebeurd?"
kwam bevend d.e angstige vraag over Ada's
lipnen.
De vader vo'bardde in 7 in doffe zwijgen
Zijn hoofd was olotseling leeg en niet het
kleinste noodleugentje kon hij verzinnen
De van het meisi»* du.a«!-i-, tusschen
de beide mannen heen en weer, vroegen en
vorschten en daar geen hunner haar groote
verlangen aar antwoord scheen te begrijpen,
kwam ze met vlugge passen naar haar vade"
toe en hem omarmend riep ze luide uit: „Ik
bezweer u, vader, zeg mij wat deze heer van u
wil".
„Mij bij het gerecht aanklagen", kwam er
toonloos uit en het was hem alsof een ander
en niet hij zelf dit zei.
„Dat kan ik niet gelooven". zei ze met
krachtig geluid. „U, het beste, het edelste we
zen op aarde, kunt niets gedaan hebben dat
het daglicht zou moeten schuwen". Harts
tochtelijk riep ze het uit en er laaide haat in
haar mooie oogen op, waarmede zij nu strak
in het gelaat van den vreemdeling keek
Ada bediende zich van haar moedertaal,
die Walter eenigszins verstond, zoodat hij on
geveer had begrepen wat ze zei. Het speet hem,
dat hij zoo lang met heengaan had gedraald,
want hij begon een gevoel van onbehaaglijk
heid te krijgen onder den blik der groote, spre
kende meisjesoogen en tevens een gevoel alsof
hij het meisje een onrcht had willen aandoen
Wat hij zooeven nog als zijn plicht had be
schouwd. scheen hem thans overdreven ge
strengheid toe en hij begreep niet waarom er
onder den blitc dier vragende, heerlijke oogen
een gevoel van schaamte in hem opkwam Als
een op heeterdaad betraote dief stond hij bij
de deur en hoewel wetende, dat niets of nie
mand hem zou kunnen beletten de kamer te
verlaten, kwamen zijn voeten niet van hun
olaats en steeg hem onder den vlammenden
blik van het jonge meisje een bloedgolf naar
het hoofd.
Toen de ongenoode gast geen aanstalten
maakte heen te_ sraan. kraeo de Ruvter eenige
hoop, terwijl in zijn bleek, ongelukkig gezicht
weer een weinig kleur kwam.
Ada bemerkte dit dadelijk en opgewekter
sprak ze: „Kom vader, ga eens zitten", en
den ouden man, die vermoeid liep, met alle
zorg naar den leunstoel geleidend, vervolgde
zij: „En vertel nu eens, wat er is gebeurd".
Walter scheen voor haar niet meer te bestaan.
Het viel den jongen man op, hoe liefdevol
de wijze was, waarop zij hem steunde en met
hem sprak. Heeft iemand ter wereld wel het
recht, vroeg hij zich zelf af, zich storend tus
schen die twee menschen te dringen, mag
iemand wel het reine beeld van den een bij den
ander verduisteren? En zooeven was hij zelf
van plan dit te doen.
Neen, duizendmaal neen, daartoe had hij
niet het recht en geheel onder den indruk
van deze op hem aanstormende gedachte
sprak hijUw vader heeft u niets, heelemaal
niets te vertellen, juffrouw de Ruyter, en om
het misverstand, waaronder hij lijdt, uit den
weg te ruimen, zo uik hem graag nog een
oogenblik alleen willen spreken."
Ada wisselde een snellen blik met haar va
der, wiens oogen haar vriendelijk beduidden de
kamer te verlaten.
Toen ging ze zonder een woord.
In spanning zaft daar de tooneeispelei en
nerveus omklemden zijn magere vingers de
beide armleuningen van den stoel. Hij zat
licht voorover gebogen, aandachtig luisterend
en met een gezicht als kon hij niet gauw ge
noeg vernemen wat dè ander hem nog had te
zeggen.
„Mijnheer de Ruyter", sprak Walter op ge-
dempten toon, „vertrek rustig naar Nederland,
niemand zal trachten u te weerhouden."
..Meent u dat?" Een glans van geluk trok
te bepalen op 500; aldus werd besloten.
De heer Den Das bepleitte hierna de
werkverdeeling van het college van B. en W.
Dr. H e m e 1 r ij k steunde hem hierin.
Weth. Apeldoorn was van meening,
dat inderdaad sommige zaken spoediger door
één persoon kunnen worden afgewerkt; voor
werken van eenige importantie is dit z. i. niet
het geval.
De Voorzitter sloot over dit punt
de discussies.
Op voorstel van B. en W. werd besloten
het uurloon voor de brandweer bij oefenin
gen op 50 ct. en bij daadwerkelijk optreden
op 75 cent te stellen.
Een brandkraan zal geplaatst worden op
den hoek Natteweg en aan den Winderigen
Hoek.
Besloten werd ingevolge ingekomen ver
zoeken een achttal lantaarns bij te plaatsen
en wel aan de Molenkrochtlaan, de Breelaan
voorbij de Guurtjeslaan, aan het Noordeinde
van de Boulevard te Bergen aan Zee, aan
den Van Spijckweg aldaar, aan den Midden-
geestweg en aan den Verlengden Geestweg,
aan den Oosterweg en aan het Russenplein
Op een vraag van den heer Martin zeide
de voorzitter het wel mogelijk te achten, dat
het slachthuis vóór het seizoen gereed komt
Aan „Herwonnen Levenskracht" wordt
een subsidie van 75 toegekend.
Aan het Hoofdbestuur van het Witte Kruis
een subsidie van 1M ct. per inwoner t. b. v.
ontsmettingdiensten.
Besloten werd aan de Ver. voor Huis- en
Kraamverzorging te Bergen en aan de R. K.
Ver. voor Wijk-, Kraam- en Huisverzorging,
ieder, een subsidie van 250 per jaar toe te
kennen.
De heer D e n D a s stelde voor om als
gemeente toe te treden tot de Centrale Ver
eeniging tot Behartiging van de Maatschap
pelijke Belangen van Zenuw- en Zielszieken
Dr. Hemelrijk achtte hiervoor een uitgave
van 50 gerechtvaardigd.
Weth. Apeldoorn wilde die 50 lie
ver individueel aanwenden.
De heer Den Das handhaafde zfjn
voorstel.
Het voorstel werd verworpen met 6 tegen
3 stemmen.
Blanco de heeren Zeiler en Martin.
Vóór de heeren Dirkson, Den Das en He
melrijk.
Bij volgnummer 126 sprak de heer Zeiler
zich uit voor aanstelling van een 2den op
zichter. Spr. is van oordeel, dat de chef van
dienst te veel werk heeft, met het voorstel van
B. en W. om een tijdelijke hulp aan te schaf
fen voor de uitvoering van het rioleerings
plan, ging spr. niet accoord.
De heer B a 1 t u s onderschreef deze mee
ning van den heer Zeiler.
De Voorzitter merkte op, dat bij de
reorganisatie de toestand verre van bevredi
gend was; de achterstand was evenzoo. Een
man werd toen aan den legger van de wegen
te werk gesteld.
Als de Raad staat op een uitbreidingsplan,
moet er een apart persoon bij komen, dan
zouden er drie ambtenaren voor dezen tak
van dienst komen.
Weth. Apeldoorn ziet niet in, dat de
gem. opzichter overbelast is. Spr. ziet in den
tijdelijk ambtenaar een voortreffelijke werk
kracht.
De vergadering werd geschorst en na een
half uur heropend, waarna het onder 126
voorgestelde werd aangenomen.
De heer Zeiler wenschte geacht te wor
den te hebben tegen gestemd.
Er komt dus geen tweede opzichter, zooais
de heer Zeiler wilde, wel zal er een voorwer
l:er op een proefjaar worden aangesteld op
een salaris van 1300. Deze voorwerker zal
in het bijzonder het oog moeten houden op
het onderhoud der wegen.
Voor het malen van een rioleeringsplan
zal een tijdelijke kracht worden aangesteld,
waarvoor 1000 werd uitgetrokken.
Voor onderhoud van wegen werd 8000
uitgetrokken.
Uitbreiding rioleering en verbete
ring der wegen.
Voor rioleeringwerken wordt een geldlee-
ning aangegaan van 8957,50.
Voor de wegen zal een leening worden
gesloten van 78000.
Deze leening is noodig voor de volgende
werken
lo. vernieuwing wegdek en gedeeltelijke
verbreeding van cV St. Antoniusstraat, aan
koop strook groi.d van hoek Dorpsstraat tot
Molenstraat en plaatsing hek inbegrepen
10500;
2o. vernieuwing wegdek en verbreeding
beharding van de Hoflaan 26000;
3o. vernieuwing wegdek en verbreeding
beharding van den Kogendijk, vanaf Kanaal
dijk tot Turfweg, 32000;
4o. vernieuwing wegdek (1/3 gedeelte
over zijn gelaat. „Ik had een voorgevoel, dat u
mij dit zou zeggen en hoopte er op, omdat ik
bemerkte hoe besluiteloos u na het binnenko
men van mijn dochter werd."
De ingenieur knikte: „Uw dochter heeft u
oneindig lief en het werd mij duidelijk niets te
mogen ondernemen, dat u tegenover uw kind
in discrediet zou kunnen brengen". Peinzend
keek hij voor zich heen en vervolgde:
„Professor Berner had een zeer ernstige hart
kwaal en vroeg of laat zou de een of andere
groote schrik dezelfde uitwerking gehad heb
ben als thans het geval is geweest hij is
dood en ik zal niemand het genoegen gunnen
dat de zaak openbaar wordt", en hij dacht
in stilte daarbij, dat hij in mevrouw Berner's
oogen nu wel voor altijd de zondebok zou blij
ven.
„Duizendmaal dank", en de oude man stak
hem de hand toe, terwijl zijn gezicht een jeug
diger uitdrukking kreeg.
„U zult uw dochter de een of andere aanne
melijke verklaring moeten geven, want u hebt
haar gezegd, dat ik u bij het gerecht zou aan
klagen."
De Ruyter glimlachte: „Een oude komediani,
die zoo dikwijls vanaf de planken een gansche
menigte van alles heeft wijsgemaakt, zal met
één toehoorster daarin ook wel slagenen
ernstiger vervolgde hij: „Wees er van over
tuigd, mijnheer, ongestraft ga ik niet uit, de
herinnering aan het gebeurde zal mij nog dik
wijls kwellen en pijnigen, daar kom ik nooi:
overheen, maar ik kan nu ten minste in
oogen van mijn kind dezelfde blijven die ik al
tijd was".
i Wordt vervulad I