DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Uit den Alkmaarschen Raad. Uit het Parlement lo. 51 Z4TGRD46 1 TIAAHT 1930 132e Jaargang. Voortaan zal zoo weinig mogelijk werk in eigen beheer worden uitgevoerd- Of dit een verstandig besluit is zal nog moeten blijken. Mevrouw! Jjnat ons nu reeds Uw (Gor dijnen en Mlleeden behandelen. V ontvangt nu alles spoedig terug. Dagelijksch overzicht* lp zijn rede legde Sanchen Guerra ar al]er« COURANT, Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—, franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nnmmers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN: Per regel 0.25, bij groote contracten rabat. Groota letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. POSTER A ZOON, Voordam C 9, post giro 37060. Telef. 3, redactie 33. Directeur: C. KRAK. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. Dit nummer bestaat uit 3 bladen. Jaren lang hebben we de klacht gehoord, dat het bedrijf der Gemeentewerken te duur was. Wat door dit bedrijf verricht werd was uiterst solide, maar het had één groot ge brek: het was veel duurder dan wanneer particulieren het gedaan hadden. Zoo groot was dit verschil, dat directeu ren van andere bedrijven er niet toe konden besluiten verschillende onderhoudswerken door den gemeentelijken dienst te laten uit voeren, zij stelden daarvoor eigen personeel aan of zij hielden een aanbesteding en het gevolg van dat alles was, dat het bedrijf van Gemeentewerken zich niet heeft kun nen ontplooien. Natuurlijk was er hier en daar nog wel eens een gunstige uitzondering, maar in hoofdzaak bleef Gemeentewerken toch aan gewezen op het normale onderhoudswerk der gemeente, het onderhouden van scholen, het maken van straten, het repareeren van brug gen, het leggen en schoonhouden van riolen en al die geregeld terugkeerende karweitjes, die nu eenmaal vanzelfsprekend door den dienst van Publieke werken moeten uitge voerd worden. Maar met dit al werd het werk er niet goedkooper op en daar de oorzaak daarvan niet alleen kon schuilen in de solide materia len en de hooge loonen van werklieden en ambtenaren, werd in den Raad sinds geru.- men tijd op een onderzoek aangedrongen. Op 20 Juli 1929 hebben B. en W. toen een commissie benoemd, bestaande uit de heeren Margadant, Schierbeek en Faber om te trachten eenig licht in deze duistere kwestie te verspreiden en deze commissie gaf een in teressant overzicht van de geschiedenis der tot standkoming van het bedrijf in zijn te- genwoordigen vorm en gaf vervolgens aan wat men zou moeten doen om dit bedrijf tot een administratieven dienst te reorganisee- ren, hoewel zij er bij voegde, dat een zoo radicale verandering als omzetting van het thans bestaande bedrijf in een dienst op on overkomelijke bezwaren zou stuiten. Wilde men al het werk aanbesteden, zoo als dan noodzakelijk zou zijn, dan zou men volkomen aan het particuliere bedrijf zijn overgeleverd en, dank zij de machtige bon den op allerlei gebied, zou er op den duur van concurrentie bij de inschrijvingen zoo goed als geen sprake zijn. Men zou dan ook de 24 vaste werklieden moeten bestaan, zoodat Gemeentewerken den zooveel moeten betalen, dat vooreerst van een bezuiniging geen sprake zou zijn, zelfs al zou men eenige van deze werklieden in andere bedrijven kunnen overnemen. De heer Margadant heeft in dat rapport opgemerkt, dat het bedrijf zich nooit vol doende heeft kunnen ontwikkelen, omdat be langrijke werken voor verschillende bedrij ven door anderen worden uitgevoerd. Er zou z.i. een voldoende vrijheid van werkregeling moeten bestaan, zoodat Gemeentewerken even goedkoop kon werken als particulieren om den kostenomslag over de posten der ge- meentebegrooting een veel gunstiger beeld te doen vertoonen. De heeren Schierbeek en Faber meenden evenwel, dat andere bedrijven er geen idee in zouden hebben een deel te dragen van de kosten van Gemeentewerken, dat te hoo ge onkosten heeft en dat men op deze wijze de kosten wel ten deele van de gemeentereke ning naar de bedrijfsrekeningen zou ver plaatsen, maar voor de gemeente toch geen bezuiniging zou verkrijgen. Men kwam tot de conclusie dat het bedrijf in zijn tegenwoordigen vorm moest blijven bestaan, maar het korps vaste werklieden, die een vol jaar niet noodig zijn, moest wor den verminderd. Men zou door het niet vervullen van vaca tures tien werklieden kunnen uitsparen en 't stelsel van aanbesteding van onderhouds werken op uitgebreider schaal kunnen toe passen. De wetenschap, dat de gemeente ten slotte niet geheel aan het particuliere bedrijt is gebonden zou een prikkel kunnen zijn om billijke bedragen in rekening te brengen. De heer Margadant bleek ten slotte - z^aar te hebben tegen een uitkeering van f 5000 wegens algemeene be^,ur®kosnfJ} aan de gemeente, een bedrag, dat hij weer, zooals b.v. de gasfabriek, op zijn klan ten kon verhalen en later de gemeente .och weer in rekening zou moeten brengen. t gemeente en niet het bedrijf zou voortaan belast moeten worden met..JmkoPlps^°l!" voor den inkoop van diensttijd, welke ij vroegeren dienst en dus eigenlijk bij te g - ®eente is doorgebracht en het bedrit geen rente meer moeten betalen voor het voorschot dat dient om de werken der ge meente te kunnen uitvoeren. Nadat dit rapport was verschenen is op verzoek van de Commissie van Bijstand voor openbare werken een enquête ingesteld naar de financieele resultaten van de be drijven van Gemeentewerken in andere plaatsen en als gevolg daarvan deden B. tn W. de Commissie een nieuw voorstel toeko men waarna de Commissie in haar advies concludeerde, dat de enquête bewezen had, dat het Alkmaarsche bedrijf geen slecht fi guur maakte, dat aan meerdere voorlichting geen behoefte bestond en er geen reden meer was voor het instellen van een speciale com missie van onderzoek. De Commissie zou het bedrijf niet willen splitsen, maar tot een ver laging der uitgaven willen komen door het werk zooveel mogelijk aan te besteden, het vaste personeel zooveel mogelijk in te krim pen en zoo weinig mogelijk los personeel aan te nemen. De andere bedrijven zouden, naar de Commissie meende, meer dan tot dusver van de technische voorlichting van het bedrijf van Gemeentewerken gebruik kunnen maken. B. en W. vereenigden zich met deze con clusie en zouden zich dus van voorstellen tot reorganisatie van het bedrijf willen ont houden. Dat is in het kort de voorgeschiedenis, die heel wat tijd in beslag genomen heeft en het scheen wel of de reorganisatieplannen van dit bedrijf voor goed in den grafkelder der doodgeboren plannen waren bijgezet, tot op de vorige raadsagenda dit punt aan de orde gesteld werd. Het is daarna nog, eens uitge steld en is op, de laatste raadszitting einde lijk in bespreking gekomen. Het was opvallend hoe weinig raadsleden van de gelegenheid gebruik hebben gemaakt hierover hun opinie te verkondigen. De alge meene verzuchting was, dat het een moeilijk vraagstuk was en de algemeene indruk, dat de meeste leden wel van oordeel waren, dat er in de tegenwoordige regeling een fout schuilde, maar dat zij niet in staat waren de maatregelen tot verbetering aan te geven en het daarom maar verstandiger vonden alles zooveel mogelijk onveranderd te laten. Van Sociaal Democratische zijde is door de heeren Bakker en Bonsema betoogd, dat .iet bedrijf topzwaar was omdat tegenover 24 werklieden niet minder dan 12 ambtena ren stonden. Het was geen kunst door min der werk mindere kosten maken, maar het was de vraag maatregelen te nemen om de algemeene onkosten minder hoog te doen zijn. Besteedt men meer uit dan krijgt Ge meente Werken nog minder te doen, de alge meene onkosten worden dan over nog min der werk verdeeld en dus hooger, het bedrij* wordt nog duurder en de prikkel tot aanbe steding nog grooter, totdat het bedrijf ten slotte vrijwel overbodig wordt. De heer Bak ker bestreed de opmerking, dat werk in eigen beheer noodzakelijk duurder zou moeten zijn en noemde verschillende gevallen waar in aanbesteding toch onmogelijk zou zijn, waarna de heer Bonsema opmerkte, dat men de bezuiniging blijkbaar alleen onder de werklieden zocht en vergeten had ook eens het oordeel van deze geroutineerde werkers te vragen. Beide heeren achtten een raads- commmissie noodig, die het vraagstuk, zoo mogelijk op het kantoor van Gemeentewer ken, opnieuw zou kunnen bestudeeren. De heer Vogelaar had sinds de beroemde commissie, die zijn naam onsterfelijk heeft gemaakt, blijkbaar een afschrik van raads commissies gekregen. Hij kwam er rond voor uit, dat hij in de studie van een derge lijke commissie op het kantoor van een be drijf geen heil zag, maar meende met den heer Klaver dat een scheiding moest worden gemaakt tusschen de kosten der tot uitvoe ring gekcmen werken en die van de vele plannen, teekeningen en rapporten, die voor commissieleden en B. en W. gemaakt worden en daarna voor goed in de prullenmand ver dwijnen. Op de begrooting is voor dergelijke werken al een bedrag van 5000 uitgetrok ken, maar dat de algemeene onkosten van het bedrijf zoo hoog zijn wijst er wel op, dat deze post beduidend wordt overschre den. Juist dit in zeker opzicht nuttelooze werk is het, dat het bedrijf van Gemeente werken kostbaar maakt. De wethouder van de bedrijven, Mr. Lees berg, gaf dit toe, maar achtte het een nood zakelijk kwaad. Juist daardoor was z.i. het bedrijf niet.met een particuliere onderneming te vereeliiken en zou hiervan alleen bii het uitvoeren van onderhoudswerken sprake kunnen zijn. Gezien de cijfers in andere ge meenten vielen hem de kosten van het Alk maarsche bedrijf niet tegen. De aard van het bedrijf maakte een betrekkelijk groot aantal ambtenaren noodzakelijk. Uitbrei ding door het zoeken van meer werk achtte hij uit den booze en split sing der uitgaven voor uitgevoerde en met- uitgevoerde werken eveneens daar dit ten slotte wel een andere verdeeling der kosten doch geen besparing zou brengen. Met de stemmen der Soc. Dera. tegen, heeft de Raad daarna besloten het bedrijf niet te reorganiseeren en zooveel mogelijk tot aanbesteding van het werk over te gaan Of het bedrijf hiermede geholpen wordt, is een groote vraag en wij vreezen, dat de voorspelling van den heer Bakker bewaar heid zal worden. Van inkrimping van personeel zal voor eerst geen sprake zijn, de loonen blijven het bedrijf drukken evenzeer als de groote som men die voor architectonisch werk op aan vrage van commissies of van B. en W. wor den uitgegeven. Daarnaast zal door aanbe steding op ruimer schaal het werk vermin deren en zullen dus de extra kosten van dit bedrijf op een kleiner aantal werken druk ken waardoor de kostprijs daarvan nog hoo ger zal worden dan nu reeds het geval is. O.i. ligt de oplossing van dit vraagstuk niet in inkrimping maar in uitbreiding der werkzaamheden en zal in een groeiende stad eerder naar ontplooiing dan naar inkrim ping van een dergelijk bedrijf gestreefd moe ten worden. Wij willen aannemen, dat op het aanta1 ambtenaren voor toezicht en architectoniche werkzaamheden niet bezuinigd kan worden, maar inkrimping van het aantal werklieden lijkt ons nog minder wenschelijk. Wij zijn geen voorstanders van gemeente- winkels waardoor de gemeente met eigen in gezetenen concurreert, maar wij hebben nu eenmaal een bedrijf van Gemeentewerken, een tamelijk duur bedrijf zelfs, en dat moet voor uitvoering van allerlei werken de voor keur verdienen zelfs al zouden particulieren aat werk goedkooper kunnen verrichten. Het door den heer Bakker aangehaalde voorbeeld van de gasfabriek is volkomen juist. De gemeente heeft een eigen gasfabriek en zou er niet over denken het gas daar naast van een goedkoopere particuliere fa briek te betrekken, wanneer een zoodanige inrichting hier ter stede gevestigd zou zijn. Zelfs al zou het gemeentelijk gas iets duur der zijn dan zou de gemeente tusschen de keuze van iets duurder gas of een verlies op haar eigen fabriek ongetwijfeld het eerste en daardoor van twee kwaden het beste kiezen. Het is te begrijpen, dat verschillende be drijven er tegen opzien haar onderhoudskos ten te verhoogen door het dure bedrijf van Gemeentewerken arbeid te laten verrichten, maar het is toch altijd beter dat dit bedrijf deze werken tegen een even hoogen prijs uit voert als particulieren dit kunnen doen dan dat het eenvoudig wordt uitgeschakeld Zelfs al zou het bedrijf uitsluitend voor de gemeente natuurlijk zoo nu en dan on der den marktprijs werken, dan zou dit toch nog beter zijn dan het in dienst houden van overbodige werkkrachten. Kan men Gemeentewerken niet grooter vrijheid van werkregeling geven zoodat het voor verschillende werken geen hooger be drag in rekening behoeft te brengen dan par ticulieren? Elke gulden die aan loon binnen komt verkleint het tekort van het bedrijf en voorkomt dat dit ten koste der belastingbeta Iers noodlijdend zal worden. Het verwnodert ons ten slotte, dat men bij het zoeken naar verlaging van de algemeene onkosten blijkbaar geen rekening heeft ge houden met de o. i. volkomen begrijpelijke wenschen van den heer Margadant inzake de inkoopsommen voor den diensttijd en de rentebetaling der voorschotten. In Alkmaar gaat men nu de richting uit van het zooveel mogelijk aanbesteden en het zoo weinig mogelijk uitvoeren in eigen be heer. In Amsterdam gaat men juist in een te genovergestelde richting. Op 19 Augustus van het vorige jaar is er een nota van B. en W. van Amsterdam verschenen waarin deze er met voldoening op wijzen, dat bedrijfsdi recteuren, vooral in tijden dat het gewone bedrijfswerk tot inkrimping van personeel zou moeten leiden, tal van werken in eigen beheer laten verrichten. Van 1> Juli 1926 tot 1 Juli 1928 werd daar ter plaatse voor on derhoudswerk in eigen beheer een bedrag van niet minder dan 1.127.000 uitgegeven Het blijkt dus, zeggen B. en W. van Am sterdam. dat behoudens een enkele uitzonde ring, alle onderhoudswerken in eigen beheer worden uitgevoerd en zij voegen er met vol doening de verklaring aan toe, dat zij voor- remens zijn op den ingeslagen weg te blij ven voortgaan. Met dergelijke voorbeelden voor oogen ge- looven wij, dat men in Alkmaar een allesbc halve vers tan die besluit heeft genomen. De reorganisatie van het bedrijf van Ge meentewerken was ditmaal de hoofdschotel van het overigens vrij sobere menue en een schotel met een zoo voedzaamen en degelij- ken inhoud, dat de eetlust bij de andere ge rechten vrijwel geheel verdwenen bleek. Er werd slechts hier en daar nog een kor te opmerking gemaakt en tot onze voldoe ning hoorden wij, dat het verzoek om zwem lessen op de lagere scholen in te voeren niet om principieele redenen maar uitsluitend om het niet aanwezig zijn van een behoorlijke zweminrichting werd afgewezen. Komt deze dus binnenkort tot stand, dan is er alle kans, dat de jeugd leert zwemmen en dat lijkt ons in een zoo waterrijke gemeente als de onze van vrij wat meer beteekenis dan de onlangs voorgestelde cursussen in Esperanto, die ge lukkig thans bij tweede stemming definitief wtrden afgewezen. Wij hebben verleden week reeds op de be teekenis van de overdekking van onze Graan markt gewezen. Thans heeft de raad het be sluit daartoe genomen en wij gelooven te kunnen voorspellen, dat deze overdekking de markt zelf in alle opzichten ten goede zal komen. Jarenlang is dit vraagstuk bestudeerd door de marktcommissie, het marktbestuur en B. en W., er zijn dienstreizen voor ge maakt en rapporten over opgesteld en de traditioneele weg is gevolgd om er daarna ook het advies van de Kamer van Koophan del over te vragen. We kunnen ons heel goed begrijpen, dat de heer Bakker er zich niet mee kon vereeni gen, dat dit lichaam ten slotte de eer van het werk krijgt. B en W. hebben zeer beschei den opgemerkt dat zij zich zelf die eer niet wilden toekennen. Wij apprecieeren deze on gewoon bescheiden houding van het college volkomen, maar het meeste werk hiervoor is niet door het dagelijksch bestuur onzer ge meente verricht en zij hadden in hun beschei denheid niet zoover mogen gaan ook de wer kelijk verdienstelijken een appreciatie voor hun arbeid te onthouden. De heer Sietsma heeft geïnformeerd of het nieuw te bouwen gymnastieklokaal nie* tevens als schoolbioscoop kan gebruikt wor den. Wij geven volkomen toe, dat de thans gebruikte schoolbioscoop, al was het alleen maar uit het oogpunt van brandgevaar, zoo spoedig mogelijk moet verdwijnen Maar een Gymnastieklokaal moet weer aan heel ande re eischen voldoen en wanneer voor elke bioscoopvoorstelling twee werklieden van Gemeentewerken een geheelen dag noodig hebben voor het vastzetten en weer opbergen van banken, vreezen wij, dat dit bedrijf nog heel wat duurder zal worden dan thans reeds geconstateerd wordt, nog daargelaten dat het maken van 64 gaten in den vloer van een gymnastieklokaal ons voor deze sport zelf allesbehalve wenschelijk voorkomt. De heer J. W. Boersen verzocht ander maal om dit jaar, evenals vroeger, aan den Omval een kermis te doen houden. Hij wees cr op, dat hij door het verbod daarvan ern stig gedupeerd is, dat hij meent tegenover anderen onbillijk behandeld en in zijn be drijf benadeeld te zijn en dat hij door ernsti ge ziekte en andere omstandigheden, die groote uitgaven vorderden, zoo gedupeerd is, dat hij de inkomsten van deze tweeaaagsche kermis niet langer kan missen. Elk vogeltje zingt zooals het gebekt is en de heer Boersen weet wel wat hij zeggen wil, maar kan niet den juisten vorm vinden om zich uit te drukken. Wij hebben ons er aan geëergerd, dat, te gen de gewoonte in, voorlezing van het schrijven van den heer Boersen verzocht werd, niet omdat alle raadsleden den in houd van dat schrijven niet reeds kenden, maar alleen om den Raad eens te laten lachen over de stijl-, taal- en schrijffouten van dezen eenvoudigen adressant. Wij zijn er van overtuigd, dat er ook raadsleden zijn uit wier brieven allesbehalve de edelachtbaarheid van de schrijvers blijkt en men mag er zich over verbazen, dat de Raad er plezier in heeft zich over de adres sen van eenvoudige ingezetenen te vermaken Het is onbegrijpelijk, dat althans de leden der Soc. Dem. fractie daar niet tegen zijn op gekomen. Wij hadden verwacht dat men van deze zijde meer naar de strekking dan naar den inhoud van het adres zou hebben geke ken en den beer Boersen door het opnieuw instellen van den ouden Omval-kermis gele genheid zou hebben gegeven zijn bedrijf weer i endabel te maken. Stootnerij en Ververij van S. Mi MlOJg. Den Haag, 28 Februari 1930. In de vergadering der Eerste Kamer van heden is de eerste termijn van de algemeene beraadslagingen over de Rijksbegrooting af gehandeld. Alle sprekers, die wat op hun nart hadden, hebben het woord gehad, en Dinsdag zal de Regeering, in de eerste plaats de minister-president, de heer Ruys de Bee- renbrouck, antwoorden. Er is eigenlijk slechts één punt, dat iets meer vraagt dan een enkel woord. Dat was het betoog van den heer Henri Polak (S. D A. P.), dat er onvermijdelijk een andere poli tieke schakeecing is te wachten, dat links en rechts niet meer de markante aanduidingen zijn van eenig partijverschil, maar dat over korter of later tijd het politieke kamp zal ge splitst zijn in een democratische partij en een conservatieve partij, waarbij hij natuurlijk de sociaal-democraten tot de democraten en de liberalen tot de conservatieven rekent. En nu knoopte hij daaraan het betoog vast, dat dan ook de Katholieke partij zal uiteen vallen in een democratische en een conserva tieve richting en dat de Katholieke democra ten dan kunnen samengaan met de sociaal democraten. Eenige oogenblikken later ver kreeg een der nieuwe Katholieke leden der Kamer, de heer Serrarens, het woord en deze heeft in een doorwerkt betoog den heer Po lak trachten te overtuigen, dat dit fantasie was, dat zijn beroep op buitenlandsche toe standen niet opging en dat de Nederlandsche sociaal-democraten te veel anti-godsdienstig waren, dan dat de Katholieken ooit met hen zouden kunnen samengaan. Wij vermoeden, dat over een paar dagen bij de replieken de heer Polak op de zaak nog wel zal terug ko men en de heer Serrarens hem dan ook niet het antwoord schuldig zal blijven. Voor wie wat voor politiek gevoelt een belangwekkend intermezzo tusschen soms lang niet altijd be langrijke debatten. Vermelding vraagt nog een opmerking van den heer Fock, die beloofde bij de behande ling van de Indische begrooting zoo noodig op zijn beleid als Gouverneur-Generaal terug te zullen komen, doch nu volstand met te ver klaren, dat hij in beste samenwerking met mi nister De Graaf had bestuurd. Maar thans wilde hij slechts opkomen tegen de dankbe tuiging aan den afgetreden gouverneur van Cura^ao gegeven bij de inwilliging van zijn vermoedelijk wel gedwongen ontslagaanvra ge. Als die dankbetuiging niets meer is dan een zinledige formule, dan verliest ze alle waarde voor hen, die na een eervolle loop baan haar hebben mogen ontvangen. Op de andere heden nog besproken punten komen we wel terug, wanneer de regeering aan het woord is geweest. Na een dozijn kleine ontwerpen zonder be spreking te hebben goedgekeurd, heeft de Tweede Kamer de behandeling der Indische Begrooting voortgezet en wij hebben de hee ren Gerhard (S. D. A. P.), Van Zadelhoff (S. D. A. P.), Feber (R.K.) en anderen ver schillende onderwijsbelangen hooren beplei ten, terwijl de heer Lingbeek (H. G. S.) klaagde over het voortrekken van de Room- sche missie boven de hervormde zending. Be langrijk was het debat allerminst en we mee- nen te kunnen volstaan met aan het ant woord des ministers het een en ander te ont- leenen. Hij beloofde zijn medewerking te zul len verleenen aan ruimer aanpassing van het inlandsch onderwijs aan de eischen der prac- tijk. Dat de onderwijzers-salarissen te laag zouden zijn, gelijk de heer Van Zadelhoff had betoogd, ontkende de minister. Het pro test van enkele sprekers tegen de circulaire, waarin den onderwijzers op het hart wordt gedrukt zich niet te buiten te gaan aan pro paganda op school, de zoogenaamde „muil- korfcirculaire", begreep de minister niet. Zij was noodig geworden door de feiten in ver band met de groote verantwoordelijkheid, die op den onderwijzer rust. Door verschillende sprekers was er op aan gedrongen als voertaal op de lagere school te gebruiken de taal, welke door de leerlinge als hun moedertaal wordt beschouwd. De mi nister heeft dan daar weinig sympathie voor. Verwezenlijking er van zou vele moeil 'khe- den opleveren en men verlieze niet uit het oog dat de meeste leerlingen juist naar de school gaan ter wille van het Hollandsch. De klacht van den heer Lingbeek inzake de zending zal de minister aan den Gouverneur- Generaal doorzenden en hem om nadere in lichtingen verzoeken. Na re- en dupliek is hierop het hoofdstuk goedgekeurd, waarna de Kamer tot Dinsdag uiteenging. DE POLITIEKE TOESTAND IN SPANJE. Sanchez Guerra houdt een redevoering. Zijn afkeer van den koning. De impopulariteit van Alfonso XIII. De voormalige conservatieve minister-presi dent Sanchez Guerra heeft Donderdag zijn met spanning verwachte redevoering voor een overvol huis gehouden. In de zaal waren alle politieke personen aanwezig.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1930 | | pagina 1