Alkmaarsche Cüurant.
DE nu SELORA.
FEUILLETON.
rjniird Iwbi in dertigste .'aargang.
Radio-hoekje
Stadsnieuws
Provinciaal nieuwt
I
ïe. 68 1930
Vrijdag 21 flaart
Zaterdag 22 Maart.
Hilversum, 1875 M. 10.—10.15 Morgen-
fijding. 12.15—2.— Concert. A. V. R. O.-
Ensemb e. 2.—2.30 Filmpraatje door Max
Tak. 2.304.Aansl. van het Theater Tu-
schinski te Amsterdam. 4.—4.30 Modepraat
je door mevr. de Leeuw—van Rees. 4.30—
5 Sportpraatje door H. Hollander. 5.—
5.30 Gezondheidshalfuurtje. Mevr. Dr. de
Vries—Bruins: De Tuberculosebestrijding in
de woning. 5.306.— Duitsch: Gevorderden
en Conversatie. 6.—6.20 Knapenorkest „Ex
celsior" te Amsterdam. 6.20—6.30 J. du
Bois: Het Speeltuinwerk. 6.30—7.45 Concert.
Stafmuziek van het 5e Regt. Infanterie.
8.V. A. R. A. Toespraak. 8.15 V. A. R.
A. Orkestconcert en tooneeluitz. Na afloop
persberichten en gramofoonplaten.
Huizen, 298 M. (Na 1 uur 1071 M.)
(Uitsluitend K. R. O.) 8.15—0.30 Gramo
foonplaten. 11.3012.Godsdienstig half
uurtje. 12.151.Gramofoonp'aten 1.
2.Trio-concert. 2.3.15 Kinderuurtje.
4.-4.30 Cursus Esperanto. 4.30—5.— Gra-
mofoonmuziek. 5.6.Concert. Muziek- en
zangvereenigingen. 6.016.15 Lezing over:
Westfalen. 6.157.15 Vervolg concert. 7.15
7.30Journalistiek weekoverzicht. 7.30—
8 Lezing over: Luchtvaart. 8.01—9.05 Or
kestconcert. 9.059.35 Optreden van Humo
rist. 9.359.45 Nieuwsberichten. 9 45
10.35 Vervolg concert. 10.35—11.15 Optre
den van humorist. 11.1512.Gramofoon
platen.
iDavenlrv1554.4 M. 10.35 Morgenwij
ding. 11.05—11.20 Lezing. 1.20—2.20 Or
kestconcert. 3.50 Concert. Orkest, Miroslay,
viool. F. Chester, voordrachten. 5.05 Orgel
concert R. New. 5.35 Kinderuurtje. 6.35
Nieuwsberichten. 7.Sportber. 7.05 Zang
door A. Thursfield, mezzo-sopraan. 7.20 Le
zing. 7.40 Lezingr 7.50 Concert. Orkest, F.
Webster, tenor. H. Brindle, bariton. 9.20
Nieuwsberichten.. 9.45 Lezing. 10.Diver-
sions. Dansorkest en fragment uit sprekende
film „The Love Parade"! 11.—12.20 Dans
muziek.
Parijs Padie-Parts", 1725 M. 9.20 Or-
kestcoricert. 12.502.20 Gramofoonmuziek.
4.05 Kinderuurtje. 4.50 Dansmuziek. 5.20
Orkestconcert. 9.05 „Tartuffe". Tooneelstuk
van Molière.
Kalundborg, 1153 M. 12.05—12.35 Gra
mofoonmuziek. 2.202.50 Kinderuurtje. 2.50
4.50 Concert. Orkest en zanger. 7.20—7 45
Kamermuziek. Kwintet. 8.10—8.40 Concert
Zangeres. 9.1510.20 Orkestconcert. 10.20
11.50 Dansmuziek.
Brussel, 508.5 M. 5.20 Gramofoonmuziek.
6 50 Gramofoonmuziek. 8.35 Concert.
Zeesen, 1635 M. 6.15—1.20 Lezingen
1.20—1.50 Gramofoonmuziek. 1.50—3.50
Leringen. 3.504.50 Concert. 4.507.20
Lezingen. 7.20 Vroolijke avond uit Keulen.
DaarnaBerichten en tot 11.50 Dansmuziek.
DE VERDEELING VAN DEN
ZENDTIJD.
Naar de Tel. verneemt za! de minister van
Waterstaat het vraagstuk der radio-zendtijd-
verdeeling in den ministerraad brengen.
De agitatie in den lande en voornamelijk de
verdeeldheid, die het advies van den Radio-
raad bij de tot nog toe gecoaliseerde rechtsche
omroep-groepen heeft veroorzaakt, geven Z.
Exc. aanleiding de verantwoordelijkheid voor
de te nemen beslissing door het geheele kabi
net te laten deelen.
DE PAUS EN DE RUSSISCHE
KERKVERVOLGING.
Een ex-priester aan het woord.
.Lezing voor „De Dageraad".
Voor een geheel bezette zaal hield de
heer Jos. van Veen, gewezen priester, een
lezing in de Dancing van de Harmonie voor
de vereeniging „De Dageraad".
De voorzitter van „De Dageraad" opende
de vergadering met een woord van welkom.
Het deed de Dageraad genoegen, dat zoove-
len aan den oproep gehoor hebben gegeven,
om deze vergadering bij te wonende bespre
king van de Russische kerkvervolging, waar-
Door E PHILLIPS OPPENHEIM.
Geautoriseerde vertaling van Mr. G. KELLER
19)
Hij keek mij een beetje onnoozel aan en
antwoordde:
„Ik'begrijp u niet goed, mijnheer.
Een politieagent stond op een Paar Pas
afstands van ons en ik riep hem bij mij. it
„Deze persoon maakt het ons lastig
verklaarde ik, naar hem wijzend, „door ons
te volgen overal waarheen wij gaan De
jonge dame heeft onder haar bagage een ju
weelenkistje en ik heb papieren van vrij
groote beteekenis in mijn bezit. Doe mij
het genoegen hem te zeggen, dat hij ver"
dwijnt, of te willen nagaan of hij inderdaad
tot de reizigers behoort.'
De jonge man glimlachte flauwtjes. De
agent antwoordde mij beleefd, doch ik e-
greep dadelijk, dat ik een vergissing üaa
begaan.
„Deze heer is ons zeer goed bekend, mijn
heer", zei de man. „Ik geloof niet, dat u
werkelijk meent, dat hij u lastig va";
„Nu, ik hoop in ieder geval zeide ik,
mij weer verwijderend, „dat we hem voor
het laatst hebben gezien.
Voor het oogenblik was dit blijkbaar ook
het geval. Ik liet mijn eigen bagage geven
en naar de vigilante brengen. Daarop hielp
»k mijn gezellin in het rijtuig en was op het
punt mij bij haar te voegen, toen ik op een
over in den laatsten tijd zooveel geschreven
en gesproken is.
Spr. leidde het onderwerp in met een kort
woord, waarin hij er op wees, dat het doel
van deze vergadering is een protest tegen al
het geschrijf e.d. over de Russische toestan
den.
Daarna ving de heer Jos. van Veen rijn
rede aan.
D Rede Jos. van Veen.
Keeds toen spr. nog op het seminarium
was, heeft een van zijn professoren eens ge
zegd, dat de strijd eens zou gaan tusschen
rood en zwart. Dat blijkt waar te zijn, want
op het oogenblik is de paus opgetreden als
leider van „zwart".
V roeger was de paus „opperpriester". Hij
deed zijn plicht als zoodanig, en heeft dat
vele eeuwen vol gehouden.
Nu is dat plotseling omgekeerd. De paus
treedt nu op als kapitalist en vergeet daarbij
zijn priesterschap. Dat is een merkwaardige
ommekeer. Thans reikt de paus de hand aan
calvinisten, lutheranen, enz. enz.
De oproep van den paus is gretig aanvaard
In alle landen ging men een actie voeren te
gen de Russische kerkvervolging. Ook in Ne
derland zijn al verschillende vergaderingen
gehouden.
In de Utrechtsche vergadering trad op een
zekere Jack, die een 30 jaar in Rusland ge
leefd heeft. Deze heeft eigenlijk niets anders
gezegd, dan dat in het begin der Russische
revolutie de kerk het erg te verantwoorden
had. Dat is geen wonder, maar het is
nu de vraag, hoe of het thans is. En daar
van zeide die spreker niets.
Maar andere sprekers, die nooit in Rus
land geweest zijn, niet de Russishe toestan
den kennen, spreken heel anders, veel vree-
selijker.
Men zou geen gebeden meer mogen hou
den in de kerken, menenfin, men kent
de geschiedenis. Verschillende sprekers (do-
miné's en rabbijnen) hekelden de Russische
toestanden. Spr. gaf er verschillende voor
beelden van. Vooral de vergadering in Am
sterdam belichtte spr. uitvoerig.
Er is dus een eenheidsfront tegen Rus
land. En dat front zal straks een gewapend
front worden, aldus spr. En hij haalde ten
bewijze daarvan een citaat aan uit een blad,
waarin een Jesuït, Henri de Grave, den toe
stand in Rusland behandelt. Alles wijst er
op, dat de wapenen straks tegen de sovjet
zullen worden opgenomen en dat men thans
bezig is, dien „oorlog" voor te bereiden.
Hoe reageert Rusland echter op al deze
bewegingen? Daar zegt men, dat men in
Rusland geheel vrij is. Men mag er zijn
?;odsdienst bekleeden, zonder dat men gevaar
oopt. Echter, men mag de wetten van het
land niet overtreden. En dat gebeurt wel,
vandaar dat er ook verschillende priesters
in de gevangenis komen. Vooral in den te-
genwoordigen tijd zijn verschillende pries
ters gevangen genomen, omdat zij vooral nu
de wetten overtreden.
Het hoofd van de Russische kerk heeft ge
zegd, dat hij zich van de staatspolitiek af
wende. Hij wenschte alleen zijn goedsdienst
te verdedigen en hij heeft gezegd, dat er in
Rusland geen enkel persoon om godsdiensti
ge redenen vervolgd wordt.
De klokken mogen in Rusland niet meer
luiden, maar dat is niet om een kerkelijke in
stelling te vernietigen, doch alleen, omdat
het luiden veel te hinderlijk was. En hetzelf
de is in het Westen het geval, maar daar
praat men niet over.
Ook de feesten mogen de Russen gerust
vieren. Er zijn zoo'n 150 feestdagen per jaar
in Rusland, de Zondagen dan meegerekend.
Hetzelfde Russische kerkhoofd heeft den
paus verweten, dat hij in Polen ook de Rus
sische geestelijken verjoeg, toen Polen daar
vrij werd.
Ht is dus lang niet alles waar, wat men
hier vertelt en schrijft. En ook de kranten
kan men lang niet gelooven.
Maar mag men spr. dan wel gelooven?
Spr. kent de taal, kent de Russen en hun
land zelf. Hij heeft dus in elk geval meer
recht van spreken, dan zij, die er nooit ge
weest zijn.
Spr. gaat dan verschillende feiten bespre
ken. Daar is allereerst de Russische wetge
ving. Spr. ging deze in kort na.
Al de goederen, die aan de kerk behoor
den, zijn volgens een decreet gemeenschaps
goederen geworden. Ter plaatse kunnen ech
ter eere-vereenigingen worden opgericht.
Daarbij werd bepaald, dat deze vereenigin-
gen met het plaatselijk sovjet-bestuur in
overleg kunnen treden, om dan de kerkelijke
gebouwen in bruikleen te krijgen. Vervol
gens moeten deze vereenigingen minstens
20 leden tellen. En daarin rit hem de kneep,
aldus spr., want er zijn er veel, die geen
godsdienst belijden. Zijn er dus geen 20 le
den meer, dan kunnen de gebouwen voor
andere doeleinden gebruikt worden.
De gemeenschap betaalt niets voor de
geestelijkheid en deze zijn niet meer immu
ne, niet meer onaantastbaar. D.w.z. dat de
geestelijken wel belasting moeten betalen,
wel met de wetten rekening moeten houden.
De geestelijken worden dus over dezelfde
kam geschoren als andere menschen.
Vervolgens werd bepaald, dat geestelijken
geen godsdienstonderwijs mogen geven aan
kinderen beneden 18 jaar. Dat is voor de
kerk een tegenslag, maar toch is het logisch,
omdat men beneden die leeftijd zeker geen
eigen meening kan hebben.
De kloosters werden niet opgeheven, om
dat de kloosterlingen zelf wilden medewer
ken aan den socialen opbouw.
Dan werd er bepaald, dat alleen de inwo
ners van Rusland geestelijke mogen worden
Van buitenlandsche geestelijken moet men in
Rusland niets hebben.
Uitdrukkelijk is echter bepaald, dat er vrij
heid van godsdienst is in geheel Rusland.
Inderdaad bestaat die vrijheid van gods
dienst. Spr. gaf daar eenige voorbeelden
van.
Bovenstaande zijn in groote trekken de
wetten, die reeds in 1918 gemaakt zijn. Ze
zijn dus nu al een 12 jaar in werking.
Er zijn echter veranderingen gekomen.
Zoo moesten de kloosters ontruimd worden,
omdat de kloosterlingen hun woord niet ge
houden hadden. Van arbeidsgemeenschap
was bij die kloosterlingen geen sprake ge
weest. Verder bleken de vereenigingen van
eere-diensten buiten haar boekje te zijn ge
gaan. Ze moeten thans geregistreerd wor
den. Er waren er te veel, die aan contra-re-
volutionnairen arbeid deden. Dan moesten de
leden minstens 18 jaar zijn. Verder mogen
deze vereenigingen geen socialen arbeid ver
richten. Dat doet de overheid zelf. Tenslotte
moge de vereenigingen van eerediensten
zelf geen godsdienstonderwijs geven, want
daarvoor zijn de popes.
Uit die wetten blijkt heelemaal niet, dat
ze gevaarlijk zijn voor het menschdom. Er
staat ook niets in, dat onredelijk is, of histo
risch onverdedigbaar.
Er is dus in Rusland in de loop der jaren
wel wat veranderd, maar wat er gebeurt, is
volgens den wensch der massa. En dat dit
fnuikend is voor het clericalisme, daar is
niets aan te doen.
De wetgeving alleen is echter niet vol
doende. Er is echter ook nog een mensche-
lijke vrijheid. En ook in Rusland zijn ver
schillende feiten, die op het clerialisme
fnuikend werken.
In Rusland wordt gewerkt aan den op
bouw van het socialisme. Dat is een eerlijke
zaak.
Maar, waarom is de mensch godsdien
stig? Omdat de natuurkrachten e.d. hun
daartoe dwong. Echter ook 't kapitalisme is
zoo'n kracht, waarvoor de kleine man bang
wordt. Als men dien angst, die macht gaat
opheffen, dan komt de mensch tot zichzelf.
Men voelt zich opgelucht, men wordt mis
schien wel wat brutaal. En daardoor krijgt
de godsdienst een gevoelige knak.
Men moet ook niet vergeten, dat in de
Russische staat de christelijke idealen meer
verwezenlijkt zijn dan waar ook. De men
schen zijn beter voor elkaar, ze zorgen voor
elkaar, kortom, de Russen zijn eikaars „broe
ders" geworden.
Een derde factor is het Marxisme. Er is
in Rusland 1 pCt. communisten. Marx heeft
altijd gezegd, dat godsdienst 'n soort opium
voor het volk is. Ieder communist is dus
anti-godsdienstig. Dat wil niet zeggen, dat
daarom bloed gestort moet worden. De Rus
weet wel, dat met bloed door hen niets be
reikt wordt, maar de communist tracht de
anderen te overtuigen, dat de godsdienst
waardeloos is.
De geestelijkheid voert een contra-revolu-
tionnaire actie. Maar de boeren, die het
thans veel beter hebben dan vroeger willen
geen nieuwe revolutie. Ze hebben nu al zoo
veel sociale maatregelen gekregen, dat ze
deze niet graag meer willen missen.
De geestelijkheid heeft voor al dat niets
kunnen doen, zoodat het geen wonder is,
dat men zich van de geeestelijkheid afkeert.
Verder is gebleken, dat de geestelijkheid
de Russen wat voor den gek heeft gehouden.
Spr. schetst dat in een verhaal over een
klooster, dat hij zelf bezocht heeft.
De bond van atheïsten, die in Rusland een
millioen leden telt. maakt propaganda voor
zijn ideeën door dergelijke geschiedenissen
te publiceeren. Hij maakt de menschen op
verschillende wijze duidelijk, wat hij wil.
Zoo'n machtige vereeniging kan in Rus
land natuurlijk ook wat vragen. Ze heeft
paar pas afstands den politieman langs het
trottoir zag drentelen, dien ik even te vo
ren te hulp had geroepen. Ik ging op hem
af en vroeg hem, terwijl ik hem een beetje
terzijde nam:
„Misschien is u wel bereid een souve-
reign te verdienen met een inlichting, waar
mee u in geen enkel opzicht zich aan schen
ding van uw plicht schuldig maakt".
Hij keek mij onverstoorbaar kalm aan.
Blijkbaar achtte hij het geraden het zwijgen
te bewaren.
„U zei daareven, dat de jonge man, die
ons achterna liep, u welbekend is. Wil u mij
dan zeggen wie het is?"
„Het ligt niet op mijn weg, mijnheer, u
dat mede te deelen", zeide de agent en kui
erde kalm verder.
Ik stapte in en wij reden weg. Toen wij
het voorplein van het station verlieten, kon
ik nog voor het laatst een blik werpen op
onzen achtervolger. Hij stond vlak voor den
hoofdingang, terwijl hij naar den hemel
staarde, alsof hij nieuwsgierig was of het
zou blijven regenen. Hij keek bij ons naar
binnen toen het rijtuig hem voorbij ratelde
en de jonge dame liet zich achterover in de
kussens vallen, toen zij hem in het oog
kreeg,
„Ik ben er van overtuigd", verklaarde
zij, „dat het een detective is."
Ik dacht er niet anders over, maar ik vol
stond met te lachen, onder de opmerking:
„Als dat werkelijk het geval is, dan behoeft
u zich niet ongerust te maken. Het is vol
strekt niet twijfelachtig, wie hij zoekt. U
moet niet uit het oog verliezen, dat al zijn
die geheimzi*nige heeien van de PUce
d'Anjou op hun manier machtige persona
ges, zij inderdaad knappe kerels zouden
moeten zijn om mij volledige veiligheid te
verschaffen. Het is hier vrij algemeen in
sommige kringen bekend, dat ik gedreigd
heb Tapilow te zullen vermoorden, waar ik
hem ontmoeten mocht.
Zij keek mij een oogenblik in twijfel ver-
keerend aan en schudde het hoofd, ontken
nend zeggend:
„Neen, men gaat uw gangen niet na."
„Maar van wien dan wel?"
„Van mijn oom en mij.
Ik keek haar nieuwsgierig aan en vroeg:
„Doe mij dan het genoegen te zeggen
waaruit u dat afleidt. Uw oom is een man
van aanzien en heeft hier zaken te doen,
die best het daglicht kunnen velen. Waar
om zouden dan detectives zijn gangen na
gaan?"
Zij schudde het hoofd.
„Ik vermoed omdat wij vreemdelingen
zijn", zeide zij. „Maar sinds oom mij uit
Bordeaux heeft gehaald, schijnen onze gan
gen door iemand te zijn nagegaan, waar
heen wij ons ook begaven."
„Och, hier zult u er niet veel last van
hebben", merkte ik vroolijk op. „Engeland
is geen politiestaat zooals Duitschland ol
zelfs Frankrijk".
„Ja, dat weet ik, maar ik heb u reeds
vroeger gezegd, hoe ik over ons bezoek aan
Engeland denk. Er zit iets onvriendelijks in
de lucht voor mij, iets dat mij ter neer
drukt, dat mij het gevoel geeft alsof er kwa
de dagen voor ons op komst zijn."
Ik lachte geruststellend en vervolgde:
„U laat uw fantasie te veel werken. Ik
dan ook invloed, al is rij geen officieele in
stelling. En de Westersche pers wil maar al
te graag ook dergelijke instellingen als re-
geerings-lichamen beschouwen.
In Rusland verschrompelt het kerkdom.
Daarom worden er natuurlijk wel kerken ge
sloten, want de belangstelling wordt gerin
ger. In al de jaren van het sovjet-bestaan
rijn er zoo'n 3500 kerken, moskeeën e.d. ge
sloten. Dat is niet veel. Maar wel worden
tienduizenden aanvragen gedaan, om kerken
te sluiten.
Er zijn in Rusland minstens 50.000 ker
ken. En ze zijn nog bij lange na niet alle
gesloten en het zal nog vele jaren duren,
voordat Rusland geen kerken meer bezit.
Het tempo is langzaam. Zoo ziin er in De
cember in totaal elf kerken gesloten en inge
richt voor andere doeleinden (school, club
huis, invalidehuis, musea, enz.), in Januari
drie en in de eerste helft van Februari twee.
Dat is dus geen beeld van schrikwekkend
heid, zooals men wel eens voor doen wil.
Spr. beëindigde zijn rede met het uitspre
ken van den wensch. dat hij aan de aanwezi
gen een beeld en feiten heeft willen geven,
waaruit duidelijk worde, dat de sovjet-repu
bliek een wereld is, die zich zelf wel redden
kan en waar de godsdienst niet vervolgd
wordt
De voorzitter van de Dageraad dankte
daarop den spr. voor het gesprokene en
sloot daarop de vergadering.
EGMOND AAN ZEE.
Gemeenteraad.
Dinsdagavond vergaderde de raad dezer
gemeente onder voorzitterschap van den
burgemeester, den heer Ei]ma
Allereerst werd het nieuwe raadslid, de
heer E. Groen, geïnstalleerd.
De voorzitter heette hem in den raad van
harte welkom; er was nu iemand uit de vis-
scherij, die beter dan één van de andere leden
wist, hoe het daar mede stond. Spr. was er
van overtuigd, dat de heer Groen zou helpen
de aangename stemming in den raad te be
vorderen en naar zijn beste kunnen de be
langen van Egmond aan Zee zou behv'-gen.
Onder de ingekomen stukken bevr ch
een schrijven van bewoners van d is
Hendrikstraat, waarbij deze verzoek et
bouwen van den muur, die om den tu ,an
de Prins Hendrikstichting komt, te verhinde
ren.
De voorz. stelde voor om dit verzoek voor
kennisgeving aan te nemen Spr. had er met
den directeur der stichting over gesproken:
de muur wordt al zoo kort mogelijk gemaakt,
maar een stuk van 17 M. was noodig om de
wind uit den nieuwen tuin te houden.
De heer Snoeks vroeg, of er geen gemeente
verordening bestond, die dit verhinderen kon.
De bewoners van de Prins Hendrikstraat
lijden hier schade van.
De voorzitter antwoordde, dat een dus
danige verordening niet bestond Het is niet
prettig voor de bewoners, maar wij kunnen
er niets aan veranderen, besloot spr.
De vereeniging „Vergunning" had een
verzoekschrift ingediend aangaande de hef
fing der vermakelijkheidsbelasting op de
dansavonden.
De vereeniging was van meening. dat de
geheven 15 pCt. te hoog waren in verband
met de korte avonden en de gestelde leeftijds
grens.
De voorzitter deelde echter mede, dat B.
en W. geen termen aanwezig achtten om op
dit verzoek in te gaan.
Aldus besloten.
Dit verzoekschrift hield nog twee punten
in aangaande de bierverkoop en het zetten
van tenten op het strand, welke punten bij
het bespreken der strandverpachting zouden
worden behandeld
Alle vergunninghouders dezer gemeente op
twee na hadden geprotesteerd tegen het ge
heven vergunningsrecht. Zij vonden het te
hoog en wenschten het over de geheele linie
lager gebracht te zien. B. en W. stellen voor
het echter te handhaven.
De heer Broek lichte dit nader toe. Wij
leven in een armoedig dorp. In de jaren 1914
en 1915 werd er gezopen; nu wordt er ten-
slbtte nog maar gedronken. Men heeft hier
in dit geval het hoogste recht geheven, wat
geheven mocht worden, en dit achtte spr.
onbillijk.
De heer Blok sloot zich bij dit laatste
aan.
De voorzitter merkte op. dat het altijd op
deze wijze was geregeld. Waarom het nu te
veranderen? Dan moest de drank maar wat
duurder worden; en werd het misbruik ook
tegengegaan.
De heer Van der Pol: Hoe kwamen B. en
W. er toe om het bedrag cfit jaar over be
geheel met 112,50 te verhoogen?
De voorzitter: Wij dachten, dat sommige»
nu meer konden betalen.
De heer v. d. Pol zeide, dat dit onjuist
was. Zaken die minder hadden verkocht,
moesten soms meer betalen.
De heer v. d. Plas vroeg of B. en W. reke
ning hielden met de omzet.
De voorzitter: Wij heffen wat wij meenen,
en rekenen ook naar de localiteiten.
De heer v. d. Plas: Kunnen we dit niet
precies weten?
De voorzitter: Dat is oncontroleerbaar.
De beer v. d. Plas verzocht deze zaak ter
oriënteering te willen aanhouden. De ge
gevens konden dan nog eens worden nage
gaan. Ook kon dan eens naar andere ge
meenten worden gezien en daar de officieele
opgaven worden gevraagd.
Aldus besloten.
Het volgende punt der agenda behelsde het
verkenen van subsidie aan de bizondere
scholen.
Er zou aan de christelijke school f 204.29
worden bijbetaald, terwijl ook een voorschot
van 500 zou worden verleend. De roomsch-
katholieke school kreeg alsnog f 400 en de
afrekening werd vastgesteld op 531 70.
Hierna kwam aan de orde het kiezen van
een helpster aan de bewaarschool.
De voorzitter voegde hieraan toe. dat het
de bedoeling was van B. en W. om deze
voor één jaar tijdelijk te oenoemen, en haar
dan, als het blijkt, dat zij voldoet, vast aan
te stellen. Op de voordracht stonden: 1. Mej.
K. C. Heere, 2. Mej E. Wijker, 3. Mej. Corn.
de Graaff.
Bij de eerste stemming verkreeg mej. Heere
5, mej. Wijkei 4 en mej de Graaff 2 stemmen.
Bij de tweede stemming mej. Heere en mej.
Wijker ieder 5 en mej. de Graaff één; bij de
derde stemming mej. Heere 6 en mej. Wijker
5, zoodat tenslotte mej. Heere als gekozen
werd verklaard.
Het volgende punt der agenda was grond-
verkoop, waarbij de prijzen van den grond
zeei uitvoerig werden bediscussieerd. Aan
den heer J. de Wit werd grond verkocht aan
de Wilhelminastraat, aan de heeren A. v. d.
Steen en H Groen in de Trompstraat.
De heer P Wijker had 8 vierk. M. grond
aangevraagd in de Gasthuisbuurt. B. en W.
wilden deze grond verkoopen voor f 1 per
Meter.
De heer Blok achtte deze prijs veel te
hoog. De kooper zou daar een slop dicht ma
ken en dus de bestaande toestand verbeteren;
daarom moest de prijs niet zoc streng wor
den gehouden.
Het voorstel van den heer Blok werd in
stemming gebracht en verworpen met 10
stemmen tegen één.
De heet C Heere bouwde in de Voorstraat
enkele woningen, en had om deze van een
erker te kunnen voorzien een halve meter
grond aan de straat aangevraagd ter breedte
van 9 Meter.
B. en W. stelden voor deze grond te ver
koopen voor 5 de vierk M.
De heer v. d. Pol vond dit voor grond aan
de Voorstraat te weinig en achtte b.v. 10
een goede prijs.
De heer v. d. Plas sloot zich hierbij aan.
Het voorstel van den heer v. d. Pol werd
in stemming gebracht en aangenomen met f
tegen 5 stemmen.
(Wordt vervolgd).
KOEDIJK.
De raad vergaderde Donderdagmiddag
ten 2 ure.
De voorzitter opende de eerste vergade
ring in het nieuwe raadhuis met een harte
lijk woord van welkom.
De commissaris der Koningin had aan
spr. verzocht zijn bijzonderen dank nog
eens over te brengen voor de hartelijke ont
vangst.
Spr. bracht een woord van hulde aan den
heer Boldewijn die 4 Maart zijn 1214-jarige
ambtsvervulling als ontvanger had herdacht
De heer Boldewijn had daaraan geen rucht
baarheid gegeven, doch spr. oordeelde, dat
hem, als serieus ambtenaar een woord van
hulde diende te worden gebracht
Hij hoopte, dat de heer Boldewijn nog
vele jaren in staat zal zijn, zijn functie te
blijven waarnemen.
Mededeelingen.
Dat van heeren Gedeputeerde Staten
goedgekeurd is terugontvangen:
a. de wijziging der begrooting voor 1929;
b. het besluit tot verkoop van het perceel
Sectie C No. 408 aan de wed. L. Tamis.
Voor kennisgeving aangenomen.
Dat de raad der gemeente Alkmaar in
zijne vergadering van 27 Febr. j.1. tot Re*
genten van het Stadsziekenhuis heeft be-
ben overtuigd, dat Londen u met open ar
men zal ontvangen. Zie, het houdt al op
met regenen. Het weer wordt vastelands-
weer om u te verwelkomen. Kijk eens naar
de maan. Voor Londen zien de straten er
werkelijk haast vroolijk uit."
Zij keek uit het raampje. Een volle maan
stond aan den wolkenloozen hemel. De
schouwburgen gingen juist uit. Op de trot
toirs verdrong zich een dichte schare voet
gangers en op de straat krioelde het van rij
tuigen van allerlei aard, op weg naar de
verschillende restaurants. Bij den ingang
van het hotel Milan moest onze vigilante
eenige oogenblikken wachten, daar een
reeks van auto's en andere voertuigen er
dames en heeren in avondkleedij aanbrach
ten, die in de vestibule verdwenen. Ten
slotte bereikten ook wij den ingang van het
hotel en ik werd op de gewone wijze ver
welkomd door mijn vriend den hotelportier.
„Zooals je ziet, ben ik weer terug,
Ashley zeide ik. „Ik heb mejuffrouw De-
lora van het station meegebracht. Haar
oom is hier reeds. Wij hebben met denzelf
den trein gereisd."
De klerk voor de ontvangst kwam nu na
der en beantwoordde mijn groet met een
glimlach. Hij maakte een buiging voor mijn
dame.
„Aangenaam, dat u ons de eer aan
doet bij ons te komen, mejuffrouw De
lora", verzekerde hij. „Wij hadden al
voor dezen avond op u en den heer
Delora gerekend."
„Mijn oom is dadelijk van het station
hierheen gegaan", zeide zij. „Hii gevoel
de zich niet lekker,"
De klerk maakte weer een buiging,
maar scheen een beetje verlegen met
zijn antwoord.
„Is dü heet Delora reeds op zijn
kamer?" vroeg zij.
„Mijnheer Delora is nog niet hier",
a: twooi ddc de bediende.
Zij keek hem een oogenblik sprake
loos aan.
„Nog niet hier?" mengde ik mij in het
gesprek. „Maar je vergist je vast, Dean!
Hij is een half uur vóór ons van Charing
Cross vertrokken!"
De klerk schudde ontkennend het
hoofd en verklaarde:
„Ik weet positief zeker, kapitein Ro-
therby, dat mijnheer Delora nog niet
hier is geweest met verzoek hem zijn
kamers te wijzen. Het ir. mogelijk, dat
hij van de andere zijde het hotel is bin
nengegaan en dat hij nu in de rookka
mer of American Bar zit, maar hier heb
ik hem niet gezien."
- Er stond een sofa in de vestibule en
juffrouw Delora liet zich daarop vallen.
Ik zag, dat zij zeer bleek was geworden.
„Laat een van de piccolo's even in het
hotel rondvragen", vroeg ik den portier,
„of de heer Delora in een der voorver
trekken is. Indien u mij vergunt u iets
voor te stellen", zeide ik, mij tot haar
wewndend, dan geef ik u in overweging
maar dadelijk naar boven te gaan. U
zult dan wel bemerken, dat de heer Dean
zich vergist heeft en uw oom er reed»
15.
IZordt veryjjjgd,)
A