mkmht llourant. DE VLOEK DER M&JA'S. enë«rd twee in dertigste 'aargang. Vrijdag 4 April P i Reclutsaealkefi 'BURGERLIJKE STAND. Pt oyanciaai raseuiars No. 80 1930 Het vond plaats op een reis van Berlijn naar Amsterdam; de sneltrein was tjokvol. Onder de vele Hollanders in onze atdeeling bevond zich ook de bekende natuuronder zoeker prof D. Hij was in druk gesprek met zijn landgenooten en trok de aandacht zoo wel door zijn fijn besneden gezicht met de tintelende, lichtblauwe oogen als door zijn spierwitte haar, hoewel hij nog betrekkelijk jong scheen. Wie er eigenlijk over begon, weet ik niet meet, maar plotseling vroeg iemand naar die witte haren bij zoo jeugdig voorkomen De geleerde schudde even zijn imperator-kop „Ik wil het u wel vertellen, al praat ik weinig over die geschiedenis, waaraan de dood van een vriend is verbonden", zei hij. Wij allen zagen in spanning hem aan, door het open raampje weerklonk het dreunen der locomotief. Enkele seconden voelden we hóe hij zijn gedachten verzamelde, waarop hij, niet de hand over het hooge voorhoofd strij kend, begon: „Zooals u misschien wel weet, was ik reeds in mijn jonge jaren een ijverig speurder naar oude gedenksteenen uit den vóór-Europee- schen tijd in Midden-Amerika Ik was nauwe lijks één jaar in Mexico-city, mijn vast pied-a- terre, toen ik van een Puebla-inlander de tij ding ontving, dat hij eenige bouwvallen had ontdekt in de nabijheid van Tezkuczko, de oude koningstad der Maja-dynastieën. Tezamen met een jongen, Engelschen ge- zantschaps-secretaris, die als ik met groote belangstelling dergelijke onderzoekingen volgde, reden wij, vóór bijna twintig jaren, het Mexicaansche bergiand in. Verder volg den ons nog eenige inlanders uit de nabij gelegen dorpen. De landstreek was in veel ruimer mate dan heden hoofdzakelijk een oerland. Na een vierdaagschen marsch bereikten wij de aangegeven plaats. Dicht geboomte scheen alle binnendringen te willen stuiten Met veel moeite baanden wij ons met hak messen een pad door deze planten-wildernis. Onze pogingen werden rijkelijk beloond. Geheel van hoornen omgroeid, van hooge varens overwoekerd, vonden wij allereerst een kleine en daarna drie groote pyramiden van steen. Het was voor het eerst, dat men, buiten de Oostersche landen der Oude -Wereld om, pyramiden ontdekte. Aan den voet der grootste van deze sloegen wij onze legerplaats op, bij een open terrein Afbeel dingen van allerhande beteekenis oude go den, tronies, waarvan de wanden der steen gevaarten bedekt waren, schenen ons spot tend gade te slaan. Het eerste, diepgaande onderzoek wees uit, dat het bouwmonumenten moesten zijn uit de vroege Maja-periode. Dit machtig volk van veroveraars was, van het Noorden komend, ook hier in het hoogland woonachtig geweest. Ik zag onmiddellijk in, dat onze ontdekking, in aanmerking nemend de geringe hulpmiddelen, die ons ter vervoe ging stonden, schipbreuk zou leiden als wij alle bouwwerken nauwkeurig wenschten bloot te leggen. Dit was alleen mogelijk met veel grooter exploitatie-kosten. Voor mij was nu het belangrijkste om van het totaal een overzicht te krijgen. Drie dagen hadden wij reeds bij deze bouwvallen van deze vroegere, machtige be schaving doorgebracht; de levensmiddelen raakten op en wij moesten aan terugkeren denken. Plotseling ontdekten wij dat onze Indiaansche jongen, Pablo, zoek was Wij trachtten hem op te sporen, tevergeefs. Het oerwoud zwijgt en bergt voor de hem niet verwante wezens onvermoede gevaren ir. zich. Pablo was verdwenen Daar ontdekte ik op een zijvlakte der pyra- mide een schrift in de Maja-taal. Ik was deze meester en ontcijferde, na verwijdering der mislaag, de teekens. Zij verwezen naar een ingang in de pyramide, die zich onder dezen zijwand zou moeten bevinden. Mijn exploratie-drang werd daardoor op nieuw gewekt Ik vond Bill, mijn vriend, be reid mij te volgen en samen togen we op onderzoek uit Wij vonden inderdaad een door planten woest omrankten ingang, doch meerdere lianen en steenen bleken reeds ver wijderd. Iemand vóór ons had dus reeds ge tracht den ingang te gebruiken Pablo! Het raadsel van zijn verdwijnen scheen opgelost! Met verdubbelden ijver togen wij nu aan bet werk; gold het misschien nog het redden van een menschenlevenWij kropen nu niet tegenstaande het protest der ons begeleiden de in'anders. die ons tevergeefs waarschuw den den vrede des grafs niet te storen, het hol binnen. Na ettelijke schreden werd de gang grooter. zoodat men rechtovereind kon staan Bij het schijnsel van onze zaklantaarns zag ik, dat dit muurwerk eveneens met beeldhouw kunst bedekt was. Opeens wijst Bill op een indruk van voeten in de leemen aarde Daar langs was Pablo gegain! Wij schreden ver der en na eenige minuten kwamen wij aan een hal, die met prachtig geconse veerde 6teen-figuren van oude Maja-goden was ver sierd Breede banden met spreuken dekten de wanden. Me* veel moeite kon ik eindelijk ontcijferen: „Dood den rustverstoorder!" In het midden van het gewelf leidden steenen treden naar eene kamer, die waarschijnlijk zich daaronder bevond Wij gingen tastend naar beneden; de droge lucht van een mijn gang was om ons en deed ons bijna stikken Plotseling hield Bill zijn schreden in Ik lichtte hem bij met de lamp Vóór oris lag Pablozijn lichaam was koud en stijf De dood was zeker uren geleden reeds inge treden. Zoo goed het ging, onderzocht ik hem, vond echter geen uiterlijk letsel alleen stonden zijn gebroken oogen verschrikkelijk groot en droeg zijn gezicht de uitdrukking van een gruweliiken schrik. Wij droegen hem naar de boven gelegen hal: toen werden we gegrepen, beiden, door een heftig willenweten; we daalden opnieuw omlaag. De gang kromde zich en voerde zijwaarts af; zij scheen in een cirkel om het geheele bouwwerk te loopen. Steeds dieper voerde zij ons mee; eindelijk betraden wij een rond ge welf. Bij het flakkerend lichtschijnsel schenen ons van alle zijden doodenmaskers aan te grijnzen. Minutenlang stond ons het koude zweet op het voorhoofd; eindelijk traden wij naderbij Het was de dooden-kamer ver een oud geslacht. In de droge lucht waren de lichamen tot mummiën verschrompeld; de schrille kleuren hunner gewaden echter waren goed bewaard. In het midden der g. oote groeve stond een steenen sarcophaag, waar van het deksel openstond. Terwijl ik de tal rijke inschriften, de gestrengelde iettertee- kens las, waarvan de Maja's evenals hunne neven in het Inca-land van Peru, zich be dienden en die zij overal aan den muur aan brachten, wa& Bill op den grafsteen toege treden. Plotseling vernam ik een holle stem, die met het gorgelend keelgeluid van de oude Maja-taal uit de aardt scheen op te klinken: „Wees vervloekt!" Als door een adder gebeten was Bill ach teruit gestoven. Zijn trekker waren verwron gen Wat was dat? Ook ik stond als ver steend. Maar al te duidelijk had ik de woor den vernomen. Bill greep naar zijn pistool Diepe stilte was om ons, alleen de spook achtige gezichten der verdroogde lijken sche nen ons uit te lachen. Een rilling voer ons door de leden. Daar opeens vatte Bill weer moed en schreed opnieuw naar de sarcophaag, waarvan hij den deksel ophief. Wederom weerklonk: „Zij vervloekt!" Dat was te veel. Tot in zijn haren vaal van ontsteltenis maak te Bill rechtsomkeert: opnieuw de holle geestesstem: „Wees vervloekt!" Een gillende kreet van den Engelschman volgde, schoten knalden, ritselend vielen de mummies inéén. Kruitdamp rondom, want Bill schoot als een bezetene op de wanden; zijn schrille schaterlach echode de gewelven door. Eindelijk gelukte het mij zijn arm te grijpen en meteen het pistool. Het licht was gedoofd, ik tastte, Bill achter mij aan sleu rend, naar den uitgang. Hoe ik dien be reikte, weet ik niet. Half dood van ontzet ting en angst stommelde ik, met den wezen- looze achter mij aan, de treden op, struikel de over het lijk van Pablo, werkte me op nieuw op de been en zwoegde verder, de schacht door, naar buiten. Vóór de pyramide stortte ik, tot groote ontsteltenis van mijn bedienden, bewusteloos neer. De werkelijke oorzaak van hunne ontzetting vernam ik eerst later. Den volgenden dag rilde ik van de koorts en op snel in elkaar gevoegde twijgen bracht men ons beiden door het oerwoud naar een klein Indianen-dorp. Daar zweefde ik vier dagen tusschen dood en droom, mijn ijzer- sterke natuur echter behaalde de overwin ning. Toen ik mij in mijn handspiegel be keek, schrok ik: mijn haar was sneeuwwit geworden, daar hadden mijn inlandsche be geleiders zich zoo bezorgd over getoond. Donker van haren was ik binnen gedron gen, als een grijsaard kwam ik terug. Bill was een dag eerder aan zware zenuw koortsen overleden. De vloek der Maja's had zich voltrokken. Twee menschenlevens waren eraan te gronde gegaan". Ademloos hadden we het verhaal van den professor gevolgd. Na een korte pauze ver telde hij nog: „U wilt nu zeker ook wel eenige ophelde ring vernemen. Ik verkreeg haar eerst na jaren, toen de ruïnenrijke stad van Terkuczko opengelegd werd. Bij de ontdekkingen deed m^n ook de vondst, dat er in den odem ingebouwde, bewegelijke toon-platen met spreek-blaasbal- gen in verbinding stonden, zoodat een ieder, die op die plek trapte, door een geestesstem moest verschrikt worden. Een gruwelijke grafbewaking! Nu werd mij alles duidelijk. Mijn arme kameraad was op een dergelijk platvak ge treden, toen hij de sarcophaag had willen openen. Zoolang wij stil bleven staan, bleef alles stil rondom. Toen Bil! echter zijn voe ten gebruikte, sprak liet kunstige mechaniek zijn vloek uit en verschrikte ons. verlichte Europeanen, evenzeer als den onwerenden kleurling of een grafschender van vóór 2000 jaren Ik had in het archeologisch museum te Amsterdam gelegenheid zoon spreek machine van nabij te zien. Door het neer drukken der toon-plaat werd uit een blaas balg lucht door verscheiden, groote openin gen geperst die zóó waren gestemd, dat een woord der oude Maja-taal ontstond Het raadsel der pyramide van Tezkuczko was op gelost! De vloek echter was desondanks vervuld!" Vragen, deze rubriek betreffende, kunnen uoor onze abonne's worden gezonden aan Dr. te Ifennepe, Diergaardesingel 96a, te Rotterdam. Postzegel van 6 cent voor ant woord insluiten en blad vermelden. BROEDEN. Zoodra we dus een broedsche hen hebben moeten we zorgen voor een nest waar zij kan broeden. Het Broednest: We kiezen hiervoor als plaats een rustige, niet te lichte ruimte. Sommige menschen hebben de gewoonte de hennen in de legnesten te laten broeden. Dit heeft echter vele bezwaren. Ten eerste ziften cu* dieren niet rustig, er is meer kans op on gedierte, andere kippen leggen als ze de kans krijgen eieren er bij in het nest en zoo zijn er verschillende bezwaren. Men kan het nest maken op den grond, waartoe men eerst in den bodem een lichte uitholling maakt. Beter is een sinaasoppel- kist, een oude ondiepe mand of een theekist. Of men deze buiten of binnen zet hangt veel van het jaargetijde en de plaatselijke om standigheden af. De kip mag niet door kat ten, ratten of ander ongedierte geplaagd kunnen worden. Een sinaasappelkist is zeer geschikt. Men zet haar op den kant, spijkert onder tegen den bodem een der deksellatten, zoodat het nestmateriaal er niet uit kan rol len en aan den bovenrand spijkert men een tweede lat, waaraan men een zak of een primitief deurtje kan ophangen, zoodat men de kip op het nest af kan sluiten. Ik heb al tijd met veel succes theekisten gebruikt, op den bodem leg ik het nest en in een der zij wanden zaag ik een opening waardoor de kip gemakkelijk in en uit kan. Boven op leg ik de deksel losjes met een steen vastgehou den of een oude zak er over. Wil men een aparte broedkist maken dan neemt men een kist van ongeveer 40 c.M. diepte en breedte en ongeveer 45 c.M. hoogte. Men begint nu met de kist flink in de car- bolineum ie zetten, zoodat in de naden geen ongedierte huizen kan. Op den bodem der kist legt men óf een laag van ongeveer 5 c.M. dikte gezeefde tuinaarde (dus geen steentjes er in) of een flinke graszode, in het midden uitgediept, of turven, die men m het midden van het nest wat uitholt. Deze onderlaag kan men iedere week wat vochtig maken als de kist op een drooge plaats of op zolder staat. Op die manier heb ik hon derden eendeneieren op een drooge hooizol der uitgebroed. Op deze uitgeholde onderlaag kemt het eigenlijke nest, dat men maakt van zacht hooi. n elke hoek maakt men eerst een bal hooi. In elke hoek maakt men eerst een bal Men kan ook nemen gesneden zacht stroo, in stukken van ongeveer 15 c.M. lengte. Dit stroo wrijft men eerst met de handen wat murw. Men zorge dat er geen graan meer in de aren zit, anders gaan de kippen daar aan pikken. Krullen zijn minder goed, de eieren worden er soms onder bedolven. Het nest moet wel uitgehold zijn, doch niet komvormig, meer als een soepbord, daar anders de eieren over elkaar rollen als de kip ze gaat keeren. Als we nu de broedsche kip hebben, de eieren in het nest, zijn we dan klaar? Nog niet! Eerst moeten we weten of de kip goed zit en op de nieuwe plaats niet wegloopt. We zetten haar dus een of twee dagen op het nest naar haar zin te vormen en we zien dan of ze rustig blijft zitten. Bij kippen van lich te rassen doet men zelfs verstandig ze eerst een dag te laten zitten op de plaats waar ze broedsch werden en ze dan 's avonds voor zichtig naar het broednest te brengen. Verder zorgen we dat het broednest besto ven wordt met tabaksstof of insectenpoeder, zoodat het leven aan ongedierte onmogelijk gemaakt wordt. Ook fluoornatriumpoeder is te gebruiken. Ook de kiip zelf krijgt haar beurt. Houdt haar voorzichtig onderste boven en zorg dat het poeder goed doordringt tot de huid aan buik en dijen en onder de vleugels Warmte is zeer bevorderlijk voor den groei en bloei van ongedierte en de kippen loopen soms door den hevigen jeuk van het nest af. Heeft de kip kalkpooten, besmeer deze dan met creoline-zalf. Pas op met petroleum! Velen stoppen de pooten der kip in petro leum, doch dit is vooral als het op de zachte huid komt niet ongevaarlijk. Als alles nu in orde is zetten we de kip 's avonds op de broedeieren. Men kan daar toe de proefeieren voorzichtig wegnemen en de broedeieren voor de kip leggen, die ze dan zelf onder zich schuift, of men beurt de kip goed gevoerd, zoodat zij een paar dagen rus tig ziften kan. Men zet haar met de kop naar voren, dat is met het oog op het uitnemen gemakkelijker. De kip zette men zeer voor zichtig op de eieren, zoodat zij bij het ^neer komen deze zelf voelt en zich er naar schikt Als we nu alles keurig netjes volgens ons beste weten gedaan hebben, moeten we niet denken dat alles nu ook met 100 pet. zeker heid zal gelukken. Iedere hen is geen goede broedster en heel wat liefhebbers zijn al wanhopig geworden, doordat een kip na een paar dagen zitten van de eieren weglieo. Dr. TE HENNEPE. DIEFSTAL VAN 5000. Voor de rechtbank te 's-Hertogenbosch heeft gisteren terecht gestaan de 25-jarige arbeider J. M. L. uit Eindhoven, die elke week voor de firma Elias aldaar geld moest wisselen op de Nederlandsche Bank en er op 16 Jan. mët 5000 van door ging naar Bel gië, waar hij te Antwerpen werd gearres teerd. Hij had toen nog 4000 in bezit. Hel O. M. eischte 1 jaar en 6 maanden gevan genisstraf. Mr. v. Haastert pleitte voor voorwaarde lijke veroordeeling. ONVOL DOE N'DE KI N DE R ZO RG Men herinnert zich van eenige weken ge leden de zaak van de beide ouders te Broek in Waterland (thans in Ocstzaan woonach tig), ervan verdacht, dat zij oorzaak waren geweest van het feit, dat hun (stief) doch tertje tengevolge van onvoldoende verzor ging in de koude maand Februari met afge storven voeten naar het gemeentelijk zieken huis had moeten overgebracht worden, waar men zich had genoodzaakt gezien, beide voe ten te amputeeren. De met het oog hierop aanhangig gemaakte rechtszaak werd ge schorst. aangezien de huisarts P. T. J. Par- ree verklaarde, niet alle gevraagde inlichtte, gen te kunnen verschaffen in verband met het ambtsgeheim. De officier dagvaarde toen nog een tweetal getuigen, welke gisteren voor de rechtbank gehoord ziin. De getuige-deskundige dr. F. A. W. Meyer verklaarde, dat toen het kind in het ge meente-ziekenhuis was binnengedragen., de beide voeten waren afgestorven. Inderdaad was dit geschied ten gevolge van de koude; een gevolg van bevriezen was het echter niet, daar dit hier te lande weinig voorkomt; er was verder bij het kind wel eenige praedis- ocsitie aanwezig, gezien het zwak gestel, waardoor het lichaam van nature vatbaar der was; noch onvoldoende dekking, noch onvoldoende voeding behoefden oorzaak der afsterving van beide voeten te ziin. De tweede getuige, bestuurslid van eenige Armen fondsen tc'Broek (w.o. het Koker fonds. heiast met de armenverzorging) ver klaarde, dat in het onderhavige geval onge twijfeld steun verleend zou zijn in den vorm van verschillende dekking; wel had verdach te indertijd om steun verzocht, doch dit op een oocenblik. dat deze verdachte verdiende; later toen hij werkeloos was, en hii voor steun in aanmerking kwam, heeft hij zich niet tot het fonds om steun gewend. De officier van justitie verzocht naar aanleiding van de getuigenverklaring de dagvaarding aan te vullen en aan de term „bevroren" toe te voegen de woorden „al thans afgestorven". Vervolgens zijn requisi tor houdend, zeide de officier zich er van te willen onthouden, van deze zaak een sensa tiezaak te maken; van opzettelijk misdrijf wilde hij dan ook niets preken. Aan deze menschen kan domheid toegekend worden, achterlijkheid, hoogstens zorgeloosheid en onverschilligheid, gevolg echter alweer van hun armoedigen toestand. Ook het feit, dat dit kind, ook bij zorgvuldige verzorging in het ziekenhuis, lastig was, moet in aanmer king genomen worden. Schuld is degelijk aanwezig, de feiten van niet genoegzame ver zorging staan vast. Schuld aan het overlijden van het kind achtte spr. niet bewezen, op grond 'waarvan hij verdachte voor vrijspraak voordroeg. Uitspraak 17 Aprjl. WAT ZIJN MANSKLEEREN? De vervolging van een carnaval- vierster te Bergen op Zoom. in za ke haar kleedij. De kantonrechter te Bergen op Zoom heeft gister schriftelijk vonnis gewezen in de zaak- betreffende het loopen in manskieeren door een dame, deel uitmakende van een der groe pen bij het carnavalsfeest aldaar. De ambtenaar van het O. M. had in deze kwestie op verschillende gronden vrijspraak gevraagd, gelijk de Tel. herinnert. Ook de kantonrechter, mr. Van Blaricum, sprak verdachte gister van het ten laste ge legde vrij. Bij dagvaarding was ten laste ge legd, dat verdachte zich heeft vertoond, ge kleed in een lange pantalon van witte, grove cheviot, een tuniek van Oranje satinet met fluweelen manchetten en kraag en een muts met pluim. Het is thans de vraag, aldus overwoog de kantonrechter, of vorengemelde kleeding moet worden geacht te zijn die van de kunne, waartoe de verdachte niet behoort Ter beantwoording van deze vraag d'ent be coeld costuum in zijn geheel te worden be schouwd en niet alleen de panfa'on daarvan welke, zooa's uit een overgelegde foto b'eek het eenige onderdeel van bet costuum is. het wélk in model geheel overeenkomt met de pantalon van een man. Wordt er alleen ach* geslagen op de pantalon, dan zou vo'gens den kantonrechter een "root gedeelte van c tegenwoordige vrouweliike snortk'eeding, in gevolge art. 28 der Politie-Verordening, ver boden zijn. De bedoeling van voormeld arti kei kan z.i. niet anders zijn dan te verbieden het zich op straten of wegen vertoonen in gangbare kleeding van de kunne, waartoe men niet behoort. Mr. Van Blaricum achtte nu het costuum waarin verdachte zich heeft vertoond, nic' een van de gangbare mannenkleeding, waar om hij het bij dagvaarding ten last^ gelegd" feit niet bewezen oordeelde en verdachte vrij sprak. VERDUISTERING DOOR EEN COMMISSIONNAIR IN EFFECTEN. Gister heeft het gerechtshof te Amsterdam arrest gewezen in de zaak tegen den eommis sionnair in effecten A. C. E., die zich effec ten, welke hem in onderpand waren gegeven, had toegeëigend. De rechtbank had verd. op 6 Dec. 1.1. wegens verduistering veroordeeld tot 1 jaar en 4 maanden gevangenisstraf, met aftrek van de voorloopige hechtenis. Van dit vonnis was verd. in hooger beroep ge gaan: de advocaat-generaal vroeg eveneens een gevangenisstraf van 1 jaar en 4 maan den met aftrek van den tijd, in voorloopige hechtenis doorgebracht. Vandaag heeft het Hof, opnieuw recht doende, gelet op den persoon van den verd en de omstandigheden, waarin deze zich be vond ten tijde van het gepleegde misdrijf, hem wegens verduistering tweemaal ge pleegd^ veroordeeld tot een gevangenisstraf van 1 jaar en 4 maanden, met aftrek van de voorloopige hechtenis. EEN DIEF, DIE ZICHZEI.F ZOCHT. L. A. A., 25 jaar, koopman te Budel, stond voor de rechtbank te Den Bosch terecht, vèr- dacht van diefstal met inklimming, gepleegd te Boxtel, Eindhoven, Valkenswaard en Geldrop. Verdachte ging, zooals de Tel.- correspondent vertelt, zeer systematisch te werk. Hij belde voor aan het huis aan, waar hij zijn slag wilde salan. Als er niemand kwam, liep hij achter het huis om en ver schafte zich in de meeste gevallen toegang door openschuiving van een raam. Vijf diefstallen pleegde hij, waarbij hij een bedrag van ongeveer 735 ontvreemd de. Na den diefstal ie Valkenswaard bij de wed. S. wandelde verd. nog even langs haar woning en werd toen aangeroepen door de dochter des huizes. Deze verzocht hem om even mede in huis te komen, omdat zij niet binnen durfde gaan, wijl zij meende, dat er iemand in de woning was. Verd. heeft aan dat verzoek voldaan en met de weduwe S en haar dochter het geheeie huis doorzocht. Later bleek der politie, dat A. den diefstal gepleegd had. Verdachte legde een volledige bekentenis af. Het O.M. vroeg zijn veroordeeling tot een gevangenisstraf van twee jaar en zes maan den. IN HET VONNIS BERUST. De roofmoord te Amstelveen. Zooals wc reeds meldden, had J. P. Dou- ma cassatie aangeteekend tegen het arrest van het Amsterdamsche gerechtshof, waarbij hij veroordeeld werd tot levenslange gevan genisstraf wegens moord en diefstal, ge pleegd te Amstelveen. Naar wij thans vernemen, heeft hij dit cassatieberoep weer ingetrokken. (Reeds in een deel van onze vorige oplaag gemeld.) HARENKARSPEL (Maart). Geboren: Alida, d. v. Gerrit Kruijer en Afra Alida Broersen. Anna.Elisabeth. d. v. Gerrit Bos en Wilhelmina Geertruida Boekei. Anna Emma, d. v. Cornelis Lim- men en Trijntje Spaans. Geertje Hen- drikje, d. v. Roelof Bouwes en Johanna Christina Bloemen. Johannes Simon, z. v. Willem Jong en Johanna Hessing. Anna, d. v. Jacob Overman en Petroneila de Jong. „Jantje Jouwkje, d. v. Roelof IJpma en Trijntje de Vries. Andries, z. v. Johannes Kuilboer en Anna Tilmer. Divera Afra, d. v. Johannes Dekker en Elisabeth Divera Slijkeriran. Gerardus, z. v. Pieter Volkers en Alida Koomen. Johannes. z. v. Everar- dus Tesselaar en Elisabeth Catharina Groot. Afra Cornelia. d. v. Mattheus Hoogeboom en Margaretha Pronk. Pieter, z. v. Pie ter Frans Borst en Wijntje Slot. HEEMSKERK (Maart). B e v a 11 e n: O. de WitHoogland d T. Koning—Hoogland z. P. T. Seignettf Meereboer d. O v e r 1 e d e n: C. Al, gehuwd met I Bakker, 83 jaar. Aafje de Ruiter, wed van N. Heesterbeek, 79 jaar. SINT-PANCRAS (Maart). Geboren: Maartje, d. v. Klaas Hau- wert en Wijntje Korver. Dieuwertje, d. v. Klaas Wiedijk en Aagje Balder. Overleden: Antje Kroon, 77 jaren wed. van Dirk Eriks. NOORD-SCHARWOUDE (Maart). G e b o r e n: Anna, dochter v. Petrus Bet en Dieuwertje Grootjes. Dorathea Maria, d. v. Johannes Buur en Catharina Johanna de Groot. Maria, d. v. Johannes Hink er Geertruida Bleeker. Nellie, d. v. Frederik Appel en Neeltje Swager. Johanna, d. v. Lourens Schrijver en Elisabeth Maria Kaag Nicolaas Abraham, z. v. Abraham Borst en Maartje Swager. Ondertrouwd: Simon Kuiper en Brechtje Reinouwtje Blokker. Getrouwd: dezelfde. Overleden: Ariën van Eerden, oud 86 jaren Wedn. v. Aaltje Hemke. Sijbrand Theunisz, oud 59 jaren, echtgenoot van Adriana Refter, wonende te Amsterdam. Immetje Wah'.en, oud 77 jaren, wed. van Arie Schrijver, wonende te Zuid-Scharwoude. WARMENHUIZEN (Maart). Geboren: Helena Maria d. v. Pieter Nannes en van Lucia Ligthart. Cornelia Maria d. v. Theodorus Ocijevaar en van Maria Tesselaar. Theodorus z. v. Bartho- imens van Duin en van 'acoba Groen. Klaas z. v. Aart Leer.dert Jonker en var - Anciv Gehuwd Johannes Groot en Maria E.'izabeth de Koning. Overleden: Jan Vreeker, oud 63 jaren, echtgenoot van Füzabeth van der Mo ien. Jan Kraakman oud 65 jaar, we cluwnaar van Aaltje Zuurbier. HEER HI JGOWAARD (Maart). G e b o re n: Petrus Cornelis Jcseph, b van J. Kroon en A. Teileman. Arie, z van Jb. Leegwater en C. Bouwens. Afra Ca tharina, d v. J. Groot en E. Boots - Johan nes Petrus, z van P. Smit en C. Duin. Trijntje, d. vr.n D. Wagenaar en S Hoog land Izaak Alberius z van E. Dekker en T Roselaar Cornelis z van Th Tamis en A. Cath de Wit Maarten, z van P. Kool en Joh Verweij. Pietertje, d. van K Kleimeer en G. Pauw. Divera a. van N. Weel en P Stroopei Johannes Jacobus, z. van P. v Langen en G Schaap Geer truida, d. van J. Wokke en Eva Korver. E'isabeth Greta d van Sj de Vries en A. Vader. Petrus Jacobus. z. van W Dekker en A. M Roczendaal. Weintje. d van D. Gootjes en Elisabeth den Hartigh. Jacobus Petrus, z. van G Burger en E. Fakkeldij. Adriaan, z. van L Verhuist en M Leegwater. Ondertrouwd:: C Dijkshoorn te Beemster en A. Oostmeijer. Overleden jacoba Kenter wed. van C Appelman jaai Mietje Blom 5? jaar, d. van S Blom en E de Haan. Bregje v, d. Jagt, 72 jaar, echtgen. van H. J. Overman. UITGEEST. (Maart). Albertus, z. van Albertus Vennik en van Catharina Verduin Maarten, z. van Ger rit Muijs en Catharina Schenk Jitske. d van August Frederik Wiliem de Valk en van Feikje Kok. Overleden: Agatha Brasser, gehuwd met Jan Planteijdt, oud 55 jaar. MEDEMBLJK. Gistermiddag is de rijnaak genaamd „Ja- co", schipper Jansen, varende op de Zuider zee, nabij de zandplaat de „Oude Zeug" los geslagen van de sleeptrossen der sleepboot „Genimedus" en tegen den dijk geslagen. De aak was geladen met steen voor de Zuider zeewerken. Door het geven van seinen is de sleepboot „Onderneming'' van Den Oever, kapitein Huisman, vertrokken. Na veel moei te is het gelukt schipper Jansen, zijn vrouw en vijf kinderen van den aak te halen en naar Medemblik te brengen. Onmiddellijk is de „Onderneming" opnieuw uitgevaren om te trachten den aak bij hoog water vlot te krijgen, waarin zij gesteund zal Worden door de „Genimedus". SGHAGEN. Het wegpersoneel van de opgeheven tram Schagen—Wognum krijgt langzamerhand een andere betrekking. De wegwerker H Blaauw te Winkel gaat naar Obdam. N. Bakker te Opmeer naar Heer-Hugowaard, H. J. Gerritsen van Nieuw# Niedorp naar Heiloo. W. van Zonen var Nieuwe Niedorp naar Velsen. ZUID- EN NOORD-SCHERMER. Het mysterie van de vrouwenjuA. opgelost. Bij de politie meldde zich aan mej. K., wo nende Oostdijk alhier, die onder vertoon van een brief van haar zuster, de op Vrijdag j.1. onder verdachte omstandigheden aan de Zuidervaart gevonden vrouwenjurk opvroeg. De eigenaresse van het kleedingstuk, dat zelfs den aether in beroering heeft gebracht, was op dien avond door haar zwager, die mede in de omgeving van Alkmaar woont, per auto van haar huis gehaald. Na enkele minuten rijdens had de bestuur der van de auto dezen aan den wegkant ge zet, om zijn overjas uit te trekken. Bij deze gelegenheid was het bewuste kleedingstuk, dat mej. K. met enkele andere zaken over haar arm van huis had meegenomen, blijk baar uit den wagen gevallen. Gelukkig bleek dus de vrees voor misdrijf ongegrond. UITGEEST. Verkiezing polder de Uitgeester en Heemskerker Broek. Bij de op Donderdag in het hotel „De Ooievaar" alhier gehouden verkiezing voor Hoofdingelanden van den polder de Uit- geester- en Heemskerker Broek zijn als zoo danig voor Uitgeest verkozen de heeren Apeldoorn en A. Cornelisse Jbz. beiden te

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1930 | | pagina 9