SPOOffs MOSTERD
undbouw 8h VEETEELT.
1de avonturen van een verkeersagent jé-
Boeken
ichrïften
Spoor's gestampte Muisjes
Provinciaal nieuws
is een ellendige kwaal. En toch
gemakkelijk te genezen met
behulp van Foster's Maagpillen,
het ideale laxeermiddel.
f0.65 per flacon in alle apo
theken en drogistzaken.
Pres., mr. Huysinga: Het was U toch wel
duidelijk, dat de portier U niet wilde binnen
laten?
Verdachten gaven dif^toe.
1 Pres.: Was U onder den invloed.
Verd. B.: Achteraf begrepen wij, dat wij
tamelijk dronken waren geweest.
Pres.: Een fatsoenlijk man blijft fatsoen
lijk, ook in dronkenschap!
Op de vragen van den verdediger deelden
de studenten mede, dat hun „bezoek" aan het
paleis geen afgesproken werk was geweest,
doch een plotselinge opwelling.
De dienstdoende portier, als getuige ge
hoord, vertelde, dat er zeer hard gebeld werd.
Toen hij de deur opende, zag hij direct, dat
de bezoekers dronken waren. Ik waarschuw
de hen, aldus getuige, herhaaldelijk weg te
gaan, doch er was geen praten met hen.
Toen ik de politie opbelde, zijn zij naar boven
geloopen en vernielde een ruit van de troon
zaal. Toen zij werden gearresteerd, stond een
der studenten in de troonzaal te zwaaien met
een plumeau. In een der vertrekken was een
kroon beschadigd, een kachel tn een bank
omvergeworpen.
In verband met de werkzaamheden in het
paleis waren de kamerdeuren niet gesloten
De officier van justitie, mr. Massink,
noemde in zijn requisitoir het onderhavige
geval zéér zeldzaam in de geschiedenis van
[het koninklijk paleis. Beide verdachten had
den teveel gedronken, zooals dat tijdens de
varsity veel voorkomt. Spr. was volkomen
overtuigd, dat verdachten niet in het paleis
zouden zijn binnengedrongen indien zij niet
zooveel hadden gedronken. Toch zijn zij be
wust het paleis binnengedrongen. Deze
plaats dient iederen Nederlander halig te
zijn. Er is reeds een straf door den senaat
over beide verdachten uitgesproken, een straf
die hier en daar nogal verontwaardiging
wekte, wat dit betreft hadden de beide heeren
„een gunstige pers". Doch spr. wilde hier
mede geen rekening houden, er dient tegen
dergelijke onhebbelijkheden streng te worden
opgetreden, daar de koningin in dit geval
werd beleedigd.
Spr. eisohte tenslotte een gevangenisstraf
van drie weken.
De verdediger, mr. J. de Vrieze, meende,
dat het O.M. de zaak in een zeer ernstig licht
stelde. De verdachten zijn reeds drie maan
den geschorst door het corps en twee jaor
door den senaat. Hun examen is eveneens af
gebroken. PI. ziet nog wel het grappige van
de zaak in, al is het verkeerd. De jongelui
waren brooddronken en zij hadden pech, dat
de vertrekken niet gesloten waren, was dit
wel het geval geweest, dan zou er niets ge
beurd zijn. De zaak is zeer opgeblazen, en
het ware beter geweest de geheele geschiede
nis door te zwijgen. Ook dient de rechtbank
niet te vergeten in welke stemming de ver
dachten verkeerden na de overwinningen op
de Varsity. PI. drong dan ook met klem aan
op een geldboete subs. een geringe voorwaar-
delijke straf.
Uitspraak, 27 Juni.
Mario F er r ar a's IJdele Liefde, door Johan
Fabricius. Uitgave N.V. H. P. LeopolcTs
Uitgeversmaatschappij te 's-Gravenhage.
Een boek van zon en zee, van Capri
met zijn diepblauwe luchten waar de
koraalriffen boven het water uitsteken
en de Italiaansche gidsen de vreemde
lingen naar de blauwe grot roeien, een
grot die geheel van lichtstralen schijnt
geweven.
Daar leeft Mario Ferrari, een eenvou
dige roeier, maar een man, die zich
hoog boven zijn soortgenooten verheven
voelt omdat zijn overgrootvader de
ontdekker van de grot is geweest.
Hij vertelt dat met gerechtvaardigen
trots aan de toeristen die hij in zijn
bootje naar binnen vaart en eenmaal in
de grot duikt hij onder den rotswand
door en de dames in zijn ranke bootje
werpen heimelijk bewonderende blikken
op den jongen Italiaan, die zich als een
visch in het water kan bewegen.
Als de avond valt vraagt Mario aan
de oudste vrouw van Capri, die zijn
grootje is, of zij Giulietta niet gezien
heeft en het oudje vertelt hem in ruil
voor de dien dag ontvangen twintig
lire, dat zij Giulietta, nadat deze den
vreemdelingen stukken bloedroode ko
raal verkocht heeft, met haar mooisten
omslagdoek om en haar kousen aan, den
grooten weg heeft zien opgaan.
Innerlijke onrust drijft ook Mario
dien weg op en even later constateert hij
dat zijn hart liem niet ten onrechte
heeft gewaarschuwd. Giulietta neemt
als hij haar vindt juist een teeder af
scheid van den Tedesco, een jongen
Noor, die als vreemdeling op Capri ver
toeft. Dan stijgt den hartstochtelijken
Italiaan het bloed naar het hoofd en als
Giulietta even later niets met hem, den
eenvoudigen roeier, te maken wil heb
ben, besluit hij den Tedesco te dooden.
Hij wacht hem 's avonds in donker op
en stoot toe.
Dan vlucht hij in verwarring over zijn
daad. Hij zwerft als een hongerige
schooier in Napels rond en weet zich
als verstekeling op een boot naar Zuid-
Amerika te verstoppen. Tweemaal
wordt onder de landverhuizers inspectie
gehouden en tweemaal weet Mario zich
te verbergen.
I Maar hij zou van honger omgekomen
zijn als het meisje met de donkere sjaal
er niet geweest was en zich tot hem
aangetrokken had gevoeld. Zij deelt in
stilte haar eten met hem en na enkele
dager, is het Mario of hij haar zijn ge-
heele levejj gekend heeft, gij verklaart
"■HW-
haar zijn liefde, maar het meisje wijst
d'e snikkend af. Het geluk komt voor
haar te laat. Als Mario weet wie zij is
zal hij haar verstooten. Zij vertelt het
hem op een donkeren avond als hij zich
in een reddingboot verstopt heeft om
aan een inspect'e te ontkomen.
Zij behoort bij het groepje onbe
schaamde danseressen, die 's avonds de
donkere blikken der getrouwde vrouwen
trotseeren als haar mannen te duidelijk
blijk geven, dat dit soort vrouwen hun
niet onverschillig is. Zij zijn erger dan
danseressen want zij gaan een duistere
1 estemming tegemoet al zijn zij dan ook
ingeschreven als kantoorpersoneel van
een unheimisch individu, een Rus, die
aan boord niet naar haar omkijkt.
Anna, het meisje met de sjaal, behoort
tot dit groepje en als Mario haar verle
den kent, weifelt hij even, maar vergeeft
haar grootmoedig en belooft in Rio met
haar te zullen vluchten.
's Avonds danst een Spaansche dan
seres aan boord en als Mario een van
haar vurige blikken opvangt wordt
Anna jaloers, maar hij stoot haar van
zich en verwijt het meisje haar verle
den. Hij kiijgt berouw en wil het weer
goed maken, maar Anna heeft 'begre
pen, dat het geluk voor haar niet weg
gelegd is. Wat hij haar nu verwijt zal
altijd tusschen hen blijven.
Dan valt het kindje van een rijken
Amerikaan over boord en Mario springt
het in volle zee na en redt het. Hij be
hoeft nu niet meer als verstekeling te
leven want geld en goed stroomen hem
toe en in Rio gaat hij met de familie
van het kindje van de boot en ontvangt
duizend Engelsche ponden als beloo
ning.
Mario is rijk, hij dwaalt door de groo-
te stad en mist de boot naar Buenos
Ayres. Als hij aan de haven komt is de
boot alweer vertrokken en Anna is niet
meer te vinden. Zij heeft geweten, dat hij
haar verlaten zou en heeft een roeren
den brief met een bede voor zijn geluk
achtergelaten. Dan trekt Mario naar
Parguay en "neemt er een estancia, een
veehoudersbedrijf, over. Hij leert paard
rijden en schieten en als hij wat inge
burgerd is komt het verlangen naar
Giulietta weer boven en schrijft hij haar
een brief, waarbij hij haar ten huwelijk
vraagt en geld voor den overtocht in
sluit.
Giulietta komt, maar als Mario haar
met zijn beide cowboy's verrukt van de
boot haalt, ziet hij nog juist hoe het
Italiaansche meisje hartelijk afscheid
neemt van luitenant Moreno, den com
mandant van het nabijgelegen fort, die
aan boord met haar gereisd heeft.
Giulietta is Mario's vrouw, maar als
hij van huis is, neemt Morena zijn hu
welijksrechten over tot Mario gewaar
schuwd wordt en den kleinen luitenant
met revolverschoten op de vlucht jaagt,
Giulietta bekent hem dan, dat zij moeder
moet worden van een kind, dat noch
van hem, noch van Moreno, maar van
den Tedesco is en uat dit alleen de oor
zaak geweest is, dat zij zijn aanzoek
heeft aangenomen.
Hij vergeeft haar alles, zij is voor
hem de onaantastbare vrouw naar wie
zijn gedachten altijd blijven uitgaan. De
Tedesco, dien hij op Capri heeft neergesto
ken blijkt niet dood, maar slechts ver
wond te zijn geweest. In dollen overmoed
trekt Mario naar het fort en beleedigt
er Morena, die hem gevangen laat nemen
en in een cel sluit.
In dien tijd wordt Giulietta's kindje
dood geboren en enkele maanden later
breekt er een revolutie uit waardoor
alle vrouwen aan boord van een rivier
boot genomen worden waar een majoor
en een galante scheepskapitein Giuliet
ta het hof maken. Mario wordt in vrij
heid gesteld. Hij sluit zich baloorig bij
de opstandelingen aan en weet na de
nederlaag ternauwernood te ontsnappen.
Dan ziet hij hoe Giulietta met den galan
ten kapitein naar zijn huis trekt en in
de slaapkamer verdwijnt en hij besluit
een eind aan zijn leven te maken. Hij
zoekt aan de rivier een steen, die zwaar
genoeg is om hem onder water te hou-
den, maar terwijl hij nog zoekt richt een
zijner weggejaagde cowboy's uit wraak
het geweer op hem en schiet hem in den
rug waarmee het drama van Mario Fer-
raro's leven een einde neemt.
Wie Charlotte's groote reis
gelezen heeft, weet hoe Fabricius van
vreemde landstreken kan vertellen, hoe
hij de kleur en de hartstocht van het
zonnige Zuiden weet te schilderen. De
beschrijving van Capri en zijn bewoners
gaat verre uit boven die van Zuid
Amerika, maar van dit land van revol
vers, paarden en vrouwen geeft hij
prachtige typen, zooals van den post
meester met zijn drie dochters en Pa-
blico den manken cowboy, die rijden kan
of hij een deel van zijn paard is.
Giulietta, het mooie Italiaansche
meisje is Mario's noodlot. Door haar
gaat hij ten gronde en terwijl zij geen
blik voor hem over heeft zoekt hij vrij
willig en gelukkig den dood om haar
niet langer tot last te zijn.
Een zuiver geteekende figuur is Anna,
het meisje met de sjaal en haar verhou
ding tot Mario is zoo gevoelvol weer
gegeven, dat men in den auteur niet al
leen den knappen beschrijver van lan
den en volken bewondert, maar gaarne
diens meesterschap erkent in het weer
geven van stemmingen en gevoelens.
Dit boek is niet voor kinderen geschre
ven, het is hier en daar realistisch, maar
waar dit het geval is past het zich vol
komen aan bij menschen en toestanden.
De eenige opmerking, die wij over
Fabricius' romans hebben is, dat zij te
lang zijn. Ook dit boek omvat ruim
ierhonderd pagina's en het slot, het
zwakste deel van het boek, hadden wij
er gaarne uit willen missen,
Tj.
Panorama geeft Globetrotter weer ge-
gelegenheid veel wetenswaardigs over vreem
de landen en volken te vertellen en Guil-
herme Tamanco zorgt er voor dat zijn ver
halen steeds boeiend blijven. W. A. Groeg
deelt allerlei bijzonderheden over sprink
hanen mede en Dr. P. F. van Hamel Roos
geeft een leerzame beschouwing over eten.
Jean Patou bespreekt bijoux, de sieraden der
vrouwen. Een sportmedewerker vertelt van
een wedstrijd in het Stadion, waarbij de voet
ballende elftallen bestonden uit techniscn
personeel van den Amsterdamschen Stads
schouwburg en uit acteurs van het Vereenigd
Tooneel, aangevuld met leden van het
schouwburgpersoneel. Er zijn ditmaal novel
len van Rex Colville, G. W. Ogden en Fara-
day Keene en vele foto's van actueele gebeur
tenissen o.a. van het avontuur van prins
Carol van Roemenië, van de tentoonstelling
te Antwerpen, van de onthulling van het
standbeeld van dr. Jos Cuypers, van de druk
te in den Londenschen dierentuin en verder
fraaie kiekjes uit Zwitserland en uit de streek
rond Emmen.
Het Juni-nummer van Zonneschijntijd
schrift voor de jeugd, dat bij den uitgever W.
de Haan te Utrecht verschijnt bevat het
vervolg van Van Tienhoven's vertelling over
den zoon van den soetelaar. Jan Wagenaar
geeft in „De dubbele Kilometer" een verhaal
over water en zwemmen, Ir. van Gils deelt
bijzonderheden mede over de afsluiting en
gedeeltelijke droogmaking van de Zuiderzee
en Nannie van Weh'1 publiceert een aardige
vertelling „Een verrassing voor vader". Rein
Valkhoff doet een verhaal over een huisje
tusschen de plassen in „De Koet en de bij
wagen", J. Stolp leert de jongens een scheep
je maken en S. Franke onthaalt zijn jeugdige
lezers op een alleraardigst gedicht met bij
passende plaatjes „Roeiers Latijn". Een ver
haal over water en schepen is dat van Kees
Kluiver „Twee boffers" en J. L. A. Cuperus
geeft op leerzame en onderhoudende wijze
een les in de theorie van 'het zeilen. C. Ferdi-
nand brengt het vervolg van zijn vertelling
over Noormannenstorm, Nan Copijn ver
haalt over wilgen en er is een aardig vers
over den zeeman van E. van Maasdijk.
CALIFORNISCHE PAP.
In een dezer dagen gepubliceerde mededee-
ling van den plantenziektenkundigen dienst
is het percentage aan loodarsenaat ter toe
voeging aan Californische pap aangegeven
op 1Y, pet., dit moet zijn een half pet.
"-$£
MALAISE IN DE BANGERT.
Hier zijn in tegenstelling met andere jaren
arbeidskrachten te veel. Het krenten der drui
ven geeft nog wel werk, maar kruisbessen-
plukkers(sters) worden naar huis gezonden.
Het kan er niet meer af. In verhouding tot
andere jaren is de aanvoer op de veilingen
gering. Bloemkool van den akker (de kas-
en rijenkool is weg) brengt bijna niets op;
le en 2e st. gaat nogal, 3e st. wordt naar
den Mesthoop gebracht. Bindsla is waar
deloos, kropsla wat meer in trek. Aard
beien (van onder glas) hielden zich uitste
kend, doch deze week kwam een val van 80
tot 90 ct. per K.G. Slaboonen zijn er veel,
vielen ook in prijs terug. Komkommers, hoe
wel zakkende, brengen nog goeden prijs op.
Men verwacht nog iets van tomaten en drui
ven; deze producten kunnen den toestand
nog ten goede doen keeren. De stand dei-
pruimen is in de Bangert slecht. Steenrups en
wintervlinder hebben groote schade aange
richt. Aanvoeren zullen klein zijn. Al met al
is 't dus misère en zullen de bouwers weer
niét veel belasting kunnen opbrengen.
N.H.Crt.
HEER-HUGOWAARD.
Vrijdagavond werd in het raadhuis een
vergadering gehouden onder leiding van den
burgemeester, waarin door den heer J. A.
Knetsch, ambtenaar in Rijksdienst der werk
loosheid voorziening en arbeidsbemiddeling,
Dep. van Arbeid'.
Tot deze vergadering waren uitgenoodigd
de besturen der hier bestaande tuinbouw-
vereenigingen en de afd. van de Holl. Mij. v.
Landbouw.
Door den voorzitter werd in het kort uiteen
gezet, wat aanleiding had gegeven tot het
uitschrijven dezer vergaderingmet genoegen
constateerde spr., dat alle genoodigdë bestu
ren waren vertegenwoordigd en hopende dat
deze bijeenkomst gunstig resultaat zou mogen
hebben, gaf hij na een woord van welkom,
speciaal aan den heer Knetsch, dezen bet
woord.
Hoewel arbeidsbemiddeling in den land
bouw reeds in 1910 was ingesteld, zoo ving
de spr. aan, is er tot heden nog betrekkelijk
weinig in deze richting practisch effect
bereikt.
Bij de behandeling der begrooting is hier
over ook in de Kamer geklaagd. Spr. werd
dientengevolge de opdracht verstrekt speciaal
in deze richting werkzaam te zijn ten einde de
instelling zoo mogelijk beter tot haar recht te
doen komen. De spr. wees op de bestaande
arbeidsbeurzen en de werkring daarvan. Uit
een door hem ingesteld onderzoek is hem ge
bleken, dat in Limburg, Groningen en Fries
land wel eenig resultaat der arbeidsbemidde
ling is bereikt, doch naar sprekers oordeel
kan ook elders de instelling tot nuttig effect
leiden. Voor 2 jaar terug is dit spr. gebleken
door zijn optreden in De Streek. Door kennis
te nemen van het bedrijfsleven, hoopte spr. te
komen tot de meest geschikte wijze van wer
ken voor de instelling. In het kort is het
SpOOr SzwitYerschtrki
hoofddoel der arbeidsbemiddeling: een werk
gever goede arbeidskrachten te bezorgen, den
werknemers een voor hen geschikte plaats te
doen verkrijgen. Indien werkgevers en werk
nemers steeds elkaar konden vinden, dan was
bemiddeling onnoodig, doch de vele adverten
ties in verschillende bladen wijzen op be
hoefte aan bemiddeling. Door den spr. werd
gewezen op den trek der arbeiders een gevolg
van gebrek aan arbeid hier en een tekort aan
arbeidskrachten elders, soms alleen voor be
paalde tijden. Doch de trek is niet georgani
seerd, wat moeite en schade vaak veroorzaakt.
Naar sprekers oordeel zal de arbeidsbemidde-
lign het best ingang vinden langs den weg
der organisaties. Door spr. is dan ook reeds
contact gezocht met verschillende hoofd
organisaties en oordeelde dat contact met
meerdere, ook plaatselijke organisaties. Van
groot belang is, vooral ook om zich zoo goed
mogelijk in te werken in het land- en tuin
bouwbedrijfsleven, om te leeren kennen de
behoeften en de verschillende factoren, waar
mee rekening gehouden moet worden. Spr. ge
voelde zeer goed, dat het geen gemakkelijke
taak zal zijn, om de arbeidsbemiddeling zoo
goed mogelijk tot haar recht te doen komen.
Aan de bemiddeling zijn geen kosten verbon
den; op verschillende plaatsen zijn correspon
denten aangesteld voor het ontvangen van
aanvragen en aanbiedingen, het geven van
inlichtingen enz. Vervolgens stond spr. stil bij
bemiddeling, welke in verschillende deelen
van het land met succes was verstrekt en
er tevens op wijzende, dat men niet op getuig
schriften afgaat, doch zooveel mogelijk op
andere wijze gewenschte gegevens tracht te
bekomen, teneinde goede krachten te kunnen
aanbieden; ook wordt rekening gehouden met
geuite wenschen omtrent geloofsrichting. Tot
nog toe is geen bepaald verband gelegd tus
schen de arbeidsbemiddeling en de land- en
tuinbouworganisaties. Beter werd geacht
eerst eens af te wachten, wat de praktijk als de
meest gewenschte wijze van samenwerken zou
aangeven. Bij de samenstelling van eventuëele
commissies, dient daarachter steeds een stu
wende kracht te staan, teneinde verslapping
te voorkomen.
We gaven hier in het kort de zeer duide
lijke en met aandacht gevolgde rede van den
spr. weer.
De voorzitter verklaarde met genoegen
naar het gesprokene te hebben geluisterd en
gaf aan de vergadering gelegenheid om met
den spr. van gedachten te wisselen.
Door den heer P. Kostelijk werd er op ge
wezen, dat de arbeidsbeurs te Alkmaar veelal
geen geschikte arbeiders heeft voor het plat
teland. Indien zoowel door werkgevers als
werknemers van de arbeidsbemiddeling
zooals ook door de spr. van hedenavond naar
voren is gebracht, zoo goed mogelijk geregeld
een ruim gebruik gemaakt, dan zou dit
ongetwijfeld tot mooi succes kunnen leiden.
Tot nog toe laten de reêuitaten te wenschen
over. Goed georganiseerd zou ook hier voor
de arbeidsbemiddeling wel goed werk te ver
richten zijn, naar spr.'s oordeel door middel
van correspondentschappen; vooral zouden
hier wel seizoenarbeiders te plaatsen zijn. Dit
bleek nog onlangs toen een transportarbeider
uit Emmen te Purmerend dezer dagen aange
komen spoedig geheel geplaatst was. Ook
naar spr.'s oordeel dient echter de trek goed
georganiseerd te zijn en dienen teleurstellin
gen als spr. onlangs ondervond te worden
voorkomen; deze had n.1. een man en zoon,
hoewel op dat tijdstip niet noodig te werk ge
steld, tegen flink loon, doch toen spr. ze
best kon gebruiken, waren ze eensklaps spoor-
loos verdwenen, dit betrof een tweetal z.g.
„van de straat" opgenomen.
Ook door den heer Klaver werd een te
leurstellende ervaring meegedeeld, terwijl
door den heer Glas werd gewezen op het
goede werk der plaatselijke arbeidersbeurs te
Broek op Langendijk.
HOOG EN LAAG WATER te
EGMOND AAN ZEE
IN ZOMERTIJD.
J u n i.
Laag water
Hoog water
Datum
v.m.
n.m.
17
8.03
8.26
18
8.49
9.17
19
9.44
10.09
20
10.38
11.06
BERGEN AAN
juni.
Hoog water
Datum
v.m.
n.m.
17
8.06
8.29
18
8.52
9.20
19
9.47
10.12
20
10.41
11.09
v.ni.
4.14
4.54
5.39
6.31
n.®
4.32
5.15
6.06
7.02
Laag water
Doos 30-60,Tube 80 ct. Bij Apoth.en Drogisten.
Door den heer Krom werd gevraagd, of de
plaatselijke arbeidsbemiddeling zich ook
kan wenden tot de rijksbemiddeiing, indien
inderdaad krachten van elders noodig blijken
te zijn. Door den voorzitter werd opgemerkt
dat door hem wel eens een opwekking was
gepubliceerd orti gebruik te maken van de
arbeidsbeurs te Alkmaar, waartoe men zich
dan tot hem kon wenden. Hoegenaamd
echter kwamen geen aanvragen of aanbie
dingen in. Zal er eenig succes van bemidde
ling te boeken zijn, dan moet men zich meer
algemeen tot haar wenden; en deze zal zoo
veel mogelijk moeten zorgen voor vakkun
dige arbeiders, terwijl anders aan de zaak
afbreuk wordt gedaan.
Door den spr. werden de vragen en op
merkingen beantwoord, waarbij deze ge
legenheid vond er op te wijzen, dat de aan
vrager vooraf moet weten wat hij krijgt of
kan krijgen, dat er wel degelijk rekening mee
gehouden moet worden, dat landbouw ook
een vak is, dat de regeling steeds beter
moet worden. Op het oogenbük zijn uit het
Oosten en Noorden des lands beslist goede
krachten voor Noord-Holland te betrekken.
Arbeiders dienen zich liefst vroegtijdig te
laten inschrijven, aanvragen ook liefst niet te
laat worden ingediend. Verder werd door
spr. nog gewezen op het succes te Andijk
met arbeiders uit Groningen. Gaarne wil
spr. ook voor arbeiders optreden om de
zaak uiteen te zetten. Voorts zal getracht
worden in de vakbladen geregeld een lijst
te doen opnemen van aanvragen en aanbie-
dingen, aan welke door de arbeidsbemidde
ling voldaan zal kunnen worden.
Naar aanleiding hiervan werd door den
heer D. de Jong nog opgemerkt, dat deze
door de arbeiders niet worden gelezen,
waarop de spr. antwoordde, dat dit ook kan
geschieden in de vakbladen der arbeiders en
in meer plaatselijke bladen. Voorts achtte spr,
'het gewenscht, dat de zaak in de vergade
ringen der organisaties zal worden be
sproken. Dè heer Brugman achtte ook dii
zeer gewenscht, temeer, daar de plaatselijke
bladen van die vergaderingen verslagen op
nemen. Met nadruk werd er door den heet
Kostelijk nog op gewezen, dat ook in de
arbeidersorganisaties men warm voor de
zaak gemaakt dient te worden, waarmee de
spr. volkomen instemt; ook is spr. gaarne
bereid op te treden, indien niet-georgani-
s^erde arbeiders worden samengeroepen.
Aangezien het voor den spr. hoog tijd was
te vertrekken, werd de vergadering door den
voorzitter gesloten met een woord van
dank aan den spr., in de hoop. dat diens
optreden ook hier succes zal mogen hebben;
indien door de aanwezigen wat meegewerkt
wordt, oordeelde spr., dat er wel iets te be
reiken zou zijn en sloot daarna de vergade
ring met een woord van dank voor de op
komst Hierna werd nog wat nagepraat,
waaruit viel te constateeren, dat voor de
zaak wel gevoeld werd, mits ze uitstekend
wordt geregeld.
URSEM.
De kermisdagen behooren weer tot het
verleden. Pinkster-Maandag werd met een.
prachtig weer ingezet, zoodat velen reeds
vroeg in den middag op de been waren, om
eens een kijkje te gaan nemen, wat voor kra-
merijen er zouden staan. Vooral des avonds
kwam er meer leven in de brouwerij en velen
die er voor hun broodje stonden, mochten
zich dan ook in een druk bezoek verheugen,
vooral de danstent van den vooruitstreven-
den heer Jb. Mulder was tot in de hoekjes
toe bezet doordat deze tijdens de kermisdagen
hiervoor speciaal een gezelschap had afge-
13. De vogel wist wel raad, „Al kan je njgt,vliegen", zeide hij
tegen Keesie, „ik kan het wel en ik zal je ergens heen bren
gen. Je bent niet zwaar en ik kan je gemakkelijk dragen. Wil
je?"
„En of", zeide Keesie.
14 De vogel vloog met hem weg, een donker woud tegemoe
dat ver van de zee lag. Een woud vol hooge boomen en me
breede kruinen. „Daarheen breng ik je", vertelde de vogel aan
het agentje, dat zich met beide handen stevig vasthield.
„Dat kan me best bevallen, verzekerde Keesie, ik heb sI*®P
van al dat vliegen, want nou ben ik al op tweeërlei manieren
de lucht ingegaan
En daar het woud al dichter en dichter bij kwam, begon
Keesie te zingen: --Wiexustej? jyjl in hej gr.qene -