SPOOffs MOSTERD undbouw 8h VEETEELT. 1de avonturen van een verkeersagent jé- Boeken ichrïften Spoor's gestampte Muisjes Provinciaal nieuws is een ellendige kwaal. En toch gemakkelijk te genezen met behulp van Foster's Maagpillen, het ideale laxeermiddel. f0.65 per flacon in alle apo theken en drogistzaken. Pres., mr. Huysinga: Het was U toch wel duidelijk, dat de portier U niet wilde binnen laten? Verdachten gaven dif^toe. 1 Pres.: Was U onder den invloed. Verd. B.: Achteraf begrepen wij, dat wij tamelijk dronken waren geweest. Pres.: Een fatsoenlijk man blijft fatsoen lijk, ook in dronkenschap! Op de vragen van den verdediger deelden de studenten mede, dat hun „bezoek" aan het paleis geen afgesproken werk was geweest, doch een plotselinge opwelling. De dienstdoende portier, als getuige ge hoord, vertelde, dat er zeer hard gebeld werd. Toen hij de deur opende, zag hij direct, dat de bezoekers dronken waren. Ik waarschuw de hen, aldus getuige, herhaaldelijk weg te gaan, doch er was geen praten met hen. Toen ik de politie opbelde, zijn zij naar boven geloopen en vernielde een ruit van de troon zaal. Toen zij werden gearresteerd, stond een der studenten in de troonzaal te zwaaien met een plumeau. In een der vertrekken was een kroon beschadigd, een kachel tn een bank omvergeworpen. In verband met de werkzaamheden in het paleis waren de kamerdeuren niet gesloten De officier van justitie, mr. Massink, noemde in zijn requisitoir het onderhavige geval zéér zeldzaam in de geschiedenis van [het koninklijk paleis. Beide verdachten had den teveel gedronken, zooals dat tijdens de varsity veel voorkomt. Spr. was volkomen overtuigd, dat verdachten niet in het paleis zouden zijn binnengedrongen indien zij niet zooveel hadden gedronken. Toch zijn zij be wust het paleis binnengedrongen. Deze plaats dient iederen Nederlander halig te zijn. Er is reeds een straf door den senaat over beide verdachten uitgesproken, een straf die hier en daar nogal verontwaardiging wekte, wat dit betreft hadden de beide heeren „een gunstige pers". Doch spr. wilde hier mede geen rekening houden, er dient tegen dergelijke onhebbelijkheden streng te worden opgetreden, daar de koningin in dit geval werd beleedigd. Spr. eisohte tenslotte een gevangenisstraf van drie weken. De verdediger, mr. J. de Vrieze, meende, dat het O.M. de zaak in een zeer ernstig licht stelde. De verdachten zijn reeds drie maan den geschorst door het corps en twee jaor door den senaat. Hun examen is eveneens af gebroken. PI. ziet nog wel het grappige van de zaak in, al is het verkeerd. De jongelui waren brooddronken en zij hadden pech, dat de vertrekken niet gesloten waren, was dit wel het geval geweest, dan zou er niets ge beurd zijn. De zaak is zeer opgeblazen, en het ware beter geweest de geheele geschiede nis door te zwijgen. Ook dient de rechtbank niet te vergeten in welke stemming de ver dachten verkeerden na de overwinningen op de Varsity. PI. drong dan ook met klem aan op een geldboete subs. een geringe voorwaar- delijke straf. Uitspraak, 27 Juni. Mario F er r ar a's IJdele Liefde, door Johan Fabricius. Uitgave N.V. H. P. LeopolcTs Uitgeversmaatschappij te 's-Gravenhage. Een boek van zon en zee, van Capri met zijn diepblauwe luchten waar de koraalriffen boven het water uitsteken en de Italiaansche gidsen de vreemde lingen naar de blauwe grot roeien, een grot die geheel van lichtstralen schijnt geweven. Daar leeft Mario Ferrari, een eenvou dige roeier, maar een man, die zich hoog boven zijn soortgenooten verheven voelt omdat zijn overgrootvader de ontdekker van de grot is geweest. Hij vertelt dat met gerechtvaardigen trots aan de toeristen die hij in zijn bootje naar binnen vaart en eenmaal in de grot duikt hij onder den rotswand door en de dames in zijn ranke bootje werpen heimelijk bewonderende blikken op den jongen Italiaan, die zich als een visch in het water kan bewegen. Als de avond valt vraagt Mario aan de oudste vrouw van Capri, die zijn grootje is, of zij Giulietta niet gezien heeft en het oudje vertelt hem in ruil voor de dien dag ontvangen twintig lire, dat zij Giulietta, nadat deze den vreemdelingen stukken bloedroode ko raal verkocht heeft, met haar mooisten omslagdoek om en haar kousen aan, den grooten weg heeft zien opgaan. Innerlijke onrust drijft ook Mario dien weg op en even later constateert hij dat zijn hart liem niet ten onrechte heeft gewaarschuwd. Giulietta neemt als hij haar vindt juist een teeder af scheid van den Tedesco, een jongen Noor, die als vreemdeling op Capri ver toeft. Dan stijgt den hartstochtelijken Italiaan het bloed naar het hoofd en als Giulietta even later niets met hem, den eenvoudigen roeier, te maken wil heb ben, besluit hij den Tedesco te dooden. Hij wacht hem 's avonds in donker op en stoot toe. Dan vlucht hij in verwarring over zijn daad. Hij zwerft als een hongerige schooier in Napels rond en weet zich als verstekeling op een boot naar Zuid- Amerika te verstoppen. Tweemaal wordt onder de landverhuizers inspectie gehouden en tweemaal weet Mario zich te verbergen. I Maar hij zou van honger omgekomen zijn als het meisje met de donkere sjaal er niet geweest was en zich tot hem aangetrokken had gevoeld. Zij deelt in stilte haar eten met hem en na enkele dager, is het Mario of hij haar zijn ge- heele levejj gekend heeft, gij verklaart "■HW- haar zijn liefde, maar het meisje wijst d'e snikkend af. Het geluk komt voor haar te laat. Als Mario weet wie zij is zal hij haar verstooten. Zij vertelt het hem op een donkeren avond als hij zich in een reddingboot verstopt heeft om aan een inspect'e te ontkomen. Zij behoort bij het groepje onbe schaamde danseressen, die 's avonds de donkere blikken der getrouwde vrouwen trotseeren als haar mannen te duidelijk blijk geven, dat dit soort vrouwen hun niet onverschillig is. Zij zijn erger dan danseressen want zij gaan een duistere 1 estemming tegemoet al zijn zij dan ook ingeschreven als kantoorpersoneel van een unheimisch individu, een Rus, die aan boord niet naar haar omkijkt. Anna, het meisje met de sjaal, behoort tot dit groepje en als Mario haar verle den kent, weifelt hij even, maar vergeeft haar grootmoedig en belooft in Rio met haar te zullen vluchten. 's Avonds danst een Spaansche dan seres aan boord en als Mario een van haar vurige blikken opvangt wordt Anna jaloers, maar hij stoot haar van zich en verwijt het meisje haar verle den. Hij kiijgt berouw en wil het weer goed maken, maar Anna heeft 'begre pen, dat het geluk voor haar niet weg gelegd is. Wat hij haar nu verwijt zal altijd tusschen hen blijven. Dan valt het kindje van een rijken Amerikaan over boord en Mario springt het in volle zee na en redt het. Hij be hoeft nu niet meer als verstekeling te leven want geld en goed stroomen hem toe en in Rio gaat hij met de familie van het kindje van de boot en ontvangt duizend Engelsche ponden als beloo ning. Mario is rijk, hij dwaalt door de groo- te stad en mist de boot naar Buenos Ayres. Als hij aan de haven komt is de boot alweer vertrokken en Anna is niet meer te vinden. Zij heeft geweten, dat hij haar verlaten zou en heeft een roeren den brief met een bede voor zijn geluk achtergelaten. Dan trekt Mario naar Parguay en "neemt er een estancia, een veehoudersbedrijf, over. Hij leert paard rijden en schieten en als hij wat inge burgerd is komt het verlangen naar Giulietta weer boven en schrijft hij haar een brief, waarbij hij haar ten huwelijk vraagt en geld voor den overtocht in sluit. Giulietta komt, maar als Mario haar met zijn beide cowboy's verrukt van de boot haalt, ziet hij nog juist hoe het Italiaansche meisje hartelijk afscheid neemt van luitenant Moreno, den com mandant van het nabijgelegen fort, die aan boord met haar gereisd heeft. Giulietta is Mario's vrouw, maar als hij van huis is, neemt Morena zijn hu welijksrechten over tot Mario gewaar schuwd wordt en den kleinen luitenant met revolverschoten op de vlucht jaagt, Giulietta bekent hem dan, dat zij moeder moet worden van een kind, dat noch van hem, noch van Moreno, maar van den Tedesco is en uat dit alleen de oor zaak geweest is, dat zij zijn aanzoek heeft aangenomen. Hij vergeeft haar alles, zij is voor hem de onaantastbare vrouw naar wie zijn gedachten altijd blijven uitgaan. De Tedesco, dien hij op Capri heeft neergesto ken blijkt niet dood, maar slechts ver wond te zijn geweest. In dollen overmoed trekt Mario naar het fort en beleedigt er Morena, die hem gevangen laat nemen en in een cel sluit. In dien tijd wordt Giulietta's kindje dood geboren en enkele maanden later breekt er een revolutie uit waardoor alle vrouwen aan boord van een rivier boot genomen worden waar een majoor en een galante scheepskapitein Giuliet ta het hof maken. Mario wordt in vrij heid gesteld. Hij sluit zich baloorig bij de opstandelingen aan en weet na de nederlaag ternauwernood te ontsnappen. Dan ziet hij hoe Giulietta met den galan ten kapitein naar zijn huis trekt en in de slaapkamer verdwijnt en hij besluit een eind aan zijn leven te maken. Hij zoekt aan de rivier een steen, die zwaar genoeg is om hem onder water te hou- den, maar terwijl hij nog zoekt richt een zijner weggejaagde cowboy's uit wraak het geweer op hem en schiet hem in den rug waarmee het drama van Mario Fer- raro's leven een einde neemt. Wie Charlotte's groote reis gelezen heeft, weet hoe Fabricius van vreemde landstreken kan vertellen, hoe hij de kleur en de hartstocht van het zonnige Zuiden weet te schilderen. De beschrijving van Capri en zijn bewoners gaat verre uit boven die van Zuid Amerika, maar van dit land van revol vers, paarden en vrouwen geeft hij prachtige typen, zooals van den post meester met zijn drie dochters en Pa- blico den manken cowboy, die rijden kan of hij een deel van zijn paard is. Giulietta, het mooie Italiaansche meisje is Mario's noodlot. Door haar gaat hij ten gronde en terwijl zij geen blik voor hem over heeft zoekt hij vrij willig en gelukkig den dood om haar niet langer tot last te zijn. Een zuiver geteekende figuur is Anna, het meisje met de sjaal en haar verhou ding tot Mario is zoo gevoelvol weer gegeven, dat men in den auteur niet al leen den knappen beschrijver van lan den en volken bewondert, maar gaarne diens meesterschap erkent in het weer geven van stemmingen en gevoelens. Dit boek is niet voor kinderen geschre ven, het is hier en daar realistisch, maar waar dit het geval is past het zich vol komen aan bij menschen en toestanden. De eenige opmerking, die wij over Fabricius' romans hebben is, dat zij te lang zijn. Ook dit boek omvat ruim ierhonderd pagina's en het slot, het zwakste deel van het boek, hadden wij er gaarne uit willen missen, Tj. Panorama geeft Globetrotter weer ge- gelegenheid veel wetenswaardigs over vreem de landen en volken te vertellen en Guil- herme Tamanco zorgt er voor dat zijn ver halen steeds boeiend blijven. W. A. Groeg deelt allerlei bijzonderheden over sprink hanen mede en Dr. P. F. van Hamel Roos geeft een leerzame beschouwing over eten. Jean Patou bespreekt bijoux, de sieraden der vrouwen. Een sportmedewerker vertelt van een wedstrijd in het Stadion, waarbij de voet ballende elftallen bestonden uit techniscn personeel van den Amsterdamschen Stads schouwburg en uit acteurs van het Vereenigd Tooneel, aangevuld met leden van het schouwburgpersoneel. Er zijn ditmaal novel len van Rex Colville, G. W. Ogden en Fara- day Keene en vele foto's van actueele gebeur tenissen o.a. van het avontuur van prins Carol van Roemenië, van de tentoonstelling te Antwerpen, van de onthulling van het standbeeld van dr. Jos Cuypers, van de druk te in den Londenschen dierentuin en verder fraaie kiekjes uit Zwitserland en uit de streek rond Emmen. Het Juni-nummer van Zonneschijntijd schrift voor de jeugd, dat bij den uitgever W. de Haan te Utrecht verschijnt bevat het vervolg van Van Tienhoven's vertelling over den zoon van den soetelaar. Jan Wagenaar geeft in „De dubbele Kilometer" een verhaal over water en zwemmen, Ir. van Gils deelt bijzonderheden mede over de afsluiting en gedeeltelijke droogmaking van de Zuiderzee en Nannie van Weh'1 publiceert een aardige vertelling „Een verrassing voor vader". Rein Valkhoff doet een verhaal over een huisje tusschen de plassen in „De Koet en de bij wagen", J. Stolp leert de jongens een scheep je maken en S. Franke onthaalt zijn jeugdige lezers op een alleraardigst gedicht met bij passende plaatjes „Roeiers Latijn". Een ver haal over water en schepen is dat van Kees Kluiver „Twee boffers" en J. L. A. Cuperus geeft op leerzame en onderhoudende wijze een les in de theorie van 'het zeilen. C. Ferdi- nand brengt het vervolg van zijn vertelling over Noormannenstorm, Nan Copijn ver haalt over wilgen en er is een aardig vers over den zeeman van E. van Maasdijk. CALIFORNISCHE PAP. In een dezer dagen gepubliceerde mededee- ling van den plantenziektenkundigen dienst is het percentage aan loodarsenaat ter toe voeging aan Californische pap aangegeven op 1Y, pet., dit moet zijn een half pet. "-$£ MALAISE IN DE BANGERT. Hier zijn in tegenstelling met andere jaren arbeidskrachten te veel. Het krenten der drui ven geeft nog wel werk, maar kruisbessen- plukkers(sters) worden naar huis gezonden. Het kan er niet meer af. In verhouding tot andere jaren is de aanvoer op de veilingen gering. Bloemkool van den akker (de kas- en rijenkool is weg) brengt bijna niets op; le en 2e st. gaat nogal, 3e st. wordt naar den Mesthoop gebracht. Bindsla is waar deloos, kropsla wat meer in trek. Aard beien (van onder glas) hielden zich uitste kend, doch deze week kwam een val van 80 tot 90 ct. per K.G. Slaboonen zijn er veel, vielen ook in prijs terug. Komkommers, hoe wel zakkende, brengen nog goeden prijs op. Men verwacht nog iets van tomaten en drui ven; deze producten kunnen den toestand nog ten goede doen keeren. De stand dei- pruimen is in de Bangert slecht. Steenrups en wintervlinder hebben groote schade aange richt. Aanvoeren zullen klein zijn. Al met al is 't dus misère en zullen de bouwers weer niét veel belasting kunnen opbrengen. N.H.Crt. HEER-HUGOWAARD. Vrijdagavond werd in het raadhuis een vergadering gehouden onder leiding van den burgemeester, waarin door den heer J. A. Knetsch, ambtenaar in Rijksdienst der werk loosheid voorziening en arbeidsbemiddeling, Dep. van Arbeid'. Tot deze vergadering waren uitgenoodigd de besturen der hier bestaande tuinbouw- vereenigingen en de afd. van de Holl. Mij. v. Landbouw. Door den voorzitter werd in het kort uiteen gezet, wat aanleiding had gegeven tot het uitschrijven dezer vergaderingmet genoegen constateerde spr., dat alle genoodigdë bestu ren waren vertegenwoordigd en hopende dat deze bijeenkomst gunstig resultaat zou mogen hebben, gaf hij na een woord van welkom, speciaal aan den heer Knetsch, dezen bet woord. Hoewel arbeidsbemiddeling in den land bouw reeds in 1910 was ingesteld, zoo ving de spr. aan, is er tot heden nog betrekkelijk weinig in deze richting practisch effect bereikt. Bij de behandeling der begrooting is hier over ook in de Kamer geklaagd. Spr. werd dientengevolge de opdracht verstrekt speciaal in deze richting werkzaam te zijn ten einde de instelling zoo mogelijk beter tot haar recht te doen komen. De spr. wees op de bestaande arbeidsbeurzen en de werkring daarvan. Uit een door hem ingesteld onderzoek is hem ge bleken, dat in Limburg, Groningen en Fries land wel eenig resultaat der arbeidsbemidde ling is bereikt, doch naar sprekers oordeel kan ook elders de instelling tot nuttig effect leiden. Voor 2 jaar terug is dit spr. gebleken door zijn optreden in De Streek. Door kennis te nemen van het bedrijfsleven, hoopte spr. te komen tot de meest geschikte wijze van wer ken voor de instelling. In het kort is het SpOOr SzwitYerschtrki hoofddoel der arbeidsbemiddeling: een werk gever goede arbeidskrachten te bezorgen, den werknemers een voor hen geschikte plaats te doen verkrijgen. Indien werkgevers en werk nemers steeds elkaar konden vinden, dan was bemiddeling onnoodig, doch de vele adverten ties in verschillende bladen wijzen op be hoefte aan bemiddeling. Door den spr. werd gewezen op den trek der arbeiders een gevolg van gebrek aan arbeid hier en een tekort aan arbeidskrachten elders, soms alleen voor be paalde tijden. Doch de trek is niet georgani seerd, wat moeite en schade vaak veroorzaakt. Naar sprekers oordeel zal de arbeidsbemidde- lign het best ingang vinden langs den weg der organisaties. Door spr. is dan ook reeds contact gezocht met verschillende hoofd organisaties en oordeelde dat contact met meerdere, ook plaatselijke organisaties. Van groot belang is, vooral ook om zich zoo goed mogelijk in te werken in het land- en tuin bouwbedrijfsleven, om te leeren kennen de behoeften en de verschillende factoren, waar mee rekening gehouden moet worden. Spr. ge voelde zeer goed, dat het geen gemakkelijke taak zal zijn, om de arbeidsbemiddeling zoo goed mogelijk tot haar recht te doen komen. Aan de bemiddeling zijn geen kosten verbon den; op verschillende plaatsen zijn correspon denten aangesteld voor het ontvangen van aanvragen en aanbiedingen, het geven van inlichtingen enz. Vervolgens stond spr. stil bij bemiddeling, welke in verschillende deelen van het land met succes was verstrekt en er tevens op wijzende, dat men niet op getuig schriften afgaat, doch zooveel mogelijk op andere wijze gewenschte gegevens tracht te bekomen, teneinde goede krachten te kunnen aanbieden; ook wordt rekening gehouden met geuite wenschen omtrent geloofsrichting. Tot nog toe is geen bepaald verband gelegd tus schen de arbeidsbemiddeling en de land- en tuinbouworganisaties. Beter werd geacht eerst eens af te wachten, wat de praktijk als de meest gewenschte wijze van samenwerken zou aangeven. Bij de samenstelling van eventuëele commissies, dient daarachter steeds een stu wende kracht te staan, teneinde verslapping te voorkomen. We gaven hier in het kort de zeer duide lijke en met aandacht gevolgde rede van den spr. weer. De voorzitter verklaarde met genoegen naar het gesprokene te hebben geluisterd en gaf aan de vergadering gelegenheid om met den spr. van gedachten te wisselen. Door den heer P. Kostelijk werd er op ge wezen, dat de arbeidsbeurs te Alkmaar veelal geen geschikte arbeiders heeft voor het plat teland. Indien zoowel door werkgevers als werknemers van de arbeidsbemiddeling zooals ook door de spr. van hedenavond naar voren is gebracht, zoo goed mogelijk geregeld een ruim gebruik gemaakt, dan zou dit ongetwijfeld tot mooi succes kunnen leiden. Tot nog toe laten de reêuitaten te wenschen over. Goed georganiseerd zou ook hier voor de arbeidsbemiddeling wel goed werk te ver richten zijn, naar spr.'s oordeel door middel van correspondentschappen; vooral zouden hier wel seizoenarbeiders te plaatsen zijn. Dit bleek nog onlangs toen een transportarbeider uit Emmen te Purmerend dezer dagen aange komen spoedig geheel geplaatst was. Ook naar spr.'s oordeel dient echter de trek goed georganiseerd te zijn en dienen teleurstellin gen als spr. onlangs ondervond te worden voorkomen; deze had n.1. een man en zoon, hoewel op dat tijdstip niet noodig te werk ge steld, tegen flink loon, doch toen spr. ze best kon gebruiken, waren ze eensklaps spoor- loos verdwenen, dit betrof een tweetal z.g. „van de straat" opgenomen. Ook door den heer Klaver werd een te leurstellende ervaring meegedeeld, terwijl door den heer Glas werd gewezen op het goede werk der plaatselijke arbeidersbeurs te Broek op Langendijk. HOOG EN LAAG WATER te EGMOND AAN ZEE IN ZOMERTIJD. J u n i. Laag water Hoog water Datum v.m. n.m. 17 8.03 8.26 18 8.49 9.17 19 9.44 10.09 20 10.38 11.06 BERGEN AAN juni. Hoog water Datum v.m. n.m. 17 8.06 8.29 18 8.52 9.20 19 9.47 10.12 20 10.41 11.09 v.ni. 4.14 4.54 5.39 6.31 n.® 4.32 5.15 6.06 7.02 Laag water Doos 30-60,Tube 80 ct. Bij Apoth.en Drogisten. Door den heer Krom werd gevraagd, of de plaatselijke arbeidsbemiddeling zich ook kan wenden tot de rijksbemiddeiing, indien inderdaad krachten van elders noodig blijken te zijn. Door den voorzitter werd opgemerkt dat door hem wel eens een opwekking was gepubliceerd orti gebruik te maken van de arbeidsbeurs te Alkmaar, waartoe men zich dan tot hem kon wenden. Hoegenaamd echter kwamen geen aanvragen of aanbie dingen in. Zal er eenig succes van bemidde ling te boeken zijn, dan moet men zich meer algemeen tot haar wenden; en deze zal zoo veel mogelijk moeten zorgen voor vakkun dige arbeiders, terwijl anders aan de zaak afbreuk wordt gedaan. Door den spr. werden de vragen en op merkingen beantwoord, waarbij deze ge legenheid vond er op te wijzen, dat de aan vrager vooraf moet weten wat hij krijgt of kan krijgen, dat er wel degelijk rekening mee gehouden moet worden, dat landbouw ook een vak is, dat de regeling steeds beter moet worden. Op het oogenbük zijn uit het Oosten en Noorden des lands beslist goede krachten voor Noord-Holland te betrekken. Arbeiders dienen zich liefst vroegtijdig te laten inschrijven, aanvragen ook liefst niet te laat worden ingediend. Verder werd door spr. nog gewezen op het succes te Andijk met arbeiders uit Groningen. Gaarne wil spr. ook voor arbeiders optreden om de zaak uiteen te zetten. Voorts zal getracht worden in de vakbladen geregeld een lijst te doen opnemen van aanvragen en aanbie- dingen, aan welke door de arbeidsbemidde ling voldaan zal kunnen worden. Naar aanleiding hiervan werd door den heer D. de Jong nog opgemerkt, dat deze door de arbeiders niet worden gelezen, waarop de spr. antwoordde, dat dit ook kan geschieden in de vakbladen der arbeiders en in meer plaatselijke bladen. Voorts achtte spr, 'het gewenscht, dat de zaak in de vergade ringen der organisaties zal worden be sproken. Dè heer Brugman achtte ook dii zeer gewenscht, temeer, daar de plaatselijke bladen van die vergaderingen verslagen op nemen. Met nadruk werd er door den heet Kostelijk nog op gewezen, dat ook in de arbeidersorganisaties men warm voor de zaak gemaakt dient te worden, waarmee de spr. volkomen instemt; ook is spr. gaarne bereid op te treden, indien niet-georgani- s^erde arbeiders worden samengeroepen. Aangezien het voor den spr. hoog tijd was te vertrekken, werd de vergadering door den voorzitter gesloten met een woord van dank aan den spr., in de hoop. dat diens optreden ook hier succes zal mogen hebben; indien door de aanwezigen wat meegewerkt wordt, oordeelde spr., dat er wel iets te be reiken zou zijn en sloot daarna de vergade ring met een woord van dank voor de op komst Hierna werd nog wat nagepraat, waaruit viel te constateeren, dat voor de zaak wel gevoeld werd, mits ze uitstekend wordt geregeld. URSEM. De kermisdagen behooren weer tot het verleden. Pinkster-Maandag werd met een. prachtig weer ingezet, zoodat velen reeds vroeg in den middag op de been waren, om eens een kijkje te gaan nemen, wat voor kra- merijen er zouden staan. Vooral des avonds kwam er meer leven in de brouwerij en velen die er voor hun broodje stonden, mochten zich dan ook in een druk bezoek verheugen, vooral de danstent van den vooruitstreven- den heer Jb. Mulder was tot in de hoekjes toe bezet doordat deze tijdens de kermisdagen hiervoor speciaal een gezelschap had afge- 13. De vogel wist wel raad, „Al kan je njgt,vliegen", zeide hij tegen Keesie, „ik kan het wel en ik zal je ergens heen bren gen. Je bent niet zwaar en ik kan je gemakkelijk dragen. Wil je?" „En of", zeide Keesie. 14 De vogel vloog met hem weg, een donker woud tegemoe dat ver van de zee lag. Een woud vol hooge boomen en me breede kruinen. „Daarheen breng ik je", vertelde de vogel aan het agentje, dat zich met beide handen stevig vasthield. „Dat kan me best bevallen, verzekerde Keesie, ik heb sI*®P van al dat vliegen, want nou ben ik al op tweeërlei manieren de lucht ingegaan En daar het woud al dichter en dichter bij kwam, begon Keesie te zingen: --Wiexustej? jyjl in hej gr.qene -

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1930 | | pagina 6