lllMiistit Coirmt.
De Ned. Bond van Overheidspersoneel.
FEUILLETON.
btiiird twee en dertigste Jaargang.
maandag 11 Augustus
Radio-hoekje
Stadsnieuws
Het 25-jarig bestaan der afdeeling Alkmaar.
De receptie.
Hun beider weg.
NV 187 1930
Dinsdag 12 Augustus.
Hilversum, 1875 Al. (A.V-R.O.-uitzending).
801—9.45 Gramofoonplaten. 10—10.15
.Morgenwijding. 10.3012.Concert door
*het Tuschinski-orkest te Amsterdam. 12.15
2.Concert. A. V. R. O.-Kwintet. 2.2.30
Gramofoonpl. 2.30—3.30 Carel Rijken: „De
Zinkput" van C. en M. SchartenAntink.
3.30—4.Concert uit café „Moderne" te
Amsterdam. 4.30—5.30 Kinderuurtje. 5.30
5.45 Gramofoonpl. 5.45—7.15 Concert. Staf-
muziek van het 5e Regt. Infanterie 7.15
7.45 Radio Volks Universiteit. Sem Dresden:
Het lied bij Beethoven", m. m. v. Thom.
Denijs. 8.019.Concert. Omroeporkest.
9.9.30 A. V. R. O.-Radio Tooneel. „De In
braak". Blijspel naar het Engelsch van W.
iW. Jacobs en H. C. Sargent door Chariva-
rius- 9.309.45 Viool-recital door Bram
Bleekrode. 9.4510.Vervolg orkestcon ert.
10.Persberichten. 10.15 Vervolg Orkest
concert. 11Gramofoonplaten.
Huizen, 298 Af. (Na 6 uur 1071 AI.)
(Uitsluitend K. R. O.) 8.15—9.30 Gramo
foonplaten. 11.30—12.Godsdienstig hal*
uurtje. 12.15—1.15 Concert. K. R. O.-Trio.
1.15—2.Gramofoonplaten. 2.3.
Vrouwenuurtje. 5 —6.Gramofoonplaten.
Gramofoonplaten 6.016.15 Nieuwsberich
ten in het Esperanto. 6.15—6.30 Gramofoon
platen. 6.306.40 Koersen. 6.407.15 Gra
mofoonplaten. 7.15—8.Interview tusschen
Jan Nieland en I ou Lichtveld met muzik. il-
Openingsrede.
Op den 31sten Juli 1905 werd de afdeeling
Alkmaar van den Nederlandschen bond van
personeel in overheidsdienst opgericht.
Ter herdenking van het zilveren jubileum
werd Zaterdagmiddag in 't Gulden Vlies een re
ceptie gehouden.
Men had de groote zaal met bloemen en pal
men een feestelijk tintje gegeven, Op het too
neel was het vaandel van de vereeniging opge
steld. Bovendien werd de zaal nog opgeluis
terd door een keurcollectie bloemwerken van
verschillende vereenigingen en corporaties.
Bloemstukken waren gezonden door de direc
tie van de gemeentereiniging, de directie van
de plantsoenen, de soc.-democratische raads
fractie, de Nederl. vereen, van spoor- en
tramwegpersoneel, de sigaren- en tabakbewer
kers-organisatie, de V. A. R. A., de soc.-dem
Vrouwenclub, het instituut van arbeidersont
wikkeling, de transportarbeiders, de C. E. N.
A. B., de arbeiderssportbond, de tooneelver-
eeniging Falkland, den algemeenen metaalbe-
werkersbond, de afd. Noord-Scharwoude Van
den bond van overheidspersoneel, de fabrieks
arbeiders, den Ned. Typografenbond, de S. D.
A. P., Excelsior, de Stem des Volks, de A. B. B.,
den bouwarbeidersbond, den politiebond, de
Kleine Stem, den Meubelmakersbond en den
Nederlandschen Onderwijzersbond.
Enkele minuten over drie opende de voorzit
ter, de heer Staal, de vergadering, en heette
namens het afdeelingsbestuur de aanwezigen
hartelijk welkom.
Vervolgens ging spr. uitvoerig de wording
van de organisatie na.
Ten tijde van de oprichting, in het begin van
deze eeuw, voelde het overheidspersoneel zich
eenigermate een deel van het hoogere gezag.
De verhoudingen, die er bestonden, herinner
den aan het militaire gezag. Ondanks dat be
stond er toch een sterk verlangen tot verbete
ring van positie.
Welke mentaliteit er toen nog heerschte,
blijkt uit de uitlating van een raadslid: „Zoo
lang de werkman in dienst is heeft hij plichten,
rechten heeft hij niet".
Toch kon zulk 'n mentaliteit niet verhinderen,
dat in 1905 het initiatief genomen werd tot het
oprichten van een afd. van den bond van over
heidspersoneel. Individueel optreden kon soms
wel baten, maar verbetering voor allen kon het
niet worden. En daar voor was de organisatie.
De organisatieleuze werd afgekondigd voor
25 jaar, en thans is de Alkmaarsche afdeeling
een der krachtigste van den bond.
Spr. kwam dan tot 'n bespreking van de toe-
Vrij naar het Engelsch H. ATONSEN
40)
Nee! zei Dick, Nee! Nee! Onmoge
lijk! Je weet niet wat je zegt. Hoe zou ik me
zelf ooit onder oogen durven komen? Als ik
toestemde, verloor ik mijn laatste restje zelf
respect. Als ik dan niet flink genoeg ben om
voor mijn vrouw genoeg geld te verdienen,
dan ben ik toch ook niet laf genoeg, om van
het geld van een meisje te leven.
Toe, schei nou uit met dat soort argu
menten
Ik heb geen .argumenten noodig
Waarom redeneer je dan?
Dat doe ik niet! Ik beweer onomstoote-
lijke waarheden!
Het zijn geen feiten! Het is belachelijke
onzin!
Ze zijn maar al te vreeselijk waar!
Ze zijn vreeselijk onzinnig en wreed!
Denk eens aan de jaren dat het nog duren
moet, voordat je zooveel geld verdienen kunt.
Daar denk ik heusch wel aan, zei Dick
bitter.
Nou dan! wees dan niet zoo zelfzuch
tig! Jij bent de eenige niet, die wachten moet.
Toe, denk ook eens aan mij, Dick!
Dat doe ik.
Jou "zoogenaamd zelfrespect staat tegen
over mijn liefde. Waaraan geef je den
voorkeur?.
lustratie. 8.01—11.— Concert door het K. R.
O.-Orkest. Frans Hillen, piano. 11.12.
Gramofoonplaten.
i P^e/}try> 4554.4 Al. 10.35 Morgenwijding.
12.20 Concert. K. Dahl, mezzo-sopraan. R.
Ulley, bariton. 12.50 Orgelconcert door E.
O Henry. 1.20 Orkestconcert. 2.20 Televisie.
2.25 Gramofoonplaten. 4.20 Dansmuziek.
4.oO Orkestconcert. 5.35 Kinderuurtje. 6.20
Lezing. 6.35 Nieuwsberichten. Piano
recital^ door J. Friskin. 7.20—7.40 Lezing.
7.50 Vaudeville. 9.05 Concert. Orkest. M
Thomas, sopraan. 10.05 Nieuwsberichten.
0-20 Lezing. 10.35 Marktberichten. 10.45
12.20 Dansmuziek.
Parijs Radio-Paris1725 M. 12.50-2.20
Gramofoonpiaten. 4.05 Orkesctoncert en soli.
\i Gramofoonplaten. 8.20 „Véronique" van
Messager. Koor, orkest en solisten.
Langenberg, 473 Af. 7.25—7.50 Gramo
foonplaten. 7.50—8.50 Orkestconcert. 10.35
—12.15 Gramofoonplaten. 12.30 Gramofoon
platen. 1.25—2.50 Orkestconcert. 5.50—6.50
Casiccsi Sopr&aa. tenoren strijkkwartet. 8.20
Concert. Orkest er. vocale soliste.
Kalundborg, 1153 Af. 12.20—2.20 Orkest
concert. 3.20—5.20 Concert. Orkest en
pianiste. 8.209.50 „Recensenten og Dyret".
Blijspel in 1 bedrijf van J. L. Heiberg. 10.10
10.35 Piano-recital door S. Bech. 10.35—
11.20 Orkestconcert. 11.20—1.20 Dansmu
ziek.
Brussel, 5085 Af. 5.20 Trio-concert. 6.50
Gramofoonplaten. 8.35 Concert. Orkest en
vocale solisten. 10.35 (338.2 M.) Concert ge
organiseerd door de SAROV.
Zeesen, 1635 V:. 6.107.20 Lezingen.
7 207.50 Gramofoonpl. 10.20—12.50 Le
zingen. 12.501.15 Gramofoonplaten. 1.15
2.20 Berichten. 2.203.20 Gramofoonpla
ten. 3.20—4.50 Lezingen. 4.50—5.50 Con
cert. 5.508.20 Lezingen. 8.20 Orkestcon
cert. 9.05 „Der weibscheue Hof". Volksstuk
in 3 bedrijven van A. Mariens. 10.40 Lezing
en berichten.
standen omstreeks 1905. In 1905 en 1906 vari
eerden de loonen der gemeentewerklieden van
9 tot 12 gulden. Het werd in 1909 als een groot
succes beschouwd, dat in het algemeen de loo
nen niet lager zouden zijn dan 10.
Wanneer men de ziekteuitkeering van 1905
met die van tegenwoordig vergelijkt, bemerkt
men een hemelsbreed verschil. De werktijd be
droeg toen 60 uur per week, terwijl men niet
langer dan een week verlof kon krijgen. Werd
een arbeider ouder, en dus zijn prestaties min
der, dan werd ook zijn loon verminderd. Zotg
voor weduwen bestond ternauwernood.
In 1905 telde de afd. Alkmaar 15 leden. Het
bleef zoo jarenlang sukkelen, en alleen door de
standvastigheid van enkele getrouwen bleef de
afdeeling in leven.
Jammer genoeg was er ook in eigen kringen
wel eens oneenigheid, verstond men elkaar niet,
en was er wantrouwen en jaloezie. Spr. gaf
hiervan een markant staaltje. Later heeft men
ingezien dat dit niet den weg was en heeft men
het saamhoorigheidsgevoel versterkt. De kin
derziekten is de afd. krachtig ontwassen, en
thans is het aantal leden tot 110 gegroeid.
Met een voorbeeld toont spr. aan hoe men in
de eerste jaren nog heel vreesachtig was, dat
men het gemeentebestuur tegen zich zou krij
gen.
In 1914 kwam men opnieuw tot een verhoo
ging; het minimum loon werd 12, en het maxi
mum 17. Van een goede technische loonrege
ling was evenwel nog geen sprake.
Het spreekt vanzelf, dat de afdeeling her
haaldelijk pogingen deed om de positie van het
overheidspersoneel te verbeteren, en al werd
zulk een voorstel dikwijls verworpen, h*ft had
toch dit nut, dat de afd. er door werd verle
vendigd.
Na den oorlog is de groote verandering geko
men. Van alle arbeiders zijn stellig die in ge
meentedienst thans in de beste positie. Direct
na den oorlog is het minimum loon 28.80 ge
worden, terwijl het maximum 32.40 werd
(voor vaklieden 39,60). Dit alleen beteekent
reeds een enorme vooruitgang. De vacantietijd
bedraagt nu 12 dagen, voor continu-arbeiders
16 dagen; er is een goede wachtgeldregeling
enz. Vergelijkt men dit met de particuliere be
drijven, dan is er een geweldige vordering te
constateeren.
De erkenning van het georganiseerd overleg
beteekent een nieuwe overwinning, want het is
in wezen de erkenning der organisatie.
En als het overleg tenslotte zal uitgedijd zijn
tot medezeggenschap, dan zal dit een der be
langrijkste dingen zijn, die de organisatie heeft
weten te veroveren.
Hier in Alkmaar heeft niet een strijd om de
erkenning van de organisatie plaats gehad, zoo
als men dat in andere plaatsen zag gebeuren,
Evenmin heeft men hier ten hemelschreiende
toestanden gekend, hetgeen spr. verheugde. Wij
mogen zeggen, aldus vervolgde spr., dat de sa
menwerking tusschen de organisatie en het ge
meentebestuur altijd goed is geweest.
Maar Audrey!
Je hebt immers gezegd, dat mijn geluk
op de eerste plaats kwam? Als je dat eerlijk
meent, moet je jouw zelfrespect opofferen en
doen wat ik vraag!
Dat kan ik niet!
Kun je niet? Kun je dat niet? Groote
hemel, je bent al nietzooalsvadêrJe neemt
een dwaze houding aan, je blijft stokstijf op
je standpunt staan en. niets kan je bewegen,
om er af te stappen. Kun je dan niet iets
om mijnentwil doen? Heb ik niets voor jou
gedaan? Heb ik dan geen eergevoel? Ver
onderstel je dan, dat ieder meisje een man
zou willen bedelen, om met hem te mogen
trouwen? Ik kan je niet meer zien! Ik heb een
hekel aan je!
Ze wendde zich van hem af, holde naar de
overzijde, sprong in een taxi, sloeg het por
tier achter zich dicht en liet zich wegrijden.
XXVII.
Ongeveer een uurtje later bevond Dick zich'
in zijn zit-slaapkamertje. Hij gooide jas,
hoed en stok op het ledikant en ging met zijn
voorhoofd tegen het venster gedrukt uit staan
kijken in het sombere straatje. En zonder op
houden herhaalde hij bij zichzelf: Hoe kan
ik het bij mogelijkheid doen? Hoe kan ik het
doen?
Hij begon de kamer op en neer te loopen.
Hoe graag zou ik het doen? Hoe
graag zou ik hst doen
Hij werd heen en weer geslingerd tusschen
twee verlangens. Met heel zijn wezen ver
langde hij naar een huwelijk met Audrëy.
Op den duur zal niet kunnen uitblijven, dat de
arbeiders zich in de leiding der bedrijven drin
gen. De strijd over de afgeloopen 25 jaar geeft
spr. voldoening. De moeilijkheden liggen nog
niet achter ons. Waarschijnlijk zullen zich in
de toekomst nog grootere moeilijkheden gaan
voordoen. De vakbeweging heeft te strijden
voor verbetering van de positie der arbeiders,
en moet daartoe ook den kamp tegen de werk
loosheid aanbinden.
Sterker overheidsbemoeiing is noodig en het
overheidspersoneel kan daarbij een groote rol
spelen.
Daar de overheidsbedrijven geen winstobjec
ten zijn, kunnen ze zich nog betere arbeids
voorwaarden veroorloven. Dan zal ook het
overheidspersoneel tot grooteren bloei komen,
en geestelijk hooger stijgen, t
Spr. bracht dank aan de pioniers, die het of
fer voor het geheele personeel gebracht heb
ben. Ook dankte spr. voor den krachtigen
steun, die men voortdurend van de s. d. raads
fractie had ontvangen. Den bestuurdersbond
bracht spr. eveneens dank voor den steun aan
de organisatie, inzonderheid in het beginr ver
leend.
Heden, eindigde spr., vieren wij feest, mor
gen rusten we uit, en overmorgen gaan we
weer aan den gang om de positie van de ar
beidersklasse te verbeteren.
Nogmaals heette spr. tenslotte de aanwe
zigen hartelijk welkom en dankte voor de op
komst. (Applaus.)
Na de pauze.
Na de pauze las de s e c r e t a r i s een lijst
voor van zenders van bloemen en een schrif
telijke felicitatie van het bestuur van den Bak-
jipejqaS proM apinq apoui uubbm. 'puoqsjoij
aan de heeren De Munk, Schermer en v.
Mand, waarvan de twee eersten vanaf de op
richting zitting in het bestuur hadden ge
had, terwijl de laatste sinds de oprichting
lid van de afdeeling is.
Hierna kwamen verschillende sprekers aan
het woord, waarvan asl eerste sprak de heer
het woord, waarvan als eerste sprak de heer
litiepersoneel de jubileerende afdeeling feli
citeerde. Op geestige wijze schetste spr.
voorts de verhouding tusschen de politie en
de arbeidersklasse. Voor een vijf-en-twintig
jaar beschouwde het publiek en ook het over
heidspersoneel de politie als haar natuurlij
ken vijand. Later is daar veel in verbeterü;
de politie ging inzien dat de staker geen mis
dadiger is. Spr. overhandigde hierna een
prachtig bloemstuk, waarbij hij den wensch
uitsprak, dat de politie in de toekomst met de
arbeiders mocht samenwerken en dat 't poli
tiewerk waardeering zou mogen vinden. (Ap
plaus.)
Na een woord van dank van den voorzit
ter voerde de heer S c h a t s namens den be
stuurdersbond het woord, waarin hij even
eens zijn hartelijke felicitaties bracht en een
persoonlijk woord tot de drie oudste leden
sprak.
Inmiddels was burgemeester Wendelaar
binnengekomen, die door den voorzitter har
telijk werd verwelkomd, waarna spr. nog
maals de verhouding tusschen den bond van
overheidspersoneel en het gemeentebestuur
van Alkmaar uiteenzette.
Burgemeester Wendelaar beantwoord
den den voorzitter en wenschte de afd. met
haar jubileum geluk. Komende tot de verhou
ding tusschen den bond en het gemeentebe
stuur sprak spr. de hoop uit dat die verhou
ding goed mag blijven. In vergelijking met
andere gemeenten slaat Alkmaar in dit op
zicht een goed figuur.
De heer Bakker, namens de soc.-dem.
partij en raadsfractie sprekende wegens uit-
stedigheid van den heer Bonsema, betreurde
de versplintering van het overheidspersoneel
in talrijke kleinere bondjes en spr. hoopte,
dat nog eens het geheel overheidspersoneel,
behalve de arbeiders ook de ambtenaren, deel
uit mag maken van den bond van overheids
personeel, die eerst dan zijn naam met recht
zal voeren. Verder vestigde spr. de aandacht
op de wisselwerking, die er bestaat tusschen
fractie en organisatie.
Verschillende sprekers voerden nog het
woord, waarbij zij hulde brachten aan de
heeren Munk, v. d. Mand en Schermer. Zoo
sprak namens den bouwarb.bond de heer
Dekker, namens den sigarenmakersbond de
heer Louws, voor de A.J.C. de heer v. Zon,
voor 't instituut voor arbeidersontwikkeling
de heer H. Heertjes, namens den typografen
bond de heer v. d. Tooren, voor de V.A.R.A.
de heer Luers en namens de Stem des Volks
de heer Veen.
De rij van sprekers werd besloten met den
heer W e s t e r h o f, als lid van de commissie
van overleg. Spr. bracht ook hulde aan het
gemeentebestuur en schetste het belang van
,medezeggenschap.
De voorzitter sprak een woord van
Dat was het eenige, waarvoor hij werkte, de
groote gedachte, het ideaal, dat hem zwij
gend al de vernederingen deed dragen die
hij op kantoor moest ondervinden. Het was
die hoop, die hem zijn eenzaam kamertje be
woonbaar maakte, die hem hielp om zijn on
smakelijk eten binnen te krijgen, om stinken
de tabak te rooken, om alles tot op een cent
uit te rekenen. Hij was in April begonnen en
had van den eersten dag af een hekel aan
zijn betrekking gehad en opgezien tegen de
hopelooze vooruitzichten. Binnen een paar
dagen zou het Kerstmis wezen. Hij zat dus
al een half jaar in zijn gevangenis. Hij was
bereid nog zes jaar te blijven, totdat hij de
twee honderd pond verdiende, noodig om
Audrey te kunnen trouwen.
En nu was plotseling deze bom gebarsten!
Audrey had geld genoeg om terstond te
trouwen, genoeg, om hem op slag uit zijn
kerker te verlossen, genoeg om morgen aan
den dag zijn droomen te verwerkelijken. En
dat niet alleen, maar ze had hem zelfs ge
smeekt, niet langer te wachten. De verleiding
was verschrikkelijk. Deze kans kwam als uit
den hemel gevallen op het oogenblik, dat hij
besloten had aan een reeks ellendige jaren 't
hoofd te bieden, waarin slechts spaarzame
ontmoetingen met haar eenigen troost kon
den brengen. Morgen reeds zouden ze kun
nen gaan trouwen!
Maar het was haar geld!
Heel zijn wezen als man kwam er tegen in
opstand! Al zijn idealen kwamen er tegen in
opstand. Zij zou betalen voor eiken hap, dien
hij in zijn mond stak, voor eiken pijp, die hij
rookte, voor het dak boven zijn hoofd, voor
dank aan de sprekers, in het bijzonder aan
den heer Westerhof, voor diens buitengewoon
sympathieke woorden.
Uitvoerig legde spr. nog eens den nadruk
op den plicht die op het overheidspersoneel
rust, om de overheidsbedrijven tot grooten
bloei te brengen. Ook op den burgemeester
deed spr. een beroep den bond te steunen. In
zijn kwaliteit van voorzitter der vereeniging
van Nederlandsche gemeentebesturen werd
aan mr. Wendelaar verzocht er zijn mede
werking toe te willen verleenen, dat die ver
eeniging in contact kome met den bond van
overheidspersoneel, opdat veel onnoodige ar
beid zal kunnen worden voorkomen. Tevens
werd nog de opleiding van het gemeenteper-
soneel ter sprake gebracht.
Nadat de voorzitter nogmaals allen dank
had gebracht, werd de vergadering gesloten.
Van het bestuur werd tenslotte temidden
van de bloemstukken nog een foto gemaakt.
De feestavond.
Des avonds hield de jubileerende vereeni
ging een feestavond in de groote tooneel-
zaal van 'het Gulden Vlies. De zaal zag en
'buitengewoon fraai uit, niet alleen dank zij
de palmen, welke langs de muren geplaatst
waren, maar veel meer nog dank zij de
groote vracht bloemen, die de afdeeling Alk
maar mocht ontvangen.
Bloemen waren er dus genoeg aanwezig
en tenslotte waren er ook nog jonge dames,
die de producten van Flora -e koop aanboden,
aan de feestvierende aanwezigen. Daarvan
zijn er heel wat verkocht, want de geheele
zaal was tot in alle hoeken bezet, zoodat de
afdeeling reeds hij voorbaat succes had met
haar feestavond.
Goed' op tijd nam de voorzitter der feest
commissie, de heer J. Wittenberns het
woord, om een rede uit te spreken.
Rede voorzitter.
In zijn openingswoord herinnerde spr.
aan de goed geslaagde receptie van den mid
dag en deelde mede, wie er op de receptie
gesproken hadden. Vervolgens had spr. eeni
ge mededeelingen te doen. O.m. zijn er
plannen gemaakt, om een reiskas te vormen,
om het volgend jaar in de yacanties een auto-
reis naar het landgoed „Avegoor" te kunnen
bekostigen.
Na deze korte mededeelingen meende de
voorzitter de jubilarissen van dezen avond
te moeten huldigen, t.w. de heeren J. Scher
mer en G. de Munk. beide 25 jaar bestuurs
lid, en P. v. d. Mand, die vanaf de oprichting
lid der afdeeling was. Van deze drie neemt de
tweede straks afscheid. Zijn gezondheidstoe
stand noopt hem, het penningmeesterschap
neer te leggen. De pensioenraad heeft hem
afgekeurd, zoodat de heer de Munk spoedig
wel zijn pensioen zal krijgen. De afdeeling zal
veel aan hem verliezen, omdat de Munk ge
toond heeft, de beste man te zijn voor het be-
heeren van de kas.
Spr. hield vervolgens een korte toespraak
tot de jubilarissen. Hij huldigde hen allen en
wees daarbij op den tijd, toen de afdeeling
werd opgericht. Er was toen moed noodig,
om lid van zoo'n vereeniging te worden
Vijf-en-twintig jaar geleden was het bijna ge
vaarlijk, om bijv. een strooibiljetje op te ra
pen. „Gij alle drie, aldus spr., gevoelde, dat
.de arb. klasse recht bad op betere arbeids
voorwaarden en op beter onderwijs. Daar
hebt ge voor gevochten, vele jaren lang. En
mede door uw werk is veel verbeterd'. Er' is
meer licht, meer zon in het leven der arbei
dersklasse gekomen. Daar/oor zijn wij U
dank verschuldigd. Ehcter, niet alleen aan U,
ook aan Uwe echtgenooten hebben wij veel
te danken. Zonder-haar steun had gij niet
zooveel kunnen doen.
Spr. bood de jubilarissen daarna eenige
cadeaux aan, terwijl oe dames bloemen ont
vingen. De heer de Munk kreeg een schilderij.,
een stilleven van J. F. Ouwens, de heer
Schermer ontving een theekast en de heer
v. d. Mand een kistje sigaren.
Na deze huldiging, waarmee alle aanwezi
gen hartelijk instemden, verklaarde de
voorzitter de vergadering voor geopend' en
wenschte allen een genoeglijke paar uren.
Hij gaf daarna het woord aan den heer
J. J. Staal, hoofdbestuurslid, die de feest
rede hield.
Huldiging namens het Hoofdbestuur.
Alvorens daartoe echter over te gaan,
meende spr. eerst eenige woorden te moeten
richten tot de jubileerende bestuursleden, de
heeren de Munk en Schermer, resp. penning
meester en voorzitter der afdeeling.
Spr. begon met te vertellen, hoe de afdee
ling werd opgericht. Toen, in 1905, waren de
toestanden geheel anders dan thans. Met veel
meer moeilijkheden moest er gewerkt wor
den. Het was een heele onderneming, dat
menschen toen den moed hadden, zich onder
het vaandel van den bond te scharen. Velen
hebben dat gedaan en spr. noemde twee
zijn kleeren, voor alles. Hij zou zelfs voor
zijn levensonderhoud van haar afhankelijk
zijn. hij, de man, wiens voorrecht en
wiens plicht het toch was, broodwinner te
zijn. Het was ondenkbaar! Toestemmen zou
gelijk staan met zichzelf een mislukkeling te
noemen, een prul, een kerel zonder fut, een
nietsnutter! Een man met een grentje fat
soen trouwde toch een meisje niet om haar
geld! Dat deden alleen snertkerels. Bij de
eerste de beste oneenigheid kon ze het hem
voor de voeten werpen en dan werd het van
kwaad tot erger. Waar moest dat heen!
Maar je trouwt haar toch niet om
het geld? Je wist i iet eens dat ze geld had
en toen aanbad je haar immers allang? Het
is zuiver toeval, dat ze het heeft! Kom,
wees nu eens verstandig!
Goed, maar zij heeft het in elk geval,
zei de man in hem, en jij hebt geen rooien
cent! Een man moet toch meer ,of minstens
evenveel hebben als het meisje waarmee hij
trouwt?
Man en vrouw zijn één, fluisterde zijn
zwakkere natuur. Het jouwe is van haar.
Waarom zou het hare niet van jou zijn?
Dat is meer dan onzin! riep de man in
hem.
Nou dan, argumenteerde zijn zwakkere
natuur, jij zelf hebt toch beweerd, dat haar
?eluk het eenige was, waar het op aankwam?
eg dan, dat je doen wilt, wat zij wil! Grijp
deze onverwachte gelegenheid aan!
Lafaard! zei de man in hem. Hoe zou
je binnen zes maanden over jezelf denken?
Wat zou Joyce ervan zeggen? Wat zou ieder
fatsoenlijk mensch ervan zeggen? Dat een
mannen op, die dien durf vooral getoond
hadden. Allereerst de heer den Munk, secr.,
der afdeeling. Dit lio heeft zijn beste krachten
gegeven voor den bond. Zijn zuinig beleid
redde in de eerste jaren de afdeeling. De
Munk hield vol, omdat het moést. De Munk
voelde dat. Spr. herinnerde er aan, dat de
Munk de eerste afgevaardigde was van Alk
maar naar een kiesrechtbetooging, waar het
algemeen kiesrecht bepleit werd. Aan de
Munk is dank, veel dank verschuldigd 't Is
daarom jammer, dat de Munk thans zijn
functie neerlegt. Maar spr. verzekerde d?
Munk, dat hij, belangrijken arbeid verricht
heeft. Vooral in de beginperiode van de
afdeeling, heeft de Munk getoond, de rechte
man op de rechte plaats te zijn. Met wee
moed ziet men de Munk nu vertrekken, 't Zijl
zoo, maar spr. hoopte, dat de Munk nog vele
jaren mag blijven voortleven te midden van de
zijnen.
De andere pionier, de heer J. Schermer,
werd ook al door spr. herdacht. Ook hij is 25
jaar bestuurslid geweest van de afdeeling*
Spr. heeft den heer Schermer leeren kennen
als een man, onversaagd, standvastig, blij
moedig, altijd en altijd, bij alle teleurstelling-
Schermer is begonnen onder andere verhou
dingen dan welke thans bestaan. Spr. weet
hoeveel moeite, hoeveel strijd ook deze jubila
ris gehad heeft. Met zijn innerlijk gevoel
heeft Schermer gemeend te moeten strijden,
voor de verbetering der positie van de arbei
dersklasse. 25 jaar lang heeft Schermer klaar
gestaan, om de belangen van ce arbeiders te
dienen.
Op dezen merkwaardigen dag moet Scher
mer wel voldoening hebben van zijn werk. Hij
kan met trotsch terugzien op bet resultaat
van zijn werk. De afdeeling en de bond zijn
den heer Schermer dankbaar van diens ar
beid en zij hopen, dat hij nog vele jaren voor
zitter van de afdeeling mag blijven.
Vervolgens sprak de spr. eenige woorden
tot de vrouwen van bovenstaande jubilarissen.
Hij roemde haar moed en zelfopoffering, die
zij beiden is al die 25 jaren zich getroost heb
ben.
Tenslotte bood spr. aan alle vier namens
het hoofdbestuur een passend cadeau aan, een
divankleed aan de fam. Schermer en een sche
merlamp aan de fam. de Munk, terwijl de bei
de dames een bloemenmand op de koop toe
kregen.
De feestrede.
Daarna sprak dezelfde spreker de feestrede
uit. Allereerst feliciteerde hij namens het
hoofdbestuur nogmaals de jubileerende afdee
ling. Spr. wilde thans niet meer herinneren
aan alles, wat in de achter ons liggende 25
jaren gebeurd is. Er is een enorme verande
ring ten goede ingetreden, zooals iedereen kan
weten. En die verbetering is voor een groot
deel te danken aan de soc.-dem. raadsfractie.
Spr. bracht die politieke partij dank voor het
werk, door haar vericht. (Applaus).
Er is een groote taak te vervullen. Het zal
nog wel eens gebeuren, dat de eene groep
arbeiders het iets beter zal hebben dan een
andere groep, maar spr. gelooft, clat de tijd
zal aanbreken, dat dit verschil verdwenen zal
zijn.
Er zijn nog lO.OOden arbeiders, die onder
moeilijke omstandigheden leven, die zelfs nog
steeds verder zinken in het moeras. Deze velen
moeten gesteund worden, ook door den bond
van personeel in overheidsdienst. De strijd
wordt steeds zwaarder, de werkloozen zijn on
telbaar, de productie wordt vernietigd' of be
snoeid, en de hongersnood in vele streken
is dreigend, is een feit. Dat mag niet. Daarin
moet verandering komen. Nog is het kapita
lisme de sterkere. Het kapitaal komt in steeds
minder handen, kartels en trusts worden da
gelijks gevormd, alleen maar, om zooveel mo
gelijk winst te maken.
Hoe lang zal de arbeidersklasse dat nog
dulden? vroeg spr. zich af. De vooruitzich
ten van de arbeiders zijn niet gunstig. Een
groote moeilijke taak is nog voor de arbei
dersklasse weggelegd. De overheid zal moe
ten ingrijpen. Dat is de maatschappelijk»
noodzakelijkheid, wil de welvaart vergroot
worden. En ook het overheidspersoneel moet
meevechten, om dat te bereiken. Hoe sterker
de soc. democratie bij de overheid doordringt,
hoe minder steun deze zal geven aan het
kapitalisme.
Een beroep op de jongeren is daarom op
zijn plaats. Zij meenen, dat „men er al is",
maar zij denken daarin verkeerd. Zij moeten
straks ook vechten, voor zich zelf en hun
mede-arbeiders. Een schoone taak is aan de
jongeren weggelegd: verbetering van de ar
beidersklasse. Zij moeten het werk van de
andere krachten over nemen.
Spr. herdacht vervolgens den pas ge
storven Troelstra met eenige gevoelige, wel
gemeende woorden en wees er op, wat dezen
voorvechter gedaan heeft.
Met krachtige woorden wekte spr. allen
armoedige schooier haar had omgepraat, dat
een prulkerel haar had overgehaald! Nee
ik doe het niet. Ze wist niet wat ze vroeg! Ze
kon er niet bij, dat het voor een man onmo
gelijk was, zoo iets te doen. Ze dacht met al
haar eerlijke onbaatzuchtigheid alleen aan
mij, niet aan zichzelf. Ik doe het niet! Ik
blijf op kantoor en zal zoo hard werken, dat
ze me meer dan tien pond per jaar opslag
moeten geven. Ik zal mezelf onmisbaar ma
ken. Ik zal slagen en dan zal ze het me wel
vergeven, dat ik haar daar net op straat zoo
akelig heb behandeld. Ze zei alleen maar, dat
ze een hekel aan me had, omdat ze me even
pijn wilde doen. Ik zal haar schrijven en ver
giffenis vragen. Ja dadelijk. Ze zal me
zéker vergeven, en dan komt alles weer te
recht. En ze zal me helpen om mijn geduld te
bewaren.
Hij haalde diep adem en bemerkte toen
pas, dat hij bij den haard stond met de ge
heel verbogen pook in zijn handen.
Den volgenden morgen om half tien zaten
mijnheer Nash en Wilson samen te praten.
Tegen Kerstmis was het minder druk dan
gewoonlijk. Dick zonder boord in zijn witte
jas, zat op zijn hoogen kruk voor den lesse
naar, schijnbaar bezig de eindelooze kolom
men op te tellen in de boeken van Wilson.
Hij had diepe kringen onder de oogen van
een slapeloos doorgebrachten nacht.
De cijfers dansten voor zijn oogen door
een. Op iedere bladzijde zag hij het gelaat
van Audrey. Hij vroeg zich gedurig af, wat
ze voor antwoord op zijn brief zou geven.
Er kwam een portier het kantoortje binnen
y r Wordt vervolgd.