Raadselhoekie.
Rechtszaken
inïïusJSKu™1 cJvle,e vordeHn? in
MET EEN HOUTBOOT
NAAR ARCHANGEL.
Voor de hnisvronw.
xxxxxxx
demonstraties gehouden, demontraties van
zwem-oefeningen, van oefeningen met red-
dings-apparaten, oefeningen in het werpen
van boothaken en meertouwen. En dan nog
roei en zeilwedstrijden tusschen verschillende
roei- en zeil-vereenigingen allemaal din
gen uiterst geschikt om het Parijsche publiek
te trekken, dat dol is op sportieve oefeningen
en wedstrijden.
En onderwijl is er een beetje dichter bij de
place de Ia Concorde, in de formidabele hall
van het Grand Palais, een koortsachtige
drukte aan den gang. Door een van de deu
ren daar is er een onophoudelijk heen en weer
geloop; steeds maar weer komen andere
enorme vracht-karren en vrachtauto's aanrij
den, beladen met groot en zwaar materiaal.
Een honderdtal werklieden in volle actie ver
oorzaken er een oorverdoovend lawaai van
schaven, zagen, spijkers-inslaan, balken-be-
vestigen, planken-leggen. Onder hun handen
groeien kolossale stands en estrades op. En
op den parket-vloer wordt een prachtig dik
blauw tapijt gespreid. Alles bestemd om
er weldra de mooiste voortbrengselen der
automobiel-industrie van de heele wereld op
uit te stellen. M. DE ROVANNO.
VOOR DEN KANTONRECHTER.
Strafzitting van Vrijdag 3 October.
ZENUWEN ZIJN ONGEWENSCHTE
MEDEPASSAGIERS.
Ingevolge een op de zitting van 29 Aug.
genomen beslissing tot aanhouding, werd
•heden voortgezet een verkeersovertredings
zaakje contra Adriaan C., koerier van het
dagblad „De Tijd" te Alkmaar, die op 23
■Juli per rijwiel plotseling het Ritsevoort
ever willende steken, ten einde de Vrouwen
straat in te slaan, verzuimde ter juister tijd
het vereischte verkeersteeken te geven, waar
door een aanrijding ontstond met een ande
ren wielrijder, den heer Jacob Rol, die op
oeze onverwachte manoeuvre niet bedacht
was. Op de vorige zitting was niet tegen
woordig een der opgeroepen getuigen, een
automobilist, die thans behoorlijk present
,was en eerlijk moest toegeven dat hij, hoe
wel behoorlijk gedagvaard, zich zonder eeni-
:ge kennisgeving buiten de stad had begeven
en zich dus aan zijn wettelijken plicht, hem
.voorgeschreven bij artikel 444 wetb. v
strafrecht, had onttrokken. Hij ontving dien
aangaande een reprimande en hem werd een
vermoedelijke strafvervolging bereids aange
zgd.
Wat de verdere behandeling der zaak be
trof, deze leverde voor den verdachte, die
tcegaf een zenuwachtig wielrijder te zijn
geen voordeel op. Hij werd veroordeeld tot
5 boete of 5 dagen hechtenis.
BETER HARD „GEBLAZEN", DAN
DEN MOND GEBRAND.
Een automobilist uit Anna Paulowna, ze
kere Anth. H., kwam op Maandag 12 Mei
te Alkmaar met een door hem bestuurden
automobiel den zeer zeker niet ongevaarlij
ken hoek Breedstraat—Schoutenstraat om
rijden, ten einde zich in de richting van de
Tangestraat te begeven. Hij verzuimde echter
de daar vooral zeer noodige signalen te
geven, zoodat de heer D. Hartog, opzichter
der gemeentewerken, die per rijwiel zich
rechts van de Schoutenstraat voortbewoog
in de richting Laat. onbewust van de nade
ring van het vernietigend monster, door dit
motorrijtuig werd aangereden en kwam te
vallen zonder gelukkig eenige lichamelijke oi
materieele schade te bekomen. Niet alleen
echter de aangeredene doch ook een ander
aanwezige, de heer Huisman, had er op ge
let, dat geen geluidsignaal was gegeven en
de chauffeur was blijkbaar zelf ook niet
rotsvast van het tegendeel overtuigd, althans
toen de heer Huisman hem op dit verzuim
attent maakte, vroeg hij verwonderd: Hé, heb
"F"»* geblazen? Het zal echter den niet ter
zitting verschenen verdachte nu wel duide
lijk zijn, dat hij in gebreke is gebleven, aan
gezien hij tot 10 boete subs. 10 dagen werd
veroordeeld overeenkomstig artikel 15 der
Motor- en Rijwiejwet.
DAT WERD EEN PEPERDUUR
BOTERHAMMETJE
Op Vrijdag 1 Augustus had te Bergen op
den hoek Ooster- en Dorpsweg een krachtige
aanrijding plaats tusschen twee elkander
ontmoetende vrachtauto's, waarbij de auto
in gebruik bij den vrachtrijder Modder en'
bestuurd door diens knecht J. J C Otten
nogal tamelijk beschadigd werd. De schuld
van die aanrijding werd geweten aan den
^--jangen N J van W., chauffeur in diens?
van den handelaar in bouwmaterialen Kloet
te Alkmaar en wonende te Purmerend, welk
J0"^.e"sch' vergetende dat het moeielijk is
gelnktijdig twee heeren te dienen, al sturen
de tevens genoegelijk zijn boterham zat op
re peuzelen en dus niet voldoende op de
J.TÏ.vervulling zijner verantwoordelijke
taak lette. Deze chauffeur, thans terecht
staande, gaf, in afwijking van zijn verkla
ring, voor den veldwachter afgelegd, de
schuld aan het onvoldoende uitzicht ter
Plaatse, welk verweer nader werd toegelicht
door een parabel van twee wandelaars, die
coor niemand-werd begrepen. Hoewel ook
a-3 getuige Otten toegaf dat het uitzicht be
er ion zijn, kwam voldoende naar voren,
at onoplettendheid hier de oorzaak was van
bet ongeval en de hongerige chauffeur, die
de kwellingen van Tantalus niet verkoos te
2!?™»»: werd veroordeeld tot niet minder
Cciti f 30 boete of 30 da.gcn.
DE A ?'wl^HEER HAD REDEN
n> TOT VOLDOENING
tan pi™uVert^emvoordiSer van de Ameri-
Woansriaor o? ??mPany *e Alkmaar reed op
den luxe rh i in een door ^etn bestuur
niet onverdï.Yw °Pt de? Bergerweg tot zijn
d=n hnniwo -genot achter een zwaar be'a-
ongéwenschfen' °P mi kansje' de2en
nen srh^tili F ."Voorganger" voorbij te kun-
tc "eleppnhl11 deed zich de geschik-
F f?hSS?. V00r-€n J'uist was de hee-
rin/' te hrl™? ZVn voornemen tot uitvoe-
e brengen, toen van de andere zijde
Déze heer, die eensklaps den auto voor
zich zag opduiken, schrok natuurlijk en
maakte een zwaai naar rechts, waardoor hij
eenige langs den weg staande boompjes raak-
te en eenige ontvellingen aan zijn 'hand en
ook motorrijwielschade bekwam. De vertegen
woordiger van de A P. C., den motorrijder
bemerkende, stopte direct en bezigde vlug het I
Eedaal. teneinde zich «^er den 1
hoomagen, dien hij niet kwijt scheen te kun-
^«ï°w?pni^UW Veer op te stellen- zoodat
korriCT activiteit werd voor-
P?. Il^r K. besteedde voorts met loffelijke
sportivitdt aan den motorrijder aHe zorgen
:"2Ijn wagen, doch het scheen
SÜ&E&i t0t ^««schappelijke
de ^en*Unn?1 k0fTlen. aangezien
oe heer K heden terecht stond ter zafc de
B^V\ifte*e,egde overtreding en de heer
fnw J. bedra?e van f S4.50 teruggebracht
ÏÏL L de kantonrechter van een
h0°£er gedrag geen kennis neemt,
a. comparanten was genegen
bevestigend te beantwoorden
Volgens den heer Bakker was het de heer K
ïrhT'™ M önvoorziehtig, terwijl het uit-
weg n'ft..VTii was, had getracht
voorbij te rijden, terwijl van
501 voertu'g naderde. Naar
Rair^ a verdachte droeg de heer
Bakker de schuld, daar hij zich als een zeer
onbekwaam motorrijder had doen kennen en
van de hem nog tijdig geboden gelegenheid
om te stoppen, waardoor de aanrijding met
de boomen voorkomen had kunnen worden,
ge?\ S^bruik had gemaakt.
Als getuige decharge werd op verzoek
van den heer K. nog gehoord de heer D. de
Vries, garagehouder te Alkmaar, die op den
bewusten dag aldaar eenigen tijd achter den
motorrijder had ge-uft, waarbij het hem had
gefrappeerd dat deze bli'ken gaf zeer onbe
dreven te zijn.
Hij morrelde aan allerlei knopjes en in
strumenten en reed onvast over den weg, zoo-
rij derf de Vrie3 schro°mde hem voorbij te
- 3e B moe9t zeIf trouwens toegeven,
vmds 1921 geen motor meer te hebben bere-
den en zich eerst kortelings een Indian te
hebben aangeschaft. Hij had In een zeer kalm
vaartje op de eerste versnelling gereden. De
ambtenaar, aanvankelijk de zijde kiezende
van de benadeelde partij, wijzigde na het
getuigenverhoor z:*n standpunt en requireer-
de vrijspraak, in welken geest de kantonrech
ter vonnis wees, met afwijzing der civiele
vordering ad 50.
TWEE BEJAARDE MENSCHEN TEGEN
DE VLAKTE GEREDEN.
Op den 15en Augustus, een r. k. feestdag,
begaven de bejaarde A. S. Brouwer, timmer
man aan den Omval te Alkmaar, en zijn echt
genoote na den bijgewoonden morgendienst
in de St. Lourentuiskerk te Alkmaar zich
huiswaarts. Zij bewandelden het officiéél
aangewezen rijwielpad langs den Schermer-
weg Dit was feitelijk niet toegestaan, doch
de Schermerweg biedt voor voetgangers al
vrijwel geen veiliger gelegenheid. Het bleek
echter, dat ook deze wandelweg niet van ge
varen was ontbloot, aangezien in de nabij
heid van hun woonplaats beiden werden aan
gereden door een bijzonder woesten en ge-
haasten fietser, den 19 jarigen arbeider op
de inlegfabriek Jozef B., wonende onder de
gemeente Oudorp, die weinig tijd had om zijn
schafttijd te benutten en nu over het stuur
gebogen met de sneleheid van een Piet Moes
kops voortreed.
Zijn mede-inlegger, Jan Somers, reed niet
minder wild, doch was althans zoo humaan
de twee oudjes op het rijwielpad te ontwijken,
doch Jozef B. nam die voorzorg niet, smakte
eerst de oude vrouw tegen den grond en wiern
daarop den bejaarden houtbewerker tegen de
zich aldaar bevindende stoomtramrails.
De oude heer kwam er nog goed af, doch
echtgenoote bloedde hevig aan het ach
terhoofd en scheen een hersensschudding be
komen te hebben, zoodat opneming in het
ziekenhuis noodzakelijk was. Met tranen in
de oogen verklaarde de heer Brouwer, dat
zijn vrouw als gevolg van de aanrijding nog
steeds niet hersteld was.
Wat voorts het al te haastige jongmensch
betreft, hij had van zijn snelheidsbevlieging
niet veel voordeel. Behalve een vernield rij
wiel moest hij heden terechtstaan, werd duch-
tig gekapitteld voor zijn onbehouwen optrc-
d.e"c" ten slotte veroordeeld tot 20 boete
of 20 dagen hechtenis.
°™E!ENDHEID WORDT DOOR
DEN KANTONRECHTER OOK
GESTRAFT.
De laatste aanwezige verdachte was de
54-jarige Arie L. en tegenwoordig te Alk
maar woonachtig, welke hier in den avond
vwR baandag 22 September aldaar op den
Westerweg door een agent werd aangehou
den op grond van het feit, dat nummer en
letter van den door hem bestuurden auto
niet verlicht waren.
De heer L. had even te voren alles nog
gecontroleerd en in orde bevonden, doch een
z g-los contact had het lichtgebrek veroor
zaakt. Er was natuurlijk geen sprake van
eenig opzet, doch dit is bij een overtreding
geen wettelijk vereischte en al druischte het
misschien tegen des heeren L.'s rechtvaar
digheidsgevoel, een veroordeeling, zeer bil
lijk gesteld op 2 boete of 2 dagen, kon
niet uitblijven.
I.
De brief, met de tijding, dat ik als volon-
tair-assistent-machinist met een houtboot een
reis naar Archangel zou kunnen maken,
waarop ik reeds weken gewacht had, arri
veerde nog net op het nippertje: ik kreeg be
richt, dat ik den volgenden morgen reeds
vroeg uit zou varen.
Op waardige wijze werd ik door een stel
letje vrienden, dat de lucht van mijn plotse
ling ven rek had gekregen, uitgeluid.
„Zoo zeg. moet je morgen vroeg al
varen? En dan naar Archangel? Nou, jij
liever dan ik! Wij zullen wel zorgen dat je
aan boord komt".
's Avonds tien uur, ik stond nog hevige
pogingen te doen om vergeten kleerenhan-
gers. een winterjas en een warme pyama ('t
kon op de reis koud zijn) tot een behoorlijk
pak te fatsoeneeren, werd ik door een on
hebbelijk luid getoeter en gejoel uit mijn pak-
beslommeringen gewekt. Het stel had een
pracht zevenpersoonswagen gehuurd, waar
we net met z'n allen in konden, en waarmee
we ondanks het feit, dat de eenige die een
rijbewijs had, dit eerst een week geleden be
haalde met maximum snelheid naar Rot
terdam reden.
Als hij in zoo'n groote auto zit kan de be
stuurder blijkbaar niet gedoogen, dat Fords
of andere vehikels van lagere kaste hem in
halen; dus werden het gezellige wedrennen
op dep smailep weg Selft-RottextUwj. Daak
zij de omstandigheid, dat we een hoop din
gen net misten (een enkel trottoir was wel
eens raak) kwamen we ongeschonden aan op
den Coolaingel te Rotterdam, waar voor een
café gettopt werd om mij. als vertrekkend
zeeman, de gelegenheid te bieden één of
meer rondjes te geven. Natuurlijk parkeer
den we verkeerd, we moesten draaien en ont
wrichtten bet tramverkeer, maar ten slotte
hikte het toch om de juiste plaats in te
nemen.
Na de noodige heildronken werd ik op
nieuw ingeladen, en laveerden we naar het
overzetbootje aan den Schiemond.
„Nu zeg. 't ga je goed". „Als je nog eens
zoo'rt rondje geeft, halen we je bij je terug
komst ook weer zoo koninklijk van boord''
en plenty andere vriendelijke woorden van
dien aard kreeg ik te hooren.
De tandraderen vernielend bij het over
gaan in de eerste versnelling, verdwenen
ze
„Als je 't mij vraagt, die wagen leeft ook
geen jaar meer", philosopheerde de man van
het overzetbootje, en dan, meer tot mij, „een
hard gelag, is 't niet?"
Ik vertelde dat ik voor plezier ging varen
als assistent-machinist wat hij niet kon be
vatten.
Hoofdschuddend zette hij me over.
Reeds vóór dag en dauw, dien Dinsdag,
vertrokken we. Daar ik gemonsterd was
een reuze kabeljouw en wat haring, te zamen
wel een 75 K.O. visch, voor vijf flesschen
jenever en twintig sigaren! En als de Lap
pen een mijl weg zijn is de eerste flesch al
half leeg!
Ook hier, langs de Moermanskust, is het
varen heel mooi, hoewel we geen land in
zicht hebben. Prachtig zijn de luchten
's avonds, op deze hooge breedten boven den
Noordpoolcirkel. Langzaam, heel langzaam
daalt de zon tot ver in het Noorden, om na
een klein uur weer boven den horizon te ver
schijnen en gedurende het ondergaan kleurt
de lucht zich met de mooiste tinten. De wol
ken, waarachter de zon schuil gaat, zijn van
het puurste goud, en hangen als vlammende
wanstaltige gedrochten aan het hemelge
welf. De smalle wolkenzoom langs den ge-
heelen horizon is zacht rosé gekleurd en
schijnt losgevlokt uit het matte blauw van
den hemel. Over den ganschen oceaan hangt
dit blauwige licht, dat steeds killer en mat
ter wordt, tot plots al deze schoonheid van
rose en blauw verstard schijnt, als de zon
mèt zich genomen heeft het vlammende goud
van zijn wolkengordijn en als een donkerroo
de, uitdoovende bol onder de kim verdwijnt.
komen aan boord en we worden geweldig
streng gevisiteerd. We ontvangen hen met
beminnelijk lachende gezichten: „Zoo, vuile
bolsji's". „Dag, leelijke, moordenaar met je
vierkante kop", en and re nog onhartelijke"
begroetingen, niet bepaald voor herhaling
vatbaar. De geheele bemanning heeft een
hekel aan de bolsjewiki. De douanen kijken
naar onze verheugde gezichten en knikken
vriendelijk terug, want voor buitenlanders
zetten ze hun best beentje voor.
Fotografietoestellen en revolvers worden
achter zegel opgeborgen, muziekinstrumen
ten van plombs voorzien, opdat ze niet ver
kocht worden, en het geheele schip wordt af
gezocht naar verstekel in pen. Eindelijk, na
ons zoo een paar uren uit den slaap gehou
den te hebben, vertrekken zij weer naar hun
eenzamen post op Sovjofka, de toegangs
poort van Archangelsk
(Wordt vervolgd).
En zoo arriveeren we na negen dagen aan
de monding van de Dwina, in de Witte Zee.
Typisch is net dat de temperatuur, zoo gauw
we om kaap Zinnegorsly heen zijn, en be-
chutter varen, in een paar uur tijds een
tegen de kólossale gage van één gulden pei j 2o gr. F. oploopt. Midden in den nacht
maand, kreeg ik „werken naar loon" en dus klinkt het „alle hens aan dek": de douanen
een prettig en dienst8 uur werken in den
dagdienst, en Zondags .vrij. He mocht n.1.
kiezen tusschen wachtloopen en werken in
den dagdienst, maar een vorige reis had me
reeds geleerd, dat het laatste te prefereeren
is. Het beteekent hoofdzakelijk aan dek wer
ken. aan de stoomlieren, die, door de ruwe
manier waarop er mee wordt omgesprongen
met laden of lossen, elke reis grondig her
steld moeten worden.
Den eersten dag behoefde ik niets uit te
voeren, maar moent ik wat op streek komen
ik kwam echter leelijk van streek af en werd
vijf minuten, nA den Hoek verlaten te hebben
al weer flink zeeziek. Ik at niet meer, dronk
niet meer, en hing maar als een vaatdoek
over de reeling. Iedereen bemoeide zich met
het geval, en gaf sympathieken raad" de één
ried aan spek aan een pikdraad door te slik
ken en terug te halen, de ander, om onder
een bloeienden kersenboom te gaan zitten,
dan ging het direct over maar bij r'ke
raadgeving rende ik weer naar de ver
schansing.
Later werd het gelukkig wat beter, en na
een paar dagen, na voldoende belasting be
taald te hebben aan Neptunua, voelde ik me
al aardig zeeman worden.
De eerste dagen gebeurt er niet veel bij
zonders; we werken, ik verslijt al m'n kno-
kels door 't uitschieten van moersleutels en
klem een paar nagels blauw en het schip
loopt zijn 10 mijl op een tamelijk kalme zee.
Maar na vijf dagen ongeveer komen we voor
den ingang van de Vestrjord, d.i. het vaar
water tusschen de Lofodden en de Noorsche
kust.
De meeste houtbooten'Varen door de fjor
den, omdat het er rusfipr is, en bovendien
de route korter is. Alleen bij mistig weer
gaan zij „buiten om" omdat zij. daar vrijuit
en volle kracht kunnen varen en in de fjor
den, met hun smalle vaargeulen, is het dan
hoogst gevaarlijk, mede door gebrek aan an
kerplaateen.
We treffen het gelukkig goed met het weer,
en zullen dus anderhalven dag te midden
van de grootsche, woeste natuur verder stoo-
men.
In het begin, bij Lodingen, blijven de hoo
ge bergkolossen nog een beetje op den achter
grond, en schilderachtige dorpjes van roode
en witte huisjes vleien zich tegen de lagere
hellingen, 't Is net alsof we op een meer va
ren; het water is spiegelglad en er is abso
luut geen wind. Maar allengs wordt de vaar
geul smaller; donker en dreigend, eenige hon
derden meters hoog, verheffen zich aan beide
zijden steil de rotsen. Menschen wonen hier
haast niet, een enkel visschershuis droomt
aan een kleine kreek, mijlen en mijlen van
zijn buren verwijderd.
Vaak, om een hoek, opent zich een dwars-
fjord, op den achtergrond afgesloten door
andere, wazig blauwe, bergen, beplekt met
het reine wit van de eeuwige sneeuw, die,
door het wisselend spel van zon en wolken,
slechts af en toe even oplicht.
We kunnen ons soms op de Zwitsersche
meren denken, zooals we, aan alle kanten
ingesloten, voortvaren. Grauwwit rust een
gletscher tusschen steile bergkammen en een
bergstroompje stort zich, met razend geweld,
loodrecht in de fjord.
Later, als het weer druilig wordt, hangen
massa's wolken, als witte sluiers, om de berg
toppen en in het matte licht glimmeren kil
de kale rotsen, terwijl op minder steile wan
den fluweelig het doffe groen van rendier
mos donkert
En zoo, steeds maar voortgaande, door
smalle spleten in den rotswand of over groote
meren, langs Tromsö en later Hammerfest,
dat kleintjes wegschuilt aan een baai, aan
den voet van een geweldigen bergreus, berei
ken we eindelijk de Noordkaap, waar we,
door het mistige weer gedwongen, de fjorden
verlaten, wat tegelijk het einde beteekent van
dit sprookjesachtig deel der reis.
Na de Noordkaap begint het vinnig koud
te worden; we raken hier langzamerhand
uit het gebied van den warmen golfstroom en
hebben veel last van de scherpe, snijdende
poolwinden. Onze winterkleeren komen nu
foed van pas; op dek werken we met een paar
etelpakken over elkaar aan, en je gaat nu
voor plezier naar de anders zoo smoorheete
machinekamer, waar het nu echter maar goed
60 graden F. is.
Een leuke afwisseling in de dagelijksche
eentonigheid is het, als we van voorbijvaren
de visschers visch koopien. De kapitein had
dit plan al lang; de visch is goed versch,
vaak nog levend, en, met een beetje sjacheren
krijg je ze goedkoop. Als er dus een visschers-
man in zicht komt, praaien we hem en be
ginnen de onderhandelingen in half Noorsch,
half Engelsch. Het zijn Laplanders, met on
verstoorbare, Slavische gezichten; zij blijken
snuggere kooplui te zijn, en vragen het dub
bele van ons bod. Enfin, ten slotte worden de
partijen het eens, en wordt onder veel gejoel
een mand visch aan boord geheschen om
ieder van te doen watertanden. Drie heilbot-
Waarlijk de winter is er nog niet, maar de
breilust is herleefd en weer (hoe is het haast
mogelijk!) wordt mij om een sprzi-patroon
verzocht! U weet niet hoe een grenzenloos
respect ik voor den ijver en vlijt van mijn leze
ressen heb, dat zij steeds maar weer zulke
ontzaggelijk groote k^Fweien, als een sprei op
zich durven nemen.
De sprei, die ik u hier beschrijven wil, be
staat uit een aantal banen; ik weet van da
mes, die het patroon al eenige malen verwerk
ten, dat het een heel mooie sprei wordt. Nu
hoop ik alleen maar, dat ik me niet verschrijf,
de zetter zich niet verzet en de afdruk duide
lijk wordt, want anders gaat u, nijver breiend,
fouten maken, en dan ben ik natuurlijk de
zondebok!
Begin met 28 steken op te zetten; brei dan
lste toer: 2 aver., 2 recht, 2 aver., 2 r., 2
aver., 2 r., 2 aver., 14 st. recht;
2de toer: 14 st. aver., 2 r, 2 aver., 2 r., 2
aver., 2 r., 2 aver., 2 r.
3de toer: 2 aver 2 r., 2 aver., 2 r., 2 aver.,
2 r., 2 aver., 14 st. averecht;
4de toer: 14 st. recht; 2 r., 2 aver., 2 r., 2
aver., 2 r., 2 aver. 2 r.;
5de toer: 2 aver., 2 r., 2 aver., 2 r., 2
aver., 2 r., 2 aver., 14 recht;
6de toer: 14 st. aver., 2 r., 2 aver., 2 r., 2
aver., 2 recht, 2 aver., 2 r.;
7de toer: 2 aver., 2 r., 2 aver., 2. r., 2 aver.,
2 r„ 2 aver., 14 aver.;
8ste toer; 14 recht, 2 recht, 2 aver., 2 r., 2
aver., 2 r., 2 aver. 2 r.;
9de toer: 2 aver., 2 r., 2 aver. 2 r., 2 aver.,
2 r„ 2 aver. 14 recht;
10de toer: 14 aver., 2 r., 2 aver., 2 r., 2
aver., 2 r., 2 aver., 2 r.;
11de toer: 2 aver., 2 r., 2 aver., 2 r., 2
aver., 2 r„ 2 aver., 14 aver.;
12de toer: 14 recht, 2 r., 2 aver 2 r, 2
aver., 2 r., 2 aver., 2 r.
13de toer: 2 aver., 2 recht, 2 aver., 2 r., 2
aver., 2 r„ 2 aver., 14 recht;
14de toer: 14 averecht, 2 r., 2 aver., 2 r., 2
aver., 2 r., 2 aver2 r.
15de toer: 14 r.; 2 aver., 2 r., 2 aver., 2 r.,
2 aver., 2 r., 2 aver.
16de toer: 2 r., 2 aver., 2 r., 2 aver., 2 r.,
2 aver., 2 r., 14 aveiecht;
17de toer: 14 aver2 aver. 2 r., 2 aver., 2
r., 2 aver., 2 r., 2 aver.;
18de toer: 2 r., 2 aver., 2 r., 2 aver., 2 r.,
2 aver., 2 r., 14 r.:
19de toer: 14 r., 2 aver., 2 r., 2 aver., 2 r„
2 aver., 2 r., 2 aver.;
20ste toer: 2 r., 2 aver., 2 r, 2 aver., 2 r.,
2 aver. 2. r., 14 averecht;
21ste toer: 14 averecht, 2 aver., 2 r., 2
aver., 2 r., 2 aver., 2 r., 2 aver.
22ste toer: 2 r„ 2 aver., 2 r., 2 aver., 2 r„
2 aver., 2 r., 14 recht;
23ste toer: 14 recht, 2 aver., 2 recht, 2
aver., 2 r„ 2 aver., 2 r., 2 aver.
24ste toer: 2 r., 2 aver., 2 r„ 2 aver., 2 r.,
2 aver., 2 r., 14 averecht;
25ste toer: 14 aver., 2 aver., 2 r., 2 aver., 2
r., 2 aver., 2 r., 2 aver.;
26ste toer: 2 r„ 2 aver., 2 r., 2 aver., 2 r.,
2 aver., 2 r„ 14 recht;
27ste toer: 14 r2 aver., 2 r., 2 aver., 2 r.,
2 aver., 2 r., 2 aver.;
28ste toer: 2 r., 2 aver., 2 r., 2 aver., 2 r.,
2 aver., 2r, 14 averecht.
Nu bent u klaar met een kwart baan. U
moet dit stuk dus viermaal breien en aan el
kander zetten voor één baan; dan wordt al-
zoo ieder baan 4 X 28 of 112 steken breed.
Daar ik hoegenaamd niet weet hoe groot
het bed is waarvoor u een sprei wilt breien,
kan ik u ook onmogelijk zeggen welke breedte
van banen u kiezen moet. U moet eerst een
stukje proefbreien en als u dan het patroon
gaat onderscheiden, zult u zien, dat aoor de
steeds herhaalde 14 steken uw sprei den in
druk van gevlochten reepen maakt. Het is een
heel mooi, niet tc druk effect. Wanneer u
eenige banen klaar heeft, moet u het tusschen-
zetsel gaan breien, dat de banen onderling
verbindt en bovendien als rand dienst kan
doen.
Hiertoe zet u 25 steken op.
lste toer: 1 steek afhalen, 2 r., minderen,
2 maal omslaan, dubbel minderen, 2 maat
ten vao 14 K.G., tyee zeewolven van dubbjnindenas. 2 oaal omsj,, dqbb.
minderen, 2 maal omsl., dubb. minderen, 2
maal omsl., dubb. minderen, 2 maal omsl.,
overhalen, 3 recht;
2de toer; averecht over breien;
3de toer: 1 st. afh., 1 r., minderen, 2 maal
omsl., dubb. mind., 2 maal onwl., dubbel
mind., 2 maal omsl., overh., 1 r. mind., 2
maal omsl., dubbel minderen, 2 maal omsl.,
dubb. minderen, 2 maal omsl., overhalen, 2
recht;
4de toer: averecht overbreien;
5de toer: 1 st. afh., mind., 2 maal omsU
dubb. mind., 2 maal omsl., dubbel mind., 2
maal omsl., overhh., 3 r, mind.. 2 maal om
sl., dubb. minderen, 2 maal omsl., dubb. min
deren, 2 maal omsl., overh. 1 r.;
6de toeraver. overbreien
7de toer: mind.. 2 maal omsldubb. min
deren, 2 maal omsl., dubb. minderen, 2 maal
omsl., overhalen, 5 recht, minderen; 2 maal
omsl. dubb. minderen, 2 maal oowl., dubb.
mind., 2 maal onwl., overh.;
8ste toer: averecht overbreien;
9de toer: 1 st. afh., mind2 maal omsl.,
dubb. mind., 2 maal omsl., dubb. mind., 2
maal omsl., overh., 3 r., minderen, 2 maal
omsl., dubb. mind., 2 maal omsl., dubb. min
deren. 2 maal omsl. overh1 recht;
10de toer: averecht overbreien
11de toer: 1 st. afh., 1 r. mind., 2 maal
omsl., dubb. mind., 2 maal omsl., dubb. min
deren, 2 maal onrl., overh., 1 r minderen, 2
maal omsl., dubb. minderen, 2 maal omsl.,
dubb. minderen, 2 maal omslaan, overh. 2 r.;
12de toer: averecht overbreien en dan be
gint u weer met den Isten toer.
U breit deze sprei het beste met ongebleekt
katoen No. 12 Een kennis van mij vond de
sprei niet genoeg Af. Daarom haakte rij rond
om een eenvoudig picotje Smaken verschil
len Ik vond, dat door dit picotje de 'strenge,
sobere gedachte van de sprei bedorven werd.
Een andere lezeres informeert of het whai
is, dat maanlicht zoo mooi bleekt. Ja zeker is
dat waar, vooral linnengoed, dat door ouder
dom en lang-niet-gebruikt-zijn geel en vlekke
rig geworden is, kunt u door de maan laten
bleeken. U moet echter waf vriezend weer
hebben; eerst behoort het linnen in zeepsop
te worden uitgewasschengebruik géén bij
tende middeltjes. Dat vei draagt het oude
goed niet meer! Laat het goed 2 nachten in
de maan bleeken en als u 's morgens wakker
wordt is het gevlekte linnen hagelwit!
1.
2.
Oplossingen der raadsels alt het
▼orige nummer.
Voor grooteren.
Noord-Brabant. Taart, Doorn, Baarn,
bord, Anton.
Zullen zij er met lijn achten naar toe
gaan? (Metz).
Vergeet dezen zak en die groote
mand niet mee te nemen. (Aken).
Hebben de gymnastiek-oefeningen
met Mieke n lenig gemaakt?
(Keuion).
Als het tegen twaalf uur loopt, moet
■ik gauw naar huis. (Oont).
Locomotief.
Bier,^ vliet, Biervliet.
Voor kleineren.
Mug; rug, vlug, stug.
Vaas Verhemelte. - e
boek
berk
a s c h
T i e 1
Emma
eend
klok
O t t o
knie
Anjelier, papaver, begonia-
De regen.
OM OP TE LOSSEN.
Voor grooteren.
Verborgen diernamen.
De jurk lijkt heel anders van kleur
bij avond. (2)
Ze moest even voor Tante Hendrika
meel aan den overkant halen. (2)
Je kunt ook nooit scherts van ernst
onderscheiden.
Jenny was heel laat klaar en daarom
moesten wij ons zoo haasten.
Kruisraadsel.
Op de beide kruisjeslijnen komt de
naam van een zangstem.
X
X
X
X
x
X
2.
1°
2°
3°
4°
5°
6°
7°
1.
rij een medeklinker.
een lichaamsdeel van een dier
een metaal.
't gevraagde woord.
een muziekinstrument
een jong. viervoet! gdier.
een medeklinker.
Mijn geheel wordt met 7 letters ge
schreven en noemt een deel van
ons land.
1, 5, 2, 3 is een ander woord voor
grap, scherts.
Een 4, 5, 5, 6 woont niet veraf.
Een 6, 5, 7 is een deel van een
mensch, een dier en een boek.
Een 7, 6, 2, 1 is een suite of kamer.
7, 5, 5, 6 is onaangenaam koud.
Mijn eerste gaat naar beneden, mijn
tweede is niet kort mijn derde een
kleedingstuk en mijn geheel een
dorp in de provincie Utrecht
Voor kleineren.
'k Ben een pijpje, niet van steen,
Maar, ook niet van hout,
Niet van zilver, niet van lood,
Niet van staal of goud.
k Groei soms in een bosch of park,
Ook wel tuin of laan.
Echter niet 't geheele jaar,
Dat zou heusch niet gaan!
Noem nu eens vlug mijn naam,
Stellig zoek je mij
In het najaar op den grond,
'k Maak de kind'ren blij!
Met 1 ben ik niet donker, met n een
familielid, met J een kwaal en met
w een kind.
Welk schadelijk insect wordt, als je
het omkeert, een jongensnaam?
Welke plaats in Noord-Holland kun
je maken van:
pen deur m I.T j