DAGBLAD VODR ALKMAAR EN OMSTREKEN. ffo. 237 132e Jaargang. Buitenland Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalvz Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—, franeo door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN: Per regel 0.25, bij groots contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franoo aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. POSTER <A ZOON, Voordam C 9, post giro 37000. Telef. 3, redactie 33. DirecteurC. KRAK. \VOE\SDAG OCTOBER 1930 Hoofdredacteur: TJ. N. ADEMA. Dit nummer bestaat uit 3 bladen. Dag«l||ksoh overzioht. DE ROEMEENSCHE KABINETS- CRISIS. Waarom het kabinet-Manioe aftrad. Binnen- en buitenlandsche politieke meeningsverschillen. Een simpel berichtje in ons nummer van gisteren vermeldde, dat het Roemeensche ka binet was afgetreden, omdat de minister-pre sident Manioe ziek was en daardoor zijn werkzaamheden niet naar behooren meer kan volbrengen. Waarschijnlijk is de reden van het onslag van het kabinet-Manioe echter een geheel andere. Er dreigde immers sedert langen tijd een crisis, welke voornamelijk moet wor den toegeschreven aan persoonlijke mee- ningsverschillen tusschen koning Carol en den minister-president ten aanzien van bin nen- en buitenlandsche politieke aangelegen heden geschieden. Manioe begroette al dadelijk koning Carol bij diens terugkeer in Roemenië zeer koel en de verhouding tusschen beiden werd er niet beter op, toen bleek, dat koning Carol zich alleen wilde laten kronen, nu zijn vroegere gemalin, prinses Helena, weigerde zich met Carol te verzoenen. Koning Carol meent, dat zijn ongekroonde koningschap nu lang ge noeg geduurd heeft, maar Manioe was van oordeel, dat een afzonderlijke kroning zulk een slechten indruk op het volk zou maken, dat hij daarvoor niet verantwoordelijk wenschte te zijn. Algemeen wordt nu beweerd, dat mevr. Lupescu tusschen den koning en prinses He lena staat. In Roemeensche diplomatische kringen wordt n.1. beweerd, dat Helena de bewijzen in handen heeft, dat de bekende re laties tusschen haar vroegeren echtgenoot en mevr. Lupescu van een anderen aard zouden zijn geweest dan algemeen wordt aangeno men en dat haar afwijzende houding voorna melijk op die wetenschap berust. Deze interne aangelegenheden zijn mede oorzaak van het aftreden van Manioe. Er wordt echter nog van andere meeningsver- schillen melding gemaakt, die vooral de bui tenlandsche politiek zouden betreffen. Ma nioe is de groote voorvechter voor het hand haven en versterken der kleine Entente, maar koning Carol zou de veiligheid van zijn land liever willen waarborgen door toenadering tot Hongarije (en dus ook tot Italië!) te zoe ken. Omtrent deze kwestie schijnt het Roe meensche kabinet verdeeld te zijn en nu be staat de kans, dat eenige leden den koning zouden volgen bij de formatie van het nieu we kabinet. De boerenpartij, welke op het oogenblik Roemenië regeert, zou daardoor uit elkaar vallen en dit zou nog het ongeluk kigste van de crisis zijn. En een ander gevolg, dat vooral voor het buitenland van groot belang is, betreft wel die poging tot toenadering tot Hongarije en Italië. Vooral voor dat laatste land moet de ze crisis niet ongevallig zijn. Het is nu al on geveer heerscher op de Middellandsche Zee (we denken hier o.m. aan de bekende vloot- plannen van Italië en Frankrijk), het ziet zijn macht straks nog verhoogd door het huwe lijk van de dochter van den Italiaanschen koning met koning Boris van Bulgarije, en straks zal de kans op toenadering tot Roe menië bestaan. Dat belooft wat te worden in de interna tionale politiek in Zuid- en Zuid-Oost- Europa DE REVOLUTIE IN BRAZILIË. Levensmiddelen te Rio opgevorderd. Reuter meldt uit New York dat volgens de jongste berichten uit Brazilië alle levens middelen in de hoofdstad zijn opgevorderd. Opstandelingen verbreken de ver bid (tingen. Daar het eerste werk der opstandelingen in de staten Rio Grande do Sul en Minas Geraes is geweest de tunnels met dynamiet in de lucht te doen vliegen en de spoorweg verbindingen en de telegrafische verbindingen te verbreken, is men zonder berichten en ont staat er vertraging in de aankomst der uit gezonden bondstroepen. De regeering rekent er op de orde spoedig te herstellen, want zij beschikt over het ge heele leger, de geheele vloot en de geheele luchtmacht. Overal elders is het volkomen rustig, met name ook in Sao Paulo. De gemeenteraad van Rio de Janeiro en de handelsvereniging van Rio hebben zich ten gunste van president Washington Luiz uitgesproken. De regeering bereidt een ver dedigingslinie voor. De Braziliaansche regeering zou voorne mens zijn een verdedigingslinie in te richten op de lijn ParanaSao Paolo. Het doel der opstandelingen. Het Braziliaansche parlementslid Luzar- do verklaarde in een interview, dat het be langrijkste doel der Braziliaansche opstan- ó*Llagen ie, het geheime kiesrecht te verkrij gen en een eind te maken aan het despotis me. De sterkte der opstandelingen. Vernomen wordt, dat de opstandige strijd krachten in Rio Grande do Sul reeds 30.000 mannen omvatten en overvloedig van wa pens zijn voorzien. Het eerste revolution- naire leger staat onder bevel van kolonel Joao Alberto Barros. Men schat het aantal reyolutionnairen in de staten Parana, Santa Catharina, Piauhy, Parahyba en Pernam buco op 4Ó.OOO. Opperbevelhebber der regeerings- troepen gedood? Volgens berichten uit Buenos Aires is de opperbevelhebber van de Braziliaansche re- geeringstroepen in den staat Pernambuco tijdens een hevig de stad Pernambuco door opstandelingen gevecht om het bezit van gedood. De revolutionairen meester van Pernambuco. De revolutionnairen zijn meester van Per nambuco. Er zouden veel dooden en gewon den zijn. De gouverneur van den staat ver trok per boot naar het noorden. De nieuwe gouverneur is Carlos Delima, directeur van ae „Diario Damana". Rio Grande do Sul met beschie ting bedreigd. Volgens Argentijnsche berichten zijn eeni ge Braziliaansche oorlogsschepen in de ha ven van Rio Grande do Sul aangekomen en hebben geëischt, dat de opstandelingen in deze stad zich zullen overgeven. Indien zulks geweigerd wordt, zal de stad beschoten wor den. Vele Braziliaansche opstandelingen ne men op het oogenblik de wijk naar Argen- tijnsch grondgebied. VOOR DE OOSTENRIJKSCHE VERKIEZINGEN. Een partij-Schcber. Oneenig- heid onder de rechtsradicalen. Na de eerste verrassing door den val van Schober veroorzaakt, is thans de politieke actie in vollen gang. De vorming van een groote, gematigde, middenpartij, tusschen rood en zwart, is in wording onder leiding van Schober, welke in hoofdzaak een nationale economische par tij bedoeld te zijn en waartoe de kopstukken van handel, industrie en financiewezen den stoot hebben gegeven, nadat deze beweging reeds maanden lang in voorbereiding was. De „N. Fr. Presse" verwacht van deze actie een herleving van de gematigde rich ting. In het kamp der rechtsradicalen blijkt steeds grooter oneenigheid te komen. De Weensche Heimwehr heeft zich definitief in twee deelen gesplitst. Het kleinste gedeelte heeft een verkiezingsovereenkomst gesloten met de christ. socialen, terwijl de nationale organisaties zich afscheiden. Ook in Tirol doen zich teekenen van tweespalt voor. Veel daartoe heeft bijgedragen een uiterst heftige reden van minister Starhemberg, waarin hij zich te buiten is gegaan aan grove uitval len tegen den soc. wethouder van Weenen, Breitner, dien hij met onthoofding bedreig de. Na nog eenige beleedigende uitingen aan het adres van de journalisten, verklaarde hij, dat de fascisteneed van Korneuburg de burgerwachten verplicht tot radicalen strijd tegen het gehate parlementaire stelsel. De regeering heeft verder elke vervolging van den over de grens gezetten majoor Pabst (den deskundigen leider der Heim- wehren) stop gezet, zoodat diens terugkeer verwacht kan worden. De Duitsche nationaal-socialist Strasser vertoeft te Weenen, terwijl de Oostenrijksche nationaal-socialist Riehl Heeft verklaard, dat Oostenrijk een tweede Thüringen (rechtsra- dicaal bolwerk) moet worden. De actie is dus in alle kampen in vollen gang. Bezorgde diplomaten. Gerust stellende woorden van Seipel. De leden van het diplomatieke corps be zochten gister den minister van buitenl. za ken dr. Seipel. In het onderhoud brachten zij verschillen de gebeurtenissen van den laatsten tijd ter sprake. Zij wezen op het groote belang, dat het buitenland heeft bij den gang van zaken op politiek gebied in Oostenrijk. Seipel antwoordde, dat men hetgeen spre kers in hun redevoeringen tijdens de verkie zingen zeiden, onverschillig tot welke partij zij behooren, niet al te ernstig moest opvat ten. De verkiezingen zoudene z.i. een kalm verloop hebben en de rustige gang van zaken na de verkiezingen was gewaarborgd. DE VERKIEZINGEN IN FINLAND. De voorloopige uitslag. Omtrent de Finsche parlementsverkiezin gen. die verleden week zijn gehouden, meldt het W. B. de volgende voorloopige mededee- lingen. De soc.-democraten hebben 10 of 11 man dalen veroverd en worden met omstreeks 70 afgevaardigden de sterkste partij in den nieuwen rijksdag. De Lappomannen, die tot dusver bovenaan stonden, dalen af naar de tweede plaats. Vervolgens komt een aan de Lappoërs verwante anti-communistische par tij en in de vierde plaats de Zweedsehe volks partij. De communisten, die bij de twee vorige ver kiezingen 128.000 stemmen op zich vereenig- den, konden het ditmaal niet verder brengen dan tot 10.000. DE VERVOLGINGEN DER OEKRAINERS IN GALICIE. De metropoliet Szeptgeki heeft besprekin gen gevoerd met Skadkowski, minister van binneniandsche zaken, en minister Beek, den vertrouwensman van maarschalk Pilsudski. Pilsudski zelf heeft hem niet ontvangen. Over het onderhoud met generaal Sklad- kowski verluidt, dat de metropoliet op de willekeur van de Poolsche politie-autoriteiten en op het brutale optreden van de militairen bij strafexpedities heeft gewezen en ervoor heeft gewaarschuwd dat door zulke maat regelen de Oekrainsche boerenstand in de armen van de partijen, die met Sovjet-Rusland heulen, gevoerd wordt. De minister van binneniandsche zaken heeft daarop geantwoord, dat de Poolsche regee ring de rust in Oost-Galicië moet herstellen Voor het sluiten van de Oekrainsche scholen is zijn departement niet verantwoordelijk. Hij is het echter geweest, die den minister van onderwijs de scherpste maatregelen heeft aan geraden. Bij een actie op een zoo breede basis als de Poolsche regeering thans in Oost-Galicië voert, mag men niet al te zeer oog voor kleinigheden hebben, die ambtelijke misbruiken kunnen schijnen. De Poolsche regeering heeft besloten de elementen uit te roeien, die de Oekrainsche bevolking van den weg der rust afvoeren en zij zal onder geen voorwaarde van den eenmaal ingeslagen weg afwijken. TSJANG TSJAU DOOR DE NANKING- TROEPEN VEROVERD. Einde van den strijd in China? De troepen der Nanking-regeering hebben de stad Tsjang Tsjau, een der belangrijkste steunpunten aan aen spoorweg Peking Hankau, veroverd. Volgens mededeeling van het hoofdkwartier der Nanking-regee ring zouden alle zich te Tsjang-Tsjau bevin dende troepen der opstandelingen zijn gevan gen genomen. De troepen van generaal Feng zouden reeds verscheidene dagen op den terugtocht zijn en de Gele Rivier reeds overschreden hebben. In het hoofdkwartier van het Nan- kingleger neemt men aan dat hiermede de burgeroorlog practisch gesproken een einde neemt. In hoeverre deze veronderstelling te opti mistisch is, kan natuurlijk niet worden na gegaan. DE STAHLHELM-DAG. Weinig monarchistische geestdrift. In een beschouwing over den Stahlhelm- dag te Koblenz, welke werd bijgewoond door den ex-kroonprins als eerelid en generaal v. Seeckt, Rijksdagafgevaardigde voor de D. Volkspartij, constateert de „Frankf. Z.", dis de politieke demonstratie aan den Rijn vrij bedenkelijk noemt, dat er althans één gerust stellend feit te constateeren viel. Van monar chistisch gedoe nl. was niet veel te bemerken De leider Düsterberg herdacht in zijn rede met weemoed het oude Keizerlijke Huis en Wilhelm II. Maar hij vond daarmede bij zijn Stahlhelmkameraden slechts hier en flaar bijval. Speciaal de jongeren onthielden zich bijna geheel van instemming. Den ex kroonprins viel slechts een heel enkele toe juiching ten deel. De „Voss. Z." deelt nog mede, dat een of ficieele deputatie van de Italiaansche fascis tische partij, die in het bijzonder welkom werd geheeten, den „Reichsfrontsoldatentag" in het Rijnland heeft bijgewoond. DE PRUISISCHE FINANCIEN. Een tekort van 130 millioen. Ook op de Pruisische begrooting voor 1931 zal zooveel mogelijk worden bezuinigd De belastingen kunnen naar de meening van den minister van financiën niet meer wor den verhoogd, zoodat men het moet zoeken in de verlaging der uitgaven. De representa tie-gelden der ministers, vele uitkeeringen, subsidies e.a. vergoedingen zullen aanzienlijk worden besnoeid, de niet noodzakelijke bu- reaux en inrichtingen zullen worden opgehe ven. Het tekort op de Pruisische begrooting be draagt op het oogenblik 130 mill. Mark. DE WERKLOOSHEID IN ENGELAND. Het aantal werkloozen in Engeland be draagt thans 2.161.589. Dit is het grootste aantal werkloozen, dat Engeland sedert 1921 heeft gehad. Vergeleken bii de vorige week is het aantal werkloozen met 5203 gestegen. Het bedraagt thans 997.827 meer dan verleden jaar. EEN KOPENICKIADE IN POLEN. Dcor handige misdadigers. Onlangs werd door een bewoner van het kleine stadje Gnojnia geconstateerd, dat een bedrag van honderd dollar was ontvreemd uit een aangeteekenden brief, van welken diefstal hij bij de directie te Krakau werk zou maken. Eenige dagen later verscheen een inspecteur, die onmiddellijk alle boeken en kassen inspecteerde. De directeur werd feschorst en de inspecteur verklaarde, dat innenkort diens opvolger zou komen, het geen dan ook weldra geschiedde, - Intusschen had echter de geschorste post ambtenaar vastgesteld, dat er van uit Kra kau in het geheel geen onderzode was ge last Hij waarschuwde de politie, die den nieuwen directeur arresteerde en spoedig ontdekte met een bekend bedrieger te doen te hebben. Ook de z.g. ontvanger van den aangeteekenden brief en de „inspecteur" wa ren oude bekenden van de politie, die echter nog juist bijtijds gevlucht bleken. DE RAMP MET DE R 101. Aankomst der slachtoffers in Londen. Er was veel belangstelling voor de aan komst aan het Victoria-station te Londen van de tijken der slachtoffers van den ondergang van de R 101. Niettemin heerschte er aan het station een plechtige stilte, toen de met de Engelsche vlag bedekte kisten uit den van Dover komenden trein werden geladen in de gereedstaande lijkwagens. Er waren eenige ministers aanwezig, o. w. MacDonald en eenige vertegenwoordigers van het ministerie van luchtvaart, met wie de met denzelfden trein aankomende drie licht gewonde over levenden een kort gesprek voerden. De droeve stcet naar de West minster Abdy. In de auto's achter de lijkwagens namen MacDonald, de overlevenden en de andere autoriteiten plaats. Door een dichte menschen- menigte ging de droeve stoet onder doodsche stilte door de straten van Londen naar de Westminster Abdy, waar de kisten werden opgebaard. Na de opbaring speelde een kapel een treurmarsch en betrokken soldaten de eere- wacht. De nabestaanden der slachtoffers werden toen tot de kathedraal toegelaten. Vrijdag a.s. zal de bevolking gelegenheid hebben den dooden de laatste eer te be wijzen. Zaterdag zal de teraardebestelling te Cardington plaats hebben. WANHOOPSDAAD VAN ZWEEDSCHE ARBEIDERSVROUW. Zich met vier kinderen in een meer verdronken. Gisteravond ging een 35-jarige arbeiders vrouw in Dalekarliën met haar vijf kinderen van vier maanden tot 11 jaar naar het meer waar zij een boot losmaakte en met de kinde ren het meer opvoer. Midden op het meer ge komen, wierp zij haar vier kinderen over boord en sprong met de zuigeling vast aan haar borst gebonden zelf eveneens te water. Het oudste meisje slaagde erin aan land te komen. Toen er hulp kwam opdagen waren de vrouw en de vier kinderen reeds verdron ken. De vrouw is waarschijnlijk door maat schappelijke ellende tot haar daad gedreven. TEGEN POLITIEK OP SCHOOL. De oudersraden van de vier gymnasia en middelbare scholen te Weimar hebben geza menlijk een protest gericht aan het Thuring- sche ministerie voor onderwijs (leider de na tionaal-soc. dr. Frick) tegen het feit, dat meer en meer de scholieren betrokken wor den in de politieke agitatie. De ouders heb ben opgemerkt, dat daaronder de geestelijke arbeid hunner kinderen veel te veel te lijden heeft. Een aantal gymnasiasten bijv. is lid van de „Hitler-jugend", ofschoon deze een uit gesproken politieke vereeniging is en aan minderjarige scholieren het lidmaatschap van partijorganisaties nadrukkelijk verboden is. NOODWEER OP DE NOORDZEE. Terugkeerende visschersschepen te Ham burg rapporteeren bijzonderheden over de hevige stormen, die de laatste dagen op de Noordzee gewoed hebben. De haringvissdhe- rij ten Zuiden van de Doggersbank moest zelfs geheel gestaakt worden. Van ernstige scheepsongelukken op de Noordzee is tot dus ver niets gebleken. Slechts het Hamburgsche stoomschip Anita LM Russ verloor in de Noordzee tijdens zwaar_ weer een gedeelte van zijn lading. Het schip is intusschen reeds Antwerpen binnengeloopen. ONVEILIG CHICAGO. Vrouw van den mayor bestolen. Aan mevrouw Thompson, de vrouw van den mayor van Chicago, zijn een diamanten ring ter waarde van S 10.000 alsmede andere juweelen en haar beurs ontstolen toen zij van een autorit huis waarts keerde. Drie mannen hielden den pofitie-chauffeur hun revolvers tegen het hoofd en ontnamen haar alle voor werpen van waarde, die zij bij zich had. DE WAARDE VAN EEN MENSCHEN- LEVEN In Syrië. De in Beiroet verschijnende „Oriënt'' maakt melding van het volgende gruwelijke voorval De directeur van een der filialen van de Banque de Syrië was dezer dagen ter jacht bij een Arabischen grootgrondbezitter, Kemal bei el Assad genaamd. Bij deze gelegenheid had hij het droevig ongeluk een tienjarig Arabisch meispe, dat zidh op het jachtterrein had gewaagd, dood te schieten, Wanhopig snelde de Franschman naar zijn gastheer om hem het rampzalig incident mede te deelen. Deze luisterde zonder een spier te vertrek ken, nam zijn gast mee naar huis en gaf zijn bediende order een jachtgeweer te brengen. In zijn wanhoop zag de Franschman zich reeds neergeschoten door zijn gastheer, doch Kemal bei liep rustig naar het venster, wees op een boer, die in het land arbeidde en vroeg: „Wat ziet u daar?" „Een man, die werict', luidde het antwoord. Op dat oogen blik legde de Arabier aan en schoot den Boer met een welgemikt schot neer. Daarop zeida hij: „Dit is de waarde, die bij ons aan een man wordt gehecht. Wat is dan nog uw tien« jarig meisje waard? Ga maar rustig naa» huis en en maak u maar niet verder onge rust". BRIAND ONGESTELD. Briand heeft te Genève een lichte verkoud heid opgedaan, zoodat bij zijn kamer moet houden en Doumergue niet op diens reis naar Marokko kan vergezellen. De positie van Briand. Zal hij zich nog lang handhaven, 't Is duidliik dat dit bericht in de gegeven omstandigheden eenig commentaar heeft uit gelokt, daar de positie van Briand sedert de Volkenbondsvergadering eenigszins wankel is geworden. En openlijk wordt de veronder stelling uitgesproken dat Briand niet mee gaat omdat hij spoedig tot aftreden zat worden genoopt. Het „Journal des Débats" herinnert er aan, dat Frankrijk kort vóór den oorlog in dezelfde omstandigheden heeft verkeerd, Caillaux was aan het bewind, in 1911. Even als thans was de internationale toenaderings politiek zeer machtig en beschikte zij over een deel der pers, over steun in tal van partijen en in de zakenwereld. Doch evenals nu was er een wassende strooming, die zich bezorgd maakte over deze politiek en een streng na- tionale politiek verlangde. Het ministerie scheen sterk. Maar in een der Senaatscom missies stond een man op, die met enkele woorden de regeering teniet deed. Hij heette Clemencau. En van dat oogenblik af begon onder Poincaré een politiek van wederoprich ting. De „Temps" zegt echter met groote be slistheid dat het kabinet niet hervormd wordt, dat Tardieu, die de politiek van na tionale unie voortzet, „welke Frankrijk na cTe dwaasheden van het kartel redde", in nauw contact staat met Poincaré, en dat de eens gezindheid dezer twee staatslieden een goede voorbode is voor de thans nagestreefde repu blikeinsche en nationale politiek. Of Briand zich in dit milieu nog lang thuis zal gevoelen, zullen de komende weken leeren. VAN EEN „KOMMERZIENRAT" EN EEN JONGEN SCHILDER. „Beeltenis van een bekenden oplichter." Het Hbld. vertelt: Te Dresden heeft men hartelijk ge lachen om een geschiedenis, waarin de voornaamste figuren waren een bekend grootindustrieel en een tot dusver weinig bekende jonge schilder. Op een feest werd den „Kommerzien- rat" door een vriendin een jonge schil der voorgesteld met de verzekering, dat de jongeling een schoone toekomst voor zich had. Aan de bede van zijn vriendin om het jonge talent te protegeeren, wil de de grootindustrieel gaarne voldoen, zoodat hij den schilder opdroeg zijn por tret te maken voor 2000 M. Eenige malen „zat" de beschermer voor zijn jeugdigen vriend, maar al spoedig begon hij berouw te krijgen en toen het schilderij klaar was, weigerde hij het te accepteeren en te betalen, daar het z. i. in het geheel niet leek. De schil der was woedend maar bedacht zich, gaf zijn cliënt gelijk, doch verzocht de zen slechts hem schriftelijk te verkla ren, dat het niet leek en dat hij weigerde de 2000 M. te betalen. In vertrouwen ver telde het „jonge talent", dat hij van een tante vast wat geleend had in het voor uitzicht van de 2000 M.als hij haar nu zulk een briefje kon laten zien, zou zij wel wat geduld hebben. De „Rommerzienrat" gaf de verkla ring en was blij er zoo af te komen. Einde Augustus hield een kunsthan delaar een tentoonstelling van werken van jonge schilders. Onder de stukken was ook een „beeltenis van een beken den oplichter", in wien de bezoekers een groote gelijkenis zagen met den groot industrieel. Ook deze bezocht den salon, herkende zich zelf in den „oplichter" en eischte de verwijdering van de schilde rij. Er kwam zelfs een advocaat bij te pas, maar niets hielp: de „Kommerzien- rat" had immers zelf zwart op wit ver klaard, dat er volstrekt geen gelijkenis was! Het slot van het schandaaltje was, dat er tusschen de partijen een schikking werd getroffen, waarbij de verontwaar digde industrieel weer in het bezitkwam van zijn portret maar thans tegenbe- taling van 4000 M.J

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1930 | | pagina 1