DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Een nieuwe mijnramp in Duitschland.
132e Jaargang.
*üagelijksch overzicht.
Buitenland
Opnieuw een groot aantal slachtoffers.
Er heerscht rouw in het land
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalv* Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3
maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—,
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE AD VERTE NTIEN
Per regel 0.25, bij groots contracten rabat. Groots
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. riOSTER <4 ZOON, Voordam C 9, post
giro 37090. Telef. 3, redactie 33.
Ao. 253
Directeur: C. KRAK,
JTVVYIHCii 2? OCTOBEH 1930
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
HET HUWELIJK VAN KONING
BÖRIS.
De huwelijksinzegening in Assisi.
Indrukwekkende plechtigheid.
In Assisi is Zaterdag het huwelijk voltrok
ken tusschen Koning Boris van Bulgarije en
prinses Giovanna van Italië, derde dochter
van koning Victor Emmamiel en koningin
Helena.
De voorkeur van Assisi was uitgegaan
van prinses Giovanna, die vaak in de basiliek
van den H. Franciscus heeft vertoefd en reeds
sedert haar jeugd een voorliefde had voor
dat stille stadje.
Dagen te voren reeds was het druk in het
stadje. De Italiaansche en Bulgaarsche
koninklijke familie, bruid en bruidegom, en de
eerste-gasten kwamen echter Zaterdagmor
gen aan met speciale treinen uit Rome. De
eerste trein was een met soldaten bezette in-
spectietrein, die onderzocht, of de weg veilig
was. In den tweeden trein bevonden zich de
Italiaansche koninkl. familie, prinses Gio
vanna en baar drie zusters Yolanda, Mafel-
da en Maria, alsmede de echtgenoot van
prinses Yolanda, graaf Calvi, en 't konink
lijk gevolg. In den volgenden trein reisde de
vader van den bruidegom, ez-czaar Ferdi-
nand, met verscheidene officieren en leden
der Bulgaarsche regeering. In den laatsten
trein bevond zich koning Boris met zijn
zuster Eudovia en zijn broer prins Cyril
met hun gevolg. Zoowel koning Victor Em
manuel als koning Boris en ex-czaar Ferdi-
nand waren in burger gekleed. Mussolini,
die later arriveerde, was in uniform en droeg
al zijn decoraties, waaraan was toegevoegd
het ordeteeken van de Orde van den Heiligen
Cyrillus, een der hoogste Bulgaarsche onder
scheidingen, die hem werd overhandigd door
den adjudant van koning Boris.
Behalve de twee koninklijke families waren
te Assisi aanwezig vier en vijftig prinsessen
prinsen en 2 eerste-minister-presidenten.
Niettemin duurde de huwelijksplichtigheid
slechts kort en droeg zij een eenvoudig karak
ter, daar de bruid haar zooveel mogelijk in
den geest van St. Franciscus wenschte te doen
geschieden.
De inzegening vond plaats in de basiliek
van den H. Franciscus door mgr. Antonio
Maria Risso. Het was een prachtig schouw
spel, toen de bruidsstoet bij de oude kerk, die
stamt uit de 13e eeuw, aankwam. Door de ge
kleurde ruiten viel een gedempt licht naar
binnen, dat over alles zachte tinten wierp. De
vrouwen waren allen, volgens voorschrift, in
zwart gekleed met uitzondering van de vrou
wen uit het Huis van Savoye, die in de kerk
'n witten sluier mochten dragen. De eenige
lichte kleur werd aan het kerkgebouw gege
ven door de in witte jurkjes gekleede driehon
derd kinderen uit Assisi, die het bruidspaar
de kerk binnenleidden.
Nadat het bruidspaar binnen was en een
koor van 150 kloosterbroeders een lied had
gezongen, knielden de 22-jarige prinses, die
diep onder den indruk was en koning Boris
voor het altaar neer. Na het uitspreken der
liturgische gebeden, wendde mgr. Risso zich
tot koning Boris en vroeg hem: „Uwe
Majesteit Boris III van Bulgarije, wenscht
gij Hare Koninklijke Hoogheid prinses Gio-
eanna van Savoye, die aan uw zijde geknield
is, te maken tot uw wettige vrouw volgens de
ritus van de H. Moederkerk?'' Koning Boris
die eveneens ontroerd was, antwoordde be
vestigend, waarna mgr. Risso zich tot prinses
Giovanna wendde en haar vroeg of zij Boris,
koning van Bulgarije, wenschte te aanvaar
den als haar wettigen echtgenoot. Na haar
bevestigend antwoord sprak mgr. Risso den
zegen uit en overhandigde hij de ringen aan
bruid en bruidegom, een ceremonie, die an
ders bij gemengde huwelijken niet wordt toe
gestaan, maar waarvoor de paus voor deze
gelegenneid zijn bijzondere toestemming had
gegeven. Met de woorden: „O Heer, dat zij
met Uw hulp altijd beschermd mogen wor
den", besloot mgr. Risso den zegenwensch,
waarna koor en orgel een koraal inzetten.
Omtrent de huwelijksvoltrekking van
koning Boris met prinses Giovanna, wordt
nader gemeld, dat de intocht van het bruids
paar aan glans heeft ingeboet, doordat, vóór
dat het bruidspaar de kerk bereikte, de hemel
meer en meer betrok en, terwijl de zon aan
vankelijk nog door de donker wolken haar
stralen de kerk inwierp, de hemel somberder
en somberder werd totdat een fijne motregen
begon te vallen. Deze ging weldra over in eeu
aanhoudende neerplassende stortbui, waar
door spoedig de tapijten en loopers. die den
weg naar de basiliek aangaven, doorweekt
waren en de rit, die tot diriit bij de kerk in
open auto's zou geschieden, in gesloten wa
gens tot voor het kerkgebouw gemaakt moest
worden. Hoewel was aangekondigd, dat de
plechtigheid een hoogst eenvoudig karakter
zou dragen, vielen in de kerk toch nog prach
tige toiletten te bew onderen. De bruid was ge
kleed in een prachtig wit satijnen japon, met
een korte sleep en wijde lange mouwen. De
japon was hoog aan den hals gesloten. Prin
ses Mafalda was eveneens gekleed in een wit
satijnen japon, met een lange witte sluier,
terwijl koningin Helena een" donker koper
kleurig fluweelen toilet droeg. Prinses
Yolanda droeg een pauwblauw zijden en
prinses Maria een lichtblauw toilet.
De plechtigheid in de kerk duurde niet
langer dan een kwartier. Door een dubbele
rij soldaten, zwarthemden en rijkspolitie, reed
de bruidsstoet van de kerk in den neerstor
tenden regen terug naar het kasteel, waar
men voorloopig zijn intrek nam.
Ondanks den regen was een groote menig
te op de been om de bruiloftsstoet gade te
slaan.
COMMUNISTEN BESTORMEN EEN
RAADHUIS.
Verschillende gewonden.
Blijkens een telegram van het W.B. uit
Itzehoe (N.W. Duitschland) hebben een paar
honderd communisten getracht het raadhuis
te bestormen, in verband met verschillende
communistische voorstellen, welke behandeld
werden.
Na verschillende pogingen slaagden zij er
werkelijk in een oogenblik het politiecordon
te verbreken, zoodat de agenten zich gedwon
gen zagen van de gummistokken gebruik te
maken, waarbij verschillende aanvallers
duchtige klappen opliepen. Pas 's avonds te
gen negen uur was de rust in de buurt van
het raadhuis hersteld.
DE COMMISSIE VAN FINANCIËN
IN FRANKRIJK.
Ministers ,in verhoor".
De Kamercommissie voor de financiën
heeft gepasseerde week een groote activiteit
getoond en verscheidene ministers in haar
midden ontvangen. Achtereenvolgens hebben
Paul Reynaud. minister van financiën, Ger-
main-Martin, budget-minister, Tardieu, mi
nister-president en binnenl. zaken, en Lau-
rent Eynac, minister voor de luchtvaart, ver
klaringen afgelegd.
Paul Reynaud heeft allereerst verschillen
de vragen beantwoord en o.a. verklaard, dat
hij gekant is tegen het vervangen van zilver
geld door nikkelgeld. Voor 31 December
1932 moet er voor drie millioen aan zilveren
tien en twintig francstukken zijn aangemunt.
Op dat tijdstip neemt de Bank van Frank
rijk de biljetten uit de circulatie.
Ten opzichte van het deficit bij de spoor
wegen verklaarde de minister dat dit over
het jaar 1930 op 1700 millioen wordt ge
schat.
Om hieraan het hoofd te bieden is de re
geering voornemens obligaties uit te geven,
welker rentegeving de Staat op zich zal ne
men.
Germain Martin verstrekte inlichtingen
over de samenstelling der begrooting. Aan
Tardieu zullen inlichtingen worden ge
vraagd over den algemeenen politieken toe
stand, terwijl Laurent Eynac tekst en uitleg
zal moeten geven van de uitgaven voor de
luchtvaart.
COMMUNISTEN IN DUISBURG
GEARRESTEERD.
DE polrtieprefect van Duisburg had, even
als zijn ambtgenooten in het Ruhrgebied,
met het oog op den door de communisten
aangekondigden hongermarsch naar Dort-
mund, voor geheel Duisburg alle communis
tische betoogingen en vergaderingen onder
den blooten hemel verboden. In weerwil van
dit verbod trachtten hedenmiddag tallooze
personen stoeten te formeeren. Politie
patrouilles doorkruisten in vrachtauto's de
stad en arresteerden onderweg niet minder
dan 80 communisten, die in de politiegevan-
genis werden opgesloten. De rust werd ner
gens verstoord.
DE EERSTE SPOORLIJN IN BELGIË.
Honderd jaar geleden aangelegd.
De Belgische bladen vestigen er ae aan
dacht op dat tengevolge van alle nationale
feesten van dit jaar het feit, dat het thans
ook een eeuw is geleden dat de eerste spoor
lijn in België werd gelegd, over het hoofd is
gezien. Die lijn liep van de kolenmijn van
Grand-Hornu, in de Borinage, naar het ka
naal van Bergen (Condé). De heer Degorge-
Legrand, een Franschtnan, eigenaar van de
genoemde mijn, had, in 1827, de eerste
Fransche spoorlijn zien werken in de streek
St. Etienne en had dat voorbeeld gevolgd in
1830. Maar de kolenbevrachters van Hornu
en omgeving kwamen in opstand, hitsten de
bevolking op: de spoorweg werd vernield, de
kantoren van de mijn verwoest, het kasteel
van Degorge-Legrand geplunderd. De eige
naar zelf, om zijn leven te redden, moest zich
verborgen houden in een stal.
Later werd de spoorlijn hersteld.
Officieel echter is de eerste lijn, die ge
weest welke van Brussel naar Mechelen
loopt en die in 1835 werd ingewijd.
ONGELUK IN EEN FRANSCHE
STEENGROEVE.
Drie dooden, 2 gewonden.
In de nabijheid van Clermont-Ferrand
heeft in een steengroeve een ernstig ongeluk
plaats gehad. Een groep arbeiders was bezig
met het doen springen van rotsblokken, toen
eensklaps een groote steenklomp los geraak
te en naar beneden stortte. Drie werklieden
werden verpletterd; twee andere bekwamen
levensgevaarlijke kwetsuren. -
oiviviJ J y Mil om'cnwiu. c/v. l/v/i
van het ongeluk is, gelijk reeds gemeld,
waarschijnlijk de ontploffing van mijn-
82 arbeiders ingesloten.
SAARBRÜCKEN, 25 Oct. Hedenmiddag
te 15 H uur heeftop.de vierde verdieping
van de mijn Maybach bij Friedrichsthal (15
K.M. Noordelijk van Saarbrücken) een mijn-
gasontploffing plaatsgehad. Van de 90 mijn
werkers, die in de groeve zijn afgedaald, zijn
er drie teruggekeerd. Reddingsbrigades zijn
onmiddellijk naar beneden gegaan. Zij kon
den tot dusverre 5 gewonden bergen. Ambte
naren van de mijnbouwpolitie zijn ter plaat
se, evenals een lid van de regeermgscom-
missie.
60 a 70 ingeslotenen.
Volgens de laatste berichten waren er in
den loop van den avond twee dooden uit de
mijn Maybach geborgen. Een 19-tal gewon
den kon eveneens bovengebracht worden.
Zestig tot zeventig arbeiders moeten er nog
ingesloten zijn; hun lot is onbekend. E>e oor
zaak
zeer
gas.
Zaterdagavond 10 uur 19 dooden.
Naar verluidt waren er in totaal 778
mijnwerkers afgedaald in de mijn Maybach
en van hen hebben er 687 veilig de opper
vlakte bereikt, zoodat er nog 91 ingesloten
waren. Tot 22 uur Zaterdagavond waren er
19 dooden, 5 zwaar en 15 lichtgewonden
geborgen. Voor het oogenblik zijn er dus 52
personen ingesloten.
Een benzolloeomotief ontploft?
De oorzaak van het ongeluk te Friedrichs
thal is de ontploffing van een benzollocomo
tief op de vierde verdieping van de mijn,
onmiadellijk gevolgd door een explosie van
koolgas. Hierdoor werden groote verwoes
tingen aangericht. Nadat tegen zes uur de
eerste doode geborgen was, steeg het aantal
slachtoffers tegen 21 uur tot 19 en te 22
uur 's avonds werd medegedeeld, dat de in
gesloten arbeiders waarschijnlijk opgegeven
moeten worden.
Het reddingswerk in vollen gang.
Een groot deel van de arbeiders, die de
schacht verlaten hebben, heeft zich vrijwillig
opgegeven om aan het reddingswerk deel te
nemen. Het ruimingswerk is in vollen gang.
De ramp heeft begrijpelijkerwijze te Frie
drichsthal groote verslagenheid veroorzaakt.
Het aantal dooden tot 80 gestegen.
Volgens de laatste berichten zal het aantal
slachtoffers van de mijnramp te Friedrichs
thal waarschijnlijk 80 bedragen.
In de omgeving van Friedrichstal is het
een doorloopend komen en gaan van men
sehen, wagens, automobielen en eerste hulp
colonnes. Ook ziet men overal hulpman
schappen van de naburige groeven, die zich
naar de plaats van het ongeluk begeven,
alsmede brandweermannen, die eveneens
voor hulp- en ruimingswerk gerequireerd
zijn. Duizenden menschen verdringen zich
voor de ongeluksmijn om inlichtingen te ver
krijgen over het lot van hun wellicht veron
gelukte verwanten. Mijnwerkers, die de groe
ve verlaten worden door de wachtenden om
ringd en ondervraagd. Een ieder wil bijzon
derheden vernemen, die helaas in de meeste
gevallen niet kunnen worden verstrekt
In de bedrijfsgebouwen worden de lijken
van de eerste slachtoffers opgebaard.
Reeds 92 dooden; van de 21 ge
wonden verkeeren vijf in levens
gevaar.
De Mijnbouw-inspectie deelde Zondag
avond te ongeveer tien uur mede, dat het
totaal aantal dooden op dat oogenblik 92 be
droeg. Hiervan bevinden zich 88 boven den
grond, waarbij zijn inbegrepen de gewon
den, die aan de gevolgen van hun verwon
dingen overleden zijn. Van de 21 gewonden
verkeeren er vijf in levensgevaar. Vier doo
den bevinden zich nog onder den grond
maar konden nog niet naar boven gebracht
worden. De groote hitte in de mijn en de
slechte ventilatie maken voorloopig het red
dingswerk onmogelijk. Tengevolge van het
hooge gasgehalte van de lucht is het verblijf
in de mijn voor de reddingsmanschappen zoo
goed als onmogelijk, ook al zijn zij voorzien
van gasmaskers en zuurstof-apparaten, die
slechts hinder veroorzaken en beschadigd
worden, doordat de gangen, waarin het red
dingswerk verricht moet worden, tengevolge
van de instorting slechts een geringe hoogte
hebben. Alvorens het reddingswerk kan wor
den voortgezet zal men in de ventilatie der
mijn moeten voorzien.
Diepe stilte in de doodenzaal.
Zondagmiddag kregen de nabestaanden
van de slachtoffers voor de eerste maal toe
gang tot de groote met palmen en witte as
ters versierde zaal, waar op vier lange rijen
de dooden op stroo waren neergelegd om
gekist te worden. De diepe stilte, die in de
zaal heerschte, werd weldra verbroken door
het snikken en schreien der vrouwen, die
haar man, broer of zoon herkenden.
De rouwplechtigheid Woensdag a.s.
De rouwplechtigheid zal Woensdag a.s. te
Friedrichsthal plaats vinden, waarna de lij
ken der slachtoffers naar de plaats hunner
inwoning gebracht zullen worden. De presi
dent van de Regeeringscommissie voor het
Saargebied heeft thans ook een telegram van
deelneming namens de Fransche regeering
ontvangen van den Franschen Minister van
Arbeid.
Afgewezen communistische hulp.
Nadat een communistische spreker te
Friedrichsthal een rede had gehouden, waar
in hij zeide, dat het ongeluk in hoofdzaak te
wijten was aan het hooge tempo, waarin de
arbeiders door de rationalisatie van den
mijnbouw moesten werken, verschenen twaalf
communisten in het uniform van den Rooden
Frontstrijdersbond aan den ingang van dc
Maybach-mijn, om hun hulp aan te bieden
als reddingsbrigade, om in de mijn af te
dalen. Van hun hulp werd echter geen ge
bruik gemaakt en de poline verwijderde hen
van het terrein van de mijn.
Rouw in het land.
Terwijl Zaterdag nog over het geheele
land diepe rouw heerschte over de dooden
van de mijnramp te Alsdorf, en overal de
vlaggen halfstok hingen, heeft een nieuw
ernstig mijnongeluk plaats gehad, thans in
het Saargebied in de Baybach mijn te Quier-
schied en Friedrichsthal 15 K.M. ten Noord-
Oosten van Saarbrücken, welke catastrophe
tot Zondagmiddag 89 dooden, waarvan zes
in de ziekenhuizen aan de bekomen verwon
dingen overleden mijnwerkers, heeft ge-
ëischt.
Aangezien nog ongeveer 30 mijnwerkers
in de diepte ziin ingesloten, moet er rekening
mede gehouden worden dat het totaal aan
tal slachtoffers van 110 tot 115 zal kunnen
bedragen.
Volgens een mededeeling van het „Ober-
bergant" bedraagt het aantal dooden onder
den grond 15. Onder hen bevindt zich ook de
opzichter van afdeeling negen, waardoor op
heldering van de oorzaak der ontploffing
zeer moeilijk zal kunnen worden verkregen.
Een nadere lezing.
Het ongeluk had plaats Zaterdagmiddag
om half vier op de vierde verdieping van de
Maybach. Direct na het bekend worden van
de catastrophe werden de reddingscolonnes
samengesteld, die vijf gewonden konden ber-
fen. Op de plaats van de ramp waren ook
irect verschenen de vertegenwoordigers van
de Mijnbouwpolitie, alsmede het lid van de
Saarlandsche regeeringscommissie, Maurice.
Aangezien het bestuur van de Mijn slechts
spaarzaam berichten bekend maakt, is van
de vreeselijke gebeurtenis eigenlijk nog
slechts weinig bekend.
778 mijnwerkers waren in de mijn afge
daald, van wie zich 687 tijdig na de ontplof
fing in veiligheid konden brengen, terwijl 91
arbeiders werden ingesloten. Nadat reeds te
gen zes uur 's avonds de eerste doode was
geborgen, is dit aantal om 9 uur reeds 19
fgeweest, terwijl er bovendien 5 zwaar en 15
ichtgewonden waren geborgen en 52 mijn
werkers bleven ingesloten. In den loop van
gisternacht en den vroegen Zondagmorgen,
is dit aantal van uur tot uur toegenomen.
Groote verslagenheid onder de
bevolking.
Vanzelfsprekend is de verslagenheid te
Friedrichsthal zeer groot. Voor den ingang
van de schacht, heeft zich een duizendkoppi
ge menigte verzameld, die met groote span
ning den terugkeer van hun verwanten en
vrienden afwachten. Groote drommen men
schen, auto's en wagens van den geneeskun
digen dienst der in de buurt gelegen mijn en
brandweermateriaal begaven zich naar de
ongel uks-groeve.
Mijnwerkers die de groeven verlaten had
den, werden met vragen bestormd. In de
mijngebouwen en in de groote hall zijn de
eerste dooden opgebaard.
Doctoren en technici, reddingsmanschap
pen, mijnwerkers met zwarte gezichten,
Fransche gendarmes, en Saarlandsche land-
jagers, mijnbeambten en vertegenwoordigers
van alle autoriteiten staan in groepen bijeen.
In een zijvertrek worden de eerste berichten
bekend gemaakt door mannen van de vierde
en vijfde afdeeling, die voor het onheil ziin
gespaard gebleven. Een der mannen had zijn
kameraad een heel eind voortgesleept tot hij
door giftige gassen werd genoodzaakt, zijn
last achter te laten.
De mannen vertellen hoe zij terug zijn
gegaan om te trachten in de ondoordringbare
duisternis hun naaste familieleden uit het
puin der ingestorte steenmassa's te redden
Drie mijnwerkers die reeds als vermist
werden beschouwd, hadden gedurende gerui-
men tijd in het donker rondgedoold, totdat
zij door frissche lucht een uitgang bemerk
ten.
De hitte en de uitwaseming van ontplof
baar mijegas maken de werkzaamheden der
reddingsmanschappen uiterst moeilijk, aan
gezien deze met hun apparaten slechts lang
zaam kunnen voortschrijden. Het is zoo goed
als uitgesloten, dat men, zij het ook maar
een, der ingesloten arbeiders levend zal kun
nen bergen
Een aanblik der tot rust gedwongen ber
gingsmanschappen geeft een beeld van hun
heldhaftigen arbeid en de ontzettende ge
varen, waaraan zij in de diepte bloot staan.
Daar voeren zij een harden strijd tegen de
gasdampen en ondanks al hun pogingen
vinden zij slechts dooden en niets dan
dooden.
In de straten.
Op straat ziet men niets dan weenende
vrouwen, die door kameraden van hun ver
ongelukte echtgenooten bijgestaan, met lang
zame schreden huiswaarts keeren.
Niemand heeft meer eenigen hoop. Niette
min hebben velen den geheelen nacht tot
vroeg in den morgen in de omgeving van
den ingang gewacht. Vele vrouwen zijn
daar in onmacht gevallen.
De Fransche lezing van het ongeluk-
De secretaris-generaal der Domaniale
Saarmijnen, Raspail, heeft in de Franschs
pers een verklaring gepubliceerd, waarin
o.a. gezegd wordt, dat de schade te Fried
richsthal aanzienlijk is. Niettemin staat het
vast, dat de mijn zelf gered is. De oorzaak
van de ramp staat nog niet vast. Men ver
moedt echter, dat men te doen heeft met een
explosie van het beruchte ontplofbare mijn-
gas, het „Schlagwetter". De
ging gepaard met een begin van brand
wanneer het ongéluk niet nog grooteren
omvang heeft aangenomen, is dat niet in de
laatste plaats te danken aan het koelbloe
dig optreden van den chef-ingenieur en
eenige opzichthoudende emiployé's, die on
middellijk naar de plaats van den brand lie<
pen en door middel van een pomp schacht-
water op het vuur wierpen.
Op het oogenblik van de ramp bevonden
zich 700 arbeiders in de Maybach-mijn. Men
merkte pas, dat er iets gebeurd was, door de
sterke rook-ontwikkeling in de mijn. De om-
plof fing zelf hadden slechts weinigen ge
hoord.
Toen het alarmsignaal ging, werden ds
mijnwerkers met de grootste snelheid, waar
mee de kooien opgehaald konden worden,
naar boven gebracht. In tegenstelling tot
Alsdorf heeft men hier bijna onmiddellijk
kunnen controleeren, hoeveel man er op het
appèl ontbraken. Het bleken 110 man te
zijn. De slachtoffers waren te werk gesteld
in de 600 meter verdieping.
Een telegram van Briand.
De Fransche Minister van Buitenlandsche
Zaken, Briand, heeft een telegram van deel
neming gezonden aan den President der
Regeeringscommissie in het Saargebied, Er-
nest Wilton, waarin hij o.a. zegt: „De regee-
ring der Fransche Republiek gedenkt met
eerbiedt de slachtoffers van de ramp. De re
geering spreekt haar diepgevoelde deelne
ming uit met de getroffen gezinnen en haar
oprechten dank aan de offervaardige red
ders".
Deelneming van President von
Hindenburg.
Rijkspresident von Hindenburg heeft het
volgende telegram gezonden aan de Directie
van de Maybachmijn te Friedrichsthal: „In
de diepe rouw, die geheel Duitschland ver
vult om de slachtoffers van de mijnramp te
Alsdorf,, bereikt ons zoo juist het bericht vau
de nieuwe ramp te Friedrichsthal. Ten diep
ste ontroerd door deze beproeving verzoek ik
U, mijn betuiging van oprechte deelneming
te willen overbrengen aan de nagelaten be
trekkingen der verongehikte mijnwerkers, en
mijn innige wenschen voor hun spoedig her
stel aan ae gewonden. God geve, dat men er
in slagen moge, de nog vermiste mijnwerkers
te redden".
Ook de Duitsche Minister van Buitenland
sche Zaken, Dr. Curtius, heeft namens dc
Rijksregeering aan de Regeeringscommissie
voor het Saargebied een betuiging van deel
neming gezonden.
De vermoedelijke oorzaak.
Omtrent de oorzaak van de ramp doen al
lerlei geruchten de ronde. Het vermoeden,
dat een benzol-locomotief in een dwarsgang
van de vierde verdieping zou zijn ontploft,
is onjuist gebleken, aangezien, naai- van de
zijde der Mijn directie wordt medegedeeld, op
de Maybach-mijn slechts door samengeperste
lucht gedreven locomotieven gebruikt wor
den. En zoo komt men weer terug op de aan
vankelijke veronderstelling, dat ae ramp ver
oorzaakt is door een „Schlagwetteri'-ontplof
UV/lAaOAl lO UVV1 vvu tt vuw -umvivi'
fing. De explosie maakte haar slachtoffers
in hoofdzaak in de negende sectie, waar 90
mijnwerkers aan het werk waren, doch ook
arbeiders uit de cfefde sectie, die aan de
negende grenst, werden erdoor getroffen.
Van de mijn Maybach was bekend, dat het
Schlagwetter er voor kwam. Volgens eenige
niet lang geleden verrichte metingen was het
gehalte van het ontplofbare gas echter zoo
gering, dat er geen explosiegevaar door ver
oorzaakt kon worden en de mijn-autoriteiten
dan ook geen noodzaak aanwezig achtten,
om de mijn te sluiten.
Van verscheidene zijden wordt thans mede
gedeeld, dat de Maybachmijn altijd een:~"
zins de reputatie -had, niet tot den
vap bet Saarbekken te behooren.