DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN 20 korting Uit het Parlement Buitenland Stoomerij en Ververij Xo. 293 WOlvVNIIAt; 19 \OVEHBEK 1930 132e Jaargang. Dagelijkseh overzicht. VANAF HEDEN OP ALLE STOOM- EN VERF- GOEDEREN. I Deze Conrant wordt ELKEN AVOND, behalvi Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—, franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE AD VERTE NTIEN Per regel 0.25, bij groots contracten rabat. Groota letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. POSTER A ZOON, Voordam C 9, post giro 37060. Telef. 3, redactie 33. Directeur: C. KRAK. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. Dit nummer bestaat uit 2 bladen. DEN HAAG, 18 November 1930. Repliekendagkliekendag, neen die oude woordspeling op de taaiheid van een reeks re plieken bij een begrootingsdiscussie in de Tweede Kamer, gaat ditmaal niet ten volle op. We hebben hedenmiddag wel een en ander ver nomen, dat de moeite van het hooren zeker waard was. Intusschen was dit niet met alle redevoeringen het geval. Er zijn er tusschen één en zs uur heel wat gehouden! Achtereenvolgens hebben zich doen hooren de elf heeren Rutgers van Rozenburg (c.h.), Al- barda (s.d.a.p.), Knottenbelt (lib.), L. de Visser (comm.), Nolens (r.k.), Heemskerk (a.r.), Ling- beek (h.g.), Van Vuuren (r.k.), Kersten (st.gr. staatsp), Schoking (c.h.) en dr. Bierma (lib.). Niet alleen hebben we kunnen volgen: de luid sprekersinstallatie was blijkbaar niet in orde en de Kamer was vooral in den aanvang zeer roe rig, zoodat de voorzitter herhaaldelijk tot stilte moest vermanen. Enkele sprekers hebben intusschen wel het oor der Kamer gehad en toen b.v. de heer A 1 b a r d a sprak was het doodstil in de zaal. Na eerst den minister van Financiën te heb ben verzekerd, dat de besteding der overschot ten van de laatste begrootingen niet ten goede van het sociale leven was gekomen, heeft hij den minister Ruys de Beerenbrouck uiteengezet, dat deze niet kan spreken van uitwassen van het kapitalisme, die een slechten invloed op het maatschappelijk leven hebben, maar dat dit het geval is met het gansche kapitalisme, waarte genover hij het socialisme verheerlijkte. Maar toen kwam hij tot het hoofdpunt van zijn rede, tot wat hij wilde noemen het gesprek van den dag. Dat was de eventueele houding van de sociaal-democratie hier te lande tegenover een door de regeering gelaste mobilisatie. b at men daarin zoo groote belangstelling be toont, ligt volgens hem aan twee oorzaken. Vooreerst aan de toeneming van het oorlogsge vaar, maar in de tweede plaats aan den schrik, die de petitionnementsactie tegen de z.g. Vloot wet had verspreid. Daaruit is duidelijk geble ken, hoezeer de vredesbeweging om zich heen grijpt en men heeft behoefte gevoeld aan een tegenactie. Die zouden evenwel hij en zijn medestanders wel overwinnen, gelijk zij ook bij de actie in 1903 en in 1918 hadden gedaan, ten minste vol gens zijn inzichten. De uiting welke hij heeft gedaan, dat men desnoods met onwettige mid delen weerstand zal bieden tegen een mobilisa tie, is niet nieuw, Zii strookt volkomen met de in 1928 genomen resolutie, waarin alles te lezen staat wat men op de thans hem gestelde vragen ten antwoord zou wenschen, Zij is duidelijk ge noeg, maar natuurlijk geeft zij de vormen eener actie tegen een mobilisatie niet aan. Die hangen van de omstandigheden af. Wij, sociaal-demo craten, ging de heer Albarda ongeveer voort, verwerpen de gewapende landsverdediging uit ons zedelijk gevoel, daarnaast echter ook uit de verstandelijke overweging, dat gewapende ver dediging onmogelijk is Het zou gelijk staan met zelfmoord. Volgens hem zou de heer Colijn reeds in 1923 hebben verkondigd, dat verdedi ging bij onze huidige oorlogstechniek onmogelijk is Een ander spreker heeft evenwel later ver klaard, dat dit een vei draaiing van Colijns woorden zou zijn. Wij verwerpen dus den oorlog als een mis daad en de landsverdediging als een gevaarlijke waan. Zoo denkt men er in andere kleine lan den ook over. Wat nu de positieve vragen van den minister-president aangaat verklaart spr. op de eerste vraag, of de S. D. A P. een mobili satie voor de landsverdediging afkeurt, dat zijn Partij de gewapende landsverdediging afkeurt en dus een mobilisatie daartoe niet zal goedkeu ren. Op de tweede vraag, of, in geval van mobi lisatie, de S. D. A. P. hare medewerking zal verleenen, gaf de heer Albarda mede een stellig ontkennend anSwoord. Hij knoopte daaraan een betoog vast, dat de anti-oorlogsgeest ten onzent steeds meer veld wint en dat daartegen niet te strijden valt met behulp van regeeringsmaatre- gelen, gelijk de heeren Schokking en Heems kerk zouden willen. Men kan nu eenmaal de •nnhangers van een partij als de S. D. A, P. niet uit de volksgemeenschap bannen. Dat heeft het buitenland, met name Oostenrijk, geleerd en spreker vertrouwt op de toekomst en spot met Mogelijke dwangmaatregelen, waarmede men de arbeidersklasse zou dwingen tot een strijd, dien zij niet vraagt, maar ook niet vreest en waarbij Z1I v»n de overwinning verzekerd is. Applaus *an de partijgenooten in de Kamer volgde op ueze rede. De tweede spreker, waarnaar de Kamer met aandacht heeft geluisterd was Mgr. Nolens, de t ,®i^er van de R.K. Staatspartij. Men was in het ijzonder nieuwsgierig naar zijn meening om- frent de motie van den heer Van den Tempel etreffende de herziening van het veelbespro- 6n ,®ez°ldigingsbesluit. Als hij, en dus zijn Partij, zich voor de motie mochten verklaren, |*as de aanneming er van verzekerd en kwam ®t kabinet in een zeer lastig parket. Maar hij aastte zich niet met een verklaring daarom- ren'. Na de positie van het ministerie tegen- over de rechterzijde nogmaals te hebben be sproken en wat meer nadruk te hebben gelegd ®P de noodzakelijkheid van goed georganiseer- e economische voorlichting, de instelling van en Spoorwegraad te hebben aanbevolen enz., J*am bij tenslotte bij de salariskwestie. Deze *sf ï.i, gerelegeerd worden naar een ftoed in gericht Georganiseerd Overleg, waaronder ook de onderwijzers moeten gebracht worden en dat periodiek een onderzoek instelt naar' den stand van zaken. Wat nu de gevraagde hervormingen, alias verhoogingen, aangaat, achtte de spr. daarvoor den tijd niet gunstig. Er moet afge wacht worden tot de malaise en hare gevolgen voorbij zijn en dan moet de regeering handelen vóór er om wordt gevraagd. Moet er dus ge wacht worden op een gunstig oogenblik, er zijn sommige groepen die men billijkheidshalve niet lang mag laten wachten. In het bijzonder dacht hij daarbij aan de contractarbeiders. Maar ter wijl hij toch al niet veel gevoelde voor moties, welke den regeering eischen van bestuur stel len, verklaarde hij zich op dit oogenblik niet bereid vóór de motie-Van den Tempel te stem men. Men kan dus wel overtuigd zijn, dat deze geen meerderheid in de Kamer zal vinden, te meer omdat verschillende sprekers zich uit drukkelijk er tegen hebben verklaard. Daartoe behoorde ook de heer Heemskerk, die op zijn gewone keuvelende wijze de Kamer tot luisteren dwong. Het is een geestig spreker en ondanks het klimmen der jaren gaat er een zekere frischeid van hem uit. Zoo toen hij den heer Albarda bestreed en hem duidelijk maakte, dat diens opvattingen omtrent oorlogsgevaar en mobilisatie wel wat te simpel van aard zijn. Hij legde daarbij den nadruk er op, dat men een even vredelievend mensch kan zijn als de heer Albarda, maar daarom nog geen voorstander van éénzijdige ontwapening behoeft te wezen. Hij zelf is voor ontwapening mits deze algemeen plaats heeft. Hij stelde daarbij den heer Albar da nog de vraag, of hij wel heeft bedacht, dat de door hem aanbevolen houding in geval van mobilisatie ons niet enkel zou vrijwaren van een aanval van een vijand, maar ons bovendien een burgeroorlog zou bezorgen, zoodat ons land dan aan dubbele ellende zou blootstaan. Wanneer we ten slotte nog vermelden, dat de heer Kersten op zoo levendige wijze pleitte voor hulp aan den landbouw in deze be narde dagen, dat de volgende spreker, de heer Schokking, het noodig achtte hem daar over te kapittelen, waarbij hij hem tevens ver weet te veel met het woord des Heeren in het Parlement te schermen, meenen we hiermede te kunnen volstaan. Morgen komt de regeering aan het woord en wellicht is er dan gelegenheid op enkele heden besproken punten nog terug te komen. Na afloop van de algemeene beraadslagingen, wat morgen in den loop der vergadering is te verwachten, komt het eerst aan de orde de Begrooting van Arbeid. Hedenavond wordt zeer waarschijnlijk de begrooting van Buitenlandsche Zaken afgehandeld. HET AFTREDEN VAN DEN FRANSCHEN MINISTER VAN JUSTITIE PERET. Door de regeering zelf gedwongen om af te treden? Voorloopig het einde van zijn politieke loopbaan. Het bericht, dat de Fransche minister van justitie plotseling was afgetreden (men zie ons nummer van gisteren), heeft wel de noodige verrassing gewekt. Immers, nog Vrijdag avond van de vorige week was een kwestie van vertrouwen in de regeering door de Fransche Kamer met 47 stemmen meerderheid aangenomen, zoodat er eigenlijk „geen vuiltje aan de lucht was." Waarom dan dit onverwachte aftreden? In de Kamer-zitting van Vrijdag was Péret van socialistisch-radicale zijde aangevallen. Men verweet hem volgens de N. R. Crt., dat hij in 1926 als minister van financiën goed gevonden had, dat aandeelen van een Italiaan- sche onderneming op de Parijsche beurs ver handelbaar werden gesteld, wat te voren door drie achtereenvolgende ministers van finan ciën was geweigerd. Enkele maanden later had Péret goedge vonden, de financieele raadsman van den fi nancier Oustric te worden, wiens bank thans in moeilijkheden verkeert en tegen wien een aanklacht is ingediend. Tot de oppositie behoorende Kamerleden hadden de vraag gesteld of Péret nu wel de persoon was om als minister van justitie een zaak 'te instrueeren, waarin Oustric. wiens raadsman hij was, de gecompromitteerde was. Péret had in de Kamer dit feit erkend, maar Tardieu had verklaard, dat hij het niet noodig had gevonden Péret te verzoeken af te tre den, want de tegen hem ingebrachte feiten brachten weer de heele kwestie van den ad vocaat-Kamerlid te berde en het parlement heeft dit vraagstuk nog niet opgelost. In de Kamervergadering van Vrijdag heeft de meerderheid haar vertrouwen in de regee ring uitgesproken en een socialistische motie, waarbij Péret direct werd aangevallen, is zelfs niet in behandeling genomen. De zaak moest men dus wel als afgehan deld beschouwen, zoodat de verrassing van het aftreden wel heel begrijpelijk was. Wat gebeurde er echter? De Parijsche cor respondent van bovengenoemd blad geeft er het volgende relaas van Tardieu heeft een handigen zet gedaan door Péret als minister van justitie door Chéron te I vervanoreu. Al. minister van iustltie had Péxet zich aan kritiek blootgesteld. Na indertijd de Sina Viscosa tot de Parijsche beurs te hebben toegelaten, beging hij na zijn aftreden als mi nister \an financiën enkele jaren geleden de onvoorzichtigheid den bankier Oustric van rechtsgeleerden raad te dienen Men weet, dat deze bankier gerechtelijk vervolgd wordt. Péret was toen eerst gewoon Kamerlid. De vorige week heeft Tardieu hem in de Kamer verdedigd. De vele anderen, die het Kamer lidmaatschap met de advocatuur combinee ren, zouden desgelijks gedaan hebben. Het vraagstuk van de onvereenigbaarheid van de ambten is daarmee opnieuw gesteld. Het par lement heeft zich daar herhaaldelijk mee bezig gehouden. Een bevredigende oplossing werd nog niet gevonden. De combinatie is vooral netelig voor een minister van justitie. Op de integriteit van Péret is daardoor geen smet geworpen. Het stelsel deugt niet. Chéron zag dit in en bedankte daarom als advocaat toen zijn politieke loopbaan begon. Al negen maal was hij minister bij allerlei departementen. Dat van justitie heeft hij nog nooit beheerd. Om zijn persoonlijke eigen schappen en financieele bekwaamheden staat Chéron vooral in den Senaat hoog aange schreven. Acht maanden geleden moest hij als minister van financiën aftreden. Hij verzette zich toen tegen den algemeenen aandrang naar ingrijpende belastingverlaging. Chéron waarschuwde tegen de gevolgen van de na derende economische crisis. Tardieu was toen verplicht hem te laten vallen en hij werd ver vangen door Reynaud. Deze geniet niet het vertrouwen dat in Chéron gesteld werd. De loop van zaken heeft het pessimisme van Chéron grootendeels in het gelijk gesteld. Hij is thans in eere hersteld. Als minister van jus titie is hij onder-voorzitter van den minister raad. Zijn technische kennis komt in de tegen woordige moeilijkheden te stade De positie van het kabinet is, met name in den Senaat, door zijn intrede in het ministerie versterkt. Juist in den Senaat deed zich een zekere vij andschap tegen Tardieu voor. Gisteren kwam er een discussie aan de orde, die Péret na de laatste onthulling in een deli caat parket had kunnen brengen. Op die ma nier werd het kabinet in zijn geheel bedreigd Waarom heeft Péret drie dagen gewacht alvorens de conclusie te trekken uit het Kamer-debat over de bankmoeilijkheden? Booze tongen beweren, dat Doumergue en Tardieu hem er hebben uitgezet. In elk ge val zijn de omstandigheden, waarin zijn ont slag-aanvraag werd aanvaard, voor Péret niet vleiend. Zijn politieke loopbaan is voorloopig geëindigd. De kans is echter niet uitgesloten, dat hij later weer minister wordt. Als Sena tor kan hij den loop van zaken afwachten. Het presidentschap van de Republiek zal hij echter verspeeld hebben. Als opvolger van Doumergue kwam hij ernstig in aanmerking. In de tweede plaats werd hij als aanstaand voorzitter van den Senaat gedoodverfd. Deze •hooge sprong zal hem nu wel niet meer ge lukken. TARDIEU CONTRA BRIAND. Léon Blum meent dat Tardieu in zijn jongste redevoering dwars tegen Brlands politiek is ingegaan. Het N. T. A. meldt uit Parijs, dat het socialistische Kamerlid Léon Blum in de „Po pulaire" eenige beschouwingen wijdt aan de redevoering welke minister-president Tardieu in de afgeloopen week in de Kamer over de buitenlandsche politiek heeft gehouden. Blum is van meeening, dat de rede van Tardieu van groot gewicht is en dat haar uitwerking op ae buitenlandsche politiek in de komende da gen meer en meer zal toenemen. Aan het slot van zijn betoog heeft Tardieu bijna plechtig verklaard, dat hij het in alle essen- tieele punten met Briands program eens was, terwijl echter in werkelijkheid het verschil tusschen beider opvattingen direct in het oog valt. Het gaat hier niet om een formeel verschil in toon, doch om materieele directe tegenstel lingen, zegt Blum. Wat Tardieu over de in het Verdrag van Versailles vervatte verplich ting tot ontwapening heeft gezegd, n.1. dat onhvapening voor Duitschland verplich:, voor de overwinnaars facultatief is, kan on mogelijk de meening van Briand zijn. Briand heeft positief het tegenovergestelde beweert van datgene, wat Tardieu over de mogelijk heid van een revisie der in het Vredesverdrag vervatte bepalingen heeft gezegd. Wanneer men den tekst van beider redevoeringen ver gelijkt, dan valt het op dat Tardieu veel dich ter bij FranklinBouillon staat, dan zijn mi nister van buitenlandsche zaken. Léon Blum besluit: De redevoering van Tardieu heeft een meerderheid in de Kamer gevonden. Het is thans komen vast te staan dat de regeering-Tardieu er een is van natio nalistische reactie tegenover het buitenland DE STAKING IN SPANJE. Stakingsonlusten in verschillende steden. Te Alicante is eveneens de algemeene sta king afgekondigd. Het verkeer in de stad ligt geheel stil. Bij botsingen tusschen stakers en politie werden verscheidene personen ge wond. Toen te Madrid de bouwvakarbeiders het werk trachtten te hervatten, werden zij daar in met geweld verhinderd. De syndicalisten willen de staking uit alle macht doorzetten. Onlusten te Barcelona. Naar gemeld wordt hebben in het Zuiden van Barcelona in Spanje botsingen plaats gehad tusschen arbeiders en politie. In het havenkwartier ontstond een geregeld vuur gevecht tusschen beide partijen, waarbij 2 ar beiders gedood en 3 gewond werden. De scholen hervatten het werk; alles weer rustig te Madrid. De met het oog op de wanordelijkheden der laatste dagen gesloten scholen en univer sitaire cursussen hebben het werk weer her vat. Alles is volkomen rustig. VAN DE ONTWAPENINGSCOMMISSIE. Een incident. In de zitting van de Ontwapeningscommis sie kwam het tot een kort incident tusschen den voorzitter Loudon en Litwinoff, toen laatstgenoemde erop wees, dat een deel van de Russische vloot zich nog steeds in gevan genschap van een Europeesche mogendheid bevindt. De voorzitter onderbrak onmiddellijk de zitting en wees erop, dat hij onder geen en kele voorwaarde de bespreking kon toe laten van kwesties, die met de eigenlijke be sprekingen geen verband houden. Het betreft hier naar men weet Russische schepen, die na de Russische revolutie door de Fransche regeering voor het transport van Wrangeltroepen naar Zuid-Rusland ter be strijding van de regeering te Moskou en die zich thans in een der Fransche havens be vinden. In den loop van de zitting traden verschil lende tegenstellingen tusschen de kleine en groote maritieme mogendheden aan den dag. Er werd een sub-commissie, voorgezeten door Politis, benoemd, die nieuwe voorstellen zal doen. DE FINANCIEELE TOESTAND VAN ITALIË. Verlaging der ambtenaars salarissen. De ministerraad van Italië is gister bij eengekomen teneinde besprekingen te houden over den financieelen toestand, die voor de eerste vier maanden van het loopende jaar een deficit aangeeft van 729 millioen. De raad heeft in tegenstelling met vroegere ver klaringen besloten geen nieuwe belastingen te heffen en evenmin de bestaande belastin gen te verhoogen, doch zonder verwijl over te gaan tot het doorvoeren van alle moge lijke bezuinigingen met het oog op een voort schrijdende vermindering der fiscale lasten. In verband met deze richtlijnen heeft de raad een decreet-wet aangenomen, waarbij de sa larissen der ambtenaren met 12 pCt. worden verlaagd. Deze maatregel, welke onmiddel lijk gepubliceerd werd, zal met den eersten December ingaan. OUD-MINISTER VAN ARGENTINIË GEARRESTEERD. De Argentijnche oud-minister van buiten landsche zaken dr. Byhanarte is te Monte video op last der Argentijnsche regeering ge arresteerd en overgebracht naar Buenos Aires. Dr. Byhanarte zal zich voor een rechtbank te hebben verantwoorden voor de door hem gevoerde administratie die niet in orde bleek te zijn. STEGERWALD TE LONDEN. Te Londen zijn gisteren de besprekingen, waarvoor Stegermann naar Londen gekomen is, beëindigd. Met het Engelsche ministerie van arbeid werden 3e moeilijkheden bespro ken, die nog in den weg staan van de 8-uurs- overeenkomst van Washington. Met het mi nisterie van binnenlandscbe zaken werden de kwesties besproken van een uniforme ge wichtsaanduiding voor zware vrachtstukken en de bescherming van arbeiders, die bij het laden en lossen van schepen werkzaam zijn Men is voornemens deze laatste kwestie bin nenkort te Hamburg verder te bespreken. In zake de achtuursovereenkomst kwam men tot de overeenkomst, dat van beide kanten de ratificatie zou worden voorbereid. De besprekingen met den minister voor mijnbouw betreffende voorbereiding van de op 28 Mei te Genève aanvangende conferen tie inzake de conventie over den arbeidstijd in de mijnen. De Engelsche berekening telt de arbeidstijd op den eigenlijken plaats van den arbeid, terwijl de Duitsche opvatting de tijd om daar te komen en vandaar weer bo ven den grond te geraken wordt medegere- kend, zoodat 8 Engelsche werkuren gelijk staan met 8 uur 39 minuten volgens de Duit sche berekening. In aansluiting hierop had dr. Stegermann nog een onderhoud met den Engelschen mijn eigenaar Shinwell over den economischen kant van de internationale kolenkwestie. Het sluiten van een kolenkartel zou in eerste in stantie een zaak zijn der industriën van beide landen. Met het oog op de andere steenkool produceerende landen is dit probleem zeer moeilijk. De Duitsche delegatie vertrok heden- 1 morgen uit Londen, DRIE DIEFSTALLEN BINNEN EEN HALF UURI Voor 28.000 M. aan kostbaar heden gestolen. In den nacht van Zondag op Maandag hebben te Berlijn twee elegant gekleede hee ren, die in een luxe auto waren gezeten, bin nen het half uur in drie winkels hun slag ge slagen en voor 28.000 M. aan kostbaar heden gestolen. Ongeveer half drie stopte een auto voor een froote juwelierszaak op den hoek van de riedrichstrasse en Mohrenstrasse. Zij sloe gen een winkelruit in, wisten uit de uitstalkast een groote hoeveelheid armbanden enz. weg te grissen en herhaalden hetzelfde spelletje in een juwelierszaak, eenige huizen verder ge legen. Toen de voorbijgangers toeschoten en de politie gewaarschuwd werd, reden de hee ren rustig weg naar een magazijn op den hoek van de Charlotten- en Mohrenstrasse, waar zij1 voor een waarde van ongeveer 9000 M. buiten maakten. De bestolen firma's hebben een groote be looning uitgeloofd; de daders zijn spoorloos verdwenen. EEN SMOKKELSCHIP IN BESLAG GENOMEN. Een vroeger Duitsch oorlogsschip. Naar het N. T. A. uit Helsingfors meldt, heeft de Finsche politie na een hevigen strijd, waarbij gebruik werd gemaakt van vuurwa pens, beslag gelegd op een dranksmokkel- schip met ongeveer 5000 gallons spiritualiën aan boord. Zeven smokkelaars werden aan boord van het schip, dat een vroegere Duit sche duikbootjager was en de Perzische vlag voerde, gevangen genomen. DE WERKELOOSHEID IN ENGELAND. Het aantal werkloozen is in Engeland in de week tot 10 November met 1350 terug- geloopen, doch bedraagt thans nog ruim een millioen meer dan in dezelfde week van het vorig jaar. STORM BOVEN DE IONISCHE ZEE. Boven de Ionische Zee heeft gedurende 4& uur een hevige storm gewoed, die o.a. te Sy- racuse groote schade heeft aangericht. In de haven werden tal van schepen vernield. E?n aantal zeelieden is door verdrinking om het leven gekomen. Ook de te velde staande ge wassen hebben ernstig te lijden gehad. VECHTPARTIJEN TE LEIPZIG. Voor den ingang van het Universiteitsge bouw te Leipzig hebben vechtpartijen plaats gehad tusschen studenten en nat.-soc. De po litie slaagde er na veel moeite in het plein te doen ontruimen, zoodat grootere excessen konden worden voorkomen. GENERAAL BLUCKER IN RUSLAND GEARRESTEERD? De „Sozialistische Rote", het Berlijnsche centrale orgaan der Russische sociaal demo craten heeft volgens den „Vorwaerts" uit be trouwbare bron in Moskou bericht ontvan gen, dat tezamen met Ssyrzow gearresteerd zijn Andrejew, lid van den hoogsten krijgs raad en generaal Blucher, de opperbevelheb ber van het Sowjetleger in het Verre Oosten DE POSTDIEFSTAL UIT DEN RIJNOEVERTREIN. De postdiefstal uit een der wagons var den Rijnoevertrein, die indertijd veel opzien heeft gebaard, is thans opgehelderd. Gisternacht werden een postbeambte en twee werkloozen aangehouden. De eigenlijke aanstichter van de diefstal was de postbe ambte geweest en de beide werkloozen had den de daad volbracht. Alle drie arrestanten bekennen. Van het gestolen bedrag van 6100 R.M. kon nog slechts een tiende gedeel te worden achterhaald. HEVIG GEVECHT IN EEN ENGEL SCHEN TRETIJ. Gisteren werden onder bewaking van twee beambten vier motorbandieten van Winches ter naar Princetown overgebracht. De ge vangenen hadden de handboeien aan. Des ondanks wierpen zij zich op een gegeven mo ment op hun bewakers met wien zij een he vig gevecht voerden, in den loop waarvan de bewakers 't onderspit zouden hebben gedol ven, wanneer niet op 't critieke oogenblik 'n treinconducteur te hulp was geschoten, die de kansen deed keeren. Hierop wist een der ban dieten zich toch nog los te rukken en uit den trein te springen. Hij was op slag dood.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1930 | | pagina 1