llkiaarsche Coarait.
i heul/
i
HEERENBAAI
°*Mliró twee in dirtigst» Jaargang.
Xaterdas 22 November.
Stadsnieuws
wëlke hulp behoeven de
noodlijdende tuinders?
Vlelangt van. rijpe tabakken.
Boeken
•■>76
Lezing van den heer R. Elion in de
„Graanhandel".
Door de onafhankelijke tuinderspatroonsver-
leniging „Tuinders Belang" alhier was gister
avond een vergadering belegd, waarop de heer
Elion het bovengenoemd vraagstuk besprak. De
belangstelling was, gezien het slechte weer, be
vredigend.
De heer Elion, die ook het voorzitterschap
waarnam, meende bij de opening te moeten
opmerken, dat er gelegenheid tot debat was,
behalve voor de „vuile employé's der Alkmaar-
sche exportveiling", waaruit slechts oneenig-
heid zou kunnen voortkomen.
Na de aanwezigen welkom te hebben gehee-
ten, ving spr. zijn lange rede aan in een tempo,
dat bijna niet te volgen was.
De nog jonge vereeniging, waarvan spr. be
stuurslid is, heeft gewacht op haar oudere
broers en zusters, voordat zij het bovenge
noemd vraagstuk zou behandelen. Het wachten
was echter tevergeefs. Wel heeft men gespro
ken en geschreven over de thans heerschende
crisis, maar over de eigenlijke oorzaken daar
van is nu nog weinig ter oore gekomen. Feitelijk
werd steeds maar weer geconstateerd, dat de
crisis in den tuinbouw een gevolg is van de al-
gemeene economische crisis. Hiervan is natuur
lijk wel wat waar, maar toch niet alles. Ook de
middelen, met welke men de crisis wil bestrij
den, zijn niet afdoende. Deze zullen den pa
tiënt wel voor een oogenblik verlichting bren
gen, maar op den duur zullen die middeltjes
fataal blijken. Wel moet er voor collega's, die
noodlijdend zijn, onmiddellijk hulp geboden
worden. Er zijn menschen, die hulp van de
overheid verwachten, maar het is merkwaar
dig, dat dit juist menschen zijn, die anders niets
met de overheid te maken willen hebben. Of
schoon steun van dé overheid noodig is, meent
spr., dat ook andere steun moet worden ge
zocht. Deze miserabele tijd heeft in elk geval
die goede kant, dat hij de ellendige omstandig-
Steden fel belicht en dat „Tuindersbelang" als
looge veaeeniging, de gelegenheid krijgt, om an
dere maatregelen naar voren te brengen. Aller
eerst moet geëischt worden, dat de producenten
den juisten toestand kennen. Het ontbreken
daarvan is een der belangrijkste oorzaken van
deze crisis. Men heeft langen tijd een verkeer
de economie gevolgd, al zegt de Tuinderij ook,
dat er absoluut niets hapert aan den tuinbouw
zelf.
Helaas, men heeft in de officieele tuinbouw
organisatie een gebrek aan inzicht en o.a. zijn
twee tekortkomingen duidelijk aan het licht ge
komen:
lo. men is verrast door de crisis, welke n. b.
jaren bezig was te groeien;
2o. heeft de leiding gedurende jaren feiten
kunnen waarnemen, die wezen op een komen
de crisis, zonder echter een poging te doen, om
dien crisistoestand tot het minimum 'e beper
ken.
Een maand geleden, de 20ste Oct., werd door
de Prov. commissie van Veilingen in Noord-
Holland een vergadering uitgeschreven met het
onderwerp „De nood der tuinders". Op deze
vergadering waren een aantal menschen uitge-
noodigd, die niet „politiek" zouden zijn. Er
zou dus een soort van neutraliteit zijn, maar
spr. toont aan, dat dit niet het geval geweest is.
In die vergadering werden voorstellen gedaan,
zonder dat de tuinders gehoord konden wor
den, persoonlijk niet en hun organisatie niet.
Namens welke tuinders zijn die voorstellen
dan wel gedaan, vroeg spr. zich af. De heer Ha-
zeloop deed een voorstel op „zijn eentje
waarin hij de wenschelijkheid betoogde, dat het
centrale bureau van de veilingen door de regie
ring gesteund zou worden bij het zoeken naar
afzetgebied.
Zooiets is verkeerd. Het bewijst, dat er aan
de organisatie iets ontbreekt. En daarin moet
volgens spr. hoog noodig verandering komen.
Als menschen voorlichting geven en deze doen
dat verkeerd, dan is dat een grove fout.
De heer Hazeloop zeide, dat Duitschland een
economische crisis doormaakt, waarvan onze
tuinders jarenlang de gevolgen zullen ondervin
den. Maar waarom heeft de heer Hazeloop dan
geen maatregelen genomen, hij, die de crisis
voelde aankomen? Waarom heeft hij nooit ge
waarschuwd voor een dergelijke crisis? Spr.
meende, dat voorkomen nog altijd beter was
dan genezen. Om hulp roepen, terwijl men een
patiënt eerst heeft helpen ziek maken, is een
absoluut verkeerde methode. Waarom heeft
men bijv. ook niet geluisterd naar spr. zelf, die
3 y, jaar geleden o. m. in de Alkm. Crt. gewezen
Heeft op het feit, dat Duitschland bezig was,
ïich geheel of gedeeltelijk los te maken van
Nederland, wat betreft de groentenexport?
Men houdt de tuinders niet op de hoogte met
ware feiten. Was dit wel het geval geweest,
dan rou het beruchte bureau al jaren geleden
i«reorganiseerd zijn geweest en was het met de
jlroote heeren gedaan geweest. Men wil ons
maken. Men vertelt, dat de propaganda,
010 tot organisatieverandering te komen, een
verkapte propaganda voor het socialisme of
communisme is. Spr. twijfelde heel sterk aan
Waafheid van die bewering. Men zou de on-
*nkelijkheid dan verliezen. Maar welke on
tvankelijkheid dan. Spr. kende geen grooter
f ankelijk wezen, dan den kleinen tuinderspa-
troon.
de overheid straks maatregelen noodig
ac t, en ze vraagt inlichtingen aan de „be-
vï'6 keeren"' dan zal bet resultaat absoluut
b' i! *''n" ^eze heeren zijn ten eenenmale on-
°fkwaanj voor hun taak. Wat blijkt duidelijk
1 ®en tweetal artikelen in „De Tuinderij" van
v ^Iste weken. Spr. las die artikelen geheel
6°r en vulde ze aan met talrijke critieken,
d *arin bij o.m. opmerkte, dat hij dit geschrijf
jr ®ee*t gemeene volksmisleiding vond. Be-
dee<^r®Dswaardig is het verder, dat men niet in
zo a e®enbeid komt, om door middel van
,e* en stukken dergelijke artikelen te becriti-
an/60 kon 'n d" schrijven dan ook niets
*r**ien dan een doodgewone „kiezers-
v0o waut de schrijver is een a.s. candidaat
e Tweede Kamerlidmaatschap.
*en 4Qder artikel geeft hetzelfde blad een
°Ven artikel in de 'a- Standaard,
denken ^ad toch zeer zeker niet
comnv 3 i ProPaganda maakt voor het
communisme! Ook dit artikel las spr. voor.
wegen jflefverla2in< hij de spoor-
5 r a^s ^le c*" zou komen, hebben de
exporteurs er voordeel van, volgen. spr„ en niet
de tuinder, relf. Zelf, be,taat dan de kan,, dat
de producenten nog minder voor hun producten
rijgen. Spr. wees in dit verband op een over
zicht in het Hbld.
Wat voor nut heeft het, al, de tuinder zijn
pr0,u5 f° beneden den kostprijs moet verkoo-
pen. Niets. En waarom mag een tuinder niet
een zoo hoog mogelijken prijs voor zijn goed be-
ïngen. Dat is toch koopmans-manier? Waarom
moet men een belangrijk percentage afstaan
aan het veilingsbestuur? Waarom kan men de
tuinders niet ontheffen van de onkosten, die
komen op rekening der soc. wetgeving. Hoe
durft men hen verplichten, van het schamele
loon nog een bedrag af te moeten staan voor
zegeltjes-plakkerij e. d.?
Met een directeur-generaal voor land- en
tuinbouw komt men er niet. Alleen die func-
tionnaris zelf is onder dak.
Credietverstrekking? Onder de huidige om
standigheden is dat van geen blijvende beteeke-
nis. Nu de tuinderij al niet loonend is, i, deze
hulp ook geheel verkeerd.
Toch voelt de nieuwe vereeniging zich niet
erg stakkerig. Zij beschouwt zich als een orga
nisatie met een nieuw en beter inzicht, dat
groeiende is. Bij geen enkele organisatie toch
is verband gezocht tusschen de ontwikkeling
van den tuinbouw en de thans heerschende cri
sis. Spr. herinnerde er aan, dat in de na-oor-
logsche jaren door economen van allerlei rich
tingen gezegd werd, dat het eenige middel, om
het verarmde Europa te redden, was: produc
tie. Men wilde den arbeidstijd verlengen en
meer van die maatregelen nemen.
We zijn nu 10 jaar verder en westik
ken in de productie. Spr. vroeg zich af: hoe
komen we er uit?!
De handel zou floreeren, dank zij snellere
treinen, snellere booten ensneller vlieg
machines.
Helaas! Wat gebeurde? Overal werden
tolmuren opgeworpen en de handel werd
niet beter, maar erger.
Hoe moet men dan tot resultaten komen?
In de eerste plaats moet de tuinder de
volle waarheid weten van zijn economische
punten. Dan moet er een eerlijke, onbaat
zuchtige, commercieele voorlichting zijn. Ver
der is regeeringshulp noodig. Men moet cre-
dieten kunnen krijgen; maar voor dien moet
onderzocht worden, of de bestaansmogelijk
heid van den betreffenden bouwer mee ge
holpen wordt. Zoo niet, dan is een wekelijk-
sche uitkeering te verkiezen en natuurlijk
een andere werkkring voor hem zoeken. De
overheid moet verder toezicht op de veilin
gen houden, terwij! de prijs niet beneden den
kostprijs mag vallen. En die kostprijs is
alle andere meeningen ten spijt te bere
kenen. Tenslotte moet van overheidswege een
zakelijk rapport binnen een jaar gereed ko
men, maar daarvoor moet men geen staats
commissie benoemen, want anders duurt het
veel te lang.
De officieele leiding wil dergelijke maat
regelen niet. Spr. trachtte dat te bewijzen
door een ingezonden stuk van hem aan te
halen, dat hij reeds 3 jaar geleden in de
Tuinderij schreef en waaronder de redactie
een uitvoerig commentaar schreef, waaruit
blijken moest, dat spr. er „naast" was.
Maar, riep spr. uit, waarom toch bestrij
ding juist van hen, die er gekomen zijn, om
de tuinders te helpen?
Er zijn nog andere middelen. Men zou in
groote steden meer verkoopsgelegenheden
kunnen scheppen en daar de producten aan
den man kunnen brengen zonder tusschen-
komst der veiling. Want het huidige veiling
systeem kost schatten gelds, waarvan de
tuinderij niet profiteert. En kan men ook niet
probeeren, de productie in het buitenland
aan de markt te brengen, door zelf te expor
teeren? De Staat zou hier een nuttig werk
kunnen doen, door faciliteiten voor het ver
voer te geven.
En dan tenslotte moet uitbreiding der
tuinderij voorkomen worden. Het beste zou
dat nog gaan, om „vergunningen" in te stel
len, zooals dat ook met den verkoop van
sterken drank het geval is.
Tenslotte wekte spr. op, dat men moest
medewerken, om tot een organisatie te ko
men, die gelegenheid krijgt, om de economi
sche parasieten in den tuinbouw van het lijf
te houden.
Dadelijk na deze rede werd gelegenheid
tot debat gegeven, waarvan door een vier
tal der aanwezigen gebruik werd gemaakt.
Zoo merkte de heer Twist Jr. op, dat z.i.
de rede veel te lang was en de spr. soms
wel tot vier keer toe hetzelfde gezegd had.
Dan kan hij het er niet mee eens zijn, dat
de veilingen niet deugden, terwijl tariefsver
laging bij de spoorwegen z.i. wel ten goede
kwam aan de tuinders.
De inleider zou in het vervolg rekening
houden met de lengte van zijn rede. Wat
het veilingssysteem betreft, spr. wenschte al
leen, dat de uitwassen daarin zoo goed mo
gelijk verdwenen. Verder hield hij vol, dat
tariefsverlaging slechts ten goede komt aan
de exporteurs.
Dan wenschte de heer Twist Jr. nog op
heldering over de z.g. minimumprijzen,
waarop de heer E. antwoordde, dat als een
maal een vastgestelde minimumprijs bereikt
is en er geen kooper is, men het goed moet
aanhouden.
De heer Twisk Sr. vroeg, hoe die lage prij
zen eigenlijk gekomen zijn. De heer E. ant
woordde, dat dit niet kwam, omdat er te
veel geproduceerd wordt, maar omdat er te
weinig geconserveerd wordt. Er is geen over
productie, maar onderconsumptie. De 14
millioen werkloozen in Europa zouden best
wat groenten kunnen en willen gebruiken,
maar de handel koopt alleen, als er wat aan
te verdienen is.
In het algemeen is het (en hier gaf spr.
ook zijn antwoord aan een derden persoon)
dat de handelaren weten, wanneer groote
hoeveelheden aangevoerd worden. Zij maken
misbruik van die wetenschap en de tuinders
moeten tevreden zijn met wat de hande
laren wenschen te besteden.
Nadat de heer Wakke nog opgemerkt had,
dat hij hier alleen gekomen was om te luis
teren en meer niet, en dat nu dus uit ziin
stilzwijgen dus niet mocht opmaken, dat hij
het in alle opzichten met den heer E. eens
was, sloot deze de vergadering.
DE NOODZAKELIJKHEID VAN HET
VEGETARISME.
Een afdeeling van den Ned.
Vegetariërsbond opgericht.
Een 35-tal personen voor een groot deel
jeugdiges waren gisteravond samen geko
men in het logegebouw aan de Nieuwesloot,
waar een lid van het hoofdbestuur van ge
noemden bond een rede zou houden over bo
venstaand onderwerp.
De heer A. Woelders heette namens
het hoofdbestuur de aanwezigen welkom op
deze eerste vergadering hier ter stede van den
Ned. Vegatariërsbond. Het comité had lang
gewacht met het samenroepen van deze ver
gadering, maar het had daarvoor zijn reden.
Men wilde n.1. den tijd afwachten totdat er
blijken zouden zijn van voldoende belangstel
ling. En die achtte het comité nu genoegzaam
aanwezig, zoodat het meende thans wel een
vergadering te kunnen houden, waarop tot
oprichting van een afdeeling zou kunnen
worden overgegaan.
Na nog een paar mededeelingen van huis-
houdelijken aard gaf spr. het woord aan den
heer M. H. R o o d s c h i 1 d uit Voorburg,
lid van het hoofdbestuur van den Ned. Vege
tariërsbond.
De noodzakelijkheid van het vege
tarisme.
De heer Roodschild begon met te zeg
gen, dat indertijd de Ned. Vegetariërsbond
na 'n enquête tot de overtuiging was gekomen,
dat de meeste leden vegetariër waren gewor
den op ethische gronden. Dit verheugde spr
want het is ook zijn overtuiging, dat men het
leven van dieren zooveel mogelijk moet eer
biedigen en hen lijden moet besparen. Maar
dan spr. illustreerde dit met een aardig
voorbeeld moet men ook zich het gebruik
van vleesch kunnen ontzeggen, als men het
tenminste ernstig meent met zijn verzet tegen
de wreedheden jegens dieren.
Spr. uitte zijn verontwaardiging over een
winkelier in Den Haag, die een levende visch
in zijn etalage had gehad, welk dier naar
lucht snakte. Waartoe deze wreedheid? Al
leen om te laten zien, dat men in dien winkel
versche visch kan koopen.
Wil men verdere wreedheden zien? Ga dan
naar de vischmarkten en zie hoe men daar
paling levend stroopt, of naar de veemarkt,
waar men de behandeling (vaak mishande
ling) van dieren kan zien; men merke op hoe
veel vogels de oogen worden uitgestoken en
zooveel andere wreedheden meer.
Alleen daadwerkelijk verzet helpt daar
tegen: koop geen vleesch.
De vereeniging voor dierenbescherming
doet wel wat goeds, maar niet voldoende.
Hare leden durven voor zich meestal de con-
sekwentie der dierenbescherming niet aan
vaarden.
Met Kerstmis in aantocht meende spr. te
mogen waarschuwen tegen het gebruik van
kalkoen en konijn als een feestmaal. Hij las
daartoe een kort, maar niettemin heftig ver
zet uit een blaadje en constateerde daarna,
dat het zeker geen wonder is, dat zooveel
hoogstaande mannen waarvan hij er een
twintigtal noemde vegetariër werden uit
overtuiging. i
Het leven zonder vleesch is zeer wel moge
lijk de millioenen (en daaronder zij wier
geloof 't dooden en eten van dieren verbiedt)
bewijzen dit. Sterker nog, zonder vleesch is
men gezonder dan bij het wèl gebruiken daar
van.
Een goed vegetariër is men niet reeds als
men geen vleesch. visch of gevogelte eet, al is
dit ook de grootste voorwaarde daartoe. Men
leeft dan nog niet vegetarisch, de Bond wil
nog iets anders, n.1. alles doen wat van goe
den invloed kan zijn op onze gezondheid:
zorgen voor licht en lucht en reinheid door
baden enz. en dan vooral rein leven.
Bij ziekte schrijft een dokter al heel spoedig
voor het gebruik van vleesch enz. na te laten
en een diëet te volgen. Waarom zou men nu
tot zoolang wachten en dan na herstel weer
zijn lichaam ongezond maken door opnieuw
vleesch e.d. te eten? Beter is het nu direct
reeds te te beginnen met een vegetarischen
leefregel.
Spr. las het voorwoord van een blaadje,
door een Zwitsersch geneesheer uitgegeven,
„Wendepunkt", waarin o.m. gezegd wordt
het z.g. bruinbrood en roggebrood gezonder
is dan wittebrood (beter invloed op gebit,
spieren ed.) en daarnaast heet het, dat
vleesch niet alleen het duurste maar tevens
het slechtste voedingsproduct is, wat dan
nader wordt aangegeven. Met uitsluitend
vleeschvoeding zal ae mensch eerder sterven
dan wanneer hij geheel zonder voeding bleef.
Vleesch speelt een gevaarlijke rol bij rheuma-
tiek, het gevaar bij infectie is grooter bij
vleeschgebruik dan daar zonder.
Groeten, heet het verder in dat blaadje,
te weten de groene ongekookte bladeren, be
vatten lichtverteerbare voedingstoffen en de
onmisbare vitaminen, versterken de zenuwen,
verhoogen het weerstandsvermogen bij in
fectie, enz. Ook over vruchten wordt veel
goeds gezegd. De schrijver constateert, dat
een vroege ouderdom met alle gebreken daar
van het gevolg is van een slechte voeding.
De schrijver constateerde, dat sinds het
verschijnen van dit blaadje honderden daar
naar hebben geluisterd en er wèl bij zijn ge
varen.
Voorts ontkende de dokter, dat het vegeta
risme niets meer zou zijn dan een rauwe-
kostbeweging. Hij meende, dat de tijd wel zal
leeren aan welke zijde het gelijk is: aan die
der vegetariërs of bij de tegenstanders. Nie
mand zal beweren, dat de mensch alleen on
gekookt voedsel zal moeten gebruiken, maar
wel zal er meer rauw voedsel moeten worden
gegeten dan thans.
Aan een geschrift van dr. v. d. Hoog ont
leende spr. o.m., dat door verandering van
voedsel genezing van huidziekten (met name
lupus) kan worden bereikt.
Spr. stelde vast, dat men door vegetarisch
te leven gezonder zal zijn dan vóór dien.
Het veranderen van leefwijze naar het
vegetarisme zal voor een huisvrouw ongetwij
feld in den beginne moeilijkheden meeren
en ten aanzien van den maaltijd, maar als
iet haar ernst is, zal zij de zwarigheden
spoedig genoeg te boven komen.
Het antwoord op de vraag waar de koeien
moeten blijven, vond spreker nog al ge
makkelijk: koeien groeien niet aan een boom;
als er minder vraag komt onder invloed van
het vegetarisme, zullen de veehouders daar
wel rekening mee houden.
Een andere vraag is: hoe komen de vee
houders en de in die bedrijven overigens be
trokkenen aan den kost, als alle menschen nu
eens vegetariër werden? Spr. gaf hierop ten
antwoord, dat de omzetting der bedrijven in
tuinderijen van algemeen belang zou zijn (er
wordt veel meer loon in die bedrijven uitge
keerd).
Een eisch voor een goed vegetariër is nog
het nalaten van het gebruik van tabak in al
hare vormen als schadelijk voor de gezond
heid en beslist overbodig. Spr. citeerde een
uitlating van prof. Snapper: Wie een kind
laat rooken is een misdadiger.
Alcohol wordt evenmin door een goed ve
getariër gebruikt (het nalaten van dit ge
bruik is geen voorwaarde, maar wie op ethi-
schen grond vegetariër wordt, zal zich het
gebruik van alcohol in elk geval ontzeggen.)
Thee en koffie mag een vegetariër wel
drinken, maar spr. wees er op, dat koffie
veel schadelijker is dan thee door haar caf-
feïne. Als men koffie wil gebruiken, neme
men een soort, die deze stof niet bevat.
Sterke thee is schadelijk, men gebruike niet
meer dan een enkel kopje slappe thee.
Maar wat blijft er dan nog over in het
leven? noemde spr. als een vraag die vaak
gesteld wordt en hij antwoordde daarop, dat
kunst en wetenschap toch zeker heel wat
meer aan het leven bieden dan het gebruik
van sterken drank en vleesch en rooken enz.
Schilderijen, studie over sterren en zoo
veel wetenschappen meer, wandelingen in
de natuur, sport, enz., geven oneindig veel
meer voldoening dan een vetmesten met
vleesch. En dan houdt men tegelijk zijn
lichaam gezond en behoeft zijn geweten niet
meer te bezwaren met het plegen van wreed
heden jegens allerlei dieren.
Tenslotte meende spr., dat het eisch is
voor ieder, die gezond wil leven om van he
den af een vegetarische leefwijze te volgen.
Vragen.
Na een korte pauze werden den heer
Roodschild eenige vragen gesteld.
Ie. Hoe denkt U over de serumtheorie?
Antwoord: Men kan weigeren zich te la
ten inenten, maar als leek kan men daar
moeilijk veel over zeggen. Spr. voor zich ge
loofde, dat iemand die goed vegetarisch
leeft uit ethische overweging zal weigeren
zich te laten inenten, en ook omdat hij weet,
dat zijn lichaam door het vegetarisch leven
gezond en krachtig en dus inenting niet be
hoeft.
Tegen eventueele infectie zal beter weer
stand kunnen worden geboden.
2e. Ontkend werd de economische moge
lijkheid van een zoo groote uitbreiding van
tuinbouw als de spr. had voorgesteld. De
wereldtoestand zou dat niet toelaten.
Antwoord: Op een bepaalde oppervlakte
grond zal bij glascultuur veel meer loon
worden uitgekeerd dan op eenzelfde opper
vlakte voor veehouderij. Als de wereld meer
ging in vegetarische richting (dus minder
vleesch en meer groenten gebruikte) zou er
aan de groentencultuur heel wat meer uit
breiding kunnen worden gegeven. En als
dan ook in het buitenland hetzelfde ging ge
beuren en de tolmuren vervielen, zou het
veel beter worden in de wereld.
3e. Dooden de vegetariërs ook niet de
voor tuinbouw schadelijke dieren?
Antwoord: Men kan Tolstoiaansch zijn
en zeggen: liever gedood te worden dan te
dooden. Maar onjuist achtte spr. het niet,
als men schadelijk gedierte doodt.
Een tuin kan men zóó maken, dat men
geen last krijgt van hazen en konijnen. Tegen
muizen kan men een kat nemen. Dreigt de
oogst van een stuk land te worden vernie
tigd door rupsen, dan dient men die te doo
den. In het algemeen dus kan schadelijk ge
dierte gerust vernietigd worden.
4e. Hoe denkt U over het gebruik van
eieren, melk, boter en kaas?
Antwoord: De Ned. Vegetariërsbond
heeft daartegen geen ernstig bezwaar. Die
producten komen van levende dieren. De
zuiver vegetarisch levenden zouden al blij
zijn als alle menschen zoogenaamd lacto-
vegetariër werden. Een echt vegetariër zal
echter al spoedig ook de genoemde artikelen
geleidelijk als overbodig laten rusten en
daarvoor rauwe groenten en vruchten ne
men, die wel terdege zoo voedzaam zijn. De
melk komt aan het kalf toe en is niet be
stemd voor den mensch. Het doel moet zijn
zich zooveel mogelijk nu reeds voor te be
reiden en in te richten op een wereld van
vegetariërs, waarin geen koeien meer zullen
zijn.
Van de bestuurstafel werd nog opgemerkt:
Door het gebruik van melk houdt men ook
den veestapel in stand en daarmee de mark
ten en alle daaraan verbonden wreedheden
tegen het vee.
Aan het slot van den avond sprak de heer
Roodschild een woord van dank voor de
aandacht waarmee men hem had aange
hoord. Hij hoopte dat men van nu af meer
vegetarisch zal leven. Men hoeft niet be
vreesd te zijn voor „slap worden" als ge
volg van het gemis van vleeschvoeding. Op
het gebied van alle soorten sport zijn de
meeste overwinningen behaald door vegeta
riërs, gelijk spr. met voorbeelden aantoonde.
Zij beseffen, dat alleen bij een vegetarisch
leven het lichaam inderdaad gezond blijft.
Men voede zich echter niet eenzijdig; zorg
daarom voor voldoende afwisseling in de
voeding en dit kan, omdat er zooveel groen
ten en vruchten zijn. Voor jeugdige personen
kan het wel eens moeilijkheden in het huis
gezin brengen als zij vegetarisch willen le
ven. Deze jongelieden dienen dan door lec
tuur hun ouders de redenen te doen kennen,
die hen nopen tot een vegetarische leefwijze
en zeer waarschijnlijk zullen vader en moe
der die redenen eerbiedigen en ook vegetariër
worden.
Met een krachtige opwekking om vegeta
riër te worden en een uitnoodiging om toe
te treden tot de te vormen afdeeling van den
Ned. Vegetariërsbond, sloot spr. zijn toe
spraak.
De heer Woelders sprak aan het slot
een woord van dank tot den heer Rood
schild, opmerkende dat de schat van argu
menten tegen alle bezwaren van tegenstan-
i der? zeer groot ia,
A42
3a het viel niet te ontkennen,
't Was een duidelijkgeval.
Dat hij 's nachts had ingebroken
En tabak (tien kilo) stal.
Maar zijn advocaat was pienter
En hij vroeg een. lichte strof
*t Was D'E tabaJc,meneereit-.
En wie blijft daar nou van cS%
Qwgc Dootrnbos
ECHTE FRIESCHE
20-50 CT PER ONS
Een afdeeling opgericht,
Na het sluiten der bijeenkomst bleven zij,
die lid wenschten te worden, nog even bij el
kaar. Er bleken er voldoende te zijn om een
afdeeling van den Ned. Vegetariërsbond te
kunnen vormen, n.1. twintig.
Binnenkort zal de eerste huishoudelijke
vergadering worden gehouden waarin o.m,
een bestuur zal worden gekozen.
Tot zoolang zullen de zaken worden be
handeld door de heeren U. Madderom te
Bergen en A. Woelders te Alkmaar.
GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS.
DISTRICTS-ARBEIDSBEURS. 1
DOELENSTRAAT 30, TELEFOON 838.
Geopend iederen werkdag van 912 uur,
voor werkgevers van 91 en van 25 uur.
Maandag- en Donderdagavond van 7-8 uur.
Bemiddeling voor kantoorpersoneel Donder
dagavond. Voor vrouwelijk personeel afzon
derlijke ingang. Bemiddeling kosteloos.
De directeur van bovengenoemden dienst
maakt bekend dat heden staan ingeschreven:
1 bakker, 1 banketbakker, 1 bankwerker, 1
betonwerker, 1 boekbinder, 9 chauffeurs, 1
drukker, 16 grondwerkers, 1 incasseerder, 3
kantoorbedienden, 1 kellner, 1 loopknecht, 3
machinisten, 3 mach. houtbewerkers, 1 me
taalslijper, 2 metselaars, 6 meubelmakers, 4
meubelstoffeerders, 1 monteur, 1 opz. teeke
naar, 7 opperlieden, 7 pakhuisknechts. 1 pia
nostemmer, 1 politoerder, 1 plaatwerker, 28
schilders, 1 scheepstimmerman, 19 sigaren
makers, 1 smid, 2 steenbikkers, 2 stucadoors.
1 tandtechniker, 25 timmerlieden, 2 voegers,
1 voerman, 7 ijzerwerkers, 74 losse- en trans
portarbeiders, 1 kantoorjuffrouw, 1 sigaren-
ringster, 2 werksters.
Geplaatst: 1 electriciën, 7 grondwerkers, 1
kantoorbediende, 1 letterzetter, 3 metselaars,
1 opperman, 4 timmerlieden, 19 losse ar
beiders.
Alkmaar, 21 November 1930.
De Directeur voornoemd,
Ed. v. d. HEUVEL.
ZONDAGSDIENST APOTHEKEN.
Op Zondag 23 November is de apotheek
van Mevr. Schouten—Oele, Koorstraat 47,
geopend.
Op Zon- en Feestdagen en gedurende den
nacht i6 slechts één der apotheken geopend.
De andere apotheken zijn gesloten van
's avonds 8 uur (Zaterdag 9 uur) tot den
volgenden morgen 8 uur.
In de apotheek, welke Zondags geopend is,
wordt gedurende de daarop volgende week
de nachtdienst waargenomen.
Ochtendgloren Ooiden Dawn
door Peter B. Kyne. Uitgave
T. Swartsenburg, Zeist.
Peter B. Kyne is een Amerikaansch schrij
ver, die ook in ons land zeer veel gelezen
wordt. Een bewijs hiervoor is wel dat een
van zijn allerjongste werken nu al weer ver
taald voor ons ligt, mede dank zij de voort
varendheid van den uitgever. Kyne is, wat
men in de Nieuwe Wereld noemt, een „good
storyteller". Hij weet zijn personen goed uit
te beelden, zet handige, dikwijls geraffineerde
intrigues op, voegt er wat Amerikaansche
humor bij en wat ge dan onder de oogen
krijgt is een boek, zonder litteraire pretenties,
maar dat zich prettig laat lezen en die bij
zondere voldoening geeft aan goede ont
spanningslectuur eigen.
We zullen den lezer niet met een breed
voerige uiteenzetting van „Ochtendgloren"
en de talrijke detective en contra-detective
handigheidjes er in vermoeien; we kunnen dit
met een gerust hart aan Peter B. Kyne zelve
overlaten.
Penelope Gattin, de aangenomen dochter
van een duivelachtig hoewel zeer religieus
vrouwmensch en haar getyranniseendien
echtgenoot, komt door een samenloop rail
omstandigheden in de vrouwengevangenis
St. Quentin terecht. Zij blijkt aan geheugen
verlies te lijden en vormt voor den neuroloog
een psycholoog dr. Burt een dankbaar studie
object. Twee persoonlijkheden schuilen ia
haar; de eene ie de ,-chte Penelope, de andere
is een door de onderwereld bedorven meisje
Haar eelaat is aaarenboyeo mmyormd dPOr