De Wereld rondom ons. Negentienhonderd en dertig loopt ten einde! Als dit nummer van onze krant onder uw oogen komt, zal het nog slechts een kwestie van enkele uren zijn en dan slaat de klok in uw huiskamer twaalf slagen, dan dreunen twaalf zwa re slagen over onze stad en omgeving, dan verrijst een ieder van zijn zetel en men wenscht elkaar „een gelukkig nieuwjaar." Men hoopt op voorspoed en vrede en men hoopt, dat het nieuwe jaar brengen zal, waar men in het voorbije tevergeefs op gewacht heeft: geluk! Geluk, in al de beteekenissen, die dit woordje heeft. t Oudejaarsavond heeft één bijzonder heid, die steeds weer naar voren dringt. Men zit bij elkaar in familiekring en als de wijzers van het uurwerk langzaam, maar zeker naar de 12 loopen, dan wordt men bijwijlen stil en men denkt terug aan het verleden, aan de smart Ook aan de vreugde, die 1930 bracht, maar allereerst aan de smart, de stille, schrijnende smart En als wij ons neerzetten, om een jaaroverzicht te schrijven, als wij onze uitknipsels, welke wij dag in dag uit verzamelden, rangschikken en een schema opmaken van ons verhaal, dan staan wij ook stil bij de smart, die de wereld in 1930 gekend heeft. Dan gaan ook onze gedachten het eerst naar de vele, zeer vele rampen, die de wereld geteisterd hebben, die rouw brachten in tallooze gezinnen, die armoede brach ten, waar eens rijkdom was Het jaar der rampen. t' 1930 is een jaar geweest, dat niet licht /al worden vergeten. Het is een jaar geweest van groote rampen, in vele lan den, in bijna elk werelddeel. En dat wij hier niet elke ramp noemen, men duide het ons niet euvel. Waartoe is het noodig, om alles weer op te halen? (Waartoe dient het te weten, hoeveel slachtoffers er gevallen zijn door ver keersongevallen, door de onbewaakte overwegen, door de neerstortende vlieg tuigen, door de tegen elkaar botsende auto's? Waartoe, vragen wij? Wij zullen die lijst maar liever geheel uitschakelen en ons enkel eenige oogen- blikken bezig houden met de natuur rampen en die. welke daar eenigszins bij betrokken zijn. En als we dan onze uitknipsels na gaan, dan lezen we, dat in de eerste week van Januari 1930 in Noord-China een koudegolf heerschte, die in één en kele provincie 15.000 menschenlevens eischte. 15.000 menschenlevens werden plots weggevaagd uit hun familiekring, in een luttel tijdsbestek. Dezelfde maand eischte nog meer slachtoffers. In Perzië brak een ernsti ge roodvonk-epidemie uif. die in twee weken tijds meer dan 3000 slachtoffers maakte. Helaas, niet alleen Januari was een maand van rampen; andere zouden vol gen Daar zijn de talrijke overstroomingen, welke in bijna elk werelddeel haar slachtoffers eischte. In Maart bijv. vonden eenige honderden menschen in Frankrijk den dood door het hooge wa ter, in dezelfde maand verdronken er te Natal eveneens eenige honderden, terwijl in Juli Korea (Japan) een over- stroomingsramp aanschouwde en Nieuw-Zuid-Wales door een dergelijke ramp zoo ernstig getroffen werd, dat ongeveer 10.000 menschen dakloos wer den. We kunnen bij de overstroomingen wel dadelijk de verschillende stormen en wolkbreuken noemen, die ook al te talrijke menschenlevens opeischten. En voegen we de verschillende scheeps rampen daar nog bij, dan gelooven we, dat deze groep natuurrampen zeer ze ker ook eenige duizenden dooden op haar geweten heeft. Eénige duizenden? Neen, het zijn er veel meer. Denkt maar eens aan de ontzettende ramp in San Domingo. Daar bracht de maand September eerst een orkaan, toen hongersnood, vervolgens wolkbreuken en tenslotte de vreeselijke typhus. En alleen op San Domingo mogen we het aantal slachtoffers, dat den dood vond bij die rampen, wel op ruim 3000 schatten en het getal der ge wonden op meer dan 10.000 o Er zal zeker wel geen jaar geweest zijn, waarin aardbevingen uitbleven. Ook 1930 heeft aardbevingen gekend, groote en kleine. We herinneren ons allen nog, hoe in Juli van dit jaar in en om Napels plotseling de aarde begon te trillen met zoo'n heftigheid, dat geheele wijken een ruïne werden. In enkele se conden werden een paar duizend men schenlevens vernietigd, werden trotsche gebouwen tot een puinhoop gemaakt. En alsof dat nog niet genoeg ware, trof Zuid-Italië enkele weken later een tweede ramp, toen Aquilona door een bijna evenernstige aardbeving geheel vernield werd. Ook Azië weet mee te praten over aardbevingen. In de tweede helft van Augustus werd een groot deel van Cen- traal-Azië door een dergelijke ramp ge troffen, terwijl de vorige maand in Ja pan ongeveer 200 menschen door de zelfde oorzaak om het leven kwamen. o Maar w at de wereld misschien den grootsten schok gaf, dat waren de mijnrampen. Misschien voelen wij dat zoo intens, omdat even over de Neder- landsche grens een dergelijke catastro- phe plaats vond. De 21ste October zal een zwarte dag zijn voor Duitschland. Immers, op dien datum van dit jaar had een der ernstigste mijnrampen plaats, die Duitschland ooit gekend heeft. De och tendploeg was vol levenslust in de mij nen te Alsdorf neergedaald en had haar werk aangevangen. Alles ging gewoon zijn gang, totdat plotseling een ontplof fing de mijnschacht ineen deed storten. De eenige verbindingsweg met de bui tenwereld was verbroken en vele hon derden mijnwerkers waren als 'tware opgesloten. Wij weten niet, welke tooneelen zich daar in die gangen hebben afgespeeld; wij kunnen het alleen maar gissen. Maar in gedachten zien we de menschen krankzinnig worden van angst We hooren jammeren en weeklagen; we hooren vaders roepen om hun vrouw en kinderen, jongeren om hun moeder. Wij zien vertwijfeling en eindelijk.... den dood Boven eenzelfde beeld. De achterge blevenen, plots opgeschrikt door de vree selijke mare, snellen naar de mijn en verdringen zich voor de plaats van den ramp. Angstige vragen worden ge steld en het blijkt al te spoedig, dat de vermoedens bewaarheid zijn: heele huisgezinnen zijn in één enkel oogen- blik vaderloos geworden. Elders weer ontbreken de zoons, nog weer op een andere plaats beide De ramp te Alsdorf! Wie zal dezen ooit vergeten? Wie zal over een jaar, twee, zelfs tien, niet meer kunnen ver tellen, dat meer dan 250 stoere werkers hun leven verloren bij het verrichten van hun taak? De geriefelijkheid in huis wordt soms te duur betaald Lezer, als u straks dit leest, gezeten in een lekkere fauteuil bij een vriendelijke haard of kachel, en als U dan een schepje kolen op den vuurgloed werpt, denkt dan eens even, één enkel oogenblik maar, aan hen, die voor U het slachtoffer werden De ramp te Alsdorf werd gevolgd door die bij Saarbrüchen. Juist op den dag, dat men in Alsdorf zijn dooden ter aarde bestelde (nog klinkt de sonore stem van den omroeper der radio ons in 'toor), juist op dat moment trof Duitschland 'n tweede dergelijke ramp, n.1. bij Saarbrücken. En al mag het aantal slachtoffers dan in dit geval „slechts" 100 geweest zijn, de ramp zelf heeft even zwaar getroffen. Het spreekt vanzelf, dat wij eenigs zins uitvoerig deze twee rampen aan de vergetelheid ontrukten. Maar naast de ze twee zijn er, die bijna even erg wa ren. Een mijnramp in de Oekraine eischte den 19den Juli 35 dooden, den 8sten Juli werd Silezië door een mijn ramp getroffen, die 150 menschenlevens opeischte, den 28 Oct. had een mijngas- ontploffing plaats in Oklahama en een week later lieten bij een dergelijke ont ploffing in Amerika 160 mijnwerkers het leven. o Men merkt wel, dat we niet alle ongevallen genoemd hebben. Het lijkt ons zoo echter voldoende en we zullen van dit onderwerp afstappen en over gaan tot een andere rubriek, die ho pen we! wat zonniger is! We bedoelen de Conferenties. Een zonniger onderwerp, zeiden we! Zeker, zoo is het. Conferenties toch hebben meestal een politieken onder grond en die wij bedoelen, zeer zeker. En aangezien men dikwijls van een po litieken hemel spreekt, waaraan zoo nu en dan politieke wolken verschijnen, mag men aannemen, dat er achter die wolken ook een zon, een politieke dan! schijnt. We zullen U, lezer, heusch niet verve len door al die eindelooze besprekin gen opnieuw te volgen. We zullen zelfs niet alle conferenties weer opnieuw hier voor U neerschrijven. We willen slechts enkele, heel enkele, even in her innering brengen En dan beginnen wij met de Londensche Vlootconferentie. o Het is met die Londensche vlootcon ferentie een lange geschiedenis geweest, die tot nog toe niet die vruchten afge worpen heeft, welke men er oorspron kelijk van verwachtte. De vijf groote zeemogendheden, Engeland, Amerika, Japan, Frankrijk en Italië hadden daar in Londen haar vertegenwoordigers, die hun best zouden doen om de bewa pening ter zee niet alleen stop te zetten, zoodat de wedijver in bewapening be ëindigd zou worden, maar men was zelfs de gedachte toegedaan, dat men vermindering van bewapening moest hebben. Dat zou dus een mooie stap kunnen worden in de richting van in ternationale ontwapening, waarin dus de groote mogendheden zouden voor gaan. Helaas! de besprekingen waren niet van dien aard, dat men van een slagen der conferentie kon spreken. Zelfs dreigde de conferentie een moment hee- lemaal te mislukken, toen Frankrijk en Italië beide op hun standpunt bleven staan. Beide landen toch wilden wel gedeeltelijke ontwapening, maar ook wenschten beide de opperheerschappij in de Middellandsche Zee te behouden. Italië wilde zijn vloot niet kleiner doen zijn, dan de Fransche, maar Frankrijk merkte op, dat het niet al leen de Zuidkust had te verdedigen, maar ook de Westkust en dus een groo- tere vloot moest hebben, om met Italië in evenwicht te blijven. Men ziet, dat beide landen ver van elkaar stonden. De zoo gewenschte toenadering is dan ook niet gekomen en tot op heden zijn beide landen nog precies zoo ver als voor de Londensche Zeeconferentie. Gelukkig hebben de drie overige zee mogendheden zich niet geheel en al laten afschrikken en zij besloten dan gedrieën iets te doen, al was het niet zoo veel. En zoo hebben deze drie mo gendheden dan eindelijk een overeen komst gesloten, waarin allerlei bepa lingen gemaakt zijn over de duikbooten, de bewapening der kruisers, de leef tijdsgrens der oorlogsbodems, enz. enz. en het slot is wel geen ontwapening, wel niet dadelijk vermindering van bewape ning, maar toch vermindering van vlootuitgaven. Wellicht, dat een volgende conferen tie wat meer succes zal hebben! o Twee andere conferenties, die in nauw verband staan met het bewape ningsvraagstuk, waren de z.g. veilig heids-conferentie en de voorbereidende ontwapenings-conferentie. Over deze laatste behoeven we thans niet te spre ken, aangezien het nog slechts enkele weken geleden is, dat deze langdurige conferentie door Colijn werd gesloten. Het wachten is nu op de eigenlijke ont wapenings-conferentie, maar wanneer deze bijeengeroepen zal worden, is nog onbekend. Intusschen heeft de voorbe reidende ontwapenings-conferentie ver schillende moties aangenomen, waar van we er een noemen: dat de ontwape- nings-commissie t. z. t. niet alleen moet zorgen voor beperking, maar ook voor een vermindering der vloten. Over de veiligheidscommissie valt ook weinig te zeggen. Zij was bedoeld, om middelen te bespreken ter voorko ming van oorlogen. O. m. werd een ontwerp-conventie aangenomen inzake de financiëele hulpverleening aan aan gevallen staten. Als we dan nog even herinneren, dat de 14de Intern. Arbeidsconferentie den 10 Juni den 7'A-urigen werkdag in de mijnen aannam, en dat de Raad van den Volkenbond weer de noodige zittingen gehad heeft ter bespreking van diverse aangelegenheden (o. m. het grootsche plan van Briand, om een Vereenigde Staten van Europa te stichten), dan mee- nen we deze rubriek te mogen besluiten met de conferentie, die thans nog in vollen gang is: De Ronde Tafel-confe rentie in Londen. o 't Is echter noodig, om daarvoor even terug te gaan tot het voorjaar van 1930. Verder zelfs! Men kent Britsch-Indië natuurlijk. Maar wat men wellicht niet weet, is dat Britsch-Indië ongeveer 320 millioen zielen telt, waarvan pl.m 320.000 /Europeanen. Van dat groot aantal millioenen zijn er een 257 millioen, die Hindoes ge noemd worden; verder 69 millioen, die den Mohammedaanschen godsdienst vereeren. Dan zijn er nog 12 millioen Boeddhisten, 5 millioen Christenen en 3 millioan Sikhs, om het kleine getal Joden en andere godsdienstige groepen er maar buiten te laten. Men ziet dus, welk een mengeling van gelooven. Om te beginnen, kunnen de Moham medanen en de Hindoes elkaar niet uit staan. Deze Mohammedanen begrijpen goed, dat hun „vrijheid" afhangt van de macht van Engeland. Valt Enge- land's macht, dan moeten ook zij buk ken onder de grootere macht van Hin doe. Nu is er na den wereldoorlog onder alle stammen een zucht tot bevrijding opgegaan en ook in Br.-Indië zoekt men die vrijheid. Het was een zekere Gandhi, die de leiding had en deze Hin- doër kreeg allengs grooteren invloed. Hij en zijn volgelingen eischten vrijheid en om die te winnen, gingen ze oproer ma ken. Er kwamen vanzelfsprekend bot singen en er vielen dooden. De Hindoes boycotten de andersdenkenden en op hun beurt werden zij weer geboycot. Er werden redevoeringen gehouden, er kwamen schermutselingen en het einde was, dat Gandhi gevangen genomen werd. Maar daarmee was de tegen stand niet verbroken. Een nieuwe lei der kwam en ook deze werd achter de tralies gezet. Nummer drie verging het even zoo. En steeds vielen er meer slachtoffers, steeds werd de toestand ge vaarlijker. Geweldige groote betoogin gen werden in Bombay en andere ste den gehouden en onlusten waren aan de orde van den dag. Zoo werden bijv. te Rangoon op een dag 174 personen gedood en meer dan 1500 gewond. Een paar dagen later vie len weer ettelijke dooden en gewonden bij een aanval der Hindoes op een zout- depöt. Arrestaties hadden bij honder den tegelijk plaats. De Engelsche regeering, die voor groo te en moeilijke problemen stond, stuur de toen de bekend geworden commissie- Simon naar het woelige gebied, welke commissie een verslag zou moeten uit brengen betreffende het bestuursstelsel van Br.-Indië. Deze commissie ging, kwam, zag, en diende het bewuste rap port in. Maar daarmee waren de onlus ten niet geëindigd. Nieuwe botsingen kwamen en werden regel en eigenlijk kan men wel zeggen, dat het vanaf Maart steeds onrustig geweest is in Britsch-Indië. Het aantal slachtoffers is in die maanden gestegen tot duizenden, zonder dat de beweging een ander ver loop kreeg. Zoodat de Engelsche regeering be sloot, een conferentie bijeen te roepen, om den toestand te bespreken. Dit zou de Ronde Tafel-conferentie worden, waaraan zou worden deelgenomen door Engelsche politieke partijen en de Britsch-Indische nationalistische partij. Welnu, deze conferentie is bijeengeko men. heeft onderhandeld en heeft reeds wat bereikt. Wat of de conferentie ten slotte nog precies zal bereiken, kan mo menteel nog niet gezegd worden, maar dat is zeker, dat Br. Indië zelf-bestuur zal krijgen. Dat is niets nieuws natuur lijk, want Engeland had al lang dat pian, alleen zal het door deze conferen tie wellicht wat verhaast worden. Of daarmee echter ook een einde zal ko men aan de onlusten, is een andere vraag. Want nog altijd kunnen de groote groepen Hindoes en Mohamme danen elkaar niet dulden. o We spraken in het begin van dit hoofdstukje over de zon. Het blijkt nu zeker wel, dat die zon dit jaar niet zoo heel vaak geschenen heeft en in elk ge val niet dikwijls vriendelijk heeft gela chen. Laten wij hopen, dat de politieke zon ons het volgend jaar van haar vrien delijkste zijde laat zien en alle politieke wolken zal kunnen verdrijven! Niet al leen op internationale congressen, maar ook in de Verschillende rijken. Mogen we van dit onderwerp aller eerst uw aandacht vragen voor onze oostefijke buren, Duitschland? 't Is duidelijk, dat we niet alle ge beurtenissen kunnen nagaan, maar slechts de allerbelangrijkste er uit zul len pikken. Een van de belangrijkste gebeurtenissen dan is de rijksdagverkie zing geweest, welke den 14den Sept. plaats had. De oorzaak tot die verkie zing was niet nieuw en reeds in het voorjaar had men de crisis kunnen zien naderen. De malaise toch deed zich in Duitschland gelden en veroor zaakte ontevredenheid. En alsof dat niet genoeg ware, moest de regeering het z.g. „noodoffer" invoeren, wat oor zaak was van een geweldig kritieken politieken toestand. Wel bracht de ontruiming van het Rijnland eenige verlichting, maar spoe dig was men dat heugelijke feit weer vergeten en nu begon de politieke strub beling eerst goed. Den 20sten Juni trad Moldenhauer af als minister en een opvolger was niet te vinden. Een week later deed de rijks- regeering voorstellen, om door nieuwe maatregelen het tekort der begrooting te dekken. Onmiddellijk daarop werd een motie van wantrouwen tegen de re geering ingediend, welke echter nog juist verworpen werd. Toen echter ook de dekkingsvoorstellen verworpen wer den en dr. Bruening de z.g. „noodveror dening" afkondigde, kon een kabinets crisis niet uitblijven. De regeering was toch in de minderheid gebleven. In plaats echter van aftreden der regee ring, werd de rijksdag naar huis ge stuurd en nieuwe verkiezingen uitge schreven. Deze verkiezingen zullen niet licht vergeten worden. Een weken-, neen, maandenlange actie werd gevoerd en toen de groote dag daar was, toen kwam de eene verrassing na de andere en het slot was, dat de nationaal-socialisten van onbeduidende groepje in den Rijks dag terugkwamen als een der grootste partijen met een tienvoudig zetelaan tal! Daarnaast hadden de communis ten verschillende zetels gewonnen, ter wijl de soc.-democraten verliezen leden. De regeering Bruening leeft nog. De nazzi's roeren zich flink. Maar de regee ring houdt stond, mede door toedoen der soc.-democraten, die liever geen tweede nieuwe verkiezing zien, om nog niet meer verkiezen te lijden. En zoo kon het dan ook gebeuren, dat een motie van wantrouwen, door de „nazzi's" inge diend, werd verworpen. Hoe lang deze toestand zal duren, is niet te zeggen. Zeker is het, dat men in Duitschland als in een roes leeft en op gezweept wordt door ontelbare redevoe ringen, door nog meer optochten en door dewekelijksche relletjes en botsingen, waarbij meestal communis ten en nazzi's betrokken zijn. Den 24sten Mei beleefde Duitschland de sensatie van den dag. Toen toch werd de beruchte Dusseldorfsche moorde naar, Kürten, gearessteerd, de man, die zich aan tal van moorden, brandstich tingen en roofovervallen had schuldig gemaakt. Door deze arrestatie werd niet alleen Dusseldorp, maar ook een wijde kring om deze stad bevrijd van een individu, dat helaas al te veel succes heeft gehad. Een tweede sensatie heeft Berlijn ge kend in de veroordeeling van den gewe zen burgemeester Böss, indertijd be trokken bij het berucht geworden Skla- rek-schandaal. Böss werd ontslagen en kreeg twee derde van zijn pensioen, maar dit bedrag werd in October j.1. met het restant verhoogd, zoodat Böss thans zijn volledig pensioen kan genieten. W ij mogen terloops nog even wijzen op de geheimzinnige sterfgevallen te Lubeck en op het ontzettende drama te Coblenz tijdens de bevrijdingsfeesten en dan stappen wij maar van Duitschland af. Van Duitschland naar Frankrijk, ce nest quun pas. We behoeven maar even den Rijn te overschrijden en we zitten in het land, dat zoo rijk is aan kabinetscrises en moties van vertrou wen. Natuurlijk kan het eigenlijk an ders? heeft Frankrijk ook in 1930 zijn moties van wantrouwen en vertrou wen in de Kamer geslingerd en even natuurlijk heeft Frankrijk ook in 1930 zijn kabinetscrises gehad. De laatste ligt nog in ieders herinnering (als het tenminste de laatste is, want het kabi net-Steeg kon nog wel eens tot aftreden gedwongen worden, voordat dit jaar ten einde is). Het laatste kabinet-Tardieu dan viel door het beruchte Oustric- schandaal. Oustric was een man, die in den wereldoorlog vooral zijn slag heeft geslagen. Hij werd toen rijk, dank zij zijn leveranties aan het leger. Na den oorlog richtte hij banken op en dezelfde Oustric werd een van Frankrijks groot ste bankiers, zij het dan niet op een wijze, die geheel en al door den beugel kon. Dit alles was voor de regeering nog niet een reden geweest om af te treden, ware het niet, dat eenigen tijd geleden bleek, dat verschillende regee- ringspersonen, o. w. twee onder-minis ters, in het schandaal-Oustric betrok ken waren. Toen werd Tardieu aangevallen, en hoewel deze geheel buiten het schandaal stond, stelde hij de vertrouwenskwestie en hij struikelde. Frankrijk had dus weer zijn kabinetscrisis. Nadat eenige politici getracht hadden, een nieuw ministerie samen te stellen gelukte dit eindelijk aan Steeg, die thans een paar weken als premier fun geert. Dit was echter niet de eenige kabiuets- verwisseling. Reeds had men in het voor jaar een dergelijk geval mee gemaakt In Februari n.1. was het kabinet-Tar. dieu gevallen tengevolge van aanvallen der oppositie, welke geleid werden dooi de radicaal-socialisten. Het was juist in de dagen der Londensche vlootconferen- tie en Tardieu en Briand, die beiden in Londen vertoefden, gingen snel naar Parijs, om den toestand onder de oogen te zien. Veel heeft Tardieu toen niet gedaan om de regeering te redden; het was. of hij de steeds wederkeerende aanvallen beu werd en de gedachte rijpte wellicht bij hem, dat „die oppositie dan zelf maar eens moest regeeren." Chautemps, de leider der radicaal socialisten werd Tardieu's opvolger en hoewel Tardieu weigerde, aan de regee ring deel te nemen, slaagde deze er toch in, een kabinet samen te stellen. Een dag of vier later stelde hij, Chautemps zijn ministerie aan de Kamer voor, las daarna de regeeringsverklaring voor enkreeg de bons! De regeering had slechts enkele oogenblikken geleefd! Nu was het weer de beurt aan Tar dieu om een kabinet te vormen. Hij slaagde daarin en vanaf 1 Maart was Tardieu weer premier. Dat bleef hij tot aan het einde van dit jaar, toen Steeg hem opvolgde. Maar weldra zal Tardiev opnieuw minister-president zijn. o Frankrijk is zoo langzamerhand be rucht geworden om zijn vliegongevallen en hoewel we op deze plaats het vlieg, wezen niet behandelen, meenen we toch, er even de aandacht op te moeten vesti gen, ciat de meeste vliegongevallen wel in Frankrijk zullen voorkomen. Andere rampen heeft Frankrijk echter ook gekend, zooals de overstroomingen in het Zuiden, de scheepsrampen aan de West-kust en niet te vergeten de in stortingen e Lyon. We zullen ook daar nie' verder ovei uit wijden, maar ons alleen nog even bezig houden met de staking, die Frank rijk dit jaar gekend heeft. In Noord- Frankrijk n.1. brak dezen zomer een werkstaking uit in de textielfabrieken, welke s'aking duizenden arbeiders om vatte .Het duurde lang, voordai het werk weer hervat werd en n s in September mocht men spreken van einde dei r*-.king, die aan Frankrijk heel veel g-'J heeft gekost zooals trouwens elke staking geld kost. Merwaardig is het ten slotte, dat ter wijl in bijna elk land werkeloosheid heerscht, daar in Frankrijk geen sprake van is. Zelfs biedt het iand nog gele genheid aan vreemdelingen om er werk te vinden. Waar ziet men dat elders op df wereld? o Over onze Zuidelijke naburen, d« Belgen, kunnen we kort zijn Belangrijke politieke gebeurtenissen hebben zich daar in den loop van 1930 niet afgespeeld of het moest zijn de regeeringscrisis welke België gekend heeft. In Novembet toch traden de liberale ministers af en de premier Jaspar diende toen zijn ont slag in bij den koning Deze wilde ech ter van geen ontslag weten en een paai dagen later was alles weer in orde, zoo dat Jaspar met hetzelfde ministerie weer terug kwam. Een meer belangrijke kwestie is ga weest die der beide talen en dan wel voornamelijk de Vlaamsche taal Reeds jaren lang bestond er in België een ern stige talenstrijd en vele Vlamingen wil den de Nederlandsche taal als officieele gebruiken. Men ging zelfs nog verder en wenschte de Gentsche Hoogeschool ge heel vervlaamscht te zien. Na veel strijd is het den Vlamingen gelukt, de over winning te behalen. Maar daarmee was de kwestie niet uit. Men wilde ook, dat de Vlaainsche soldaten in hun eigen taal zouden worden gecommandeerd en toen een der Vlaamsche militairen weigerde, bevelen in 't Fransch op te volgen, had men de poppen aan het dansen Er werd een rechtzaak van gemaakt eneen zekere de Leeuw werd vrijgesproken. Vanaf dien tijd kan men zeggen, dat men de Vlamingen zooveel mogelijk tegemoet komt en om minder aangename verwik kelingen te voorkomen, worden de Vla mingen en Walen zoo veel mogelijk ge scheiden. België heeft dit jaar zijn 100-jarige on afhankelijkheid herdacht met groote feesten en twee wereldtentoonstellingen, n.1 te Antwerpen en te Luik. De koning heeft verschillende redevoeringen ge houden en alle feesten zijn in de beste orde verloopen. Voo- ons land was het nog van betee* kenis. dat er weer te veel geschreven is over de Belgische militaire maatregelen Zoo zouden in de richting Nederland vanaf Antwerpen vier sporen gelegfl wol-den, terwijl langs de Noord- en Oost grens overal strategische punten werden aangelegd Ten slotte heeft men een paar weken geleden de wereld opgeschud doot de geweldig groote plannen voor de ver dediging der Oostgrens. Men zou forten willen bouwen, die eenige honderden millioenen francs zouden kosten. We zullen maar hopen, dat deze forten nooit zullen worden gebruikt. o Is België dus van groote schokkende politieke gebeurtenissen verschoond ge* bleven, geheel anders was het niet Spanje, dat eigenlijk het geheele jaar de aandacht op zich bleef vestigen. In het begin van dit jaar was Primo de Rivera nog aan het bewind, maar had geducht te vechten tegen generaal Be- renguer. Het eind van het liedje was, dat Primo zijn ontslag indiende en ver'rv, naar Parijs. Generaal Bereguer volgd hem op. Nog maar nauwelijks was Pri=^o 1" Parijs aangekomen, of hijoverleed- Men heeft zijn dooel wel in verband w'1 len brengen met een moordaanslag'

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1930 | | pagina 22