DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. .58juUetdand fDxtqdiihsch Overzicht LBiiwwfauid Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon- er Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIENs Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groot* contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33. Directeur: C. KRAK. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA, BLOEDIGE BOTSINGEN OP EEN NATIONAAL SOC. GOUWDAG. DRIE KINDEREN IN EIFELDORP OVERREDEN EN GEDOOD. ERNSTIG SPOORWEGONGELUK IN OPPER-SILEZIE. ERNSTIGE VLIEGONGELUKKEN IN ROEMENIE. DE BRAND IN HET GLAZEN PALEIS TE MUNCHEN. De brand een ramp. INDRUKWEKKEND MILITAIR SCHOUWSPEL IN ENGELAND. Vaandelparade te Londen. COMMUNISTEN IN ITALIË VEROORDEELD. Gevangenisstraffen wegens aan slag op den Koning. ALKMAARSCHE COURANT. lo. 133 MAA1DAG 8 JUXI 1931 133e Jaargang. Oit nummer bestaat uit 2 bladen. HET BEZOEK DER DUITSCHERS TE LONDEN. Verschillende besprekingen tusschen de Engelsche en Duitsche ministers. Zaterdagmiddag te ruim 12 uur zijn te Duitsche rijkskanselier dr. Brüning en cle Duitsche rijksminister van buiten- landsche zaken, dr. Curtius, vergezeid van den. legatie-raad von Plessen en dr. Schmidt, per auto naar The Checquers vertrokken, nadat zij een uur te voren in de Duitsche ambassade de leden van de Duitsche kolonie hadden ontvangen Daar heeft dr. Brüning een rede gehouden, waarin hij de 200 aan wezigen aan den bizonder moeilijken •economischen toestand herinnerde, waarin het vaderland verkeert. Hij ge waagde van de groote offers, welke door het Duitsche volk worden gebracht en gebracht zijn om de zware lasten uit het buitenland, welke op hen drukken, op te brengen en om ook de eigen financiën in orde te brengen. Spr. was naar Enge land gekomen om openlijk met de En gelsche staatslieden te spreken, in de hoop dat hij hier een houding van be grijpen en tegemoetkoming vinden zal. Na deze rede begaven de gasten zich op het terras van de ambassade ten einde den terugkeer van de koninklijke familie gade te slaan. Toen ging het naar The Checquers, waar MacDonald zijn gasten een maal tijd aanbood. Daarna trokken zich de Duitsche en Engelsche ministers terug in de bibliotheek en maakten zij een aanvang met de besprekingen van ver schillende door de Duitsche ministers ter sprake gebrachte vraagstukken. Het onderhoud duurde den geheelen middag er. had in het bijzonder betrekking op den financieelen toestand van Duitsch land. Voor den avondmaaltijd maakten de aanwezigen een kleine wandeling door het park. Na het diner werden de gedachtenwisselingen voortgezet, Des Zondags werd allereerst een mis bijgewoonr in Aylesburg, waarna het noenmaal op Checquers gebruikt werd. Daaraan namen deel, behalve den gast heer en de Duitsche gasten, de Engelsche minister van Buitenlandsche Zaken en echtgenoote, en Graham, de minister van Handel. Voorts de permanente secretaris van Buitenlandsche Zaken, Sir Robert Vaa- cittart, Sir Lee Ross van het ministerie van financiën, de minister van Marine Alexander en echtgenoote, de gouver neur van de Bank of England, Montagu Norman, de nieuwbenoemde particulie re secretaris van den Koning, Sir Cleve Wigrarn en echtgenoote en de kinderen van MacDonald. Verder waren aanwezig de Duitsche gezant, Freiherr van Neurath en de eer ste gezantschapsraad, graaf Bernstorff. MacDonald had bovendien Bernard Shaw en echtgenoote uityenoodigd. Na het noenmaal hadden wederom be sprekingen plaats die tot ongeveer had vijf duurden. Hierna zijn de Duitsche ministers gezamenlijk met den Duit- schen gezant naar Londen teruggekeerd, van buitenlandsche zaken hebben zich De Rijkskanselier en de Rijksminister begeven naar het Duitsche gezantschap, waar de vertegenwoordigers van de Duitsche pers aanwezig w:ren. De njks- kanselier nam aan de persbesprekingen echter geen deel. Dr. Curtius las het op gestelde commünique voor en verklaar de, dat hij geen verdere besprekingen wenschte. Allereerst vermeldde dr. Curtius oe buitengewoon hartelijke ontvangst op Chequers. Van Dutische zijde is de drin gende wensch geuit deze gastvrijheid zoo poedig mogelijk in Duitschland te kunnen reciproceeren. Omtrent den inhoud van het commu niqué zeide dr. Curtius nog, dat hij ei nogmaals den nadruk op wilde leggen, dat hij niet terugkeerde van een confe rentie,' doch van een vriendschappelijk bezoek. De Duitschers hebben een be spreking gezocht en gevonden. Het is hun gelukt gedetailleerd dc financieole, de binnenlandschc en buitenlandsche positie van Duitschland te bespreken. Zij hebben een vriendschappelijk begrij pen gevonden. Hierdoor is de uitwisse lingen van gedachten ook vriendschap pelijk geworden. Op sen vraag deelde dr. Curtius nog mede, dat de principieele betrekkingen tusschen Duitschland en Engeland, ge lijk aeze het laatst in het Locarnover- drag vermeid zijn, niet ter sprake zijn gekomen. Het woord „Locarno" is niet Renoemd. De ontwapeningskwestie, zei- de de minister op «en verdere vraag, is slechts even aangestipt. Het was on vermijdelijk, bij de besprekingen ook de mogelijke houding van Amerika onder het oog te zien. Verder deelde Curtius nog mede, dat zoowel industrieels ais handelspolitieke problemen ter sprake zijn gebracht. Omtrent de woorden in het communiqué „er bestaa wederzijdsclie overeenstemming" verklaarde de mi nister van buitenlandsche zaken nog, dat geenerlei vaste overeenkomsten zijn ge sloten. Dr. Curtius verklaarde ten slotte nog, dat van Engelsche ziidc zeer krachtig was gewezen op de eigen moeilijkheden tegenover de Duitsche. In verband met het bezoek van de Duitsche ministers aan Chequers werd gisteravond officieel verklaard, dat eeni- ge maanden geleden reeds schikkingen waren getroffen voor dit bezoek als middel om persoonlijk contact te vesti gen en gelegenheid te geven tot vriend schappelijke besprekingen omtrent de positie van het Duitsche Rijk en andere industriestaten. Door de Duitsche ministers is speciaal de aandacht gevestigd op de moeilijk heden waarin het Duitsche Rijk zich be vindt en de noodzakelijkheid deze uit den weg te ruimen. De Britsche ministers hunnerzijds leg den den nadruk op den omvang der economische depressie, in het bizonder op haar invloed op Groot Britannië. Beide partijen waren het er over eens, dat behalve van de pogingen en maat regelen van nationaal karakter een her leving van het vertrouwen en de wel vaart afhankelijk is van internationale samenwerking. In dezen geest zullen beide regeerin gen trachten de huidige crisis in nauwe samenwerking met andere regeeringen het hoofd te bieden. „ES IST EINE ALTE GESCHICHTE...." De „Kamerheer van den prins". Te Berlijn is, zoo vertelt het I.bid., op het laatste oogenblik een gevaarlijk op lichter ontmaskerd die onder den naam baron Edgar von Alten, Kamerheer van prins Friedrich Wilhelm van Pruisen, toegang had weten te krijgen tot een be kende Berlijnsche familie en tot een grootbedrijf. De ontmaskering geschied de toen hij in tegenwoordigheid van een notaris de algeriieene volmacht voor een groote onderneming zou krijgen. Eenige maanden geleden had een jon ge dame, de erfgename van een zeer groote onderneming in Berlijn, in een gazelschap een gedistingeerd er uitziend heer van ongeveer 40 jaar leeren ken nen, die zich als kamerheer baron Ed gar von Alten voorstelde. Hij wist het jonge meisje weldra ge heel voor zich te winnen en werd door haar familie met open armen ontvangen. De baron vertelde dat hij bij de doods hoofdhuzaren gediend had en sedert nauwe betrekkingen met den kroonprins onderhield. Volgens zijn bewering bezat hij groote landgoederen bij Rostock die hij echter ter wille van zijn verloofde wilde verkoopen om zich geheel en al aan' het industrieele bedrijf dat het meisje geërfd had te kunnen wijden. Natuurlijk raakte de „baron", die van zijn schoonmoeder ter gelegenheid der verloving een auto ter waarde van 40.000 M. gekregen had door den verkoop der landgoederen in moeilijkheden en even vanzelfsprekend kreeg hij een cre- diet van meer -an 100.000 M. toegestaan om de moeilijkheden te boven te komen. Hij had de feestelijkheden ter gelegen heid van het huwelijk, dat bij zijn ver wanten in Mecklenburg zouden plaats vinden, tot in de kleinste kleinigheden geregeld. De trouwkoets zou door een zesspan worden getrokken, de rijtuigen der familie van zijn verloofde door een vierspan- De aanstaande schoonmoeder die noch naar. de landgoederen van den ba ron noch naar zijn werkzaamheden bij prns Friedrich Wilhelm van Pruisen ook maar in de geringste mate infor meerde, droeg aan den heer Von Alten de geheele leiding van de zeer groote firma over en eenige dagen geleden werd de notaris ntboden om den aanstaanden schoonzoon algemeene volmacht te ver- leenen. De procuratiehouder der firma had evenwel achterdoch gekregen tegen den „kamerheer" en aan een particulier re chercheur opgedragen inlichtingen in te winnen over den zoogenaamen baron, welke inlichtingen kortweg vernieti gend waren. De ontmaskering van den oplichter geschiedde daarop op zeer dra matische wijze. Juist op het oogenblik dat de handtee- kening zou worden gezet, trad de procu ratiehouder met een reeheurcheur bin nen, Welke laatste den „kamerheer" zon der veel plichtplegingen bij den arm nam én met hem naar het hoofdbureau vin politie reed. De bedrieger, die tot het laatste oogen blik ontkend had, viel bij het zien van ae tralievensters op de binnenplaats van het hoofdbureau door de mand en er kende dat hij een 42-jarig werkloos bak kersgezel was. Hij had voor dergelijke oplichterijen reeds een paar maal gevangenisstraf on dergaan. Hij was eenige jaren bediende in het kasteel van prins Friedrich Wil helm van Pruisen geweest en had daar herhaaldelijk den naam van een rit meester Von Alten gehoord, wiens naam hij later bij zijn zwendelarijen bezigde. Ter gelegenheid van de gister te Chemnitz gebouwen Gouwdag der Nationaal Socialis ten, is het in de morgenuren op den Bruehl tot een bloedige botsing gekomen tusschen Nationaal Socialisten en communisten. Uit den kelder van een huis werden eenige scho ten gelost. Volgens mededeeling van de politie werd een persoon gedood. Volgens particuliere medeaeelingen bedraagt het aantal dooden 2, terwijl tien a twaalf personen door messteken en revolverschoten min of meer ernstige ver wondingen bekwamen. De politie heeft tal rijke personen gearresteerd. In de nabijheid van het Eifeldorp Buechel is en ontzettend ongeluk gebeurd. Een boer reed hier met zijn drie nog zeer jongen kin deren op het veld. Plotseling sloegen de paarden op hol, zoodat twee 'kinderen resp. 4 en 5 jaar oud van de wagen vielen, over reden werden en op slag dood waren. De wagen botste ten slotte tegen een anderen wagen aan, waarbij ook het derde kind van den wagen geslingerd en gedood werd. Laat in den avond van Zondag zijn op het baanvak Beut'henBrynnek twee personen treinen met elkaar in botsing gekomen. Daar bij werden, voor zoover reeds bekend' is, 12 personen zwaar en 15 licht gewond. Vooral het personeel, dat op de locomotieven aan wezig was, werd hevig gewond, evenals eeni ge reizigers uit de voorste wagens. De voor ste wagens zelve werden zwaar beschadigd. Spoedig na het ongeval arriveerde een hulp- trein en talrijke saniteitscolonnes en brand weer en politie. Over den oorzaak is nog niets bekend. Te Klausenburg zijn gister twee ernstige vliegongelukken gebeurd. Bij een poging om van een hoogte van ongeveer 2000 M. met een parachute te dalen, weigerde de para chute te openen, zoodat de parachutist, een ingenieur, omkwam. Verder kwam een vlieg tuig, waarin twee officieren gezeten waren, tijdens de landing in botsing met een boom, met het gevolg, dat de beide inzittenden zware verwondingen bekwamen. De politie heeft ook Zondag de afzettingen in de omgeving van het verwoeste glazen paleis gehandhaafd. ,De beroepsbrandweer is sinds Zaterdag avond ingerukt, daarentegen wordt de na- blussching verricht door een wacht van vrij willigers, bestaande uit 12 man, die met 2 slangen ter plaatse zijn. Zondag moest zij nog eenige malen daadwerkelijk optreden, aangezien nog eenige kleine brandjes plaats hadden, waardoor veel rook werd ontwikkeld, hoewel Zaterdagavond en in den nacht op Zondag een zeer hevige regen den brand, naar het scheen, volledig had gebluscht. De directie der Münchener politie heeft gister nog niet het verwachte rapport uitge geven, daar, blijkbaar, het onderzoek nog niet beëindigd is. De autoriteiten zijn het er over eens, dat direct hulp moet worden ge boden. Zij zullen daartoe alles doen, wat in hun macht is, ten einde de door het ongeluk getroffenen zoo veel mogelijk schadeloos te stellen, en zoo spoedig mogelijk nieuwe ten toonstellingsruimten te verschaffen. De meest dringende taak zal zijn de door de cata- strophe in hun bestaan bedreigde artisten zoo spoedig mogelijk materieele hulp te ver schaffen. Omtrent den brand, die het glazen Paleis in de asch heeft gelegd, kan nog worden ge meld, dat het hier een nationale catastrophe geldt voor de Duitsche kunst. In totaal zijn 75 tentoonstellingszalen met ongeveer 3000 schilderijen verwoest Gered werden slechts 80 schilderstukken. Bij het blusschingswerk wer den 20 brandweerlieden gewond, die in de chirurgische kliniek zijn opgenomen. De telegraafagentschappen maken mel ding van de schitterende jaarlijksche vaandel parade, welke Zaterdag op de Horse Guards Parade het terrein voor Whitehall te Lon den) is gehouden in tegenwoordigheid des konings, die er voor het eerst sedert zijn ziekte wederom bij tegenwoordig was. Een ontzaglijke menigte sloeg het kleurige schouwspel gade, hetgeen eveneens door koningin Mary, prinses Mary en de hertogin van York werd bijgewoond. Ook alle klein kinderen des konings waren aanwezig. Toen koning George te paard naar 't ter rein reed, vergezeld van zijn zoons, de prins van Wales, de hertog van Vork en de hertog van Gloucester, steeg een luid gejuich uit de menigte op. Ook Lord Harewood, schoon zoon van den koning (echtgenoot van prinses Mary), alsmede 's konings neef, prins Arthur van Connaught, en de Earl of Athlone, broeder der koningin, reden in den stoet mede. Tot de buitenlandsche persoonlijkheden, die de parade bijwoonden, behoorden dr. Brüning, de Duitsche rijkskanselier en dr. Curtius, de Duitsche minister van buiten landsche zaken; zij sloegen het schouwspel van uit een der op de Horse Guards Parade uitziende vensters der Duitsche ambassade gade. In het geheel namen ongeveer 1800 man troepen aan de plechtigheid deel. Zaterdag werd te Rome vonnis gewezen in het proces tegen de communisten, die onge- van drie jaren geleden een bomaanslag op den Koning hebben beraamd en uitgevoerd. Drie der beklaagden werden tot twaalf jaar gevangenisstraf veroordeeld, terwijl drie andere tot straffen van 3 tot 6 jaren wer den veroordeeld. De aanslag was destijds gepleegd, toen de koning de jaarbeurs te Milaan zou inwijden. De bommen ontploften evenwel, voordat de koning ter plaatse was, richtten echter onder de aanwezige toeschouwers een afgrijselijk bloedbad aan. Twtingtig personen werden toen gedood, veertig gewond. alle beschrijving te boven Tot zoover deze brief. Het slot van de historie was aldus: Toen het meisje na een kwartier nog niet terug was, vonden de politiemannen het raadzaam in te grijpen. Men belde aan, doch.kreeg geen gehoor, ook op herhaald bellen niet. De mannen der wet achtten toen den tijd geko men, de deur open te laten breken. In de villa bleek niemand meer aanwezig te zijn. Op het naderen der politiemannen waren de bewoners blijkbaar door een achtertuin ge vlucht; het huis was leeg. Evenwel uit een vertrek klonken klagende vrouwenstemmen zwakjes naar boven, en toen men ook hier eer. deur forceerde, ontdekte men, dat achter deze deur een 7-tal jonge vrouwen en meisjes op gesloten zaten, waarbij ook reeds de bezoek ster van daareven. Welk een vreeselijk lot deze jonge vrouwen heeft bedreigd, laat zich denken. Men den'ke zich eens even in, in welken toestand deze meisjes tijdens haar op sluiting moeten hebben verkeerd. Of de poli tie er in geslaagd is, de illustre bewoners der villa te achterhalen vermeldt de historie niet STAKING OPGEHEVEN. De staking in de steenfabriek te Angeren is geëindigd. Het conflict betrof, gelijk be kend, een eisch om loonsverhooging. Men is nu tot overeenstemming gekomen door het zelfde loon te handhaven, doch bij iedere groep arbeiders een arbeidskracht meer in dienst te nemen, zoodat de werkzaamheden thans lichter zijn geworden. Op deze voorwaarden is de arbeid hervat. GEVAREN, DIE MEISJE BEDREIGEN. Zeven slachtoffers van vrouwen handelaars bevrijd. Aan welke gevaren alleenreizende dames en meisjes bloot staan en hoezeer de uiterste voorzichtigheid is geboden, vooral in inter nationale treinen, blijkt wel uit het avontuur, dat een 22-jarge onderwijzers uit Nijmegen overkwam op een vacantie-uitstapje naar Keulen. De „Graafschapsbode" publiceert een gedeelte van een brief, waarin zij vertelt, wat haar is overkomen: „In den trein naar Keulen, die dicht 'bezet was, raakte ik ongemerkt in gesprek met een paar charmante vriendelijke heeren, die zich zeer correct en hoffelijk gedroegen. Toen zij bemerkten, dat mijn reis naar Keulen ging, vertelden zij mij, dat zij in de buurt van het station Keulen een spoedbrief hadden af te geven, die via de posterijen niet meer tijdig ter plaatse kon zijn, en daarom eigenhandig bezorgd moest orden. Jammer vonden zij het, hierdoor genoodzaakt te zijn de prachtige sneltreinverbinding met een verder gelegen stad te moeten prijs geven. Zij vroegen mij toen langs een omweg, of ik het ook onbe scheiden zou vinden, •als men mij verzocht den brief in Keulen even te willen afgeven, desgewenscht gaarne tegen royale vergoe ding. De groote belangen, die zij zeiden, bij tijdige bezorging te hebben, rechtvaardigden die in alle opzichten. Waar het adres van be zorging vrij dicht bij het station was, liet ik mij bepraten, bedoelde heeren dezen dienst zonder eenige belooning te bewijzen. Er werd mij toen echter nadrukkelijk verzocht den brief niet in de bus te stoppen, doch af te geven uitsluitend aan „een dame" die zou open doen en zoo het geen dame was, die open deed, dan in geen val den brief af te geven, doch in dat geval even naar die dame te willen vragen, opdat zij toch vooral per soonlijk den brief in handen zou krijgen. Hel heele geval leek mij wel eenigszins vreemd, doch ik had het op mij genomen en zou dus aan den wensch der beide heeren voldoen. Toen ik even later in Keulen uitstapte, tikte een pater, die bij ons in den coupé gezeted hadrmij op den schouder en waarschuwde: „Weest u voorzichtig met die boodschap, dame- Het kan mogelijk geen kwaad, maar het heele geval komt mij min of meer ver dacht voor. Neemt u zich in acht. Men kan nooit weten!" Mijn Keulsche vriendin, die mij afhaalde, vertelde ik natuurlijk aanstonds het heele relaas en toen ook zij het eigenlijk maar half vertrouwde, besloten wij voor alle zeker heid de politie eens te raadplegen. Op het politiebureau vond men het aanvankelijk een vrij onschuldig geval. Niettemin vond men het evenwel gewenscht, een oogje in het zeil te houden. Het aangegeven adres werd nage zocht en bleek een riante villa te zijn. Beslo ten werd, dat mijn vriendin aan het hek zou wachten, terwijl een paar agenten zich ver dekt zouden opstellen. Aldus geschiedde. Toen ik aanbelde, deed een allerbeminnelijk ste dame open, die haar bijzondere blijdschap over het bezorgen van den brief te kennen kaf. Zij noodigde mij allervriendelijkst uit, even binnen te willen komen, op een dusdanig vriendelijken toon, dat ik het onbeleefd vond tfi weigeren. Maar wat toen gebeqrde, gaaj INBRAKEN TE GOOR EN OMGEVING. Door de marechaussee te Goor werd in den nacht van Vrijdag op Zaterdag een goede vangst gedaan. Zij hield een zwervenden Duitsoher aan, zekeren M. Hausmann, die niet in het bezit van papieren was. Bij overbrenging naar de kazerne zagen de politiemannen, dat H. een voorwerp weg wierp, later bleek het een portemonnaie te zijn. Zaterdagmorgen werden zij gewaar schuwd door den heer J. Terpstra, directeur der coöp. Zuivelfabriek Weddehoen, dat er bij hem was ingebroken en hij o.m. een porte monnaie vermiste. Daar den laatsten tijd te Goor en om streken herhaaldelijk werd ingebroken, zal nog moeten worden onderzocht of H. de dader is. LOONSVERLAGING IN DE MIJN- v INDUSTRIE. Protest van den Alg. Ned. Mijn werkersbond. Door den Aalgemeenen Nederlandschen Mijnwerkersbond is een brief aan de Con tact-commissie voor de Mijnindustrie verzon den, waarin erop wordt gewezen, dat het bondsbestuur in Bei berichten bereikten, dat aan vrijwel het geheele personeel der Oranje- Nassaumijnen en aan een deel der arbeiders van de overige particuliere mijnondernemin gen, loonsverlaging was aangezegd, terwijl ook thans aan een deel van het personeel der Staatsmijnen loonsverlaging is gegeven. Tegen deze aangekondigde loonsverlaging wordt door het hoofdbestuur van den Neder- i landschen Mijnwerkersbond ernstig gepro testeerd en intrekking gevorderd. 1 In den brief aan de Contact-commissie wordt erop gewezen, dat uit de gepubliceer de balansen der verschillende mijnonderne mingen is gebleken, dat over 1930 groote winsten zijn gemaakt, zoodat een loonsverla ging allerminst is gemotiveerd, en dit temeer, omdat de loonen der mijnwerkers in verhou ding tot die in andere Nederlandsche bedrij ven zeer laag zijn en de belooning zeker niet in overeenstemming is met den gevaarvollen en gezondheidsloopenden arbeid, dien de mijnwerkers moeten verrichten. Van loonen, die voor een deel der volwassen arbeiders niet eens twintig gulden per week bedragen, kan naar de meening van het hoofdbestuur niets af. Dat desondanks, ofschoon de mijnonderne mingen over het afgeloopen jaar een bruto winst van ruim twintig millioen gulden be haalden, men dergelijke lage loonen zonder overleg met de vakbonden wl verlagen, heefi groote verontwaardiging en verbittering bij de arbeiders verwekt. Het hoofdbestuur van den Ned Mijnwer kersbond meent dan ook intrekking, der opge legde loonsverlagingen te moeten vorderen JONGEN VERDRONKEN. Een drie-tal jongens uit het dorpje Wolter- sum (Gron.) had gisteren den geheelen mid dag gevoetbald en ging na afloop in de Woltersumsche Ee, aldaar, zwemmen. De af koeling is vrij zeker te plotseling geweest, althans de 14-jarige J. Meedema verdween in de diepte. Een poging van den 17-jarigen boerenknecht G. Velthuis om den knaap te redden mislukte. Met veel moeite gelukte het ten slotte den boerenknecht op het droge te brengen. De vader van J. Meedema was spoedig ter plaatse, doch moest, omdat hii niet kon duiken, van reddingspogingen af zien. Spo.edig arriveerde de heer W. R. van der Meer, arts te Ten Boer, die zich te water begaf en er bij een tweede poging in mocht slagen den jongen boven te brengen. Kunst matige ademhaling leverde evenwel geen re sultaat meer op. De arts kon slechl* den flaod constateren, t

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1931 | | pagina 1