Brieven uit Rome.
ÏMr SJ
Jimktfóckhtè^
Jieck óL Sxhoot
Brieven uit Rusland
Na afwisselend val en was trad op 14
September j.1. bij een stand van 10.87 m
N.A.P. val in en sindsdien is de rivier on
onderbroken blijven vallen, tot thans een
stand van 7.87 cm N.A.P. bereikt is. In
ruim een maand tijd is het water dus drie M
gevallen. Als gevolg hiervan zijn de uiicr-
waarden, die maandenlang black S®
hebben, geheel watervrij geworden en ff10
zandvlakten strekken zich langs de oeve.
van de rivier uit. De scheepvaart ondervindt,
tot nu toe nog geen hinder van den lagen wa
terstand, daar de vaargeul een vo doe™*
diepte heeft behouden. Naar de berK-hten
den Boven-Rijn te oordeelen, zal de lang
zame val voorloopig nog wel aanhouden.
DE MISLUKTE BANKROOF TE
ROTTERDAM.
Tweede dader nog voortvluchtig.
Het is de politie nog niet gelukt den twee
den dader van den overval op het bijkantoor
van de Incassobank aan den Goudschen Sin
gel te Rotterdam te vinden.
De aangehoudene, J. M zit nog steeds i
het politiebureau aan den Oppert opgesloten.
Herhaalde malen is hij reeds verhoord, maar
hij weigert den naam van zijn medeplicntige
te noemen.
Naar het „Dagblad van R'dam" verneemt,
heeft hij Zaterdag bezoek mogen ontvangen
van een broer. Deze heeft er bij hem op aan
gedrongen, om den nog voortvluchtige e
noemen, maar dit wilde hij niet doen.
Bij een gesprek, dat genoemd blad naa
met den vader en moeder van den gearres
teerde, vertelden dezen, dat zij zich voortdu-
r€nd suf verzinnen, om er achter te kunnen
komen, wie toch die tweede dader is.
Vroeger had de 20-jarige M. een vriend,
maar daar deze reeds lang op zee is, heeft
hij hem in een heelen tijd al niet meer ge
zien. En andere vrienden of kennissen had
hij, naar de ouders wisten, niet.
M. was reeds een heelen tijd verloofd en
bijna altijd met zijn meisje tezamen. Deze
laatste heeft ook niet het minste vermoeden,
in welke richting de mede-dader zou moeten
worden gezocht.
Verder verklaarden de ouders, dat zij maar
niet konden begrijpen, hoe hun zoon tot zoo
iets in staat kon zijn geweest. Ook was het
hun onbegrijpelijk, hoe hij aan de revolvers
was gekomen. Het is dan ook hun meening,
dat de „geheimzinnige" kameraad de leider
is geweest bij dezen overval.
Iets bijzonders hadden zij tevoren niet aan
(hun zoon bemerkt. Wel had hij een tijdje ge
leden een meubelzaakje op touw gezet, dat
niet zoo marcheerde, als hij gewild had.
Voor zoover bekend, bezocht hij zelden of
nooit een café; hij dronk niet en rookte even-
min.
Op den middag, dat om 5 uur de aanslag
plaats vond, is M tot even over half 5 thuis
geweest. Er was toen ook een zuster van
hem( die sinds haar huwelijk in de residentie
woont, op bezoek. Vrijwel gelijktijdig met
deze heeft hij de ouderlijke woning verlaten.
Den afstand van zijn huis in de Benthuizer-
straat tot aan de Incassobank op den Goud-
schensingel in acht genomen, moet hij zich
van huis uit vrijwel direct daarheen begeven
hebben; den medeplichtige zal hij daar dus
wel in de buurt hebben ontmoet.
Is de gevluchte de hoofddader?
De mogelijkheid, dat de nog voortvluchti
ge eigenlijk als de hoofddader van den over
val moet worden beschouwd, is stellig niet
uitgesloten. Bij het binnenkomen van de
Bank is de gearresteerde het eerst met zijn
revolvers voor de balie verschenen. Dit
maakte toen op het personeel een niet al te
ernstigen indruk. Daarna kwam de ander.
Deze was het ook, die tot M. gezegd heeft:
„Vooruit, doe je werk". Bij de vlucht, na de
komst van den banklooper, was de „onbe
kende" het eerst buiten.
Dat hij, evenals M., een Rotterdammer is,
lijkt vrijwel uitgesloten. Wanneer men in
aanmerking neemt, dat de „ander" zich nog
steeds onvindbaar heeft weten te maken en
ook, dat hij als de „leider" van den overval
zou moeten worden beschouwd, begint het
er op te lijken, dat deze bankoverval toch
niet zoo geheel „amateuristisch" is opgezet,
als aanvankelijk wel heeft geleken.
De geheimzinnige auto.
Zóó zou het er dan ook op gaan duiden,
dat de mogelijkheid van een auto, die de
bankroovers in veiligheid moest stellen, toch
niet geheel onwaarschijnlijk is. Het echtpaar
Rieff heeft eenige avonden vóór den overval
twee mannen in de nabijheid van de Bank
gezien; en ook zag het, toen zij in hun wo
ning vlak bij de Bank, direct na den overval
op het gebeurde attent werden gemaakt, een
auto rijden. Deze auto reed heel langzaam
en gaf signalen met een hoorn, niet met een
claxon. Voor dat langzaam rijden was geen
aanleiding en voor het toeteren ook niet,
daar er toen niet veel menschen of voertui
gen op den weg waren. Het toeteren maakte
op het echtpaar Rieff inderdaad den indruk,
of het zeer nadrukkelijk geschiedde, bijv. om
te waarschuwen. Het zou dus heelemaal niet
uitgesloten moeten worden geacht, dat de
autobestuurder waarschuwde voor den bank
looper, dien hij juist naar binnen had zien
gaan.
Vlak na dit toeteren, toen de auto lang
zaam reed, ging deze er ineens in zeer snelle
vaart vandoor.
Merkwaardig ook is het, dat de familie
Rieff op de voorgaande avonden twee man
nen gezien heeft, van wie de eene veel over
eenkomst vertoonde met den aangehoudene.
Er is bovendien nog een reden om te den
ken aan een nauwkeurig opgezetten overval
en aan een auto om te vluchten, wanneer
men zich herinnert, dat de aangehouden da
der bij zijn verhoor heeft gezegd, dat het
voorbeeld van den Amsterdamschen bank
overval hen geïnspireerd had.
Kind onder motorrijwiel.
Zondagmorgen omstreeks 11 uur- reed op
den Deventerstraatweg te Apeldcwni een
heer uit Apeldoorn met zijn motor in de ncn
ting Deventer, toen een vierjarig jongetje
plotseling den weg overstak en onderden
motor terecht kwam. Met een Jjjj?
wonde werd het kind naar het ziekenhuis te
Apeldoorn vervoerd.
Aan de gevolgen overleden.
De achttienjarige inwoner van Montfoort,
die Donderdag j.1. per rijwiel den Bilthoven-
schen weg overstak naar den Utrechtschen
weg en aangereden werd door een automobi
list uit Gouda, is in de Rijksklinieken te
Gouda heden aan de bekomen verwondingen
overleden.
Autobotsing; een gewonde.
Hedenmorgen omstreeks half elf heeft
ter hoogt evan de Deijl te Wassenaar
een ernstig verkeersongeluk plaats ge
had. De heer v. B. uit Amsterdam reed
daar met groote snelheid en kwam met
zijn rijwagen, doordat deze slipte, in bot
sing met een vrachtauto van den hout
handelaar van Hoeken uit Leiden.
De personenauto werd geheel vernield.
De heer v. B. bekwam zware verwondin
gen en is per ziekenauto naar het acade
misch ziekenhuis te Leiden vervoerd.
prostalj" voor een groot gedeelte moeten vol
doen. De „Dnjeprostalj" zal bestaan uil^eo 1
rij bedrijven van zeer groote afmennge
hoogovens, staalgieterijen, staalpletter
enz. De productie van gietijzer zal 1 220.wu
ihiervan zullen 1 mil-
heid zal beginnen te draaien, ligt dus in een
min of meer verre toekomst.
Dr. BORIS RAPTSCHINSKY.
ver-
VERKEERSONGEVALLEN.
Door een motorfiets aangereden.
Zaterdagavond is onder Britsum (Fr.) de
22-jarige Ynema, die aan den kant van den
weg bezig was een fietslantaarn te herstel
len, aangereden door een motorrijder, smids
knecht te Makkum. Ynema werd een eind
meegesleept, zwaar aan het hoofd gewond en
j ^5? been. In bewusteloozen toestand
werd hij naar het Diaconessenhuis te Leeu
warden vervoerd. De motorrijder werd licht
gewond.
DE „DNJEPROSTROJ",
Onder de groote ondernemingen, welke nu
in Rusland verrijzen en, volgens de meening
van de bolsjewiki, het industrieele Westen
van Europa en zelfs Amerika in de schaduw
zouden stellen (de bolsjewistische leus is:
dognatj in peregnatj, d.w.z. inhalen en achter
zich laten), neemt het geweldige complex, dat
meestal met den naam „Dnjeprostrojaange
duid wordt, een der belangrijkste plaatsen in.
De benaming „Dnjeprostroj" is eigenlijk on
juist, omdat de „Dnjeprostroj" in de eigenlij-
ge beteekenis van het woord slechts een on
derdeel van het geheel is, dat in Rusland
„Dnjeprocombinat" (een combinatie van in
dustrieele ondernemingen aan de rivier van
Dnjepr) wordt genoemd. De „Dnjeprostroj"
zelf is een geweldige electrische centrale, die
al de fabrieken van de „combinatie" van elek
triciteit zal hebben te voorzien. De electrici-
teit zal daarbij gewonnen worden door het
plaatsen van een stuwdam in den Dnjepr ten
Zuiden van de stad Jekaterinoslaw (nu
„Dnjepropetrowsk" genoemd), waar de ri
vier door eenige rijen klippen (in het Rus
sisch „porogi", d.w.z. „drempels", genaamd)
afgesloten wordt, zoodat elke scheepvaart
onmogelijk is.
Dergelijke electrische centrales bestaan
reeds in Rusland. De meest bekende (tevens
de oudste) is de Wolchowstroj, waar de elec-
triciteit gewonnen wordt door het opstuwen
van de rivier de Wolchow (in de buurt van
Nowgorod, in Noord-Westelijk Rusland). Op
het oogenblik worden nog eenige dergelijke
„stroj's" (stroj beteekent in het Russisch
„bouw") gebouwd of ontworpen.
De „Dnjeprostroj" nadert reeds zijn vol
tooiing. In een verlaten streek, waar vroeger
de steppe zich eindeloos van horizon tot ho
rizon uitstrekte, en slechts hier en daar klei
ne boerenhutten eenzaam te midden van ak
kers stonden, zijn nu eenige dorpen verrezen,
waar de duizenden arbeiders wonen, die de
electrische centrale en de verschillende fa
brieken bouwen. Overal ziet ge bergen
bouwmaterialen, gebouwen in alle stadia en
alle afmetingen (sommige dier gebouwen
zijn zoo groot, dat zij inderdaad tot de aller
grootste in de wereld behooren), steenen pa
len van het toekomstige electrische net enz.
Het grootsche werk beslaat een oppervlakte
van plm. 35 vierkante kilometer. De rivier is
door een hoogen dijk afgesloten, een breede
brug verbindt beide oevers, een geweldig ge
bouw, de eigenlijke centrale, verheft zich te
midden van de talrijke bijgebouwen. In De
cember zal het water tot een hoogte van 45
Meter opgestuwd zijn. In het gebouw worden
groote turbines gemonteerd en binnen eenige
maanden zal de centrale kunnen beginnen te
werken, zal zij electriciteit kunnen leveren.
De „Dnjeprostroj" is echter slechts mid-
-del, geen doel. Hij zal beweegkracht vei"'
schaffen aan de „Dnjeprocombinat", de ver
schillende groote ondernemingen, die in een
radius om de centrale moeten verrijzen en sa
men met de dorpen voor de werklieden een
oppervlakte zullen beslaan van 50 vierkante
kilometer. De „Dnjeprocombinat" zal be
staan uit ondernemingen die gedeeltelijk on
derling verbonden zullen zijn, elkaar zullen
aanvullen, gedeeltelijk een volkomen onaf
hankelijk bestaan zullen leiden; ten slotte ko
men daar verschillende hulpbedrijven (her
stellingswerken e.d.) en de talrijke instellin
gen, die zulk een geweldig complex zullen
hebben te bedienen. De belangrijkste onder
nemingen zullen zijn: 1. „Dnjeprostalj", een
groote staalfabriek, „Koksocombi^at" (een
cokescentrale van geweldige afmetingen en
capaciteit), ijzergieterijen, aluminiumfabrie-
ken, cementfabrieken. Een speciale spoorweg
zal al die fabrieken en werkplaatsen met een
hoofdspoorweg verbinden, de noodige
grondstoffen, levensmiddelen enz. aanvoeren
en de vervaardigde producten en halffabri
katen naar het binnenland en de havens weg
voeren.
Voor ons liggen uitvoerige gegevens over
elk dier toekomstige bedrijven, de plannen
voor de productie, distributie enz. Wij zullen
den lezer al die statistische bijzonderheden
sparen en ons beperken tot eenige, allerbe
langrijkste mededeelingen over de bedrijven
en slechts die cijfers plaatsen, welke den le
zer een beeld kunnen geven van de grootsche
plannen.
De belangrijkste der ondernemingen van
de „Dnjeprocombinat" is de „Dnjeprostalj",
die de grootste staalfabriek van Rusland be-
dooft te worden en daarbij staal van de beste
kwaliteit zal vervaardigen. Goede staal wordt
nu in Rusland in onvoldoende hoeveelheid ge
produceerd, in elk geval te weinig voor de
groote machinefabrieken die nu verrijzen. De
tegenwoordige productie van staal van goe
de kwaliteit wordt geschat op 285.000 ton en
daarom moet het land veel staal uit het
buitenland invoeren. Na de voltooiing van de
talrijke nieuwe machinefabrieken zal de be
hoefte aan staal aanzienlijk stijgen en in de
toekomst zal die behoefte steeds blijven stij-
1 gen. Aan deze behoefte zal nu de „Dnje-
ton per jaar bedragen;
lioen ton staal van de beste kwaliteit
vaardigd kunnen worden, althans volgens de
planen. Het bedrijf zal aan 15.000 arbeiders
en 1000 ingenieurs werk verschaffen.
Van de overige bedrijven verdient afzon
derlijke, zij het zeer vluchtige, bespreking de
„Aluminiumcombinat". De productie ervan
wordt geschat op 20.000 ton per jaar. Het
wordt dus een der machtigste alumimumfa-
brieken in de wereld. En terwijl deze fabrie
ken zich nog in het beginstadium van de uit
voering bevinden, wordt er reeds gesproken
over de wenschelijkheid, de productiekracht
van het bedrijf te verdubbelen.
De totale kosten van de „Dnjeprocombi
nat" worden geraamd op 700 millioen roe
bel. Voegen wij daarbij de kosten van den
„Dnjeprostroj", d.w.z. van de centrale, die al
deze fabrieken zal moeten voeden, dan ver
krijgen wij een bedrag van 1 milliard roebel.
Nemen wij in aanmerking den zeer precairen
toestand der staatsfinanciën van de Sovjet-
Unie en de onmogelijkheid onder de tegen
woordige omstandigheden in het buitenland
een groote leening op te nemen, dan begrij
pen wij, welke hooge eischen de bouw van
dit geweldig complex aan de schatkist stelt.
En daarbij willen de bolsjewiki dat werk in
twee jaar voltooien, hetgeen de spanning
nog grooter maakt Bedenken wij daarbij, dat
tegelijkertijd ook andere industrieele kolos
sen opgericht of voorbereid worden, dan
wordt het voor iedereen duidelijk, dat de
bolsjewiki iets onmogelijks willen bereiken.
Behalve de onoverkomelijke financieele moei
lijkheden komen nog andere hinderpalen. De
allerbelangrijkste is het tekort aan werk
krachten. De leiders van de „Dnjeprocombi
nat" hebben 3040 duizend bouwarbeiders
noodig en de overheid kan met den besten
wil ter wereld niet zooveel werklieden bezor
gen.
De resultaten liggen voor de hand. Er
was een tijd, dat de „Dnjeprostroj" de alge-
meene aandacht van het publiek in Rusland
en, wat van veel meer belang is, van de sov
jet-regeering had genoten. In dien tijd kreeg
de leider van het werk de noodige sommen
en werklieden. Den laatsten tijd is hierin
een verandering gekomen. Er worden nu te
gelijkertijd eenige combinaten gebouwd en
sommige dier ondernemingen zijn gevaarlij'
ke concurrenten voor het werk aan den
Dnjepr geworden. In het bijzonder geldt dit
het „Koezbas" en den „Magnitogrosk". De
gevolgen van deze verslapping van de be
langstelling van de overheid, die zich uit in
vertraging van het verleenen van credieten en
het verschaffen van de noodige arbeidskrach
ten, laten zich sterk voelen. De „Dnjepro
stroj" nadert reeds zijn voltooiing en alles
wijst erop, dat deze geweldige electrische
centrale binnen afzienbaren tijd klaar zal
zijn en zal kunnen beginnen te werken, maar
ze zal geen afnemers van haar electrische
kracht hebben! De bouw van de „Dnjepro
combinat". dus van het complex fabrieken,
die door ae centrale gevoed zullen moeten
worden en waarvoor zij eigenlijk gebouwd
wordt, wordt verwaarloosd en vordert uiterst
langzaam. Om te begrijpen, hoe groot het
verschil in intensiteit tusschen den bouw
van de electrische centrale en de fabrieken
is, is voldoende te weten, dat terwijl de bouw
van den „Dnjeprostroj" goede vorderingen
maakt, de „Dnjeprocombinat" slechts voor 20
pCt. van het plan (voor 1931) gevorderd is.
Het staat dus nu vast, dat de centrale lan
gen tijd onproductief zal blijven, dat de
stroom, die ten koste van zooveel inspan
ning verkregen zal zijn, geen afnemers zal
hebben. Er is een „schaar" ontstaan, waar
van de punten zich steeds meer en meer van
elkaar verwijderen.
Merkwaardig is daarbij de volgende eigen
aardigheid, die wij overigens aan alle bols
jewistische werken waarnemen. De bolsjewi
ki beweren, dat in het kapitalistische Westen
een chaos heerscht, dat niemand rekening
houdt met hetgeen zijn buurman doet, ten
gevolge waarvan niet het minste verbanc
tusschen de afzonderlijke bedrijven bestaat
In Sovjet-Rusland daarentegen, zeggen zij
bestaat „planmatigheid", alles geschiedt vol
gens een vooraf vastgesteld plan, waarbij
elke kleinigheid vooruit berekend is, er is
dan ook geen plaats voor een chaos. In wer
kelijkheid lukt het den bolsjewiki nooit die
„planmatigheid" door te voeren en al spoe
dig ontstaat er een gapende hiaat tusschen
de afzonderlijke werken. Dit wordt nu ook
door het werk aan den Dnjepr duidelijk ge
demonstreerd. De kern van het complex is de
„Dnjeprostalj", de kern van dz laatste on
derneming vormt het complex van de hoog
ovens. Zoolang die hoogovens niet klaar
zijn, kan het geheele bedrijf niets uitvoeren.
En.wat zien wij nu? Van de 5 hoogovens
heeft slechts één een hoogte bereikt van 30
Meter, de tweede heeft nog geen 15 Meter,
aan de overige is men nog niet eens begon
nen te werken. En intusschen zijn de gebou
wen, waar de staal uit deze hoogovens ver
werkt zal moeten worden, veel verder gevor
derd. Er zal dus onvermijdelijk een vertra
ging komen en de fabrieken met hun zeer
kostbare machines en overige inrichting zul
len langen tijd werkloos blijven. En die ver
traging zal van zeer langen duur zijn, omdat
de sovjet-fabriek, die de ijzerconstructies
voor twee der hoogovens moet leveren, deze
voorloopig niet leveren kan en voor de overi
ge hoogovens zijn die ijzeren constructies nog
niet eens besteld en geen enkel Russisch be
drijf is in staat ze te leveren. En zulke tekor
ten zijn er in elk onderdeel van het bedrijf te
constateeren. Het gevolg iseen chaos, zooals
in geen enkel kapitalistisch land denkbaar is.
Het chaotische wordt geaccentueerd door
een rij omstandigheden, die een eigenaardig
licht op de sovjet-„planmatigheid" werpen.
De „Dnjeprostroj" krijgt meer werklieden
dan de leiders noodig hebben en de „Dnje
procombinat" slechts 53 pCt. Op den „Dnje
prostroj" bedraagt het gemiddelde loon 83.6
roebel en op de „Dnjeprocombinat" slechts
72.9 roebel. Het is dus begrijpelijk, dat de
„combinat", die zulk een behoefte aan werk
krachten heeft, minder arbeiders krijgt dan
de electrische centrale. En zulke feiten zijn
er zeer veel. De dag, waarop de geweldige
onderneming aan den Dnjepr in werkelijk-
Toen de Paus bij het laatste conflict met
den fascistischen Staat liet bekend maken,
dat ten teeken van rouw over de beleedigin-
gen, de H. Stoel aangedaan, de feesten ter
eere van het zevenjarige eeuwfeest van An-
tonius van Padua niet zouden gevierd wor
den, ging er een schok van teleurstelling door
geheel Italië, want de kleine fransciskaner
monnik, die voor zooveel eeuwen in een ar
moedige pij Padua binnenkwam, voerde geen
andere bagage met zich dan een schat van
goedheid, die hij kwistig rondstrooide, vooral
onder de armen en verdrukten en daardoor
leeft deze „wonderdoener", zooals hij ge-
noemd wordt, nog voort in de harten van het
dankbare volk alsof hij eerst gisteren uit zijn
midden is heen gegaan of nog onder hen
leeft en werkt.
En doet hij dit ook nog niet heden? Is er
wel één heilige zóó populair? Zeker is er in
dit land geen, wiens hulp meer wordt inge
roepen en wien zooveel geld voor zijn armen
wordt toegestopt, als hij een verloren voor
werp terugbezorgt of een zieke geneest. Van
geen heilige worden zoo ontelbaar vele won
deren verteld als van dezen vromen Portu
gees, die op dit schiereiland een tweede va
derland vond. Maar ons schijnt wel het
grootste wonder, dat deze nietig uitziende en
ziekelijke minderbroeder Ezzelino, tiran van
Vicenza, bekeerde!
Deze Ezzelino woedde in zijn kleine staat
erger dan een Nero en Calligula; elf duizend
menschen liet hij tijdens zijn regeering op de
meest afschuwelijke wijze ombrengen; man
nen en vrouwen, ouders en kinderen werden
door dezen onmensch op de wreedste wijze
gemarteld. Tijdgenooten schreven over de
zen XIII eeuwer „de Booze zelf zal de vader
van dit monster zijn geweest". En op zekeren
dag gaat de arme kloosterbroeder Antonius
naar dezen heerscher en geweldenaar en
treedt barrevoets en alleen tot voor zijn troon.
Zóó groot was de macht, die van dezen nede-
rigen monnik uitgaat, dat de wachters het
niet wagen hem tegen te houden. Antonius
spreekt tegen den dwingeland in naam van
God om het onderdrukte volk te verdedigen
en hij dreigt den tiran met alle straffen van
de hel; zijn tong vindt de scherpste woorden
de hovelingen staan ontzet: dat hun mees
ter hun niet een teeken geeft den broeder in
stukken te houwen? Niets hiervan! Ezzelino
verbleekt en hij knielt op den grond; hij
grijpt het koord dat langs de pij van Anto
nius afhangt; dit doet hij om den hals ten
teeken van onderwerping en boete, op nedri-
gen toon vraagt hij vergiffenis.
De heilige heeft overwonnen, de verdrukten
en gevangenen worden bevrijd, de beroofden
krijgen hun rechtmatig eigendom terug, tra
nen worden gedroogd, geleden onrecht her
steld. Ezzelino is een ander mensch gewor
den.
Wij kunnen niet de geweldige geestelijke
kracht benaderen, die van dezen mensch uit
ging, maar door bovengenoemd feit, dat in de
kronieken geboekt is, begrijpen wij toch iets
van de grootheid van den mensch boven
wiens sterfelijk overschot een zoo heerlijke
tempel verrees, waar jaarlijks duizenden ter
bedevaart heen gaan en die op dezen blijden
zomerdag door honderdduizenden dankbaar
herdacht werd.
Padua, het bijna levenlooze Padua, leverde
dezen feestdag een onvergetelijken aanblik.
In drommen was het landvolk uit de provin
cie gekomen; in hun veelkleurige kleeren
scheen ons die volksmassa weggeloopen van
een schilderij der oude Venetianen; alle stra
ten en pleinen waren vol menschen. Zij ver
drongen zich voor de vensters en op de daken
en juichten geestdriftig de banier toe, die in
het midden van de processie gedragen werd
de banier van den heiligen Antonius hun
geliefden „wonderdoener De processie
schreed in 't gouden licht van den warmen
middag langzaam door de straten een re
gen van bloemen begroette overal het beeld
van den „Santo" en de wagen waarop onder
de baldakijn het Heilig Sacrament troonde.
Als een droom van glorie en geloof trok zij
voorbij aan het bronzen ruiterstandbeeld van
Donatello en het scheen wel dat Gattamelata,
de dappere „condottiere" van de Venetiaan-
sche republiek, daar neer wat gezet om het
af- en aanvloeien te regelen van die ontzag
lijke menigte wier enthousiasme bijna be
angstigend was.
Ja waarlijk, Mussolini had wel gelijk bij
tijds vrede met het Vaticaan te sluiten zoodat
de Antonius-feesten hun loop konden heb
ben! Het Italiaansche volk zou het den zwart
hemden niet vergeven hebben als hun gelief
de Heilige te kort was gedaan aan bewijzen
van hulde en dankbaarheid. Een slecht voor
teeken zouden zij hierin gezien hebben, maar
nu was alles pais en vrede en uit het anders
zoo stille Padua steeg met de wierook en
't gezang der geestelijken en monniken een
vlam van dankbare liefde omhoog, die de
eeuwen door zal blijven lichten, zelfs al werd
het graf van den „wonderdoener" door ruwe
horden vernield en de basiliek met den grond
gelijk gemaakt.
ETHA FLES.
ds. Klaver heeft daar oude herinner!*
zijn oudsten voorganger,
Lapma, opgehaald, en mvr. KlavJT11'^
kleed als eenmaal Sapma's ,,huïnhee}0
gedicht voorgedragen. Het Svr""-
„Ons Godsdienstig Leven"
omstreken is Zaterdag in een feest^v
schenen. ^^1
Domi
weeki?
DE KWESTIE VAN DEN HFI r\
Het weekblad „Oorlog en Vrede"
dat de leger- en vlootpredikant in a,
nen dienst ds. H. Janssen de voor!! ?eV'
van den kerkeraad der Doopspezin^38^
meente te Den Helder, dat nlde e
vlootpredikant zou komen als DreHiu «t
zonder koloniel Van Hengel (men zie' T
gen van het Kamerlid Marchant) heen Vrj'
vaard, en voorgesteld heeft, het nnT^11'
op 20 of op 26 October te houden rho,1(i
AMSTERDAMSCHE AARDAPPPT>
PRIJZEN. 1EL-
AMSTERDAM, 20 Oct 1931. Od de v
den gehouden aardappelenmarkt waren
prijzen onveranderd. Aanvoer 1 ladin*
prijzen onveranderd. Aanvoer 1 ladino-
de 700 H L.
PURMEREND, 20 Oct. 1931. Op de he^
gehouden weekmarkt waren aanvoer en .2?
zen als volgt: "t I
Kaas. 3 stapels Fabriekskaas f 28, i;
pels Boerenkaas 31, in totaal 21
wegende 11000 K G. Handel matig uïï
K.G. Boter 1.10-/ 1.40 per K G.
Vee. 599 Runderen, w o. 420 vette 07il
0.80 per K.G., handel matig; 137 Mei.*
Geldekoeien f 140—330, handel sttiV 2
Stieren; 25 Paarden 80— 200, ha'mtj
stug; 23 Vette kalveren 1—/ 1.20,
stug; 222 Nuchtere kalveren, slacht
30, fok f 12—24, handel stug; 598 Ve
varkens, voor de zouterij 30—32 cent
voor de slacht 3642 cent oer K G., hano
vlug; 82 Magere varkens f 10— f 24, /,3n,
del stug; 280 Biggen 7—II, handil
vlug; 1200 Schapen f 20—31. handel stug-
40 Bokken; Kipeieren 5.50— f 615;
eieren 3.85; Piepkuikens 55—75 cent per
K.G. en 444 Ganzen 4— 4.75.
Eierenveiling. 19126 stuks Kipeieren t
5.40—7.20; 5957 stuks Kipeieren b 33)
4.40; 4189 stuks Eendeieren f 4.
BROEK OP LANGENDIJK, 20 Od 31.
Langer,dijker Groentenveilmg. 1800 stuh
Bloemkool (Lecerf) 0.80—f 1.50 en 1850J
Reuze 0.70—f 3.20 per 100 stuks; 1600
K-OPeen 2.20; 7000 K.G. Roode Kooi
060-/ 1.90 2000 K.G. Gele Kool f 1.50;
2400 K.G. Witte Kool 060; 3500 Kt
Deensche Witte Kool 1; 16000 K.G. Uia
V1®3403.30, Grove Uien f 2.70-
f i 2 210 Nep f M
5 f0> J30 K.G. Slaboonen 20.30-
f 24; 650 K.G. iBeten f l!201 80; 109
K.G. Rammenas 2.302.40; 200 Jf.Gl
Aardappelen: Blauwe f 2.20, alles p. m
<G.
PURMEREND. 19 Oct. 1931. „AUtm
Beemster, Purtnerend en Omstreken
appelen: Blauwe 1.23 per zak, 25 K.G;
Slaboonen- dubbele 2.903.65, dubbe»
z. dr. 2.60— f 3.90 pei zak, 15 K.O.; Suf
boonen Stok (kas) f 3.60—f 690; i
;breede) 0.45f 3 per zak, 15 K
maten- A 1.85—f 2.56. B 1.85-f 21
en C 0.421.46 per 10 K G.; Bloemta
f 2f 6 per 100; Spruitkool 060— f 1.8
per 15 K G.; Boerekool 0.4Ó per kist; Sp?
nazie f 0.101.06 per mand, 6 K G.; P#
telein 42—84 cent per K.G.; Sla 0.40-
2 60 per 100 krop; Andijvie 10——45 eer
per kistSelderfie 14 per 100 bos; B*
ten f 5— ƒ7.50 per 1Ö00; Wortelen f 31
7 60 per 100 bos; Uien 60—75 cent p
25 K G.; Uien drielingen f 0.45062 pt
25 K G.;Druiven Alicant 0.260.42 in
K.G. Appels: Wesilandsche Bellefleur
8; Brabantsche Bellefleur 49;
Zoete Bellefleur 3—8; Bismarck-app^
f 3—10; Bramley Seedling 3— f 10;
Groninger Kroon 3—9; Zoete appeto
4—10; Notaris-appel 410; Present
van Engeland 3— 16; Reinette. goud M
f 18; RReinette, oranje 28; Ster
appel 6— ƒ16; Transparante de Croaaei
f 216, alles per 100 K.G. Peren- Few
Superfin 716; Boerengroen f
8.50: Calabasse de Tirlemont 11--/®'
Comtesse de Paris 4—11ConseiHet
la Cour 12—29; Beurre Clargau
f 34; Doyenné du Comlce 14f 29; D
randeau 6—15; St. Germain peer fj
6.50; Gieser Wildeman 6—11;
perveen 4.50—7; Nouveau Poiteau H
27Soldat Laboureur 1028, al"
per 100 K O.
NOORDSCHARWOUDE, 19 Oct. 10f;
2800 K.G. Aardappelen: Groote Schots®
2.10; Schotsche Muizen 7.70; Drielinf
8.10; R. Duken 2.10; Eigenhui®®
2.60; 2900 K.G. Uien, Gele Nep f
5.20; Drielingen 2—2 50; Uien
2.90; Grove Uien 2.80; 3700 k
Peen 1.80—2; 2500 K.G. Roode
0.60; 4500 K.G. Gew. Witte Kool W*
alles fier 100 K.G.
WIJDENES, 19 Oct. 1931. Veiling'""
Nu het aantal leerlingen der r. k
school te Egmondbinnen over 1931 het
wettelijke aantal voor 4 onderwijzers te
boven gaat, is er een oproep gedaan voor
een vijfde leerkracht.
Prof. dr. J. Severijn, benoemd tot
hoogleeraar in de faculteit der godgeleerd
heid aan de rijksuniversiteit te Utrecht heeft
gister zijn ambt aanvaard met het uitspre
ken eener rede over „De methode der gods
dienstwetenschap".
REMONSTR. GEREF. GEM. TE HOORN
Zondagochtend heeft de remonstr. geref
gem. te Hoorn haar derde eeuwfeest gevierd
de predikant der gemeente hield voor een
zeer volle kerk een herdenkingsrede. Aanwe
zig waren predikanten en ander gemeenten
van verscheiden remonstr. gemeenten, voorts
burgemeester en wethouders van Hoorn en
afgevaardigden der hervormde luthersche en
doopsgezinde gemeenten. Des middags was
er een feestelijke bijeenkomst in „de Doelen"
dersbelang. Druiven 30—34Per»
f 16; Appelen 1018; Snijbo^
16-/ 19; Slaboonen 18-/ 33; AiKT
12; Bloemkool 1.902.
ZAANDAM, 19 Oct. 1931. Veiling
„De Zaanstreek". Andijvie 2840 c»U
kist; Peen 514—8 cent per bos;
2—3 cent per bos; Selderie 2—3 cenMi
bos; Prei 414—714 cent per bos; Bloe®
le s. 414 cent per stuk; Komkommers9^,
per tsuk; Spinazie 0.66—1 Pfr,klRiit
Postelein 80—94 cent per kleine kist; v.
kool 3660 cent per kist; Roode
cent per stuk; Groene Kool 4—6
stuk; Stoofperen 214—514 cent pef JzU
Spruiten 214—514 cent p. pond;
915 cent per pond; Druiven 18—*'
P®r Pond.
BEVERWIJK, 19 Oct. 1931. SM%t:
12—38 cent; dikke boonen 14—25 A
enk. m. n z. dr. 14—30 cent; Tomaten
cent en Spruiten 314 cent per K D-i
ven 12—20 cent per pond; Sla 35— - cejt;
Andijvie 30—60 cent; Postelein s--1
Spinazie 20—95 cent per kist; Peen..,-!
cent; Prei 715 cent pier bos; Soep* p
7 cent; Bloemkool 1—6 cent pe^^j^
Dorüomaten 11 60—f 5 per
100 P°