Brieven uit Rome. ÏMr SJ Jimktfóckhtè^ Jieck óL Sxhoot Brieven uit Rusland Na afwisselend val en was trad op 14 September j.1. bij een stand van 10.87 m N.A.P. val in en sindsdien is de rivier on onderbroken blijven vallen, tot thans een stand van 7.87 cm N.A.P. bereikt is. In ruim een maand tijd is het water dus drie M gevallen. Als gevolg hiervan zijn de uiicr- waarden, die maandenlang black S® hebben, geheel watervrij geworden en ff10 zandvlakten strekken zich langs de oeve. van de rivier uit. De scheepvaart ondervindt, tot nu toe nog geen hinder van den lagen wa terstand, daar de vaargeul een vo doe™* diepte heeft behouden. Naar de berK-hten den Boven-Rijn te oordeelen, zal de lang zame val voorloopig nog wel aanhouden. DE MISLUKTE BANKROOF TE ROTTERDAM. Tweede dader nog voortvluchtig. Het is de politie nog niet gelukt den twee den dader van den overval op het bijkantoor van de Incassobank aan den Goudschen Sin gel te Rotterdam te vinden. De aangehoudene, J. M zit nog steeds i het politiebureau aan den Oppert opgesloten. Herhaalde malen is hij reeds verhoord, maar hij weigert den naam van zijn medeplicntige te noemen. Naar het „Dagblad van R'dam" verneemt, heeft hij Zaterdag bezoek mogen ontvangen van een broer. Deze heeft er bij hem op aan gedrongen, om den nog voortvluchtige e noemen, maar dit wilde hij niet doen. Bij een gesprek, dat genoemd blad naa met den vader en moeder van den gearres teerde, vertelden dezen, dat zij zich voortdu- r€nd suf verzinnen, om er achter te kunnen komen, wie toch die tweede dader is. Vroeger had de 20-jarige M. een vriend, maar daar deze reeds lang op zee is, heeft hij hem in een heelen tijd al niet meer ge zien. En andere vrienden of kennissen had hij, naar de ouders wisten, niet. M. was reeds een heelen tijd verloofd en bijna altijd met zijn meisje tezamen. Deze laatste heeft ook niet het minste vermoeden, in welke richting de mede-dader zou moeten worden gezocht. Verder verklaarden de ouders, dat zij maar niet konden begrijpen, hoe hun zoon tot zoo iets in staat kon zijn geweest. Ook was het hun onbegrijpelijk, hoe hij aan de revolvers was gekomen. Het is dan ook hun meening, dat de „geheimzinnige" kameraad de leider is geweest bij dezen overval. Iets bijzonders hadden zij tevoren niet aan (hun zoon bemerkt. Wel had hij een tijdje ge leden een meubelzaakje op touw gezet, dat niet zoo marcheerde, als hij gewild had. Voor zoover bekend, bezocht hij zelden of nooit een café; hij dronk niet en rookte even- min. Op den middag, dat om 5 uur de aanslag plaats vond, is M tot even over half 5 thuis geweest. Er was toen ook een zuster van hem( die sinds haar huwelijk in de residentie woont, op bezoek. Vrijwel gelijktijdig met deze heeft hij de ouderlijke woning verlaten. Den afstand van zijn huis in de Benthuizer- straat tot aan de Incassobank op den Goud- schensingel in acht genomen, moet hij zich van huis uit vrijwel direct daarheen begeven hebben; den medeplichtige zal hij daar dus wel in de buurt hebben ontmoet. Is de gevluchte de hoofddader? De mogelijkheid, dat de nog voortvluchti ge eigenlijk als de hoofddader van den over val moet worden beschouwd, is stellig niet uitgesloten. Bij het binnenkomen van de Bank is de gearresteerde het eerst met zijn revolvers voor de balie verschenen. Dit maakte toen op het personeel een niet al te ernstigen indruk. Daarna kwam de ander. Deze was het ook, die tot M. gezegd heeft: „Vooruit, doe je werk". Bij de vlucht, na de komst van den banklooper, was de „onbe kende" het eerst buiten. Dat hij, evenals M., een Rotterdammer is, lijkt vrijwel uitgesloten. Wanneer men in aanmerking neemt, dat de „ander" zich nog steeds onvindbaar heeft weten te maken en ook, dat hij als de „leider" van den overval zou moeten worden beschouwd, begint het er op te lijken, dat deze bankoverval toch niet zoo geheel „amateuristisch" is opgezet, als aanvankelijk wel heeft geleken. De geheimzinnige auto. Zóó zou het er dan ook op gaan duiden, dat de mogelijkheid van een auto, die de bankroovers in veiligheid moest stellen, toch niet geheel onwaarschijnlijk is. Het echtpaar Rieff heeft eenige avonden vóór den overval twee mannen in de nabijheid van de Bank gezien; en ook zag het, toen zij in hun wo ning vlak bij de Bank, direct na den overval op het gebeurde attent werden gemaakt, een auto rijden. Deze auto reed heel langzaam en gaf signalen met een hoorn, niet met een claxon. Voor dat langzaam rijden was geen aanleiding en voor het toeteren ook niet, daar er toen niet veel menschen of voertui gen op den weg waren. Het toeteren maakte op het echtpaar Rieff inderdaad den indruk, of het zeer nadrukkelijk geschiedde, bijv. om te waarschuwen. Het zou dus heelemaal niet uitgesloten moeten worden geacht, dat de autobestuurder waarschuwde voor den bank looper, dien hij juist naar binnen had zien gaan. Vlak na dit toeteren, toen de auto lang zaam reed, ging deze er ineens in zeer snelle vaart vandoor. Merkwaardig ook is het, dat de familie Rieff op de voorgaande avonden twee man nen gezien heeft, van wie de eene veel over eenkomst vertoonde met den aangehoudene. Er is bovendien nog een reden om te den ken aan een nauwkeurig opgezetten overval en aan een auto om te vluchten, wanneer men zich herinnert, dat de aangehouden da der bij zijn verhoor heeft gezegd, dat het voorbeeld van den Amsterdamschen bank overval hen geïnspireerd had. Kind onder motorrijwiel. Zondagmorgen omstreeks 11 uur- reed op den Deventerstraatweg te Apeldcwni een heer uit Apeldoorn met zijn motor in de ncn ting Deventer, toen een vierjarig jongetje plotseling den weg overstak en onderden motor terecht kwam. Met een Jjjj? wonde werd het kind naar het ziekenhuis te Apeldoorn vervoerd. Aan de gevolgen overleden. De achttienjarige inwoner van Montfoort, die Donderdag j.1. per rijwiel den Bilthoven- schen weg overstak naar den Utrechtschen weg en aangereden werd door een automobi list uit Gouda, is in de Rijksklinieken te Gouda heden aan de bekomen verwondingen overleden. Autobotsing; een gewonde. Hedenmorgen omstreeks half elf heeft ter hoogt evan de Deijl te Wassenaar een ernstig verkeersongeluk plaats ge had. De heer v. B. uit Amsterdam reed daar met groote snelheid en kwam met zijn rijwagen, doordat deze slipte, in bot sing met een vrachtauto van den hout handelaar van Hoeken uit Leiden. De personenauto werd geheel vernield. De heer v. B. bekwam zware verwondin gen en is per ziekenauto naar het acade misch ziekenhuis te Leiden vervoerd. prostalj" voor een groot gedeelte moeten vol doen. De „Dnjeprostalj" zal bestaan uil^eo 1 rij bedrijven van zeer groote afmennge hoogovens, staalgieterijen, staalpletter enz. De productie van gietijzer zal 1 220.wu ihiervan zullen 1 mil- heid zal beginnen te draaien, ligt dus in een min of meer verre toekomst. Dr. BORIS RAPTSCHINSKY. ver- VERKEERSONGEVALLEN. Door een motorfiets aangereden. Zaterdagavond is onder Britsum (Fr.) de 22-jarige Ynema, die aan den kant van den weg bezig was een fietslantaarn te herstel len, aangereden door een motorrijder, smids knecht te Makkum. Ynema werd een eind meegesleept, zwaar aan het hoofd gewond en j ^5? been. In bewusteloozen toestand werd hij naar het Diaconessenhuis te Leeu warden vervoerd. De motorrijder werd licht gewond. DE „DNJEPROSTROJ", Onder de groote ondernemingen, welke nu in Rusland verrijzen en, volgens de meening van de bolsjewiki, het industrieele Westen van Europa en zelfs Amerika in de schaduw zouden stellen (de bolsjewistische leus is: dognatj in peregnatj, d.w.z. inhalen en achter zich laten), neemt het geweldige complex, dat meestal met den naam „Dnjeprostrojaange duid wordt, een der belangrijkste plaatsen in. De benaming „Dnjeprostroj" is eigenlijk on juist, omdat de „Dnjeprostroj" in de eigenlij- ge beteekenis van het woord slechts een on derdeel van het geheel is, dat in Rusland „Dnjeprocombinat" (een combinatie van in dustrieele ondernemingen aan de rivier van Dnjepr) wordt genoemd. De „Dnjeprostroj" zelf is een geweldige electrische centrale, die al de fabrieken van de „combinatie" van elek triciteit zal hebben te voorzien. De electrici- teit zal daarbij gewonnen worden door het plaatsen van een stuwdam in den Dnjepr ten Zuiden van de stad Jekaterinoslaw (nu „Dnjepropetrowsk" genoemd), waar de ri vier door eenige rijen klippen (in het Rus sisch „porogi", d.w.z. „drempels", genaamd) afgesloten wordt, zoodat elke scheepvaart onmogelijk is. Dergelijke electrische centrales bestaan reeds in Rusland. De meest bekende (tevens de oudste) is de Wolchowstroj, waar de elec- triciteit gewonnen wordt door het opstuwen van de rivier de Wolchow (in de buurt van Nowgorod, in Noord-Westelijk Rusland). Op het oogenblik worden nog eenige dergelijke „stroj's" (stroj beteekent in het Russisch „bouw") gebouwd of ontworpen. De „Dnjeprostroj" nadert reeds zijn vol tooiing. In een verlaten streek, waar vroeger de steppe zich eindeloos van horizon tot ho rizon uitstrekte, en slechts hier en daar klei ne boerenhutten eenzaam te midden van ak kers stonden, zijn nu eenige dorpen verrezen, waar de duizenden arbeiders wonen, die de electrische centrale en de verschillende fa brieken bouwen. Overal ziet ge bergen bouwmaterialen, gebouwen in alle stadia en alle afmetingen (sommige dier gebouwen zijn zoo groot, dat zij inderdaad tot de aller grootste in de wereld behooren), steenen pa len van het toekomstige electrische net enz. Het grootsche werk beslaat een oppervlakte van plm. 35 vierkante kilometer. De rivier is door een hoogen dijk afgesloten, een breede brug verbindt beide oevers, een geweldig ge bouw, de eigenlijke centrale, verheft zich te midden van de talrijke bijgebouwen. In De cember zal het water tot een hoogte van 45 Meter opgestuwd zijn. In het gebouw worden groote turbines gemonteerd en binnen eenige maanden zal de centrale kunnen beginnen te werken, zal zij electriciteit kunnen leveren. De „Dnjeprostroj" is echter slechts mid- -del, geen doel. Hij zal beweegkracht vei"' schaffen aan de „Dnjeprocombinat", de ver schillende groote ondernemingen, die in een radius om de centrale moeten verrijzen en sa men met de dorpen voor de werklieden een oppervlakte zullen beslaan van 50 vierkante kilometer. De „Dnjeprocombinat" zal be staan uit ondernemingen die gedeeltelijk on derling verbonden zullen zijn, elkaar zullen aanvullen, gedeeltelijk een volkomen onaf hankelijk bestaan zullen leiden; ten slotte ko men daar verschillende hulpbedrijven (her stellingswerken e.d.) en de talrijke instellin gen, die zulk een geweldig complex zullen hebben te bedienen. De belangrijkste onder nemingen zullen zijn: 1. „Dnjeprostalj", een groote staalfabriek, „Koksocombi^at" (een cokescentrale van geweldige afmetingen en capaciteit), ijzergieterijen, aluminiumfabrie- ken, cementfabrieken. Een speciale spoorweg zal al die fabrieken en werkplaatsen met een hoofdspoorweg verbinden, de noodige grondstoffen, levensmiddelen enz. aanvoeren en de vervaardigde producten en halffabri katen naar het binnenland en de havens weg voeren. Voor ons liggen uitvoerige gegevens over elk dier toekomstige bedrijven, de plannen voor de productie, distributie enz. Wij zullen den lezer al die statistische bijzonderheden sparen en ons beperken tot eenige, allerbe langrijkste mededeelingen over de bedrijven en slechts die cijfers plaatsen, welke den le zer een beeld kunnen geven van de grootsche plannen. De belangrijkste der ondernemingen van de „Dnjeprocombinat" is de „Dnjeprostalj", die de grootste staalfabriek van Rusland be- dooft te worden en daarbij staal van de beste kwaliteit zal vervaardigen. Goede staal wordt nu in Rusland in onvoldoende hoeveelheid ge produceerd, in elk geval te weinig voor de groote machinefabrieken die nu verrijzen. De tegenwoordige productie van staal van goe de kwaliteit wordt geschat op 285.000 ton en daarom moet het land veel staal uit het buitenland invoeren. Na de voltooiing van de talrijke nieuwe machinefabrieken zal de be hoefte aan staal aanzienlijk stijgen en in de toekomst zal die behoefte steeds blijven stij- 1 gen. Aan deze behoefte zal nu de „Dnje- ton per jaar bedragen; lioen ton staal van de beste kwaliteit vaardigd kunnen worden, althans volgens de planen. Het bedrijf zal aan 15.000 arbeiders en 1000 ingenieurs werk verschaffen. Van de overige bedrijven verdient afzon derlijke, zij het zeer vluchtige, bespreking de „Aluminiumcombinat". De productie ervan wordt geschat op 20.000 ton per jaar. Het wordt dus een der machtigste alumimumfa- brieken in de wereld. En terwijl deze fabrie ken zich nog in het beginstadium van de uit voering bevinden, wordt er reeds gesproken over de wenschelijkheid, de productiekracht van het bedrijf te verdubbelen. De totale kosten van de „Dnjeprocombi nat" worden geraamd op 700 millioen roe bel. Voegen wij daarbij de kosten van den „Dnjeprostroj", d.w.z. van de centrale, die al deze fabrieken zal moeten voeden, dan ver krijgen wij een bedrag van 1 milliard roebel. Nemen wij in aanmerking den zeer precairen toestand der staatsfinanciën van de Sovjet- Unie en de onmogelijkheid onder de tegen woordige omstandigheden in het buitenland een groote leening op te nemen, dan begrij pen wij, welke hooge eischen de bouw van dit geweldig complex aan de schatkist stelt. En daarbij willen de bolsjewiki dat werk in twee jaar voltooien, hetgeen de spanning nog grooter maakt Bedenken wij daarbij, dat tegelijkertijd ook andere industrieele kolos sen opgericht of voorbereid worden, dan wordt het voor iedereen duidelijk, dat de bolsjewiki iets onmogelijks willen bereiken. Behalve de onoverkomelijke financieele moei lijkheden komen nog andere hinderpalen. De allerbelangrijkste is het tekort aan werk krachten. De leiders van de „Dnjeprocombi nat" hebben 3040 duizend bouwarbeiders noodig en de overheid kan met den besten wil ter wereld niet zooveel werklieden bezor gen. De resultaten liggen voor de hand. Er was een tijd, dat de „Dnjeprostroj" de alge- meene aandacht van het publiek in Rusland en, wat van veel meer belang is, van de sov jet-regeering had genoten. In dien tijd kreeg de leider van het werk de noodige sommen en werklieden. Den laatsten tijd is hierin een verandering gekomen. Er worden nu te gelijkertijd eenige combinaten gebouwd en sommige dier ondernemingen zijn gevaarlij' ke concurrenten voor het werk aan den Dnjepr geworden. In het bijzonder geldt dit het „Koezbas" en den „Magnitogrosk". De gevolgen van deze verslapping van de be langstelling van de overheid, die zich uit in vertraging van het verleenen van credieten en het verschaffen van de noodige arbeidskrach ten, laten zich sterk voelen. De „Dnjepro stroj" nadert reeds zijn voltooiing en alles wijst erop, dat deze geweldige electrische centrale binnen afzienbaren tijd klaar zal zijn en zal kunnen beginnen te werken, maar ze zal geen afnemers van haar electrische kracht hebben! De bouw van de „Dnjepro combinat". dus van het complex fabrieken, die door ae centrale gevoed zullen moeten worden en waarvoor zij eigenlijk gebouwd wordt, wordt verwaarloosd en vordert uiterst langzaam. Om te begrijpen, hoe groot het verschil in intensiteit tusschen den bouw van de electrische centrale en de fabrieken is, is voldoende te weten, dat terwijl de bouw van den „Dnjeprostroj" goede vorderingen maakt, de „Dnjeprocombinat" slechts voor 20 pCt. van het plan (voor 1931) gevorderd is. Het staat dus nu vast, dat de centrale lan gen tijd onproductief zal blijven, dat de stroom, die ten koste van zooveel inspan ning verkregen zal zijn, geen afnemers zal hebben. Er is een „schaar" ontstaan, waar van de punten zich steeds meer en meer van elkaar verwijderen. Merkwaardig is daarbij de volgende eigen aardigheid, die wij overigens aan alle bols jewistische werken waarnemen. De bolsjewi ki beweren, dat in het kapitalistische Westen een chaos heerscht, dat niemand rekening houdt met hetgeen zijn buurman doet, ten gevolge waarvan niet het minste verbanc tusschen de afzonderlijke bedrijven bestaat In Sovjet-Rusland daarentegen, zeggen zij bestaat „planmatigheid", alles geschiedt vol gens een vooraf vastgesteld plan, waarbij elke kleinigheid vooruit berekend is, er is dan ook geen plaats voor een chaos. In wer kelijkheid lukt het den bolsjewiki nooit die „planmatigheid" door te voeren en al spoe dig ontstaat er een gapende hiaat tusschen de afzonderlijke werken. Dit wordt nu ook door het werk aan den Dnjepr duidelijk ge demonstreerd. De kern van het complex is de „Dnjeprostalj", de kern van dz laatste on derneming vormt het complex van de hoog ovens. Zoolang die hoogovens niet klaar zijn, kan het geheele bedrijf niets uitvoeren. En.wat zien wij nu? Van de 5 hoogovens heeft slechts één een hoogte bereikt van 30 Meter, de tweede heeft nog geen 15 Meter, aan de overige is men nog niet eens begon nen te werken. En intusschen zijn de gebou wen, waar de staal uit deze hoogovens ver werkt zal moeten worden, veel verder gevor derd. Er zal dus onvermijdelijk een vertra ging komen en de fabrieken met hun zeer kostbare machines en overige inrichting zul len langen tijd werkloos blijven. En die ver traging zal van zeer langen duur zijn, omdat de sovjet-fabriek, die de ijzerconstructies voor twee der hoogovens moet leveren, deze voorloopig niet leveren kan en voor de overi ge hoogovens zijn die ijzeren constructies nog niet eens besteld en geen enkel Russisch be drijf is in staat ze te leveren. En zulke tekor ten zijn er in elk onderdeel van het bedrijf te constateeren. Het gevolg iseen chaos, zooals in geen enkel kapitalistisch land denkbaar is. Het chaotische wordt geaccentueerd door een rij omstandigheden, die een eigenaardig licht op de sovjet-„planmatigheid" werpen. De „Dnjeprostroj" krijgt meer werklieden dan de leiders noodig hebben en de „Dnje procombinat" slechts 53 pCt. Op den „Dnje prostroj" bedraagt het gemiddelde loon 83.6 roebel en op de „Dnjeprocombinat" slechts 72.9 roebel. Het is dus begrijpelijk, dat de „combinat", die zulk een behoefte aan werk krachten heeft, minder arbeiders krijgt dan de electrische centrale. En zulke feiten zijn er zeer veel. De dag, waarop de geweldige onderneming aan den Dnjepr in werkelijk- Toen de Paus bij het laatste conflict met den fascistischen Staat liet bekend maken, dat ten teeken van rouw over de beleedigin- gen, de H. Stoel aangedaan, de feesten ter eere van het zevenjarige eeuwfeest van An- tonius van Padua niet zouden gevierd wor den, ging er een schok van teleurstelling door geheel Italië, want de kleine fransciskaner monnik, die voor zooveel eeuwen in een ar moedige pij Padua binnenkwam, voerde geen andere bagage met zich dan een schat van goedheid, die hij kwistig rondstrooide, vooral onder de armen en verdrukten en daardoor leeft deze „wonderdoener", zooals hij ge- noemd wordt, nog voort in de harten van het dankbare volk alsof hij eerst gisteren uit zijn midden is heen gegaan of nog onder hen leeft en werkt. En doet hij dit ook nog niet heden? Is er wel één heilige zóó populair? Zeker is er in dit land geen, wiens hulp meer wordt inge roepen en wien zooveel geld voor zijn armen wordt toegestopt, als hij een verloren voor werp terugbezorgt of een zieke geneest. Van geen heilige worden zoo ontelbaar vele won deren verteld als van dezen vromen Portu gees, die op dit schiereiland een tweede va derland vond. Maar ons schijnt wel het grootste wonder, dat deze nietig uitziende en ziekelijke minderbroeder Ezzelino, tiran van Vicenza, bekeerde! Deze Ezzelino woedde in zijn kleine staat erger dan een Nero en Calligula; elf duizend menschen liet hij tijdens zijn regeering op de meest afschuwelijke wijze ombrengen; man nen en vrouwen, ouders en kinderen werden door dezen onmensch op de wreedste wijze gemarteld. Tijdgenooten schreven over de zen XIII eeuwer „de Booze zelf zal de vader van dit monster zijn geweest". En op zekeren dag gaat de arme kloosterbroeder Antonius naar dezen heerscher en geweldenaar en treedt barrevoets en alleen tot voor zijn troon. Zóó groot was de macht, die van dezen nede- rigen monnik uitgaat, dat de wachters het niet wagen hem tegen te houden. Antonius spreekt tegen den dwingeland in naam van God om het onderdrukte volk te verdedigen en hij dreigt den tiran met alle straffen van de hel; zijn tong vindt de scherpste woorden de hovelingen staan ontzet: dat hun mees ter hun niet een teeken geeft den broeder in stukken te houwen? Niets hiervan! Ezzelino verbleekt en hij knielt op den grond; hij grijpt het koord dat langs de pij van Anto nius afhangt; dit doet hij om den hals ten teeken van onderwerping en boete, op nedri- gen toon vraagt hij vergiffenis. De heilige heeft overwonnen, de verdrukten en gevangenen worden bevrijd, de beroofden krijgen hun rechtmatig eigendom terug, tra nen worden gedroogd, geleden onrecht her steld. Ezzelino is een ander mensch gewor den. Wij kunnen niet de geweldige geestelijke kracht benaderen, die van dezen mensch uit ging, maar door bovengenoemd feit, dat in de kronieken geboekt is, begrijpen wij toch iets van de grootheid van den mensch boven wiens sterfelijk overschot een zoo heerlijke tempel verrees, waar jaarlijks duizenden ter bedevaart heen gaan en die op dezen blijden zomerdag door honderdduizenden dankbaar herdacht werd. Padua, het bijna levenlooze Padua, leverde dezen feestdag een onvergetelijken aanblik. In drommen was het landvolk uit de provin cie gekomen; in hun veelkleurige kleeren scheen ons die volksmassa weggeloopen van een schilderij der oude Venetianen; alle stra ten en pleinen waren vol menschen. Zij ver drongen zich voor de vensters en op de daken en juichten geestdriftig de banier toe, die in het midden van de processie gedragen werd de banier van den heiligen Antonius hun geliefden „wonderdoener De processie schreed in 't gouden licht van den warmen middag langzaam door de straten een re gen van bloemen begroette overal het beeld van den „Santo" en de wagen waarop onder de baldakijn het Heilig Sacrament troonde. Als een droom van glorie en geloof trok zij voorbij aan het bronzen ruiterstandbeeld van Donatello en het scheen wel dat Gattamelata, de dappere „condottiere" van de Venetiaan- sche republiek, daar neer wat gezet om het af- en aanvloeien te regelen van die ontzag lijke menigte wier enthousiasme bijna be angstigend was. Ja waarlijk, Mussolini had wel gelijk bij tijds vrede met het Vaticaan te sluiten zoodat de Antonius-feesten hun loop konden heb ben! Het Italiaansche volk zou het den zwart hemden niet vergeven hebben als hun gelief de Heilige te kort was gedaan aan bewijzen van hulde en dankbaarheid. Een slecht voor teeken zouden zij hierin gezien hebben, maar nu was alles pais en vrede en uit het anders zoo stille Padua steeg met de wierook en 't gezang der geestelijken en monniken een vlam van dankbare liefde omhoog, die de eeuwen door zal blijven lichten, zelfs al werd het graf van den „wonderdoener" door ruwe horden vernield en de basiliek met den grond gelijk gemaakt. ETHA FLES. ds. Klaver heeft daar oude herinner!* zijn oudsten voorganger, Lapma, opgehaald, en mvr. KlavJT11'^ kleed als eenmaal Sapma's ,,huïnhee}0 gedicht voorgedragen. Het Svr""- „Ons Godsdienstig Leven" omstreken is Zaterdag in een feest^v schenen. ^^1 Domi weeki? DE KWESTIE VAN DEN HFI r\ Het weekblad „Oorlog en Vrede" dat de leger- en vlootpredikant in a, nen dienst ds. H. Janssen de voor!! ?eV' van den kerkeraad der Doopspezin^38^ meente te Den Helder, dat nlde e vlootpredikant zou komen als DreHiu «t zonder koloniel Van Hengel (men zie' T gen van het Kamerlid Marchant) heen Vrj' vaard, en voorgesteld heeft, het nnT^11' op 20 of op 26 October te houden rho,1(i AMSTERDAMSCHE AARDAPPPT> PRIJZEN. 1EL- AMSTERDAM, 20 Oct 1931. Od de v den gehouden aardappelenmarkt waren prijzen onveranderd. Aanvoer 1 ladin* prijzen onveranderd. Aanvoer 1 ladino- de 700 H L. PURMEREND, 20 Oct. 1931. Op de he^ gehouden weekmarkt waren aanvoer en .2? zen als volgt: "t I Kaas. 3 stapels Fabriekskaas f 28, i; pels Boerenkaas 31, in totaal 21 wegende 11000 K G. Handel matig uïï K.G. Boter 1.10-/ 1.40 per K G. Vee. 599 Runderen, w o. 420 vette 07il 0.80 per K.G., handel matig; 137 Mei.* Geldekoeien f 140—330, handel sttiV 2 Stieren; 25 Paarden 80— 200, ha'mtj stug; 23 Vette kalveren 1—/ 1.20, stug; 222 Nuchtere kalveren, slacht 30, fok f 12—24, handel stug; 598 Ve varkens, voor de zouterij 30—32 cent voor de slacht 3642 cent oer K G., hano vlug; 82 Magere varkens f 10— f 24, /,3n, del stug; 280 Biggen 7—II, handil vlug; 1200 Schapen f 20—31. handel stug- 40 Bokken; Kipeieren 5.50— f 615; eieren 3.85; Piepkuikens 55—75 cent per K.G. en 444 Ganzen 4— 4.75. Eierenveiling. 19126 stuks Kipeieren t 5.40—7.20; 5957 stuks Kipeieren b 33) 4.40; 4189 stuks Eendeieren f 4. BROEK OP LANGENDIJK, 20 Od 31. Langer,dijker Groentenveilmg. 1800 stuh Bloemkool (Lecerf) 0.80—f 1.50 en 1850J Reuze 0.70—f 3.20 per 100 stuks; 1600 K-OPeen 2.20; 7000 K.G. Roode Kooi 060-/ 1.90 2000 K.G. Gele Kool f 1.50; 2400 K.G. Witte Kool 060; 3500 Kt Deensche Witte Kool 1; 16000 K.G. Uia V1®3403.30, Grove Uien f 2.70- f i 2 210 Nep f M 5 f0> J30 K.G. Slaboonen 20.30- f 24; 650 K.G. iBeten f l!201 80; 109 K.G. Rammenas 2.302.40; 200 Jf.Gl Aardappelen: Blauwe f 2.20, alles p. m <G. PURMEREND. 19 Oct. 1931. „AUtm Beemster, Purtnerend en Omstreken appelen: Blauwe 1.23 per zak, 25 K.G; Slaboonen- dubbele 2.903.65, dubbe» z. dr. 2.60— f 3.90 pei zak, 15 K.O.; Suf boonen Stok (kas) f 3.60—f 690; i ;breede) 0.45f 3 per zak, 15 K maten- A 1.85—f 2.56. B 1.85-f 21 en C 0.421.46 per 10 K G.; Bloemta f 2f 6 per 100; Spruitkool 060— f 1.8 per 15 K G.; Boerekool 0.4Ó per kist; Sp? nazie f 0.101.06 per mand, 6 K G.; P# telein 42—84 cent per K.G.; Sla 0.40- 2 60 per 100 krop; Andijvie 10——45 eer per kistSelderfie 14 per 100 bos; B* ten f 5— ƒ7.50 per 1Ö00; Wortelen f 31 7 60 per 100 bos; Uien 60—75 cent p 25 K G.; Uien drielingen f 0.45062 pt 25 K G.;Druiven Alicant 0.260.42 in K.G. Appels: Wesilandsche Bellefleur 8; Brabantsche Bellefleur 49; Zoete Bellefleur 3—8; Bismarck-app^ f 3—10; Bramley Seedling 3— f 10; Groninger Kroon 3—9; Zoete appeto 4—10; Notaris-appel 410; Present van Engeland 3— 16; Reinette. goud M f 18; RReinette, oranje 28; Ster appel 6— ƒ16; Transparante de Croaaei f 216, alles per 100 K.G. Peren- Few Superfin 716; Boerengroen f 8.50: Calabasse de Tirlemont 11--/®' Comtesse de Paris 4—11ConseiHet la Cour 12—29; Beurre Clargau f 34; Doyenné du Comlce 14f 29; D randeau 6—15; St. Germain peer fj 6.50; Gieser Wildeman 6—11; perveen 4.50—7; Nouveau Poiteau H 27Soldat Laboureur 1028, al" per 100 K O. NOORDSCHARWOUDE, 19 Oct. 10f; 2800 K.G. Aardappelen: Groote Schots® 2.10; Schotsche Muizen 7.70; Drielinf 8.10; R. Duken 2.10; Eigenhui®® 2.60; 2900 K.G. Uien, Gele Nep f 5.20; Drielingen 2—2 50; Uien 2.90; Grove Uien 2.80; 3700 k Peen 1.80—2; 2500 K.G. Roode 0.60; 4500 K.G. Gew. Witte Kool W* alles fier 100 K.G. WIJDENES, 19 Oct. 1931. Veiling'"" Nu het aantal leerlingen der r. k school te Egmondbinnen over 1931 het wettelijke aantal voor 4 onderwijzers te boven gaat, is er een oproep gedaan voor een vijfde leerkracht. Prof. dr. J. Severijn, benoemd tot hoogleeraar in de faculteit der godgeleerd heid aan de rijksuniversiteit te Utrecht heeft gister zijn ambt aanvaard met het uitspre ken eener rede over „De methode der gods dienstwetenschap". REMONSTR. GEREF. GEM. TE HOORN Zondagochtend heeft de remonstr. geref gem. te Hoorn haar derde eeuwfeest gevierd de predikant der gemeente hield voor een zeer volle kerk een herdenkingsrede. Aanwe zig waren predikanten en ander gemeenten van verscheiden remonstr. gemeenten, voorts burgemeester en wethouders van Hoorn en afgevaardigden der hervormde luthersche en doopsgezinde gemeenten. Des middags was er een feestelijke bijeenkomst in „de Doelen" dersbelang. Druiven 30—34Per» f 16; Appelen 1018; Snijbo^ 16-/ 19; Slaboonen 18-/ 33; AiKT 12; Bloemkool 1.902. ZAANDAM, 19 Oct. 1931. Veiling „De Zaanstreek". Andijvie 2840 c»U kist; Peen 514—8 cent per bos; 2—3 cent per bos; Selderie 2—3 cenMi bos; Prei 414—714 cent per bos; Bloe® le s. 414 cent per stuk; Komkommers9^, per tsuk; Spinazie 0.66—1 Pfr,klRiit Postelein 80—94 cent per kleine kist; v. kool 3660 cent per kist; Roode cent per stuk; Groene Kool 4—6 stuk; Stoofperen 214—514 cent pef JzU Spruiten 214—514 cent p. pond; 915 cent per pond; Druiven 18—*' P®r Pond. BEVERWIJK, 19 Oct. 1931. SM%t: 12—38 cent; dikke boonen 14—25 A enk. m. n z. dr. 14—30 cent; Tomaten cent en Spruiten 314 cent per K D-i ven 12—20 cent per pond; Sla 35— - cejt; Andijvie 30—60 cent; Postelein s--1 Spinazie 20—95 cent per kist; Peen..,-! cent; Prei 715 cent pier bos; Soep* p 7 cent; Bloemkool 1—6 cent pe^^j^ Dorüomaten 11 60—f 5 per 100 P°

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1931 | | pagina 8