Jaarlijks zal mitsdien zijn te rekenen °P de volgende uitgaven: ONTVANGST VAN VIJF DI£NSTW£IG£RAAKS. verd geacht de te leenen som met dit bedrag te verhoogcn en het be drijf daarvan gedurende een reeks van jaren rente en aflossing te laten betalen. A'. zou uit boek houdkundig oogpunt een ander standpunt te verdedigen zijn, wij zijn van meening, dat de gevolgde handelwijze in elk geval niet tegen net belang is van de gemeente of van het bedrijf, zoodat er naar ons voorkomt geen aanleiding is om op dit punt thans nog verandering in de stukken aan te brengen, fn verband met het bovenstaande }(ellen B. en W. den raad voor over te gn&\\ tot vaststehine van de volgende juppletoire begrooting en vervolgens van de besluiten, welke in bijlage nr 162 van dit jaar zijn opgenomen. WIJZIGING VERORDENINGEN HAN- DELSSCHOOL EN HANDELS AVONDSCHOOL In bijlage 110. 220 schrij en B en.^ :1 Krachtens beschikking van 2 Mei Nr. 4124 I Afdeeling V. H. M O. van den Minister van Onderwijs, vei l®e"t. ü.et j Rijk ten behoeve van het ondenv js in facultatieve vakken aan en handelscursussen, o.a. stenografie en machineschriiven, subsidie op den voet ?an de voorwaarden voor subsidieering van nograüe 8 en voor machineschrijven 5 'leDe'Steur der Handelsschool heeft u „„„rctel gedaan om aan die ïïoolNls vak va" 0,l,l''nv"s toofde va" elk der tlassf" TTTh en V (hoogste klassen van den 3-, 5 J cursus) in te voeren machine- «rhriiven met 1 les per week (het vak stoBOgratie wordt reeds gegeven). De Inspecteur van het M O. in de 5e inspectie kan zich me de invoering van het vak machineschrijven aan de Han delsschool vereenigen. Ter vermindering van kosten en om overlading van het programma te voorkomen wijst dé In specteur er op, dat ock de volgende rege ling, naar hem gebleken is, voldoet. Na het eindexamen der Hoogere Handels school kan voor de leerlingen, die het diploma hebben behaald, een snelcur- sus in machineschriiven worden gege ven, waarbij de leerlingen iederen dag (desnoods 's avonds) een uur les ontvan gen en nun wordt toegestaan zich gedu rende den dag te oefenen. In drie weken kan dan een behoorlijke snelheid wor den bereikt en .tan een schooldiploma worden uitgereikt. Uiteraard zijn de kosten op deze wijze gering. Een derge lijke regeling zou voor de leerlingen van klasse Illb, wellicht in combinatie met de bovenbedoelde leerlingen getroffen kunnen worden. De Directeur acht dit voorstel alles zins aanbevelenswaardig en zou aan het einde van den loopenden cursus met het door den Inspecteur aanbevolen plan een proef wil lm doen nemen. De Directeur der Handelsavondschool heeft ons voorgesteld aan die school zoo wel stenografie als machineschrijven als vakken van onderwijs in te voeren en wel stenografie in elk der klassen 1 en 2 èén les per week verplicht en in klasse 4 één les facultatief, en machineschrij ven in elk der klassen 2 en 4 één les fa cultatief. Hij zou de lessen in stenogra fie in klassen 1 en 2 in de plaats willen stellen van de lessen in aardrijkskunde en de facultatieve lessen in stenografie en machineschrijven willen doen geven uur (tot nu toe werd op dezen avond op den Woensdagavond van 654 tot 9 gec onderwijs gegeven). Het onderwijs in klasse 4, zoowel in stenografie als in machineschrijven, is bedoeld als een afgesloten geheel hoofdzakelijk voor leerlingen, die van andere onderwijsin- Ti.htingen on i' school komen (zo r b.v. bezitters van het M.U.L.O.-diploma), met mogelijkheid om ook andere leer lingen, die daarvoor naar het oordeel den directeur in aanmerking kun nen komen, aan de lessen te doen deel- n^en. De Inspecteur van het Middelbaar On derwijs in de 5e inspectie kan zich met dit voorstel, en de Commissie van toe dicht op het Middelbaar Onderwijs kan zich met beide voorstellen vereenigen. Ten behoeve van het onderwijs m ma chineschrijven is aanschaffing van 10 s hriifmachines gewenscht, medebren gende een uitgaaf in eens van i 3000, terwijl voor onderhoud enz. jaarlijks is ie rekener, op 7 50 per machine of in totaal 75. Ten behoeve van het koste loos in bruikleen verstrekken aan daar voor in aanmerking komende leerlingen van boekjes en hulpmiddelen voor het onderwijs in stenografie aan de Han delsavondschool is bovendien te rekenen CP een uitgaaf in eens van 100. Naar wij verwachten zal het gebruik van de machines ten behoeve van elk der beide scholen vrijwel gelijk zijn, zoo dat de helft der kosten ten laste van e'ke school kan komen. voor de Handelsschool in totaal j Jo 140. voor de Handelsavondschool samen 265 a 375. Met het oog op het korte dienstver band en het gering aantal lessen van den lee.aar in machineschrijven aan de handelsschool zouden wij elk jaar voor ^ze lessen een afzonderlijke voorzie nig willen treffen, waarbij een beloo- "tag van 2.50 per werkelijk gegeven zou kunnen worden beschikbaar ge- rift u welk bedrag ons in verhouding tot ha i '?on'ng van leeraren, die het go* Wiit ^aai' wer^7-aam zijp» billijk voor- el 'i souden de regeling voor de Han" eina 00' vvi"en doen ingaan aan het van ^en loopenden cursus en die 6 Handelsavondschool 1 Sept. 193'-.. ltl ^gevolge van het vorenstaande zul- Wji2j 6. erordeningen voor de scholen 81Qg dienen te ondergaan, In die voor de Handelsschool zouden wij, zulks in overeenstemming met den bestaanden toestand, tevens willen op nemen, dat ook het onderwijs in steno grafie facultatief is. Voor wat de Verordening voor de Han delsavondschool betreft, zouden wij van deze gelegenhed gebruik willen maken neg een aanvulling aan te brengen. Het 5e lid van artikel 1 bepaalt, dat de lessen aanvangen in de 1ste week van Septem ber en eindigen in de laatste week van April. Het komt ons noodig voor, dat dit voorschrift woreft aangevuld met de be paling, dat wij, gehooro den directeur, te'kenjare vóór den aanvang van den cursus, vaststellen dc data van aanvang en einde van de lessen, vooral ook in verband met de beschikking van den Mi aster van Onderwijs, inhoudende o m., da* de wedden van het aan han delsavondscholen verbonden onderwij ze,ei personeel niet meer moet worden berekend naar het getal weken, dal een cursus duur', doch naar het gelal in d en cursus volgens den lesrooster te geven lessen, vermeerderd met het ge val lessen, hetwelk zou zijn gegeven, in dien de lessen tijdens de vacantie waren doorgegaan Op grond van de subsidie voorwaarden zal aan dit voorschrift ge volg moeten worden gegeven. Wij heb ben inmiddels het voorschrift van den Minister bereids toegepast. Het verdient echter aanbeveling de door den Minister gewenschte regeling op te nemen in de Verordening tot regeling der salarissen an het ondervvijzenc. personeel aan de Handelsavondschool. B en W. stellen ten slotte voor vast te stellen een Verordening tot wijziging van de Verordening voor de Handels school te Alkmaar er. een Verordening tot wijziging van de Verordening voor do Handelsavondschool voor handels- en kantoorbedienden te Alkmaar; benevens een Verordening tot wijziging van de van het onderwijzend personeel aan de Verordening tot regeling der salarissen Middelbare Handelsavondschool voor handels- en kantoorbedienden te Alk maar. Men schrijft on De demonstratieve vergadering, die Zon dag door de verschillende anti-mi litairistische organisaties hier ter stede in de Harmonie was georganiseerd bij de thuiskomst uit de gevangenis van vijf dienstweigeraars uit Noord-Holland, zou om twee uur beginnen. Om kwart voor twee was de groote zaal van de Harmonie reeds tot den nok toe gevuld en nog steeds stroomden groote drommen toe Verschillende ocgenblikken werd het gedrang in hall en ingang benauwend, toen alle paden en de geheele foyer met menschen waren op gevuld moeten er nog tientallen worden teruggestuurd. Hieruit blijkt wel, hoe de dienstweigeringsbeweging om zich heen heeft gegrepen in Noord-Holland en hoeveel sym pathie er is onder breede volksmassa's voor de moedige daad van deze jongens. De voorzitter opende de vergadering met een woord van welkom, speciaal tot de vijf dinstweigeraars. Jullie hebt thans tien maan den in de gevangenis tegen het militairisme gestreden, maar zoo sprak de voorzitter thans begint eigenlijk jullie strijd pas. Ver der hekelde hij het optreden van de gevange- nisbeamtoten, die zich niet hadden ontzien de jongens met gummistokken te ranselen. Vervolgens gaf hij het woord aan den heer W. L. van Warmelo te Blaricum, die gedu rende 36 jaar als officier in het Nederland- sche leger had gediend, maar door den wereldoorlog tot e ei! fel anti-militairisme was gekomen. Spr. kon het niet anders dan als een voor recht beschouwen, dat hij was uitgenoodigd om een woord van hulde te spreken tot die vijf jonge mannen, die thans weer is de maat schappij zijn teruggekeerd na hun offer, ge bracht te hebben. Zien wij aan den eenen kant, dat de regee ringen plechtig namens hun volk het Kei- logg-pact onderteekenen en daarmede voor het oog van de wereld officieel beloven nim mer meer hun toevlucht tot oorlog te nemen, waarmee zij den oorlog officieel buiten den wet gezet en tot misdaad verklaard hebben, daar zien wij aan den anderen kant, dat zij ondanks die belofte, ondanks hun arbitrage verdragen, ondanks het Int. Gerechtshof toch voortgaan zich sterker te bewapenen; dat zij voortgaan de zonen van hun volk onder de v apenen te roepen om hen te bekwamen in het moordwerk, dat zij zoo plechtig hebben afgezworen. Dat is een onhoudbare toestand. Een volk, dat zulk een dubbelzinnigheid van hacr regeering toelaat, houdt daardoor op een beschaafde natie te zijn en daartegen moet geprotesteerd worden. Maar met schande moeten wij erkennen, dat nog een groot deel van ons volk zich zon der protest bij zulk een handelwijze neer legt en wij schrijven dat toe zoowel aan on kunde als aan onverschilligheid geboren uit eigenbelang. Maar ons volk zou niet het fiere vrijheids lievende Nederlandsche volk zijn, als het geen zonen voortbracht, die zich aan den spits van het protest durfden te stellen, die bereid zijn te lijden en zich op te offeren voor wat zij noemen hun persoonlijke eer, die in dit geval tevens is de nationale eer, die open lijk aan ons volk durven zeggen: ik verkies de gevangenis boven het prijsgeven van mijn hei ïigste overtuiging; die tevens door de regee ring is uitgesproken als zijnde de overtuiging van het geheele Nederlandsche volk. Dat protest is een daad, die gepaard gaat met zelfopoffering en daarom van groote raoreele beteekenis is; een beteekenis zoo groot, dat zij spreken zal en spreken moet to de harten van al die andere jongelieden, rue nog Nederlandsch bloed in hun aderen e - ben, maar die door hun opvoeding, de gr misleiding, waaraan zij stelselmatig b g staan hebben, nog niet beseffen waar Wij begrijpen ook, dat zulke kinderen nog niet beseffen de ware beteekems va logg-pact en nog niet doorzien de leuge. d.e achter zulke fraaie leuzen 0 1 8 d Zeker, er was een tijd, dat deze woora n waarheid bevatten. Dat was toen de Fransche revolutie door bijna alle staten werd aange- vallen en men het Fransche volk de rechten weer wilde ontnemen, die het zoo juist met ongeloof lijk veel leed en ellende veroverd had. Toen trekken de Fransche zonen uit om met hun leven de Fransche toekomst te ver dedigen. Maar dat is 150 jaar gelden en in dien tijd is veel veranderd. Thans worden de volken gekneveld door het Groot-Kapitaal en de Groot-Industrie. Dat wordt thans nog bewezen, door de ellen de van de massa ook van hen, die den oorlog gewonnen hebben. Dat zien wij aan die 28 millioen werkloozen, die met hun gezin ge brek hebben aan alles in een wereld van over vloed. Wat heeft de oorlog ons niet duidelijk ge leerd, dat al die volken, die met enthousiasme uitgetrokken zijn om te strijden, belogen en bedrogen zijn. Heeft de oorlog ons niet geleerd, dat de mensch alle rechten verloren had, zoodra hij in den greep was van het militairisme, dat thans ontaard is in de meest ergerlijke en ver nederendste vorm van slavernij. Heeft de oorlog ons niet geleerd, dat hij spot met alle wetten van moraliteit en men- schelijkheid. Wij aar7:lene geen oogenblik het afslach ten van weerlooze krijgsgevangenen, het I vergiftigen in massa van een burgerbevol- king, van vrouwen en kinderen, van zieken en ijrsaards, met torpedeeren van onbewapende passagiersschepen nog heel veel meer, aan te klagen als methoden die in strijd zijn met alle wetten v.~'t r-r-r'pn menecheliikheid. Eu dat is het wétk, dat u.ans geëischt worcil van menschen, die zich Christenen noemen. En dan te weten dat er nog priesters en voorgangers zijn, die zich daar nog niet open lijk tegen verzetten. Spr. herinnerde aan de toestanden beschre ven in het boek van Réau. Heeft de oorlog ons niet geleerd, dat ter wijl de bloem van hef volk op de slagvelden gegast, aan flarden gereten, afschuwelijk verminkt wordt, de kooplieden thuis aan de vijanden al dat oorlogstuig verkochten, dat zij noodig hadden om hun eigen broeders af te slachten. Dat is gebeurd met medeweten van de regeeringen en de Generale Staven. Dat zijn dezelfde regeeringen, die het Kellogg-pact onderteekenen, den oorlog voor misdaad ver klaren en tegelijkertijd de wapenen voor den volgenden oorlog laten aanmaken en de dienstweigeraars in de gevangenis stoppen. Het is raad in deze wereld en nog is het protest van de volken zoo zwak. Maar het slachtvee begint te ontwaken Steeds meer begint men in te zien, dat het bloed niet vloeit voor hooge idealen. De protesten beginnen weerklank te vin den. Eindelijk begint het nationale geweten te ontwaken. Wij zien dat hier aan deze stampvolle zaal. Wij zien, dat aan de enthousiaste ovatie gebracht aan deze vijf jonge mannen, die in plaats van te genieten van hun jeugd zich hebben laten opsluiten tusschen de muren van de gevangenis, omdat zij liever leed en ver nedering ondergingen dan te transigeeren met hun geweten en met de stem van hun hart. Nimmer hebbe matelaren voor niets ge leden. Uw leed, Uw daad, Uft krachtig standhou den voor het hoogste ideaal der menschheid, de wereldvrede, moet en zal spreken tot de harten en hoofden van al diegenen, wier oogen nog niet open zijn en die nog niet zoo stevig in hun schoenen staan, dat zij dur ven en kunnen lijden voor de menschheid Maar eens zal die daad door allen erkend en gewaardeerd worden. Eens zullen de jon ge moeders, die thans haar zuigelingen in de armen geklemd houden, begrijpen wat zij aan U te danken hebben. Dat zal zijn op het oogenblik, dat de volker. wakker geworden en de ontwapening zullen doorvoeren, dat on kunde zal plaats maken voor inzicht, dat lauwheid en karakterloosheid zullen hebben laats maken voor inzicht, dat lauwheid en arakterloosheid zullen hebben plaats ge maakt voor den ontembaren wil om den vrede te verkrijgen ten koste van alles. Wij van onzen kant, belooven U daarvoor te werken met alle macht die in ons is. Hierna kwam de heer Wim Wiese aan het woord. Hij herinnerde er aan, dat de jongeren tot hun meerderjarigheid in alles van hun ouders afhankelijk waren volgens de wet, en dat de verantwoordelijkheid voor hun daden wettelijk eveneens bij de ouders berust. Ech ter maakt de wet een uitzondering en wel voor de militaire dienst. Want daarbij wordt nog aan de jongeren, noch aan de ouderen de vrijheid gelaten over het al of niet deelnemen te beslissen en dus wordt aan de jongens de zware taak in handen gelegd zelf de verant woordelijkheid op zich te nemen. Spr. wees er op, dat als de dienstplicht bijv. op 23 jaar in plaats van op 18 jaar zou in gaan, er zeker wel tien maal zooveel dienst weigeraars zouden zijn. Spr. ging uitvoerig in op de behandeling, die de jongens in de gevangenis hadden moe ten ondergaan. Het is, zei hij, voor ons heel moeilijk om ons te realiseeren wat dat is, op gesloten te zijn. Wij weten niet welke stem ming en welke sfeer daar heerschen. Het is geen wonder, dat zij met hun jeugd en met hun enthousiasme licht komen tot daden, die zij later zouden veroordeelen tot daadwerke lijk verzet tegen het gevangenisregime. U begrijpt, daar zijn ook andere kanten aan. Wij moeten ook de houding der gevangenen- bewaarders bespreken. Er zijn bijv. verschil lende socialisten onder de jongens. En als daarnaast dan bewakers aanwezig zijn, van een geheele andere richting, en zij gaan de jongens dan door vele kleinigheden het leven moeilijk maken, dan maken ze het daardoor wel heel moeilijk. Het is bijv. voorgekomen, dat een bewaker spottend zei; „Ik colporteer ook met gebroken geweertjes", daarmee de jongens in hun beginselen treffend. Maar overigens is de behandeling vrij goed. Anders maakte men ze tot martelaars en dat zou daadwerkelijke propaganda zijn voor de anti- militairistische gedachte. Hier zijn de jon gens geen menschen, maar nummer zooveel uit dat en dat hokje. Het is geen wonder, dat dit tot verzet prikkelt, al is dat verzet dan niet moreel goed te praten. Het feit, dat de jongens worden opgesloten, is moord van de ziel. Het is voorgekomen, dat een jongen een gillettemesje inslikte, om dat hij dan naar het hospitaal moest en uit de cel weg kon komen. Het begon met 1 Mei. Dit was voor de jon gens een feestdag, die gevierd moest worden in de gemeenschap die dertig jongens met elkaar gevormd hadden. Zij zagen kans van een stok en wat roods een roode vlag te ma ken en deden die van de gevangenis wappe ren. Natuurlijk waren de gevangenbewaar ders daarom kwaad. Er zijn verschillende schermutselingen ge weest, maar het hoogtepunt kwam op 31 Mei. Er was die dag een anti-militairistische demonstratie en er werd gezongen. De jon gens hebben toen teruggezongen en ge schreeuwd. De gevangenisdirecteur en ook de plaatsvervangende directeur waren er toeval lig niet en de leiding was in handen van den directeur der strafgevangenis, die meende nu eens extra streng te moeten optreden. Negen van de jongens zijn (oen stuk voor stuk uit hun cel gehaald en door bewakers van de strafgevangenis met gummistokken afgeran seld. Daarna werden zij onderworpen aan een zeer strenge regime. Er zijn jongens, die 2 V, maand in de cel in de strafgevangenis hebben doorgebracht. Anderen moeten, als ze door de gang liepen, een gevangenenkap dra gen met twee kijkgaten, alsof ze schurft had den. En weer anderen werden als straf ver schillende malen opgesloten in een cachot Dit is een ijzeren kooi van twee maal twee maal twee meter, die i n de cel wordt ge plaatst. Op doktersvoorschrift mogen de jon gens er maar een paar uur inzitten ..om te kalmeeren", maar sommigen zaten er vijf dagen in. Hoe het mogelijk was, dat berichten hier- V.. N jiUJcVsen? Op alle brieven staat censuur en wat niet doorgelaten mag, wordt onleesbaar gemaakt. Bij bezoek van ouders ed. is een bijzitter aanwezig, die in den eer sten tijd na de mishandeling het speciale consigne kreeg, dat er niet over gevangenis toestanden mocht worden gepraat! Juiste be richten konden eerst doorlekken, toen sommi ge dienstweigeraars vrij kwamen. Hij is ver der naar de soc.-dem. regent van de gevan genis, ds. van der Heide, gegaan, doen deze maakte zich er af. Toen ging spr. naar dc directeur van de bijzondere strafgevangenis. Die ,.had geen tijd". Toen de verklaringen van de dienstweige raars verzameld waren, was er de moeilijk heid een vereeniging te vinden, die de publi catie op zich zou nemen. Eindelijk werd con tact bereikt met ds. Hugenholtz te Ammerstol en ds. Frits Kuiper te Krommenie. Deze laat ste nam in „Kerk en Vrede" over, wat Wiese reeds in „De Jonge Gids" over de mishan deling had gepubliceerd en via ds. Kuiper kwam het in de kringen der Tweede Kamer De so:.-dem Duys hield een interpellatie, doch de minister ontkende alles. Hij had 7 dienstweigeraars ondervraagd, doch die wis ten van niets. Maar wie garandeert, dat dit de zelfde jongens waren? Ook de bewakers ontkenden en de directeur. Maar thans weten wij, dat het de directie van de strafgevange nis geweest en niet van de bijzondere, en dat cok de bewaarders uit een andere gevangenis de ranseling hebben toegediend. Thans moeten de jongens naar Veenhui- zen. In hoeverre dit 'n verbetering is, kunnen wij thans nog iet nagaan. Maar wei weten we, dat tegenover het waarschijnlijke voor deel van te mogen werken in de open lucht, voor de jongens verschillende nieuwe moei lijkheden zijn gekomen. Zoo mogen zij geen Sinterklaaspaketten ontvangen, en zij kregen geen vegetarisch voedsel, zooals in Schevenin- gen. Twee jongens zijn thans uit protest in hongerstaking gegaan. Spr. wekte op tot een protest tegen de on- menschelijke behandeling van jongens, die de stem van hun geweten hebben gevolgd. Hierna kreeg de heer Kees Kracht het woord, als vertegenwoordiger der dienstwei geraars, die in hoofdzaak de door Wiese ge noemde feiten bevestigde. Rede ds. Schermerhorn. Na een korte pauze kwam de veteraan der vredesbeweging, ds. N. J. C. Schermerhorn, aan het woord. „Het is mij, zeide deze, als oude strijder te gen het militairisme een groote ontroering te mogen spreken in een zaal waarin enkele jongeren aanwezig zijn, die den moed hebben gehad hun overtuiging te volgen. En ook dat er zoo overweldigend veel menschen zijn gekomen om hen te ontvangen. Dit bewijst wel dat er iets verandert in de mentaliteit van de menschen. Er vindt een ommekeer plaats in de hoofden en de harten van een groot deel van het Nederlandsche volk. En het kan ook niet anders, of in een uur als dit, waarin wij, door een enkele ge dachte bezield, bijeen zijn, wordt het geloof versterkt, dat onze strijd tegen het militairis me geen wanhoopsstrijd is, maar dat het een strijd is, waarvan wij kunnen verwachten, dat daarop eens de overwinning zal volgen Een uur als dit geeft ons nieuwe kracht, nieuwen moed, om te blijven vechten voor de groote idee, waaraan wij allen ons hebben gewijd. Wanneer ik over deze idee van het anti- militairisme enkele woorden tot U zal spre ken, dan voelt U wel, dat er in de allereerste plaats uiting moet worden gegeven aan wat er leeft in mijn hart, een gevoel van dank baarheid tegenover de jonge mannen, die hebben getoond te zijn geen menschen van theorie, maar mannen van de daad, die wi] noodig hebben om eindelijk bevrijd te kunnen worden van het gevaar van het militairisme. Wanneer ik spreek over de verandering in de geestelijke gesteldheid van den mensch, dan kan ik niet nalaten U een heel klein stukje voor te lezen uit een krant, die mij zooeven in handen kwam, een berichtje uit Nieuwe Niedorp. Zooals U weet heb ik daar het grootste deel van mijn leven door gebracht en U zult begrijpen, wat in mij is omgegaan bij het lezen van dit, ik zou' haast zeggen, heerlijke bericht. Het luidt als volgt; „Vrijdagmorgen kwamen alhier twee mili taire politiemannen aan om den dienstplich tige Arts, die geen gehoor had gegeven aan de oproeping om voor de herhalingsoefenin gen op te komen, als dienstweigeraar in te tekenen. Er was van den kant van het pu bliek groote belangstelling en op een oogen blik nam dit zelfs een dreigende houding aan tegenover de militaire politie, waarbij de toestand tenslotte zoo gespannen werd, dat de loco-burgemeester, de heer Pluister, advi seerde, om eventueele ernstige gevolgen te vermijden, de inrekening van Arts heden niet te doen plaats vinden en te wachten totdat de kalmte was teruggekeerd. De militaire politie ging aldus onverrichterzake naar huis". (Donderend gejuich en applaus, dat minuten lang aanhoudt) Dat zijn dingen, die ons moed geven, te hopen, dat de anti-militairistische idee veld wint en dat er eindelijk een eind komt aan de laksche houdng van de groote massa der menschen, omdat er een ander besef Saa* doordringen. En is het eigenHik niet volko men natuurlijk dat dit gebeurt? Laten wij anti-militairisten toch tot in ons diepste over tuigd zijn, dat wij met onzen strijd open te genover de wereld kunnen optreden en ons voor niemand hebben te schamen, fier ons wit te vredesvaandel omhoog kunnen houden, om dat wij vechten voor hei belang der mensch heid zelve. Dat moet de gedachte zijn, die diep in ons allen leeft. Een hoog en heerlijk doel staat ons voor oogen. Een afwijzing van de barbaarschheid, die nog altijd in onze barbaarsche maatschappij bestaat. Wanneer daar ooit een tijd is geweest, waarin dit zeer sterk door ons gevoeld wordt, dan ongetwijfeld in dezen tijd, dien wij thans doormaken. Wij leven in een fieriode van crisis. De toestand verscherpt zich. Iedereen die zijn oogen open heeft, kan ook dit weten, dat op dit oogenblik een nieuwe oorlog in voorbereiding is. Dat die oorlog feitelijk al is uitgebroken, in den vorm van den economischen oorlog, die door de ver schillende staten gevoerd wordt. Een econo mische oorlog, van zoo'n groote hevigheid als wij dien thans zien, kan ieder oogenblik veranderen in een oorlog, die gevoerd wordt met andere wapenen dan tarieven en tolmu ren en uit- en invoerverboden, die gevoerd wordt met de wapenen der barbaren. Wij menschen, wij kunnen niet anders dan met huivering en met angst en beven denken aan wat er aan ellende gebracht zal worden over de wereld, als weer de waanzin zal ko men over de volkeren, wanneer weer de re geeringen den brutalen durf hebben om de vol keren tegen elkaar op te jagen in een ver nietigingsoorlog. Wij kunnen huiveren als wij er aan denken, wat er dan over de wereld zal worden gebracht. Vernietiging van mil- lioenen menschenlevens. De meest moderne hulpmiddelen zullen worden aangewend, om toch maar dien moord zooveel mogelijk te per fectionneeren, om zooveel mogelijk offers te maken, om de menschen weg te gassen, die millioenen, jonge, hoopvolle levens. En dan vragen wij: Is nu nog niet de tijd gekomen, waarop de volken gaan nadenken? Waarop de volkeren als één man opstaan en zeggen: „Wij willen strijden.... voor het leven!" Wij willen strijden voor een waarachtige bescha ving. Wij willen strijden opdat de wereld een woonplaats voor de menschheid worde, waarin ieder mensch kan voorzien in zijn be hoeften naar lichaam en naar geest De tijd is gekomen, waarop de volkeren gaan begrijpen: Zoo kan en zoo mag het niet langer doorgaan. Wij zijn hier in zoo groo- ten getale bijeen. Dat is een uiting van wat er groeiende is in de harten der menschen. Wij kunnen dat gelukkig ook zien in andere landen, bijv. in België, waar nu ook de idee van de dienstweigering hoe langer hoe meer doordringt. Er is pas weer zoo'n jonge kerel veroordeeld. Toen stond zijn moeder, die in de rechtszaal aanwezig was, op, en riep tot de rechters: „Gij kunt 't lichaam van mijn jongen opsluiten, maar aan zijn geest kunt gij niet raken." (Donderend applaus). Als dat zoo is, dan voelen wij welk een ontzagwekkende macht er kan schuilen in den geest van den mensch, wanneer die waarachtig anti-militairistisch en anti-oor- logsgezind wordt. Geen macht ter wereld is in staat om dien geest te dooden, die Zich baan breekt door de gevangenismuren heen. Wij allen hebben in ons een onverwoest baar geloof in den mensch. Wij zijn ervan overtuigd, dat, ten laatste, die mensch zich genoodzaakt zal zien te aanvaarden wat goed is en wat redelijk en zedelijk is. En wanneer wij kunnen opmerken, dat op het oogenblik mannen als vertegenwoordi gers der exacte wetenschappen en dus niet van een wetenschap die men „sentimenteel" zou kunnen noemen als wij opmerken, dat een van de allergrootste wetenschappelijke figuren als ongetwijfeld de geleerde Éinstein is, den moed heeft om overal waar hij komt, o.a. op een serie lezingen in Amerika, te wij zen op de noodzakelijkheid van de dienstwei gering, dan jubelt er toch wel iets in ons en dan voelen wij dat wij den goeden kant uit gaan. Het is natuurlijk buitengewoon verheu gend, wanneer op een vergadering als deze zooveel menschen in belangstelling bijeen zijn gekomen. Maar Uw vredesgezindheid mag niet alleen bestaan in het optrekken naar een vergadering. Wanneer gij inderdaad de verlossende daad /an de dienstweigering zijt toegedaan, dan verwachten wij van U, dat U ook in den strijd tegen 't militairisme naast ons zult staandat gij, diep begrijpend, dat wij voor een heeriijk en groot ideaal opkomen, ook voor dat ideaal zult willen vechten. Dat gij mede zult helpen, r,m in de wereld te ver breiden die zuiver humane begrippen, die met het militairisme onvereenigbaar zijn. Dat gij ook zult willen medeheljren de menschen de oogen te openen voor de feiten, waarom eigen ijk oorlog gevoerd wordt. En ziet ge, wanneer ik dat zeg, dan komt bij mij onwille keurig de gedachte op: Hoe is het mogelijk dat daar nog altijd de groote massa voort leeft, alsof zij er niets van begrijpt, dat het militairisme en de oorlog alleen in stand worden gehouden voor de belangen van een bepaalde groep menschen in onze maat schappij. Het militairisme is niet in het be lang van het volk. Er wordt in den oorlog, ten spijt van alle leuzen en leugens, niet ge streden voor het belang van het volk, maar voor dat van de kapitalistengroep, die het volk gebruikt om haar belangen te dienen. En daarom te meer dringen wij er bij de menschen op aan: Ban toch uit Uw hart alles wat er misschien nog in leeft aan sympathie voor het militairisme. Durft de naakte werke lijkheid te zien, dat de oorlog slechts één doel heeft: in dienst te staan van een be paalde klasse, van kapitalisten. Het wezen van het militairisme is de ver moording van den mensch. Niet alleen van zijn stoffelijke lichaam maar ook van zijn zedelijkheid. Over het Hoffelijke behoef ik niet te spreken. Wanneer het militairisme actief optrekt, dan is het om het stoffelijke van den mensch te vermoorden. Maar wanneer het mi litairisme niet actief optrekt, dan maakt het de menschen niet alleen klaar voor den moord, dan maakt het den mensch eerst zedelijk kapot. Er kan geen oorlog gevoerd worden

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1931 | | pagina 7