JUcfdszoAm £and= en Juin&ouw Wekelijksch Overzicht t 2* P 3 Haagsche brieven. .jr Amsterdamsche Beurze genoteerde fondsen, verstrekt door Noordhollandsch Landbouwcrediet N.V, fc% aSfc ties, wier namen nog thans zóó fascineeren, de Amsterdammers gepakt hebben. Iets, dat van weinig andere tentoonstelling daarna nog gezegd kon worden. Vol verwachting klopt ons hart VAN SIEGEN. VOOR DEN KANTONRECHTER TE ALKMAAR. TERNAUWERNOOD AAN VERPLET TERING ONTKOMEN. De 36-jarige vrachtrijder Jan M. uit Ber gen, die zich met zijn vrachtauto op 15 Oct. op den onbewaakten tramoverweg aan den Kanaaldijk bevond op het moment dat een localatrein in aantocht was, ontkwam nog juist bijtijds aan een dreigende vermorseling door vol gas te geven, zoodat het ongeval met eenige materieele schade aan den auto Sfliep. Door den machinist echter werd tegen Jan M. proces-verbaal opgemaakt wegens overtreding van artikel 11 van het spoorweg reglement en nu stond hij de vorige week te recht. Het feit meest verdachte natuurlijk toe geven, doch hij beweerde tevens, dat het uit zicht ter plaatse destijds werd belemmerd door eenige goederenwagens, die na het on geval direct verwijderd waren. Den kanton rechter was het ook opgevallen, dat de toe stand bij dien overweg niet altijd voldeel aan den eischen van veiligheid en hij achtte het hooren van den verbalisant-machinist nood zakelijk. Bij "de Vrijdag voortgezette -behandeling werd de machinist Teijken gehoord, die ver klaarde alle middelen ter waarschuwing te hebben aangewend. In verband evenwel met de voor verdachte ongunstige omstandighe den werd hij tot slechts 5 boete of 5 dagen veroordeeld. WAS ER TE VEEL STERKE DRANK GEBRUIKT? J 60 BOETE EN EEN JAAR INTREKKING RIJBEWIJS GEREQUIREERD. In ons aanvangsnummer van ons rechts- terslag der vorige week werd de aandacht gevestigd op den 25-jarigen heer Piet K., 'n gefortuneerde stamhouder van een aan de Noordervaart gemeente Oterleek woonachtig landbouwer, welk jongmensch in de geluk kige omstandigheid verkeert alle levens vermakelijkheden geregeld te kunnen bijwonen, waarbij een soliede motor, door hem met bekwame hand gereden, hem een niet te versmaden assistentie verleent. En deze benijdenswaardige jonge man nu, na zich in den avond van Zondag 13 Dec. aangenaam verpoosd te hebben in de com fortabele dancing der Alkmaarsche Harmo nie, had zich omtrent het middernachtelijk uur op zijn onafscheidelijke motor begeven naar Stompetoren, alwaar in het café van den heer Komsteen- annex bal- en tooneel- zaal, ondanks het vergevorderde uur, dank zij de al te soepele bepalingen der landelijke politieverordeningen, dans- en drankgenot nog ongehinderd konden worden genoten. Na ook in deze inrichting van vermaak eeni- gen tijd vertoefd te hebben, wilde K. zich op zijn motor huiswaarts begeven, doch bleek volgens de meening van den brigadier Tals- ma, die hem dien nacht met zijn bijzondere opmerkzaamheid had vereerd, niet in staat deze motor behoorlijk te besturen, zooals de brigadier had geconstateerd uit het feit, dat K., na op onzekere wijze te zijn weggereden, bij het nemen van een bocht kwam te vallen en onder zijn motor terecht kwam. Toen K. na zelf weer opgekrabbeld te zijn, weer wenschte weg te rijden, werd hem zulks door den brigadier belet en op diens lastgeving werd de motor in een bewaar plaats opgeslagen. De brigadier, bij wien reeds gedurende geruimen tijd ernstige be zwaren waren gerezen tegen de motor uitstapjes van den heer K., meende thans termen te hebben gevonden om tegen hem proces-verbaal op te maken ter zake overtre ding van artikel 22 B der motor- en rijwiel- wet. Ter zake dezer overtreding was de heer K. dan de vorige week als verdachte voor den kantonrechter gedagvaard. Hij verscheen met zijn juridischen vertrouwensman mr. C. A. de Groot als verdediger. Door verdachte werd ontkend in zoodani- gen alcoholhoudenden toestand te hebben verkeerd, dat hij onmachtig zou zijn geweest zijn motor te besturen. De oorzaak van zijn val moest worden gezocht in den glibberigen toestand van den weg, waardoor het moterrijwiel bij het ne men van een bocht was geslipt. Voorts werd door verdachte geïnsinueerd, dat vermoedelijk door kwaadwilligen de stuurpen was vastgezet, waardoor natuurlijk het nemen van een bocht onmogelijk was ge maakt. Door den brigadier werd de mogelijkheid van slippen ontkend en evenmin had verba lisant, zelf ook motorrijder, bemerkt, dat de stuurpen vaststond. Verdachte had na den val, zonder zelfs zijn motor, die was blijven doorloopen af te zetten, willen doorrijden. De brigadier was toen tusschenbeide geko men en had het voortrijden belet. De wijze, waarop verdachte had gereden, was door den brigadier door een schetskaart aangege ven. Een viertal getuigen a décharge waaron der een jonge dame uit Beemster, die met den heer K. te voren hadden geconverseerd, beweerden geen alcoholischen invloed aan hem te hebben bespeurd, ook niet na den val van de motor, toen hij later met hen was ïpgewandeld. Verdachte beweerde voorts telt de motor in den stal te hebben gezet. Een knecht van den ouden heer K., vader van verdachte, de Zeeuwsch-Vlaamsche Vital de Koek, verklaarde, gehoord te hebben, dat de brigadier, toen deze den zoon van zijn pa troon, de „Citaosie" (dagvaarding) beteeken- de, had gezegd, dat hij Piet K. net zoo lang zou zoeken, dat zijn rijbewijs werd ingetrok ken. De brigadier, onmiddellijk van repliek dienende, verklaarde niet te hebben gezegd Piet K. te zullen zoeken, maar hem wel ge waarschuwd te hebben het noodig te*achten, indien Piet K. doorging onder den invloed van genoten biertjes motor te rijden, dat h*™ zijn rijbevoegdheid werd ontnomen. Dverigens verklaarde de brigadier nimmer te hebben opgemerkt, dat verdachte gebruik maakte van sterken drank en hij voorts in normalen toestand geacht kon worden een zeer bekwaam motorrijder te zijn. Na het verhoor der gedagvaarde getuigen, werd het door ambtenaar en kantonrechter wenschelijk geacht alsnog twee door den brigadier Talsma genoemde personen, die het gebeurde hadden bijgewoond, de rijwiel bewaarder Leegwater en zekeren H. Volstra, als getuigen te dagvaarden en daarom werd de verdere behandeling der zaak uitgesteld tot heden. Nu werden beiden nog gehoord en hun ge tuigenis was niet in het voordeel van ver dachte. E>e ambtenaar beschouwde verdachte, voornamelijk op grond van diens overmatig biergebruik als een gevaarlijk rijder en vor derde 60 boete of 60 dagen en ontzegging rijbevoegdheid voor den tijd van 1 jaar. Mr. C. A. de Groot leverde een uitvoerig pleidooi, concludeerende tot vrijspraak, subs. een straf in verhouding tot de geringheid der overtreding. Door den kantonrechter werd de uitspraak bepaald op 5 Febr. DE VRIENDELIJK WUIVENDE VERKEERSAGENT. Een garagehouder uit Burgerbrug, de heer J. G. N., werd in den avond van 1 Nov. te Alkmaar tweemaal op de bon gezet, ten eerste omdat hij de Koorstraat met zijn luxe wagen bereed, zonder dat dit rijtuig van twee brandende koplampen was voorzien en secundo, om dat hij niet had gereageerd op het door den politie-agent gegeven stopsein. De heer N., de vorige week beleefdelijk op de morgenaudiëntie van den kantonrechter genoodigd, kon toen het lichtgebrek niet te genspreken, maar wel ontkende hij opzette lijk nagelaten te hebben zijn wagen te doen stoppen. In de opgestoken politiehand had hij niet gezien een ambtelijk gebaar, maar slechts een beleefdheidsgeste. De verbalisant ontbrak, dus kon deze definitie, waarop het bekende Italiaansche spreekwoord: „Si non vero, bene trovato" misschien kon wor den toegepast, niet met redenen van weten schap worden weersproken, zoodat tot aan houding en verhoor van den verbalisant werd besloten. Gedurende de voortgezette behandeling werd echter wel de indruk gevestigd, dat de heer N., die bezig was een leerling-chauffeur te instrueeren, niet opzettelijk had doen door rijden, ten einde een bekeuring te ontduiken. Hij kwam er dus tamelijk goedkoop af met een boete van 4 of 4 dagen en een dito-dito van 6 boete of 6 dagen. DE „INGEBAKERDE" VERTEGEN- WOORDIGER VAN DE STUDE- BAKER. Het moge zoo oppervlakkig beschouwd een aangename en voordeelige taak zijn, te mogen optreden als representant van de be kende automobielfabriek der Studebaker, het blijkt echter, dat ook deze roos niet van scherpe doornen is verstoken. Althans de heer O. J. R., die de eer heeft te Amsterdam de „Studebaker" te vertegenwoordigen, kwam in den kouden avond van 2 Nov. uit Den Helder, waar ook geen orchideekastem- peratuur heerschte, gezeten op een open truck, dat is een chassis zonder carosserie, met bestemming naar Amsterdam, wat lang geen plezierritje kan worden genoemd In een Noordhollandschen Novemberavond. De heer R. was dus terdege ingepakt tegen de koude, wat de scherpte van zijn gehoor organen niet bevorderde. Hij kon dus niet waarnemen dat op den Kennemerstraatweg te Alkmaar een agent hem met stem en ge baar animeerde om te stoppen, omdat een gedoofd achterlicht belette achternummer en letter waar te nemen. Hij zag in het duister wel iemand staan, die een hand opstak, doch vermeenende, dat dit misschien 'n aspirant gratis passagier was, die de genoegens van de open truck met hem wilde deelen, was hij onbekommerd doorgereden. Te Heiloo werd door hem het lichtgebrek ontdekt en verhol pen en zijn nalatigheid met betrekking tot't stopsein werd hem te Amsterdam door een rechercheur ter kennisse gebracht. De vorige week terechtstaande, bracht de heer R. al zijn grieven naar voren en daarop werd de zaak- tot heden uitgesteld. De thans niet versche nen heer R. werd na verhoor van agent v. d. Brink nogal niet soetsappig behandeld en veroordeeld tot 5 en 20 boete of 5 en 20 dagen hechtenis. HET ZOEKLICHT NAAR E WAAR HEID ONTSTOKEN. De vorige week verscheen voor den kan- tonrechterszetel een tweetal veelebeloveride jongelieden uit Egmond-Binnen, de 21-jarige j. J. T. en zijn juridisch nog tot de kinder kamer behoorden makker, de 17-jarige A. C. Z., om zich te verantwoorden wegens een door hen op 2 December gepleegd delict in de duinen van den heer V. v. d. Vliet aldaar. Zij zouden zich toen hebben schuldig ge maakt aan het delven naar konijnen, een op windende en veelal loonende sport, indien zij niet door een jachtopziener ontijdig ge stoord wordt. Maar dergelijke primitieve jachtbeoefe- naars zijn ver van populair bij duinbezitters en koddebeijers en behoeven, indien zij op heeterdaad betrapt worden, op geenerlei consideratie te hopen, zoodat ook deze jon gelieden er inliepen, toen zij door jachtopzie ner Blokker werden gesnapt. Toen zij even wel de vorige week terecht stonden, vertoon de geen hunner eenige verschijnselen van berouw of neiging tot het afleggen van een rouwmoedige bekentenis, integen deel werd door hen unaniem grauwerig te kennen gegeven, dat er „niks van waar" was. Het gevolg was, dat de verbalisant zou moeten verschijnen om deze ontkentenis te ontzenuwen. Heden werd dan deze jacht scène voortgezet. Jachtopziener Blokker werd gehoord en het resultaat was voor de konijntjesgravers niet gunstig; 20 boete of 20 dagen voor T. en 14 dagen tuchtschool voor Z. VAN DE NOG VERBODEN VRUCHT GESNOEPT. De op 1 Decemeber nog 17-jarige C. J. K. te Bergen, die zich had bekwaamd in het autorijden, was zoo vol brandend verlangen om zijn verworven vaardigheid in practijk te brengen, dat hij zijn 18en verjaardag (19 December) niet kon afwachten en het er maar op waagde zijn kunsten te vertoonen. De chef-veldwachter Vermeulen liep echter ook niet te dutten en had het voorbarig jongmensch spoedig te pakken, een activiteit die den overtreder 16 boete kostte. Hij kwam echter in verzet, hopende op conside ratie, indien de heeren volledig op de hoogte waren gebracht. Want „tout savoir est tout pardonner", alles weten is alles vergeven en zijn vertrouwen werd niet beschaamd, want de straf werd heden gereduceerd tot 10 boete of 10 dagen. RECHTS GAAT VOOR. De heer A. S. P. E-D., een provinciaal ambtenaar uit Beverwijk, was op 8 Decem ber te Alkmaar op den hoek Kennemerstraat wegNieuwlandersingel in een door hem bestuurden auto vóór een paar rechtsrijdende fietsers, die de Heilooërbrug wenschten op te rijden, den Nieuwlandersingel opgereden, zoodat 't maar weinig scheelde of deze hee ren waren in 't gedrang geraakt. Ten einde den bestuurder duidelijk te maken, dat het van rechtskomende verkeer voorrang heeft, werd aangifte gedaan. De heer D., thans te rechtstaande, kon het feit niet spontaan toe geven en het werd dus wenschelijk geacht, de zaak aan te houden tot a.s. week om nog eenige nieuwe getuigen te hooren. NIET VERSCHENEN GETUIGEN VOOR DEN POLITIERECHTER TER VERANTWOORDING GEROEPEN. Voortdurend blijven ter terechtzitting ge dagvaarde getuigen wederrechtelijk weg, welke absentie dikwerf een ongewenschte stagnatie in de behandeling der strafzaken veroorzaakt. Het strafwetboek geeft echter wel twee artikelen aan om dergelijke nala- tigen te straffen en zoo stonden heden suc cessievelijk een viertal personen terzake overtreding van artikel 444 terecht. Artikel 192, dat een misdrijf is en waarop alleen gevangenisstraf is gesteld, had men maar buiten beschouwing gelaten In de eer ste plaats dan was het een kellner, de heer H. J. B., die had moeten verschijnen op 12 Oct. in een zaak betreffende verduiste ring uit Bergen. Deze heer werd veroordeeld tot 4 boete of 4 dagen. Vervolgens verscheen een Duitsche dame, mevr. G. W. V., geboren K., uit Haarlem, die eveneens getuigenis had moeten afleg gen in dezelfde strafzaak contra den kellner, Hendr. A., ook haar werd 4 boete subs 4 dagen opgelegd. De Amsterdamsche koopman J. K., die had moeten verschijnen als getuige in een strafzaak tegen een caféhouder uit Anna- Paulowna en van geen belangstelling had blijk gegeven, werd eveneens met 4 boete of 4 dagen gestraft. Eindelijk was de reiziger Corn. T. uit Heerhugowaard opgeroepen, omdat hij op 5 October niet present was in een mishande lingszaak tegen Piet G. Aangezien deze spij belaar al bijzonder veel pech kon aantoonen, werd hij met extra consideratie behandeld en veroordeeld tot 3 boete of 3 dagen. Als men echter maar wil onthouden dat de kantonrechter ook zestig gulden boete op kan leggen! Wordt vervolgd. (Mondelinge uitspraak 22 Januari 1932). D. D. te Schoon, overtreding IJkwet, 3 boete of 3 dagen hechtenis. C. E- te Alkmaar, M. R. te Noordschar- woude, dronkenschap, de 1ste 8 boete of 8 dagen hechtenis, de 2e 3 boete of 3 dagen hechtenis. W. J. B. te Bergen, overtreding Wapen wet, 6 boete of 6 dagen hechtenis. J. M. te Bergen, J. D. te Heiloo, overtre ding Spoorwegwet, de Ie 5 boete of 5 da gen hechtenis, de 2e geen straf toegepast. J. G. Sz. te Egmond aan Zee, J. J. T. en A C. S. te Egmondbinnen, overtreding Jachtwet, de le 20 boete of 20 dagen hech tenis, de 2e 20 boete of 10 dagen hechtenis, de 3e 20 boete of 2 weken tuchtschool. L. v. V., G. M., P. B., J. C., J. H., A. C, T W„ J. K. te Castricum, overtreding Pro vinciaal Reglement, ieder 3 boete of 3 da gen hechtenis. G. W K. te Haarlem, S. Th. H. te Egmond aan Zee, S. H. te Alkmaar, C. T. te Hugo- waard, J. K. en H. J. B. te Amsterdam, over treding Art. 444 W. v. Str., de le en 6e ieder 4 boete of 4 dagen hechtenis, de 2e en 3e ieder 8 boete of 8 dagen hechtenis, de 4e 3 boete of 3 dagen hechtenis, de 5e 6 boete of 6 dagen hechtenis. T. J. S. en J. W. te Bergen, C. J. E., A. W., S. G. en T. J. v. B. te Alkmaar, C. C. te Delft, overtreding Politieverordening, de le en 2e ieder 5 boete of 5 dagen hechtenis, de 3e 3 boete of 1 week tuchtschool, de 4e, 5e en 7e ieder 3 boete of 3 dagen hechtenis, de 6e 1 boete of 1 dag hechtenis. J. K, te Egmond a/d Hoef, J. H. te Heiloo, A D. te Limmen, G. G. en T. G, te Bever wijk, M. K., C. J. K. en P. D. P. te Bergen, 5 K. te Schermerhorn, O. J. R. te Amster dam, J. G. N. en L. v. d. O. te Zijpe, A. V. te Ju'ianadorp, N. H. te Akersloot, C. P. E. te Twisk, P. B. te Zuidseharwoude, C. Th W. te Hugowaard, P. de H. en M. v. d. M. te Broek op Langendijk, T. H. te Bennebroek, G. F., J. B., J. J. K., K. S. en J. M. te Alk maar, overtreding Motor- en Rijwielwet. de le en 16e ieder 7 boete of 2 dagen hechte nis, de 2e, 3e, 8ste, 9e, 13e, 14e, 15e, 17e, 19e, 20e. 23e en 25e, ieder 4 boete of 4 da gen hechtenis, de 4e, 12 boete of 12 dagen hechtenis, de 5e, 7e, 12e en 24e, ieder 10 boete of 10 dagen hechtenis en de 6e 3 boete of 3 dagen hechtenis, de 1 Oe 5 en 20 boe te of 5 en 20 dagen hechtenis, de 11e 4 en 6 boete of 4 en 6 dagen hechtenis, de 18e 7 boete of 7 dagen hechtenis, de 21ste 6 boete of 6 dagen hechtenis, de 22ste 5 boete of 5 dagen hechtenis. Schriftelijk vonnis. G. A. te Egmond aan Zee, overtreding Jachtwet, f 20 boete of 10 dagen hechtenis. DE OVERVAL OP EEN POSTAUTO TE DEN HAAG. IVas verdachte dien avond niet bij de Witte brug? In verband met de rechtszaak tegen den verdachte van den overval op een postauto nabij de Wittebrug te 's-Gravenhage meldt het Corr.-bureau, dat van de zijde van den verdediger vier getuigen en één deskundige k décharge zullen worden opgeroepen. Twee van deze vier getuigen zullen een alibi ver strekken omtrent verdachtes aanwezigheid op den bedoelden avond elders dan in de om geving van de Witte brug. Den vorigen Zaterdag is in de kunstzalen Kleykamp de tentoonstelling geopend van teekeningen en schilderijen door de Koningin vervaardigd en dit is een groote gebeurte nis geworden in het Haagsche leven De zeer sympathieke gedachte van de Koningin om op deze wijze indirect haar gaven ten dienste te stellen van een deel van het volk, dat dringend hulp behoeft, heeft weerklank gevonden in aller harten. Daarbij komt na tuurlijk ook nog wel, dat zeer velen, die van tijd tot tijd gehoord hebben over het schil dertalent van onze vorstin, graag van de ge legenheid gebruik maken om haar werk te zien. De tentoonstelling in Kleykamp is een van de gebeurtenissen, die niemand onverschillig voorbij gaat; ieder moet er geweest zijn, ieder moet ze gezien hebben, ieder moet er over mee kunnen praten. Zoo komt het, dat het de eerste twee da gen eenvoudig storm geloopen heeft van be langstellenden, die zich verdrongen in en voor de villa op den Ouden Scheveningschen weg. De mooie zalen van dezen koninklijken kunsthandel vormen wel een bij uitstek ge schikt kader voor het werk der koninklijke kunstenares en de expositie ademt een in alle opzichten voornaam cachet. Lange files auto's reden Zaterdag en Zon dag af en aan en bij oogenblikken was hei zoo vol, dat de toegang tot de zalen tijdelijk stop gezet moest worden. Die eerste twee dagen kwamen er reeds ver over de vierdui zend bezoekers en nu moet eigenlijk de gan- sche tentoonstelling haar verloop cog heb ben. Men behoeft niet helderziend te wezen en niet bedeeld met verborgen gaven om te voorspellen, dat de opbrengst, die bestemd is voor de noodlijdende kunstenaars, groot zal zijn. Maandag was het uiteraard niet zoo overvol. De Maandag is nu eenmaal een stille dag, maar in de zalen waren telkens toch zooveel kijkers, dat men voor enkele stukken drie en vier rijen dicht stond en dat door wie het laatste binnen kwamen, gewacht moest worden tot er wat ruimte kwam, die een bezichtiging, welke wat meer wilde zijn dan een oppervlakkig langs loopen, mogelijk maakte. Nu moet ik er bij zeggen, dat een groot percentage van het publiek niet was wat ik tentoonstellingspubliek zou willen noemen en daardoor niet geheel op de hoogte van de regels, welke men bij het bezoeken van een schilderijen-expositie in acht behoort te ne men. Trouwens, dat doet men bij de vernis sage van de groote tentoonstellingen in Pa rijs evenmin, dat moet erkend worden. De dames waren verreweg in de meerder heid en telkens zag je clubjes van vier of meer voor een gemoedelijk en waarschijnlijk huiselijk praatje bijeen schuilen vlak voor een schilderij of een groep teekeningen en zoo op zeer afdoende wijze den weg versper ren voor anderen, die graag hun rondgang min of meer regelmatig wilden maken. Wat dan natuurlijk niet mogelijk bleek. Het eeni ge wat ze in zoo'n geval doen konden, was een omtrekkende beweging maken langs de levendig pratende dames en aan een der an dere wanden beginnen. Er zijn in het geheel zesentachtig teeke ningen en schilderstukken door de Koningin ter expositie afgestaan, die door den schilder van Konijnenburg werden uitgezocht en ge ordend. Sommige dragen een onderschrift van de Koninklijke hand, met de karakteris tieke, groote, puntige letters, die een studie op zichzelf waard zouden zijn. De nummers 23 tot en met 47 dragen den verzameltitel: Studies in olieverf. Heel sug gestieve doekjes zijn daaronder, bijvoorbeeld een paar kijkjes op de Hoog-Soerensche hei, een stukje bosch in herfstkleuren en een, waaronder geschreven staat „Nederland", en dat den indruk maakt jeugdwerk te zijn, zoo wel door de eenvoudige, haast kinderlijke be handeling (van het paard bijvoorbeeld) als om het schrift en de keuze van den naam Nederland. Een weitje met bocmen op den achtergrond en een grazend paard te mid den van het groen, zooals we dagelijks bui ten kunnen zien; het heeft een wonderlijke bekoring, ook om de wat melancholieke, droomerige sfeer, die er over ligt. Een groot doek, sterk van kleur en een der meest forsche van de expositie is een Wol kenstoet boven een Fjord in Noorwegen, waar de mtens-blauwe lucht-m?t groote witte wolken weerspiegelt in het water van de fjord met haar donkere groene oevers Het hooge Noorden heeft de Koninklijke schilderes tot tal van doeken, grootere en kleinere, en teekeningen geïnspireerd. Maar ook van andere plaatsen in het buitenland zijn allerlei herinneringen. Zoo zijn er weiden en fjorden en bosschen, maar ook schilder achtige straatjes, zooals dat op de teekening, die in het bezit is van Prinses Juliana, een straatje in een dorp van den Elzas. Maar ook ons eigen land heeft de Koningin blijkbaar veelvuldig getroffen en naar pen seel of teekenpotlood doen grijpen. Daar zijn een paar heel mooie teekeningen van de om geving van Gortel, in een stillen zilverig- grijzen toon, van groote voornaamheid. Daar is een oude den, waar een dichter een sprook je bij zou willen zingen en daar is een duin landschap, eigendom van de Koningin- Moeder, dat sterk tot den bezoeker spreekt. Dat het Loo met zijn prachtige oude hoo rnen, met zijn heerlijke doorkijkjes ook meer dan eens op doek en papier werd gebracht, spreekt vanzelf. De vijvers in zoiner en herfst, de slotgracht pralende in herfsttooi, boom groepen en kijkjes uit het park, ze zijn er in allerlei toon en stemming. Eén daarvan zou ik nog in het bijzonder willen noemen, de Spreng bij Maneschijn, zoo suggestief van stemming, zoo romantisch, zoo droomerig, dat de brik er telkens opnieuw naar getrokken wordt. Wie het voorrecht heeft gehad de Koningin te zien tijdens haar onvermoeide wandelin gen langs het strand, door de duinen, over de hei, in het bosch, weet dat zij de natuur lief heeft, beseft, dat zij die heeft leeren kennen als de groote troosteres bij alle menschelijk leed en menschelijke zorgen. Wie het nog niet weten mocht, komt onvermijdelijk tot deze gevolgtrekking bij het aandachtig bezien dezer expositie. Met het afstaan van deze keuze uit haar werk heeft Koningin Wilhelraina méér ge daan dan belangstelling toonen voor de nood- lijnende kunstenaars, ze is méér geweest dan een gelukkige gedachte bij de overpeinzing van de vraag hoe leniging te brengen in den nood. Zij heeft ons iets doen zien van wat er innerlijk in haar leeft, zij heeft ons, haar volk, iets gegeven van zich zelf, ons een blik doen slaan in haar gemoed en het kan niet andera of dat moet ons nader brengen tot haar en haar nader tot ons. Hier, op deze expositie, is de mogelijkheid, dat wij haar meer en beter leeren kennen dan door lange redevoeringen en officieele gestes. Velen blijken dat begrepen te hebben En dat is zoo heel veel waard. W. P. DE CRISIS IN DEN LANDBOUW. Ontevredenheid over de organi saties. Te Hoofddorp is een druk bezochte ver gadering gehouden, v. aar zes sprekers het woord hebben gevoerd over de vraag wat de organisaties bereikt hebben en wat nog te doen staat. De eerste spreker, de heer A. Fikse te Achterveld, voorzitter van het Nat. Boeren- crisiscomité, zei, dat de landbouwcrisis af metingen zal aannemen van een nationale catastrofe. De oorzaak van de crisis noemde hij het vrijhandelstelsel. De organisaties heb ben z.i. nog te weinig bereikt De politieke partijen hebben niets gedaan voor verbete ring; alleen de heer Braat heeft gevoeld, dat den boeren onrecht is gedaan. Het is tijd ge worden voor een massa-betooging. Ook de heer G. H. Verheul uit Maartens dijk veroordeelde het vrijhandelsstelsel. De heer Rozenboom uit Harmeien be pleitte, in een gedicht, de eenheid der boeren; waarna de heer G. van Herwaarden uit Utrecht uiteen zette, dat de boer niet meer moet vechten voor zijn inkomen, maar voor van FONDSEN. 16 Jan. 18 Jan. 19 Jan. 20 Jan. 21 Jan. 22 Jan. 6 4H 4 6 6 5 X 5 4H 1000 1000 1000 obl Nederl. 1000 idem 1000 idem 1000 O-lnd 1000 idem i 100 idem idem idem Koloniale Bank Ned Ind Hand Bank Ned Handel Mij Cert. v. Alg. Kunstzijde Unie v Berkels Patent. Küchenm Acc. Calvé Delft Cert. Nedeil. Ford Ned Kabelfabr. Philips Gem. Bezit Unilever Anaconda Beth Steel Cities Service Studebaker U. S Steel U. S Leather Cult Mij Vorstenl. Handelsver. A'dam Javascbe Cult, Algem Explor. Mij. Boeten Redjang Lebong Dordtsche Petr. gew. Koninklijke 1000 Shell Union A'dam Rubber Serbadjadi Hol! Am lijn Java China Jap. Lijn Ned. Scbeepv. Unie Stoomvaart Mij Nederland Deli Batavia Tab.. Deli Maatij Oostkust Senembah Soutb. Pacific Union Pacific Prolongatie ''Ex-dividend. 1922 17 31 22 23 21 D 17 30 II 1000 a l°aiAo v/ 91* 86 61* SD/u 84* l'i 61 75* 44 27* 61 1^/w 18/* 268 t8* 112 21 f 2^/16 13* 46? 41 182* 127 73* 35 68* 113 127* 21 j 33* 68* 72* 149* 188 28 213* 38 855 2* 100* 9/* VI* e59/i» 6'* 81* 84* 77* 58* 60* 75 4' f 26 59 ,12V16 18-1 259 8-* 106* 23* 2 12* 42* 176 125 70 33* 68* 110* 121* 3% 48* 20 63* 70 147 180 27 2C5 16* 82* 2* HOf 9/* »JVlS 84* 61 81* 84* 3'i 5o 61 74 41* 25* 5n* U* 180* 252 86* 106* 231%, 6f 12* 44* 2* 41* 17/* 126* 73* 32* 119* 3* 48 19f 32* 63 69 130* 170* 25* 198* 33% 78* 100* 9'5/16 91* 841 61* 80 84* 56* 60* 74 5b 11% 181* 250 89* 10?* 2 Wis 22% ri 14 4 2j 40 179* 125* 75 35 67 112 124* .7% 48f 19* 4* 32* 63 71 145* 174* 26 199 34% 797ifi 2- 160* 97* 91% 83* 61* 79 84* 76 55* 59 75 42 26} 59 14 180 258 8/* 105* 23% 22* 12* 46} 40 1/9* 124* 811 34* 68 110 123* 4 33* 63* 69 147* 178* 26 27* 81} I H 160% 9'% 91% 82* 62 58 27 Üf 178 259* 85* 104* 2'% 22% é'/is I 4 40 l'Ö* 124* 77 20* 122 4Vw 3? 62 m 141 '2f 190 37% 82* 1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1932 | | pagina 7