Alkmaarsche Courant.
EEN LEVEN OM EEN LEVEN.
DE OPLICHTIHG TE LiMMEN.
Radionieuws
Rechtsioiken
Honderd vier en dertigsle Jaargang.
I»in«da^ 23 Februari
Tegen roode handen
K.48 1932
Woensdag 24 Februari 1932.
Hilversum 1875 M. (V.A.R.A.uitzending.
1000 V.P.RO)- 6.45—7.00 Gymnastiek.
r, 3^7.45 Idem. 8.00 Gramofoonplaten. 9.-
Concert door het Amsterdamsch solistenkwin
tet 10.00 Morgenwijding. 10.15 Vervolg
concert V ARA.-tooneel en Willem van Ca-
nellen Joh. Jong, piano. 12.00—1.45 Con-
jjert door het V.A.R.A.-septet o. 1. v. Is. Eyl.
2 15 Voordracht. 3.00 So'istenconcert 3.30
Kinderuurtje. 4.15 Gramofoonplaten. 530
Concert door het V.A.R.A.-septet o. 1. v. Is.
Eyl. 6.30 Uitzending door de Alg Ned Ge
heelonthouders Bond m. m. v. het Vara-sep-
tet 7-30 Moderne Muziek. Berthe Seroen,
zang- Pb- Busch, piano. 8.00 „Tijl Uilen
spiegel'' van Ch. Decester (Opvoering door
het Groot Volkstooneel). 9.30 Conrert door
het V.A R A.-orkest o. I. v. H. Wiggelaar. 10.
Wakker en Tropeuduit. 10.15 Vervolg con-
cert 11.15—12.00 Vervolg concert door het
V.A.R A-orkest.
Huizen 298 M. (N.C.R.V.-uitzendingen)
8.00 Lezen u. d. Schrift. 8.159.30 Gramo
foonplaten. 10.00 Concert door het dames
koor v.d N.C.R.V. 10.30 Voor de zieken 11.
Harmoniumconcert door M. F. Jutjaanz. Me
vrouw v. NeerdenOngers, sopraan 12 15
Solistenconcert. Mevr. C van Ravenzwaay
Mollenkamp, zang. H. Hermann, viool. H. v
d Horst Jr., cello. Mevr. v. d. Horst—Bleek
rode, piano. 2.30 Lectuur-hespreking 3 00
Concert door G. Beths, viool. F1 Visscher,
ajtviool en viool. P. Ha'sema, piano. 5 00
Kinderuurtje. 0 00 Voor de Landbouwers. 8 -
Gramofoonplaten. 9 00 Voor de ouderen 9.30
Een avontuurlijke reis der fam N C. Raver.
Tot 11.30 Gramofoonplaten.
Daventry 1554 M 10.35 Morgenwijding
12 20 Het Northern Orkest. 1.35 Orgelcon
eert door T. W. North. 2.45 Uitz voor de
scholen. 3.50 Het Bournemouth Stedelijk Or
kest o. 1. v.-Sir Dan Godfrey met solisten
5.05 Cinema-orgelconcert door Reginald
Foort. 5.35 Kinderuurtje. 6 50 Enge'sche lie
deren te zingen door J. Morel. 8.15 Het BB
C-symphonie-orkest o 1. v Adriau Poult.Cor
tot. piano. 11.0512.20 Dansmuziek door
Sydnev Kvte en ziin orkest.
Radio Paris 1725 M. 8 05 Gramofoonpla
ten. 12.50 idem. 9 05 ,.De harbier van Sevil
la" van Beaumarchais. Orkest met solisten.
Leiding Eug. Bigot.
Kalundborg 1153 M 11.20—1.20 Concert
door het orkest van Wivex. 2.204.20 Con
cert door het orkest van Mogens Hansen 4.20
—4.50 Gramofoonplatenconcert. 7.20 Deen-
sche liederenconcert. 9.05 Chr. Poulsen- kla
rinet. 9.3510.20 Werken van Fini Henri-
ques, door het Radio-Orkest o. 1. v. Launy
Grondahl.
Langenberg 473 M. 6.257.20 Concert uit
Hamburg. 11.20 Uitzending van Breslau
12.25—1.50 Comvrt. 4.20 -5.20 Concert.
7 50 Concert door het Werag-orkest o. I. v
Buschkotter. Ce ilia Hansen, viool Tot 11.30
Dansmuziek. Alfred Beres en ziin dansorkest.
Brussel 508 en 338 M. 5.08 M. 12 35
2.05 Gramofoonplaten. 5.20 Idem 6.50
Dansmuziek. 8 20 Concert door Mandoline
orkest. 9.20 Concen ir „Oud-België" te Brus
sel. 338 M 12.332.05 Gramofoonnlaten.
5 20 Dansmuziek. 6.50 Concert van Gramo
foonplaten. 8.20 Instrumentaalconcert 9.20
Vanuit de Mem'inczaal te Antwerpen. Con
cert
Rome 441 M. 8.20 O, era-uitzending.
(Van onzen eigen verslaggever).
Om kwart over twee werd de geschorste
zitting heropend en was het woord aan den
verdediger mr. Kokosky die begon met uiting
te geven aan de gevoelens die hem bezielden,
toen hij aan het slot van het betoog van den
officier woorden hoorde die hem volkomen
uit het hart gegrepen waren, waarbij de offi
cier zich weer voor de zooveelste maal
een groot jurist en mensch heeft getoond,
^=5——— -
jleuilteton
Naar het Engelsch van Morice Gerard
door Emma A. H.
23)
Aan mij? riep zij verrast. Waarom aan
mij? Ik heb het nooit gezien-
Hij glimlachte.
—Omdat u mij een les heeft helpen leeren,
die ik nooit vergeten zal.
Hoe kan ik u iets leeren?
U en uw vader hebt mij geleerd wat een
thuis zijn kan; u hebt mij begrip gegeven van
wat liefde is. Na dezen kunt u zeker zijn dat
ik nog een leergang kom volgen voor dezelf
de les; wilt u wel gelooven? En kijk je er
evenzeer op uit als ik, Lucille?
Hij stak haar de hand toe en drong:
Beloof mij dit.
Twee beloften op één ochtend!
jT~ Neen ze zijn één: twee helften van het
ende geheel, zooals lichaam en ziel één zijn,
°9jV.s dag en nacht de uren aanvullen.
Hij hield nog haar hand in de zijne geslo
ten en zij liet ze daar. Een lichte blos ver-
oogde de schoonheid van haar gelaat, deed
ue blankheid van haar hals nog eens zoozeer
uitkomen.
,--- Als u dit zegt, neef, zal het wel waar
2lJn, daarom beloof ik u ook dit.
,'l.boog zich voorover en kuste de hand,
e nij m de zijne gesloten hield.
w^cAroo.e beI van de Abbey liet haar
een uwi.n8 hooren, dat het diner binnen
^paar minuten zou opgediend worden.
tu;„jv? vlug is de ochtend omgegaan! be-
e h»j. Ik dacht niet, dat het al zoo laat
bezield met gevoel voor de zwakheden der j
menschen.
Spr. zeide dit omdat hij niet wild, dat men
door de critiek, die hij moet uitoefenen, den
indruk krijgt, dat die gegeven wordt uit min
dere waardeering voor den officier.
De zaak is leerzaam van het standpunt
der strafwetgeving bezien.
Zij leert hoe een strafzaak niet moet be
handeld worden. Sn. overheerschte de zit
ting omdat hij zich volkomen veilig gevoelde
en zich gesteund wist door het O. M die
hem niet zou vervolgen voor datgene wat
mr. S in de dagvaarding ten laste werd ge
legd en ook gesterkt door de wijze waarop
dee inspecteur van politie, gemeend heeft
hem zoo welwillend te moeten behandelen.
Pleiter doet den inspecteur slechts één ver
wijt, dat hij Sn. en Aug. W. met elkander
heeft laten overnachten en hen gelegenheid
heeft gegeven overleg te plegen, waardoor
hij de gevolgen heeft vergeten die het ver
blijf in het hotel voor anderen konden heb
ben.
Wat gebeurd is kan niet door den beugel.
Wanneer een dief ten volle erkent gestolen
te hebben en hij wordt later gehoord tegen
een heler, dan kan men dat afkeuren, maar
zeggen: „Wij kunnen niet anders, het recht
moet zijn loop hebben" Maar hier stond de
zaak heel anders en hier heeft de ambtenaar
van het O. M. uit het oog verloren, dat de
personen, die hij als getuigen heeft laten ko
men, niet bekend hebben het eessentieele van
hetgeen hen ten laste werd gelegd. Het O M.
heeft deze misschien verleid tot het afleggen
van een valschen eed.
Deze menschen hadden er alle mogelijke
belang bij zich ter zitting zoo mooi mogelijk
voor te doen en de schuld op dezen verdach
te te gooien.
Pleiter keurde niet goed hetgeen mr. S
in deze zaak gedaan heeft. Het ipast een ad
vocaat niet zich in een dergelijk milieu te
begeven, daardoor heeft mr. S. juist de
schijn tegen zich. De zaak moet echter be
keken worden door een psychologische bril
Verdachte is iemand uit een eenvoudig mi
lieu, een bekwaam en scherpzinnig jurist, die
zich verheven gevoelde boven het oordeel der
menschen. Verdachte had moeten begrijpen,
dat hij verkeerd deed, dat hij zelfs in gezel
schap van Sn. werd gezien.
Er ontstond hier tusschen advocaat en
cliënten een vriendschappelijke verhouding,
die zeer verderfelijk kan ziin als het geldi
menschen als Engers en Sn.
Dit is voor hem noodlottig geweest en nu
wordt alles tegen hem uitgespeeld, omdat de
schijn zoo tegen hem is.
Datgene wat mr. S. als jurist gedaan heeft
is 'n gevo'g geweest van den door E. geuiten
wensch. Terwijl hij maar ƒ1200 gaf wilde hij
een crediethypotheek hebben van 10000 ten
eiende te kunnen verhinderen, dat anderen
hem hvootheek verstrekken
Aan scherpe critiek onderwierp spr. de
houding van het O. M. die alles wat Sn en
A. W. ten nadeele van mr. :S. zeiden als juist
aanvaardde, terwijl Wat te zijner ontlasting
kan dienen werd afgewezen.
Uitvoerig zette hij de onbetrouwbaarheid
van Sn. en Aug. W. uiteen, die Anna W. al
oplichtten voor er van mr. S. sprake was.
Voorts oordeelde hij, dat bij de getuige te
genover mr S. sprake is van anti-simitisme.
Wie mr. S. kent moet het uitgesloten achten
dat hij tot de anderen gezegd heeft „daar
staat de auto van den jood E. die wij er voor
de hypotheek zullen tusschen nemen". Dit
wijst slechts op hun eigen mentaliteit.
Zich aansluitende bij het betoog van den
officier oordeelde hij, dat ten aaftzien van de
wederrechterlijke toeëigening in het faillisse
ment, vrijspraak moet volgen. Z.i. heeft het
O. M. deze zaak er alleen bijgehaald om in
druk te maken. Mr. S. werd in 1924 advo
caat, dat hij in 1925 nog geen behoorlijke ad
ministratie had, is niet goed, doch begrijpe
lijk. Ook het ten laste gelegde met de lappen
stof oordeelde spr. klein. Bovendien is hier
geen sprake van flesschentrekkerij. Het oog
merk om niet te betalen is bij degene die kocht
niet aanwezig geweest. Herhaaldelijk heeft
mej. W. gezegd „ik wilde wel betalen en zou
betaald hebben met het geld, dat ik van den
verkoop ontving".
Dat Sn. en Aug. W. haar hebben opge
licht is een geheel andere zaak. Dat die de
bedoeling hebben aehad om haar te plunde
ren is iets anders, doch het gaat te ver om te
zeggen, dat dit eer. gevolg is geweest van de
adviezen van mr. S. Voorts oordeelde hij het
een groote tegenstrijdigheid van het O. M..
om te spreken van doen plegen in deze, om
dat men niet gelijktijdig dader en helerkan
zijn.
zou zijn.
Ik ook niet, antwoordde zij. Ik denk, dat
het komt, omdat wij Zij hield op
Ja?
Zoo gelukkig waren-
HOOFDSTUK VIL
Op den wachttoren.
Sir Evelyn wachtte hen in de bibliotheek
van de Aboey, toen zij terugkeerden van hun
wandeling in het paradijs. Hij was dien och
tend naar de naastbijzijnde stad gereden,
zoo schijnbaar, om zijn zaakwaarnemer op te
zoeken, maar in waarheid om het laatste
nieuws uit de hoofdstad te hooren. Zijn ge
laat droeg een bezorgde uitdrukking, of die
berichten van verontrustenden aard waren.
Darcy was binnengekomen met een gevoel
van zalige vreugde; nu eerst gedurende de
laatste dagen was hij gaan beseffen dat zijn
levensbeschouwing tot nog toe dan al zeer
bekrompen was geweest en in zekeren zin
zelfzuchtig; nu was er in zijn luchtruim een
spleet gekomen, waardoor de zonneschijn
drong, nog niet de geheele aarde bestralend
met haar warmen gloed, maar toch al een
voorsmaak van wat later komen mocht.
Lucille was veel te jong, dan dat er al een
verloving kon plaats hebben; de gedachte
daaraan had ook nog niet eens vasten vorm
aangenomen in de schuilhoeken van Roberts
gemoed. Wel was hij de laatste paar uren ver
vuld geweest van de mogelijkheid van zulk
een verbintenis in de toekomst. Hij veronder
stelde geen oogenblik dat Lucille begreep of
deelde, hetgeen hij voor had, maar haar lief
talligheid en haar blijkbare ingenomenheid
met hun vriendschap gaf hem een gevoel, dat
dit nieuwe element, dat in zijn leven was ge
komen, tot iets heerlijks zou worden als de
toekomst hem cunstic erezind was
Ten aanzien van het geld, dat mr. S. van
Sn. ontving, betoogde pleiter, dat het feitelijk
onjuist is om te beweren, dat hier sprake is
van ten geschenke aannemen van verduisterd
geld. Dit werd ontvangen voor de bemoeiin
gen voor de echtscheiding of voor de hypo
theekbezorging. Het is volkomen begrijpelijk
dat mej. W. van de 1200 gaarne 400 over
had als mr. S. maar wist te bereiken, dat de
man waarvan zij hield vrij kwam van een
huwelijk, opdat zij hem kon krijgen. Ook voor
dit punt kan geen veroordeeling volgen.
Komende tot de voimacht van 7 April be
toogde pleiter met klem, dat hij daarover in
het requisitoir met geen woord gehoord heeft,
van hetgeen daarover in de dagvaarding ten
laste wordt gelegd Deze volmacht is er zelfs
niet en er kan dus geen sprake zijn van een
overschrijding van de volmacht. Als er geen
sprake is van de volmacht, dan is de verkla
ring van Sn. als gemachtigde van mej. W.
over het schuldig zijn van 8800, ook van
geen waarde.
Uitvoerig betoogde hij, dat E. onder getui
ge door den officier opgeroepen, is gehoord
en uit crens cVer eede afgelegde verklaring
staat vast contra-lettre er geweest is.
Sn., zoo il°r, heeft aan getuige
Groo" S. een hak te zetten, voor
de ree' gesteld of mr. S. niet
gezegd hij in Nov. werd gehoord,
dat hij-in Ji'1i reeds wist waar het om ging.
Maar a's dit zoo was, dan zou verdachte,
toch gemakkelijk nog met E. een contra-akte
hebben kunnen maken, wanneer zij die ter
sprake hadden gebracht, zonder dat ze heeft
bestaan. Zij hadden zelfs het ding nu nog
kunnen maken.
Pleiter betoogde voorts, dat het O. M. ver
geten heeft, dat Sn toen hij met hun naar
Aug. W. in Duitschland ging. het valsche
taxatie-rapport in zijn zak had, zoodat het
geheel foutief is te veronderstel1 en, dat mr. S
met Sn. naar Duitschland reisde, omdat hij
vreesde, dat Aug. W. een verkeerd gebruik
zou maken van dit stuk.
Pleiter was overtuigd, dat Sn. dit stuk door
Aug. W. heeft laten schrijven en dat beiden
dit hebben gedaan om chantage tegenover
mr. S. te plegen.
Met klem betoogde hij dat Sn. en Aug. W
verschillende oplichtingen hebben gepleegd
en van chantageplegen niet vies waren Om
dat deze twee schavuiten het vertelden, sprak
de officier van een geslaagde poging var mr.
S. om Aug. W. over de grens te krijger.
Men haalt in alles de kwade trouw tegen
mr S. er bij. Ergerlijk is het dat die notaris
hier heeft durven vertellen dat mr. S. gezegd
zou hebben: zet maar een één voor de
8000.
In de stukken heeft die notaris herhaal
delijk gezegd, dat hij het zelf heeft gezegd en
zijn bediende verklaarde uitdrukkelijk, dat
mr. S. zich bij het opmaken van dat rapport
afzijdig heeft gehouden.
Ook juridisch zal ten aanzien van het in dit
punt ten laste gelegde vrijspraak moeten
volgen. Hiervoor verwees hij naar de be
staande jurisprudentie.
Pleiter oordeelde, dat de rechtbank niet
veel tijd noodig zal hebben om tot het oor
deel te komen, dat dit niets met art. 225 te
maken heeft. In het slot van zijn pleidooi
zeide de verdediger, dat hij zich aangedaan
gevoeld had door hetgeen de officier aan het
einde van zijn requisitoir had gezegd. Pleiter
oordeelde, dat het O. M. rekening heeft ge
houden en gevoeld heeft wat deze zaak voor
de verdachte beteekent. Voor hem staat alles
op het spel. Het is jammer dat in het psychia
trisch rapport niet voldoende tot uiting is ge
komen de psyche van den verdachte.
Uwe rechtbank zal inderdaad hebben te
wikken en te wegen of alsnog een aanvullend
rapport noodig is. Ook andere psychiaters
zullen het uitgebrachte rapport hebben te
onderschrijven, doch wanneer men het zou
opdragen aan een psycholoog, zal men mis
schien tot een ander resultaat komen dan
deze psychiaters. Toch wilde pleiter daarop
niet te veel aandringen, doch het alleen onder
de oogen van de rechtbank brengen. Mocht
de rechtbank tot deze conclusie niet komen,
dan hoopte pleiter dat de rechtbank nauw
keurig de waarde van de afgelegde ver
klaringen zal afwegen en zal beseffen wat
deze zaak beteekent voor verdachte, die ook.
al wordt hij niet veroordeeld, als advocaat
onmogelijk is. Die straf is reeds zoo ver
schrikkelijk, dat ze niet opweegt tegen
eenige maanden meer of minder gevangenis
straf.
Voor zijn ouders is het ontzettend, ook
voor zijn vrouw die in dezen ellendigen tijd
met zooveel liefde aan hem hangt. Hij is nog
Het zien van sir Evelyns gelaat riep Robert
terug tot de ernstige werkelijkheid van het
leven en hij begreep, dat hij ieder oogenblik
weer kon opgeëischt worden door strenge
ambtsbezigheden.
Ik vrees, sir, dat u geen gunstig nieuws
heeft gehoord.
Dat is zoö; uw generaal heeft zijn in
trede in Londen gehouden en is daar met een
zekere terughouding ontvangen. Ongetwij
feld is het hem zeer helder, maar hij schijnt
er niet in geslaagd te zijn om zijn vrienden te
overtuigen, van wat zijn plan mag wezen.
Darcy begreep wat sir Evelyn bedoeldede
koningsgezinden hadden gehoopt, dat Monk
bij zijn komst in de hoofdstad een proclama
tie zou hebben uitgevaardigd, waarin hij zich
had verklaard voor een algemeene verkie
zing; in plaats daarvan had de generaal an
dermaal betoogd, dat hij den dienaar van
het lagerhuis was en had hij geweigerd om te
luisteren naar eenige onderhandelingen van
de zijde van de vrienden van den koning.
U moet in aanmerking nemen, sir, zei
Darcy, het karakter van den man, waarmee
u te doen heeft; hij haast zich enkel als de
tijd daar is om een slag toe te brengen en
dan doet niemand het vlugger! Maar zoo
lang dit nog niet zoo is, acht hij het 't ver
standigst om zich langzaam te haasten.
Daar heb ik ook niet tegen, mits hij
zich maar in de juiste richting beweegt. Maar
hoe kunnen wij ons zekerheid verschaffen
dat dit zoo is? Van het begin tot het eind
heeft hij geen woord gezegd om onze hoop te
rechtvaardigen.
Te meer reden, sir, om te verwachten
dat generaal Monk verstandig zal handelen
in het belang van het land, als de tijd daar
is: voorbarig spreken toch brengt de tegen
partij op de hoogte van onze plannen. Ge
loof mij, sir: generaal Monk weet wat hij wil,
geen 30 jaar, had een mooie toekomst, waar
in hij een mooi en blij leven had kunnen
hebben en die wordt nu voor een voordeel
van enkele luttele paar honderd gulden ver
nietigd.
Het bedrag is zoo klein, zoo luttel, dat
men zich moet afvragen: was hij wel geeste
lijk normaal toen hij alles op het spel zette
voor dit luttele bedrag?
Laat in de door U op te leggen straf, als
ondanks alles straf ncodig wordt geoor
deeld, tot uiting komen het ontzettende, dat
hij heeft doorgemaakt en dat hem nog
wacht. Als dat gebeurt, dan vertrouw ik er
op, dat de straf nog aanzienlijk lager zal
zijn dan de officier gemeend heeft te moeten
vragen.
Na re- en dupliek, waarbij de officier nog
een nader psychiatrich onderzoek vroeg, ver
klaarde de verdachte nog met nadruk dat
hij zich aan geen oplichting heeft willen
schuldig maken.
Mr. Ruis overlegde nog enkele stukken
aan de rechtbank.
Verdachte zeide nog, dat het nooit zijn be
doeling is geweest mej. W. te benadeelen.
Hij had de overtuiging, dat met eenig geld en
de energie van Sr., de zaak zou zijn op te
werken geweest. Het zou iets geks zijn, de
stoffen te koopen, wanneer hij geweten had
dat ze van verduistering afkomstig waren.
Verdachte erkende, dat hij een buiten
gewone fout heeft gemaakt door zich in een
dergelijk gezelschap te begeven, waarvan het
gevolg is geweest, dat mej. W. js benadeeld
en de laatste maanden van den achtenswaar
dige oude heer Willers tot een ontzetting zijn
gemaakt.
Hij eindigde met de verklaring, dat hij
hiervan zeer veel spijt heeft.
De uitspraak werd bepaald op Vrijdag
4 Maart.
VOOR DEN KANTONERECHTER.
(Strafzitting van Vrijdag 19 Februari).
HIJ WIST ER NU NOG UIT TE HALEN.
In de voortgezette behandeling van de zaak
betreffende baldadigheid tegen de gebroeders
J en W. D. te Limmen werden thans nog ge
hoord de 16-jarige mej. M. C. Oudhuis en
den gem. veldwachter P. P. v. d. Sande.
Mej Oudhuis vertelde, dat zij op twee ver
schillende dagen het offensief van de gebr.
D had afgekeken. Willem had met een paal
gegooid en Jan de deur opengesmeten. Maar
niet op denzelfden dag, zooals in de dagvaar
ding stond. De verdachte ontkende alle
schuld schu'd aan de baldadigheden en
ook drankschuld aan de familie Oudhuis. Een
hunner was alstoen ziek geweest. Hij souf-
freerde aan kiespijn!
Door den heer v d. Sande werd verklaard,
dat de jongelieden niet al te gunstig bekend
stonden en zich wel aan kleine baldadigheden
schuldig maakten. Ten slotte volgde veroor-
dee'ing van broer Jan tot 7 boete of 7 da
gen hechtenis, terwijl Willem werd vrijge
sproken. Te zijnen behoeve zal de ambtenaar
een spiksplinter nieuwe dag,'aarding trachten
op te stellen.
DE AANRIJDING TUSSCHEN
MOTCRRITDER' EN STADSAUTOBUS
AANSCHOUWELT1K VOOR-
GES^FLD.
Nadat heden in de morgenzitting de zaak
tegen den autobuschauffeur W. J. te Alk
maar, betreffende een aanrijding van den be
tonwerker M. v. d. Broek te Zaandam, wiens
rechterbeen ernstig door Sijn omgevallen
Indian-motor werd gewond, zóodat hij ge-
ruimen tijd in het ziekenhuis was verpleegd
en thans nog invalide was, werd voortgezet
met het hooren van nog eenige nieuwe getui
gen, besloot men de zaak te schorsen en des
's middags voort tc zetten, nadat ter plaatse
de aanrijding was Gereconstrueerd.
Omstreeks 3 uur warei erin in de Emma-
str2at hoek Steünstraat al'e belanahebbenden
bijeen. De stadsbus en de handkar waren
aanwezig, alsmede de kantonrechter, ambte
naar, verdediger mr. Langeveld, de verkeers
agent Volbeda en een aantal toeschouwers
Nadat een en ander aanschuwelijk werd voor
gesteld, had in de rechtszaal de voortzetting
der behandeling plaats. Het gevorderde uur
belette ons echter deze middagszitting bij te
wonen en we vo'staan met de mededeeling
dat gereauireerd werd 15 boete of 15 da
gen hechtenis, terwijl de verdediger het ten
laste gelegde niet voldoende bewezen achten
de vri'spraak concludeerde. 4 Maart uit
spraak.
HET IS ZAAK DE MINSTE TE
ZIJN EN TE STOPPEN.
Een 40-jarig aannemer te Den Helder, de
nu zoo goed als ooit te voren. Te eeniger tijd
zal hij met zijn hand te voorschijn treden,
maar dit zal dan pas zijn, als de vuist ge
bald is en hij al zijn kracht geconcentreerd
heeft op den slag, dien hij gaat toebrengen
Je hebt groot vertrouwen, Robert, in
zijn wijsheid, merkte sir Evelyn gemelijk op.
Je heb vijf jaar onder hem gediend; in
al dien tijd heeft hij geen fout begaan, voor
zoover ik weet, en nu is hij tenslotte voor
vraagstukken komen te staan, zoo ingewik
keld, dat niemand anders dan hij die zoo
kunnen oplossen.
Hij zal één richting uit moeten en wel
heel snel, meende sir Evelyn. Ik heb voor
zeker gehoord, dat generaal Lambert uit den
Tower is ontsnapt en dat kolonel Desborough
op het punt staat de grenzen van Wales over
te trekken met de bedoeling om een burger
oorlog uit te lokken.
Darcy glimlachte, maar onmiddellijk daar
na keek hij weer ernstig, toen hij bedacht,
dat dit voor hem zou beduiden.
U zult zien, sir, dat Monk zich snel
genoeg zal bewegen, als hetgeen u gehoord
hebt, juist is. Het gevaar prikkelt hem en
Lambert is eenmaal zijn „béte noire".
Ik hoop, dat uw woorden juist blijken te
zijn, sprak de baronet twijfelend. De tweede
bel ging.
Wil je zoo goed wezen Lucille aan tafel
te geleiden?
Terwijl ze naast elkaar liepen, gaf ze zijn
arm een vriendschappelijk drukje en sprak"
Ik was 't geheel met u eens over het
geen u zei van generaal Monk; hij heeft zoo
iets kalms en rustig over zich. Hij is als de
rivier, die steeds naar zee stroomt, of het nu
waait of stormt of regent of sneeuwt. Ik zie
die recht op haar doel afgaande kracht; uw
generaal lijkt mij even onafwendbaar in zijn
streven. Vader denkt er niet zoo over, omdat
alsmede te-
gen minder
mooie huidskleur gebruikt men het best de sneeu
wachtig witte Crème Leodor, die tevens een uitste
kenden bodem voor poeder vormt. De verkoelende
en geneeskrachtige werking treedt in het bijzonder
's winters aan den dag, wanneer de banden en het
gezicht als gevolg van de koude zeer rood gewor
den zijn. Ook bij een teere en opengebarsten huid,
in liet bijzonder echter bij de zoo onaangename
jenkprikkeling der huid, bewijst de crème uitste
kende diensten. In al die gevallen legt men deze in
een dun laagje op, hetgeen men verschillende malen
per dag herhaalt, 's avonds in een dikker laagje. De
lang aanhoudende geur van deze crème lijkt op een
dauwfrisch geplukten voorjaarsruiker van mei
klokjes, viooltjes en seringen, zonder den beruchten
geur van muskus, waarvan de deftige wereld een
afschuw heeft. - Leodor verkoelende crème, roode
verpakking; Leodor vette crème, blauwe verpak
king. De werking wordt nog verhoogd door
Leod or - E del z eep. Beneden de prijzen van
voor den oorlog! In alle zaken verkrijgbaar, die
Chlorodont verkoopen.
heer H. van P., bevond zich op 27 Septem
ber op den Helderschen weg nabij den onbe-
waakten overweg van het ashtmatische
stoomtrammetje naar W'armenhuizen en nog
verder, in een door hem bestuurden auto. De
„schwicbelzug" was alreeds in aantocht en
zóó nabij, dat de wagen van den aannemer
werd aangereden. De schade bleek gering,
maar de bestuurder stond terecht ter zake
overtreding Art. 11 van het spoorweg-regl.
en werd, hoewel hij met prijzenswaardiger
ijver zich inspande zijn onvoorzichtigheie
goed te praten, veroordeeld tot 8 boete of
8 dagen hechtenis.
SCHIJN KAN SOMS BEDRIEGEN.
De krachtig gebouwde heer J. A. E., ge
tooid met zwaren zwarten knevel, leek zoo
een mannetjesputter met wier. het veiliger
was te eten dan te vechten, doch hij bleek te
zijn de hoogst vriendelijk en beleefde hotelier
van een volkslogement en terecht staande
voor de belachelijk kleine overtreding, een
zijner logees niet in het nachtregister te heb
ben ingeschreven. De heer E. gaf het feit vol
komen toe en schreef zijn nalatigheid toe aan
de St. Nico'aasdrukte. De boete was dan ook
gering en werd bepaald op slechts 4 of 4
dagen hechtenis.
DAAR MOET VAST WAT
ACHTERSTEEKEN!
De 20-jarige koopman Willem D., welke
jongeling even te voren provisioneel was vrij
gesproken wegens het bombardeeren op de
verloflocaaldeur van de fam. Oudhof op
Disseldorp te Limmen genoot de hooge eer
als een geliefd artist te worden teruggeroe
pen en betrad voor de tweede maal vandaag
de Bühne. Thans stond hij terecht omdat hij
te Limmen op een stoep had gestaan Hé, zei
de kantonrechter, stom verbaasd, mag dat
óók al niet meer? Wa1 aeed jij daar op die
stoep? Nou, zei Willem, ik stond de étalage
van den sigarenhandelaar te bekijken! Er
vond die dat goed? informeerde de kanton
rechter. Wê ja, antwooordde Willem, waarom
niet? Roep van der Sande, beval de kanton
rechter, ik wil daar méér van weten! Maai
van der Sande, de 'eldwachter en verbalisant,
was reeds weg. Ik wil daar nu toch haring ot
kuit van hebben, hield de kantonrechter vol
en gelaste aanhouding der zaak tot de zitting
van a.s. week. We. willen hopen, dat alsdar
de oplossing gevorden wordt.
EEN ONGALANTE RAKKER.
Groote honden mogen in Bergen niet los
loopen, maar eerlijk gezegd maken zij van
hun vrijheid ook geen behoorlijk gebruik. Al
thans niet de canus familiaris van den heer
M. E. G., die op 2 December in een dolle bui
een fietsende jonge dame met een Kerstroosje
in de hand, tegen de vlakte wierp. Het meisje
beschadigde haar kousen en verwondde haar
knieën en alhoewel de eigenaar of eigenares
de schade vergoedde, werd heden toch het ge
brek aan zorg gestraft met 4 boete of 4 da
gen hechtenis.
EEN TAMELIJK LASTIGE TOURIST.
De 46-jarige zwervende venter B. W,
van B., oud O. I.-militair, welke waardig-
heidsbekleeders nogal eens onder dergelijk
handelslui worden aangetroffen, hield zich
onlangs onledig met het aanbieden zijner
koopwaar te Egmond aan Zee, waar het den
rijksveldwachter Bergsma bleek, iat hij daar
toe geen vergunning had. Bergsma vroeg
hem plichtmatig naar zijn naam, dien te
koopman weigerde op te geven. Ook liet hij
niet toe dat hij werd gefori.leerd en was ook
niet genegen, zich te vertoonen aan den bur
gemeester. Hierop volgde een geweldig ver
zet, een formeele kloppartij, waaraan ook de
ter assistentie toegesnelde gem. veldwachter
Van Bruggecate deelnam. Het liep zelfs zoo
ver, dat de koppige arrestart naar Alkmaar
hij zoo heel erg naar iets verlangt en hem dit
juist doet vrezen, dat het niet gebeurt.
Ze liepen door den corridor; sir Evelyn
was een oogenblik achter gebleven om een
venster open te zetten.
Is dat altijd het geval? vroeg Darcy.
Wat bedoelt u, neef?
Wel, dat als je heel erg naar iets ver
langt, je dan vreest dan het niet gebeurt?
Ik geloof, dat dit met de meeste men
schen wel het geval is, vooral wanneer zij
ouder worden.
Dan hoop ik, dat ik jong mag blijven,
antwoordde Darcy, terwijl hij haar arm vas
ter in den zijne sloot.
Zij nam haar plaats in, aan het eind van
de tafel, met een lieftallige bevalligheid en
een bescheiden waardigheid, die hij altijd be
wonderde.
In de drie dagen, die volgden, kwam Darcv
weer geheel op krachtenhij wist, dat de tijd
voor hem gekomen was om de Abbey te ver
laten en om zijn taak te hervatten als adju
dant van generaal Monk. Hij zou niet hebben
kunnen gelooven, dat hij dezen plicht met
zooveel tegenzin zou hervatten; als hij tot
nog toe tot eenigen tijd van werkloosheid
was gedoemd hetzij dan door ziekte iets
wat gelukkig maar zelden voorkwam of
doordat hij op een buitenpost was geplaatst,
vèr weg van het centrum, dan was hem ciit
zeer onaangenaam geweest. En nu zou hij
verlangd hebben naar een opdracht om te
blijven. Het kalme leven op de Abbey, de ka
meraadschap met een inau van zoo hoog
staand karakter als sir Evelyn, de voortduren-
den omgang met een jong meisje, bijzonder
intelligent en betooverend door haar ontlui
kende jeugd, met ontvankelijk gemoed en
reine ziel; dit alles deed hem uiterst tevre
den ziin met zijn omgeving.
(Wordt vervolgd)'.