DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. 8. Krom UIT DEN ALKMAARSCHEN RAAD. Hit hei Jiac STOOM ERIJ en VERVERIJ No. 6? ZATERDAG 10 MAART t932 134e Jaargang. De Raad heeft kliekjesdag gehouden met roomijs tot dessert, terwijl de heer Woldendorp voor een alcoholische verrassing gezorgd heeft. Slagers, die geen voorstanders van Nederiandsch fabrikaat zijn krijgen een bordje voor de ramen. Tot groot verdriet van de leergierige jeugd zullen de ijswafeltjes niet in een schoollokaal gefabriceerd worden. Tel. 1533 (3 lijnen) Atle goederen tot en met Woensdag in ons bezit ont vangt U nog voor de feest dagen terug. w7 M. H. PELS ZOON, Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar f 2.—, franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN: Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten re bat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33. Directeur: C. KRAK. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. Dit nummer bestaat uit drie blad sa. Het was, om het maar eens populair te zeggen, een kliekjesmiddag. Er waren nog heel wat overgeschoten restjes van een vori ge bijeenkomst en hoewel er hier en daar wel een oudbakken smaakje geconstateerd werd, weet het college alles zoo smakelijk te arran- geeren en in zoo'n appetijtelijken vorm ter tafel te brengen, dat niemand er eigenlijk erg in had, dat de Raad nog over de agendapun ten van een vorige vergadering discussieerde. Alles wat er nog van vroeger over was is zoo smakelijk geconsumeerd, dat er geen enkel restje is overgebleven en om den maa.tijd een officiëel karakter te geven hadden B. en W. voor een keurig dessert gezorgd waarbij het in Alkmaar vervaardigde consumptie-ijs als een bijzondere tractatie ter tafel is versche nen. Van de raadsbesluiten die op de oorspron kelijke agenda stonden i« eigenlijk heel wei nig te zeggen. Het was te voorzien, dat de meeste daarvan hoofdzakelijk aankoop en verkoop van grond betreffende zonder eenige discussie onder den hamer door zou den gaan. Het was grond en nog eens gror.d en de wethouder van het Grondbedrijf, die vrijwel de eenige was, die op een of ander voorstel een nader- toelichting moest geven, werd telkens weer uit zijn overpeinzingen op geschrikt, zoodat hij ten slotte in wanhoop de vraag stelde: „Moeten jullie mij hebben?" „Alles moet weg wegens vergevorderd seizoen", riep de burgemee: ter en hij riep het op zoo'n overredenden toon, dat geen koop man van de Zaterdagavondmarkt het hem zou kunnen verbeteren. De gemeente verkocht het eene stuk grond na het ancere en de Raad had er evenmin bezwaar tegen om ook eens een aankoop te bekrachtigen wat een geluk voor het college was omdat de heeren wethouders anders den reeds zelfstandig ge- kochten grond onder elkaar hadden moeten verdeelen De Juliana van Stolberglaan, of liever het verlengde van deze laan, dat tot dusver alleen nog maar op papier geprojecteerd is, hielp den betrokken wethouder telkens weer om de voorstellen van het co'legc op hun voordeeligst te laten uitkomen. Leek een perceel aangekochte grond wat duur, dan was het de Juliana van Stolberglaan, die er later precies overheen zou loopen. zoodat men den grond toch in handen zou moeten hebben en zelfs bij het voorstel aan de Arbei- dersbouwvereeniging „Rochdale" een speel terrein te verhuren, was het alweer het ver lengde van de Juliana van Stolberglaan, dat er dwars over heen ging en dus de oorzaak zou zijn, dat dit speelterrein bij den verkoop niet vergeten zou kunnen worden. Hier, zeide de heer Keijsper, ligt voor 63000 grond. Die wordt beplant en aan de Rochdale-jeugd als speelterrein gegeven. Niemand die in Alkmaar grond zoekt zal op de gedachte komen, dat hij een stuk van dit speelterrein zal kunnen koopen en de groote vrees van den heer Keijsper was nu, dat ook het Grondbedrijf wel eens vergeten zou, de koopers op dit terrein te wijzen, waardoor het Rochdalekwartier een prachtig maar wel wat al te duur voetbalveld zou hebben gekregen. Maar zooals gezegd -de Juliana van Stolberglaan zal er in de toekomst natuurlijk overheen loopen en, de speelgrage jeugd ten spijt, zal ook dit terrein op den duur bebouwd worden. Het vraagstuk der speelterreinen in onze gemeente verdient wel even de aandacht. De politieverordening verbiedt het voetbal len, handballen enz. op de openbare straat en niemand, die wel eens een bal door zijn rui ten gehad heeft of onophoudelijk naar zijn achtertuin moet loopen als er alweer een ba! over den muur is gevlogen, zal dat betreuren. Evenwel, we kunnen van jongens en meis jes, die op straat spelen, geen oude manne tjes en vrouwtjes maken, zij moeten zich eens kunnen uitleven en het is de groote vraag wéar zij daarvoor de gelegenheid moeten vinden. Speeltuinen zooals bij de Ijzergieterij en in ae Landstraat zijn heel aardig maar meer voor de kleinen en rustigen bestemd. Waar kunnen de jongens eens ravotten en ballen, eens draven en vechten zonder daarin ge stoord te worden? Het kan alleen zijn op speelterreinen als er thans een aan de Vereeniging „Rochdale" in gebruik wordt gegeven Het is in onze stad het eerste maar naar *ij hopen niet het laatste. Op verschillende punten en vooral in of bij den Hout waar hei terrein een grasvlakte b.v. zich daarvoor uitstekend leent, zullen op den duur speelterreinen voor de kinderen moeten komen. Er wordt zooveel voor de vaders en moe ders gedaan, laat men dan ook eens om de jeugd denken. De heer Schagen, die in de Schagerwaard woonde op een boerenplaats van de gemeente, of liever van het Stadsziekenhuis, was, waarschijnlijk ook al omdat zijn naam zoo volkomen bij zijn woonplaats paste, door de gemeente gemachtigd als haar vertegenwoor diger op te treden bij de vergaderingen van genoemden polder. Maar eens op een dag had de heer Scha gen bericht gekregen, dat hij dit voortaan niet meer doen mocht. Hem was blijkbaar geen pensioen toegezegd, noch was hem dank betuigd voor de belangrijke en veeljarige diensten en toen de heer Schagen eens op onderzoek uitging waarom hij eigenlijk uit zijn gemeentelijke waardigheid ontzet was, bleek, dat deze vertrouwenspost voortaan aan den heer Govers was opgedragen, die in het college op het gebied van polderzaken bij uitstek deskundig wordt geoordeeld. Deze polderrevolutie, de afzetting van den heer Schagen en de troonsbestijging van den heer Govers hadden eenigé ontevredenheid ge wekt en het gevolT daarvan was een adres van drie polderbewoners en een interpellatie van den heer Van Drunen, die wel mede na mens zijn fractie zal hebben gesproken. B. en W. wezen er op, dat de bewuste boe renplaats niet meer door regenten van het Stadsziekenhuis beheerd wordt, maar door het college en dat dit er prijs op stelde een raadslid als zijn vertegenwoordiger te heb ben. Maar dat klopte weer niet met de data, want de heer Schagen was ook nog geruimen tijd onder dit college de gemeente: ijke afge zant geweest, zoodat de burgemeester nolens volens erkennen moest, oat B en W. niet alles wisten en dus ook eenige maanden on kundig van de officiëele vertegenwoordiging waren gebleven. De heer Govers wilde zich tijdens dit debat bescheiden terugtrekken, maar hem werd zoo duidelijk te verstaan gegeven, dat de Raad zich door zijn tegenwoordigheid volstrekt niet gehinderd gevoelde, dat hij ten slotte maar bleef zitten. De heer Van Drunen verklaarde na de toelichting van B. en \V. geen verdere op merkingen te zullen maken omdat de heer Schagen de huur van de boerderij opgezegd heeft en vertrokken is en de eerste onderteeke naar van het adres inmiddels is overleden, zoodat er eigenlijk niemand meer was, die direct belang bij de zaak had, maar de heer Westerhof had de kwestie grondig behandeld in de laatste B. en W. vergadering waar de burgemeester afwezig was en met zijn mede-edelachtbaren vastgesteld, dat bij voor komende vacatures voor dergelijke eerebaan tjes alleen de wethouder van het grondbedrijf de aangewezen candidaat zal zijn. Waar de heer Govers op deze vertegen woordiging blijkbaar bijzonder veel prijs stelt kunnen wij hem slechts één goeden raad geven: zoo spoedig mogelijk wethouder van het grondbedrijf zien te worden. Nadat de heer Bakker er op gewezen had, dat nu weer een aanvrage om kwijtschelding van pacht was afgewezen zonder dat de lang beloofde pachtcommissie door B. en W. in het leven was geroepen, kwam het vraag stuk van het bevroren vleesch aan de orde. Slagers die bevroren vleesch verkoopen schijnen genoodzaakt te zijn dit op een bord je met letters van 10 c.M. hoogte en ter dikte van 1 c.M. voor hun ramen kenbaar te ma ken. Een oningewijde zou denken, dat zij op deze wijze een prachtige gelegenheid krij gen om gratis voor dit blijkbaar veel ge vraagde product reclame te maken, maar het is juist een feit, dat de betrokken slagers al hun best doen de bedoelde kennisgeving zoo onzichtbaar mogelijk te doen zijn. Sommigen waren zoo handig er talrijke soortgelijke bordjes met andere aankondigingen omheen te hangen zoodat men volgens den heer Vo gelaar een heele openbare bibliotheek moest doorwerken alvorens de bewuste kennisge ving te ontdekken en anderen hadden ze er gens in een hoekje van het raam geplakt en zoo onduidelijk geschreven, dat toch iemand er iets van zou kunnen lezen- Evenwel, de gemeente is waakzaam en zal. dat nog meer worden nu de heer Govers, buiten bezwaar van de schatkist, tot inspec teur-generaal van dergelijke bordjes be noemd is en iederen slager die bevroren vleesch verkoop het bevel heeft gekregen, dat het bordje op een hoogte van anderhalve a twee Meter en met koeien van letters voor de winkelramen moet opgehangen worden. IJveraars voor het Nederiandsch fabrikaat trokken ook nog tegen het Deensche vleesch te velde, maar de geruststellende mededee- ling werd gegeven, dat dit op het oogenblik van zoo weinig beteekenis is, dat men zich daarover niet ongerust behoeft te maken. De tragedie van de Vereeniging Volks huisvesting loopt ten einde daar B. en W. hadden verkondigd, dat het bouwplan nu ge heel naar hun inzichten was gewijzigd en de Raad in verband daarmede de benoodig- de credieten verleend heeft. In werkelijkheid komt het hierop neer, dat van de 28 woningen er acht precies eender zijn gebleven, dat de overige twintig, die tot dusverre te klein werden geoordeeld, nog precies even groot zijn als op het oorspron kelijke plan en dat de inrichting daarvan verslechterd is doordat men een ruime woon kamer verknoeid heeft door ze in tweeën te splitsen waardoor men naast een kleinere woonkamer nog in het ongelukkige bezit van een kamertje van 6 M2. is gekomen. Om deze verslechtering te verkrijgen heeft men maanden lang de totstandkoming van deze bouwplannen tegengewerkt, heeft men niet alleen vele arbeiders al dien tijd een ge schikte woning onthouden, maar heeft men bovendien bereikt, dat nu reeds voor een per centage van 4 3/4 procent moet geleend worden terwijl dat oorspronkelijk heel wat lager had kunnen zijn. Wat dit alles betreft is de bouwpolitiek van het college en de raadsmeerderheid althans voor 'zoover het de plannen van Volkshuisvesting betreft allerongelukkigst gebleken. De heer Klaver werd nog eens aan zijn toezegging herinnerd, dat hij van gemeente wege woningen ter vervanging van krot woningen zou boVren. Hij betreurde het blijkbaar dat Volkshuisvesting deze krotbe woners niet wilde accepteeren en beloofde meer activiteit van gemeentewege dan tot dusver tot uiting is gekomen. Waarom de Christelijk Historischen, de A. R. Hoytink en de heer Geels bien étonnés de se trouver ensemble tegen de subsidieverhooging van de Openbare Lees zaal en Bibliotheek waren bleef volkomen in het duister, daar zij eenvoudig tegen stemden zonder hun houding op eenigerlei wijze te motiveeren. Aan een algemeenen tuinbouwcursus werd 100 subsidie toegekend en doordat men blijkbaar algemeen van den nood der werk- loozen overtuigd was, werden er geen pro testen gehoord tegen de voorstellen tot ver ruiming van werkgelegenheid en verhooging van de toegestane credieten. Wethouder Wes terhof verkondigde, dat men tevergeefs naar meerdere objecten gezocht heeft, wat eenigs- zins eigenaardig is als men bedenkt, dat B. en W. officieel geweigerd hebben de ook door ons reeds genoemde en door belang hebbenden aangevraagde werken ten Zui den van den Bergerweg te laten uitvoeren. Wat nog het meest stof heeft doen opwaai en en dat is uit hygiënisch oogpunt voor het iproduct juist uit den booze is de fa bricage van een attractie, die in de zomer maanden ook in Alkmaar een grooten afzet heeft gevonden. Er was een verzoek ingekomen van ijs-be- reiders en voor wie de spelling met een lange of een korte ij nog eenige moeilijkheden op levert volge hier de verklaring, dat dit niet de heeren van de Alkmaarsche IJsclub zijn, die gewoonlijk om een subsidie vragen, maar wel de wit- of rood gejaste bestuurders van met bellen behangen wagentjes, die met den populairen naam „IJscomannetjes" betiteld worden. Het college had voorgesteld een pakhuis voor hen te huren, dit te laten verbouwen en daarna beschikbaar te stellen hetzij aan de afdeeling Alkmaar van consumptie-ijs-berei- ders, hetzij aan ijskunstenaars in culinair opzicht persoonlijk. De fabrikanten- distribuanten zouden dan zooveel huur beta len, dat ook de verbouwingskosten in tien jaar gedekt zouden zijn, maar in den Raad gingen zoovele stemmen tegen een dergelijk voorstel op, dat het er werkelijk naar uitzag, dat B. en W. zich onnadenkend op wat al te glad roomijs gewaagd hadden. De heer Hoytink noemde dit iets voor het particulier initiatief en vreesde met den heer Venneker, dat men een precedent zou schep pen en dat de sigarenmakers straks ook om een goede en hygiënische werkplaats zouden vragen. Vele raadsleden deelden zijn vrees, dat de gemeente „ijskoud" bezig was zich een fi- nancieele strop te bezorgen doordat de „Ver eeniging van IJscomannetjes" officieel heet zij eenigszins anders wel eens ont bonden zou kunnen worden en er dan geen belanghebbenden genoeg zouden overblijven om de huur en de verbouwingskosten te be talen. Er werd zelfs van een mogelijk revol- teerende werking in deze vereeniging ge sproken hoewel ieder weet, dat revolutie hoofdzakelijk in warme landen met een heet- bloedige bevolking voorkomt en het IJsco- product zich allerminst leent als voedings bodem voor revolutiebacillen. Het was de heer Westerhof, die ten slotte een „warme"" lans voor deze misdee'den on zer plaatselijke fabrikanten heeft gebroken. Het zijn zoo betoogde hij allen kleine menschen en hij wees demonstratief naar de publieke tribune waar een tweetal afgezan ten van de bewuste vereeniging met span ning de debatten volgden, maar welke depu tatie helaas uit slechts een kleinen en een grooten ijsbakker was samengesteld. Het zijn in figuurlijken zin kleine men schen, zoo verbeterde de heer Westerhof zijn woorden, en omdat zij een alom begeerde lekkernij verkoopen zijn zij thans gebonden aan vele hygiënische voorschriften, waar door de minst kapitaalkrachtigen het werk ongetwijfeld moeten staken als de gemeente hen niet tegemoet komt. Hier, zeide hij, is een hygiënisch belang van de grootste beteekenis aan de orde en wie wel eens minder smake lijke staaltjes van ijs-bereiding gehoord heeft en de verhalen kent waarin een baaien onder rok op een zolderkamertje als deksel voor de melk dienst deed, kan inderdaad gaarne toe geven, dat de consumenten door een zinde lijke fabrieksruinue, waar de directeur van den Keuringsdienst gemakkelijk toezicht kan houden, zeker gebaat zijn. Bovendien had oe gemeente geen ander lokaal beschikbaar of het zou een school lokaal moeten zijn, wat evenwel minder wen- schelijk werd geoordeeld. Ter geruststelling van sommige raads leden, die blijkbaar van meening waren, dat hier een laboratorium voor koude tempera turen in den trant van dat van professor Keesom gebouwd zou worden, werd mede gedeeld, dat de geheele verbouwing niet meer dan ongeveer 1250 zou kosten en dat men er daardoor zeker van kon zijn, dat het roomijs hier ter stede een product van prima grondstoffen en de meest hygiënische bereiding zou worden. Ook de burgemeester heeft nog het mede lijden van den Raad opgewekt door te ver kondigen, dat deze menschen tot de zeer kleine micdenstanders 'behooren, die ter nauwernood het hoofd boven het ijs kunnen houden. Toen hij betoogde, dat er bij ver werping van het voorstel kans bestond, dat er geen ijswafeltjes te krijgen zouden zijn, riep hij zoo demonstratief uit, dat toch ook de Raad dit zou betreuren, dat niemand het blijkbaar waagde dit verlies ook voor zich zelve in twijfel te trekken. Juist toen men op het punt stond de bij lage dan maar aan te nemen, kwam de heer Govers met de mededeeling dat de bovenver dieping van het bewuste pakhuis aan een ver eeniging van boksers verhuurd was, waarop de diverse meeningen opnieuw heftig op elkaar botsten. Er werd geïnformeerd of de vloer wel stevig was, of er door dat boksen niet even veel stof zou opwaaien als dit thans in den Raad geschiedde, wat een hygiënische be reiding niet ten goede zou komen en de combinatie „boksen en roomijs" werd vrij algemeen een zeer ongelukkige genoemd, blijkbaar omdat het bij het eerste wel eens te warm en bij het laatste wel eens te koud toegaat. Hoe kan men nu boven boksen en beneden ijs maken? vroeg de heer Govers, een vraag waarvan de strekking ons intusschen nog niet heelemaal duidelijk is geworden, omdat zoolang de bovenbewoners niet beneden komen en omgekeerd, er geen gevaar bestaat, dat er op minder hygiënische wijze in het ijs gebokst wordt of eenige ijscomannetjes on geschikt voor de fabricage worden gemaakt. Zelfs een dringend beroep op 's raads medelijden met deze klein-fabrikanten, die toch door de concurrentie der natuur al een half jaar noodgedwongen werkloos zijn en een verstandige opmerking als gewoonlijk van mej. Carels, die betoogde, dat zij ten koste van het Maatschappelijk Hulpbetoon anders ook nog de tweede helft van het jaar werkloos zouden zijn. waren niet in staat veler inzicht te wijzigen totdat ten slotte met slechts II tegen 9 stemmen het voorstel van het college werd goedgekeurd en de bellenwagentjes met hun pittoreske bestuur ders dus dezen zomer niet uit ons stads beeld verdwenen zullen zijn. Het was niet alleen den heer Woldendorp opgevallen, dat terwijl vele café en zaal houders aan allerlei bezwarende verplichtin gen ook wat het sluitingsuur voor ver gaderingen betreft waren gebonden, daar naast op zoo uitgebreide schaal verloven voor den verkoop van anderen dan sterken drank uitgereikt worden, dat het hier ter stede met het aantal bars nog veel barder dreigt te worden dan dit reeds thans het geval is. De heer Woldendorp zag daarin niet alleen een ongewenschte concurrentie met de bona fide caféhouders, maar tevens, vooral met het oog op het vrouwelijk per soneel, dat, zooals hij het uitdrukte, „uit sluitend gehouden wordt om de zaak tot bloei te kunnen brengen", zooveel moreelc gevaren, dat hij er prijs op stelde eens te vernemen hoevele verloven er sinds zijn vorige waarschuwing wederom waren uit gereikt. De burgemeester beloofde op een en ander m een volgende vergadering te zullen ant woorden, maar de heer Woldendorp sprak heel geheimzinnig van „ervaringen", welke hij hoewel hij ze natuurlijk al weer niet persoonlijk ondervonden had bereid was in besloten raadszitting aan het edel achtbare gezelschap mede te dealen.. Hier golden blijkbaar dezelfde overwegingen als wanneer bij een rechtszaak de deuren gesloten worden en dat de Raad na deze verklaringen onmiddellijk in geheime zitting ging is zeker wel een bewijs hoezeer onze stedelijke ver tegenwoordigers zich haasten om kennis te nemen van alles wat het rustige leven onzer ingezetenen ook maar eenigszins zou kunnen schokken of bedreigen. Hef bleek ten slotte dat in comité tevens besloten wa3 om zoo mogelijk met het over tollige xasgeld onzer laatste leening ook an dere gemeenten tijdelijk uit den put te helpen. Gememoreerd dient ten slotte nog te wor den, dat de bode Stoorvogel ook in den Raad nog eens openlijk voor zijn verdienstelijken arbeid in de afgeloopen vijf-en-twintig jaren werd gehuldigd en dat hij zich daarvoor dankbaar toonde, door bij de gebruikelijke raadsthee op bijzonder smakelijke cake te tracteeien. Verder, dat de zwarte kat wiji bedoelen niet het beruchte tijdschrift maar de groote kater van den conciërge, wiens verschijning in de raadszaal altijd aan de een of andere politieke crisis vooraf gaat op nieuw in de zaal der vroedschap is ver schenen, maar het ditmaal niet verder ge bracht heeft dan tot de perstribune waar de heeren journalisten van het Soc. Democrati sche en het R K. orgaan broederlijk naast elkaar zitten. Of deze zwarte verschijning ook op jour nalistiek gebied dan wel alleen op politiek terrein van invloed is, zullen we met belang stelling afwachten. Ten slotte is deze Raad niet het minst door de agenda, die in het teeken van alge- heele opruiming stond zoo voorspoedig verloopen. dat de burgemeester, die van een journalistieke weddenschap over den moge- lijken duur der vergadering had kennis ge nomen en beloofd had de heeren zoo moge lijk tot half vijf aan de praat te zullen houden, zijn belofte onmogelijk heeft kunnen inlossen. Het was nog geen drie uur toen de ver tegenwoordigers der diverse bladen de stoep van het gemeentehuis afdaalden en het edel achtbare gezelschap in geheime zitting met belangstelling naar de „ervaringen" van den heer Woldendorp luisterde. KOORSTRAAT 49—51. TEL. 207. ROODE BORDEAUX: Palus f 0.85, Fronsac f 0.95, Medoc f 1.—, St. Emilionfl.10p.fl. WITTE BORDEAUX: Loupiac f 1.40, Graves Sup. f 1.55 p. fl. Korting bij afname van 12, 24, 48 flesschen resp. 5 7 en 10 Den Haag, 18 Maart 1932. De Eerste Kamer heeft heden slechts kort vergaderd. Er stonden trouwens ook niet meer dan drie punten op de agenda, waarvan het eerste nog den meesten tijd in beslag heeft genomen. Dat was de begrooting van het departement van Koloniën, waarbij Cura<jao ter sprake kwam. Op twee punten gaf dit aanleiding tot opmerkingen. In de eerste plaats, dat Cura^ao nu geen subsidie meer vraagt, waardoor de mogelijkheid wordt uit gesloten, dat het Parlement te oordeelen krijgt over zijn begrooting. Het vraagt nu voorschotten voor de uitvoering van openbare werken en de heer Fock (lib meende nu, dat dit slechts een foefje was (hij gebruikte na tuurlijk een meer parlementaire uitdrukking) om aan de controle van de Volksvertegen woordiging te ontkomen, want die voorschot-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1932 | | pagina 1