WAT KIKKER KAREL EN TUIMELTJE BELEEFDEN Als U tandzeep of een tandenborstel noodig heeft, denkt dGn vooral aan den naam GIBBS Ifoor kleine tuinen. verbetering verlegd moet worden, tevens een verzwaring aan te brengen voor het gedeelte van het transformatorgebouw naar Tuin dorp Bovendien wordt het wenschelijk ge acht het net ondergrondsch te maken van Ter Coulster af naar en op het nieuwe ge meentelijke bouwterrein. De totale kosten worden begroot ip 1450. De heer K o s t e 1 ij k geloofde, dat de commissie van bijstand voor het ejectrisch be drijf gaarne de meening van den raad zou willen kennen over de vraag of in de toekomst accoord zou kunnen worden gegaan met het ondergrondsch maken van meerdere gedeel ten van het net. De heer Keesman merkte op, dat er dan geen palen meer zouden zijn om ver kiezingsmateriaal aan te plakken. De heer V a h 1 wenschte, dat ieder jaar een deel van het net ondergrondsch zou kun nen worden gemaakt. De heer \f a asGeesteranusgaf een uiteenzetting van het huidige plan. Het is nog geenszins vast hoe het op den Rijks straatweg zal moeten, maar hoogstwaar schijnlijk zullen daar geen palen meer kun nen komen. Van Ter Coulster tot den heer Harreveld zal het net dan ondergrondsch moeten worden, met aansluiting van den kabel op het nieuwe bouwterrein, en voor de toekomst zullen er nog andere deelen aldus moeten worden, behandeld. Het voorstel werd goedgekeurd. Aanstelling boventallige leerkracht. Devoorzitter deelde mede, dat er een verzoek was ingekomen van ouders van schoolgaande kinderen om aanstelling van een zesde leerkracht aan de openbare school. Spr. merkte naar aanleiding hiervan op, dat de school thans 202 leerlingen telt en dat pas bij 211 de zesde leerkracht zal kunnen worden aangesteld op kosten van het rijk. Zou de gemeente reeds nu nog een onderwij zer benoemen, dan zouden de r.k. scholen aanspraak mogen maken op ook een bovental lige leerkracht, terwijl daar dan evenals bij de openbare school ook nog een lokaal zou moeten worden bijgebouwd. Wijzende op de actie tot stichting van een chr. school, zei spr., dat er kans is, dat voor een dergelijke school een veertigtal leerlingen de openbare gaan verlaten, zoodat in dat geval nog lang geen recht ontstaat op een zesde leerkracht. Intusschen zijn voor de eerste klasse thans 36 kinderen aangegeven, zoodat, als er geen chr. school komt, het totaal aantal leerlingen pl.m. 220 zal bedragen en dus op 1 Jan. 1933 recht op een zesden onderwijzer zou zijn ver kregen. Met het oog hierop hebben B. en W een onderhoud gehad met een hoofdambte naar aan het ministerie van onderwijs, die had toegezegd tegenover den minister te zullen verdedigen, dat in dit bijzondere geval reeds thans nog een onderwijzer worde toe gestaan. B. en W. hadden toen, ook al om tot spoedige oplossing te komen, voorgesteld een tijdelijke leerkracht te benoemen, die, als er een chr. school komt, kan worden ontslagen zonder wachtgeld, wat voordeeliger zou zijn voor het rijk. Vooruitloopende op de te nemen beslissing door den minister, stelden B. en W. voor, om de eerste klasse der school op 1 April a s. on der te brengen in het gebouw voor kunst en sport, waarmee het bestuur daarvan en het hoofd der school accoord gaan. De heer Greeuw zei, dat de onderwijzers van oordeel zijn, dat de bestaande toestand aan de school niet kan blijven bestendigd. Het adres om verbetering is aan den raad verzonden na de vergadering van de ouder commissie. Met genoegen had spr. vernomen, dat B. en W. stappen hebben gedaan om te komen tot een oplossing der kwestie. Gaarne had hij nog gezien, dat B. en W. met voorstellen wa ren gekomen tot uitbreiding van de school met een lokaal, want de voorgestelde voor- loopige oplossing mag geen permanente wor den, omdat het gebouw voor Kunst en Sport niet voor schoollokaal is ingericht. De voorzitter antwoordde, dat het plan voor het bouwen van pog een lokaal reeds kant en klaar ligt en goedgekeurd is door den inspecteur. Als het inderdaad nood zakelijk is, zal direct tot den bouw worden overgegaan. In het begin van Maart kon men pas vernemen hoeveel kinderen er op school zouden komen en toen was er geen andere voorziening meer te treffen dan de nu voor gestelde. Om noodelooze uitgaven te voorkomen, wat ook de heer Greeuw zei te willen, is het toch beter eerst af te wachten of er tot stichting van de chr. school zal worden over gegaan. Blijkt dat niet te gebeuren, dan wordt direct een lokaal aan de openb. school bijgebouwd en_ het gebouw voor kunst en sport verlaten.* De heer Greeuw merkte op, dat het nog wel twee of drie jaar kan duren, vdor en aleer de chr. school er zal komen en zoolang zal toch niet van het gebouw voor Kunst en Sport gebruik kunnen worden gemaakt. Devoorzitter verzekerde, dat het ge noemde gebouw niet anders dan tijdelijk in gebruik zal worden genomen. Het comité voor de chr. school deelde mede, dat over een maand gezegd kan worden of die school zal worden gebouwd of niet. Gaat die bouw niet door, dan zal het nieuwe lokaal bij de open bare school in het najaar klaar zijn. De heer Keesman informeerde of het al dan niet vast is, dat de tijdelijke leerkracht zal kunnen worden aangesteld. Zoo niet, hoe staan B. en W. dan tegenover tijdelijke aan stelling voor rekening van de gemeente? De voorzitter: Dan hebben ook de bijz. scholen recht op een tijdelijke leerkracht. Overigens zei spr., dat de toestemming van den minister nog niet is verkregen. De ge noemde hoofdambtenaar zou de kwestie met hem bespreken. In afwachting daarvan zou de voorgestelde voorziening worden getrof fen. De heer K o s t e 1 ij k kon zich met het prae-advies uitstekend vereenigen, ofschoon ook hij van oordeel was. dat de tijdelijke toe stand niet te lang mag duren. Het adres was spr niet duidelijk, het heeft allen schijn dat adressanten de gevolgen er van niet volkomen hebben beseft. Zij hebben blijkbaar gehandeld onder zekere pressie. De heer Greeuw verzekerde, dat hij had geteekend in volle wetenschap, dat er kosten voor de gemeente uit zouden kunnen voort vloeien. Het stond voor spr. toen al vast, dat het vereischte aantal kinderen, gezien den groei der gemeente, toch spoedig zal zijn be reikt. De voorzitter wenschte het adres en het briefje van den heer ten Bruggencate, waarin gevraagd werd het verzoek aan te houden, niet nader te bespreken, omdat het voorstel van B. en W. immers voldoet aan den wensch der ouders. De heer K o s t e 1 ij k wilde de commissie van toezicht bespreken. De voorzit te r onderving dit door mee te deelen, dat het waarschijnlijk is dat een geschikt persoon voor het voorzitterschap is gevonden. De heer K o s t e 1 ij k drong op spoed aan. De vacature bestaat al zoo lang. Het prae-advies van B. en W. werd hierop zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Het rioleeringsvraagstuk. De voorzitter herinnerde aan het ont staan der commissie tot onderzoek van de noodzakelijkheid van rioleering, welke des tijds door hem is geïnstalleerd en nu haar rapport heeft ingediend. De heer Barnhoorn kreeg het woord voor nadere toelichting ervan. De commissie had getracht de haar voorge legde vragen te beantwoorden. Er was een soort enquête ingesteld onder de ingezetenen naar de afvloeiing van faecaliën, huishoud en hemelwater. De conclusie was, dat er geen faecaliën-rioleering noodig zou zijn, maar het vraagstuk van de afvloeiing ervan diende toch wel onder oogen te worden gezien. De commissie meende, dat het tonnenstelsel moet worden verlaten en in de toekomst de faeca liën en het huishoudwater tegelijk moeten worden afgevoerd in septic-tanks met ertus- schen stapelputten. Door betere draineering zal het hemelwa ter beter kunnen afvloeien. De ontwatering zal moeten geschieden door langs de wegen liggende riolen, waar op de belendende perceelen aansluiten. Via een overstortput zullen die perceelen, welke gedraineerd moeten worden, op de gemeente riolen kunnen afvoeren. Voorkomen kan wor den, dat iemand ook huishoudwater of fae caliën zal willen afvoeren. Een aanvang moet worden gemaakt met draineering van het tracee tusschen den straatweg en den Nic. Beetsweg. De kosten van de draineering dienen te worden bestreden door een omslag van de aanwonenden, berekend tegen 7 pCt. van die kosten. De ontwaterde bodem zal beter de faeca liën kunnen absorbeeren. De commissie meende, dat zij gelukkig was geweest in h'et vinden van het terrein voor proefneming en dat het resultaat zal moeten uitwijzen of uitbreiding daaraan moet worden gegeven. De heer K o s t e 1 ij k vulde deze gegevens nog nader aan met mede te deelen, dat er na het opstellen van het rapport nog een confe rentie met B. en W. is geweest, waarop de commissie als vaststaande aannam, dat de aanwonenden allen zullen aansluiten op het riool. B. en W. haden dit niet zoo zeker ge acht. Hoe dit ook zou zijn, de commissie meen de, dat de draineering van de achtergelegen terreinen over een jaar gereed zal moeten zijn, terwijl spr. zich voorstelde dat over tien jaar ook de afvoer van faecaliën zal zijn ge regeld. In verband met de voorgestelde plannen zal een wijziging moeten worden gebracht in de bouw- en woningverordening, wat spr. nader aangaf. Devoorzitter bracht de commissie een woord van hulde voor haar omvangrijk werk. Het verheugde spr., dat de commissi: ten aanzien van het aanleggen van een rio leerig tot dezelfde conclusie is gekomen, als waartoe het college van B. en W. steeds kwam, n.1. dat de noodzakelijkheid daartoe nog niet bestaat. B. en W. stelden het op prijs, dat" de commissie voorstelt met een klein gedeelte der gemeente te beginnen, daar zij, behalve de motieven welke de com missie tot dat voorstel hebben geleid, hierin tevens zouden willen zien een proefneming, waarbij het te volgen systeem aan de praktijk zal kunnen worden getoetst. Voor dat tot wijziging der bouwverorde ning kan worden overgegaan, welke wijzi ging noodig is om de verplichtingen aan de ingezetenen op te leggen, welke door de com missie worden beoogd, dient het advies der gezondheidscommissie te worden gevraagd, terwijl het bovendien aanbeveling verdient vooraf het gevoelen van den inspecteur der volksgezondheid te kennen. B. en W. gaven den raad in overweging het rapport in principe goed te keuren. Zij zouden dan ten spoedigste zich in verbindin stellen met den inspecteur der volksgezon heid. De heer S c h u y t vroeg of het niet wen schelijk is de belanghebbenden te vragen of zij genegen zijn in de kosten bij te aragen, zulks om een fiasco voor de gemeente té voorkomen. De voorzitter ried dit af. Het moet gaan als met de waterleiding, die er is geko men uit een oogpunt van algemeen belang en daarom dwingend aansluiting voorschreef De menschen vragen een rioleering en dan moet de raad, als het plan zal doorgaan ook hier dringend aansluiting voorschrij ven. De heer Barnhoorn zei, dat het voor de gemeente nooit een fiasco kan worden. De aanwonenden moeten hun jaarlijksche bij drage betalen, al zouden zij (afgezien van wat in de bouwverordening bepaald zal kun nen worden) ook niet willen aansluiten Zeer zeker moet men niet het idee-Schuyt volgen. De heer K o s t e 1 ij k zei, dat de com missie zich op het standpunt stelt, dat de rioleering noodig is en dat het plan moet worden doorgezet. De heer Opdam vroeg of men alleen de bewoners van den Nic. Beetsweg als belang hebbenden beschouwt of ook de menschen aan den Rijksstraatweg. De heer Barnhoorn: De drang om tot drainage over te gaan is voor een groot deel ook gekomen van bewoners van den Rijks straatweg. Spr. geloofde, dat ook hun per ceelen vallen onder de drainage van den Nic. Beetsweg. Zoo dit niet zou worden toe gestaan, zouden de bewoners van laatstge noemden weg last krijgen van het water der perceelen aan den Rijksstraatwea- De bewoners van den Rijksstraatweg moe ten dus worden beschouwd als belanghebben den. De heer K o s t e 1 ij k meende, dat het de commissie onverschillig kan laten hoe de uitvoering is, zij kan niet voorschrijven over welke perceelen de afwatering moet geschie den. Zij zal ook niet verschillende bijdragen voorschrijven. Als er in een deel der ge meente overlast bestaat van het water, zal er een riool moeten worden gemaakt, waar voor de bijdrage moet worden betaald. Of deze bijdrage te hoog of te laag zal zijn, zou later kunnen blijken, als de heele ge meente is aangesloten, en dan zullen de dan noodige maatregelen kunnen worden geno men. Overeenkc-nstig het davies van B. en W. werd hierna besloten. Nog een maand steun aan werkloozen en tuinders. De voorzatter herinnerde er aan, dat indertijd op verzoek van dr. Barnhoorn was besloten den termijn voor steunverleening nog een paar weken langer te doen gelden dan aanvankelijk was bepaald. Intusschen waren er van de afd. Heiloo der s.d.a.p. en van idem r.k. Volksbond requesten ingekomen, waarin verzocht werd den steun en de werkverschaffing n i e t op te heffen, gezien de nog steeds heerschende crisis. Eenige tuinders 'uit de Beekelermeer, ver bouwers van grove tuinbouwproducten, die zoo goed als niets hebben opgebracht deden eenzelfde verzoek, omdat zij anders geen kans zagen hun gezinnen te onderhouden. Spr. vond de kwestie zeer moeilijk B. en W. hebben er lang over gesproken en zijn tot de conclusie gekomen, dat het tijdstip is aan gebroken om aan de steunverleening en werk verschaffing een einde te maken. Zij zijn er van overtuigd, dat de toestand nog ver van rooskleurig is, maar tevens gelooven zij, dat de thans gesteunden wel werk zullen kunnen vinden. Vorige jaren werd pl.m. 1 Maart de werkverschaffing stop gezet en thans zal de toestand niet zooveel slechter zijn dan in die jaren op genoemden tijd. Zij, die straks na 1 April nog steun zullen behoeven, zullen dien dan uit een oogpunt van algemeen belang en financieel belang van de gemeente op andere wijze moeten ont vangen. De heer Greeuw kon zich niet met het standpunt van B. en W vereenigen. De werk loozen, die werk hebben gevonden in de werkverschaffing, zijn reeds lang nood lijdend. De r.k Volksbond en de s.d.a.p. hebben daarom gemeend te moeten aandringen, de werkverschaffing nog niet stop te zetten. De raad mag, gezien het aantal werkloozen. niet de consekwentie van het voorstel van B. en W. aanvaarden. Als de burgemeester meent, dat er wel werk te krijgen is, hoopte spr., dat dit zal worden aangewezen. Spr. geloofde niet, dat een werklooze zal parasiteeren op de 10 van de gemeente. De werkloozen mogen niet naar het armbestuur worden verwezen. Bovendien is er niets tegen om hen in werkverschaffing te houden, er is wel werk te vinden, b.v. bij de rioleering en aan de uitbreiding der begraafplaats. De vorige week waren er nog een veertig tal werkloozen. Mocht blijken, dat er bij zijn, die blijven doorloopen op de 10 der gemeente, dan zal de commissie zeker niet aarzelen in te grijpen. Intusschen geloofde spr. niet dat er dergelijke arbeiders zijn. Men mag zich niet spiegelen aan andere gemeenten, waar de werkverschaffing reeds is opgeheven. Liever dan stop te zetten, zou spr. met een voorstel zijn gekomen om de werkver schaffing voort te zetten en het loon te ver- hoogen, maar hij had daartoe den moed niet kunnen vinden. Hij beval verwerping van het voorstel van B. en W. sterk aan en drong erop aan om te bepalen de werkverschaffing tot onbepaalden termijn voort te zetten. De heer K o s t e 1 ij k was tegen steun verleening. Als de gemeente geld moet uit geven, moet dit zoo productief mogelijk worden gedaan. Aan het plan-De' Lange kun nen met goeden wil meerderen te werk wor den gesteld; de Nicolaas Beetsweg is ver breed en kan den heelen zomer met blijven liggen zooals die thans is; met de Reguliers laan is het evenzoo. Spr. zou willen advi- seeren die werken nu al vast aan te pakken en daarnaast ander werk te zoeken, wat zeer zeker te vinden is. Dan zullen er wel een 40 man w\.rk kunnen vinden. De werkloozen moeten worden geselecteerd, omdat er bij zijn, die eigenlijk niet als crisis-werkloozen kunnen worden beschouwd. Gedurende een maand zal men nog wel werk kunnen vinden. De heer V a h 1 zei, dat de kosten voor de gemeente hoog worden, maar de commissie had geen vrijheid gevonden voor te stellen de werkverschaffing op 1 April stop te zetten en meende te moeten eindigen op 1 Mei. Spr. protesteerde tegen de wijze waarop de heer Greeuw sprak van het armbestuur. Als dat college een lagen steun gaf, zal er nog wel een andere bijdrage bij zijn geweest. De heer Barnhoorn meende, dat ook gelet moet worden op de belangen van de andere gemeentenaren dan de arbeiders, om dat eerstgenoemden de bijdragen zullen moeten betalen. Geheel kon spr. accoord gaan met het idee-Kostelijk om zoo mogelijk productief werk te geven en hij geloofde, dat B. en W. hun best zullen doen om dat te vinden. Is het niet mogelijk dat te vinden en dan de werkloozen daarvoor uit te zoeken? In dat geval zou sp£ er wel in kunnen meegaan om de werkverschaffing nog een maand te verlengen vooi hen, die inderdaad crisis-werkloozen zijn. De heer Opdam geloofde wel dat de menschen liever werken dan steun te ont vangen. Zouden niet nog verschillende men schen werk kunnen krijgen bij particulieren? Als de daarvoor te betalen loonen voor dezen te hoog zouden kunnen worden, zou het misschien overweging verdienen dat de ge meente een toeslag ga.' op de door de parti culieren te betalen loonen, zoodat de ar beiders dan een normaal loon zouden halen. Afgezien hiervan zou de gemeente ook nog wel een paar man kunnen plaatsen bij den Nicolaas Beetsweg en het plan-De l ange. De heer Kostelijk las een schrijven voor van den heer J. Rus, waarin werd medegedeeld, dat onverwijld met verbetering der Regulierslaan zal worden begonnen, wanneer de raad medewerking toezegt. De heer Dekker was niet dan in het uiterste geval voor het idee-Opdam om toe slag te geven op de loonen, door particulie ren te betalen. Dit zou ook overbodig zijn. als de gemeente het plan-De Lange zou steunen, zooals de heer Kostelijk had aange geven. Spr. was het eens met den heer Vahl, dat de werkverschaffing nog zal moeten worden voortgezet tot Mei. De heer S c h u y t voelde wel iets voor het idee-Opdam, maar zag er toch ook veel moeilijkheden in: het zal door Ged. Staten moeten worden goedgekeurd en het zal moeilijk zijn uit te maken wanneer het noo dig is toeslag te geven. Spr. vereenigde zich met het idee der commissie om nog een maand de werkver schaffing vol te houden. De heer Greeuw constateerde met vol doening de stemming der raadsleden. Overi gens wilde spr. vastleggen, dat ook hij niets liever wil dan productief werk te doen ver richten. Men moet de arbeiders zoo lang mogelijk den gang naar het armbestuur besparen. De heer Keesman vroeg zekerheid voor de menschen, dat zij de volgende week aan het werk kunnen gaan. Om te voorkomen dat de arbeiders tot pauperisme vervallen, zal steun noodig zijn Zoo men dien niet geeft, zou de burgerwacht nog wel eens in het geweer kunnen moeten komen. De heer Vahl gr loofde niet, dat de bur gemeester den toestand juist zag, toen hij beweerde, dat de menschen wel werk zouden "kunnen vinden. Er is geen werk, omdat de tuinders of wie ook geen geld hebben en be vreesd zijn voor de toekomst en daarom zoo weinig mogelijk werk laten doen. De heer Opdam meende dat gezocht moet worden naar een oplossing in den geest van zijn idee. De heer K o s "t e 1 ij k zag er wel wat goeds in, er is een object voor werkverschaf fing in te vinden. De minister staat er nu an ders tegenover dan indertijd, toen de ge meente Koedijk eenzelfde regeling had inge voerd. Overigens gaf spr. in overweging het schrijven van den heer Rus als een ernstig houvast te beschouwen. De voorzitter stelde vast, dat er toch in elk geval een moment komt, waarop de werkverschaffing zal moeten worden stopge zet. Met de aangegeven objecten zal mis schien een tiental bonafide arbeiders werk kunnen vinden, maar dan blijven er nog der tig over. Als we zouden doen, zooals de heer Greeuw wil, zou men nooit met werkver schaffing kunnen ophouden Er zijn werkloo- Bol-en knolgewas se nwe'. ke nu geplant worden. Onder de bol- en knolgewassen zijn er ook verschillende welke in het voorjaar geplant moeten worden, gedurende den zomer of in het najaar onzen tuin sieren, en ons uitste kende snijbloemen leveren. Algemeen bekend is Gladiolus, een knolgewas, waarvan soor ten en variëteiten in tal van levendige kleu ren voorkomen. Voor tuinbeplanting, in groe pen van 10 of meer stuks, voor of tusschen houtgewassen en vaste planten, zijn ze zeer mooi. Ze bloeien betrekkelijk lang en als snij. bloem op water geplaatst komen alle knoppen uit. We planten de knollen nu in goed be- werkte en bemeste grond, op een afstand van 10 c.M. en 5 c.M. diep en zoo mogelijk in de vole zon. Minder bekend is de Kaapsche Hya- cinth of Galtonia candicans, een bolgewas waarvan de bloemstengel een hoogte kan be- reiken van meer dan een meter en waaraan tal van klokvormige, witte bloemen komen. Ook deze planten we nu, en wel op 15 tot 20 c.M. afstand bij een diepte van 10 c.M. Nog minder bekend is waarschijnlijk Tigri- da, een bolgewasje dat slechts 30 tot 40 c.M, hoog wordt en met vreemd gevormde en mooi gekleurde, in het hart gespikkelde bloe men bloeit. De bloemen bloeien slechts één dag, maar de bol geeft verscheidene bloemen, zoodat we van een groepje van deze eigen aardig mooie bolgewasjes lang kunnen ge- nieten. We planten ze nu op een zonnig en voedzaam plekje op 8 tot 10 c.M. afstand en 8 c.M. diepte. Mooi is ook Anemone corona- ria, waarvan de bloemen zoo geschikt zijn voor het vullen van kleine vaasjes. We plan ten de knolletjes nu op een zonnig plekje en geven ze een afstand van 8 tot 10 c.M. en planten ongeveer 6 c.M. diep. Eveneens goede snijbloemen leveren ons de Ranonkels. De vreemde, op klauwtjes gelijkende knolletjes planten we nu op zware vochthoudenden en goed bemesten grond. Ze krijgen een afstand van 6 c.M. en komen 5 c.M. onder de grond- oppervlakte. Ook onder de Calla's of Arons kelken zijn soorten welke in den vollen grond geteeld worden. De eigenlijke naam is Ri. chardia en R. albo maculata, met gevlekte bladeren, R. pallida en R. Elliottiana zijn daarvoor zeer geschikt. De knollen worden omstreeks half April geplant op een afstand van 20 c.M. en 10 c.M. diep. Ook deze ver langen een rijk bemesten grond. Ten slotte nog een bekende, n.1. Montbretia, waarvan we de knolletjes nu planten op een afstand van 10 tot 12 c.M. en 8 c.M. diep. Alleen de ze laatste kan in den winter onder goede be- dekking, met turfmolm of droog blad, in den grond blijven. zen, die over 10 of 12 jaar nog geen werk zullen hebben gevonden De aangegeven projecten zullen kunnen worden uitgevoerd, maar wat moeten we dan met de overigen werkloozen? Feitelijk scheiden wij dan toch uit met 1 April, uitge zonderd dan voor de enkele uitgezochte ar beiders. Indertijd is al besloten voor verbetering der Regulierslaan bij te dragen tot een maxi mum van 7500, maar kan dat zonder goedkeuring van Gedeputeerde Staten? Spr. stelae voor allereerst een suppletoirs begrooting vast te stellen waarop voorkomen de noodige gelden voor den Nic. Beetsweg en de Regulierslaan, maar zoolang het ni veau van den Rijksstraatweg niet vast staat, is het zoo goed als onmogelijk om met de Regulierslaan te beginnen. Niemand zou kunnen zeggen wat er eigenlijk zou moeten worden gedaan. Wordt het geld gevoteerd voor de Regu lierslaan, dan heeft de heer Rus toch in elk geval het recht de door hem geschikt ge achte werkloozen uit te zoeken. De heer I< o s t e 1 ij k zei, dat het paard achter den wagen wordt gespannen door de redeneering van den voorzitter. Het niveau van den Rijksstraatweg is al vastgelegd, de aanbesteding van den weg heeft al plaats gehad en de heer Rus heeft slechts enkele gegevens te vragen. Hij zegt toch al toe, dat onmiddelijk zal kunnen worden begonnen met de verbetering. Hoeveel menschen te werk kunnen worden gesteld en voor hoe lang, is de vraag nu niet, er moet werk wor den gevonden en dat is hier. Als dat ver richt is, zal men weer kunnen zien Het zou te betreuren zijn, als we straks tot de con clusie kwamen, dat er werk ligt, hetwelk eigenlijk reeds had moeten worden gedaan. De voorzitter herhaalde zijn vraag: wanneer zal de werkverschaffing dan moe ten worden stopgezet? De heer K o s t e 1 ij k Daar breek ik nog miin hoofd niet over. De voorzitter meende, dat men er niet mee af is, te zeggen: dat kunnen we later wel zien. Er zullen ongetwijfeld moei lijkheden komen bij het uitzoeken der bona fide arbeiders. De heer K o s t e 1 ij k kwam alleen op voor deze arbeiders. De heer Greeuw vroeg aandacht voor de ingekomen adressen, waarin gevraagd 183. Weet je wat, zei kikker Karei, we zullen den draad spannen door de sloot, waar de ooievaar altijd wandelt! Nu dat was een reuzen idee vonden ze en ze gingen een groot stuk dik touw zoeken om over de sloot te spannen. Als de ooievaar er dan in verward raakte, zouden ze hem aan het stuk touw naar het paleis trekken. Een heele hoop kikkers gingen Ihee op wacht zitten en eindelijk za gen ze de ooievaar statig naar de sloot trippelen. 184. De ooievaar stapte recht op de draad af en Tui- meltje was gereed om hem naar den overkant te trekken. Maar de ooievaar nam het stuk touw in zijn snavel en beet het midden door. Toen begon hij met alle kracht er aan te trekken. Tuimeltje trok ook, maar de ooievaar was veel sterker en tot schrik van alle kikkers zagen ze dat de ooievaar Tuimeltje de sloot in trok.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1932 | | pagina 6