WAT KIKKER KAREL EN TUIMELTJE BELEEFDEN
Als U tandzeep of een
tandenborstel noodig heeft,
denkt dGn vooral aan den
naam GIBBS
Ifoor kleine tuinen.
verbetering verlegd moet worden, tevens een
verzwaring aan te brengen voor het gedeelte
van het transformatorgebouw naar Tuin
dorp Bovendien wordt het wenschelijk ge
acht het net ondergrondsch te maken van
Ter Coulster af naar en op het nieuwe ge
meentelijke bouwterrein. De totale kosten
worden begroot ip 1450.
De heer K o s t e 1 ij k geloofde, dat de
commissie van bijstand voor het ejectrisch be
drijf gaarne de meening van den raad zou
willen kennen over de vraag of in de toekomst
accoord zou kunnen worden gegaan met het
ondergrondsch maken van meerdere gedeel
ten van het net.
De heer Keesman merkte op, dat er
dan geen palen meer zouden zijn om ver
kiezingsmateriaal aan te plakken.
De heer V a h 1 wenschte, dat ieder jaar
een deel van het net ondergrondsch zou kun
nen worden gemaakt.
De heer \f a asGeesteranusgaf
een uiteenzetting van het huidige plan. Het is
nog geenszins vast hoe het op den Rijks
straatweg zal moeten, maar hoogstwaar
schijnlijk zullen daar geen palen meer kun
nen komen. Van Ter Coulster tot den heer
Harreveld zal het net dan ondergrondsch
moeten worden, met aansluiting van den
kabel op het nieuwe bouwterrein, en voor de
toekomst zullen er nog andere deelen aldus
moeten worden, behandeld.
Het voorstel werd goedgekeurd.
Aanstelling boventallige leerkracht.
Devoorzitter deelde mede, dat er
een verzoek was ingekomen van ouders van
schoolgaande kinderen om aanstelling van
een zesde leerkracht aan de openbare school.
Spr. merkte naar aanleiding hiervan op,
dat de school thans 202 leerlingen telt en dat
pas bij 211 de zesde leerkracht zal kunnen
worden aangesteld op kosten van het rijk.
Zou de gemeente reeds nu nog een onderwij
zer benoemen, dan zouden de r.k. scholen
aanspraak mogen maken op ook een bovental
lige leerkracht, terwijl daar dan evenals bij
de openbare school ook nog een lokaal zou
moeten worden bijgebouwd. Wijzende op de
actie tot stichting van een chr. school, zei
spr., dat er kans is, dat voor een dergelijke
school een veertigtal leerlingen de openbare
gaan verlaten, zoodat in dat geval nog lang
geen recht ontstaat op een zesde leerkracht.
Intusschen zijn voor de eerste klasse thans
36 kinderen aangegeven, zoodat, als er geen
chr. school komt, het totaal aantal leerlingen
pl.m. 220 zal bedragen en dus op 1 Jan. 1933
recht op een zesden onderwijzer zou zijn ver
kregen. Met het oog hierop hebben B. en W
een onderhoud gehad met een hoofdambte
naar aan het ministerie van onderwijs, die
had toegezegd tegenover den minister te
zullen verdedigen, dat in dit bijzondere geval
reeds thans nog een onderwijzer worde toe
gestaan. B. en W. hadden toen, ook al om tot
spoedige oplossing te komen, voorgesteld een
tijdelijke leerkracht te benoemen, die, als er
een chr. school komt, kan worden ontslagen
zonder wachtgeld, wat voordeeliger zou zijn
voor het rijk.
Vooruitloopende op de te nemen beslissing
door den minister, stelden B. en W. voor, om
de eerste klasse der school op 1 April a s. on
der te brengen in het gebouw voor kunst en
sport, waarmee het bestuur daarvan en het
hoofd der school accoord gaan.
De heer Greeuw zei, dat de onderwijzers
van oordeel zijn, dat de bestaande toestand
aan de school niet kan blijven bestendigd.
Het adres om verbetering is aan den raad
verzonden na de vergadering van de ouder
commissie.
Met genoegen had spr. vernomen, dat B.
en W. stappen hebben gedaan om te komen
tot een oplossing der kwestie. Gaarne had hij
nog gezien, dat B. en W. met voorstellen wa
ren gekomen tot uitbreiding van de school
met een lokaal, want de voorgestelde voor-
loopige oplossing mag geen permanente wor
den, omdat het gebouw voor Kunst en Sport
niet voor schoollokaal is ingericht.
De voorzitter antwoordde, dat het
plan voor het bouwen van pog een lokaal
reeds kant en klaar ligt en goedgekeurd is
door den inspecteur. Als het inderdaad nood
zakelijk is, zal direct tot den bouw worden
overgegaan. In het begin van Maart kon men
pas vernemen hoeveel kinderen er op school
zouden komen en toen was er geen andere
voorziening meer te treffen dan de nu voor
gestelde.
Om noodelooze uitgaven te voorkomen,
wat ook de heer Greeuw zei te willen, is
het toch beter eerst af te wachten of er tot
stichting van de chr. school zal worden over
gegaan. Blijkt dat niet te gebeuren, dan
wordt direct een lokaal aan de openb. school
bijgebouwd en_ het gebouw voor kunst en
sport verlaten.*
De heer Greeuw merkte op, dat het nog
wel twee of drie jaar kan duren, vdor en
aleer de chr. school er zal komen en zoolang
zal toch niet van het gebouw voor Kunst en
Sport gebruik kunnen worden gemaakt.
Devoorzitter verzekerde, dat het ge
noemde gebouw niet anders dan tijdelijk in
gebruik zal worden genomen. Het comité voor
de chr. school deelde mede, dat over een
maand gezegd kan worden of die school zal
worden gebouwd of niet. Gaat die bouw niet
door, dan zal het nieuwe lokaal bij de open
bare school in het najaar klaar zijn.
De heer Keesman informeerde of het al
dan niet vast is, dat de tijdelijke leerkracht
zal kunnen worden aangesteld. Zoo niet, hoe
staan B. en W. dan tegenover tijdelijke aan
stelling voor rekening van de gemeente?
De voorzitter: Dan hebben ook de
bijz. scholen recht op een tijdelijke leerkracht.
Overigens zei spr., dat de toestemming van
den minister nog niet is verkregen. De ge
noemde hoofdambtenaar zou de kwestie met
hem bespreken. In afwachting daarvan zou
de voorgestelde voorziening worden getrof
fen.
De heer K o s t e 1 ij k kon zich met het
prae-advies uitstekend vereenigen, ofschoon
ook hij van oordeel was. dat de tijdelijke toe
stand niet te lang mag duren.
Het adres was spr niet duidelijk, het heeft
allen schijn dat adressanten de gevolgen er
van niet volkomen hebben beseft. Zij hebben
blijkbaar gehandeld onder zekere pressie.
De heer Greeuw verzekerde, dat hij had
geteekend in volle wetenschap, dat er kosten
voor de gemeente uit zouden kunnen voort
vloeien. Het stond voor spr. toen al vast, dat
het vereischte aantal kinderen, gezien den
groei der gemeente, toch spoedig zal zijn be
reikt.
De voorzitter wenschte het adres en
het briefje van den heer ten Bruggencate,
waarin gevraagd werd het verzoek aan te
houden, niet nader te bespreken, omdat het
voorstel van B. en W. immers voldoet aan
den wensch der ouders.
De heer K o s t e 1 ij k wilde de commissie
van toezicht bespreken.
De voorzit te r onderving dit door mee
te deelen, dat het waarschijnlijk is dat een
geschikt persoon voor het voorzitterschap is
gevonden.
De heer K o s t e 1 ij k drong op spoed aan.
De vacature bestaat al zoo lang.
Het prae-advies van B. en W. werd hierop
zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Het rioleeringsvraagstuk.
De voorzitter herinnerde aan het ont
staan der commissie tot onderzoek van de
noodzakelijkheid van rioleering, welke des
tijds door hem is geïnstalleerd en nu haar
rapport heeft ingediend.
De heer Barnhoorn kreeg het woord
voor nadere toelichting ervan.
De commissie had getracht de haar voorge
legde vragen te beantwoorden. Er was een
soort enquête ingesteld onder de ingezetenen
naar de afvloeiing van faecaliën, huishoud
en hemelwater. De conclusie was, dat er geen
faecaliën-rioleering noodig zou zijn, maar
het vraagstuk van de afvloeiing ervan diende
toch wel onder oogen te worden gezien. De
commissie meende, dat het tonnenstelsel moet
worden verlaten en in de toekomst de faeca
liën en het huishoudwater tegelijk moeten
worden afgevoerd in septic-tanks met ertus-
schen stapelputten.
Door betere draineering zal het hemelwa
ter beter kunnen afvloeien.
De ontwatering zal moeten geschieden
door langs de wegen liggende riolen, waar
op de belendende perceelen aansluiten. Via
een overstortput zullen die perceelen, welke
gedraineerd moeten worden, op de gemeente
riolen kunnen afvoeren. Voorkomen kan wor
den, dat iemand ook huishoudwater of fae
caliën zal willen afvoeren.
Een aanvang moet worden gemaakt met
draineering van het tracee tusschen den
straatweg en den Nic. Beetsweg.
De kosten van de draineering dienen te
worden bestreden door een omslag van de
aanwonenden, berekend tegen 7 pCt. van die
kosten.
De ontwaterde bodem zal beter de faeca
liën kunnen absorbeeren.
De commissie meende, dat zij gelukkig
was geweest in h'et vinden van het terrein
voor proefneming en dat het resultaat zal
moeten uitwijzen of uitbreiding daaraan moet
worden gegeven.
De heer K o s t e 1 ij k vulde deze gegevens
nog nader aan met mede te deelen, dat er na
het opstellen van het rapport nog een confe
rentie met B. en W. is geweest, waarop de
commissie als vaststaande aannam, dat de
aanwonenden allen zullen aansluiten op het
riool. B. en W. haden dit niet zoo zeker ge
acht.
Hoe dit ook zou zijn, de commissie meen
de, dat de draineering van de achtergelegen
terreinen over een jaar gereed zal moeten
zijn, terwijl spr. zich voorstelde dat over tien
jaar ook de afvoer van faecaliën zal zijn ge
regeld.
In verband met de voorgestelde plannen
zal een wijziging moeten worden gebracht in
de bouw- en woningverordening, wat spr.
nader aangaf.
Devoorzitter bracht de commissie een
woord van hulde voor haar omvangrijk
werk. Het verheugde spr., dat de commissi:
ten aanzien van het aanleggen van een rio
leerig tot dezelfde conclusie is gekomen, als
waartoe het college van B. en W. steeds
kwam, n.1. dat de noodzakelijkheid daartoe
nog niet bestaat. B. en W. stelden het op
prijs, dat" de commissie voorstelt met een
klein gedeelte der gemeente te beginnen,
daar zij, behalve de motieven welke de com
missie tot dat voorstel hebben geleid, hierin
tevens zouden willen zien een proefneming,
waarbij het te volgen systeem aan de praktijk
zal kunnen worden getoetst.
Voor dat tot wijziging der bouwverorde
ning kan worden overgegaan, welke wijzi
ging noodig is om de verplichtingen aan de
ingezetenen op te leggen, welke door de com
missie worden beoogd, dient het advies der
gezondheidscommissie te worden gevraagd,
terwijl het bovendien aanbeveling verdient
vooraf het gevoelen van den inspecteur der
volksgezondheid te kennen.
B. en W. gaven den raad in overweging
het rapport in principe goed te keuren. Zij
zouden dan ten spoedigste zich in verbindin
stellen met den inspecteur der volksgezon
heid.
De heer S c h u y t vroeg of het niet wen
schelijk is de belanghebbenden te vragen of
zij genegen zijn in de kosten bij te aragen,
zulks om een fiasco voor de gemeente té
voorkomen.
De voorzitter ried dit af. Het moet
gaan als met de waterleiding, die er is geko
men uit een oogpunt van algemeen belang
en daarom dwingend aansluiting voorschreef
De menschen vragen een rioleering en dan
moet de raad, als het plan zal doorgaan
ook hier dringend aansluiting voorschrij
ven.
De heer Barnhoorn zei, dat het voor
de gemeente nooit een fiasco kan worden. De
aanwonenden moeten hun jaarlijksche bij
drage betalen, al zouden zij (afgezien van
wat in de bouwverordening bepaald zal kun
nen worden) ook niet willen aansluiten
Zeer zeker moet men niet het idee-Schuyt
volgen.
De heer K o s t e 1 ij k zei, dat de com
missie zich op het standpunt stelt, dat de
rioleering noodig is en dat het plan moet
worden doorgezet.
De heer Opdam vroeg of men alleen de
bewoners van den Nic. Beetsweg als belang
hebbenden beschouwt of ook de menschen
aan den Rijksstraatweg.
De heer Barnhoorn: De drang om tot
drainage over te gaan is voor een groot deel
ook gekomen van bewoners van den Rijks
straatweg. Spr. geloofde, dat ook hun per
ceelen vallen onder de drainage van den
Nic. Beetsweg. Zoo dit niet zou worden toe
gestaan, zouden de bewoners van laatstge
noemden weg last krijgen van het water der
perceelen aan den Rijksstraatwea-
De bewoners van den Rijksstraatweg moe
ten dus worden beschouwd als belanghebben
den.
De heer K o s t e 1 ij k meende, dat het de
commissie onverschillig kan laten hoe de
uitvoering is, zij kan niet voorschrijven over
welke perceelen de afwatering moet geschie
den. Zij zal ook niet verschillende bijdragen
voorschrijven. Als er in een deel der ge
meente overlast bestaat van het water, zal
er een riool moeten worden gemaakt, waar
voor de bijdrage moet worden betaald. Of
deze bijdrage te hoog of te laag zal zijn,
zou later kunnen blijken, als de heele ge
meente is aangesloten, en dan zullen de dan
noodige maatregelen kunnen worden geno
men.
Overeenkc-nstig het davies van B. en W.
werd hierna besloten.
Nog een maand steun aan
werkloozen en tuinders.
De voorzatter herinnerde er aan, dat
indertijd op verzoek van dr. Barnhoorn was
besloten den termijn voor steunverleening
nog een paar weken langer te doen gelden
dan aanvankelijk was bepaald.
Intusschen waren er van de afd. Heiloo
der s.d.a.p. en van idem r.k. Volksbond
requesten ingekomen, waarin verzocht werd
den steun en de werkverschaffing n i e t op te
heffen, gezien de nog steeds heerschende
crisis.
Eenige tuinders 'uit de Beekelermeer, ver
bouwers van grove tuinbouwproducten, die
zoo goed als niets hebben opgebracht deden
eenzelfde verzoek, omdat zij anders geen
kans zagen hun gezinnen te onderhouden.
Spr. vond de kwestie zeer moeilijk B. en
W. hebben er lang over gesproken en zijn tot
de conclusie gekomen, dat het tijdstip is aan
gebroken om aan de steunverleening en werk
verschaffing een einde te maken. Zij zijn er
van overtuigd, dat de toestand nog ver van
rooskleurig is, maar tevens gelooven zij, dat
de thans gesteunden wel werk zullen kunnen
vinden. Vorige jaren werd pl.m. 1 Maart de
werkverschaffing stop gezet en thans zal de
toestand niet zooveel slechter zijn dan in die
jaren op genoemden tijd.
Zij, die straks na 1 April nog steun zullen
behoeven, zullen dien dan uit een oogpunt
van algemeen belang en financieel belang
van de gemeente op andere wijze moeten ont
vangen.
De heer Greeuw kon zich niet met het
standpunt van B. en W vereenigen. De werk
loozen, die werk hebben gevonden in de
werkverschaffing, zijn reeds lang nood
lijdend.
De r.k Volksbond en de s.d.a.p. hebben
daarom gemeend te moeten aandringen, de
werkverschaffing nog niet stop te zetten. De
raad mag, gezien het aantal werkloozen. niet
de consekwentie van het voorstel van B. en
W. aanvaarden. Als de burgemeester meent,
dat er wel werk te krijgen is, hoopte spr., dat
dit zal worden aangewezen. Spr. geloofde
niet, dat een werklooze zal parasiteeren op
de 10 van de gemeente. De werkloozen
mogen niet naar het armbestuur worden
verwezen.
Bovendien is er niets tegen om hen in
werkverschaffing te houden, er is wel werk
te vinden, b.v. bij de rioleering en aan de
uitbreiding der begraafplaats.
De vorige week waren er nog een veertig
tal werkloozen. Mocht blijken, dat er bij
zijn, die blijven doorloopen op de 10 der
gemeente, dan zal de commissie zeker niet
aarzelen in te grijpen. Intusschen geloofde
spr. niet dat er dergelijke arbeiders zijn.
Men mag zich niet spiegelen aan andere
gemeenten, waar de werkverschaffing reeds is
opgeheven.
Liever dan stop te zetten, zou spr. met
een voorstel zijn gekomen om de werkver
schaffing voort te zetten en het loon te ver-
hoogen, maar hij had daartoe den moed niet
kunnen vinden. Hij beval verwerping van
het voorstel van B. en W. sterk aan en drong
erop aan om te bepalen de werkverschaffing
tot onbepaalden termijn voort te zetten.
De heer K o s t e 1 ij k was tegen steun
verleening. Als de gemeente geld moet uit
geven, moet dit zoo productief mogelijk
worden gedaan. Aan het plan-De' Lange kun
nen met goeden wil meerderen te werk wor
den gesteld; de Nicolaas Beetsweg is ver
breed en kan den heelen zomer met blijven
liggen zooals die thans is; met de Reguliers
laan is het evenzoo. Spr. zou willen advi-
seeren die werken nu al vast aan te pakken
en daarnaast ander werk te zoeken, wat zeer
zeker te vinden is. Dan zullen er wel een 40
man w\.rk kunnen vinden. De werkloozen
moeten worden geselecteerd, omdat er bij
zijn, die eigenlijk niet als crisis-werkloozen
kunnen worden beschouwd.
Gedurende een maand zal men nog wel
werk kunnen vinden.
De heer V a h 1 zei, dat de kosten voor de
gemeente hoog worden, maar de commissie
had geen vrijheid gevonden voor te stellen
de werkverschaffing op 1 April stop te
zetten en meende te moeten eindigen op
1 Mei.
Spr. protesteerde tegen de wijze waarop
de heer Greeuw sprak van het armbestuur.
Als dat college een lagen steun gaf, zal er
nog wel een andere bijdrage bij zijn geweest.
De heer Barnhoorn meende, dat ook
gelet moet worden op de belangen van de
andere gemeentenaren dan de arbeiders, om
dat eerstgenoemden de bijdragen zullen
moeten betalen. Geheel kon spr. accoord
gaan met het idee-Kostelijk om zoo mogelijk
productief werk te geven en hij geloofde, dat
B. en W. hun best zullen doen om dat te
vinden. Is het niet mogelijk dat te vinden en
dan de werkloozen daarvoor uit te zoeken?
In dat geval zou sp£ er wel in kunnen
meegaan om de werkverschaffing nog een
maand te verlengen vooi hen, die inderdaad
crisis-werkloozen zijn.
De heer Opdam geloofde wel dat de
menschen liever werken dan steun te ont
vangen. Zouden niet nog verschillende men
schen werk kunnen krijgen bij particulieren?
Als de daarvoor te betalen loonen voor
dezen te hoog zouden kunnen worden, zou het
misschien overweging verdienen dat de ge
meente een toeslag ga.' op de door de parti
culieren te betalen loonen, zoodat de ar
beiders dan een normaal loon zouden halen.
Afgezien hiervan zou de gemeente ook
nog wel een paar man kunnen plaatsen bij
den Nicolaas Beetsweg en het plan-De l ange.
De heer Kostelijk las een schrijven
voor van den heer J. Rus, waarin werd
medegedeeld, dat onverwijld met verbetering
der Regulierslaan zal worden begonnen,
wanneer de raad medewerking toezegt.
De heer Dekker was niet dan in het
uiterste geval voor het idee-Opdam om toe
slag te geven op de loonen, door particulie
ren te betalen. Dit zou ook overbodig zijn.
als de gemeente het plan-De Lange zou
steunen, zooals de heer Kostelijk had aange
geven.
Spr. was het eens met den heer Vahl, dat
de werkverschaffing nog zal moeten worden
voortgezet tot Mei.
De heer S c h u y t voelde wel iets voor het
idee-Opdam, maar zag er toch ook veel
moeilijkheden in: het zal door Ged. Staten
moeten worden goedgekeurd en het zal
moeilijk zijn uit te maken wanneer het noo
dig is toeslag te geven.
Spr. vereenigde zich met het idee der
commissie om nog een maand de werkver
schaffing vol te houden.
De heer Greeuw constateerde met vol
doening de stemming der raadsleden. Overi
gens wilde spr. vastleggen, dat ook hij niets
liever wil dan productief werk te doen ver
richten.
Men moet de arbeiders zoo lang mogelijk
den gang naar het armbestuur besparen.
De heer Keesman vroeg zekerheid
voor de menschen, dat zij de volgende week
aan het werk kunnen gaan.
Om te voorkomen dat de arbeiders tot
pauperisme vervallen, zal steun noodig zijn
Zoo men dien niet geeft, zou de burgerwacht
nog wel eens in het geweer kunnen moeten
komen.
De heer Vahl gr loofde niet, dat de bur
gemeester den toestand juist zag, toen hij
beweerde, dat de menschen wel werk zouden
"kunnen vinden. Er is geen werk, omdat de
tuinders of wie ook geen geld hebben en be
vreesd zijn voor de toekomst en daarom zoo
weinig mogelijk werk laten doen.
De heer Opdam meende dat gezocht
moet worden naar een oplossing in den geest
van zijn idee.
De heer K o s "t e 1 ij k zag er wel wat
goeds in, er is een object voor werkverschaf
fing in te vinden. De minister staat er nu an
ders tegenover dan indertijd, toen de ge
meente Koedijk eenzelfde regeling had inge
voerd.
Overigens gaf spr. in overweging het
schrijven van den heer Rus als een ernstig
houvast te beschouwen.
De voorzitter stelde vast, dat er toch
in elk geval een moment komt, waarop de
werkverschaffing zal moeten worden stopge
zet. Met de aangegeven objecten zal mis
schien een tiental bonafide arbeiders werk
kunnen vinden, maar dan blijven er nog der
tig over.
Als we zouden doen, zooals de heer
Greeuw wil, zou men nooit met werkver
schaffing kunnen ophouden Er zijn werkloo-
Bol-en knolgewas se nwe'.
ke nu geplant worden.
Onder de bol- en knolgewassen zijn er ook
verschillende welke in het voorjaar geplant
moeten worden, gedurende den zomer of in
het najaar onzen tuin sieren, en ons uitste
kende snijbloemen leveren. Algemeen bekend
is Gladiolus, een knolgewas, waarvan soor
ten en variëteiten in tal van levendige kleu
ren voorkomen. Voor tuinbeplanting, in groe
pen van 10 of meer stuks, voor of tusschen
houtgewassen en vaste planten, zijn ze zeer
mooi. Ze bloeien betrekkelijk lang en als snij.
bloem op water geplaatst komen alle knoppen
uit. We planten de knollen nu in goed be-
werkte en bemeste grond, op een afstand van
10 c.M. en 5 c.M. diep en zoo mogelijk in de
vole zon. Minder bekend is de Kaapsche Hya-
cinth of Galtonia candicans, een bolgewas
waarvan de bloemstengel een hoogte kan be-
reiken van meer dan een meter en waaraan
tal van klokvormige, witte bloemen komen.
Ook deze planten we nu, en wel op 15 tot
20 c.M. afstand bij een diepte van 10 c.M.
Nog minder bekend is waarschijnlijk Tigri-
da, een bolgewasje dat slechts 30 tot 40 c.M,
hoog wordt en met vreemd gevormde en
mooi gekleurde, in het hart gespikkelde bloe
men bloeit. De bloemen bloeien slechts één
dag, maar de bol geeft verscheidene bloemen,
zoodat we van een groepje van deze eigen
aardig mooie bolgewasjes lang kunnen ge-
nieten. We planten ze nu op een zonnig en
voedzaam plekje op 8 tot 10 c.M. afstand en
8 c.M. diepte. Mooi is ook Anemone corona-
ria, waarvan de bloemen zoo geschikt zijn
voor het vullen van kleine vaasjes. We plan
ten de knolletjes nu op een zonnig plekje en
geven ze een afstand van 8 tot 10 c.M. en
planten ongeveer 6 c.M. diep. Eveneens goede
snijbloemen leveren ons de Ranonkels. De
vreemde, op klauwtjes gelijkende knolletjes
planten we nu op zware vochthoudenden en
goed bemesten grond. Ze krijgen een afstand
van 6 c.M. en komen 5 c.M. onder de grond-
oppervlakte. Ook onder de Calla's of Arons
kelken zijn soorten welke in den vollen grond
geteeld worden. De eigenlijke naam is Ri.
chardia en R. albo maculata, met gevlekte
bladeren, R. pallida en R. Elliottiana zijn
daarvoor zeer geschikt. De knollen worden
omstreeks half April geplant op een afstand
van 20 c.M. en 10 c.M. diep. Ook deze ver
langen een rijk bemesten grond. Ten slotte
nog een bekende, n.1. Montbretia, waarvan
we de knolletjes nu planten op een afstand
van 10 tot 12 c.M. en 8 c.M. diep. Alleen de
ze laatste kan in den winter onder goede be-
dekking, met turfmolm of droog blad, in den
grond blijven.
zen, die over 10 of 12 jaar nog geen werk
zullen hebben gevonden
De aangegeven projecten zullen kunnen
worden uitgevoerd, maar wat moeten we
dan met de overigen werkloozen? Feitelijk
scheiden wij dan toch uit met 1 April, uitge
zonderd dan voor de enkele uitgezochte ar
beiders.
Indertijd is al besloten voor verbetering
der Regulierslaan bij te dragen tot een maxi
mum van 7500, maar kan dat zonder
goedkeuring van Gedeputeerde Staten?
Spr. stelae voor allereerst een suppletoirs
begrooting vast te stellen waarop voorkomen
de noodige gelden voor den Nic. Beetsweg
en de Regulierslaan, maar zoolang het ni
veau van den Rijksstraatweg niet vast staat,
is het zoo goed als onmogelijk om met de
Regulierslaan te beginnen. Niemand zou
kunnen zeggen wat er eigenlijk zou moeten
worden gedaan.
Wordt het geld gevoteerd voor de Regu
lierslaan, dan heeft de heer Rus toch in elk
geval het recht de door hem geschikt ge
achte werkloozen uit te zoeken.
De heer I< o s t e 1 ij k zei, dat het paard
achter den wagen wordt gespannen door de
redeneering van den voorzitter. Het niveau
van den Rijksstraatweg is al vastgelegd, de
aanbesteding van den weg heeft al plaats
gehad en de heer Rus heeft slechts enkele
gegevens te vragen. Hij zegt toch al toe, dat
onmiddelijk zal kunnen worden begonnen
met de verbetering. Hoeveel menschen te
werk kunnen worden gesteld en voor hoe
lang, is de vraag nu niet, er moet werk wor
den gevonden en dat is hier. Als dat ver
richt is, zal men weer kunnen zien Het zou
te betreuren zijn, als we straks tot de con
clusie kwamen, dat er werk ligt, hetwelk
eigenlijk reeds had moeten worden gedaan.
De voorzitter herhaalde zijn vraag:
wanneer zal de werkverschaffing dan moe
ten worden stopgezet?
De heer K o s t e 1 ij k Daar breek ik nog
miin hoofd niet over.
De voorzitter meende, dat men er
niet mee af is, te zeggen: dat kunnen we
later wel zien. Er zullen ongetwijfeld moei
lijkheden komen bij het uitzoeken der bona
fide arbeiders.
De heer K o s t e 1 ij k kwam alleen op
voor deze arbeiders.
De heer Greeuw vroeg aandacht voor
de ingekomen adressen, waarin gevraagd
183. Weet je wat, zei kikker Karei, we zullen den draad
spannen door de sloot, waar de ooievaar altijd wandelt!
Nu dat was een reuzen idee vonden ze en ze gingen een
groot stuk dik touw zoeken om over de sloot te spannen.
Als de ooievaar er dan in verward raakte, zouden ze hem
aan het stuk touw naar het paleis trekken. Een heele
hoop kikkers gingen Ihee op wacht zitten en eindelijk za
gen ze de ooievaar statig naar de sloot trippelen.
184. De ooievaar stapte recht op de draad af en Tui-
meltje was gereed om hem naar den overkant te trekken.
Maar de ooievaar nam het stuk touw in zijn snavel en
beet het midden door. Toen begon hij met alle kracht er
aan te trekken. Tuimeltje trok ook, maar de ooievaar was
veel sterker en tot schrik van alle kikkers zagen ze dat
de ooievaar Tuimeltje de sloot in trok.