DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Generaal Von Schleicher voor de microfoon, Ho. 175 Woensdag 27 Juli 1932 134e Jaargang SugeÜiksch Oveczicht Duitschland kan veiligheid verkrijgen óf door vermindering der bewapening der andere mogendheden tot het Duitsche niveau, óf door ombouwen der Duitsche rijksweer. GEEN VRIEND DER DICTATUUR. uitenland ALKMAARSCHE Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar f 2. hanco door het geheele Rijk 2.50. L,osse oummers 5 cents. PRIJS PER GEWONE ADVERTENT1EN Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v b. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33. Directeur: C. KRAK. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. MOMM Oil uuaunei bestaat uit 2 bladen. De Duitsche rijksminister van rijksweer, generaal von Schleicher, heeft gisteravond een radioredevoering gehouden. In deze vrij lange redevoering heeft hij het een en ander verteld van 't doel van den rijksweer t.a.v. het binnenland, maar ter loops werd ook eventjes de buitenlandsche politiek er bij gehaald. Generaal von Schleicher begon met eenige opmerkingen, die, naar hij zeide: „een deel der houders" een zekere teleurstelling zouden baten. „Ik ben" aldus von Schlei cher geen vriend van militairen uitzonde ringstoestand en ik ben heelemaal geen vriend van militaire dictatuur en dat mis schien wel niet, omdat ik minister van weer baarheid ben. Twee dingen zijn den soldaat bizonder antipathiek: Als politieagent te worden ge bruikt en in de politiek te worden betrokken. Geen van beide is te vermijden bij den mili tairen uitzonderingstoestand. Daarom heb rk er ook naar gestreefd dat den voor een ze ker doel over Berlijn en Brandenburg afge kondigde uitzonderingstoestand zoo spoedig mogelijk zou worden opgeheven. De minister citeerde vervolgens zijn korte verklaring welke hij tot 't leger gericht heeft ter gelegenheid van zijn ambtsaanvaarding, waarin de verwijzing naar de toekomst hem door een deel der linkerzijde kwalijk is geno men, aangezien in de afgeloopen jaren alles is gebeurd om het doel, Duitschland's gren zen te beschermen en de nationale veiligheid te garandeeren, te bereiken. Dat heeft mij verbaasd. Het heeft mij opnieuw getoond hoe graag en hoe gemakkelijk de Duitscher zich illusies maakt, vooral wanneer hem zulks bij zijn partijpolitiek past. De waar heid is immers dat geen enkel ander Euro- peesch land in zoo geringe mate de veilig heid bezit waarom het klinkt als een para dox juist de sterkste militaire macht der wereld onophoudelijk roept. Deze houding van onze Westelijke nabu ren heeft minister Stresemann, wien men toch werkelijk voor ingenomenheid kan ont zeggen. indertijd huichelarij genoemd en ik geloof, aldus von Schleicher dat er in Duitschland slechts weinig menschen zijn die het hiermede niet een zullen zijn. Hoe kan Duitschland veiligheid verkrij gen? Theoretisch volgens twee wegen: 1 Doordat de mogendheden de bewapeningen verminderen tot ons niveau, waartoe zij mo reel en juridisch verplicht zijn. Wanneer is tactiek een verdedigingswapen werd eens gevraagd Indien het de Britsche of Amerikaansche vlag voert, luidde het antwoord. Ik geloof dat deze spottende woorden meer zeggen dan de mooiste diplomatieke vormen, waarmede men het catastrophale exhec der Ontwapeningsconferentie wii verdoezelen. Wij kunnen ten tweede de veiligheid be reiken doordat wij onze weermacht zooda nig ombouwen, niet uitbouwen, dat zij ons ten minste een zekere mate van veiligheid geeft en ik zou er in aansluiting op de Duitsche verklaring te Geneve geen twijfel over willen laten, dat wij dezen tweeden weg zullen begaan, al stelt men ons ook voor de toekomst volledige veiligheid en rechtsgelijk heid in het vooruitzicht. Ik kan critici ver zekeren dat een moderne aan het doel ten minste eenigszins beantwoordende weer macht niet duurder is dan de weermacht van het verdrag van Versailles, dat door zijn ten deele direct zinlooze bepalingen ons geheel overbodige, nuttelooze en onproductieve extra kosten oplegt. In de landsverdediging ligt de hooge en ideale taak van den soldaat. Het is natuur lijk dat de weermacht ook de ultima ratio •van den staat beteekent en dat in zeer kor ten tijd door haar toedoen orde en rust moe ten kunnen worden hersteld en de staatsau- toriteit moet kunnen worden verzekerd. Dat de weermacht daartoe in staat is, zal na dc- gebeurtenissen der laatste dagen wel nie mand meer ernstige kunnen bestrijden. Het is zeer zeker eveneens juist dat bij interventie van de weermacht scherpe maatregelen niet kunnen worden voorkomen. Doch dergelijke harde maatregelen zijn meestal de mildste omdat zij het snelste resultaat hebben Zeer zeker ben ik van meening dat het voor handen zijn van een gesloten en boven de partijen staande weermacht alleen reeds voldoende moet zijn om de autoriteiten van het Rijk te behoeden voor iederen schok. Dat land heeft de hoogste staatsautoriteit waar een enkele gendarme in een geheel district de orde kan bewaren. Mij heeft in de laatste waken niets zoo zeer geergerd en ik er ger mij niet gemakkelijk als de bewering dat ik de Rijksweer in den politieken mee- ningsstrijd geworpen had. Dat is het meest onrechtvaardige verwijt dat een man kan treffen dien sedert de revolutie, die de Rijks weer volledig politiek doorziekt had, op alle wegen en met alle middelen een taaien strijd heeft gevoerd om de depolitiseering van de weermacht en die in dezen strijd dikwijls juist die kringen tot tegenstander had die op het oogenblik met groot geschreeuw waarschuwen voor de politiseering van de weermacht, nadat het hun, tot zegen van ons vaderland, niet gelukt was uit de Rijksweer een partijgroep te maken. De leuze „jonkers en generaals hebben de regeering-Bruening ten val gebracht" is een volstrekte leugen. Zoolang ik op deze plaats sta, hiervan kunnen alle partijen zeker zijn, zal ik nooit toelaten, dat de weermacht haar boven de partijen staande houding zal veran deren of zelfs opgeven. En ik kan nog een tweede verzekering geven aan de heeren, die op het oogenblik met Cassandra-kreten hun verkiezingsagitatie voeren: Ik zal niet dulden dat de weermacht de haar in den staat toege wezen positie met iemand, wie dan ook zal deelen en dat particuliere organisaties zich de wettelijke functies van de weermacht zullen aanmatigen. Ik begroet derhalve vooral de uiteenzettingen van den leider de nationaal- socialisten in Berchtesgaden voor zijn S.A.- leiders, welke volkomen overeenstemmen met hetgeen ik zooeven gezegd heb over de positie van de weermacht in den staat. In dit ver band eenige woorden over de organisaties. Ik zou een slechte Rijksweerminister zijn, wan neer ik mij niet verheugde over iederen jon gen Duitscher die door lichaamsoefeningen en vooral ook door vrijwillige discipline zijn karakter staalt. Menschen die daarvoor geen begrip hebben begrijpen niet de vreugde van jonge knapen die lichamelijk iets bizonders hebben gepresteerd en die voor het eerst de minderwaardige elementen in hen geheel heb ben overwonnen. Nu weet ik natuurlijk heel goed, dat in de organisaties ook velerlei dom heden en overdrijvingen voorgekomen zijn en nog voorkomen. Hierop critiek uit te oefenen en er aanstoot aan te nemen, daartoe hebben echter diegenen het minste recht die ons de algemeene weerplicht hebben ontnomen en die door herstelbetalingen en andere economi sche dictaten de ontzaglijke werkloosheid te voorschijn hebben geroepen. Zonder werk loosheid en met een algemeene weerplicht zouden wij niet in die inflatie der organisaties hebben wier volledige onbruikbaarheid bij oorlogsverwikkelingen thans zelfs behalve natuurlijk in Frankrijk door leidende per soonlijkheden der voormalige vijandelijke ge allieerden erkend wordt. Bedroevend en beschamend is het slechts dat Frankrijk zijn argumenten voor het grootste gedeelte zelf uit die kringen betrekt wien ter bestrijding hunner politieke tegen standers ieder middel zelfs dat van land verraad goed is. Dat ik als weerminister de kolonisatiegedachte ten zeerste begroet, ligt voor de hand. Voor de landsverdediging is het een levenskwestie, dat aan de Oost grens een met haar grondverwortelde bevol king staat, die voor zoover het in dergelijke tijden van nood mogelijk is tegen crisis is be schermt en talrijke menschen als zelfstan dige existenties op het platte land vast houdt. In dit verband nog eenige woorden over de sociale gedachte. Een der schoonste soldaten deugden is de kameraadschap en wat is dat anders dit elkander bijstaan in vreugd en leed, overwinning en dood als de uitdruk king van het sociale denken en voelen? Deze gedachte der kameraadschap omvat de natio nale en sociale taak van de weermacht. Even min als de Rijksweer een partijgroep is, even min is hij de beschermmacht van welke klasse of belangen ook en evenmin wil zij overleefde economische vormen of onhoudbare bezitsver houdingen dekken en in dezen zin van het sociale denken zal ik mijn functie als Rijks minister en in het bizonder als weerminister vervullen door het leger er steeds weer aan te herinneren, dat het er toe moet bijdragen den nood juist in de armste bevolkingslagen te verminderen en vriend en helper te zijn van alle lagen der bevolking. Ten slotte sprak de minister nogmaals ovei een z.g. militaire dictatuur. Een dictatoriale regeering der weermacht zou in Duitschland volkomen uitgesloten zijn aangezien de weermacht nooit iets an ders zal doen dan de bevelen op te volgen van haar opperbevelhebber, den door een overweldigende meerderheid van het Duit sche Volk gekozen Rijkspresident von Hin denburg. Maar ook een regeering die slechts steunt op de bajonetten van de Rijksweer zou een regeering in het luchtledige zijn, zou snel haar krachten verbruiken en tot een misluk king leiden. In Duitschland misschien nog meer dan in vele andere landen moet de re geering gedragen worden door een breede volksstrooming. Ik geloof te mogen zeggen, dat ik in dit opzicht juist in dit opzicht hel der heb gezien en minder militairistisch ben geweest dan menig politicus die zich dikwijls en gaarne voor de democratie uitspreekt maar die onmiddellijk bereid is tot de dictatuur van de bajonet, wanneer zijn machtspositie of die van zijn partij het noodjg maakt. Daarom ben ik geen vriend der militaire dictatuur, maar ik wensch voor Duitschland juist in den huidigen moeilijken tijd een re geering, die de groote soldatendeugden nezit moed, kracht tot besluiten en bereidheid tot het dragen van verantwoordelijkheid. SCHOOLSCH1P DER DUITSCHE RIJKSMARINE GEKAPSEISD. Tot nu toe veertig geredden. Dinsdagmiddag om half drie is het Duit sche schoolschip „Niobe" bij het lichtschip Fehmarn tijdens een onweerbui gekapseisd. De booten van het lichtschip hebben zich direct naar de plaats der onheils begeven. Ook het stoomschip „Therese Russ" meldt, dat het op de plaats des onheils is aangeko men. Dit schip heeft 40 geredden aan boord. De marine-autoriteiten hebben assistentie ge zonden. De „Niobe" was Maandagmiddag met meer dan 100 manschappen aan boord (adel borsten en scheepsjongens) uitgevaren. Nader wordt gemeld: Ter assistentie zijn direct uitgezonden de kruisers „Koeningsberg" en Koeln". De kruiser „Koenigsberg", aan boord waarvan zich de inspecteur der opleidings scholen schout bij nacht Kolbe bevindt, zal om 7 uur bij de Fehmarn aankomes. Voorts is een vliegtuig vertrokken. Er zijn eveneens vier booten van het half- flottille Kiel onderweg. De bemanning van de „Niebe" bestaat uit precies 105 koppen, waarvan 50 adelborsten. Commandant van het zeilschoolschip is kor- vettenkapitein, Ruhfus. De kruiser „Koeln" bij de „Niebe". De kruiser „Koeln" is nog vóór de „Koe nigsberg" op de plaats waar de „Niobe" te gekapseisd aangekomen. Het Duitsche stoomschip „Therese Russ" zou Maandagavond met 40 geredden van het opleidingschip te ongeveer tien uur te Kiel aankomen. Het ongeluk heeft plaats gehad op een zee mijl ten Oosten van het Fehmarn-vuurschip Hoe het ongeluk geschiedde, is den marine- autoriteiten te Kiel niet goed duidelijk. Er be staat slechts de mogelijkheid, dat een onver wachts van de landzijde gekomen onweers bui de „Niobe" heeft gegrepen en neerge drukt, voor het gelukt was het geheel opge tuigde zeil neer te halen. Slechts op deze wijze is het ongeluk denkbaar. Het schoolschip Niobe is een driemast schoener van 650 ton. In 1899 is het op de Weserwerf te Bremen gebouwd en in 1922/23 door de Rijksmarine omgebouwd tot school schip voor de marine. Het schip is 46 M lang, 9.2 M. breed en 4.8 M. diepgang. Geredden. Tot de geredden van het opleidingsschip Niobe, die zijn opgepikt door het stoomschip „Therese Russ" behooren Ook kapiteinluite nant Ruhfuss en Oberleutnant Lott. 69 vermisten. De geredden van den Niobe zijn door het s.s. Therese Russ aan boord gebracht van den kruiser Koeln. Eenigen der verongeluk ten bevinden zich op een schip, dat op weg is naar Kiel. In totaal zijn 19 kadetten gered. Volgens berichten van den kruiser Koeln zijn er 69 vermisten. Een zwakke hoop bestaat nog door hetgerucht, dat op Fehmarn de ronde doet, volgens hetwelk Deensche vis- schersbooten eenige drenkelingen zouden hebben gered en in Rudby op Lolland aan wal hebben gezet. Daar echter slechts één visschersboot in Rudby is binnengeloopen, heeftmen nog maar weinig hoop, dat het ge rucht waarheid zal bevatten. Volgens observaties van vliegers ligt op de plaats waar het schip is vergaan alleen maar een olievlek. Ook steekt geen mast bo ven het water. Waarschijnlijk bevond het grootste deel der vermisten zich op het oogenblik van den ïamp in het schip. In enkeie minuten gezonken. De Niobe bevond zich op weg van Warne- munde ten O. van het Fehmarn-Beltvuur- schip. Naar het vuurschip mededeelt, is het schip in 3 tot 4 minuten ondergegaan. De „Niobe" had reeds veel zwaar weer door staan en de ondergang is dan ook alleen te verklaren, wanneer men aanneemt, dat de wind plotseling uit een anderen hoek is gaan waaien. Geredden in Kiel aangekomen. Gisternacht tegen half een is de kruiser Koenigsberg met de 40 geredden van de „Niobe", die hij had overgenomen van den kruiser „Koeln" in den haven van Kiel aan gekomen. De geredden zijn in de kazerne in de Wik ondergebracht. Wat er gebeurde op het schip. Omtrent het vergaan van het opleidings schip „Niobe" van de Duitsche rijksmarine deelt het Oostzeestation Kiel mede, dat de „Niobe" gistermiddag om twee uur het See- marnbelt lichtschip op een afstand van onge veer een halve zeemijl passeerde met koers in Zuid-Oostelijke richting en bij een wind sterkte van 2 a 3°. Aangezien zich in het Zuiden boven Seemarn onweerswolken samentrokken, liet de commandant door een wacht de bovenzeilen bergen, terwijl een andere wacht op het benedendek instructie kreeg. Na het bergen van de bovenzeilen stak om ongeveer 5 minuten voor half drie plotseling een windvlaag, waardoor het schip sterk naar een zijde begon over te hellen en in zeer korten tijd omsloeg om binnen eenige minuten te zinken. Toen het schip plotseling begon te hellen, was het voor de leden der be manning die zich beneden deks bevonden niet meer mogelijk aan dek te komen. Zij moeten met het schip in de diepte zijn gezonken. De plaats van het ongeval ligt een zeemijl ten Oosten van het Seemarnbelt lichtschip. Ge lukkig kon men van boord van het lichtschip en van het juist passeerende Duitsche s.s „Theresia Rust" uit Hamburg de ramp waar nemen. Van beide zijden werd op voorbeeldige wijze het reddingswerk ter hand genomen. De kruiser Köln en eenige mijnenzoekers be waken de plaats van de ramp en zoeken de nabij gelegen wateren af. Een der geredden vertelt. Het „Hamburger Fremdenblatt" bevat het verslag van een onderhoud met een der ge redden van de „Niobe", die omtrent de oor zaak van den ramp het volgende mededeelde: „De eerste officier zag de bui, die de „Niobe" noodlottig zou worden, aankomen. Vrij plotseling commandeerde hij: „Stuur hard naar stuurboord". Nauwelijks was dit commando gegeven, of de „Niobe" begon naar een zijde over te hellen en was eenige minuten later gezonken. De overlevenden hebben zich slechts kun nen redden, doordat zij nog zwemvesten en reddingsgordels konden grijpen of zich aan drijvend hout hebben kunnen vastklemmen Gewond is slechts de kok, die bij het ongeluk door kokend water ernstige brandwonden opliep. Niettemin had hij nog de energie om in het water te springen en zich zwemmende boven te houden". Het gerucht dat eenige overlevenden door een visschersboot zijn gered en naar Laalab zijn overgebracht, schijnt niet bevestigd te kunnen worden. De Niobe ligt 20 M diep en zal spoedig mogelijk worden gelicht Reeds zijn bergingsvaartuigen naar de plaats van de ramp vertrokken. De kapiteu. van de „Therese" vertelt. De kapitein van de „Therese", L.M. Rust, het schip, dat de meeste geredden van de N.I.O.B. aan boord heeft genomen, rappor teert omtrent de ramp van het opleidings zeilschip: Wij zagen bij gunstig weer om 2.30 uur bij Seemarnbelt aan bakboordzijde een don keren wolk, die er onheilspellend uitzag. Nadat de reuzen vliegboot DO-X ons voor bij was gevlogen zag het op 1800 M. af stand het opleidingsschip N.I.O.B.E. Het lag onder zeil doch had de bramzeilen vast- femaakt. Het schip zeilde over den den bak- oordsboeg, zooals het trouwens over bak boord kenterde. Ik zag, dat aan boord van. de „Niobe" het signaal werd gegeven „waar komt ge vandaan; waarheen gaat ge?" doch het was slechts eenige seconden zichtbaar. Op hetzelfde oogenblik was de windhoos met een windsterkte 9 de „Niobe" genaderd. Ik zag hoe de wind in de zeilen van het schip viel en hoe het schip kapseisde. Met volle kracht voer ik naar de plaats van het ongeval. Terwijl onze machine het volle toerental maakte, werden aan dek de reddingsbooten klaargemaakt. Alle mannen, die ik beschikbaar had, gingen in de booten, zoodat alleen de kok als roerganger en ik als kapitein op de commandobrug bleven. De reddingbooten gingen met den grootsten spoed te water en begonnen de ronddrijvende menschen op te pikken. Ook van boord van het lichtschip „See- mernbelt" was een reddingsboot uitgezet, die aan het reddingswerk deelnam. Tusschen het kapseisen van de „Niobe" en het zinken, verliepen twee, hoogstens drie minuten. Alle officieren met uitzondering van den comman dant en den eersten officier zijn verdron ken. De in het water drijvende drenkelingen waren goede zwemmers. Sommigen van hen hebben door zich vast te klampen aan rie men en wrakstukken zich langer dan een uur boven water gehouden. De kok, die even eens werd gered, stond op het moment, dat het schip kapseisde in de keuken en kreeg een ketel kokend water over zich heen. Schreeuwend van pijn liep hij naar buiten op het moment, dat het schip zonk, en dit werd zijn geluk, want in de kombuis zou hij zeker zijn verdronken. Slechts man die tusschen- deks waren, zagen eveneens kans zich te red den. Op het tusschendek werd juist theorie les gegeven, zoodat de banken en bakken wa ren neergeslagen. Wij hebben vier uur op de plaats van het ongeval gekruist, doch niets meer gezien dan opstijgende luchtbellen en een olievlek. DE KLEINE BURGEROORLOG IN DUITSCHLAND. Huiszoeking bij communisfen ft Breslau. De politie deelt mede, dat bij tien leden der communistische partij te Breslau huis zoekingen zijn verricht, in het bizonder in het Oostelijk deel der stad. In beslag genomen werden 1 karabijn met 102 patronen, een pistool met tien patronen, een zware artille riesabel, zoomede eenige brochures en docu menten der K.P.D. Ook huiszoeking te Eschwege. Beambten der Landjaegerei hebben te Eschwege communist Zimmermann een huis zoeking gedaan. Er werden gevonden: 750 scherpe patronen, enkele revolvers en drie ge weren met toebehoeren. Zimmerman is in arrest gesteld. Nationaal-Socialistische aan klacht tegen het ministerie van Hessen. Het jsersbureaux der N.S.D.A.P. deelt mede: De indertijd door de publicatie van de „Boxheimer documenten" bekend geworden Hessische nationaal-socialisten hebben tegen het geheele ministerie van den staat Hessen, dat in den zomer 1931 in functie was, een aanklacht ingediend wegens begunstiging van hoog- en landverraad door de K.P.D AUTOBUS VERONGELUKT. Tien gewonden, Een autobus uit Dusseldorp waarmede 25 leden van een sportvereeniging een uitstapje maakten, is Dinsdag op den straatweg Ellen- serdamm-Steinhausen een boom gereden. Tien personen werden gewond. MUNITIETRANSPORT IN DUITSCHLAND. Wat beteekent dat? Gisteravond viel van een open blauwen Mercedes, die in de richting Brunswijk reed, een bruin paket, dat bij den val openbarstte. In het paket bleken zich 70 patronen infan- terie-munitie te bevinden, die door de politie in beslag zijn genomen. Door de snelheid, waarmede de wagen reed, heeft men het nummer niet kunnen op nemen. Wel werd waargenomen, dat er vier personen in zaten, die als hoofdbedekking blauwe petten met insignes droegen, die ech ter niet werden herkend. Tevens is waarge nomen, dat de wagen een groot aantal ge lijke paketten vervoerde. DE GEARRESTEERDE DUITSCHE SPIONNE. Nader wordt uit Parijs gemeld in verband met het arresteeren van een Duitsche spion ne, dat het hier de 32-jarige Helene Kahn be treft. Zij was in het bezit van twee koffers, die gevuld waren met talrijke documenten. Deze zullen eerst allen vertaald worden, waarna men eerst nadere mededeelingen zal kunnen doen. ALGEMEENE MOBILISATIE IN BOLIVIA. Uit La Paz wordt gemeld, dat in Bolivia de algemeene mobilisatie is afgekondigd. Al le strijdkrachten, met uitzondering van twee regimenten en de reserves zijn naar de grens vertrokken. Naar te La Paz verluidt, zou Paraguay, op 6 Augustus den oorlog verklaren, aange zien het leger voor dien tijd niet gemobi!i« seerd kan zijn. Uit Asuncion wordt gemeld, dat zich in Paraguay 10.000 vrijwilligers als reservisten hebben gemeld. Vele vrouwen heb ben haar sieraden beschikbaar gesteld om de kosten der verdediging te dekken. De autori teiten verklaren, dat zij slechts in geval van nood zullen mobiliseeren. DE KATOENSTAKING IN ENGELAND BREIDT ZICH UIT. De staking in de katoenindustrie te Burn- ley heeft zich gisteren nog uitgebreid. Ver scheidene fabrieken, die Maandag nog heb ben gewerkt, moesten gisteren worden geslo ten. De conferentie van werkgevers- en ar beidersvertegenwoordigers, die Maandag is begonnen om te trachten door onderhande lingen tot overeenstemming te komen inzake de loonregeling, is gisteren voortgezet, doch niet tot eenig resultaat gekomen, zoodat men Vrijdag opnieuw zal bijeenkomen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1932 | | pagina 1