Alkmaarsche Courant. Fortinbras' toovermacbt Radionieuws JeuiiietMt JCiuist mUklmschap Rechtszaken Een Meisjesgezicht De 8 October-vieririg. Honlertf Tier en dertigste Jaargang. MAANDAG 10 OCTOBER No. 239 1932 Dinsdag 10 October. Hilversum, 296 M. (Uitsluitend AVRO). 8 Gramofoonplaten. 10.— Morgenwijding. 1015 Gramofoonplaten. 10 30 Solisten- concert m. m. v. Réüe Rimathé (zang) en W. Brederode (viool). Piano: E. Veen. 11.— Gramofoonplaten. 11.30 Vervolg solisten concert. 12.—2.— Concert door ensemble Rentmeester. 2.15 Gramofoonplaten. 3.— Kniples door Mevr. de Leeuw—van Rees. 4.Pianorecital door Wihny Richards. 4.30 Radiokinderkoorzang o. 1. v. J. v. Hamei. 5.— Max Tak :„Gounod'' (met gramofoonplaten- ölustratie). 6.Gramofoonplaten. 6.30 R V. U. 7.Kovacs Lajos en zijn orkest. Refrein- zang: Bob Scholte. 7.30 Engelsche les door Fred. Fry. 8.— Vaz Dias. 8.05 Kovacs Lajos en zijn orkest m. in. v. ,,The Rythm Brithers". 0.Optreden Wouter Loeb. 9.20 Omroep orkest o. 1. v- N. Treep. o.a. O schoner Mai, wals, Strausz. 11.Vaz Dias. 11.0512. Gramofoonplaten. Huizen, 1875 M. (Uitsluitend K R.O.) 8. 9.15 Gramofoonplaten. 10.Orkestconcert. 11.30—12— Godsd. halfuurtje. 12.15 Con cert. 1.45 Gramofoonplaten. 2— Voorde vrouw. 3.Modecursus. 4.Vioolrecita! door D. Vos, m. m. v. F. Boshart, piano. 5. Gramofoonplaten. 6-30 Esperantoles. 6.50 Gramofoonplaten. 7.107.30 Lezen. 7.45 Causerie. 8 Orkestconcert. 9.— Vaz Dias. 9.15 Lezing. 9.35 Vervolg concert. 11 12.— Gramofoonplaten. Daventry, 1554 M. 10.35 Morgenwijding. 10 50 Tijdsein en weerbericht. 11.05 Lezing. 12.20 Orgelconcert, E. O'Henry. 1.05 Com modore Grand orkest o.l.v. Muscant. 2.20 Voor de scholen. 4.50 Moschetto's orkest. 5.35 Kinderuur. 6.20 Ber. 6.50 Handei's vioolmuziek door Orrea Pernel. 7.10 Fran- sche les. 7.40 Wireless Military Band o.l.v B. Walton O'Donnell, m. m. v. D. Brynley, tenor. O.a. Drink to me only with thine eyes, bew. Quilter. 8.50 Lezing. 9.20 Berichten. 9 40 „Conversations at the Dance", hoorspel. 10.25' Optreden Marion Harris, cabaret. 10.50 Lezing. 10.55—12.20 Roy Fox en zijn orkest. Parijs „Radio-Paris"1724 M. S.05, 12 20 en 7 40 Gramofoonplaten. 9.05 Radiotoo- neel: „Le Maitre $aune", van M. Cério. 9 50 .Gramofoonplaten. Kalundborg1153 M. 11.201.20 Con cert uit Rest. „Wivex". 2.40—4.20 Louis Preil en zijn orkest, m. m. v. Einar Johansen, piano. 7.20—8.10 Herdenking St. Blicher, voordracht, zang en piano 8.10—8.35 Kurt ensen, mandoline en V. Fischer, piano. 9.20 Kamermuziek door het Boedapester strijk kwartet, o.a. Strijkkwartet in G. gr.t., op. 161, Schubert. 1010—11 50 Dansmuziek o 1. v. Kai Julian. - Langenberg, 473 M. 6.257.20 Gramo foonplaten. 11.2012.10 Concert uit Stutt- gart o.l.v. Görlich, m. m. v. K. P. Rau, bariton. 12.20—1.50 Concert o.l.v. Eysoldt. 4.205.35 Concert o.l.v Eysoldt. Duitsche Opera-muziek. 7.208 05 Concert o.l.v. Wolf. 8.10 „Worueber Völker lachen II, Russland", Russiscu j rogramma m. m. v. G. Hermann, toelichting. Willy Buscnhoff en leden van het Stedelijk theater te Münster en Dortmund. Regie Hasli :de. Rome, 441 M. 9.05 Concert en radiotoo- neel; o.a. uit „Don Pasquale", Donizetti. Brussel, 508 en 338 M. 508 M.: 12.20 Radio-kleinorkest o.l.v. P. Leemans. 1.30 Gramofoonplaten. 5.20 Concert o.f.v. Kumps. 6 50 Zang door A. BritteMorrin. 7.05 Gramofoonplaten. 8.20 Omroeporkest o.l.v. F André. 10.30 Gramofoonplaten. 338 M. 12.20 Gramofoonplaten. 1.30 Omroep-klein- orkest o.l.v. P. Leemans. 5.20 Omroeporkest o.l v. F. André. 6.50 Omroep-kleinorkest o. i. v P. Leemans. 8 20 Radio-symphonie-orkest o.l.v. Kumps. 10.30 Gramofoonplaten. Zeesen, 1635 M. 7.20 Gevariëerd program ma o.l.v. A. Braun. 9.20 Berichten. 9.40 1F.20 Concert door het Hamburgsch Phil- harmonisch orkest o.l.v. Horst Platen. verliest nimmer zijn irissche teint en soepele gaafheid, wanneer men voor de verzorging van het gelaat „Zij"-Crême gebruikt. In prijzen van 20—3045 en 75 cent. naar het Engelsch van William Locke d<>or J. E. d. B. K. 70) Doch Bigourdin wilde hier niet van hooren iFkI!111 Was 'k verl°ren zoon, riep hij, we heooen juist een heerlijken kalfskop voor het dejeuner. Mijn buurman heeft het dier vetge mest. Martin verfrischte zich in de beroemde bad kamer en trad de eetzaal binnen. Een paar handelsreizigers met bezorgde gezichten wa ren de eenige gasten. Behalve één, waren het oude bekenden. Hij schudde hun de hand. 't Is de laatste maal, zeiden zij, morgen worden v/e gemobiliseerd. Ze verlangde er niet naar om te vechten, maar als ze sneuvelden, nu, dan sneuvelden ze. Ze hadden een soort kalme, fatalistische vaderlandsliefde. Ze waren één met Frank rijk. Het was heel eenvoudig. Martin verliet hen en zat met Bigourdin en Félise aan hun tafel in den hoek hij de deur. Het was de eerste maal dat dit gebeur de. Félise at weinig en was heel stil. Af en toe, wanneer hij vertelde van zijn wederwaar digheden in het verre Oosten, zag hij haar groote donkere oogen hem aankijken en hij glimlachte onbegrijpelijk blijde. Maar zij zag dadelijk weer voor zich. Toen Bigourdin, als hotelhouder, iets Het bloemencorso. Een bloemencorso het blijkt telkens weer is steeds een programnummer, dat inslaat. En dus waren er Zaterdagmiddag duizenden menschen op de been. om dit deel van het programma der 8 October-vereeni- ging te bewonderen, dat bovendien plaats had bij het mooist denkbare herfstweer en daarom reeds bij voorbaat als geslaagd kan worden beschouwd. Bij de opstelling aan den Helderscheweg bij den Raad van Arbeid stond het reeds lang van te voren zwart van de menschen, die zich een zoo goed mogelijk plaatsje trachtten te verzekeren, om den stoet te kunnen gade slaan. Hij werd geopend met een rijtuig, waarin de burgemeester en mr. C. J. de Lange, voor zitter van de Octovereeniging, waarop volg den twee dito met bestuur en feestcommissie van deze vereeniging. Het eerste nummer van het eigenlijke corso was dat van Alcmaria V. V. V., voorstellende de koningin der bloemen met gevolg, een num mer van paardrijders(sters), dat een heel goede inzet van van den stoet was. De 'oloe- menmantel van de „koningin" was al heel aardig. Hierop volgde een groep meisjes-gymnas ten, behoorende tot de adspirantengroep van „Kracht en Vlugheid", die in hun wit-met- roode-biezen-costuum pittig marcheerden op de muziek van de drie begeleidende korpsen. De vliegmachine van den heer J. Zwart, begeleid door heeren der schepping met hooge hoeden, heeft zeker veel werk ver- eischt, maar het succes was daaraan ook evenredig. De „Driehoeksmeisjes" kwamen met twee nummers. Met het eene werd het kampleven uitgebeeld (een tent op een wagen met daar omheen een groep zingende meisjes in de be kende blauwe blouse); het andere was een nummer van voetgangsters in dezelfde klee ding, een driehoek vormende. Oude Tijd (leider de heer L. B. Goettel) was een allerliefst nummer. Hoe aardig die jongens (met hooge hoeden) en meisjes, allen in licht blauwe Meeding uit lang vervlogen tijden. De padvinders verschenen met St. Joris (hun schutspatroon) en de door dezen ver slagen draak. Een met zooveel bloemen over dekte draak als deze kan toch niet zijn het gevaarlijke monster, als waarvoor zij wordt uitgemaakt: Zeven meisjes zouden haar dage- lijksche kost zijn geweest volgens de legende. Een zestal in het wit gek leed e meisjes met gelaatssluiers als Turksche vrouwen waren waarschijnlijk bestemd geweest voor het monster, maar liepen er nu vrij achter. De Wilhelminaschool kwam onder leiding van den heer Jansen met een wagen, waarop het oogstfeest (het binnenhalen van de laatste korenschoven) werd uitgebeeld. Het waren heel aardige jeugdige boeren en boerinnen, die op den wagen hadden post gevat of daar achter liepen. Een bijzonder uitgebreid nummer was dat van de buurtvereeniging S. I. S. Zij kwam met niet minder dan acht groepen, waarvan ons het meest konden bekoren „Geloof, hoop en liefde" (in bloemen op een wagen) en „Up en down in het leven". Dit wil natuurlijk niet zeggen, dat de andere aideelingen niet met zorg zouden zijn samengesteld, integendeel, de groote klok b.v. was heel goed en het bootje met het Alcinaria-wapen op het zeil was schattig. Op een auto van de brandweer, aangediend als de. „Revueclub" waarin zich o.a. een aller aardigst brandweermannetje bevond, volgde een handwagen, waarop een miniatuur bloe mentuin was aangelegd, voor velen allicht een goed voorbeeld. Dan kwam een versierde tweewieler van het oude model, uit den tijd van 1860; het hooge wiel met een klein daarachter. De berijder had schijnbaar een,.steuntje noodig om niet te vallen. Een vervoermiddel als dit heeft altijd veel bekijks. De twee fietsen, die op dit nummer volg den, waren heel goed versierd met groen en vele bioemen en maakten een zeer goed fi guur in deze stoet. De heer Timmer had met zijn groep Zonne bloem iets aardigs bedacht: een groep meis jes in het geel en daaromeheen andere, ver bonden door groene en roode banden. De r.-k. jongensschool kwam met een wagen, waarop een vliegtuig, dat blijkbaar een noodlanding had gemaakt. De begelei dende jongens schenen intusschen allerminst bevreesd in deze met bloemen overladen vliegmachine. moest bespreken met één van de handelsreizi gers en van tafel was opgestaan, zei zij Je bent veranderd. Men zou zeggen dat je dezelfden man niet meer waart. Wat doet je zoo denken? lachte hij. Je praat anders. Je hebt een andere uit drukking in je gezicht. Dat spijt mij, zei hij. Ik zie niet in, waarom je dat spijten zou antwoordde Félise. Als je me niet meer herkent, dan moet ik een vreemde voor je zijn. Ze beet zich op de lippen en bloosde. Ik wist niet wat ik zeide, het was mis schien heel brutaal. Hoe kan dat nu brutaal zijn? vroeg hij, zich over de tafel buigende. Maar indien ik veranderd ben, is het ten goede of ten kwade Zou je hier weer bediende willen wor- den? Martin dacht een oogenblik na. Neen. Voila (zie je wel!). Maar ik zou je niet kunnen zeggen waarom niet. Dat is ook niet noodig, antwoordde Fé lise. Bigourdin kwam weer bij hen. Toen het maal was afgeloopen, ging Félise weer aan haar werk en Bigourdin zei: Laten we een kopje koffie gaan drinken in het Café de 1' Univers. In de laatste dagen zijn ze daar allemaal op dit uur. Ze daalden den heuvel af en liepen over de brandend heete kaden. Martin kende elk huis, eiken steen, elke oude vrouw, die even ophield Een zomersch idee gaf de auto, waarin Menno Grondsma en eenige andere jonge heden zaten, allen met een stroohoed op. Een meegevoerde gramofoon zorgde voor een stukje vroolijke muziek. De heer A. de Vet had op een karretje op gelukkige wijze den herfst uitgebeeld. De koorklassen van Corn. Jonker kwamen met „De Moorenkoning m zijn paleis", een fragment uit de operette „Het Moorenschip" en evenals een paar jaar geleden bij de eenige malen herhaalde opvoering van dat zang spel, was daarvoor ook thans aller belang stelling. De auto, waarmee de ambachtsschool uit kwam, was een nummer dat er wezen mocht: versierd met bloemen en daartusschen groen, een en ander misschien juist door de sober heid van uitvoering zoo mooi. „De sneeuwkoningin het nummer van de kweekschool, trok door een schitterende uit beelding op een wagen, waarop ook een met sneeuw overstrooide boom de aandacht. Er omheen liep het gevolg, het vrouwelijk deel in paarse rokjes en witte blouse, de jongens in kleeding van dezelfde kleuren. De voetbalvereniging Alcmaria Victrix voerde op haar wagen met elftal een reusach- tigen voetbal mee, ter grootte van een push- bal, die al het andere op en aan den wagen overheerschte. Een wagen van den heer Geus volgde, reclame makende voor de sigaren, waarop de mannen van de Diaconie en de Piusstichting door hem werden getracteerd. De vrij lange stoet, die zooals gezegd, be geleid werd door drie muziekkorpsen, mochc zich langs den heelen weg dien hij volgde en deze was eenige kilometers lang ver heugen in de waardeerende belangstelling van heel Alkmaar en van zeer velen uit de bui tengemeenten. Het electrisch licht ging plotse ling uit. De lichtstoring had Zaterdagavond heel wat op haar geweten. In sommige straten was die storing maar van korten duur, m de omgeving van den Stationsweg b.v. een kwartier, wat keurig geregistreerd werd door den bloemenklok, die ook de dupe der storing was geworden en dientengevolge gister een kwartier achter liep. Er waren wijken waar men blijkbaar van de storing niet het minste last had, maar er waren ook straten en daaronder de voor naamste, die van deze minder prettige ver rassing op bedenkelijke wijze de dupe zijn geworden. Daar was b.v. de Langestraat, waar de bioscopen hun programma's al be gonnen waren en waar men voor de keus stond het geld terug te moeten geven of de kaarten voor een anderen avond af te stem pelen omdat bij kaarslicht nu eenmaal geen film vertoond kan worden. Juist door den druilerigen regen hadden vele feestgangers een droog en behagelijk plekje in bioscopen en café's gezocht, waar van de laatste voor dezen avond diverse strijkjes geëngageerd hadden. Wie nog kaar sen had, haalde ze te voorschijn en tal van winkelétalages de winkels hadden juist ver gunning om lang te mogen openblijven werden op gebrekkige wijze met kaarslicht geïllumineerd. Alkmaar had inderdaad de zelfde verlichting als op éten dag van het eigenlijke ontzet, maar wij zijn nu, na 359 jaar, niet meer tevreden met het licht onzer voorouders en het was dan ook geen won der, dat de abonné's, die de gem. lichtbedrijr ven aanvroegen, van de telefoonjuffrouw voortdurend te hooren kregen, dat het num mer „in gesprek" was. De oorzaak van de storing. Wij hebben hedenmorgen het kantoor der Gem. Lichtbedrijven naar de oorzaak van de storing gevraagd. Die oorzaak is, naar wij vernemen, een defect in de hoogspanningschakelaanleg. Er is iets blijven haperen waardoor een auto maat niet gewerkt heeft en zekeringen door te groote belasting zijn doorgeslagen. De illuminatie van de Oudegracht werd zoo spoedig mogelijk uitgeschakeld. In de Lange straat was voor sommige zaken om ongeveer tien uur, voor andere omstreeks kwart over tien, de storing weer opgeheven. Het bezoek aan het Doelenveld. Door ai dien tegenslag en vooral door den kouden, regenachtigen avond was het be zoek op het Doelenveld een teleurstelling. Er waren heel weinig toeschouwers en vele ver makelijkheden hebben, bij gebrek aan klan ten, maar vroegtijdig gesloten. Alleen in de wafelbakkerij en natuurlijk in Ober Bayera, waar Amsterdamsche studenten voor goede en vroolijke muziek zorgden, ging het nog met het spoelen van haar wasch aan den oever van de Dronne, om hem een welkom toe te roepen. En de mannen hielden hem staande, sloegen hem op den schouder en schudden hem de hand. Daar herken je het goede hart van Péri- gord aan, zei Bigourdin. Ze kwamen in de koele, nauwe Rue de Péri- gueux, waar ze aan den overkant Monsieur Foure, Adjoint du Maire, zagen loopen, terwijl hij met den hoed in zijn hand ijverig zijn voor hoofd afkoelde. Hij voegde zich bij hen, te opgewonden om te réaliseeren, dat Martin te rug was. Heb je het nieuws gehoord? De Maire kreeg een telegram uit Parijs, 't Bevel voor de algemeene mobilisatie wordt vandaag gegeven. Goed zoo! zei Bigourdin. Het terras van het Café de 1' Univers was ge heel gevuld met de notabelen van het stadje, die er anders, getrouw aan hun sobere levens wijze, slechts na het diner kwamen. Martin werd bestormd. Et maintenant, 1' Angleterre, qu' est-ce qu' elle va faire? (wat gaat Engeland nu doen?). Dat was de vraag, die dien dag op alle Fran- sche lippen lag. En Martin verklaarde, alsof het hem door Whitehall was opgedragen, dat Engeland mede in den oorlog zou gaan. Voor het oogenblik voldeed dit. Frankrijk weer in oorlog na veertig jaren, die gedachte vervulde hen geheel. Zij praatten in de lucht over ge tallen, over prèparatieven, over kansen, over de solidariteit van de natie. Toen er een oogen blik van stilte was, zei de oude, grijze Mon sieur Viriot: Dit is het oogenblik, waarop alle misver- lusrig toe, ook de brandweer scheen nog wel zaken te doen, maar de groote dansvloer officieel hosvlonder geheeten was, ondanks de actieve Jazzbanders, bedroevend leeg en wij zagen omstreeks tien uur alleen den wit- gemutsten kok van de wafelbakkerij met een der kellnerinnen in zijn armen zich aan een foxtrotje wagen. De neger en de dikbuikige spullebaas van het tentje dat voor een dub beitje „vrouwelijk schoon, alleen toegang boven 18 jaar" te zien gaf, hebben ons ver zocht te vermelden, dat hun onderneming niet van „Vokzos" uitgaat maar van een vriendencombinatie die zich „Elborugra" noemt. In het aantal vrouwelijke die ren, dat zij vertoonden was trouwens eenige variatie gekomen, maar de geit aan het touwtje droeg nog allt anato mische kenteekenen van het bokkenras. „Vok zos" was er in geslaagd Ghandi in eigen persoon naar het Doelenveld te brengen en bij een tweetal doodskoppen met oogen van electrische lichtjes werd er in het duister „waaigezegd", een griezelige vertooning, die niet zal hebben nagelaten, den noodigen in druk te maken. Ook het sprekende hoofd dat met „Vokzos" geen connecties blijkt te hebben trok weer groote belangstelling, althans later op den avond, want de werk- looze, die hiermede een extra daggeldje ver dient, was eerst weggeloopen omdat hij dacht, dat de voorstelling niet doorging. Ge lukkig kon hij weer teruggevonden worden, zijn geverfde en met groen licht beschenen kop, die op het zwarte doek neergelegd scheen, grinnikte en lachte weer even sinister als den vorigen avond en sprak weer even vlot Maleisch met de zekerheid, dat toch nie- man der iets van verstaan kon. Een bedroevend slot. In de stad werd het spoedig stiller. Regen en duisternis deed de menschen vroeg huis waarts gaan en wie er van buiten gekomen waren, vonden al spoedig den terugweg naar het station en de autobussen. Het is jammer, voor de feestviering en voor de buurtcommiesies, die op de verlich ting zoo hun best hadden gedaan, maar ook voor de financiën der getroffen 8 October- vereeniging, dat de feestdag zoo ongelukkig besloten moest worden. HET KERKCONCERT. Even half acht begon het concert in de Groote Kerk die geheel gevuld was er wa ren banken bij gezet en waaraan mede werkten een groot gemengd koor, een man nenkoor, en als solisten J. Henri Oushoorn (alt-viool), P. A. van Langen, organist, en de bariton, concertzanger Otto Couperus, van Amsterdam. Twee gelegenheidscomposities stonden er op het programma: „Hollands' Glorie", van Hol, en „Herontwaking" van Oushoorn. Ge legenheidscomposities hebben weel een korte levensduur. Niet alzoo „Hollands' Glorie", dat nog zeer goed te genieten is, ondanks den tamelijken ouderdom. „Herontwaking", gedicht van onzen oud-stadgenoot, dr. J. W. Wicherink, persoonlijk aanwezig is van veel jonger datum, maar naar Oushoorn's compo sitie zal ook nog wel eens meer gegrepen worden, dank zij de welluidende, bevattelij ke, aan het gedicht nauw aansluitende mu ziek. Oushoorn die beide werken dirigeerde, deed dit met toewijding, het koor zoowel het gemengde- als het mannenkoor was paraat, de blaasinstrumenten (vanwaar kwa men de musici?) en het strijkorkest bij „Her ontwaking" door Alkmaarders gevormd waren voor de taak berekend, en zoo kreeg men van beide nummers 'n mooie uitvoering, waartoe, ook bijdroeg de solozang van Cou perus, en het aanvullend spel op een harmo nium van van Langen. Opmerkelijk dat de zang van den bariton solist in drie liederen, vanaf het orgel gezon gen lang niet zoo vol deed als in O's compo sitie. Ten eerste lag dat aan de keuze van nummers, die men behalve het Oud-Holland- sche „Wilt heden nu treden voor God den Heere" niet zoo gelukkig was. En dan deto neerde de zanger tamelijk in het genoemde lied, terwijl „So ic een prince waer ghebo- ren", van A. D. Loman Jr., en „Vredes Dank lied van Cor. Kint, niet zoo erg aanspraken. De dirigent speelde als altviool-solist zijn compositie „Gebed", en „Elegie" van Ernst. No. 1 heel mooi, het volgende ook wel, maar 't leek voorde alt-viool niet zoo geschikt, 't Gebed stond als vertolking hooger! Van Langen begeleidde de solo's voortref felijk op het orgel, en gaf een uitnemende weergave van het eerste deel van het concert in Bes, van Handel, en van zijn Toccata, waarin Van Langen gebruik maakte van de standen moeten worden weggeruimd uit loyale Fransche harten. Wij zijn nu allen broeders, die ons geliefd vaderland moeten verdedigen. Mon brave ami Bigourdin, donne-moi ta main (geef mij de hand). Bigourdin sprong overeind, ofschoon het aan den openbaren weg was, maar wat deed dat er toe, en riep: Mon vieux Viriot, en beide man nen omhelsden elkaar. Fortinbras kwam laat in den avond, waar schijnlijk met den allerlaatsten trein, want den volgenden dag en vele dagen daarna, was er groote drukte en groote haast en veel verwar ring op alle wegen en op alle spoorlijnen van Frankrijk. De mannen uit de omliggende dorpen vulden de straten van de stad, vergezeld door hun vrouwen en moeders en kinderen en vreemde officieren in auto's raasden door de Rue de Périgueux. Heele troepen jonge mannen marcheerden in de pas naar het station, onder het zingen van de Marseillaise en de vrouwen, voor hun huizen staande, wierpen hun kushan< den toe, toen ze voorbij kwamen. In het station stroomden de lange soldatentreinen, versierd met takken en bloemen, weg. Mannen en vrouwen, jong en oud, wuifden met hun zak doeken tot de wagons uit het gezicht waren. Dan wendden zij zich om en weenden bitter. Martin, Fortinbras en Bigourdin gingen dikwijls kijken naar het vertrek der treinen, die de bloem van stads jongelingschap wegvoerde. Lucien Viriot ging ook vol moed. Evenals Jo seph, die Martin's ouden rok voorgoed had weggeworpen. Na een paar dagen was Bran- töme zoo stil en saai als een balzaal, waaruit de laatste gasten verdwenen waren. Ernstig Wilhelmus melodie. Dit nummer werd daar door een inleiding voor het door allen zongen volkslied (twee coupletten) Reed* eerder had het publiek deel aan het concert genomen door twee verzen van Alkmaarscb Victorielied aan te heffen, h Ging eerst wat aarzelend, 't ware wellicht wenschelijk ze weest als Van Langen eerst 'n accoord had aangegeven, inplaats van direct met de me, lodie te beginnen. Toen Oushoorn echter den dirigeerstok ophief volgde men hem getrou- welijk. In 'n korte pauze vond mevr v <f Horst gelegenheid componist en dichter ha£ telijk toe te spreken en den dirigent namens alle medewerkenden een groote krans aan te bieden. Mevr. Oushoorn had, vergezeld van eenige woorden door den heer Masee gespro. ken, een souvenir in ontvangst te nemen - A. K. HET WAS GEEN CRANG PENDEK.^ Een onkiesche grap?, Men zal zich herinrferen, dat in het begin van Juli reeds de voorloopige resultaten ge meld werden van het onderzoek, dat dr. K. W. Dammerman, hoofd van het zoölogischen museum en laboratorium te Buitenzorg, inge steld heeft naar de identiteit van het'skelet en de huid van het wezen, dat hem uit Suma- tra was gezonden. Reeds toen werd gedacht aan opzettelijk bedrog. Blijkbaar staat het thans onomstootelijk vast, dat men te doen heeft met een wel zeer onkiesche grap. Aan het specimen, aldus dr. Dammerman destijds, is niets menschelijks te bespeuren. Het draagt geheel en al een aapachtig karak ter. Vermoedelijk heeft men te doen met een soort slankahp. Nauwkeurig kon dit echter niet bepaald worden, daar het skelet niet volledig was. De jukbeenderen ontbraken, de staartwervels waren afgebroken en de snijtanden waren af gevijld. i Behalve op den kop, waren de haren weg geschoren. p Men vermoedde, dat de staart was afge sneden. AUTO-DIEVEN. De rechtbank te 's-Hertogenbosch heeft den kantoorbediende L. de W. en den on derwijzer G. R. te Amsterdam, behoo rende tot een bende autodieven, die in Oisterwijk en Vught opereerden, wegens diefstal veroordeeld tot IK jaar (eisch 2 jaar) en een jaar en drie maanden (eisch IK jaar) gevangenisstraf onder aftrek van de voorloopige hechtenis. DE HYPOTHEEKKWESTIES IN HET LAND VAN MAAS EN WAAL. k Zooals men zich zal herinneren, heeft de Stichting Maas en Waal te Druten inzake de bekende hypotheekkwestie van de door haar voor de slachtoffers van den watersnood '26 gebouwde woningen, twee proef-processen voor de rechtbank te Tiel aanhangig ge- maakt. In het eene, tegen Van Someren te Dreumel, is eenige maanden geleden von nis gewezen; in het andere, tegen L. Pardoel te Wamel, heeft de rechtbank Zaterdagmor gen uitspraak gedaari. Genoemde Pardoel was door de Stichting Maas en Waal gesommeerd te kiezen: óf het op zijn grond opgetrokken gebouw te behou den tegen betaling der bouwkosten, óf toe te laten, dat het door de Stichting weer werd afgebroken. Den voor de beslissing gestelden termijn van drie weken liet Pardoel verloo- pen, weshalve de Stichting mocht aannemen, dat hij het gebouw voor zich behield. Par doel bleef echter nalatig, volgens zijn ver klaring, wegens absolute financieele on macht, het door de Stichting gevorderde be drag te voldoen, zoodat hij daartoe voor de rechtbank is gedagvaard. In de dagvaarding stelde eischerses o.a. dat zij er mede accoord zou gaan, indien Pardoel tijdens het proces alsnog te kennen gaf, dat hij er de voorkeur aan gaf, dat eischeres het gebouwde weer liet afbreken. Naar de meening van eischeres staat het vast, dat Pardoel principieel onwillig is te betalen en zich heeft opgeworpen als leider van een verzet-partij tegen redelijke over-t heidsmaatregelen, zulks, hoewel hij van de totale bouwkosten ten bedrage van 3700 slechts 500 aan eischeres behoeft te be talen. Gedaagde concludeerde op verschillende formeele gronden tot niet-ontvankelijkverkla- ring van eischeres. In haar vonnis overweegt de rechtbank, dat vaststaat, dat eischeres het huis van ge daagde op diens grond heeft doen bouwen voor 3700 en dat zij aan gedaagde de keu ze ex art. 638 B.W. heeft gelaten. Gedaagde was het avondclubje in het Café de 1' Univers. Door Frankrijk ging het gerucht, dat Engeland weifelde. Fortinbras verdedigde warm Enge- land's eer. Tehuis was hij heel stil; teeder en beschroomd ging hij met Félise om. Voor Mar tin maakte hij geen toekomstplannen; in zijn geheele houding was iets zachts en weemoe digs. Hij had aan Martin vertelde, dat hij niet langer Marchand de Bonheur was. Hij had er geen slag meer van. Op aandringen van Bi gourdin had hij een lijfrente gekocht, groot ge noeg om te voldoen aan zijn bescheiden be hoeften van wijsgeer. Nu de scherpe prikkel er niet meer was om vijffrancsstukken te ver dienen en nu hij in geen andere zaken meer betrokken was, geleek hij een zanger, die zijn stem verloren heeft. Niettegenstaande zijn groote kundigheden en zijn kennis van het menschenhart, niettegenstaande zijn heldhafti- gen strijd, had hij toch volkomen gefaald waar het zijn eigen ziel betrof. Een andere Fortin bras, eigenlijk een gebroken man, had nu zijn intrek genomen in het Hotel des Grottes. Doch al het spreken over oorlog werkte als een sti mulans en hij werd weer de redenaar en de zie ner. Hij kwam op voor Engeland en zijn vurige oprechtheid maakte indruk op zijn hoorders. De hemel zij gedankt, zei hij naderhand ik had gelijk. Ondertusschen kwam Martin, die door al wat hij gezien had en gehoord, diep was ge troffen, tot de overtuiging, dat, even goed als het geschreven stond dat hij naar Bran- tome gaan moest, 't ook stond geschreven dat hij er niet moest blijven. -1 (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1932 | | pagina 5