Rechtszaken Ex-wethouder op de verdachtenbank. pxowitciaat TUeuws £aatste betichte» ARRONDISSEMENTS-RECHTBANK TE ALKMAAR, i-ieervoudige Strafkamer. Strafzitting van Dinsdag 14 Februari. Heden stond terecht de 50-jarige heer Dirk Christiaan Antonie d9 Zw., wet houder van financiën, der gemeente den Helder, aan wien bij dagvaarding was ten laste gelegd: Dat hij te den Helder in of omstreeks het tijdvak van Januari 1923 tot Augus- stus 1931 opzettelijk een aantal geldsom men, in totaal bedragende 18.734 07 althans omstreeks dit bedrag, althans in totaal een aanzienlijk bedrag aan geld, toebehoorende aan den Bond van Kor poraals der Kon. Ned. Marine, althans aan een ander dan aan hem verdachte toebehoorende, welke geldsommen hij uit hoofde van zijn persoonlijken dienst betrekking als administrateur, althans geldelijk beheerder, althans bezoldigd bestuurder van dien bond, althans als administrateur vt.n beroep, althans geldelijk beheerder althans bezoldigd bestuurder, ter bewaring, ter adminis tratie, ter beheering, in ieder geval an ders dan door misdrijf onder zich had, -wederrechtelijk zich heeft toegeëigend Als getuigen décharge waren gedag vaard: H. Jore, destijds voorzitter van den bond, G. W. Groothof, hoekhouder, G. J. van Pappelendam, oud-hoofdbe stuurder en lid, mej. J. Mulder, oud-be stuurslid, D. v. d. Mast, kantoorbedien de, KI. Tiemis, bankdirecteur, J. J. Jan- se, onderwijzer en stenograaf der ver gaderingen, A. G. Engelgeer, accoun tant Haarlem, getuige-deskundige. Als eigen gekozen verdediger oppo neerde Mr. J. A. E. Buiskool van Scha- gen, op wiens verzoek nog als getuigen a décharge waren gedagvaard: P. S. van der Vaart, secretaris-penningmeester van genoemden bond en soc.-dem. wet houder van den Helder, J. H. de Nijs, administrateur van dien bond, H. J. de Buy ter, gemeente-bode te den Helder en C. Taijlor, notarisklerk te den Helder. Verdachte, die aanvankelijk was gede tineerd, doch later op vrije voeten ge steld, was persoonlijk aanwezig. De rechtbank was als volgt samenge steld: president Mr. A. M. Ledeboer, Rechters Mr. H. M. Fruin en Mr. J. Krab be; Griffier Mr. G. J. Couvee; Officier van Justitie Mr. B. v. d. Feen de Lille. De publieke tribune was met een 100- ta< belangstellenden bezet. Gewoonlijk leunen de vooraanstaan den op de ballustrade, doch dit werd heden door den rijksveldwachter met nadruk verboden, waarom is ons niett recht duidelijk. Uit de getuigen en de belangstellenden viel duidelijk te constateeren dat het ge.al in kleine marinekringen speelt. Op een vraag van den president zegt verdachte door de algemeene vergade ring van den bond te zijn benoemd en wel op 1 Jan. 1920 tot administrateur, op een salaris van 780 per jaar. De president wijst er op dat zijn benoeming dan niet statuair is geschied aangezien deze bepalen dat een admini strateur door het hoofdbestuur wordt benoemd en ontslagen. Verdachte blijft volhouden dat hi. op voordracht van het hoofdbestuur door de algemeene vergadering benoemd Is Ook zegt hij dat hij was benoemd tot algemeen vertegenwoordiger en behar tiger van de rechtstoestanden. Toen dit geschiedde was hij geen administrateur meer, dat wel verantwooidelijk voor de financiën. Hierna volgt van den president een kruisverhoor, waarbij verdachte zegt steeds vertrouwd te hebben dat de boekhouding juist geschiedde. De president merkt op, dat men zich daarop nooit kan beroepen. Deverdachte zegt, dat bij ervaring had dit wel te kunnen doen. De mededeeling van verdachte, dat zijn administrateur en anderen recht hadden ontvangsten en betalingente doen en dat ook zijn vrouw zich met de geldelijke aangelegenheden bemoeide, ontlokte aan den president de opmer king dat dit toch wel een zonderlinge toestand van beheer was. Groote belan gen van een grooten bond waren dus zoo, zonder eenige contröle, toever trouwd, aldus de president. Het is wel eens goed, zoo vervolgde hij, dat men eens hoort hoe met de be langen van de menschen, georganiseerd in dergelijke groote bonden, wordt om ge.-prongen. De verdachte voerde hiertegen aan da. hij met zijn menschen niet leefde als baas en ondergeschikte, doch als samen werkenden. Voorts zegt verdachte gewoon 1. o. te hebben genoten en 10 jaar als marinier te hebben gediend. Hij erkent voorts tot 1927 de balansen voor den bond te hébben opgemaakt. Op een vraag van den president zegt verdachte, dat hij, hoewel de balans van 1927 aangeeft, dat er een bezit was van 23000 aan contanten, zich niet te heb ben overtuigd of dit geld ook wel aan v t-zig was. waar het moest zijn. De president noemt dit in hooge mate misleidend, hetgeen door ver dachte wordt toegegeven, die te zijner verontschuldiging aanvoerde, dat hi' toen niet geheel normaal was en dan ook spoedig daarna zich onder behan deling van een dokter moest stellen. Ook was de balans reeds voor een groot deel door anderen klaar gemaakt. Dat verdachte de gelden van den bond bij den bankier kon plaatsen en opnemen, zonder machtiging van be stuursleden, noemde de president won derlijk, doch verdaehte zeide, dat er toen geen bestuursleden bestonden, die hem konden machtigen. Nooit is het voorge komen, dat voor hem persoonlijk op de bankrekening werd gestort; dit ge schiedde steeds op de giro. De president merkt op, dat de statuten voorschrijven, dat de boekhou ding door een accountant moet worden onderzocht en toch geschiedde dit slechts jaar. Verdachte zegt, dat dit kwam, omdat in de eerste oorlogsjaren er bijna geen leden waren. Later gelukte het hem de leden weer langzaam bijeen te krijgen. Men be taalde toen slechts 10 cent per week en de ontvangsten waren toen nauwelijks toereikend om de uitgaven te dekken. Verdachte liet toen wel de boeken door het bestuur controleeren, doch de president oordeelde dit in strijd met de statuten en was van oordeel, dat in liet algemeen een controle van menschen, die niet deskundig zijn, onvoldoende is en statuair was verdachte verplicht om de boeken jaarlijks door een accountant te laten onderzoeken. Verdachte zeide, dat hij hoogstens rplicht was, dit aan het bestuur te adviseeren. De president noemde verdachte echter het centrum van den bond, aan gezien hij in den Helder bleef en het bestuur daar vaak niet aanwezig was. Op een vraag van den president ont kende verdachte, dat hij in de jaren, dat er niet door een accountant was gecon troleerd, 50 honorarium voor een accountant in rekening te hebben ge bracht. Toen verdachte in 1919 lid van een staatscommissie was, waarvoor de regeering hem nog reizen Ie klasse gaf en 7.50 per dag vacatiegeld ver goedde, heeft hij 600 uit de kas ge nomen,, om daarmede een vrouw, waar mede hij tot een verhouding was geko men en die zonder betrekking was ge raakt, te ;-teunen. Dit geld had hij echter later teruggestort. Depresid en t merkte op, dat hier van niets was gebleken en dat verdach te zich op het moment, dat hij het geld uit de kas nam, zich aan verduistering schuldig maakte. Verdachte voerde hier tegen aan, dat hij toen 3000 salaris had en inkom sten genoot uit de huur en de land stormcommissie, zoodat hij wel in staat was het geld terug te betalen. Voorts betoogde verdachte, dat een be drag, dat aan den neer Mulder was vor strekt, dit een aangelegenheid betrof, die door het hoofdbestuur was ge schied. Hierna werd tot het getuigenverhoor overgegaan. Als eerste getuige werd gehoord de heer A. Engelgeer, deskundige te Haar lem. Getuige zeide van 1922 geen kas boek te hebben kunnen vinden. Verdachte verklaarde, dat er tn 1931 een onderzoek naar zijn boeken werd ingesteld. Alle boeken en beschei den onder zijn beheer gingen toen naar het bondsgebouw en hij kon dan ook niet verklaren, waar dit kasboek Is ge bleven. Get. Engelgeer gaf een toelich ting op zijn rapport. Verdachte zeide dit rapport in zijn cel maar oppervlakkig te hebben gelezen, omdat hem daarin verduiste ring van een ex-bedrag ten laste wordt gelegd. De heer Engelgeer had z.i. alle staten moeten nagaan. De presiden Wij Melden ons in dertijd aan het bedrag, dat er volgens uw verslagen moest zijn. Verdac h te: Ik heb geen reke ning gehouden met het feit, dat in het laatste kwartaal 1923 de gelden, die uit Oost-Indië moesten komen, reeds in Nederland waren. Dit was een unicum. De president: Het is een unicum, dat u in uw verslag zet, dat er 6000 in kas is, terwijl het er niet is. Op een vraag van den president tot den heer Engelheer, zegt deze, dat het wel meer malen voorkomt, dat het geld, dat aanwezig is, niet in kas aanwezig is. De p r e s i d e nt: In ieder geval heeft verdachte den bond om den tuin geleid door te zeggener is ƒ6500 terwijl er minder was. De verdachte verzocht den president het jaarverslag in te zien waaruit bleek, dat hij aan de hand van staten heeft veronder steld, dat de gelden voor 1923 uit Indië nog ontvangen moesten worden, terwijl ze reeds ontvangen waren. De heer Engelgeer tot verdachte: „Wat concludeert u hier uit". De verdachte: Dat het saldo wat op de balans stond juist was, doch dat er niet meer dan 1000 moest zijn. De heer Engelgeer achtte dit voor 1923 een soort verklaring, doch voor andere jaren heeft hij die niet. Getuige handhaafde dan ook, behoudens een afwijking, ten aanzien van kleine bedra gen, zijn rapport. Deverdachte zeide, nu hij er over na gedacht heeft (de zaak loopt al 154 jaar) het uitgesloten is, dat de bond behalve de besparingen, die verkregen zijn, nog een be zit van 24000 heeft over gehouden. Waar zou dit geld zijn gebleven. De president: U hebt jaren 2000 boven uw stand geleefd. Zoo gauw men zich met vrouwen inlaat, weet men niet waar het geld blijft. Verdachte ontkende boven zijn stand te hebben geleefd. Voorts zeide hij nog dat er, toen hij de kas overdroeg, er 133 in kas was. De accountant verklaarde, dat vol gens zijn onderzoek er 27 Juni 1931 ruim 18 000 had moeten zijn. De president merkte op, dat dit een lager oedrag is, dan er volgens de eigen verslagen van verdachte moest zijn. Mr. B u i s k o o 1 trad hierna nog in een vrij uitvoerige discussie met den heer t g geer over diens rapport, waarbij hij dee - komen, dat verdachte aangenomen hee*t> er bedragen waren die nog moesten binnen komen, zoodat hij van oordeel is, dat een accountant er niet mee kan volstaan met de geboekte cijfers als ontvangsten aan e ne men, doch ook tot plicht had zich er van te overtuigen of geboekte ontvangsten ook wer kelijk ontvangen zijn. De heer E n g e 1 g e e r antwoordde dat hij voor groote bedragen dit had gedaan. De president merkte op, dat verdach te in zijn verslag constateerde, dat er 18000 op 1 Jan. 1931 in kas was, terwijl hij wist dat er niet meer dan 1000 was. Mr. Buiskool: Als men uitgaat van de boeken komt men er toe, doch achteraf bleek, dat de boekhouding onjuist geweest is. Het is begrijpelijk, dat verdachte nadat er een administrateur was gekomen zich van de boekhouding niets meer aantrok. De president achtte dit uitgesloten. Verdachte zeide, dat hij van het standpunt uitging, dat hij gecontroleerd werd door de boehouding. Nooit :s hem een bemerking gemaakt, dat hij zondigde tegen de regels van een goede boekhouding. De president: Dan heeft de boekhou der steeds dezelfde fout gemaakt als u en steeds zonder meer de cijfers opgeteld en af getrokken. Verdachte merkte op dat men hem dan daarover niet lastig had mogen vallen De president wees hem er op, dat hij hier niet als wethouder staat om tegenover den raad zijn financieel beleid te verdedigen, doch dat zijn houding tegenover de recht bank een andere behoort te zijn. De president wees verdachte op een verklaring van den deskundige, dat zijn taak als voerder van het financieel beheer, veel voornamer was, als die van den boekhouder, omdat hij den boekhouder had moeten con troleeren. Verdachte: Mijn taak was te zorgen voor den rechtstoestand van de leden en de organisatorische zaken. Aan den heer Groot hof was de administratie opgedragen. De p r es i d e nt: Waarom gaf u hem dan niet het geldkistje. Verdachte: Ik stelde er prijs op, dat er contröle op mijn beleid werd uitgeoefend. De president: Ik kan uw beleid alleen verklaren als een soort struisvogelpolitiek Mr. Buiskool oordeelde, dat men niet uit het oog mocht verliezen, dat verdachte op het kantoor met de anderen als kamera den om ging. De heer Engelgeer was echter van oordeel dat verdachte geen contröle uitoefen de omdat hij er belang bij had dit niet te doen. De verdachte zeide nog, dat de bond voor een actie tegen de werving die hij had te leiden 12000 bijeen had gebracht. De president: „Tegen de werving door ae regeering". Verdachte: Ja mijnheer de president en de autoriteiten waren daarmede bekend. De president: Dat zal de regeering prettig hebben gevonden. Hierop werd tot half 2 gepauzeerd. Middagzitting. De middagzitting kenmerkte zich door een sterk verminderde belangstelling op de pu blieke tribune, hetgeen volkomen begrijpelijk is, aangezien het tijdens het verhoor van den accountant recht vervelend was geworden. Mevrouw MulderSmit, kantoorbediende, hierna als getuige gehoord, zegt, dat ze zoo nu en dan van verdachte cadeaux heeft ge kregen, doch niet van groote waaide, in totaal in al die jaren voor niet meer dan voor 200. Wanneer zij met verdachte uit ging, dan betaalde zij haar uitgaven zelf. De president zegt, dat het gewoonlijk zoo is, dat de man royaal is, als hij met een vrouw uit gaat. De verdachte zegt, dat elke gedachte om aan de vrouw te komen, hem vreemd is geweest. Getuige heeft er steeds op gestaan, dat zij de helft van de uitgaven betaalde. Etepresident merkt op, dat hij het niet te mooi moet maken. Vast staat, dat verdach te, als gehuwd man, een ongeoorloofde ver houding had. Getuige H. Jore, korporaal-machinist bij de Marine, sinds Juni 1930 voorzitter van den bond, deelt mede, dat deze bond thans vereenigd is met den bond van minder marine personeel. Getuige weet weinig van de be noeming van verdachte Hij leerde hem ken nen als bezoldigd bestuurder en die functie was een tweeledige, n.1. een financieel ver antwoordelijke en een organisatorische. Toen getuige voorzitter werd. heeft hij niet nage gaan, of de benoeming van verdachte wel statuair was geschied. Ook Groothof, de boek houder, stond in dienst van de organisatie. Getuige deelt voorts mede, dat de statuten niet meer dwingend voorschrijven, dat jaar lijks een accountant het beheer controleert. E)e vergadering kan dit wel eischen. De president beroept zich op de oude statuten. De president tot verdachte: „Maar heeft u dit niet tot den rechter commissaris gezegd. Verdachte: Zeker wel. Mr. Buiskool geeft inlichtingen en inderdaad blijkt, dat de president den ge- heelen morgen de oude statuten voor zich heeft gehad. De nieuwe statuten dateeren van 1925. Getuige Jore deelt nog mede dat het hoofdbestuur verantwoordelijk was voor de financiën en de administrateur voor het beheer. De president kon dit niet in de statuten vinden en noodigde getuige uit in de statuten aan te wijzen waar dit staat. Getuige verwees naar art. 4 van het huishoudelijk reglement. Getuige verzekerde nog dat verdachte mede boek houder was. Spr. had zich nooit afge vraagd hoe Z. zijn werk nakwam, omdat deze een reputatie had boven elk wan trouwen verheven. Hij was de ziel van de organisatie. De president: Menschen zijn nu eenmaal geen engelen en moeten gecon troleerd worden De presidentt: De bij uw organi- satie georganlseerden moesten betalen 0.40 per week Haar geld°n loopen in de kapitalen en worden toevertrouwd aan uw bond. Getuige Volkomen juist Verdach te had 3000 salaris, vrij wonen, vuur en licht en personeele belasting en uij was voor ons de ziel van de organisatie Gedurende zijn laatste wethouders periode, werd van het salaris van ver dachte 1000 ingetrokken In de vorige periode betaalde verdachte daarom per soonlijk een hulpkracht. Verdachte bevestigde dit. Getuige zei, het in het geheel niet vreemd te hebben gevonden dat de reke ning van den bond, zoowel bij de mid- denstandsbank als bij de Girc op naam van verdachte stond, aangezien het wel eens voor kwam dat geen enkel be stuurslid in den Helder aanwezig was en de organisatie toch over het geld moest kunnen besch'kken. Getuige deelt mede, hoe verdachte hun heeft toegegeven dat hei bedrag, voorkomende op de balans van 1928, een foutief bedrag was. Met verontwaardi ging ontkent verdachte echter, dat hij het geld had weggemaakt Verdachte verklaarde het door het verkeerde systeem van werken en vroeg 14 dagen om de fout op te sporen. Getuige had daarin toegestemd, met het oog op fondsbelangen, al was zijn eerste gedachte de justitie met het geval in kennis te stellen. Spr. krees den in druk, dat verdachte het bestuur als financieel onbevoegde menschen een rad voor de oogen heeft willen draaien, door te beweren dat de bond boven zijn stand heeft geleefd. Verdachte zegt, dat het weinigen gegeven zal zijn om precies mede te deelen wat er voor 154 jaar op den be- wusten Zaterdag gebeurde. Toen is er echter nimmer gesproken over de ba lans van 1928. Dat is later gebeurd, daar men hun onder financieele verantwoor delijkheid, als organisatie wilde houden. Spr. heeft dit geweigerd. Hij becijfert voorts dat 10.000 was aangewend voor aflossing en dat er 2000 moest zijn. Door onvoorziene omstandigheden was dit slechts 1000. Spr. heeft steeds ge waarschuwd dat de bond inteer 'e. Getuige blijft er bij dat dien avond wel over het bedrag van 18000, vol gens de belaans van 1928 gesproken is Spr. heeft juist daaraan vastgehouden en verdachte heeft erkend, dat het een fictief bedrag was. Alleen het feit dat het congres voor de deur stond en d« mogelijkheid dat het fout kon zijn, weerhield het bestuur om de justitie in de zaak te kennen. Ver dachte heeft hem toen willen sugereeren dat onder de bezittingen behoorden de eigendommen van den bond. Getuige heeft verdachte gezegd dat hij, omdat verdachte alle schuld ontkende, het bij de justitie zou aangeven. Ver dachte heeft dit ontraden in het bonds- belang. Verdachte zegt, dat het tegenoverge stelde juist is. Hij wilde het aangeven, doch in het belang van den bond heeft men hem ontraden dit te doen. De voorzitter vroeg hem dit persoonlijk. Getuige ontkent dit. Verdachte kan door getuigen de juist heid van zijn bewering staven. Getuige zegt, dat het bestuur in een vergadering met de vertrouwensmannen v. a Vaart en de Wijs, heeft vastgesteld, dat ver dachte geen uitvoering mocht geven aan zijn geuit voornemen, om zich bij de justitie aan te geven. Dit geschiedde Maandagavond, doch dien Zaterdagavond is er niet over ge sproken. Het voornemen van verdachte is Maandagmorgen geuit, nadat getuige Zater dagavond getuigd had dit te zullen doen en niet geschiedde, omdat aan verdachte 14 da gen tijd gegeven werd de zaak na te kijken. Getuig© had, toen verdachte naar d© afd. in Indië telegrafeerde om de verschuldigd© contributie het liefst per draad over te maken, de vraag gesteld of de bond er dan zoo slecht voorzat, doch daarop geen antwoord gekregen, kregen. Verdachte betoogt, dat Indië een 5000 achter was. Het telegram weid in overleg met het hoofdbestuur verzon den en 14 dagen daarna ter lezin neerge legd. Aanmerkingen zijn niet gemaakt. De president veronderstelt dat dit niet geschiedde omdat verdachte in den Helder wethouder van belangrijke bedrijven was en daardoor een van de notabelen van de gemeente. V erdachte zegt, dat de zijnen met hem als kameraden omgingen en dat zijn wetthouderschap een beletsel was om hem soms vaak op harde wijze de waarheid te zeggen. Voorts wijst spr. op het feit, dat in de fusie-vergadering van de beide bonden, na het vaststellen van de rekening, verdachte van een hooge ontroering blijk gaf en vraagt getuige of dit naar zijn oordeel het werken van de veiligheidsklep was of een inzinking als gevolg van ontroering over het door ver dachte bereikte. Getuige heeft daarover geen meening en erkent, dat verdachte veel heeft gedaan om de fusie tot stand te brengen. Verdachte zegt, dat het financieel ver tel morgens 10 uur in tegenwoordig heid van getuige is vastgesteld en vraagt of hij toen emotioneel was of niet. Getuige had niets gemerkt toen het ver- w«rd vastgesteld. Wel was verdachte ontroerd toen een paar uur later bij meerder heid van stemmen de fusie toe stand kwam. (De zitting duurt voort) (Ongecorrigeerd.) HEILOO. In de aarvergadering Burgerwacht p*. presideerd door den burgemeester, sprak hK den wensch uit dat de Burgerwacht niet ae tief behoefde op te treden ir de gemeente d£ heer J. Strufbergen werd als bestuurslid her kozen. Uitgeloot werden de aandeelen r> 30, 35 en 45. Door kapitein Harenmaker werd aan den commandant H. Metselaar het brevet van koningsschutter uitgereikt, waarna uitreikins volgde aan hen die in den wedstrijd de hootr ste punten behaalden. n00?- In het Parochiehuis „Sint Maarten" werd 's middags voor de kinderen en avonds voor de volwassenen de K R O.-film ver toond. Zoowel 's middags als 's avonds war er een flink bezoek. LIMMEN. Uit de jaarvergadering van de Onder- linge Vereeniging „Ziekenzorg" 9tinpen we aan dat het jaar ongunstig was. Het aantal leden dat in het ziekenhuis werd opgenomen was 32 met 527 verpleegdagen, en heeft ge. kost 1422. Met voldoening werd geconstateerd de ge zonde basis waarop de vereeniging rust en zonder de leden aan te spreken kon men groote uitgaaf fourneeren. Op 1 Januari 1931 waren 147 gezinnen ingeschreven met 811 leden. Op 1 Januari 1932 was bet aantal gestegen tot 169 gezin nen met 918 leden. Dank werd gebracht aan pastoor Wolff en dr. van Oppen, voor de onmisbare steun en medewerking om de yer '-g groot te maken. De laatste opvoering, welke de dilettanten club Zondagavond gaf in de zaal van den heer ter Burg, was geweid aan de vertalking van het driebedrijvig kluchtspel: „Een dag dame". Alles liep vlot van stapel. Joh. de Leeuw was als Alfred Chery weder goed op dreef en Cor ter Burg was als butler de man, welke met zijn losse, vrije bewegingen veel tot het welslagen van het stuk heeft bijgedragen. Wim ter Burg was de notaris, soms heel za kelijk, doch soms, bij het eendaagsche mevrouwtje, de oude baas, welke het spreek woordelijke groene blaadje niet altijd ver smaadde. Hij had een dankbaar werk, daar hij met geld in staat was, om het einde be- vredigend te doen zijn. Flip Briefjes was ech| het ongemanierde huisknechtje. Vooral in de beide laatste bedrijven voldeed hij. Mej. Trijntje Sevenhuijsen, de eendaagsche dame, voldeed bijzonder goed aan de eiscb van dat type. Ze stelde zich op het zuiver za kelijke standpunt, dat het bij haar om dia- zend dollars ging, waarmede zij met haar William later de door hen gedroomde melk- salon konden exploiteeren. De verschijning van dit mevrouwtje was voor de mannen in hare omgeving wel eens een verleiding. Steds echter was het: heeren, tot hiertoe en niet verder. Dan waren er nog de ongeluk kige mrs. Chadwick (mej. T. Bakker) bij wien wat meer losheid van beweging een aan winst voor haar spel zal zijn, en Lucy Nor ton (mej. Grê Nicolai), welke toonde, dat met een voorbereiding van slechts enkele uren, toch nog goed spel kan worden gegeven. Mrs. Carnaro (mej. J. de Vet), de moeder van het voor deze geschiedenis geleerde kind, vertolkte goed het obstinate burgervrouwtje, dat dacht dat ze haar kind al haast kwijt was. Haar echtgenoote Carnaro had woester kunnen zijn. Of werd hij verteerd door een inwendig vuur! Eenige heeren van de Prov. Bond van Tooneeivereenigingen waren aanwezig n stelden een critisch verslag samen, bedoeld als vingerwijzing voor de leden om 't spel nog weer hooger op te voeren. Een goed idee van den bond. Zelfs de Schoorlsche dames club, hoe goed ook in haar spel, kan het niet onverschillig zijn, wanneer door deskundi gen nog weer de noodige technische verbete ringen aan de hand worden gedaan. Het grime, werk van den heer Loevens, was in orde. OUDE NIEDORP. Dinsdag hield het R. K. Ziekenfonds „St Martinus" te 'tVeld zijn jaarvergadering ten lokale van J. P. Pepping aan de Weel- Aanwezig waren, met inbegrip van nei bestuur, 24 leden. De directeur, de heer C. Terbeek, openo met gebed en een hartelijk welkom. Het jaarverslag van den secretaris, ®j» heer F. C. Jong, werd met auplaus begr<*j- Vervolgens werd door den heer P- BjjJjF meijer als penningmeester verslag uug bracht over 1932, waaruit bleek dat de i van 1777.60 to vooruitgang moei" 1863.86, zoodat een worden geboekt van 86.26. m Aan uitkeering wegens ziekte werd beta 358.50 aan 15 personen. t. Tot commissieleden belast met het on zoek der rekeningen 1932 en 1933 we benoemd de heeren W. H. Bierman e Bakker Jz. Jr. n De aftredende bestuursleden, de ne?r" «2 de Boer en F. C. Jong, werden met 23 en stemmen herkozen. i.oU. Bij de rondvraag werden eenige l^cj1ii[t delijke aangelegenheden van onderg belang besproken, en hierna volgde si der bijeenkomst met een dankwoord en bed. Ongecorrigeerd. DE MUITERIJ OP DE ZEVEN PROVINCIËN u De doodenW"; voor automobilisten en motorrijders. 1 Vermijdt alcoholgebruik, wanneer gil daarna nog rijden moet doodenlijst van de Zeven P/°v wou» 17 dooden, 6 dood of vermist. -^1 gewonden, waarvan er drie in het n <j< te Buitenzorg ziin oncenomen, De thans zijn opgenomen, Europeesche stoker-olieman Snel wordt aan boord van den mijnJeÖ word* den Leeuw. Vier lichtgewonden verpleegd in het hospitaal te »u Hu* toestand ia bevredigend. Verdacht van verduistering van vereeniglngsgelden. Jatui ge: Wij zijn geen zakelijke instelling en staan anders tegenover elkander. SCHOORLDAM. „h i!ret inhalen op. Of uit tegen gestelde richting geen verkeer nadert Gaat nimmer na het Inhalen te snel w*ar naar reefats (Niet snijden II)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1933 | | pagina 10