Rechtszaken
Ex-wethouder op de verdachtenbank.
pxowitciaat TUeuws
£aatste betichte»
ARRONDISSEMENTS-RECHTBANK TE ALKMAAR,
i-ieervoudige Strafkamer. Strafzitting van Dinsdag 14 Februari.
Heden stond terecht de 50-jarige heer
Dirk Christiaan Antonie d9 Zw., wet
houder van financiën, der gemeente den
Helder, aan wien bij dagvaarding was
ten laste gelegd:
Dat hij te den Helder in of omstreeks
het tijdvak van Januari 1923 tot Augus-
stus 1931 opzettelijk een aantal geldsom
men, in totaal bedragende 18.734 07
althans omstreeks dit bedrag, althans in
totaal een aanzienlijk bedrag aan geld,
toebehoorende aan den Bond van Kor
poraals der Kon. Ned. Marine, althans
aan een ander dan aan hem verdachte
toebehoorende, welke geldsommen hij
uit hoofde van zijn persoonlijken dienst
betrekking als administrateur, althans
geldelijk beheerder, althans bezoldigd
bestuurder van dien bond, althans als
administrateur vt.n beroep, althans
geldelijk beheerder althans bezoldigd
bestuurder, ter bewaring, ter adminis
tratie, ter beheering, in ieder geval an
ders dan door misdrijf onder zich had,
-wederrechtelijk zich heeft toegeëigend
Als getuigen décharge waren gedag
vaard: H. Jore, destijds voorzitter van
den bond, G. W. Groothof, hoekhouder,
G. J. van Pappelendam, oud-hoofdbe
stuurder en lid, mej. J. Mulder, oud-be
stuurslid, D. v. d. Mast, kantoorbedien
de, KI. Tiemis, bankdirecteur, J. J. Jan-
se, onderwijzer en stenograaf der ver
gaderingen, A. G. Engelgeer, accoun
tant Haarlem, getuige-deskundige.
Als eigen gekozen verdediger oppo
neerde Mr. J. A. E. Buiskool van Scha-
gen, op wiens verzoek nog als getuigen
a décharge waren gedagvaard: P. S. van
der Vaart, secretaris-penningmeester
van genoemden bond en soc.-dem. wet
houder van den Helder, J. H. de Nijs,
administrateur van dien bond, H. J. de
Buy ter, gemeente-bode te den Helder en
C. Taijlor, notarisklerk te den Helder.
Verdachte, die aanvankelijk was gede
tineerd, doch later op vrije voeten ge
steld, was persoonlijk aanwezig.
De rechtbank was als volgt samenge
steld: president Mr. A. M. Ledeboer,
Rechters Mr. H. M. Fruin en Mr. J. Krab
be; Griffier Mr. G. J. Couvee; Officier
van Justitie Mr. B. v. d. Feen de Lille.
De publieke tribune was met een 100-
ta< belangstellenden bezet.
Gewoonlijk leunen de vooraanstaan
den op de ballustrade, doch dit werd
heden door den rijksveldwachter met
nadruk verboden, waarom is ons niett
recht duidelijk.
Uit de getuigen en de belangstellenden
viel duidelijk te constateeren dat het
ge.al in kleine marinekringen speelt.
Op een vraag van den president zegt
verdachte door de algemeene vergade
ring van den bond te zijn benoemd en
wel op 1 Jan. 1920 tot administrateur, op
een salaris van 780 per jaar.
De president wijst er op dat zijn
benoeming dan niet statuair is geschied
aangezien deze bepalen dat een admini
strateur door het hoofdbestuur wordt
benoemd en ontslagen.
Verdachte blijft volhouden dat hi.
op voordracht van het hoofdbestuur
door de algemeene vergadering benoemd
Is Ook zegt hij dat hij was benoemd tot
algemeen vertegenwoordiger en behar
tiger van de rechtstoestanden. Toen dit
geschiedde was hij geen administrateur
meer, dat wel verantwooidelijk voor
de financiën.
Hierna volgt van den president een
kruisverhoor, waarbij verdachte zegt
steeds vertrouwd te hebben dat de
boekhouding juist geschiedde.
De president merkt op, dat men
zich daarop nooit kan beroepen.
Deverdachte zegt, dat bij ervaring
had dit wel te kunnen doen.
De mededeeling van verdachte, dat
zijn administrateur en anderen recht
hadden ontvangsten en betalingente
doen en dat ook zijn vrouw zich met de
geldelijke aangelegenheden bemoeide,
ontlokte aan den president de opmer
king dat dit toch wel een zonderlinge
toestand van beheer was. Groote belan
gen van een grooten bond waren dus
zoo, zonder eenige contröle, toever
trouwd, aldus de president.
Het is wel eens goed, zoo vervolgde
hij, dat men eens hoort hoe met de be
langen van de menschen, georganiseerd
in dergelijke groote bonden, wordt om
ge.-prongen.
De verdachte voerde hiertegen aan
da. hij met zijn menschen niet leefde als
baas en ondergeschikte, doch als samen
werkenden.
Voorts zegt verdachte gewoon 1. o. te
hebben genoten en 10 jaar als marinier
te hebben gediend.
Hij erkent voorts tot 1927 de balansen
voor den bond te hébben opgemaakt.
Op een vraag van den president zegt
verdachte, dat hij, hoewel de balans van
1927 aangeeft, dat er een bezit was van
23000 aan contanten, zich niet te heb
ben overtuigd of dit geld ook wel aan
v t-zig was. waar het moest zijn.
De president noemt dit in hooge
mate misleidend, hetgeen door ver
dachte wordt toegegeven, die te
zijner verontschuldiging aanvoerde, dat
hi' toen niet geheel normaal was en dan
ook spoedig daarna zich onder behan
deling van een dokter moest stellen.
Ook was de balans reeds voor een groot
deel door anderen klaar gemaakt.
Dat verdachte de gelden van den
bond bij den bankier kon plaatsen en
opnemen, zonder machtiging van be
stuursleden, noemde de president won
derlijk, doch verdaehte zeide, dat er toen
geen bestuursleden bestonden, die hem
konden machtigen. Nooit is het voorge
komen, dat voor hem persoonlijk op de
bankrekening werd gestort; dit ge
schiedde steeds op de giro.
De president merkt op, dat de
statuten voorschrijven, dat de boekhou
ding door een accountant moet worden
onderzocht en toch geschiedde dit slechts
jaar.
Verdachte zegt, dat dit kwam,
omdat in de eerste oorlogsjaren er bijna
geen leden waren.
Later gelukte het hem de leden weer
langzaam bijeen te krijgen. Men be
taalde toen slechts 10 cent per week en
de ontvangsten waren toen nauwelijks
toereikend om de uitgaven te dekken.
Verdachte liet toen wel de boeken
door het bestuur controleeren, doch de
president oordeelde dit in strijd met de
statuten en was van oordeel, dat in liet
algemeen een controle van menschen,
die niet deskundig zijn, onvoldoende is
en statuair was verdachte verplicht om
de boeken jaarlijks door een accountant
te laten onderzoeken.
Verdachte zeide, dat hij hoogstens
rplicht was, dit aan het bestuur te
adviseeren.
De president noemde verdachte
echter het centrum van den bond, aan
gezien hij in den Helder bleef en het
bestuur daar vaak niet aanwezig was.
Op een vraag van den president ont
kende verdachte, dat hij in de jaren, dat
er niet door een accountant was gecon
troleerd, 50 honorarium voor een
accountant in rekening te hebben ge
bracht. Toen verdachte in 1919 lid van
een staatscommissie was, waarvoor de
regeering hem nog reizen Ie klasse gaf
en 7.50 per dag vacatiegeld ver
goedde, heeft hij 600 uit de kas ge
nomen,, om daarmede een vrouw, waar
mede hij tot een verhouding was geko
men en die zonder betrekking was ge
raakt, te ;-teunen. Dit geld had hij echter
later teruggestort.
Depresid en t merkte op, dat hier
van niets was gebleken en dat verdach
te zich op het moment, dat hij het geld
uit de kas nam, zich aan verduistering
schuldig maakte.
Verdachte voerde hier tegen aan,
dat hij toen 3000 salaris had en inkom
sten genoot uit de huur en de land
stormcommissie, zoodat hij wel in staat
was het geld terug te betalen.
Voorts betoogde verdachte, dat een be
drag, dat aan den neer Mulder was vor
strekt, dit een aangelegenheid betrof,
die door het hoofdbestuur was ge
schied.
Hierna werd tot het getuigenverhoor
overgegaan.
Als eerste getuige werd gehoord de
heer A. Engelgeer, deskundige te Haar
lem. Getuige zeide van 1922 geen kas
boek te hebben kunnen vinden.
Verdachte verklaarde, dat er tn
1931 een onderzoek naar zijn boeken
werd ingesteld. Alle boeken en beschei
den onder zijn beheer gingen toen naar
het bondsgebouw en hij kon dan ook
niet verklaren, waar dit kasboek Is ge
bleven.
Get. Engelgeer gaf een toelich
ting op zijn rapport.
Verdachte zeide dit rapport in
zijn cel maar oppervlakkig te hebben
gelezen, omdat hem daarin verduiste
ring van een ex-bedrag ten laste wordt
gelegd. De heer Engelgeer had z.i. alle
staten moeten nagaan.
De presiden Wij Melden ons in
dertijd aan het bedrag, dat er volgens
uw verslagen moest zijn.
Verdac h te: Ik heb geen reke
ning gehouden met het feit, dat in het
laatste kwartaal 1923 de gelden, die uit
Oost-Indië moesten komen, reeds in
Nederland waren. Dit was een unicum.
De president: Het is een unicum, dat
u in uw verslag zet, dat er 6000 in kas is,
terwijl het er niet is.
Op een vraag van den president tot den
heer Engelheer, zegt deze, dat het wel meer
malen voorkomt, dat het geld, dat aanwezig
is, niet in kas aanwezig is.
De p r e s i d e nt: In ieder geval heeft
verdachte den bond om den tuin geleid door
te zeggener is ƒ6500 terwijl er minder was.
De verdachte verzocht den president
het jaarverslag in te zien waaruit bleek, dat
hij aan de hand van staten heeft veronder
steld, dat de gelden voor 1923 uit Indië nog
ontvangen moesten worden, terwijl ze reeds
ontvangen waren.
De heer Engelgeer tot verdachte:
„Wat concludeert u hier uit".
De verdachte: Dat het saldo wat op
de balans stond juist was, doch dat er niet
meer dan 1000 moest zijn.
De heer Engelgeer achtte dit voor
1923 een soort verklaring, doch voor andere
jaren heeft hij die niet.
Getuige handhaafde dan ook, behoudens
een afwijking, ten aanzien van kleine bedra
gen, zijn rapport.
Deverdachte zeide, nu hij er over na
gedacht heeft (de zaak loopt al 154 jaar)
het uitgesloten is, dat de bond behalve de
besparingen, die verkregen zijn, nog een be
zit van 24000 heeft over gehouden.
Waar zou dit geld zijn gebleven.
De president: U hebt jaren 2000
boven uw stand geleefd. Zoo gauw men zich
met vrouwen inlaat, weet men niet waar het
geld blijft.
Verdachte ontkende boven zijn stand
te hebben geleefd.
Voorts zeide hij nog dat er, toen hij de kas
overdroeg, er 133 in kas was.
De accountant verklaarde, dat vol
gens zijn onderzoek er 27 Juni 1931 ruim
18 000 had moeten zijn.
De president merkte op, dat dit een
lager oedrag is, dan er volgens de eigen
verslagen van verdachte moest zijn.
Mr. B u i s k o o 1 trad hierna nog in een
vrij uitvoerige discussie met den heer t g
geer over diens rapport, waarbij hij dee -
komen, dat verdachte aangenomen hee*t>
er bedragen waren die nog moesten binnen
komen, zoodat hij van oordeel is, dat een
accountant er niet mee kan volstaan met de
geboekte cijfers als ontvangsten aan e ne
men, doch ook tot plicht had zich er van te
overtuigen of geboekte ontvangsten ook wer
kelijk ontvangen zijn.
De heer E n g e 1 g e e r antwoordde dat
hij voor groote bedragen dit had gedaan.
De president merkte op, dat verdach
te in zijn verslag constateerde, dat er
18000 op 1 Jan. 1931 in kas was, terwijl
hij wist dat er niet meer dan 1000 was.
Mr. Buiskool: Als men uitgaat van
de boeken komt men er toe, doch achteraf
bleek, dat de boekhouding onjuist geweest
is. Het is begrijpelijk, dat verdachte nadat
er een administrateur was gekomen zich van
de boekhouding niets meer aantrok.
De president achtte dit uitgesloten.
Verdachte zeide, dat hij van het
standpunt uitging, dat hij gecontroleerd
werd door de boehouding. Nooit :s hem een
bemerking gemaakt, dat hij zondigde tegen
de regels van een goede boekhouding.
De president: Dan heeft de boekhou
der steeds dezelfde fout gemaakt als u en
steeds zonder meer de cijfers opgeteld en af
getrokken.
Verdachte merkte op dat men hem
dan daarover niet lastig had mogen vallen
De president wees hem er op, dat hij
hier niet als wethouder staat om tegenover
den raad zijn financieel beleid te verdedigen,
doch dat zijn houding tegenover de recht
bank een andere behoort te zijn.
De president wees verdachte op een
verklaring van den deskundige, dat zijn taak
als voerder van het financieel beheer, veel
voornamer was, als die van den boekhouder,
omdat hij den boekhouder had moeten con
troleeren.
Verdachte: Mijn taak was te zorgen
voor den rechtstoestand van de leden en de
organisatorische zaken. Aan den heer Groot
hof was de administratie opgedragen.
De p r es i d e nt: Waarom gaf u hem dan
niet het geldkistje.
Verdachte: Ik stelde er prijs op, dat
er contröle op mijn beleid werd uitgeoefend.
De president: Ik kan uw beleid alleen
verklaren als een soort struisvogelpolitiek
Mr. Buiskool oordeelde, dat men niet
uit het oog mocht verliezen, dat verdachte
op het kantoor met de anderen als kamera
den om ging.
De heer Engelgeer was echter van
oordeel dat verdachte geen contröle uitoefen
de omdat hij er belang bij had dit niet te
doen.
De verdachte zeide nog, dat de bond
voor een actie tegen de werving die hij had
te leiden 12000 bijeen had gebracht.
De president: „Tegen de werving
door ae regeering".
Verdachte: Ja mijnheer de president
en de autoriteiten waren daarmede bekend.
De president: Dat zal de regeering
prettig hebben gevonden.
Hierop werd tot half 2 gepauzeerd.
Middagzitting.
De middagzitting kenmerkte zich door een
sterk verminderde belangstelling op de pu
blieke tribune, hetgeen volkomen begrijpelijk
is, aangezien het tijdens het verhoor van den
accountant recht vervelend was geworden.
Mevrouw MulderSmit, kantoorbediende,
hierna als getuige gehoord, zegt, dat ze zoo
nu en dan van verdachte cadeaux heeft ge
kregen, doch niet van groote waaide, in
totaal in al die jaren voor niet meer dan voor
200. Wanneer zij met verdachte uit ging,
dan betaalde zij haar uitgaven zelf.
De president zegt, dat het gewoonlijk
zoo is, dat de man royaal is, als hij met een
vrouw uit gaat.
De verdachte zegt, dat elke gedachte
om aan de vrouw te komen, hem vreemd is
geweest. Getuige heeft er steeds op gestaan,
dat zij de helft van de uitgaven betaalde.
Etepresident merkt op, dat hij het niet
te mooi moet maken. Vast staat, dat verdach
te, als gehuwd man, een ongeoorloofde ver
houding had.
Getuige H. Jore, korporaal-machinist bij
de Marine, sinds Juni 1930 voorzitter van
den bond, deelt mede, dat deze bond thans
vereenigd is met den bond van minder marine
personeel. Getuige weet weinig van de be
noeming van verdachte Hij leerde hem ken
nen als bezoldigd bestuurder en die functie
was een tweeledige, n.1. een financieel ver
antwoordelijke en een organisatorische. Toen
getuige voorzitter werd. heeft hij niet nage
gaan, of de benoeming van verdachte wel
statuair was geschied. Ook Groothof, de boek
houder, stond in dienst van de organisatie.
Getuige deelt voorts mede, dat de statuten
niet meer dwingend voorschrijven, dat jaar
lijks een accountant het beheer controleert.
E)e vergadering kan dit wel eischen.
De president beroept zich op de oude
statuten.
De president tot verdachte:
„Maar heeft u dit niet tot den rechter
commissaris gezegd.
Verdachte: Zeker wel.
Mr. Buiskool geeft inlichtingen en
inderdaad blijkt, dat de president den ge-
heelen morgen de oude statuten voor
zich heeft gehad. De nieuwe statuten
dateeren van 1925.
Getuige Jore deelt nog mede dat het
hoofdbestuur verantwoordelijk was
voor de financiën en de administrateur
voor het beheer.
De president kon dit niet in de
statuten vinden en noodigde getuige uit
in de statuten aan te wijzen waar dit
staat.
Getuige verwees naar art. 4 van
het huishoudelijk reglement. Getuige
verzekerde nog dat verdachte mede boek
houder was. Spr. had zich nooit afge
vraagd hoe Z. zijn werk nakwam, omdat
deze een reputatie had boven elk wan
trouwen verheven. Hij was de ziel van
de organisatie.
De president: Menschen zijn nu
eenmaal geen engelen en moeten gecon
troleerd worden
De presidentt: De bij uw organi-
satie georganlseerden moesten betalen
0.40 per week Haar geld°n loopen in
de kapitalen en worden toevertrouwd
aan uw bond.
Getuige Volkomen juist Verdach
te had 3000 salaris, vrij wonen, vuur
en licht en personeele belasting en uij
was voor ons de ziel van de organisatie
Gedurende zijn laatste wethouders
periode, werd van het salaris van ver
dachte 1000 ingetrokken In de vorige
periode betaalde verdachte daarom per
soonlijk een hulpkracht.
Verdachte bevestigde dit.
Getuige zei, het in het geheel niet
vreemd te hebben gevonden dat de reke
ning van den bond, zoowel bij de mid-
denstandsbank als bij de Girc op naam
van verdachte stond, aangezien het wel
eens voor kwam dat geen enkel be
stuurslid in den Helder aanwezig was
en de organisatie toch over het geld
moest kunnen besch'kken.
Getuige deelt mede, hoe verdachte
hun heeft toegegeven dat hei bedrag,
voorkomende op de balans van 1928, een
foutief bedrag was. Met verontwaardi
ging ontkent verdachte echter, dat hij
het geld had weggemaakt Verdachte
verklaarde het door het verkeerde
systeem van werken en vroeg 14 dagen
om de fout op te sporen.
Getuige had daarin toegestemd, met
het oog op fondsbelangen, al was zijn
eerste gedachte de justitie met het geval
in kennis te stellen. Spr. krees den in
druk, dat verdachte het bestuur als
financieel onbevoegde menschen een
rad voor de oogen heeft willen draaien,
door te beweren dat de bond boven zijn
stand heeft geleefd.
Verdachte zegt, dat het weinigen
gegeven zal zijn om precies mede te
deelen wat er voor 154 jaar op den be-
wusten Zaterdag gebeurde. Toen is er
echter nimmer gesproken over de ba
lans van 1928. Dat is later gebeurd, daar
men hun onder financieele verantwoor
delijkheid, als organisatie wilde houden.
Spr. heeft dit geweigerd. Hij becijfert
voorts dat 10.000 was aangewend voor
aflossing en dat er 2000 moest zijn.
Door onvoorziene omstandigheden was
dit slechts 1000. Spr. heeft steeds ge
waarschuwd dat de bond inteer 'e.
Getuige blijft er bij dat dien avond
wel over het bedrag van 18000, vol
gens de belaans van 1928 gesproken is
Spr. heeft juist daaraan vastgehouden
en verdachte heeft erkend, dat het een
fictief bedrag was.
Alleen het feit dat het congres voor de
deur stond en d« mogelijkheid dat het
fout kon zijn, weerhield het bestuur om
de justitie in de zaak te kennen. Ver
dachte heeft hem toen willen sugereeren
dat onder de bezittingen behoorden de
eigendommen van den bond.
Getuige heeft verdachte gezegd dat hij,
omdat verdachte alle schuld ontkende,
het bij de justitie zou aangeven. Ver
dachte heeft dit ontraden in het bonds-
belang.
Verdachte zegt, dat het tegenoverge
stelde juist is. Hij wilde het aangeven, doch
in het belang van den bond heeft men hem
ontraden dit te doen. De voorzitter vroeg
hem dit persoonlijk.
Getuige ontkent dit.
Verdachte kan door getuigen de juist
heid van zijn bewering staven.
Getuige zegt, dat het bestuur in een
vergadering met de vertrouwensmannen v. a
Vaart en de Wijs, heeft vastgesteld, dat ver
dachte geen uitvoering mocht geven aan zijn
geuit voornemen, om zich bij de justitie aan
te geven. Dit geschiedde Maandagavond,
doch dien Zaterdagavond is er niet over ge
sproken. Het voornemen van verdachte is
Maandagmorgen geuit, nadat getuige Zater
dagavond getuigd had dit te zullen doen en
niet geschiedde, omdat aan verdachte 14 da
gen tijd gegeven werd de zaak na te kijken.
Getuig© had, toen verdachte naar
d© afd. in Indië telegrafeerde om de
verschuldigd© contributie het liefst per
draad over te maken, de vraag gesteld
of de bond er dan zoo slecht voorzat,
doch daarop geen antwoord gekregen,
kregen.
Verdachte betoogt, dat Indië een
5000 achter was. Het telegram weid
in overleg met het hoofdbestuur verzon
den en 14 dagen daarna ter lezin neerge
legd. Aanmerkingen zijn niet gemaakt.
De president veronderstelt dat
dit niet geschiedde omdat verdachte in
den Helder wethouder van belangrijke
bedrijven was en daardoor een van de
notabelen van de gemeente.
V erdachte zegt, dat de zijnen met
hem als kameraden omgingen en dat
zijn wetthouderschap een beletsel was
om hem soms vaak op harde wijze de
waarheid te zeggen.
Voorts wijst spr. op het feit, dat in de
fusie-vergadering van de beide bonden, na
het vaststellen van de rekening, verdachte
van een hooge ontroering blijk gaf en vraagt
getuige of dit naar zijn oordeel het werken
van de veiligheidsklep was of een inzinking
als gevolg van ontroering over het door ver
dachte bereikte.
Getuige heeft daarover geen meening en
erkent, dat verdachte veel heeft gedaan om
de fusie tot stand te brengen.
Verdachte zegt, dat het financieel ver
tel morgens 10 uur in tegenwoordig
heid van getuige is vastgesteld en vraagt of
hij toen emotioneel was of niet.
Getuige had niets gemerkt toen het ver-
w«rd vastgesteld. Wel was verdachte
ontroerd toen een paar uur later bij meerder
heid van stemmen de fusie toe stand kwam.
(De zitting duurt voort)
(Ongecorrigeerd.)
HEILOO.
In de aarvergadering Burgerwacht p*.
presideerd door den burgemeester, sprak hK
den wensch uit dat de Burgerwacht niet ae
tief behoefde op te treden ir de gemeente d£
heer J. Strufbergen werd als bestuurslid her
kozen. Uitgeloot werden de aandeelen r>
30, 35 en 45.
Door kapitein Harenmaker werd aan den
commandant H. Metselaar het brevet van
koningsschutter uitgereikt, waarna uitreikins
volgde aan hen die in den wedstrijd de hootr
ste punten behaalden. n00?-
In het Parochiehuis „Sint Maarten" werd
's middags voor de kinderen en avonds
voor de volwassenen de K R O.-film ver
toond. Zoowel 's middags als 's avonds war
er een flink bezoek.
LIMMEN.
Uit de jaarvergadering van de Onder-
linge Vereeniging „Ziekenzorg" 9tinpen we
aan dat het jaar ongunstig was. Het aantal
leden dat in het ziekenhuis werd opgenomen
was 32 met 527 verpleegdagen, en heeft ge.
kost 1422.
Met voldoening werd geconstateerd de ge
zonde basis waarop de vereeniging rust en
zonder de leden aan te spreken kon men
groote uitgaaf fourneeren.
Op 1 Januari 1931 waren 147 gezinnen
ingeschreven met 811 leden. Op 1 Januari
1932 was bet aantal gestegen tot 169 gezin
nen met 918 leden. Dank werd gebracht
aan pastoor Wolff en dr. van Oppen, voor
de onmisbare steun en medewerking om de
yer '-g groot te maken.
De laatste opvoering, welke de dilettanten
club Zondagavond gaf in de zaal van den
heer ter Burg, was geweid aan de vertalking
van het driebedrijvig kluchtspel: „Een dag
dame". Alles liep vlot van stapel. Joh. de
Leeuw was als Alfred Chery weder goed op
dreef en Cor ter Burg was als butler de man,
welke met zijn losse, vrije bewegingen veel tot
het welslagen van het stuk heeft bijgedragen.
Wim ter Burg was de notaris, soms heel za
kelijk, doch soms, bij het eendaagsche
mevrouwtje, de oude baas, welke het spreek
woordelijke groene blaadje niet altijd ver
smaadde. Hij had een dankbaar werk, daar
hij met geld in staat was, om het einde be-
vredigend te doen zijn. Flip Briefjes was ech|
het ongemanierde huisknechtje. Vooral in de
beide laatste bedrijven voldeed hij.
Mej. Trijntje Sevenhuijsen, de eendaagsche
dame, voldeed bijzonder goed aan de eiscb
van dat type. Ze stelde zich op het zuiver za
kelijke standpunt, dat het bij haar om dia-
zend dollars ging, waarmede zij met haar
William later de door hen gedroomde melk-
salon konden exploiteeren. De verschijning
van dit mevrouwtje was voor de mannen in
hare omgeving wel eens een verleiding.
Steds echter was het: heeren, tot hiertoe en
niet verder. Dan waren er nog de ongeluk
kige mrs. Chadwick (mej. T. Bakker) bij wien
wat meer losheid van beweging een aan
winst voor haar spel zal zijn, en Lucy Nor
ton (mej. Grê Nicolai), welke toonde, dat met
een voorbereiding van slechts enkele uren,
toch nog goed spel kan worden gegeven.
Mrs. Carnaro (mej. J. de Vet), de moeder
van het voor deze geschiedenis geleerde kind,
vertolkte goed het obstinate burgervrouwtje,
dat dacht dat ze haar kind al haast kwijt
was.
Haar echtgenoote Carnaro had woester
kunnen zijn. Of werd hij verteerd door een
inwendig vuur!
Eenige heeren van de Prov. Bond van
Tooneeivereenigingen waren aanwezig n
stelden een critisch verslag samen, bedoeld
als vingerwijzing voor de leden om 't spel
nog weer hooger op te voeren. Een goed idee
van den bond. Zelfs de Schoorlsche dames
club, hoe goed ook in haar spel, kan het niet
onverschillig zijn, wanneer door deskundi
gen nog weer de noodige technische verbete
ringen aan de hand worden gedaan.
Het grime, werk van den heer Loevens,
was in orde.
OUDE NIEDORP.
Dinsdag hield het R. K. Ziekenfonds „St
Martinus" te 'tVeld zijn jaarvergadering
ten lokale van J. P. Pepping aan de Weel-
Aanwezig waren, met inbegrip van nei
bestuur, 24 leden.
De directeur, de heer C. Terbeek, openo
met gebed en een hartelijk welkom.
Het jaarverslag van den secretaris, ®j»
heer F. C. Jong, werd met auplaus begr<*j-
Vervolgens werd door den heer P- BjjJjF
meijer als penningmeester verslag uug
bracht over 1932, waaruit bleek dat de
i van 1777.60 to
vooruitgang moei"
1863.86, zoodat een
worden geboekt van 86.26. m
Aan uitkeering wegens ziekte werd beta
358.50 aan 15 personen. t.
Tot commissieleden belast met het on
zoek der rekeningen 1932 en 1933 we
benoemd de heeren W. H. Bierman e
Bakker Jz. Jr. n
De aftredende bestuursleden, de ne?r" «2
de Boer en F. C. Jong, werden met 23 en
stemmen herkozen. i.oU.
Bij de rondvraag werden eenige l^cj1ii[t
delijke aangelegenheden van onderg
belang besproken, en hierna volgde si
der bijeenkomst met een dankwoord en
bed.
Ongecorrigeerd.
DE MUITERIJ OP DE ZEVEN
PROVINCIËN u
De doodenW";
voor automobilisten
en motorrijders.
1 Vermijdt alcoholgebruik, wanneer
gil daarna nog rijden moet
doodenlijst van de Zeven P/°v
wou» 17 dooden, 6 dood of vermist. -^1
gewonden, waarvan er drie in het n <j<
te Buitenzorg ziin oncenomen,
De
thans
zijn opgenomen,
Europeesche stoker-olieman Snel
wordt aan boord van den mijnJeÖ word*
den Leeuw. Vier lichtgewonden
verpleegd in het hospitaal te »u
Hu* toestand ia bevredigend.
Verdacht van verduistering van
vereeniglngsgelden.
Jatui ge: Wij zijn geen zakelijke
instelling en staan anders tegenover
elkander.
SCHOORLDAM.
„h i!ret inhalen op. Of uit tegen
gestelde richting geen verkeer nadert
Gaat nimmer na het Inhalen te snel
w*ar naar reefats (Niet snijden II)