DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. De eerste Rijksdagzitting. Uittejïademmt SxiQzliïksch Oveczicht No. 69 Woensdag 22 Maart 1933 135e Jaargang Rijksminister Goering houdt een lange rede, waarin hij o.m. de beteekenis van den „Potsdam dag" uiteenzet. ENORME BELANGSTELLING. In den „Jouraat" schrijft Saint Brice, dat de opening van den rijksdag in verschillende ALKMAARSCHE Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIES Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33. Directeur: C. KRAK. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. Dit nummer bestaat uit twee bladen. ZIJ, DIE ZICH MET 1 APRIL A.S. VOOR MINSTENS 3 MAANDEN OP DIT BLAD ABONNEEREN, ONTVAN GEN DE TOT DIEN DATUM VER SCHIJNENDE NUMMERS FRANCO EN GRATIS. DE DIRECTIE. DEN HAAG, 21 Maart 1933. Met een weldoordachte redevoering, voor welker voorbereiding de minister trouwens tijd had gehad sinds Vrijdagmiddag, heeft de minister van buitenlandsche zaken heden middag in de Eerste Kamer zijn beleid en daarmede zijn begrooting verdedigd. De heer B e e 1 a e r t s begon met een be schouwing over de beteekenis van den Vol kenbond. Dat is, betoogde hij, geen super- parlement, dat het maar voor het zeggen heeft hoe het moet loopen met de zaken, doch een betrekkelijk bescheiden combinatie van staten, waarbij intusschert de grootste sta ten, de Vereenigde Staten en Rusland, zich nog steeds niet hebben aangesloten. De Vol kenbond beschikt dan ook slechts over be scheiden middelen om haar wenschen tot ver vulling te brengen, doch de sancties, waar van zij gebruik kan maken tegenover een staat, die zich niet houdt aan wat redelijk of overeengekomen is, zijn niet altijd doeltref fend en prikkelen zelfs tot verzet. Zij die oordeelen over het werk van den Volkenbond begaan dikwerf de vergissing haar te beschouwen als een vergadering van personen. Doch het is anders: de Volkenbond is een vergadering van staten vertegenwoor digd door hun gedelegeerden. Deze hebben bij hun arbeid geer eigen meening doch zijn vertegenwoordigers van het bestuur des lands, dat hen heeft afgevaardigd. Een suc- ccs van ccn der leden van een delegatie kan dus nooit iets anders zijn dan een succes van persoonlijken aard. Delegaties zijn overigens slechts afspiegelingen van de regeering, die ze afvaardigde en men aan dan ook moeilijk volhouden, dat de Nederlandsche delegaties eenzijdig waren samengesteld De feiten be wijzen zulks ten overvloede. Zoo was een lid van de S.D.A.P. lid van de delegatie naar de Ontwapeningsconferentie. Wel heeft de heer Van Embden n deze Kamer slechts af brekende kritiek doen hooren, doch zijn partijgenoot mr. Joekes in de Tweede Kamer verklaarde, dat de delegatie niet beter had kunnen werken. Een mislukking van de Ont- wapeningsconferentie zou werkelijk een ern stig onheil zijn en geen enkel voorstel, dat tot ver gaande ontwapening zal kunnen leiden, zal mislukken met medewerking van de Ne derlandsche delegatie. Internat.onalisatie van de burgerluchtvaart zou zeker geen af doend middel blijken tegen bombardementen uit de lucht, niettemin staat spr. niet geheel afwijzend tegenover het denkbeeld. Hoe het met de conferentie zal loopen, durft spr. niet voorspellen, daar de groote mogendheden het laatste woord er over -uilen heuben. In groote lijnen gaan we intusschen mede met het voorstel-MacDonald. Op de conferentie van „de kleine acht" is geen enkel voorstel gedaan, dat Nederland zou binden. Er is ^een gemeenschappelijk plan opgesteld, een program van actie bestaat niet en er is geen enkele stap gedaan. De minister verdedigde hierop het optreden der regeering bij het afsluiten van handels verdragen. De heer Blomjous ziet de dingen wel wat te somber arn en spr. hoopt nog altijd, dat Duitschland ziin houding tegen over ons zal wijzigen en het gezond verstand zal laten spreken. ~n de economische confe rentie te Londen zal, hoopt hij, ook wel op luchting geven. Het gaat met onzen uitvoer nog niet zoo slecht als bij vele andere staten. Stelt men de waarde van den totalen uitvoer in 1929 op 100, dan is ons land in 1932 tot 58, doch België tot 47, Engeland tot 44, Duitschland tot 12, Frankrijk tot 39 en Zwitserland tot 37 percent. Wij zijn er dus nog niet het slechtst aan toe. Wat betreft de veelbesproken meestbegunstigingsclausule is een opportunistische poliiiek het verstandigst. Wat nu aangaat het door prof. L oh man ter sprake gebrachte Fransch—Belgische accoord, de zaak zal aiet te Ge.iève aan de orde komen omdat het militair gedeelte niet is geregistreerd en als het wellicht is gewij- Z1i?d' dan gaat ,~ulks bu'ten Genève om. Omtrent onze verhouding tot België en het vraagstuk van het tractaat van 1839 merkte de minister onder meer op, dat onze verhouding met België niets te wenschen overlaat en de beide regeeringen werken beter samen dan sedert jaren het geval is ge weest. Maar de kwestie van de herziening der verdragen van 1839 is niet meer ter hand genomen sinds Paschen 1932. De zaak blijft rusten tot na afloop van de verkiezingen ten onzent ten einde het daarna optredend nieuwe kabinet de handen vrij te laten. Er zijn allerlei geruchten verspreid over het verhandelde in de Belgische Se naatscommissie, doch er is niets van waar en minister Hymans heeft zelf uitdrukkelijk ver klaard, dat wat een courantenbericht hem in den mond heeft gelegd, eenvoudig uit den duim is gezogen. Onderhandelingen zijn geen materie voor publicatie. Zij moeten door de regeering wer den gevoerd buiten het Parlement om. Dat komt pas aan de beurt als de vrucht der onderhandelingen aan zijn kritiek en beslis sing wordt onderworpen. Mengt het zich in onderhandelingen, dan handelt het in strijd met de constitutie. En pers en meeting, hoe goed de bedoelingen ook mogen zijn, zullen zich mede buiten onderhandelingen moeten houden. In de campagne, hier te landen ge voerd over het Belgische Tractaat is veel ge fantaseerd en gefrasterd en terwijl de zake lijke oppositie uit Amsterdam en Rotterdam werd vernomen, kwam een oppositie met een politiek bijsmaakje uit Utrecht. Spr. hield tegenover prof. Lohman vol, dat er inzake het tractaat met België een campagne is ge voerd. Men moge er den schoonen naam van „revirement" aan geven, op den keper be schouwd was het niet meer dan een actie, een campagne in zake een materie, waarin alleen de regeering de verantwoordelijkheid voor de beslissing draagt. Na een repliek van den heer Lohman c. h.) en dupliek des ministers is de begroo- tinar zonder stemming goedgekeurd. Hetzelfde lot viel aan de begrooting van Koloniën ten deel zonder dat er een woord over was geezgd en daarna kwam de begroo ting van Economische Zaken en Arbeid aan de orde. Wij hebben heden nog slechts één spreker er over gehoord, den heer W e s t e r - d ij k (v. d.), maar die hield ook een rede van sta-vast. waarin hij breedvoerig de nooden van onze landbouwenden stand uiteenzette en op velerlei maatregelen aandrong, welke met aandacht door minister Verschuur werd aan gehoord hij veroorloofde zich zelfs de vrijheid naar het spreekgestoelte te gaan, ten einde de door den spr. voorgelezen rede nog eens op het papier na te kijken, wanneer hij meende iets niet goed begrepen te heb ben doch waarop hij, nu het ministerie feitelijk in stervensnood verkeert, zeer waar schijnlijk een vriendelijk ontwijkend antwoord zal laten hooren. De heer Westerman betoog de onder meer, dat de steun aan de suiker bietenteelt onvoldoende is, dat de stroo- cartonfabricage steun broodnoodig heeft, dat de hulp aan den tarweverbouw niet afdoende is geweest, dat voor de hulp aan de fabrieks aardappelenteelt nog dieper in de zak moet worden getast, dat men de aaidappelmeel- fabricage moet tegemoet komen door 5 a 10 percent aardappelmeel door het brood te doen mengen enz. In het algemeen was de grondtoon van zijn rede: help toch den pro ducent van onze landbouwproducten er. laat de consumenten daarvoor betalen. Deze kunnen dat best doen, nu alles zoo goedkoop wordt en het geld in waarde stijgt. Morgen vervolgt de heer De Bruijn (r. k.) de rij der sprekers. De historische dag voor Duitschland is we! zeer belangwekkend geweest. Naar schatting zouden een 250.000 tot 300.000 bezoekers naar Potsdam zijn geweest, om getuige te zijn van dezen dag, die wellicht een groote ommekeer in liet Duitsche staats- en volks leven zou kunen brengen. Hoewel door deze enorme drukte aan het verkeer hooge eischen werden gesteld, zijn er geen noemenswaar dige incidenten voorgevallen. Helaas werd een politie-agent gedood door een verkeers ongeval, terwijl verder een 250 personen min of meer ernstig gewond werden bij het op dringen der compacte massa. Dit betreft voor het overgroote deel vrouwen, die door het Roode Kruis en de eerste hulp-brigades zijn geholpen. Zeer groot is ook het aantal kin deren, dat in het gedrang verwijderd geraak te van zijn begeleiders en later naar het politiebureau werd overgebracht. Urenlang duurde het voordat de duizenden Potsdam weer hadden verlaten. De feeststem ming te Potsdam duurde tot laat in den avond. o De rijkspresident, generaal-veldmaarschalk von Hindenburg, heeft zich (wij zullen hier het relaas van de rijksdagzitting vervolgen, zulks in aansluiting op hetgeen wij gisteren publiceerden) na de plechtigheid te Potsdam naar het mausaleum in het slotpark te Char- lottenburg begeven, waar hij op de graftombe van keizer Wilhelm I een lauwerkrans depo neerde met zwart-wit-roode linten. In de Kroll-opera. Toen de kerkdiensten in Potsdam voorbij waren, zetten de Berlijnsche politie, ge steund door hulppolitie de Platz der Repubük af, welke thans weer „Königsplatz" heet. Reeds tegen 5 uur des middags had een groot aantal afgevaardigden zich in de zit tingzaal verzameld. De nationaal-sotialisten zijn bijna zonder uitzondering in uniform verschenen. Voor den rijkskanselier en de rijksministers zijn plaatsen gereserveerd in de voorste rijen. De vertegenwoordigers der Duitsche landen zijn in grooten getale aanwezig. De tribunes zijn reeds overvol. In de diplomatenloge woonden de ambas sadeurs en gezanten en ook de ex-kroonprins de openingszitting bij. De plaatsen der natio- naal-socialisten nemen meer dan de helft van de zaal in, daar wegens de afwezigheid der communisten de sociaal-democraten aan de uiterste linkerzijde zitten. De zaal is op een voudige wijze versierd. Achter den zetel van den president is de rijksadelaar vervangen door een roode vlag met in het midden een wit veld, waarin een groot zwart hakenkruis, rechts en links omgeven door zwart-wit-roode vlaggen. De zitting begint. Om tien minuten over vijf worden de klok ken geluid ten teeken van den aanvang der zitting. De rijksminister rijksminister Seldte in den uniform van den Stahlhelm worden door hun naaste vrienden hartelijk toegejuicht. Zij nemen eerst plaats op hun afgevaardigden zetels. Dan komt Goering binnen, gekleed in den bruinen uniform. Hij neemt diens plaats op den presidentenzekl. In de zaal is het zeer stil. Rijkskanselier Hitier verschijnt met de mi nisters Dr. Frick en Dr. Goebbels, alle drie zijn in uniform. De nationaal-socialisten ver heffen zich van hun zetels en brengen den Hitlergroet. Ook de rijkskanselier gaat eerst tusschen de afgevaardigden zitten. President Goering doet mededeeling van het besluit van den fractieleider de zitting te doen presideeren door den fungeerenden pre sident. Als voorloopige griffiers benoemt hij de afgevaardigden Dr. Decker (nat.-soc.), Laverrenz (D.N.) en Linder (nat.-soc.) Voorts deelt hij mede, dat het fractiebestuur besloten heeft de namen der afgevaardigder: niet een voor een te laten afroepen, daar uit de lijsten blijkt, dat het Huis competent is tot het nemen van besluiten. Afgevaardigde Vogel (SPD.) stelt voor ziin fractiecollega's, die zich in hechtenis bevinden op vrije voeten te stellen. Dit voorstel wordt in handen gesteld van de commissie van orde. Hierna wordt overgegaan tot de verkiezing van het presidium. Bij acclamatie worden ge kozen tot president: Goering, tot vice-presi denten 1. Esser (Centrum), 2. Graef (Thürin gen, D. Nationaal) en 3. Zoemer (N.S.D.A P.), die allen de benoeming aannemen, zoo dat het presidium dus gekozen is. Tot griffiers worden gekozen: 8 nazi's, 2 Centrum, 2 D. Nationalen en 1 afgevaar digde der Beiersche Volkspartij. De sociaal democraten onthielden zich van stemming Een rede van minister Goering. Rijksdagpresident Goering neemt vervol gens het woord voor een lange redevoering, waarin hij o.m. zegt: Door een vervloekte misdaad zijn wij ge dwongen geworden uit het huis, dat eens voor het Duitsche volk was opgebouwd, te trekken. U weet allen, welke beweegredenen een staatsvijandige partij aanleiding hebben gegeven tot dezen aanslag, dat deze aanslag slechts een der verschijnselen is van de jaren lange hetze tegen het rijk, het volk en den staat. Deze aanslag moest een signaal zijn om in Duitschland anarchie en chaos hun intrede te laten doen, op een oogenblik, dat de eerste bouwsteenen voor een nieuwe orde, voor een wederopbouw van het rijk aanwe zig waren. In enkele weken heeft de heilige vlam der nationale revolutie het Duitsche volk aangegrepen. Een overweldigende meer derheid heeft zich geplaatst achter het be sluit van den rijkspresident en achter de mannen van het nationale herstel. Een meerderheid, zooals de Duitslhe parle. mentaire geschiedenis tot nu toe niet heeft ge kend. Een nieuwe volksvertegenwoordiging is ontstaan. Voor den eersten keer zonder parle mentaire partijbelangen, zonder datgene, wat tot nu toe de Duitsche volksver tegenwoordiging heeft verlaagd in de oogen van het eigen volk. Het is misschien een voorteeken, dat de rijksdag op 21 Maart wordt geopend. Het is niet allen bekend, dat reeds eenmaal op 21 Maart een Duitsche rijksdag werd geopend; de eerste Duitsche rijksdag van 1871 door Bismarck, die op de zen dag voor de eerste maal de Duitsche stammen in den Duitschen rijksdag vereenigd zag. Indertijd heeft het Duitsche volk zijn kader ontvangen, welke alle stammen zou moeten omvatten. Langzaam aan werd het volk evenwel verdeeld. Aan ons de taak aan dit heilige kader ook de geslotenheid en de eenheid van den inhoud te verbinden. Het is niet alleen noodig, dat het rijk eenig staat, maar ook de eenheid en geslotenheid van het volk in voelen en denken, in alle loskwesties der Duitsche natie moet hersteld worden. Wij danken daarom te dezer plaatse, dat veertien jaren geleden een man heeft onder nomen midden in den chaos, in het donkerst van den nacht, het eloof aan een komend rijk opnieuw op te richten. In moeizame, zware arbeid, in een geweldige worsteling tegen terreur en onderdrukking heeft deze bewe ging zich baan gebroken. Millioenen zijn door dit vuur aangepakt, doordrongen van de hoop en van het geloof, dat Duitschland nog eenmaal zal kunnen opstaan. Veertien jaren van nood en schande liggen achter ons. Vertreden en vernield werd alles, wat eens in Duitschland waarde had. Thans staan wij voor het aanbreken van een nieuwen tijd. Toen men in 1919 geloofde, Duitschland te moeten organiseeren op de basis der demo cratie, van het parlementarisme en van het pacifisme, geloofde men dit ook symbolisch te moeten doen. Men heeft indertijd het woord Potsdam over het hoofd gezien en geloofd uit den geest van Postdamm te moe ien overgaan naar Weimar. men heeft ook niet begrepen den waren geest van Weimar door te zetten. Thans is Weimar overwonnen. De tocht naar Potsdam Ook vandaag was het symbolisch dat de nieuwe Rijksdag die weer het Rijk wil opbou wen, in oude grootheid, oude waardigheid, eer en vrijheid is bijeengekomen op de plaats vanwaar eens Pruisen en van Pruisen Duitschland is uitgegaan. De tocht naar Potsdam was het, die het ons mogelijk maakte vier jaren lang stand te houden in een wereld van vijanden. U bent daarom vandaag in deemoed, dank baarheid en aandoening naar Potsdam ge gaan. De nationale revolutie is nog niet ten einde. Zij schrijdt verder voort om te vervol maken, wat vervolmaakt moet worden tot zegen van ons volk. U ziet vandaag in den Duitschen rijksdag nieuwe emblemen. Iedere tijd, ieder volk kiest zich de emblemen waar onder het wil werken en opbouwen. Het gaat niet aan te verklaren, dat wij een lot danken, dat op een oogenblik, dat over Duitschland geen eer en vrijheid meer regeerden, maar schade en schande, dat indertijd de roemrijke zwart-wit-roode vlag is omhuld om een eigen embleem te scheppen. Niet wij hebben het vroegere embleem zwart-rood-geel besmeurd, niet wij hebben deze vlag vernield, maar zij zeiven die deze vlag hebben geschapen. In dien men in 118 ons de zwart-rood-gele vlag had gebracht als teeken van den tegenstand, van het absolute vasthouden aan de Duit sche grootheid en eer dan zouden wij dit tee ken dankbaar hebben geëerd en gedragen Men heeft ons dat teeken evenwel opgedron gen als teeken der onderwerping en onder drukking, der schande en eerloosheid. Wij hebben het daarom moeten afleggen op het oogenblik, dat een nieuw Duitschland op kwam. Wij hebben de oude roemrijke vlag waaronder twee millioen Duitschers het le ven lieten voor Duitschlands grootheid, ver eenigd met dat teeken der overwinning, dat ons veertien jaren lang in nood en strijd heeft begeleid en dat ons steeds geloof en hoop heeft gegeven. In het rood en het lichtende wit hebben wij de oeroude teekens van onze voorouders, het eeuwige zonneteeken als teeken van het voortkomen uit reinheid en eer. Ik ben geluk kig als president dezen Rijksdag te kunnen openen onder deze zegenrijke teekens, welke thans over Duitschland zullen waaien. Nog siddert in ons na. wat wij vandaag te Pots damm hebben beleefd. Nimmer kon men meer aangedaan zijn dan juist vandaag, nu wij de woorden hebben gehoord, welke uit de smaad en de nood weer moeten leiden tot grootheid en eer. Het was wel het meest schokkende toen de grijze veldmaarschalk de tombe binnentrad van die koningen die eens Pruisen maakten tot de wereldmacht en door hun voorbeeld de grondslagen legden voor het Duitschland van heden. Wij danken even wel ook uit het binnenste van ons hart onzen volkskanselier dat hij op die plaats woorden heeft gevonden, zooals anders misschien geen enkele Duitscher vermag te vinden. Woorden die ons duidelijk maakten in welk een gewei digen tijd wij leven en welke geweldige taa wij voor ons hebben. Ik dank u, dat u van daag tot ons het woord hebt gesproken. Duitschland zal zijn eer herkrijgen. De rijks dag zal er in zijn meerderheid naar streven de waardigheid van uw moeilijk ambt mede te dragen Vrijheid en eer moeten van dit uur af het fundament zijn van het komende Duitschland. Hiermede zijn wij aan het einde van de eerste zitting. Ik stel thans voor de volgende zitting te houden op Donderdag 23 Maart des middags om twee uur met de volgende agenda 1. Wijziging van het reglement van orde 2. Kennismaking van een verklaring der rijksregeering en 3. Machtigingswet. Met algemeene stemmen werd tot deze agenda besloten. Tegen kwart voor zes werd de zitting door president Goering gesloten De nationaal-socialisten verhieven zich van hun zetels en juichten den president stormachtig toe. Rijkskanselier Hitier begaf zich naar den zetel van generaal Litzmann, dien hij hartelijk begroette. De zaal liep langzaam leeg. Nieuwe rijksverordeningen. Wij vernemen, dat de rijksregeering heeft besloten twee noodverordeningen uit te vaardigen, welke den rijkspresident ter tee- kening zullen worden voorgelegd. Het be treft hier amnestie en bepalingen tot „af weer tegen geniepige aanvallen op de natio nale regeering". Amnestie ver ordening: De rijks regeering is bij deze verordening uitgegaan van het gezichtspunt, dat de strijd voor het nationale herstel thans zichtbaar ten einde is. Voor vergrijpen in het verleden, begaan uit den betesn wil voor het welzijn van het rijk kan worden afgezien van de vergelding in het vaste vertrouwen, dat de geest van aisci- jline, waaraan de rijkskanselier heeft gere- 'ereerd, de hechtste basis vormt voor de ach ting voor de wet. Ivrijheid van straf krijgen zij die veroor deeld zijn wegens vergrijpen in den strijd voor de nationale verheffing van het Duit sche volk, bij de voorbereiding daarvan, ter wijl het decreet zich ook zal uitstrekken tot straffen en maatregelen voorzoover die nog niet zijn voltrokken. Aanvallen tegen regeering: De verordening tot afweer van geniepige aanvallen tegen de nationale regeering be paalt: par. I: Wie een uniform in zijn bezit heeft van een nationale organisatie zonder lid van zulk een organisatie te zijn wordt gestraft met twee jaren gevangenis. par. II: Wie misbruik maakt van den uni form of insignes van een vaderlandsche or ganisatie wordt veroordeeld tot minstens zts maanden gevangenisstraf Indien de daad is gepleegd om oproer te verwekken of het Duitsche rijk in moeilijkheden te brengen met het buitenland, dan zal minstens drie jaren gevangenisstraf worden gegeven. In bizon- der ernstige gevallen zal ook de doodstraf kunnen worden uitgesproken. Een Duitscher kan ook dan worden vervolgd indien hij zijn daad in het buitenland heeft gepleegd. par. III: Het verspreiden of opstellen van onjuiste berichten met het doel het rijk, een land of het aanzien der rijks- of een landsre- geering of de achter deze staande partijen of organisaties te benadeelen, wordt, tenzij anders bepaald, veroordeeld tot gevangenis straf van ten hoogste twee jaren of ten min ste drie maanden Eventueel kan ook tucht huisstraf worden uitgesproken. Fakkeloptocht in Berlijn. Groote belangstelling bestond voor den fakkeloptocht welke gisteravond te Beriiiu werd gehouden. In den stoet, welke zich om half acht ia beweging zetten werden de vaandels meege dragen der verschillende vaderlandsche orga nisaties: SA. SS. Stahlhelm, strijdhond van jonge Duitsch-Nstionalen, Kyffhaueserbond en studentenbonden. De menigte zong de liederen, welke door de muziekkapellen ten gehoore werden ge bracht mee Tegen half negen bereikte de kop van den stoet het plein bij de staatsopera. Hier door braken de toeschouwers de afzettingen, zoo dat eenige verwarring ontstond Met moeite slaagde men er eindelijk in weer ruim baan voor den fakkeloptocht te maken, welke steeds meer belangstelling scheen te trekken. Het gedrang werd op sommige plaatsen bijna levensgevaarlijk, vooral op de Potsdammer-platz. Toen de op tocht hier aankwam, bestormde de menigte plotseling het Kolumbus-haus om op de vensterbanken van de eerste vet dieping te gaan zitten. De politie had de grootste moeite om de orde te herstellen totdat, aan gezien ook op andere plaatsen de afzetting doorbroken was publiek tezamen met SA- kettingen vormden waardoor weer eenige ruimte ontstond. Urenlang duurde daarna nog de optocht en tot in den nacht weerklonk de marschmuziek en het gedreun der stappen der verschillende formaties door Berlijn. De indruk in Frankrijk. Alle Parijsche avondbladen geven veel ruimte aan de gebeurtenissen van heden te Potsdam. De meeste bladen publiceeren de verslagen van hun bizondere corresponden ten, waarnaast zij in c-en afzonderlijk redac- tionneel artikel commentaar leveien, waarbij zij tegelijkertijd den geheelen toestand van Duitschland bespreken. In de „Matin" vraagt Philippe Barrès of de geest van Potsdam die in Duitschland nog zeer levend is de geest der restauratie betee- kent. Tot dusverre wijzen de teekenen daar nog niet op. Het moreele prestige van Hitier in Duitschland geeft reden te twijfelen of hij daaraan denkt. De aanwezigheid van talrijke delegaties Centrumjeugd in wrtte hemden heeft ook te denken gegeven. Men zou daarin een bewijs kunnen zien. dat achter de cere moniën een gedachte wakker is, waaraan het misschien zal lukken het materiaal te verza melen voor een hecht politiek gebouw voor morgen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1933 | | pagina 1