s i m nn Van Rommelzaken Hobbeltie i iletuêciek ifchaakcu&tiek 3 kw* li i m mm m m SCLWH iDamcuèciek I 9 'M m m m ii I i WHi 18.ii J ii i IBI IHf npf më I w,JU! lil in. w> De honderdste luchtreis naar Indië. 'pf Onze Derde Aprll-opgave. Een Paasch-Lettergreep-pnrrte. Wij hopen dat de lezers allen een Prettig Paaschteest hebben g'.iad En zij hebben zeker deze wensch als oplos sing der laatste puzzle gevonden. De 18 bedoelde woorden waren: 1 Pelikaan 2. Rapier 3 eiber 4. telefoon 5 triangel 6. illusie 7. geladen 8. laddestoel 9. adelaar 10. Ameland 11. Stormvogels 12. Caligari 13. Harlingen 1*. familie ,15. Eindhdoven 16 éénoog li. stavast 18. tafellaken En men behoeft nu sléchts e voorste letters van boven naar beneden te lezen. Onze Nieuwe Opgave. (No. 4 der April- serle). De juiste cijfers. Tracht de volgende deelsom geheel Volledig te maken. XXXX 7X7 7 XXX XXXX 7XX7 X 1 XX XXXX X 6 X 7 X XXXXX XXXXX XXXXX 0 Behalve de 1 en de 8, die in de som meerdere malen voorkomen, zijn alle cijfers 7 gegeven, terwijl deeler en quo tiënt uit 8 verschillende cijfers bestaan. Oplossingen (2 punten) liefst zoo vroeg tijdig mogelijk, doch uiterlijk tot Vrij dag 28 April 12 uur aan den Puzzle Redacteur van de Alkmaarsche Courant. nemingen, die vroeger absoluut afwijzend tegenover een gedwongen productiebeper- ping stonden, hiervoor than9 meer zouden voelen en zich bezig zouden houden met de bestudeering van een niéuw plan, waarvoor men de medewerking der Indische regeering hoopt te verkrijgen. Hieronder volgt een overzicht van het koersverloop: 4 Nederland 1933 99 15/1698^5 6 Ned. Indië 98 3/8—93: Bk idem 9792 3/4 4k Ned. Indië (F.) 92 3/8-89 1/16; 4 Amsterdam 1931 n9J4—87 3/4; 4VA Rotterdam 91—88K; 4 Kon. Petroleum 8814—84 1/8; Nederl. Ford 10914 cum. div. 121 ex div.; Philips Gem. Bez. 108121 3/4; Unilever 86H—82—86 3/4—86; Ned. Kabelfabriek 226233; U. S. Steel 29 3/8-33 11/16; Redjang Lebong 106 3/4—112; Kon. Petroleum 141U—152—151 3/4; 'Amsterdam Rubber 54 3/4—6914 'Hessa Rubber 23 H—2914; Oost Java Rubber 7314—84; Ned. Scheepvaart Unie 48—5114—50; Handelsver. „Amsterdam" 178—180; Deli Batavia 116—1281,4,; Dell Mij. 103-119; Senembah 116K—127; Oplossing eindspel 64?. 1. Tg6 Kg6 2. Tf6 Kh5 3. Th6 Kg4 4. De6f Kf4 5. Df6 Ke4 6. Df3 mat. Na 1. Tgö Kh8 2. Df7 Dg2 3. Kg2 Td2f 4. Kgl Tg2f 5. Kg2 en 6. Th6 mat. Oplossing eindspel 644. 1. Tb7 Ke8 2. Ke6 Kd8 3. Lf4 en mat >p de volgende ze». Oplossing tweezet 440. 1. Dgl dreigt 2. Dg4 mat. 1. Te4J 2. Pd4 mat. Probleem 441. (A. Ellerman Buenos Aires) Mi i i vivm. -iïw m+%. abcdefgh Tweezet. Eindspel 645 Zw. F. C. Bundock. Tijdschrift N. S B. m <:m '/JU?//, i' abcdefgh Zwart geeft mat in 6 zetten. Eindspel 646. (J Karpei—J. Ligthart). (Tijdschrift N. S B.) a b t d e Zwart aan zet en wint. Op 18 Maart j.1. werd de volgende partij gespeeld in de wedstrijd N. H. N.— A. S. B II. Wit: J. G van Burken (N.H N.)> Zw. Tegelaar (A.S B. II). Konings Indisch 1. d4 Pf6 2. Pf3 gfl. 3. c4 Lg7. 4 Pc3 0-0 5 e4 d6 (Dat wit tot e4 kan komen is bewijs dat zwart zijn opening niet goed behandelt.) 8. Le2 Pbd7 7. 0—0 c5. (Zw wit zijn Lg7 diagonaal niet vei stoppen door eó) 8. Dc2! cd4 9 Pd4. (Zwart voekt een plaats voor zijn Pf6 omdat Pd4 On gedekt staat. Daarop is de 8e zet van wit berekend). Pcc5. (Oik nu nog blijkt Dc2 goed voorbereid). 10 Le3 Pg4? Zwart wil met geweld tot de opening van dé diago naal voor Lg7 komen maar daarvoor is deza zet ontoereikend) 11. Lg4t Lg4 12 f3 (5Vit staat ru uitstekend). Ld? 13. Tadl Dc8? fflelpt wit in zijn aanval). 14. Pd5 (dreigt Pe7f). Te8 15. b3 Pe6 16. Df2 (om Dh4 te spelen en zwarts spel demoralisearen). Pd8 (Zwart had moeten afruilen op d4 om tot vereenvoudiging te komen) 17. Dh4 f6. (Er is niet veel beters. Maar wat een ongelukkige stand nu Lg7 in) 18. f4 (Om e5 te ver hinderen b v. 18e5 19. fe5 fe5 20. Pf6f Lf6 (gedwongen) 21. Df6 ed4 22. Ld4 en mat is niet te dekken. Of 18. e5 19. fe5 deó 20. Pf6 Lf6 21. Df6. enz 18b6 (Zwart weet geen rard). 19 Td3 Pe6 20. f5 Pc5 21. Td2? (Hier had wit moeten doorzetten met 21. fg6 Pd3 22. Dh7 Kf8 23. Lh6 en wint). 21. g5 22. Lg5?? (Hier gooit wit zijn winst weg), fgó 23 Dg5 Pe4 24 Pe7 Te7 25 De7 Pd2. 26 f6. Df8 en zwart wint. Wit had moeten spelen 22. Dg4 om daarna met b4 't Paard te vei jagen en dan met h4 de beursche zwarte stelling in elkaar te beuken. Aan de Dammersl In de vorige rubriek gaven wij ter op lossing probleem 1273 (auteur H. J. Toepoel). tand. Zw. 12 sch. op: 3, 9, 12, 13, 15, 18, 19, 2i.. 23, 28, 33, 38. W. 12 sch. op: 20, 21, 25, 27, 30, 31, 34, 35, 39. 41, 44, 48. Oplossing. 1. 21—10 1. 15:24 2. 48—42 2. 38 36 3. 34-29 3. 23 43 4. 27—21 4. 36:27 5 21 i 14 5. 0 20 6. 30:48! Combinaties. De volgende stand is van den heer P. Kleute uit den Haag. ''am '"WM '4Ëtt M' 'vm?// Ik# Zw. 7 sch op: 8, 9, 17, 20, 22, 27, 28 en dam op 46. W 9 sch. op: 31, 33, 37, 38, 39, 40, 41, 45, 47. Wit speelt: 1. 39—34 1. 28 30 2. 38—32 2. 27 36 of 38 3. 47—42 3. 30 38 of 38 36 4. 40—34 4. 40 40 5. 45:32! Ook de volgende stand is wel aardig: 10 iH WpA ..■I. m Ww m m «m m m. Zw. 8 sch. op: 7, 8, 9, 15, 18, 19, 24, 29 er, dam op 11. W. 8 sch op: 25, 27,28, 32, 33, 40, 42, 48 Wit speelt: 1. 40-34 1. 29:47 2. 27—22 2. 18 38 3. 48—42 3. 11:30 4. 42 33 4. 47 29 5. 25: 11 Ter oplossing voor deze week: Probleem 1274 van G. Maüitei. W'Z>. 'WA m wWKkmÊÊBM Zw. 7 sch. op: 2, 4, 7, 8, 9. 10, 38. W. 8 sch. op: 18, 19. 21, 23, 26. 32, 40. 43. In onze volgende rubriek geven wij de oplossing. Welkom in het Oosten. Met den Kwartel in den storm. (Per Luchtmail.) Tusschen Jodhpur en Allahabad. Donderdag 23 Febr. '33, 8.40 uur v.m. Weer zeilen we onbewogen, als een statig luchtschip, door de serene Tucht. Op een paar honderd meter onder ons drijft het Britsch- Indische land voorbij, op dit moment de pro vincie Merwara, met zijn talrijke dorpen, zijn groene velden, zijn uitgestrekte vlakte, zijn vele, vele diepe waterputten, waar we de dorpsmenschen water zien putten met hun grijze spahnen slanke zebu's. Duizenden meters hoog boven ons hangt een lichte zilve ren wolkenlaag, die de zonnestralen tempert, zoodat er een hoogst aangename tempera tuur van plm. 70 graden F. in de cabine heerscht. Onze Engelsche mede-reiziger pakt een slaapje, de Hollandsche reiziger is bezig met een studie over de aviatiek, die zijn be roep is, de marconist zit te seinen, de twee de piloot is, als administrateur aan boord, bezig zijn boeken bij te werken, de gezag voerder zit aan het stuur en onze mecanicien, op zijn Hollandsch gezegd „boord-werktuig- kundige", slaapt den slaap des rechtvaardi gen, nadat hij vannacht tot 2 uur bezig is geweest de machine weer geheel reisklaar te maken, na het ongunstige weer dat we gis teren gehad hebben. Van 2 tot 5 op een vreemd, zij het uitstekend bed, geeft volko men recht op een extra-slaapje op den dag. Zooals u ziet heerscht er een vredig en Be zig stukje van het alledaagsch leven van onze menschenwereld hier aan boord van dit stukje Hollandsche grondgebied, ergens hoog in de lucht boven Azië,. Een onrustige dag. Gisteren was het niét zoo'n rustige mor gen als nu. We moesten van Jask aan de Perzische Golf naar Karachi, de eerste luchthaven in Br.-Indië. We hadden het, tegelijk met een Engelsche machine van de Imperial Airways, met een paar Amerikaansche passagiers be stemd voor Ispahan in Perzië en met een Fransche machine van de Air Oriënt voor Saigon den vorigen dag reeds geprobeerd, maar na 1 k uur vliegen door wolken en gie tenden regen, met in de verte geweldige on weersbuien, had de piloot den steven ge wend en waren we teruggekeerd naar Jask, waar we 3 uur na ons vertrek weer waren teruggekeerd en den nacht overbleven. We vonden daar ook de „Rijstvogel'', de machine die met piloot Blaak aan het stuur, op weg was van Indië naar Holland, om ae laatste berichten uit Indië te brengen. Zij waren door de buien gekomen, door ver over zee te gaan vliegen, maar op het oogenblik, dat wij ervoor stonden, was ook die weg voor ons afgesloten. De voorzichtigheid gebood toen de verstandigste te zijn en terug te keeren. Maar gisteren zouden we het dan weer probeeren. Het leek, toen we op het vliegveld te Jask standen, niet overdreven slecht. Er stond niet half zooveel wind als destijds in Athene en wel dreven wolken aan den don keren nachthemel, maar hier en daar waren toch nog spaarzame sterren te zien. Wel had het des nachts, naar we konden hooren, flink gewaaid en, voor Jask zeer zeldzame gele genheid, zwaar geregend, maar die vuilig heid was ten min9te uit de lucht. De hoogst spaarzame weerberichten, die men in dit deel van de wereld ontvangt, waren wel on gunstig, maar niet zoo, dat men den tocht niet probeeren kon. Alleen behoefden we ons, na om 5 uur te zijn opgestaan, niet te haasten, want met het oog op het weer zou den we niet in het donker vertrekken, doch den dag afwachten. „Veiligheid voor alles" is het motto van de K.L.M.? ook wanneer men dien dag een lang traject van bijna 1800 K.M. als van Jask naar Karachi en Jodhpur voor den boeg heeft. Ook als men, zooa s wij, reeds een halven dag achter is geraakt, doordat we het opstijgen in Bagdad ruim 3 uur moesten uitstellen om een der motoren in orde te maken, die niet function- neerde zooals dat nu eenmaal voor het lucht verkeer behoort. We wachten dus kalm af en toen het vol doende licht was geworden, gingen we om hoog, het met groote waterolassen bedekte ve'd onder ons latend. Het begin was na tuurlijk niet s'echt. Wel was het een beetje bewolkt rondom ons en wel kwam de zon nu niet op een bepaald enthousiaste wijze door de wolken, maar het eerste uur ging het zeer behoorlijk. Daarna echter trokken de wolken zich weer rondom ons samen, we verloren elk uitzicht op de aarde onder en de hemel boven ons en na enkele minuten gutste de regen weer op onze machine, dat het water hier en daar door de naden kwam zetten en het behoorlijk nat in de cabine begon te worden. Maar dat was het minste. Tegelijkertijd begon ook weer het rollen en stampen der machine, heftige windvlagen drukten ons om laag of gooiden ons omhoog, zoodat men zich soms behoorlijk vast moest houden aati de armleuningen der stoelen. Eerst vliegen we op een flinke hoogte, we stijgen zelfs tot 2000 M., maar het wolkendek boven ons blijft even dik en de regen blijft in stroomeh op ons neer striemen. Eindelijk wordt het daarboven zóó bar, dat onze bestuurder het blijkbaar beter vindt het lager te zoeken, ofschoon dat, zonder zicht, bij volkomen blind vliegen, op een kust waar hier en daar hooge bergen zich verhef fen, ook niet bepaald aangenaam is. Blijkbaar is het echter noodzakelijk en we zien höe het gas voor de motoren wordt af gezet, een oogenblik verstomt het gedruiseh en op het instrumentenbord zien we de toe- rentellers der machines met sprongen terug- loopen. van 1700 tot 10Ö0 Scherp dalen we door de wolken, die even dik blijven, totdat we eindelijk, op zeer geringen afstand, be langrijk minder dan 100 M. de 2ee weer on der ons ontwaren, bedekt met witte schuim koppen, fel bewogen door den wind en ge zweept door den regen. Dwars d o o r ee n de p r ess i e Wat onze vliegtuig en koers betreft moe ten we op de hoogte zijn van Chahbar aan de kust, ten minste als het onze piloot gelukt is alleen op zijn instrumenten, zonder eenig zicht, koers te houden. Hij schijnt er niet aan te twijfelen en In derdaad als het een half uur later wat hand zamer wordt, herkennen we duidelijk op de kaart de landtong Ras Fastah, bij Gwatar, onder ons. We volgen de kust en we begin nen al te herademen als rta een kwartier het zelfde spelletje zich herhaalt. We zien nog even het cadaver van een potvisch of derge lijk gedrocht op het strand aangespoeld en dan sluit de wereld zich weer onder en om ons, ons overlatend aan de rust en bekwaam heid van onzen piloot, een broos hulk van menschenhartden in het geweld der elemen ten. Want we vliegen thans in het centrum eener depressie, die boven Gwadar hangt en ons geluk is, dat de onweersbuien van gisteren er thans niet zijn. Nu kunnen we koers Veranderen en een eind zee in wijken, want over land is er onder deze omstandig heden geen doorkomen aan. We worden op nieuw heen en weer gegooid en op en neef gebonst, op een wijze, dat alleen de bekwa me hand van een K.L.M.-piloot ons behouden uit dit oordeelsgeweld kah geleiden. Ontzettend zijn de regenbuien die onop houdelijk over ons worden uitgestort en de leek begrijpt te nauwernood hce men deze Wasp-motoren zóó kan construeeren, dat zij al is het dan niet zonder in toeren terug te loopen zelfs dit weer kunnen door staan en voortgaan hun benzine aan te zui gen en de noodige lucht, die nu toch van wa ter verzadigd moet zijn. Dan wordt het een oogenblik toch wel ern stig, want uit de cockpit komt de order om onze gordels aan te gespen, waarmee we op onze zetels worden bevestigd, zoodat nog nijdiger vlagen en stooten ons niet tegen het plafond der cabine doen slaan. Zoo vliegen we verder Of er gevaar is, weten we als leeken niet. Of liever, gevaar is er natuurlijk altijd en an ders is aan de wel rustige, maar toch ernsti ge gezichten rondom ons, wel te zien, dat dit wel bepaald „slecht weer'' is. Aan den ande ren kant inspireert de rust van onze beman ning ook bij ons dat gevoel van vertrouwen, dat noodig is om elk idee van angst dat mocht opkomen, te verjagen. Bijna twee uur vliegen we zoo sedert we land gezien hebben door die helsche buien en als leek vragen we ons af hoe de piloot ook maar bij benadering weten kan. waar we in de wereld ergens uithangen. Zitten we nog boven de Perzische Golf, 50 of 100 of 200 K.M. van de kust, of zitten we ergens boven land? We hebben wel een enkele koerswijziging meenen op te merken, maar ;n welken zin die was en met welk doel, dat blijft ons verborgen. Weer dalen we een keer döor een paar dui zend meter regen en storm naar beneden, zooeven waren we op 2600 M. hoogte en, naar ons gevoel, enkele minuten later tellen we nog een dikke honderd meter. Scherp tu ren we allen uit, ook wij passagiers, begrij pend, dat in dit neerdalen altijd een groote bron van verrassing kan schuilen, en aange name verrassingen zijn in dit weer en in de ze omgeving zoo goed als uitgesloten. Maar onze piloot weet wel; wat hij doet. Scherp turen we uit en dan opeens wijzen zoo te zeggen alle vingers automatisch naar bakboord, waar door den nevel op we wagen niet te schatten op welken afstand maar toch hoogstens op een paar hondcd meter de vage omtrek van een berg opdoemt uit den regen. Hef Is ren grl'lig grbergtf honderden meter hoog, dat nu elk/ duidelijker wordt en waarvan nu t ^°nde dere vormen scherp afsteken tegen h bl onder zichtbare water Bij onze tm! d=ar. van 180 K.M per uur 1 af en £f>Ki per seconde niet minder dan 50 M ai paar honderd meters afstand zijn H Zo°'l spoedig afgelegd. Maar reeds ligg» s /fij onze nieuwe koers en verder gaa' h ,We zee in de richting Karachi 0v,,• OVff. Nu is het leed gauw geleden wel zee onder ons nog bewogen, wel ook w 'S we nog heen en weer getost en zijn de r buien niet opgehouden, maar allengs wi1 snel toenemend wordt de nevel rondo n dunner en na een 20 minuten verkennA on5 rustig onder ons Ras Malan de stekende punt die we zullen'zien voor vil' rachi. We zijn de depressie gepasseerd en we den weer op de luchten alsof er nooit wolkje aan gezeten heeft1 Precies zes uur nadat we te Jask zim o gestegen, dalen we op het keurige vliM van Karachi, waar onze eerste blik wnH, getroffen door de meermast voor het „ÜL1 lukkige Britsche luchtschip, de R ïOl 5?' ncoit deze bestemming bereiktev?e In nen het begrijpen na onze vlucht u/l!11' Karachi! jasK Maar we staan al op den grond en na 1200 liter benzine ingenomen te hebben »r we binnen 25 minuten weer In de luchtT weg naar Jodhpur. "P Welkom In hetOosteo We hebben dit geregelde reisverhaal J* oogenblik onderbroken, om den lezer dt genstelling te doen kennen tusschen dit heft lijke drijven in de lucht wat we nu dom dat we het grootste deel van de reis hebben gedaan en hoe het soms wel zijn kan £iin kan, zelfs nu we in het beste jaargetijde <L reis maken en cp deze kust een Weertje trel. fen, dat onze bemanning zelfs in de 11 ketr die ze de reis heen en .terug maakten, teo minste op deze plaats, nog niet gezien hei, ben. Zij hebben het slechte weer en naat het getuigenis van den piloot, slechter dan dit wat wij meemaakten, al vond ook hij het zoo rijkelijk voldoende doorgaans getrof. fen tijdens de moesson op de reis van Calcnt- ta boven Birma en het schiereiland Malakka, terwijl ook onze Sumatraantjes in hun herin nering een diepen indruk van respect hebben achtergelaten. Maar we waren in Bagdad. Daar merkten we reeds op onze rit van het vliegveld naar de stad, dat we toch feitelijk Griekenland onrecht hadden aangedaan door het tot het Oosten te rekenen. Neen, hier in Bagdad be gon het Oosten in deze beteekenis, d.w.z. het Oosten van het vuile en onverschillige, van het on-affe en havelooze Waarmee natuur lijk niets tekort gedaan wil worden aan dat andere Oosten, dat een cultuur, gegrond op een diepzinnige levenswijsheid en een filoso fisch stelsel schiep vele duizenden jaren voordat het Westen ook maar een eerste tee- ken van ontwikkeling vertoonde, dat Oosten, dat evenzeer voor de toekomst van het Wes ten noodig is als omgekeerd, dat Oosten, welks ziel met den bevruchtenden geest van het Westen uiteindelijk het harmonische Uni- sersum eener betere Menschheid zal moeten vormen. Maar hier in Bagdad troffen we vooreerst dat andere deel van het Oosten, in den slecht onderhouden weg, die eenmaal behoorlijk ge asfalteerd was, in de gammele auto, die ons nu stadswaarts reed, in de wrakke rijtuigjes met twee afgejakkerde paardies bespannen en met touwtjes en draadjes bijeengehouden, in de jammerlijke krotten langs den weg, de smerige winkeltjes, de tallooze bedelaars, zelfs in de afwerking van het overigens voor Bagdad vorstelijk ingerichte hotel, waar het personeel zich uitsloofde om door vriende lijkheid en bediening te Vergoeden wat het overigens mocht te kort schieten. Metsel-, timmer- en verfwerk, het is alles even slordig en slecht afgewerkt en de ambachtsman die in West-Eufopa zoö zou werken, zou zelfs in tijden van hoogconjunctuur geen werk kunnen vinden. Overigens waren de kamers niet slecht ingericht, met een eigen, zinde lijke badkamer, met in dezen koelen tijd elec- trische straalkachels, terwijl b.v. als kleitl ln- convenient het warme water uit de koude kraan kwam en het koude uit de voor het warme water bestemde kraan. Hetgeen toch van geen beteekenis geacht kan worden. Ook met de maaltijden sloofde men zich uit, al smaakte nu niet alles zoo als in een Hol landsch hotel of thuis. Maar wie op reis op zulke kleinigheden ziet is een kniesoor. Bovendien zouden we het in Bushire, wtór we tegen het program in terecht kwamen, nog heel wat minder hebben. We maakten een groote rit door Bagaa en omgeving, men toonde ons het konirtKnj paleis van koning Faisal, dat al geen De 203. De kapitein, die nu bij de hut was klopte en klopte, maar kreeg geen gehoor. Toen hij de deur maar eens had openga- daan, zagen zij het bed leeg. Toch lagen Jan zijn kleeren daar. „Hij is dus nog niet gekleed", zei de kapitein. „We zullen nog maar even geduld hebben, want hij zal toch zeker gauw komen. Ze gingen weer in de wie 204. m ten daar nog een kwartiertje, flS aafl zagen, Jan niet. Ze vroegen gel{eo een paar matrozen of ze Jan 0 ,gj er hadden. Maar nee hoor, °'eni^nte te vtet* iets van. Men begon nu het erg» zen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1933 | | pagina 6