DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. REGEERINGSVERKLARING. Het Hongarije van na den oorlog. No. 127 Woensdag 31 Mei 1933 135e Jaargang (Daoetiiksch Overzicht Waarom en hoe Hongarije naar herziening van hei Verdrag van Trianon streeft. Gevolgen der crisis. Wat vandaag dB aandacht trekt.. Uit het JjacCetnmt Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, nitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse oummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contmcten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. Directeur: C. KRAK. Dit nummer bestaat uit drie bladen. De minister-president heeft heden de vol gende regeeringsverklaring afgelegd: Het den 26sten dezer maand opgetreden kabinet heeft er prijs op gesteld zoo spoedig mogelijk voor de Kamer te verschijnen tot het doen van enkele mededeelingen met be trekking tot het te volgen regeeringsbeleid. Het is de Kamer en U, mijnheer de voor zitter, erkentelijk voor de geboden gelegen heid om dit reeds enkele dagen na zijn op treden te kunnen doen. De toestand hier te lande en in Ned.-Indië biedt in menig opzicht een beeld van volko men ontwrichting en vraagt dus om snel en krachtig ingrijpen. In beide gebiedsdeelen van het koninkrijk doet de economische in zinking thans haar invloed in zoo bedenke lijke mate gevoelen op de algemeene volks welvaart en op de daarmee verband houden de publieke geldmiddelen, dat wachten met verdere maatregelen tot een ineenstorting zou voeren. De regeering is dan ook diep doordrongen van den plicht alles, te doen wat mogelijk is om verdere inzinking te voorkomen. Het is om die reden, dat zij zich verheugt over den door den president der Vereenigde Staten gepubliceerden oproep tot saamwerking der regeeringen op de komende economische con ferentie te Londen, waarmee Hare Majesteit de Koningin in ondubbelzinnige bewoordin gen instemming heeft betuigd. De regeering is dan ook voornemens door hare delegatie naar die conferentie in deze richting krach tig mede te werken. Intusschen mag de actie die men zelf ter hand nemen kan, daardoor niet achterwege blijven. Eerste eisch is daarbij, dat het op nieuw verstoorde financieel evenwicht worde hersteld. Dit is reeds noodzakelijk, omdat iedere nalatigheid op dit punt het in treden van een beteren toestand econo misch en sociaal in zeer sterke mate zou vertragen. Voor het financieel evenwicht is allereerst een belangrijke inperking der publieke uit gaven onafwijsbaar. Deze is niet te ont gaan, ook al zou het uiterste beproefd zijn om door belastingheffing het evenwicht te herstellen. Bestendiging van de geldende tijdelijke heffingen of vervanging door een equivalent daarvan, zoomede invoering van nieuwe hef fingen waarbij in de eerste plaats ge dacht wordt aan het reeds ingediende ont werp op de omzetbelasting zullen echter, naast sterke bezuiniging, althans voorshands onvermijdelijk blijken. Om herstel van de welvaart voor te berei den, zal ordening van het bedrijfsleven ter aanpassing aan de gewijzigde economische wereldstructuur van overheidswege moeten worden bevorderd. Zonder hierover reeds in bijzonderheden te treden, wenscht de regeering vast te stel len, dat hierbij geen enkele maatregel reeds vooraf mag worden buitengesloten, dus ook niet een eventueele wijziging in onze han delspolitieke methoden. 'Voorts heeft het vraagstuk der werkloos heid de volle aandacht der regeering. Zij is er zich van bewust, dat een grondige verbe tering in den tegenwoordigen toestand slechts denkbaar is door een krachtig herstel van het bedrijfsleven, dat ook om die reden onophoudelijk om belangstelling en inspan ning van den kant der overheid, vraagt. Daarnaast moet evenwel niet minder aan dacht worden geschonken aan verruiming van werkgelegenheid en aan de werkver schaffing. De Regeering beschouwt het als haar plicht om, met inachtneming van de finan- cieele mogelijkheden, de cultureele en sociale volksbelangen te blijven behartigen. Zoowel om tegemoet te komen aan de door de crisis omstandigheden zoozeer verzwaarde eischen met betrekking tot de volkswelvaart als ter wille van de door diezelfde omstandigheden in het leven geroepen werkloosheidszorg, heeft de Regeering het noodig geoordeeld, wijziging te brengen in de verdeeling van den departementeelen arbeid. De Minister van Economische Zaken dient in de toekomst zijn onverdeelde aandacht te kunnen schenken aan de belangen van Landbouw, Handel en Nijverheid en dus ont heven te worden van zijne bemoeiingen met Arbeid en Arbeidersverzekering. Daarnevens is het der Regeering wensche- lijk voorgekomen deze bemoeiingen te ver eenigen met die betreffende de Werkloos heidsverzekering, Arbeidsbemiddeling, Werkverschaffing, Steunverzekering en Volksgezondheid, welke alle te zaam onder gebracht behooren te worden in een Ministe rie van Sociale Zaken. De Regeering verwacht van deze concen tratie van verwante belangen eene zoodanige besparing op de uitgaven, dat zij de beperkte kosten, die de vorming van een nieuw minis terie meebrengt, verre zal overtreffen. Voorts zal de Minister van Financiën zich zoozeer hebben te concentreeren op het her stel van het financieel evenwicht, dat hij ont heven behoort te worden van de vaak veel tijd vorderende zorg voor de regelingen der ambtelijke salarissen en wachtgelden, terwijl de Minister van Waterstaat, die in belang rijke mate betrokken zal worden bij het vraagstuk der werkgelegenheid en die zich meer dan ooit zal hebben bezig te houden met het ook uit financieel oogpunt zoo ge wichtige vervoerwezen, zal moeten worden ontlast van het bestuur van het bedrijf van de Posterijen, de Telegrafie en de Telefonie. De zorg voor de belangen die aan de De partementen van Financiën en Waterstaat zullen worden onttrokken, zal kunnen worden overgedragen aan den minister van binnen- landsche zaken. Met deze regelingen hoopt de Regeering een administratieve indeeling te verkrijgen die bij de behoeften van het oogenblik past en voor vele vraagstukken een snellere oplos sing waarborgt dan tot heden mogelijk was. Dat het gezag zal worden hoog gehouden stelt de Regeering met nadruk op den voor grond. Tegen extremisme, van welke zijde dit zich ook openbaart, zal met beslistheid wor den opgetreden. Het oefenen van terreur tegenover de ordelievende bevolking en het 'verwekken van onrust zullen zonder aarze ling worden tegengegaan. De plaatselijke Overheid kan daarbij op den steun der Re geering rekenen. De Kamer zal verstaan, dat het Kabinet, zoo kort na zijn optreden, zich moet bepalen tot mededeeling van de hoofdlijnen van zijn beleid en nog niet in staat is dit in onderdee- len aan te geven. De Regeering doet een ernstig beroep op de medewerking der Staten-Generaal. De hachelijke toestand van ons volk eischt een dracht van allen om het door de moeilijk heden, die zich voordoen en die nog te wach ten zijn, heen te helpen. De Regeering ziet in de christelijke volks aspiraties, die gelukkig een sterk en besten dig element in ons volksleven vormen, een bron van kracht. De erkenning daarvan zal spreken uit haar beleid. Zij zal echter het toespitsen van politieke en geestelijke tegen stellingen, ter wille van de noodzakelijke een dracht, vermijden. De Staten-Generaal zullen ongetwijfeld met de Regeering beseffen, dat de ongekend moeilijke vraagstukken, waarvoor wij ons ge steld zien, niet tot oplossing kunnen komen, indien men voor het nemen van onaan gename en voor velen harde maatregelen zou terugschrikken. Zonder schroom zal men de tallooze problemen moeten aanvatten. Ook, ja juist in dezen zwaren tijd, acht de Regeering een gestadige samenwerking en voortdurend overleg met de Staten-Generaal van het grootste gewicht. Bouwend op Gods hulp vertrouwt zij, dat het doel, dat Regeering en Volksvertegen woordiging beiden voor oogen staat, zal wor den bereikt. Wie verwacht heeft, dat deze regeerings verklaring verrassende mededeelingen over het in de naaste toekomst te volgen regee ringsbeleid zou brengen, zal zich na de le zing daarvan wel eenigszins teleurgesteld gevoelen. Het stuk is weinig zeggend als zoo menige troonrede en de minister-president heeft dit blijkbaar zelf begrepen toen hij er in mededeelde, dat het kabinet zich slechts bepaalt tot uitstippeling van de hoofdlijnen van zijn beleid en nog niet in staat is dit in onderdeelen aan te geven. Niemand is onkundig van het feit, dat de economische toestand een beeld van volko men ontwrichting biedt en snel handelen ter voorkoming van een ineenstorting geboden is en dat de Londensche conferentie, waar men door samenwerking der regeeringen tot geleidelijk herstel zal kunnen komen, daarom krachtige medewerking verdient. Uit de persberichten der laatste dagen is voldoende gebleken dat de nieuwe regeering, zooals trouwens door ieder verwacht werd, het financieel evenwicht zal trachten te her stellen, eensdeels door inperking der publie ke uitgaven en daarnaast door bestendiging van tijdelijke heffingen en invoering van nieuwe, waarbij het allerminst verwonde ring baart, dat het reeds ingediende ont werp op de omzetbelasting niet van het pro gramma zal verdwijnen. Te verwachten is de regeeringsverkla ring laat zich daarover duidelijk uit een grootere bemoeiing van overheidszijde met het bedrijfleven waarbij wijziging van onze handelspolitiek niet is buitengesloten en waarbij in een krachtiger bedrijfsleven te vens een Oplossing van de uiterst moeilijke vraagstukken van werkverruiming en werk verschaffing verwacht wordt. De wijziging in den departementeelen ar beid waarop de regeeringsverklaring vrij uitvoerig ingaat is slechts een betere ar beidsverdeling over verschillende departe menten, waardoor men niet alleen een snel lere werkmethode maar bovendien een finan- cieele besparing denkt te verkrijgen. Van een kabinet aan welks hoofd een figuur als dr. Colijn staat was natuurlijk te verwachten, dat het tegen elk volksoptreden, dat de orde dreigt te verstoren, zoo krachtig mogelijk zal optreden. Rust en orde zijn voor alles de noodzakelijke factoren waarin opbouwende arbeid succes zal kunnen heb ben. Steunende op het plichtsbesef van het Christelijk volksdeel, dat dit kabinet als het fundament beschouwt waarop het ge bouw van een welvarender gemeenschap zal kunnen verrijzen, doet het 'n krachtig beroep op de gestadige medewerking van de Staten- Generaal om zich ook wanneer harde en voor velen onaangename maatregelen nood zakelijk zijn eendrachtig achter 't kabinet te scharen, een verklaring, die er zeker op wijst, dat uitschakeling van het parlement en een meer autoritair ministerieel optreden niet in de bedoeling van dit crisiskabinet liggen Zooals gezegd, verrassingen brengt deze regeeringsverklaring allerminst. E>e hoofd lijnen van het nieuwe werkprogram loopen niet anders dan men verwacht heeft en de algemeene belangstelling zal op de uitwer king der thans verkondigde beginselen ge richt blijven. De geheele wereld lijdt onder de econo mische gevolgen van den oorlog, die van 1914 tot 1918 bijna alle naties van Europa en ook vele landen in andere werelddeelen heeft medegesleept. Sinds November 1918 rusten de oorlogswapens, sinds Juni 1919 is tusschen de oorlogvoerenden officieel vrede gesloten, doch fel woedt sindsdien de econo mische oorlog, die behalve de vroegere bel- ligerenten ook de neutrale staten uit den we reldoorlog teistert. Vooral de landen, die op den uitvoer van land- en tuinbouwproducten zijn aangewe zen zooals ook Nederland ondervin den den invloed van dezen economischen oorlog, die tot uiting komt in verhoogde in voerrechten, invoerverboden, contingenteerin- gen, deviezenverordeningen, enz. In Honga rije, eveneens voor een groot deel een land, dat zijn welvaart moet putten uit de op brengst van land- en tuinbouw, is de econo mische toestand naar ons bij een studie reis naar dit land is gebleken zeer slecht. De levensstandaard in het land der Magya- ren is belangrijk lager dan in Nederland, hetgeen blijkt zoowel uit de loonen en sala rissen, welke worden betaald, als uit de le vensomstandigheden in het algemeen. De best betaalde arbeiders ontvangen niet meer dan ongeveer 25 per week, de meesten veel minder, trambestuurders en dergelijke beambten ten hoogste honderd pengö (onge veer 40) per maand, terwijl de intellec- tueele beroepen naar verhouding over het al gemeen even slecht gesalarieerd worden. Wij spraken een onderwijzeres, die het brengt tot 90 pengö per maand en collega's-journa listen, die genoegen moeten nemen met 150 tot 200 pengö per maand. Het is juist, dat het leven er voor onze be grippen veel gcedkooper is, doch alles staat dan ook op veel lager peil. Van modernen woningbouw, zooals wij die in onze steden en zelfs op het platteland kennen, is geen sprake. Het normale type woningen voor arbeiders en beambten, bestaat uit slechts één kamer en een keuken en vele duizenden arbeiders in de hoofdstad van Hongarije wonen in wat wij barakken zouden noemen en grootendeels zelfs tijdens den grootsten woningnood voor bewoning ongeschikt zou den verklaren. Het is onder deze omstandigheden, die door de economische crisis, welke de geheele wereld teistert nog zijn verergerd, dat het Hongaarsche volk en de Hongaarsche jeugd vooral wordt doordrongen van de noodzake lijkheid en rechtvaardigheid van een herzie ning van het Vredesverdrag van Trianon, het dictaat, dat naar de opvattingen in Hon garije, het grootste onrecht ter wereld is, dat ooit een volk is aangedaan. Kort samengevat zijn de voornaamste grie ven tegen het Verdrag van Trianon, dat Hon garije volgens de bepalingen van dit verdrag werd verkleind van 325.000 K.M.2 tot 93.000 K.M.2, dat 64 pCt. der bevolking onder an dere heerschappij kwam en dat daardoor de economische eenheid, die Hongarije voor den oorlog vormde, werd vernietigd. Hongarije behield van de 22.081 K.M. spoorwegen na den oorlog 8.364 K.M., van de 15.222 000 kadastraal joch bosch 1.825.000 kadastraal joch bosch, de ijzerertsproductie verminder de met ongeveer 85 pCt. en de beschikbare waterkracht voor het opwekken van electrici- teit met 95 oCt. De nieuwe grenzen van Hongarije zijn geen natuurlijke grenzen meer, belangrijke spoorwegknooppunten vallen juist buiten de grens en de economische band van millioe- nen vroeger inwoners van Hongarije met hen, die thans nog in Hongarije wonen, is verbroken. De grootste haat hebben de Hongaren te gen de Tschechen, die volgens hen hun eigen land verraden hebben. Even groot is wellicht de haat tegen Roemenië, dat zich ten koste van Hongarije verrijkt heeft, minder fel staat men tegenover Oostenrijk en voor vele Hongaren is de oorlogswinst van Joe goslavië tot op zekere hoogte aanvaardbaar omdat zij beseffen dat tegenover dit land bij het uitbreken van den oorlog onrecht is ge schied en in Servië groote verwoestingen zijn aangericht. De haat tegen Tsjechoslowakije spruit vooral voort uit het feit, dat de grens met dit land langs de Donau loopt, waardoor Boe dapest binnen het bereik van de Tsjechische kanonnen ligt. De Hongaren zijn er van overtuigd, dat hun onrecht aangedaan is. Stephan Tisza, de Hongaarsche minister-president, heeft tot het laatste oogenblik te Weenen geprotes teerd tegen de stappen, die tot den oorlog hebben geleid en vraagt men moet daarom Hongarije het grootste verlies uit den oorlog lijden? De grootste grief tegen de samenstellers van het Verdrag van Trianon is, dat niet zooals was beloofd het zelfbestemmings- recht der volken is toegepast. Want de be volking van de van Hongarije afgesneden ge bieden heeft geen gelegenheid gehad zich uit te spreken. Ware dit wel het geval geweest, dan zou de groote meerderheid zich naar Hongaarsche overtuiging voor Hongarije hebben uitgesproken. Hoe ziet men tenslotte in Hongarije het re sultaat van den vrede? „Het resultaat is, dat op een der wat de nationaliteitenkwestie betreft moeilijkste punten van Europa een veel slechtere toe stand dan de oude is geschapen. Oostenrijk werd ontbonden, omdat in Europa geen staat geduld kon worden, die over vele naties een tyrannie uitoefende. En in de plaats van één Oostenrijk maakte men een uit Tsjechen, Mo- raviërs, Slowaken, Polen, Hongaren. Duit- schers en Kleinrussen bestaand Tsjecho- Slowakije; maakte men een uit Roemenen, Hongaren, Duitschers, Serviërs, Bulgaren, Turken, Tataren en Zigeuners bestaand Roe menië; maakte men een uit Serviërs, Honga ren Bosniers, Kroaten, Slowenen, Turken, Montenegrijnen, Wenden, Roemenen, Alba- niërs, Italianen en Zinzaren bestaand Joe goslavië. Dat beteekent: men maakte in plaats van één Oostenrijk drie". In officieele kringen te Boedapest de perschef van het ministerie van buitenland- sche zaken verzekerde het ons met nadruk acht men de economische gevolgen van het Verdrag van Trianon het ergst. Tot dusver is het nog niet gelukt ondanks het feit, dat herhaalde pogingen daartoe zijn aange wend, met de aangrenzende staten (Oosten rijk, Joegoslavië, Roemenië en Tsjechoslo wakije) handelsverdragen te sluiten en hier aan schrijft men in de eerste plaats den slechten economischen toestand in Hongarije toe. In niet-officieele kringen echter en hiertoe wil ook de Revisions-Liga, een organisatie, waarbij ongeveer twee millioen Hongaren De regeeringsverklaring. Het Hongarije van na den oorlog. (Dag. Overzicht. Treinontsporing te Krommenie (Binnenland.) Te Teteringen een motorrijder op een onbewaakten overweg gedood. (Binnenland.) Wapenstilstands verdrag tusschen Japan en China geteekend (Buiten land.) Luchttank op een motorboot uit' elkaar gesprongen bij de Oranje sluizen, een meisje gedood. (Bin nenland.) Het godslasteringswetje voor de eerste maal in toepassing gebracht. (Rechtszaken.) De Noordhollandsche, Groning- sche, Drentsche en Overijselsche boerenbonden hebben in een ge combineerde vergadering besloten tot vorming van een landelijken bond. (Land- en tuinbouw.) Gevangenen tijdens een wedstrijd te Amerika ontvlucht. (Buitenland.) (Zie verder e.v. laatste berichten). zouden zijn aangesloten en die naar de her ziening van het Verdrag van Trianon streeft, worden gerekend, hoewel vele autoriteiten leidende functies in de Liga hebben, zal men geen genoegen nemen met bijvoorbeeld een economische Donaufederatie, waardoor de economische gevolgen van het Verdrag van Trianon worden teniet gedaan. De Revisions Liga organiseert in het land den wil tot de herziening van het verdrag. De schoolkinderen leeren liedjes, waarin zij nu eens bidden voor het herstel van het oude duizendjarig rijk der agyaren, dan weer zwe ren, dat zij het verloren gebied zullen her overen. In elk openbaar vervoermiddel in Honga rije, in openbare gebouwen, in theaters en bioscopen, overal ziet men het Hongaarscb Credo „Ik geloof in een God, „Ik geloof in een Vaderland, „Ik geloof in een eeuwige gerechtigheid [Gods, „Ik geloof aan de wederopstandig van Hongarije, Amen". Ook op den vreemdeling maakt een derge lijk geloof, dat inderdaad bij de meerderheid van het Hongaarsche volk bestaat, diepen in druk. Wanneer op vredelievende wijze ge tracht wordt ondervonden recht hersteld te krijgen, dan zal zeker ieder rechtvaardig mensch, zoodra hij overtuigd is van het on recht, zijn medewerking willen verieenen. Op den buitenlander maakt echter een slechte indruk het feit, dat kinderen uit de inderdaad door het Vredesverdrag zeer ge troffen stad Debrecen in een der grootste theaters van Boedapest ter gelegenheid van een sportfeest in tegenwoordigheid van vele autoriteiten ten tooneele werden gevoerd als Hongaarsche boeren en boerinnen, die zwe ren het verloren gebied te zullen heroveren, waarbij de meisjes jubelen met een land kaart van het herstelde Hongarije en de jongens met stokken een op het tooneel opge steld „Verdrag van Trianon" in elkaar hak ken en tot splinters slaan. Moge Hongarije recht worden gedaan, wanneer onrecht is geschied, maar laat Hon garije, dat verklaart, dat de herziening van het verdrag noodig is voor den vrede in en de welvaart van Europa, trachten dit langs recht vredelievenden weg te bereiken. Den Haag, 30 Mei 1933. De Tweede Kamer heeft heden een korte vergadering gehouden in hoofdzaak om, nu mr. van Schaik wegens zijn benoeming tot minister van justitie het voorzitterschap van de Kamer heeft neergelegd, een nominatie voor een nieuwen voorzitter op te maken. Op den presidentszetel had de ondervoor zitter, de heer Schapers plaats genomen en na opening der vergadering heeft deze met een vriendelijk speech je den afgetreden voor zitter „uitgeluid". Hij mocht kort zijn, omdat de heer Van Schaik geen afscheid van de Ka mer neemt, doch er reeds morgen zal ver schijnen als minister. Vervolgens is op de gebruikelijke wijze het herkozen lid der Kamer, de heer Van de Bilt (r.k.), die tot nog toe niet in de gelegenheid was geweest in een vergadering te verschij nen, geïnstalleerd (de heer Schaper had, vol gens gebruik, zich daartoe met een witte das getooid) en daarop werd tot de stemming voor de nominatie overgegaan. Lang heeft men er niet voor noodig gehad. De drie candidaten zijn allen bij eerste verkiezing aangewezen. Gelijk reeds vrijwel vaststond^ werd eerste candidaat de oud-minister Ruys de Beerenbrouck (r.k.), die ook vroeger de lei ding der Kamer heeft gehad; als tweede

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1933 | | pagina 1