Alkmaarsche Courant. In het paleis van den koning Jladionieuws SeuiMeloH Stad m Oinqewity Koningin Wilhelmina. Honderd fin en dertigste Jaargang. DINSDAG 5 SEPTEMBER. 18986 September 1933. JÏO. 209 1933 Woensdag 6 September. Hilversum, 1875 M. (Uitsluitend VARA) g.__ Gramofoonplaten. 10— VPRO-raor- genwijding. 10.15 Voor Arb. in de Continu- bedrijven: De Notenkarkers o.l.v. D. Wins VARA-tooneel o.l.v. W. van Cappellen; A. bouwmeester, declamatie en gramofoonpl 12— VARA-kleinorkest o.l.v. H. de Groot' 2 Concert door de Flierefluiters o.l.v. Ray Forest. 3.— Voor de kinderen. 5.30 Orgel spel Cor Steyn. 6— Eddy Walis en zijn ensemble. 6.30 Declamatie A. Bouwmeester 6.40 Vervolg Eddyy Walis. 7— Causerie Jan Oudegeest. 7.15 Vervolg Eddy Walis 7.45 Zang door Leo Fuld. 8— Causerie G Grimm. 8.08 Vaz Dias. 8.15 Uit het ge bouw voor K. W. te Den Haag: Ter gele genheid van het lustrum van de fed den Haag: VARA-orkest o.l.v. H. de Groot, m. pi. v. Marie Vos, coloratuursopraan. 9.15 Gaspar Lajos en Zigeunerorkest. 10— Ver volg uitz. uit den Haag: De Flierefluiters o.l.v. Ray Forest m. m. v. E. Busch, zang. 11.12.Concert door Gaspar Lajos en zijn Hongaarsche Zigeunerkapel. Huizen, 296 M. (Uitsluitend NCRV). 8. Schriftlezing en meditatie. 8.15—9.30 Gra mofoonplaten. 10.30 Morgendienst o.l.v Ds. Ij W. Esselink. 11.Gramofoonpl. 12 3<) Cello-recital L. van Maanen, aan den vleugel j. Rosekrans. 1.15 Gramofoonpl. 1.30 Zalt- bommel's Kinderkoor o.l.v. Wernicke, m m v. p. Jakma, piano. 3— Chr. Lectuur. 3.30 Trio v. d. Horst m. m. v. C. van Raven- zwaay— Möllenkamp, zang. 5— Kinderuur. Causerie door C. v. d Heuvel. 6.30 Af gestaan. 7.15 Ned. Chr. Persbureau. 7.30 Gramofoonplaten. 8.Herdenkingsavond in de Nieuwe kerk te Amsterdam ter gelegen heid van het 35-jarig Regeeringsjubileum van H. M. de koningin. 10.— Vaz Dias 10.1011.30 Gramofoonplaten. Daventry, 1554 M. 10.35 Morgenwijding. 10.50 Tijdsein, berichien. 11.05—11.20 Le zing. 12.20 Orgelspel Q. MacLean. 1.05 Western Studio-orkest o.l v. F. Thomas. 1.50 E Parsons' orkest 2.35 Gramofoonpl. 3.20 Piano-recital E. Lush. 3.35 Sted. orkest 'Bournemouth o.l.v. Sir Dan Godfrey m. m. v H. Alwyne, piano. 5.05 Orgelspel R. Dixon. 5.35 Kinderuur. 6.20 Berichten. 6.50 ijohn Johnson's orkest. 7.35 Fred Hartley's (Novelty Kwintet m. m. v. C. CFConnor, zang. 8.20 Variété-programma 9.20 Militaire mar- schen door het Radio-Militair-orkest o.l.v. Leggett en Wood. 10— Berichten. 10.20 Orgelconcert S. Marchent. 10 50 Voor dracht. 10.55-12.20 Het Casani-CIub Dans- orkest o.l.v. Ch. Kunz. Parijs „Radio-Paris", 1724 M. 8 05, 12.35 Gramofoonplaten. 12.50 Orgelconcert. 1.25, 7 30, 8.20 Gramofoonplaten. 9.20 „Oh! Papa!" operette van Yvain. Kalundborg, 1153 M. 12.45—1.35 Con cert uit het Bellevue-Strandhotel. 3.20 Con cert uit Rest „Wivex". 5.20—5.50 Gramo foonplaten. 8.20 Radio-Symphonie-orkest o.l.v. prof. N. Malko, m. m. v. E. Broms, zang en L. Preil, viool. 11.1512 50 Dans muziek door E. Tuxon's orkest m. m. v. Piano-Trio. Langenberg, 473 M. 6.25 Gramofoonpl. 7 23 Concert o.l.v. Pullem. 10.25 en 11.50 Gramofoonpl. 12.20 Westduitsch Kamer orkest o.l.v. Keiper. 1.20 Concert o.l.v. Wolf. 5.20 Pianoduetten door E. Grape en H. Haase. 620 Die Fröhlichen Fünf. 720 Volksliederen, gedichten en kluchten uit de 16de en 17de eeuw. 8.25 Werag-orkest o.l.v. Kühn. 9.05 „Havana in Baden", reportage. 9.35 „Stippvisite". 9.50 Voordracht. 10.50— 12 20 Die Frölichen Fünf. Rome, 441 M. 8.50 Concert door het Ro- mcinsch Kwartet. 9.35 Radiotooneel. 10.05 Vervolg concert m. m. v. zangsolisten. Hier na dansmuziek door orkest „Rumba Casa nova" 11.15 Berichten. Brussel, 338 en 508 M. 338 M.: 12.20 Concert uit Antwerpen. 1.30 Vervolg concert 5 -0 Dansmuziek. 7.05 Gramofoonpl. 8.20 «Armoede", schets van Putman. 9.05 Ope- !"ede «Knokkelbeen", van E. Hullebroeck Leiding; Walpot. 508 M.: 12.20 Omroep- k'einorkest o.l.v. Leemans. 12.50 Piano recital. 1.05 Vervolg orkestconcert. 1.30 Gra •nofoonplaten en zangvoordracht. 5.20 Svm phonieconcert o.l.v. Kumps. 6.50 Omroep- kleinorkest o.l.v. Leemans. 8.20 Omroep orkest o.l.v. Kumps. 9.20 Concert uit Osten- oe. Hierna gramofoonplaten. a M. (Deutschlandsender). 8.20 „Wie uns der Schnabel gewachsen ist", dialect-programma. 9.20 Concert door het Radio-Mil.-orkest v. d. BBC o.l.v. Leggett en 10-~ Gramofoonplaten. 10 35 en n.05 Berichten. 11.20-12.50 Dansmuziek München. 11 uit iEen liefdesgeschiedenis uit het oude Madrid door F. Marion Crawford. Naar het Engelsch door W, H. C, BJ( 18) Op dit oogenblik hoorde zij onwille keurig hem praten. Hij zei tot een be ende om witte schoenen te brengen, w'at haar aandacht trok, omdat zij hem nooit anders dan zwart of geel schoeisel Fad zien dragen. Wat zou zij graag zelf ern die witte schoenen hebben willen rengen en hem zijn orde teeken van net Gulden Vlies om den hals hebben gehangen! En dan het gepolijste gevest met een stuk zeemleer wat opwrijven, zooals zij reeds als kind gezien had dat '■'aldo haar vader's wapens oppoetste, ''et een elleboog op de tafel steunen- e' beschutte zij met een hand haar oogen voor het kaarslicht, en overdacht e tenslotte ailes in de laatote uren Sr|e] op elkaar was gevolgd. Wat zou er gebeurd zijn, indien de onbekende stem °nder de hovelingen niet gelachen had, en haar vader's toorn niet had gaande gemaakt? Dan zou Don fan na de ^ertrekken van Mendoza zijn gegaan en f-odaldo zou hem binnengelaten heb- en, want niemand kon hem iets weige- ren en hij was 's Konings broeder. Hi.1 zou dan een half uurtje met haar in de *l«ine kamer hebben doorgebracht en GEMEENTELIJKE RADIO DISTRIBUTIE. Woensdag 6 September. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Huizen. Lijn 3: Daventry 10.35—24 Lijn 4: Langenberg 10.25-17.40, Zeesen 17.40—19.20, Breslau 19.20—20.20, Zeesen 20 2023.20, München 23.20—24. Wie, als schrijver dezer rege'en, het hcoge voorrecht heeft gehad vijf en dertig jaar ge leden getuige te zijn van de inhuldiging van Koningin Wilhelmina in de Nieuwe Kerk te Amsterdam, zal nimmer het oogenblik van ontroering vergeten, toen de jonge vorstin het kerkgebouw binnenschreed om plaats te nemen op den troon. De klok van het oude paleis op Den Dam had elf slagen geklepeld. Wij, de wachten den in de kerk, hadden ze in spanning ge teld. Muziekgalmen woeien over, drongen tot ons door, en plotseling, alles overstem mend, een daverend geluid, opbruisend en naderdreunend, omhullende de hooge tempel wanden in hun spannende stilte. Dat was de eerste luide toejuiching van het publiek op den Dam. Koningin Wilhelmina had het paleis verlaten en naderde. De stilte, een haast angstig luisteren der menigte in de kerk. schijnt eindeloos te duren. Dan daalt liefelijk koorgezang van de orgelhoogte en herhaalt het'lied van ouden tijd: Mijn schilt ende betrouwen •Sijt ghij, o Godt, mijn Heer! Bij de tonen van dat oude lied, dat een band legt om vorsteshuis en volk, over schrijdt zij den drempel der kerk, zij de ge kroonde Koningin, in het vorstelijk purper en hermelijn, omstuwd door de grooten des Rijks. Te midden van al het goud, dat haar omgeeft, trekt zij alléén de aandacht. Eerbie dig buigt men het hoofd voor de achttien jarige, die is Nederlands Vorstin. Ontroe ring maakt zich van allen meester. De ernst van het oogenblik grijpt hen aande jeugd der gekroonde maakt de harten week en de oogen vochtig. Men gevoelt het groote contrast tusschen die jonge jaren en den ont zaglijken ernst van het oogenblik met, in het onmiddellijk verschiet, de taak, die voor man- nenschouders reeds een zware last zou zijn; het contrast tusschen de teere krachten en de hooge eischen van den koninklijken plicht Er is beklemdheid in de hulde, verteedering in den eerbied, waarmede zij wordt begroet Een Franschman, die naast mij zit mompelt: „Pauvre enfant", „Arm kind"! Eigenlijk drukt hij uit, wat allen denken: „Welk een taak, welk een opoffering in de toekomst, welk een leven van toewijding wordt van dit jonge meisje gevraagd!'' Daarop klinkt een verrassend mooie stem omhoog. Zij dringt door tot de uiterste hoe ken van het groote kerkgebouw. In woorden van ernst en belofte verbindt de jeugdige souvereine zich aan het volk van Nederland. Trouw aan de Grondwet, toewijding aan de belangen van Volk en Land, dat is de aanduiding van haar toekomstige levenslijn Zij en allen, die haar hooren, bidden dat he+ haar gegeven moge zijn, naar die woorden te doen. Dat is vijf en dertig jaar geleden. Die woorden zijn in vervulling gegaan; die be lofte is koninklijk gehouden. En daarom wil Nederland terugdenken aan de voorbijge gane regeeringsjaren en in hoe beschei den mate ook met een enkele feestviering getuigen van zijn blijdschap en zijn dank baarheid. Het Nederlandsche volk heeft ge zien, hoe zijn vorstin van den aanvang af, en duidelijker bij het voortschrijden der jaren, het koningschap maakte tot de vervulling van een hooge roeping; hoe zij persoonlijke wen- schen deed wijken voor de hooge en zware regeeringsplichten. Zij ging, onze Vorstin, den grondwettelijken weg, in rustige zelfbe- heersching zich onderwerpend aan de majes teit van de wet. Hoe ook de binnenlandsche partijverhoudingen zich soms wijzigden, het zou een stijve ontmoeting geweest zijn, door de tegenwoordigheid van Inez, zij het dan ook dat deze wel spoedig zou zijn weggegaan. Daarna zou zij Do- lores met de hertogin Alvarez tegelijk met de overige eerejonkvrouwen naar beneden zijn gegaan en in het gevolg der koningin zijn geweest, terwijl deze met den koning de troonzaal binnen trad. Met Don Jan zou zij in een dag of twee geen woord meer hebben kunnen wisselen. En nu nu scheen het zoo goed als zeker dat zij in de komende week zijn vróuw zou worden. Hij was in de aangrenzende kamer. „Berg mijn degen niet weg hoorde zij Don Jan zeggen. „Laat hem maar hiei op tafel liggen". Natuurlijk; wat zou hij in hofkleedij met een degen doen? Maar als hij na het souper naar naar terugkeerde en haar vader in den corridor ontmoette, dan zou hij ongewapend zijn, terwij haar vader, die d.enst had. evenals alle op wacht zijnde offi'-ieren. de aan zijn rang verbonden degen droeg en de *o ning zijn rapier als onderdeel van zijn statiegewaad. ,,„iHoiiik Zij was verbaasd dat zij zoo duidelijk kon hooren wat er in de aangrenzende kamer werd gezegd 0ng®t" !1 van dit een gevolg van de consh-uct het gewelf, dacht zij W Tuze góed don Jan duidelijk maar als ze goed luisterde, kon zij bijna antwoorden der luiden toon gegeven antwoorden van de bedienden hooien. He. /heen haar toe. dat hij maar heel weinig tijd iSodig had om zich te verkleeden. boven de partijen wisten we de groote, de rustige figuur onze Koningin: Dat gaf ver trouwen en dat deed de liefde, die we haar toedragen, gegrondvest zijn op den hechten bodem van mannelijke waardeering. Vijf en dertig jaren! Geen menschenleven doorgaat zulk een tijdperk zonder de kente ringen van het getij te gevoelen. Ook het leven van een volk kent de wisselingen van het lot. Lang voordat de groote wereldoor log uitbarstte, hadden gebeurtenissen, ver buiten ons werelddeel plaatsgrijpend, smar telijke indrukken gewekt bij ons volk. De oor log in Zuid-Afrika, de Boerenoorlog over schaduwde diep de eerste regeeringsjaren van Koningin Wilhelmina. Maar hoe verras send toonde zich haar groote persoonlijkheid, toen zij, tot verbazing en bewondering van Europa, den ouden Paul Kruger onder haar beschermende hand een smadelijk lot be spaarde. Dat was, binnen de grenzen van wet en recht, een daad van groote beteekenis, die haar den lof deed toekennen, door een Fransch politicus aldus geuit, dat zij was „de eenige man oo een Europeeschen troon" Zij had gedaan naar het hart van het Neder landsche volk en dit juichte haar toe. Hoezeer zij de Vorstin zijner liefde was, kwam jaren en jaren later, aan het licht en hoe duide'rk!toen elders de troonen wankelden en ineenstortten. In eene spontane reactie tegen wat enkele stemmen hadden gezegd, wat een klein deel der bevolking wei- licht had begeerd, had eene betooging plaats, die bewonderenswaardig zal blijven in de ge schiedenis onzer residentie en die van zóó groote aanhankelijkheid des volks getuigde, dat zij een ernstige waarschuwing was, ge richt tot hen, die den band tusschen Oranje en Nederland zouden willen verbreken. Tusschen de Boerenoorlog en deze betoo ging ligt de groote wereldoorlog met zijn niet te peilen tragiek. In die moeilijke jaren, waarin zelfs een land, dat buiten de hel van den oorlog kon blijven, veel had te lijden, heeft Koningin Wilhelmina het voorbeeld gegeven van energie, van niet te verslappen werkzaamheid en van sobere levenseischen. Het groot persoonlijk aandeel, dat zij geno men heeft in de beraadslagingen van hoogst belangrijken aard, die telkens weer tot ernstige 'beslissingen moesten leiden, begrij pen we het best, wanneer we Mr. M. W. F Treub's boek Oorlogstijd. Herinneringen en indrukken „eerbiedig" (zien) opgedragen aan Hare Majesteit de Koningin, aan onze begaafde Landsvorstin, die zich in moeilijke dagen heeft doen kennen als een ware Moe der des Vaderlands'' Wijlen Mr. Treub, die minister van Landbouw, Nijverheid en Han del en minister van Financiën was in zeer moeilijke dagen, verklaart in zijn „woord vooraf", dat hij het groote voorrecht heeft gehad „de waakzaamheid van Hare Majes teit de Koningin van het Nederlandsche volk van nabij te hebben kunnen waarnemen en daardoor hoog te hebben leeren waardeeren. Die waakzaamheid en die zorg had het Nederlandsche volk noodig, toen, na den wereldoorlog, de tijdelijke voorspoed gevolgd werd door een economische inzinking, die eerst schijnbaar overwonnen werd, doch drarna, in de dagen, die wij thans beleven, zich met nog pijnlijker duidelijkheid her haalt. En het is een" zegen, de overtuiging te mogen hebben, dat, wat er ook gebeure, welke beroeringen er door de volkeren gaan, wij in Nederland aan het hoofd van onzen Staat eene Vorstin bezitten, die onze vreugden en onze zorgen deelt en met haar ernstigen, wikkenden en wegenden geest de groote steun is voor elke regeering, welke naar de innigen wensch van de overgroote meerderheid des volks binnenlandsche rust, rechtvaardigheid, sociaal medeleven met alle nooden en aan passing aan de eischen eener moderne maat schappij wil bevorderen. Wij kennen haar geest, niet alleen uit haar woorden, maar ook uit haar daden en, denkende aan het kostbaar bezit, dat Nederland in haar heeft, zien we dezen 6den September, dezen herin neringsdag na vijf en dertig jaren van een hoog en waardig vervulde regeeringstaak, met blijdschap naderen, in weerwil van alle zorgen en alle onrust. De dag van morgen is een groote en blijde dag. Hij herinnert ons ons eigen groot bezit van vrijheid en zelfstandigheid en doet ons vertrouwen, dat de vaste, rustige hand, die nu vijf en dertig jaren lang in Nederland den koninklijken scepter heeft gevoerd, ook in de toekomst ons land ten zegen zal zijn. Hoe boven de par tijen, sterk door haar constitutioneele plich ten, die haar maken tot de hooge bewaard- ster der volksrechten, staat Koningin Wil helmina. Het groote prestige van haar beleid en haar naam zijn in den vreemde factoren, die ons land ten goede komen. Wij, Neder landers, zijn aan haar en haar Huis verbon „Van die kamer heb ik den sleutel; daar liggen mijn papieren", hoorde zij hem zeggen. „Jullie zijn tot midder nacht vrij. En' nu mijn hoed en hand schoenen. Roep een van jullie de heeren van mijn gevolg en zeg hun in den cor ridor op mij te wachten". Zij kon hem bijna zijn handschoenen hooren aantrekken. Een der bedienden ging de kamer uit. „Fadrique", zei Don Jan, „haal mijn rij-jas voor den dag. Misschien heb ik lust om op het terras wat heen en weer te loopen en 't is koud. Zorg dat tegen middernacht mijn gewone avonddrank klaar staat en wacht op me. Laat Gil maar gaan slapen, want hij was van nacht op". Het was een eigenaardig genoegen voor haar hem zoo huishoudelijk orders en aanwijzingen te hooren geven en op te merken hoe zorgzaam hij voor zijn bedienden was. Wel wist zij dat hij al tijd geweigerd had door kamerdienaars en kamerheeren omringd te zijn en dat hij, als het hem mogelijk was, heel een voudig leefde, maar het was toch wat anders voor haar om zoo nauw in cn- tact te komen met zijn leven. Wat een onderscheid tusschen zijn vriendelijke manier van doen en spreken en de des potische en ruwe wijze, waarop haar va der orders gaf! Mendoza vond zich zelf het ware type en model van een soldaat en groote mijnheer; hij beweerde dat zonder de allerstrengste discipline noch in het leger, noch thuis orde of veilig heid kon heerschen. Het verschil tus schen hem en Don Jan was. dat de een den door banden, die niet zijn te verbreken Met vertrouwen zien we tot haar op en ter wijl we haar danken voor al de jaren van enge plichtsbetrachting, die zij aan Neder land heeft gegeven, wenschen we haar toe dc hooge voldoening, die zulk een toewijding loont, nog lang te mogen smaken. En ons geschenk aan haar, ons nationaal geschenk, zij de eensgezindheid om het waarachtig be lang des lands te dienen, evenals onze Ko ningin staande boven partij-overwegingen Ons geschenk zij een eensgezind volk, zich scharend om haar troon, in den dienst van het eene, groote, dierbare Vaderland. A. J. B. B. AANKOOP GROND AAN EN NABIJ DEN BERGERWEG. In bijlage No. 106 schrijven B. en W.t Het is de gemeente gelukt een aanbieding te krijgen van den heer D. Binnewijzend, al hier, waarbij hij zich bereid verklaart aan de gemeente te verkoopen een groep landerijen met opstallen, gelegen ajn den Bergerweg, nabij den te verbreeden Hoeverweg, kada straal bekend gemeente Alkmaar, sectie D nrs. 155, 163, 164, 166, 233, 234, 235, 236 en 306, te zamen groot 18.07.55 H.A., tegen den prijs van 2500 per H A. Wij stellen het bezit van dit complex zeer op prijs, niet alleen om de litging, maar ook omdat het de gemeente in staat zou stellen aan de steeds schaarscher wordende werk verschaffingsobjecten een werk toe te voegen, dat van groote beteekenis is voor het aspect van dat deel der gemeente en eveneens voor de bestrijding der werkloosheid. Zoo het Rijk subsidie zou willen verleenen, zouden wij n.1. op deze perceelen een bescheiden bosch plan tot uitvoering willen brengen, waarna te zijner tijd wellicht eenige perceelen voor den bouw van villa's of kleine landhuizen zouden kunnen worden bestemd. De uitvoe ring van een dergelijk plan zou dit deel der gemeente zeer verfraaien en er een welkome afwisseling in het landschap brengen. Intusschen, de uitvoerbaarheid hangt ge heel af van de vraag, of het Rijk subsidie ver leent. Wij hebben daaromtrent reeds een vraag gesteld aan den minister van Sociale Zaken. Uwe vergadering bindt zich door dezen aankoop in geen enkel opzicht ten aan zien van de bestemming. Daaromtrent zullen wij nader een voorstel doen. Zou het plan niet tot uitvoering komen, dan nog zal de gemeente naar ons voorkomt, goed doen deze perceelen voor dezen prijs aan te koopen. B. en W. stellen den Raad voor, het des betreffend besluit te nemen. BENOEMING TIJDELIJKE LEERAREN HANDELSSCHOOL. B. en W. schrijven in bijlage Nr. 102: Uwe vergadering benoemde bij besluiten van 15 September 1932, Nrs. 7 en 5, aan de Handelsschool voor den duur van het school jaar 1932/1933 tot tijdelijke leeraren ondersch. in staathuishoudkunde en in schei kunde en warenkennis de heeren H. Feenstra te Zaandam en C. W. F. Spiers te Amster dam. De directeur der Handelsschool geeft ons in overweging beide heeren oonieuw voor eene tijdelijke benoeming voor te dragen, thans voor den duur van het schooljaar 1933/1934. Zoowel de minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, als de betrok ken inspecteur en de commissie van toezicht op het Middelbaar Onderwijs kunnen zich met deze tijdelijke benoemingen vereenigen Wij stellen Uwe vergadering vóór te be sluiten: gedurende het tijdvak van 1 September 1933 tot en met 31 Augustus.1934 aan de Handelsschool te benoemen tot tijdelijk leeraar in: a. staatshuiskunde den heer H. Feenstra te Zaandam b. scheikunde en warenkennis, den heer C. W. F. Spiers te Amsterdam. EXTRA-HULP AAN WERKLOOZEN In bijlage No 100 schrijven B. en W.: In ons voorstel van 10 Januari jM. (bijlage Nr. 7) deelden wij mede, dat het Nationaal Crisis-Comité ten behoeve van extrahulp aan werkloozen voor 1933 beschikbaar stelt 2.50 per werklooze, mits de gemeente een zelfde bijdrage.voor dit doel verleent. Ter bepaling van het gemiddelde aantal werkloozen zou gelden het gemiddeld aantal werkzoekenden bij de plaatselijke arbeids beurzen ingeschreven over het tweede half jaar van 1932. Volgens dezen maatstaf heeft een gewone dienstklopper en de andere een geboren leider van menschen was. Dolores luisterde. Het was duidelijk dat Don Jan Fadrique ïuet wegzond om haar nog eens te zien, voordat hij naai de troonzaal ging. Er kwam daaren tegen iemand bij hem, aangekondigd door Fadrique. „De kapitein Don Juan de Exobedo wacht op uwe hoogheid", zei hij. „Ado nis is er ook". „Adonis!" Don Jan lachte, niet om den naam, want die was hem bekend, maar om den man zelf, die gewoonlijk door dien klassieken naam werd aangeduid, den dwerg Miguel de Antona, 's koning* nar. „Laat Adonis binnenkomen; hij is een oude vriend." Weer ging de deur open en Dolores hoorde de welbekende stem van den ge bochelde, helder als die van een vrouw, hoonend, en vol van boosaardigen lach, een stem, die men te midden van een menschenmenigte dadelijk herkent en dikwijls zonder dat men weet van wie zij is. De man kwam binnen, en nog in de deur staande, sprak hij luid: „Ave Cae sar! Heil zij u, overwinnaar! Alle heil. gij gunsteling van den hemel, van den mensch en van de dames!" „Van de dames ook?" vroeg Don Jan lachend „Wie heeft je dat verteld?" „De kok, uwe hoogheid. Want toen u vanmiddag naar de poort reed, zag een meisje, dat in de keuken werkt, u van achter het traliewerk in den kelder, en sinds dat oogenblik is zij stapelg k, zingt van de zon, de maan en onvergan- Alkmaar aanspraak op een bedrag van 1026 X 2 50, dit is 63 meer dan waarop destijds is gerekend. Het verdient daarom aanbeveling tot besluit van Uwe vergadering van 19 Januari j.1. in overeenstemming te brengen met het na dien vastgestelde werk loosheidsgemiddelde. Een ontwerp-besluit bieden B. en W den raad ter vaststelling aan. WACHTGELD ASSISTENT BRUG WACHTER J. TJEERTES. In bijlage no. 101 schrijven B. en W.: Naar aanleiding van het in onze handen om bericht en raad gestelde verzoek van het bestuur van den Nederlandschen bond van personeel in overheidsdienst d.d. 24 Juli j.1. om aan den gewezen assistent brugwachter J. Tjeertes alsnog een wachtgeld toe te ken nen, deelen wij u het volgende mede. Wegens reorganisatie van den brugwach- tersdienst is het dienstverband van J. Tjeer tes ais assistent-brugwachter geëindigd. Tjeertes was van 1 Juni 1914 af als zooda nig tegen een uurloon in lossen dienst der gemeente werkzaam. Toen aan hem op 1 Juli 1922 ingevolge de Pensioenwet 1922 een aanstelling als assistent-brugwachter moest worden uitgereikt, hebben wij daarin uit drukkelijk vastgelegd, dat in de tot de ge meente bestaande rechtsverhouding geen verandering werd gebracht. De laatste jaren genoot Tjeertes als assistent-brugwachter een loon van gemiddeld 14.40 per week. Zijn dienstverband belette hem geenszins te vens andere werkzaamheden te verrichten. Hij had dan ook nog verschillende inkomsten als bode bij de brandweer, kioskhouder op het sportpark, tooneelknecht e.d Aan de tijdens zijn dienstverband tot stand gekomen rijkspensioenregeling kon Tjeertes bij zijn ontslag geen recht op pensioen ont- leenen. Als bode bij de brandweer is hij even- wel nog in pensioengerechtigden dienst der gemeente. De gemeentelijke wachtgeldregeling geldt alleen voor het in vasten dienst der gemeen te zijnde personeel. Overeenkomstig deze re geling waren wij niet bevoegd Tjeertes een wachtgeld of eene n:"-pering toe te kennen. Tjeertes was er van het begin af mede be kend dat zijn werkkring he geenerlei aan spraken zou geven op eenige tegemoetkoming bij ontslag. Met het oog op mogelijke conse quenties voor andere gevallen en in aanmer king nemende, dat in de tegenwoordige tijds omstandigheden niet aan een uitbreiding van de wachto-c'dregeling kan worden gedacht, stellen wij uwe verc-dering voor afwijzend op het adres van bovengenoemden bond te beschikken. BENOEMING TIJDELIJK LEERAAR GEMEENTELIJKE AVONDSCHOOL VODR LAGER NIJVERHEIDS ONDERWIJS. In bijlage No. 103 schrijven B. en W. De Directeur derGemeentelijke Avond school voor lager nijverheidsonderwijs geeft ons in overweging den heer G. A. J. Googh, thans wonende te Bergen, die krachtens Uw besluit van 24 November 1932, Nr. 3, van 1 Januari 1933 tot het einde van den cursus 1932/1933 werkzaam is geweest als tijdelijk leeraar in wiskunde aan die school, voor den duur van den cursus 1933/1934 opnieuw voor een tijdelijke benoeming voor te dragen. De minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen en de commissie van toezicht op het gemeentelijk nijverheidsonderwijs kun nen zich met deze voordracht vereenigen Wij stellen Uwe vergadering vóór te be sluiten: gedurende het tijdvak van 1 October 1933 tot en met 30 September 1934 te benoemen tot tijdelijk leeraar in wiskunde aan de Ge meentelijke Avondschool voor lager nijver heidsonderwijs alhier, den heer G. A J Boogh, wonende te Bergen. VERHUUR GROND WESTERWEG. B. en W. schrijven in bijlage No. 105: Bij besluit van 11 December 1930, nf. 10, goedgekeurd door Ged. Staten van Noordholland bij besluit van 31 December 1930 nr 73, heeft Uwe vergadering aan den heer H. W. Oudhoff, alhier, voor ten hoogste vijf jaar (tot Kerstmis 1935) verhuurd het achter de woning plaatselijk aangeduid Wes- terweg 144, gelegen terrein, kadastraal be kend gemeente Alkmaar, sectie E, nr. 3845 gedeeltelijk, ter grootte van ongeveer 1265 M2., voor den prijs van 50 per jaar. In verband met uw besluit van 24 Novem ber 1932. nr. 4, hebben wij genoemde huur over 1933 met 30 verlaagd, overeenkom stig het advies der gemeentelijke pachtcom- missie. - g kelijke liefde, zoodat de keuken meer op een gekkenhuis lijkt, dan dit huis daar op zou gelijken op den Dag des Oordeels, onverschillig of die zou komen vóór of na den Vastentijd". „Vast jij in den Vastentijd, Adonis?" „Ik vasi streng driemaal per dag, uwe hoogheid ik bedoel zesmaal, want ik gebruik onmiddellijk vóór en na mijn ontbijt, na mijn middageten en na mijn avondeten niets. Geen monnik kan strenger vasten, want op die uren ge bruik ik heelemaal niets". „Als je even dikwijls bad, als je vast, zou je een heel eind op den goeden weg zijn", merkte Don Jan op. „Dat doe ik, uwe hoogheid. Vóór en na eiken maaltijd zeg ik een kort dank gebed. Waarom bent u toch naar Ma drid gekomen? Weet u niet dat 't de slechtste, verdorvendste, vuilste, meest goddelooze, vloekwaardigste woonplaats is, door den mensch uitgedacht om het menschdom ten verderve te leiden? En in het bijzonder in de maand Novem ber? Heeft uwe hoogheid een geldige reden om hier te komen, juist terwijl de straten vol modder liggen er. de har ten der menschen als zadeltasschen tot boven aan toe vol zitten met alle zon den, die zij daarin sinds,Paschen heb ben opgestapeld, om ze -met Kerstmis weer uit te pakken? Zelfs uw oude vrienden zijn geërgerd om zoo'n jong en rechtschapen vorst in zoo'n stad te zien!" „Mijn oude vrienden? Wie zijn dat?" Wordt vervolgd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1933 | | pagina 5