dagblad voor alkmaar en omstreken.
Hit Act Ba
Qxtgelijksch OvemcAt
De houding van Frankrijk tegenover
Rusland.
Buitenland
Dra Curut wordt elken avond beMieZ(jn_
No. 219
Zaterdag 16 September 1933
135e Jaargang
De uit het memorandum van Hugenherg
gebleken Duiische expansieplannen wek
ken te Moskou groote bezorgdheid.
HET TWEEDE MINISTERBEZOEK.
lVat vandaag de
aandacht trekt.,.
COURANT!
eevtdaoen. uitgegeven. Abonnementsprijs per
maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar ƒ2
trancr door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN
Van 15 regels 1.25, elke regei meer 0.25, groote
ccntracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/b. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33.
Directeur: C. KRAK.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Dit nummer bestaat uit drie bladen,
ZIJ. Dffi ZIGH MET 1 OCTOBER
AS. VOOR MINSTENS 3 MAANDEN
OP DIT BLAD ABONNEEREN ONT
vangen DE TOT DIEN DATUM VER
SCHIJNENDE NUMMERS FRANCO
EN GRATIS.
DE DIRECTIE.
Den Haag, 15 September 1933.
De beide spoedontwerpen, de wijziging der
uoogeronderwijswet tot wering van een te
rooten toevloed van buitenlandsche studen
ten en de aanvulling van het Strafwetboek
ItorW aangeduid als het Uniformverbod.
hebben heden de goedkeuring van de Eerste
Kamer gekregen. Zij moesten heden afge
handeld worden, wilden zij effect sorteeren.
het eerste bij de thans geopende gelegenheid
tot inschrijving van studenten aan onze
hoogescholen, het andere bij de verwachte
demonstraties bij de opening van de Staten-
Generaal.
Nadat de betrokken ministers, onderschei
denlijk van Onderwijs en van Justitie, als
het ware per keerende post geantwoord had
den op het Voorloopig verslag der Eerste
Kamer over bedoelde ontwerpen, welk ant
woord de leden van dit lichaam amper den
tijd gehad hebben om te lezen, zijn zij reeds
hedenmiddag aanvaard met enkel de sociaal
democraten als tegenstemmers.
De Kamer begon met de wijziging van de
wet op het Hooeer Onderwijs en heeft met
beleefde aandacht geluisterd naar een noo-
deloos lang betoog van den heer Van der
Hoeven (ch), dat het voorgestelde niet
mooi doch onvermijdelijk was. De heer Van
der Hoeven is een spiritueel mensch, maar
wanneer hij een humoristische opmerking
maakt, is hii zoo overtuigd van den humor
er van, .dat hij zijn woorden bijna spelt. Op
den duur wordt zooiets onuitstaanbaar en we
hebben ddt hedenmiddag aan den lijve ge
voeld. Teekenen we nog aan, dat hij een lans
brak voor de vreemdelingen, die reeds van
kindsbeen of hier te lande vertoeven en die
nu gevaar loopen niet toegelaten te worden
tot de lessen van de hoogeschool.
De heer Kranenburg (v d.) verklaarde het
ontwerp wel te zullen aanvaarden echter me*
weinig genoegen, omdat aan den minister
een onbepaalde bevoegdheid wordt verleend,
zonder dat beroep daarvan mogelijk is. Had
men in de wet niet moeten aangeven, dat
skchts dan een vreemdeling niet als student
zal worden ingeschreven, wanneer er geen
plaats is?
De heer Wibaut (s.d.a.o.) was er niet van
overtuigd, dat de nood hier dringt. Met
eenige inschikkelijkheid ware het misschien
we. mogeliik geweest de vreemde studenten
a'snog onderdak te brengen en nu daarvan
in deze regeling geen sprake is, weigerde hij
2'jn stem aan het voorstel.
Ook den heer Fock (lib.) is dit ontwerp
antipathiek, al zal hij er ten slotte zijn stem
aan geven. De delegatie vas bevoegdheid aan
minister achtte hij evenals de heer Kra
nenbuig ongemotiveerd en hij keurde af, dat
£r met de hoogleeraren geen voeling is ge
houden.
De spreker vroeg, hoe het met de Zuid-
Afrikaansche studenten zou gaan, en drong
'oi slotte op aan, dat aan het buitenland
'och vooral duidelijk zou worden gemaakt,
dat het hier geen inbreuk op het asvlrecht is
doch eenvoudig een nood- en bezuinigings
maatregel.
Uitvoerig als altijd heeft de heer Mendels
fs-d.a.p.) het voorstel bestreden, het ge
brandmerkt als een inbreuk op het eeuwen
°ude asylrecht, verzekerd, dat de minister
n'et uitdrukkelijk instemming heeft verkre
gen van den senaat der Amsterdamsche uni
Vfrsi.teit. Ook keurde hij het af, dat de be
slissing over de toelating van een vreemde-
hng niet is gelaten aan de senaten der uni-
vcrsiteiten, doch genomen wordt door den
minister zonder dat er van in beroep kan
worden gegaan
Minister Marchant heeft bij zijn beant
woording van de sprekers nogal van zich af
gebeten en hij heeft vooral den heer Mendels
op haast vertoornde wijze te woord gestaan
Diens bewering, dat men een der heiligste
goederen, het aloude asylrecht. hier met voe
ten trad, vond hij een onverdiend verwijt, dat
bjj ten zeerste uevel duidde en nijdig wierp
z'jn potlood op tafel. Het is, betoogde hij,
mets anders als een noodmaatregel, ten ein-
oe te voorkomen dat de landgenoot wegge
drongen wordt door den vreemdeling. In
normale tijden zou er bij grooten toevloed
\an buitenlanders aan gedacht kunnen wor-
en de collegezalen en laboratoria te ver
groten of uit te breiden. Dat gaat nu op dit
.ogenblik niet en de minister als hoofd van
e' departement van Onderwijs moet beslis
e'L hoe de zaken moeten geregeld worde:;,
s er b.v. te veel studenten zich te Leiden
11 en laten inschrijven, kan alleen de mi
nister de zaken zoo dirigeeren, dat het te veel
wegvloeit naar Groningen en daarom is hei
g°ed, dat de minister het beslissende woord
ook al zal hij daarbij voeling houden
de academische besturen.
7„?a Plm^ster ,heeft nog verzekerd, dat de
Zuid-Afrikaanders en de reeds lang hier ge
vestigde buitenlanders geen last van de«
wet zullen ondervinden. De minister heeft
ook nog opgehelderd, dat hij wel geen beslis
sing van den senaat der Amsterdamsche
hoogeschool heeft gekregen, doch een zijner
ambtenaren heeft te Amsterdam poolshoogte
genomen en daaruit conclusies getrokken
Er werd niet gerepliceerd en in stemming
gebracht is het voorstel aangenomen met 25
tegen 9 (socialistische) stemmen.
Over het wetsvoorstel tot aanvulling van
ons Strafwetboek met een zoogenaamd uni
formverbod heeft alleen prof. De Savornin
Lohman (c.h.) een uitvoerige rede gehouden,
waarvan de tendens in de eerste plaats over
eenkwam met de rede van den antirevolution
nairen afgevaardigde ter Tweede Kamer,
prof. Visscher: men heeft te lang de vrij?
hand gelaten en nu gaat men niet ver genoeg
met aan het misbruik van vrijheid ter wille
van de rust en de veiligheid paal en perk te
stellen. De spreker achtte dit een eersten stap
tot beteugeling van excessen, drong aan op
tegengaan van de oproerige spreekkoren, op
herziening van het strafwetartikel tegen op
ruiing en zette uiteen, dat hij scherper for
muleering van het voorgestelde zeer ge-
wenscht zou achten, zoodat geen enkel
demonstratief teeken zou geoorloofd zijn.
Verder meende hij, dat de: A.J.G en de
Roode Valken wel degelijk onder het nieuwe
artikel moesten vallen.
Nadat de heer Wibaut (s.d.a.p.) had ver
klaard, dat zijn fractie wilde geacht worden
tegen het voorstel te stemmen, nu het amen-
dement-Albarda betreffende het toelaten van
demonstratieve vlaggen in optochten niet
was aangenomen, heeft de heer Van Sasse
van IJsselt (r.k.) eenige juridische beschou
wingen over de redactie van het nieuwe arti
kel ten beste gegeven en tevens gewaar
schuwd tegen een mogelij-k ontactisch optre
den der politie bij de toepassing er van.
De minister van Justitie, Mr. Van Schaik,
heeft in hoofdzaak nogmaals betoogd, dat
het voorstel geen inbreuk was op de politieke
vrijheid doch enkel tegen ordeverstoring is
gericht en dat de regeering wel degelijk be
reid zal zijn waar noodig verder in te grij
pen. Natuurlijk zal hij bevorderen een tact
vol optreden der politie, maar er mag toch
ook niet te veel door de vingers worden ge
zien.
Zonder hoofdelijke stemming maar met de
sociaal- democraten als tegenstanders is het
ontwerp ten slotte aangenomen. De Kamer
is daarop uiteengegaan.
Curiositeitshalve deelen we ten slotte nog
mede, dat op dezen zomerschen dag de
kachel in de vergaderzaal brandde!!
Het is wel opmerkelijk, dat in een zoo kort
tijdsbestek twee Fransche ministers, zooge
naamd voor een „particulier bezoek naar
Rusland" tijgen en er van hun doen en laten
slechts heel weinig bekend wordt. Nadat
eerst Herriot een vriendenbezoek aan de
Sovjet-republiek heeft gebracht, zal nu zijn
collega Cot, de minister van luchtvaart, hei
eens dunnetjes over doen.
En alweer geldt het hier een „particulier"
bezoek. Voor ons, die zich met de buitenland
sche politiek bezighouden, is het eigenaardi
ge in deze vriendschapsbezoeken juist gele
gen in het u i t d r u k k e 1 ij k vermelden
van het onofficieele van hun bezoek, terwijl
toch iedereen weet, dat Rusland, al vanaf de
economische wereldconferentie, tracht vriend
jes te zoeken en er nu, gezien zijn houding te
genover Frankrijk, een waardig vriend ge
vonden heeft in dit land, als tegenwicht voor
't met angstige oogen geziene Derde Rijk van
Hitier.
Hoe „onpolitiek" het bezoek van Herriot
moge worden voorgesteld, zoo is het toch
duidelijk, dat er in de gegeven politieke om
standigheden groote beteekenis aan moet
worden toegekend en dat het een schakel
vormt in Frankrijks huidige politiek, welke
gericht is op toenadering tot Moskou.
Hetzelfde kan worden gezegd van het be
zoek van minister Cot, hetwelk volgens de
verzekering van diens kabinetschef uitslui
tend bedoeld is als een bezoek van vriend-
schappelijken aard teneinde nader contact te
krijgen tusschen de luchtvaartdiensten van
beide landen, waarbij erop werd gewezen
van hoe groot algemeen belang het zou we
zen, wanneer men het zoover zou kunnen
brengen, dat de groote Europeesche luchtlij
nen zouden kunnen worden doorgetrokken
over de Russische grenzen.
Er valt niet aan te twijfelen, dat inder
daad op het gebied der luchtvaart in de hier
aangegeven richting besprekingen zullen
worden gevoerd. Maar het feit, dat in het ge
volg van minister Cot zich generaal Barrès
bevindt, de inspecteur-generaal van de Fran-
sche militaire luchtvaart, doet toch vermoe
den, dat ook nog wel andere aspecten van de
luchtvaart zullen worden bekeken. Naast de
behartiging der wederzijdsche economische
belangen zal zeer zeker de politieke zijde
van de hangende vraagstukken wel het voor
naamste onderwerp vormen van de conferen
tie tusschen de Fransche en Russische verte
genwoordigers.
Het is dan ook begrijpelijk, aldus het
Hbld., dat het bezoek van den Franschen
minister aan Rusland in de internationale
politieke wereld de algemeene belangstel.mg
heeft, daar het een nieuw bewijs is voor de
zich snel ontwikkelende toenadering tusschen
de oude bondgenooten, zooals die zich sinds
geruimen tijd afteekent. Hi... ff
De komst aan het bewind van H^rbad'
geleid tot een versnelling van het 'vmpo-
waarin Parijs en Moskou wijziging hebben
gebracht in hun betrekkingen Deze wijziging
vond, nadat Frankrijk in 1924 de Sovjetre-
geering de jure had erkend, het eerst duide
lijke uiting in de plannen voor een nonagres
siepact, waartoe Parijs in Augustus 1931 het
initiatief nam. Sindsdien heeft de Fransche
diplomatie er voortdurend voor geijverd, dat
Frankrijks bondgenooten en vrienden soort
gelijke pacten zoudeH sluiten (Polen gaf aan
dezen drang toe in Januari 1932, Roemenië
pleegde overleg met Litwinov op de economi
sche conferentie te Londen, de andere rand
staten volgden en onlangs heeft ook Italië
een nonagressiepact met Rusland geteekend).
Daarbij vond Frankrijk een wilig oor bij de
Russische machthebbers, die maar al te gaar
ne, gezien de noodzaak van het handhaven
van den vrede in verband met het interne op
bouwwerk en de Japansche bedreiging in het
Verre Oosten, zich in het Westen een rug
dekking willen verzekeren.
Voor de Sovjetregeering was er tevens de
overweging, dat het nieuwe bewind in
Duitschland een felle anti-communistische
politiek volgde, terwijl uit het beruchte me
morandum van Hugenberg ter economische
conferentie Duitsche expansieplannen ten
koste van Rusland bleiten, welke te Moskou
groote bezorgdheid wekten. Een en ander
had een merkbare wijziging tengevolge in
de betrekkingen tusschen de onderteekenaars
van het verdrag van Rapallo, dat weliswaar
eenigen tijd geleden is verlengd, maar welks
innerlijke beteekenis onder den invloed der
zich veranderde omstandigheden sterk is ver
zwakt. Van deze verslapping der betrekkin
gen tusschen Berlijn en Moskou (een merk
waardig symptoom van de zich wijzigende
politieke constellatie waren o.a. de artikelen
van Dadek in de „Izwestia", waarin deze,
geheel in strijd met de vroegere houding van
Rusland te dien opzichte, de noodzaak be
toogde van de handhaving der vredesver
dragen) heet de Fransche diplomatie, die
sinds Rapallo steeds het spook van een mili
tair samengaan van Duitschland en Rusland
voor oogen heeft gehad, handig gebruik ge
maakt om geleidelijk Duitschlands plaats in
dt Russische politiek in te nemen.
De bezoeken thans van Herriot en Cot
moeten ongetwijfeld beschouwd worden als
een onderdeel van dit streven, hetwelk een
belangrijk element vormt in Frankrijks alge
meene politiek tot isoleering van het Hit-
leriaansche Duitschland, waartoe Parijs
tracht naar alle richtingen vriendschapsban
den aan te knoopen en tegenstellingen, welke
tot wrijving en moeilijkheden zouden kunnen
leiden, uit den weg te ruimen.
Of de conferenties van de Fransche staats
lieden te Moskou nu echter al dadelijk tot een
bepaalde alliantie zullen leiden, moet wor
den afgewacht.
De huidige toenadering tusschen het demo
cratische Frankrijk en het bolsjewistische
Rusland, onder den invloed van de gemeen
schappelijk gevoelde Duitsche bedreiging,
heeft, vooral in de Engelsche pers doen her
inneren aan de politiek van keizer Wilhelm,
welke geleidelijk, na de opzegging van het
herverzekeringsverdrag met Rusland, Frank
rijk en Rusland, niettegenstaande alle op ver
schillend gebied bestaande tegenstellingen,
in eikaars armen dreef, welke gang van za
ken zich thans zou kunnen herhalen.
Ongetwijfeld beteekent hetgeen zich in de
laatste maanden tusschen Parijs en Moskou
afspeelt, een opmerkelijke verandering in de
politieke constellatie, welke ten volle cte aan
dacht verdient. Intusschen, ook zonder dat
formeele allianties worden gesloten, kunnen
toch afspraken worden gemaakt, welke in be
paalde omstandigheden moreel tot handelin
gen verplichten, die op het lot der betrokken
landen en daardoor op dat van andere, groo
ten invloed kunnen oefenen daarvan kent
de geschiedenis voorbeelden.
Men mag daarom aannemen, dat te Ber
lijn het Fransche bezoek aan Moskou met ge
mengde gevoelens zal worden gadegeslagen
Het kan moeilijk anders of men gevoelt zich
in de Duitsche hoofdstad een weinig onbeha
gelijk nu de isoleeringsring van de Fransche
poli'iek steeds krachtiger schakels krijgt. De
taak, welke de nieuwe Duitsche ambassa
deur te Moskou, Nadolny, wacht, is dan ook
allesbehalve gemakkelijk en men moet be
nieuwd zijn naar de tegenzetten, die de Duit
sche diplomatie ongetwijfeld zal doen om
zoo goed mogelijk den invloed van de Fran
sche bezoeken te neutraliseeren. De aanbie
dingen, welke Frankrijk kan doen, zullen
echter waarschijnlijk in de oogen van de
Russische heerschers wel meer gewicht in de
schaal leggen. Fransche credieten, als men
het eens kan worden over een regeling der
oude schulden .moeten te Moskou groote aan
trekkingskracht uitoefenen en een regeling
met Frankrijk opent de mogelijkheid, dat
men eindelijk ook het zoo vurig begeerde
doel bereikt, met Washington in het reine
te komen.
In verschillende opzichten kan derhalve het
Fransche bezoek aan Moskou belangwekken
de gevolgen hebben. Maar de quintessens er
van is wel, dat de muur rondom het Derde
Rijk er weer door versterkt wordt.
En dat Sovjet-Rusland wederom in nau
wer contact komt met een der leidende facto
ren van de kapitalistische wereld
HET CONTRAPROCES TE LONDEN.
De Nederlandsche getuigen
gehoord.
Aan de Internationale Commissie van Ju
risten is heden overgelegd een rapport, sa
mengesteld door drie leden van de Commis
sie in Nederland, waarin aanwijzingen wor
den gegeven omtrent het karakter, de ante
cedenten en de relaties van Marinus van der
Lubbe. Zijn relaties tot de communistische
partij en zijn kortstondige connectie met de
nationaal-socialistische beweging worden
daarin bevestigd. Verklaard wordt, dat Van
der Lubbe niet zelf den brand kan hebben
gesticht, ondanks de bewering, dat hij be
kend heeft.
Dit rapport werd heden bevestigd door de
drie Nederlandsche getuigen, die gister zijn
gehoord.
Van Zanten getuigt.
De eerste Nederlandsche getuige, de 57-ja-
rige rietvlechter W. van Zanten uit Den
Haag, verklaarde, dat Van der Lubbe een
tegenstander van het communisme was en
sympathiek stond tegenover het fascisme. Uit
brieven van den broer en de schoonzuster
van Van der Lubbe is gebelken, dat hij nooit
lid is geweest van de communistische partij
of van eenige andere politieke partij in Ne-
der'and Het was getuige gebleken, dat Van
der Lubbe, met wien hij op een vergadering te
Den Haag heeft gesproken het met zijn op
vattingen niet eens was. Men had getuige
gewaarschuwd, dat Van der Lubbe fascist
was. Van Zanten had gepoogd, van der
Lubbe te overtuigen, maar Van der Lubbe
had geantwoord, dat hij die pogingen maar
moest staken, daar het hem toch niet zou ge
lukken.
Frederik van Leeuwen gehoord.
Na Van Zanten werd de 28-jarige letter
kundige Frederik van Leeuwen, wonnende te
Den Haag, gehoord. Hij verklaarde, dat hij
in 1927 met Van der Lubbe heeft kennis ge
maakt en dat hij hem daarna vrijwel dage
lijks heeft ontmoet, zonder dat er een bijzon
der vriendschappelijke verhouding ontstond.
Hij heeft samen met Van der Lubbe eenigen
tijd in een café aan de Uiterste Gracht te
Leiden gewoond. Zijn indruk was. dat Van
der Lubbe homo-sexueel was, welken indruk
hii steeds heeft behouden.
Frederik van Leeuwen verklaarde verder,
dat Van der Lubbe tot 1931 lid van de com
munistische partii is geweest en dat hij ver
scheidene malen Duitschland heeft bezocht.
Op een vraag van Mevr Bakker—Nort ant
woordde getuige, dat Van der Lubbe zijn
laatste reis naar Duitschland heeft gemaakt
kort voor Februari van dit jaar, toen hem was
medegedeeld dat zijn pas weldra zou afloo-
pen. Van der Lubbe had daarbij gezegd, dat
de tijd voldoende was. Get. zeide, dat volgens
een verklaring van hun hospita, Mej Van
Zijp, de Duitsche reizen van Van der Lubbe
gewoonlijk samenvielen met de oogenblikken.
waarop hij het meest om geld verlegen was.
De hospita had hem ook gesproken van een
spion, die haar huis had bezocht om den
reden te ontdekken, waarom van der Lubbe
niet langer ijverde voor de communistische
partij.
Breitscheid voor de commissie.
De getuigenverhooren door de Interna
tionale Commissie van Juristen zijn voortge
zet met het verhoor van Dr. Breitscheid. de
De houding van Frankrijk tegen
over Rusland (Dag. Overzicht).
Het Bruinboek over den Rijksdag
brand (slot). (Buitenland).
De Nederlandsche getuigen ge
hoord in het Londensch proces.
(Buitenland).
Göring over de schooljeugd (Bui
tenland).
Twee Nederlanders, broers, uit
Nijmegen, zijn bij een auto-ongeluk
in Duitschland omgekomen. (Bin
nenland).
Op den Utrechtscheweg bij Amers
foort is een luxe-auto op een groep
militairen ingereden, waardoor vijf
soldaten werden gewond. (Binnen
land).
Van der Lubbe, verdachte in de
zaak der brandstichting in den
Duitschen rijksdag, wijst de verde
diging van mr. Pauwels af. (Binnen
land).
De Eerste Kamer heeft het wets
ontwerp tot wering van buitenland
sche studenten aan onze universi
teiten aangenomen met 25 tegen 9
stemmen, tegen de soc.-democraten.
Het uniformverbod heeft de Kamer
z. h. st .aangenomen. (Uit het Parle
ment).
Ernstige ongeregeldheden tijdens
de kermis te Volkel bij Uden (Bin
nenland).
(Zie verder eventueel laatste be
richten).
vroegere leider der Duitsche Socialistische
partij. Breitscheid verklaarde, dat het zeer
onwaarschijnlijk is, dat de communisten het
Rijksdaggebouw in biand hebben gestoken.
Hij was er van ovefttiigd, dat Torgler on
schuldig is. De wijze, waarop de nationaal-
socialisten den brand bij hun verkiezings
campagne hebben geëxploiteerd, vestigt den
indruk, dat de communisten geen schuld
treft.
Verklaring van Plasmeyer.
Als laatste Nederlandsche getuige werd
daarna gehoord de 33-jarige fondsbode W.
Plasmeyer te Leiden. Deze deed mededee-
lingen omtrent een vergadering van den Ne-
derlandschen Fascistenbond te Leiden, waar
Baars als spreker optrad, en waar Van der
Lubbe moet hebben verklaard, dat de aan
wezigen in de vergadering, die hij tot stilte
aanmaande, niets van het fascisme befreien
en dat er veel moois in zit. Getuige Plas
meyer had den indruk, dat Van der Lubbe
niet afkeerig was van het fascisme.
VEERTIG-URENWEEK TE HAMBURG?
In de beurs van Hamburg werd gisteren
op initiatief van de Kamer van Koophandel
een groote demonstratie gehouden, waarbiji
de voorzitter van de Kamer. Huebbe, aan
spoorde tot het invoeren van de veertig-uren
week tot het verruimen van -Je werkgelegen
heid Van een looncompensatie voor de ver
korting van den arbeidstijd zou daarbij geen
sprake zijn. Employés met vaste maande-
liiksche salarissen zouden een korting van
16 pet. moeten dulden.
WET OVER DEN OPBOUW VAN DEN
DUITSCHEN BOERENSTAND.
De rijksregeering heeft een van 13 Sept.
gedateerde wet aangenomen, waarin wordt
bepaald
De rijksminister van Voedselvoorziening
en Landbouw wordt gemachtigd, over den
opbouw van den Duitschen boerenstand
(Reichsnaehrstand) een voorloopige regeling
te treffen. Hij kan den Reichsnaehrstand of
zijn afdeelingen machtigen, de productie, den
afzet en de prijzen van landbouwproducten
te regelen. Hij kan groepen en leden van den
Reichsnaehrstand en andere ondernemingen
en instellingen, die landbouwproducten voort
brengen of bewerken, samenvoegen. Schade
loosstelling wegens ingrijpen op grond van
deze wet wordt niet toegestaan. Overtreding
van de bepalingen dezer wet kan op beschik
king van den minister worden gestraft.
In een .officieele mededeeling wordt ver
klaard dat de regeering deze regeling be
schouwt als een bijzonderheid, noodig ge
maakt door den sp^cialen toestand in den
landbouw Zij heeft niet het voornemen voor
de andere takken van economie een derge
lijke regeling te treffen.
DE A.S. BESPREKINGEN TE PARIJS.
In internationale kringen te Genève wordt
groote beteekenis gehecht aan de a.s. be
sprekingen te Parijs over de ontwapenings
kwesties. Men acht deze besprekingen be
slissend voor het verdere lot der conferentie.
In den laatsten tijd schijnt toenadering te
hebben plaats gevonden tusschen de Engel-
schen en de Franschen inzake de ontwape-
ninescontrole.