dagblad voor alkmaar en omstreken. Hit Act Ba Qxtgelijksch OvemcAt De houding van Frankrijk tegenover Rusland. Buitenland Dra Curut wordt elken avond beMieZ(jn_ No. 219 Zaterdag 16 September 1933 135e Jaargang De uit het memorandum van Hugenherg gebleken Duiische expansieplannen wek ken te Moskou groote bezorgdheid. HET TWEEDE MINISTERBEZOEK. lVat vandaag de aandacht trekt.,. COURANT! eevtdaoen. uitgegeven. Abonnementsprijs per maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar ƒ2 trancr door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN Van 15 regels 1.25, elke regei meer 0.25, groote ccntracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/b. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33. Directeur: C. KRAK. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. Dit nummer bestaat uit drie bladen, ZIJ. Dffi ZIGH MET 1 OCTOBER AS. VOOR MINSTENS 3 MAANDEN OP DIT BLAD ABONNEEREN ONT vangen DE TOT DIEN DATUM VER SCHIJNENDE NUMMERS FRANCO EN GRATIS. DE DIRECTIE. Den Haag, 15 September 1933. De beide spoedontwerpen, de wijziging der uoogeronderwijswet tot wering van een te rooten toevloed van buitenlandsche studen ten en de aanvulling van het Strafwetboek ItorW aangeduid als het Uniformverbod. hebben heden de goedkeuring van de Eerste Kamer gekregen. Zij moesten heden afge handeld worden, wilden zij effect sorteeren. het eerste bij de thans geopende gelegenheid tot inschrijving van studenten aan onze hoogescholen, het andere bij de verwachte demonstraties bij de opening van de Staten- Generaal. Nadat de betrokken ministers, onderschei denlijk van Onderwijs en van Justitie, als het ware per keerende post geantwoord had den op het Voorloopig verslag der Eerste Kamer over bedoelde ontwerpen, welk ant woord de leden van dit lichaam amper den tijd gehad hebben om te lezen, zijn zij reeds hedenmiddag aanvaard met enkel de sociaal democraten als tegenstemmers. De Kamer begon met de wijziging van de wet op het Hooeer Onderwijs en heeft met beleefde aandacht geluisterd naar een noo- deloos lang betoog van den heer Van der Hoeven (ch), dat het voorgestelde niet mooi doch onvermijdelijk was. De heer Van der Hoeven is een spiritueel mensch, maar wanneer hij een humoristische opmerking maakt, is hii zoo overtuigd van den humor er van, .dat hij zijn woorden bijna spelt. Op den duur wordt zooiets onuitstaanbaar en we hebben ddt hedenmiddag aan den lijve ge voeld. Teekenen we nog aan, dat hij een lans brak voor de vreemdelingen, die reeds van kindsbeen of hier te lande vertoeven en die nu gevaar loopen niet toegelaten te worden tot de lessen van de hoogeschool. De heer Kranenburg (v d.) verklaarde het ontwerp wel te zullen aanvaarden echter me* weinig genoegen, omdat aan den minister een onbepaalde bevoegdheid wordt verleend, zonder dat beroep daarvan mogelijk is. Had men in de wet niet moeten aangeven, dat skchts dan een vreemdeling niet als student zal worden ingeschreven, wanneer er geen plaats is? De heer Wibaut (s.d.a.o.) was er niet van overtuigd, dat de nood hier dringt. Met eenige inschikkelijkheid ware het misschien we. mogeliik geweest de vreemde studenten a'snog onderdak te brengen en nu daarvan in deze regeling geen sprake is, weigerde hij 2'jn stem aan het voorstel. Ook den heer Fock (lib.) is dit ontwerp antipathiek, al zal hij er ten slotte zijn stem aan geven. De delegatie vas bevoegdheid aan minister achtte hij evenals de heer Kra nenbuig ongemotiveerd en hij keurde af, dat £r met de hoogleeraren geen voeling is ge houden. De spreker vroeg, hoe het met de Zuid- Afrikaansche studenten zou gaan, en drong 'oi slotte op aan, dat aan het buitenland 'och vooral duidelijk zou worden gemaakt, dat het hier geen inbreuk op het asvlrecht is doch eenvoudig een nood- en bezuinigings maatregel. Uitvoerig als altijd heeft de heer Mendels fs-d.a.p.) het voorstel bestreden, het ge brandmerkt als een inbreuk op het eeuwen °ude asylrecht, verzekerd, dat de minister n'et uitdrukkelijk instemming heeft verkre gen van den senaat der Amsterdamsche uni Vfrsi.teit. Ook keurde hij het af, dat de be slissing over de toelating van een vreemde- hng niet is gelaten aan de senaten der uni- vcrsiteiten, doch genomen wordt door den minister zonder dat er van in beroep kan worden gegaan Minister Marchant heeft bij zijn beant woording van de sprekers nogal van zich af gebeten en hij heeft vooral den heer Mendels op haast vertoornde wijze te woord gestaan Diens bewering, dat men een der heiligste goederen, het aloude asylrecht. hier met voe ten trad, vond hij een onverdiend verwijt, dat bjj ten zeerste uevel duidde en nijdig wierp z'jn potlood op tafel. Het is, betoogde hij, mets anders als een noodmaatregel, ten ein- oe te voorkomen dat de landgenoot wegge drongen wordt door den vreemdeling. In normale tijden zou er bij grooten toevloed \an buitenlanders aan gedacht kunnen wor- en de collegezalen en laboratoria te ver groten of uit te breiden. Dat gaat nu op dit .ogenblik niet en de minister als hoofd van e' departement van Onderwijs moet beslis e'L hoe de zaken moeten geregeld worde:;, s er b.v. te veel studenten zich te Leiden 11 en laten inschrijven, kan alleen de mi nister de zaken zoo dirigeeren, dat het te veel wegvloeit naar Groningen en daarom is hei g°ed, dat de minister het beslissende woord ook al zal hij daarbij voeling houden de academische besturen. 7„?a Plm^ster ,heeft nog verzekerd, dat de Zuid-Afrikaanders en de reeds lang hier ge vestigde buitenlanders geen last van de« wet zullen ondervinden. De minister heeft ook nog opgehelderd, dat hij wel geen beslis sing van den senaat der Amsterdamsche hoogeschool heeft gekregen, doch een zijner ambtenaren heeft te Amsterdam poolshoogte genomen en daaruit conclusies getrokken Er werd niet gerepliceerd en in stemming gebracht is het voorstel aangenomen met 25 tegen 9 (socialistische) stemmen. Over het wetsvoorstel tot aanvulling van ons Strafwetboek met een zoogenaamd uni formverbod heeft alleen prof. De Savornin Lohman (c.h.) een uitvoerige rede gehouden, waarvan de tendens in de eerste plaats over eenkwam met de rede van den antirevolution nairen afgevaardigde ter Tweede Kamer, prof. Visscher: men heeft te lang de vrij? hand gelaten en nu gaat men niet ver genoeg met aan het misbruik van vrijheid ter wille van de rust en de veiligheid paal en perk te stellen. De spreker achtte dit een eersten stap tot beteugeling van excessen, drong aan op tegengaan van de oproerige spreekkoren, op herziening van het strafwetartikel tegen op ruiing en zette uiteen, dat hij scherper for muleering van het voorgestelde zeer ge- wenscht zou achten, zoodat geen enkel demonstratief teeken zou geoorloofd zijn. Verder meende hij, dat de: A.J.G en de Roode Valken wel degelijk onder het nieuwe artikel moesten vallen. Nadat de heer Wibaut (s.d.a.p.) had ver klaard, dat zijn fractie wilde geacht worden tegen het voorstel te stemmen, nu het amen- dement-Albarda betreffende het toelaten van demonstratieve vlaggen in optochten niet was aangenomen, heeft de heer Van Sasse van IJsselt (r.k.) eenige juridische beschou wingen over de redactie van het nieuwe arti kel ten beste gegeven en tevens gewaar schuwd tegen een mogelij-k ontactisch optre den der politie bij de toepassing er van. De minister van Justitie, Mr. Van Schaik, heeft in hoofdzaak nogmaals betoogd, dat het voorstel geen inbreuk was op de politieke vrijheid doch enkel tegen ordeverstoring is gericht en dat de regeering wel degelijk be reid zal zijn waar noodig verder in te grij pen. Natuurlijk zal hij bevorderen een tact vol optreden der politie, maar er mag toch ook niet te veel door de vingers worden ge zien. Zonder hoofdelijke stemming maar met de sociaal- democraten als tegenstanders is het ontwerp ten slotte aangenomen. De Kamer is daarop uiteengegaan. Curiositeitshalve deelen we ten slotte nog mede, dat op dezen zomerschen dag de kachel in de vergaderzaal brandde!! Het is wel opmerkelijk, dat in een zoo kort tijdsbestek twee Fransche ministers, zooge naamd voor een „particulier bezoek naar Rusland" tijgen en er van hun doen en laten slechts heel weinig bekend wordt. Nadat eerst Herriot een vriendenbezoek aan de Sovjet-republiek heeft gebracht, zal nu zijn collega Cot, de minister van luchtvaart, hei eens dunnetjes over doen. En alweer geldt het hier een „particulier" bezoek. Voor ons, die zich met de buitenland sche politiek bezighouden, is het eigenaardi ge in deze vriendschapsbezoeken juist gele gen in het u i t d r u k k e 1 ij k vermelden van het onofficieele van hun bezoek, terwijl toch iedereen weet, dat Rusland, al vanaf de economische wereldconferentie, tracht vriend jes te zoeken en er nu, gezien zijn houding te genover Frankrijk, een waardig vriend ge vonden heeft in dit land, als tegenwicht voor 't met angstige oogen geziene Derde Rijk van Hitier. Hoe „onpolitiek" het bezoek van Herriot moge worden voorgesteld, zoo is het toch duidelijk, dat er in de gegeven politieke om standigheden groote beteekenis aan moet worden toegekend en dat het een schakel vormt in Frankrijks huidige politiek, welke gericht is op toenadering tot Moskou. Hetzelfde kan worden gezegd van het be zoek van minister Cot, hetwelk volgens de verzekering van diens kabinetschef uitslui tend bedoeld is als een bezoek van vriend- schappelijken aard teneinde nader contact te krijgen tusschen de luchtvaartdiensten van beide landen, waarbij erop werd gewezen van hoe groot algemeen belang het zou we zen, wanneer men het zoover zou kunnen brengen, dat de groote Europeesche luchtlij nen zouden kunnen worden doorgetrokken over de Russische grenzen. Er valt niet aan te twijfelen, dat inder daad op het gebied der luchtvaart in de hier aangegeven richting besprekingen zullen worden gevoerd. Maar het feit, dat in het ge volg van minister Cot zich generaal Barrès bevindt, de inspecteur-generaal van de Fran- sche militaire luchtvaart, doet toch vermoe den, dat ook nog wel andere aspecten van de luchtvaart zullen worden bekeken. Naast de behartiging der wederzijdsche economische belangen zal zeer zeker de politieke zijde van de hangende vraagstukken wel het voor naamste onderwerp vormen van de conferen tie tusschen de Fransche en Russische verte genwoordigers. Het is dan ook begrijpelijk, aldus het Hbld., dat het bezoek van den Franschen minister aan Rusland in de internationale politieke wereld de algemeene belangstel.mg heeft, daar het een nieuw bewijs is voor de zich snel ontwikkelende toenadering tusschen de oude bondgenooten, zooals die zich sinds geruimen tijd afteekent. Hi... ff De komst aan het bewind van H^rbad' geleid tot een versnelling van het 'vmpo- waarin Parijs en Moskou wijziging hebben gebracht in hun betrekkingen Deze wijziging vond, nadat Frankrijk in 1924 de Sovjetre- geering de jure had erkend, het eerst duide lijke uiting in de plannen voor een nonagres siepact, waartoe Parijs in Augustus 1931 het initiatief nam. Sindsdien heeft de Fransche diplomatie er voortdurend voor geijverd, dat Frankrijks bondgenooten en vrienden soort gelijke pacten zoudeH sluiten (Polen gaf aan dezen drang toe in Januari 1932, Roemenië pleegde overleg met Litwinov op de economi sche conferentie te Londen, de andere rand staten volgden en onlangs heeft ook Italië een nonagressiepact met Rusland geteekend). Daarbij vond Frankrijk een wilig oor bij de Russische machthebbers, die maar al te gaar ne, gezien de noodzaak van het handhaven van den vrede in verband met het interne op bouwwerk en de Japansche bedreiging in het Verre Oosten, zich in het Westen een rug dekking willen verzekeren. Voor de Sovjetregeering was er tevens de overweging, dat het nieuwe bewind in Duitschland een felle anti-communistische politiek volgde, terwijl uit het beruchte me morandum van Hugenberg ter economische conferentie Duitsche expansieplannen ten koste van Rusland bleiten, welke te Moskou groote bezorgdheid wekten. Een en ander had een merkbare wijziging tengevolge in de betrekkingen tusschen de onderteekenaars van het verdrag van Rapallo, dat weliswaar eenigen tijd geleden is verlengd, maar welks innerlijke beteekenis onder den invloed der zich veranderde omstandigheden sterk is ver zwakt. Van deze verslapping der betrekkin gen tusschen Berlijn en Moskou (een merk waardig symptoom van de zich wijzigende politieke constellatie waren o.a. de artikelen van Dadek in de „Izwestia", waarin deze, geheel in strijd met de vroegere houding van Rusland te dien opzichte, de noodzaak be toogde van de handhaving der vredesver dragen) heet de Fransche diplomatie, die sinds Rapallo steeds het spook van een mili tair samengaan van Duitschland en Rusland voor oogen heeft gehad, handig gebruik ge maakt om geleidelijk Duitschlands plaats in dt Russische politiek in te nemen. De bezoeken thans van Herriot en Cot moeten ongetwijfeld beschouwd worden als een onderdeel van dit streven, hetwelk een belangrijk element vormt in Frankrijks alge meene politiek tot isoleering van het Hit- leriaansche Duitschland, waartoe Parijs tracht naar alle richtingen vriendschapsban den aan te knoopen en tegenstellingen, welke tot wrijving en moeilijkheden zouden kunnen leiden, uit den weg te ruimen. Of de conferenties van de Fransche staats lieden te Moskou nu echter al dadelijk tot een bepaalde alliantie zullen leiden, moet wor den afgewacht. De huidige toenadering tusschen het demo cratische Frankrijk en het bolsjewistische Rusland, onder den invloed van de gemeen schappelijk gevoelde Duitsche bedreiging, heeft, vooral in de Engelsche pers doen her inneren aan de politiek van keizer Wilhelm, welke geleidelijk, na de opzegging van het herverzekeringsverdrag met Rusland, Frank rijk en Rusland, niettegenstaande alle op ver schillend gebied bestaande tegenstellingen, in eikaars armen dreef, welke gang van za ken zich thans zou kunnen herhalen. Ongetwijfeld beteekent hetgeen zich in de laatste maanden tusschen Parijs en Moskou afspeelt, een opmerkelijke verandering in de politieke constellatie, welke ten volle cte aan dacht verdient. Intusschen, ook zonder dat formeele allianties worden gesloten, kunnen toch afspraken worden gemaakt, welke in be paalde omstandigheden moreel tot handelin gen verplichten, die op het lot der betrokken landen en daardoor op dat van andere, groo ten invloed kunnen oefenen daarvan kent de geschiedenis voorbeelden. Men mag daarom aannemen, dat te Ber lijn het Fransche bezoek aan Moskou met ge mengde gevoelens zal worden gadegeslagen Het kan moeilijk anders of men gevoelt zich in de Duitsche hoofdstad een weinig onbeha gelijk nu de isoleeringsring van de Fransche poli'iek steeds krachtiger schakels krijgt. De taak, welke de nieuwe Duitsche ambassa deur te Moskou, Nadolny, wacht, is dan ook allesbehalve gemakkelijk en men moet be nieuwd zijn naar de tegenzetten, die de Duit sche diplomatie ongetwijfeld zal doen om zoo goed mogelijk den invloed van de Fran sche bezoeken te neutraliseeren. De aanbie dingen, welke Frankrijk kan doen, zullen echter waarschijnlijk in de oogen van de Russische heerschers wel meer gewicht in de schaal leggen. Fransche credieten, als men het eens kan worden over een regeling der oude schulden .moeten te Moskou groote aan trekkingskracht uitoefenen en een regeling met Frankrijk opent de mogelijkheid, dat men eindelijk ook het zoo vurig begeerde doel bereikt, met Washington in het reine te komen. In verschillende opzichten kan derhalve het Fransche bezoek aan Moskou belangwekken de gevolgen hebben. Maar de quintessens er van is wel, dat de muur rondom het Derde Rijk er weer door versterkt wordt. En dat Sovjet-Rusland wederom in nau wer contact komt met een der leidende facto ren van de kapitalistische wereld HET CONTRAPROCES TE LONDEN. De Nederlandsche getuigen gehoord. Aan de Internationale Commissie van Ju risten is heden overgelegd een rapport, sa mengesteld door drie leden van de Commis sie in Nederland, waarin aanwijzingen wor den gegeven omtrent het karakter, de ante cedenten en de relaties van Marinus van der Lubbe. Zijn relaties tot de communistische partij en zijn kortstondige connectie met de nationaal-socialistische beweging worden daarin bevestigd. Verklaard wordt, dat Van der Lubbe niet zelf den brand kan hebben gesticht, ondanks de bewering, dat hij be kend heeft. Dit rapport werd heden bevestigd door de drie Nederlandsche getuigen, die gister zijn gehoord. Van Zanten getuigt. De eerste Nederlandsche getuige, de 57-ja- rige rietvlechter W. van Zanten uit Den Haag, verklaarde, dat Van der Lubbe een tegenstander van het communisme was en sympathiek stond tegenover het fascisme. Uit brieven van den broer en de schoonzuster van Van der Lubbe is gebelken, dat hij nooit lid is geweest van de communistische partij of van eenige andere politieke partij in Ne- der'and Het was getuige gebleken, dat Van der Lubbe, met wien hij op een vergadering te Den Haag heeft gesproken het met zijn op vattingen niet eens was. Men had getuige gewaarschuwd, dat Van der Lubbe fascist was. Van Zanten had gepoogd, van der Lubbe te overtuigen, maar Van der Lubbe had geantwoord, dat hij die pogingen maar moest staken, daar het hem toch niet zou ge lukken. Frederik van Leeuwen gehoord. Na Van Zanten werd de 28-jarige letter kundige Frederik van Leeuwen, wonnende te Den Haag, gehoord. Hij verklaarde, dat hij in 1927 met Van der Lubbe heeft kennis ge maakt en dat hij hem daarna vrijwel dage lijks heeft ontmoet, zonder dat er een bijzon der vriendschappelijke verhouding ontstond. Hij heeft samen met Van der Lubbe eenigen tijd in een café aan de Uiterste Gracht te Leiden gewoond. Zijn indruk was. dat Van der Lubbe homo-sexueel was, welken indruk hii steeds heeft behouden. Frederik van Leeuwen verklaarde verder, dat Van der Lubbe tot 1931 lid van de com munistische partii is geweest en dat hij ver scheidene malen Duitschland heeft bezocht. Op een vraag van Mevr Bakker—Nort ant woordde getuige, dat Van der Lubbe zijn laatste reis naar Duitschland heeft gemaakt kort voor Februari van dit jaar, toen hem was medegedeeld dat zijn pas weldra zou afloo- pen. Van der Lubbe had daarbij gezegd, dat de tijd voldoende was. Get. zeide, dat volgens een verklaring van hun hospita, Mej Van Zijp, de Duitsche reizen van Van der Lubbe gewoonlijk samenvielen met de oogenblikken. waarop hij het meest om geld verlegen was. De hospita had hem ook gesproken van een spion, die haar huis had bezocht om den reden te ontdekken, waarom van der Lubbe niet langer ijverde voor de communistische partij. Breitscheid voor de commissie. De getuigenverhooren door de Interna tionale Commissie van Juristen zijn voortge zet met het verhoor van Dr. Breitscheid. de De houding van Frankrijk tegen over Rusland (Dag. Overzicht). Het Bruinboek over den Rijksdag brand (slot). (Buitenland). De Nederlandsche getuigen ge hoord in het Londensch proces. (Buitenland). Göring over de schooljeugd (Bui tenland). Twee Nederlanders, broers, uit Nijmegen, zijn bij een auto-ongeluk in Duitschland omgekomen. (Bin nenland). Op den Utrechtscheweg bij Amers foort is een luxe-auto op een groep militairen ingereden, waardoor vijf soldaten werden gewond. (Binnen land). Van der Lubbe, verdachte in de zaak der brandstichting in den Duitschen rijksdag, wijst de verde diging van mr. Pauwels af. (Binnen land). De Eerste Kamer heeft het wets ontwerp tot wering van buitenland sche studenten aan onze universi teiten aangenomen met 25 tegen 9 stemmen, tegen de soc.-democraten. Het uniformverbod heeft de Kamer z. h. st .aangenomen. (Uit het Parle ment). Ernstige ongeregeldheden tijdens de kermis te Volkel bij Uden (Bin nenland). (Zie verder eventueel laatste be richten). vroegere leider der Duitsche Socialistische partij. Breitscheid verklaarde, dat het zeer onwaarschijnlijk is, dat de communisten het Rijksdaggebouw in biand hebben gestoken. Hij was er van ovefttiigd, dat Torgler on schuldig is. De wijze, waarop de nationaal- socialisten den brand bij hun verkiezings campagne hebben geëxploiteerd, vestigt den indruk, dat de communisten geen schuld treft. Verklaring van Plasmeyer. Als laatste Nederlandsche getuige werd daarna gehoord de 33-jarige fondsbode W. Plasmeyer te Leiden. Deze deed mededee- lingen omtrent een vergadering van den Ne- derlandschen Fascistenbond te Leiden, waar Baars als spreker optrad, en waar Van der Lubbe moet hebben verklaard, dat de aan wezigen in de vergadering, die hij tot stilte aanmaande, niets van het fascisme befreien en dat er veel moois in zit. Getuige Plas meyer had den indruk, dat Van der Lubbe niet afkeerig was van het fascisme. VEERTIG-URENWEEK TE HAMBURG? In de beurs van Hamburg werd gisteren op initiatief van de Kamer van Koophandel een groote demonstratie gehouden, waarbiji de voorzitter van de Kamer. Huebbe, aan spoorde tot het invoeren van de veertig-uren week tot het verruimen van -Je werkgelegen heid Van een looncompensatie voor de ver korting van den arbeidstijd zou daarbij geen sprake zijn. Employés met vaste maande- liiksche salarissen zouden een korting van 16 pet. moeten dulden. WET OVER DEN OPBOUW VAN DEN DUITSCHEN BOERENSTAND. De rijksregeering heeft een van 13 Sept. gedateerde wet aangenomen, waarin wordt bepaald De rijksminister van Voedselvoorziening en Landbouw wordt gemachtigd, over den opbouw van den Duitschen boerenstand (Reichsnaehrstand) een voorloopige regeling te treffen. Hij kan den Reichsnaehrstand of zijn afdeelingen machtigen, de productie, den afzet en de prijzen van landbouwproducten te regelen. Hij kan groepen en leden van den Reichsnaehrstand en andere ondernemingen en instellingen, die landbouwproducten voort brengen of bewerken, samenvoegen. Schade loosstelling wegens ingrijpen op grond van deze wet wordt niet toegestaan. Overtreding van de bepalingen dezer wet kan op beschik king van den minister worden gestraft. In een .officieele mededeeling wordt ver klaard dat de regeering deze regeling be schouwt als een bijzonderheid, noodig ge maakt door den sp^cialen toestand in den landbouw Zij heeft niet het voornemen voor de andere takken van economie een derge lijke regeling te treffen. DE A.S. BESPREKINGEN TE PARIJS. In internationale kringen te Genève wordt groote beteekenis gehecht aan de a.s. be sprekingen te Parijs over de ontwapenings kwesties. Men acht deze besprekingen be slissend voor het verdere lot der conferentie. In den laatsten tijd schijnt toenadering te hebben plaats gevonden tusschen de Engel- schen en de Franschen inzake de ontwape- ninescontrole.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1933 | | pagina 1