Alkmaarsche Courant. In het paleis van den koning De moeilijkheden van Roosevelt. Hd JUtclement üeuiileton T)xiqeÜiksch OvetzicfU ^Buitenland Qemeeuteeadm öoiueni i\(\ en dertigste Jaargang. VRIJDAG 22 SEPTEMBER De kunstmatig opgevoerde propa- ganda-campagne van Roosevelt dreigt te mislukken. DE VRIENDSCHAP MET ENGELAND. ZIJPE. No. 224 1933 Den Haag, 21 September 1933. Beide Kamers der Staten-Generaal hebben gister vergaderd en geen van beide heeit het lang gemaakt. Van de Eerste Kamer was dat tot op zekere hoogte een verrassing De Voorzitter had het aanvangsuur op 11 uur gesteld en dat doet altijd het vermoeden rijzen, dat er de gansche dag mede gemoeid zal zijn. waarom zou men anders reeds zoo vroeg aan den slag gaan? Er stonden trou wens ook twee punten op de agenda, die wel licht niet zonder besprekingen van eenigen omvang konden worden afgehandeld. Maar het is mede gevallen. Het eerste punt van de agenda was het Adres van Antwoord op de Troonrede. Nu was het concept daarvoor wel niets meer dan een weerklank op het belang rijke staatsstuk, maar er kon verwacht wor den, dat er in het bijzonder van sociaal-demo cratische zijde wel een en ander zou worden gezegd. Niets daarvan! Alle negen paragra fen van het Adres van Antwoord gingen on der diep stilzwijgen onder den hamer des Voorzitters door en er werd ten slotte niet eens hoofdelijke stemming gevraagd, zelfs niet van sociaal-democratische zijae hoewel men daar tegen het Adres was geweest. Maar met die verschijnselen voor oogen mag men toch wel vragen, of het nu geen tijd wordt om aan dit forma'istische gedoe een einde te maken. Het had de Kamer twee vergaderin gen, 's lands schatkist een paar duizend gul den uitgespaard. Het tweede punt der agenda was het veel besproken voorstel van dr. Wibaut (s.d.a.p.) tot wijziging van het Reglement van Orde. Men zal zich wellicht herinneren, dat de Voorzitter in een vergadering van 29 Maart 1.1. weigerde een wijziging van de Kieswet, rakende de toekenning van de overschotze t Is, op de agenda te brengen, waardoor die wijziging niet van toepassing kon zijn bij de daarop volgende Kamerverkiezing. Hij had daartoe de bevoegdheid, maar de ontstem ming over d:ze houding des Voorzitters was zoo, dat de heer Dr. W i b a u t met een voor stel tot wijziging van het Reglement van Orde kwam, in dien zin. dat ook de Kamer zeggingsmacht zal hebben over wat er aan de orde zal worden gesteld. De schriftelijke voorbereiding van de behandeling van dit voorstel deed vermoeden, dat er nog al debat zou plaats hebben. Daar is niets van geko men. Toen de zaak aan de orde kwam ver klaarde n.1. de Voorzitter, dat hij voor het voorstel, dat zijn macht zou beknotten, zou stemmen. Nu, toen was er geen reden meer om er verder bij stil te staan. Wanneer de- geen, wiens bevoegdheid men wil inperken daarmede accoord gaat, waarom dan nog er over gepraat? De heeren Fock (lib.) en Van Lanschot (r.-k.) zeiden dan ook, dat zij niets zouden zeggen, de heer W i- b a u t bewaarde het zwijgen en zonder hoofdelijke stemming werd de aanvulling van het Reglement goedgekeurd. Het was al bo ter tot den boom dus! De Kamer is tot de volgende week Dins dag of Woensdag gescheiden. Met een korte rede heeft de heer Ruys d° Beerenbrouck opnieuw het voorzitterschap van de Tweede Kamer aanvaard. In hoofdzaak sprak hij enkel over de wijze, waarop de Kamer haar taak zal vervullen en hij sprak daarbij de verwachting uit, dat zij zaakkundige bondigheid aan bondige zake lijkheid zou weten te oaren. Hierna werden eenige vaste commissies benoemd, wat volgens gewoonte de Kamer aan den Voorzitter overliet. Onder meer wer den in de commissie voor buitenlandsche aan gelegenheden aangewezen de heeren De Geer (c.h.), Vliegen (s.d.a.p.), Bongaerts (r.k.). Van Dijk (a.r.), Knottenbelt (lib.), en voor de Rijksuitgaven de heeren Ketelaar (v.d.), Vliegen (s.d.a.p.), Van Dijk (a.r.), Tilanus (c.h.), Feber (r.k.), Van Kempen (lib.) en Teulings (r.k.). Wijders werd besloten wed-r voor enkele rubrieken van wetgeving vaste commissiën te beroemen, voor de jongste tie- lastingontwerpen een commissie van voorbe reiding in te stellen en evenals vorige jaren Vrijdagmiddag kwart voor vier aan te wij zen als oogenblik waarop men aan de regee ring mondeling een vraag kan stellen. Goed gekeurd werd, dat de Kamer op 3 October in de aftWingen zal gaan voor de behancV> ling van de rijksbegrooting. Den 12den October zal een openbare ver gadering worden gehouden tot afdoening van een aantal conclusies en rapporten, waarna vele wetsontwerpen zullen worden afgehandeld, o.a. dat tot wijziging van den bakkersarbeid, dat betreffende de huis industrie, het voorstel-De Visser tot wijziging van de Kieswet en het voorstel-Vos tot wijzi ging van de Winkelsluitingswet. Het was nog geen 3 uur, toen de heeren huiswaarts konden keeren. Ben liefdesgeschiedenis uit het oude Madrid door F. Marion Crawford. Naar het Engelsch door W, H. C. B, 33> Vlug liep hij op haar toe en zij kon niet achteruit, want zij stond tegen den muur Maar zij strekte haar armen uit om hem op een afstand te houden. Het afwijzend gebaar deed hem stiistaan, juist toen hij haar in zijn armen wilde nemen. „Neen, neenriep zij heftig uit. „Je moogt zulke dingen niet zeggen, zelfs er niet aan denken! Je bent buiten je zelf en je zoud; ook mij krankzinnig maken!" „Maar het zal zoo gemakkelijk gaan je zult zien Zij belette hem echter voort te spreken. ..Het mo.et niet makkelijk gaan, niet moge- hik zijn, 't mag volstrekt niet gebeuren Denk je dat ik je lief heb en je toch zoo n daad zou laten verrichten? O, neen! Dat zou geen liefde zijn, maar haat; dat zou verraad zijn tegen je zelf en tegen je broeder! De. felle glans verdween uit zijn oogen. Met gekruiste armen stond hij stil naar haar Ie luisteren. „Jij," riep zij met nog meer klem uit, „jij de dappere soldaat, de man men den vlekke- 'oozen naam, de incarnatie van het begrip *r! Jij, die pas in triomf bent teruggekeerd Toen Roosevelt in Maart het president schap van de Ver. Staten aanvaardde, wist hij, dat een moeilijk werk hem te wachten stond en dat op hem 'n geweldige verantwoor delijkheid zou rusten. Weinig kon hij ver moeden, dat bij zich, terwille van zijn volk, aan zulke gevaarlijke experimenten zou moe ten blootstellen. Twee maanden geleden heeft generaal Johnson, de chef van den grooten staf waar mee president Roosevelt zijn strategischen aanval op de crisis leidt, verkondigd: „Over zestig dagen zullen wij weten of het herstel program zal slagen dan wel of wij op weg zijn naar de economische hel". Die fatale termijn is thans verstreken en ofschoon de officieele instanties zich optimis tisch blijven uitlaten over de uitkomsten van het eerste stadium, zullen maar weinigen innerlijk overtuigd zijn van het uiteindelijk succes van de proefneming. Ongetwijfeld is er een en ander bereikt bij het streven van hoogerhand om den werktijd te bekorten, de loonen op te voeren en werkloozen aan' den slag te helpen. Het is echter de vraag of het bereikte ..iet te duur wordt gekocht met de afbraak van den dollar, de verontrustende onzekerheid waarin het zakenleven van dag tot dag verkeert en de vrees dat een zoo kunstmatige verlevendiging van bedrijf en nering toch niet van duur kan zijn. In vertrouwelijke gesprekken, ook met over heidspersonen, merkt men die vrees voort durend, verzekert Gordon Lennox, de sjoeciale vertegenwoordiger van de Daily Telegraph te Washington. Kringen die in nauw contact met Roosevelt staan, zeiden hem: „Wij weten niet waar wij heengaan" en de Engelsche journalist voegt hieraan toe dat de zin voor het avontuurlijke en de haast jongensachtige minachting voor den last der verantwoordelijkheid, welke hem kenmerken, de groote prikkels zijn die den president be wegen, het experiment voort te zetten, hoewel er vele redenen voor staking zouden zijn aan te voeren. Hij wijst tot staving van deze mee ning in de eerste plaats op den feilen strijd, die in tal van bedrijfstakken tusschen kapi taal en arbeid is ontketend, op den terugslag na aanvankelijk snellen aanwas in de omzet ten bij groot- en kleinhandel, die een gevolg is van de onmacht van het publiek om de sterk toegenomen productie af te nemen en zich ook uit in vermindering van de vraag naar vervoermiddelen. Om die stagnatie in de kunstmatige opstu wing van het bedijfsleven te boven te komen, heeft Johnson thans een propaganda-cam- pagne onder het motto „Koopt nu!" ingezet. Zij heeft ten doel de bevolking te suggereeren dat ieder die niet aanstonds koopt wat hij voor najaar en winter noodig heeft, zichzelf te kort doet omdat de prijzen hoogstwaar schijnlijk zullen gaan stijgen en men dus duurder terecht moet naarmate men langer wacht. Het spreekt vanzelf dat deze propa ganda alleen betrekking heeft op zaken, die den „blauwen adelaar' mogen voeren. Hoe het met deze tweede faze van het her stelprogram zal gaan, ligt nog volkomen in het duister. Het isx een uiterst belangwekken de proef, deze reusachtige reclameveldtocht, door de regeering van een groote mogendheid ondernomen. De groote vraag is maar of het publiek inderdaad koopkracht genoeg heeft om „nu te koopen". Van koopen op crediet of op afbetaling heeft de Amerikaansche klein handel door de droevige ervaringen tijdens de crisis meer dan genoeg gekregen. Geld bij de visch is sindsdien zijn leuze geworden en het gaat er dus om of er wel genoeg contan ten in de zakken van de aspirantkoopers zit ten. Voorstanders van inflatie zullen die vraag niet van beslissende beteekenis vinden. De re gering kan immers de bankbiljettenpers aan het werk zetten en zoo geld onder de menschen bnngen. Een enquête van den de- mocratischen senator Thomas uit Oklahoma moet aan het licht hebben gebracht dat er onder de leden van het Congres een zeer sterke strooming bestaat voor een dollar inflatie, doch dat Roosevelt aarzelt zich op dien hellenden weg te wagen. Terwijl uit Wallstreet het bericht komt dat de president, als hij tot inflatie overgaat, de voorkeur zal geven aan een crediet-inflatie, die den vorm zou krijgen van een aankoop door de federale reservebanken van schatkist biljetten ten bedrage van 3 milliard dollar, verneemt de correspondent van de Daily Tel. dien we boven reeds hebben geciteerd, dat Roosevelt wèl geneigd ware de goudwaarde van den dollar met 43 f>Ct. te verlagen en het betaalmiddel dan verder te koppelen aan den prijsindex, met herziening van maand tot maand, mits Engeland tot denzelfden maatregel met het pond sterling zou willen overgaan. De Engelsche journalist heeft daarvan wel geen officieele bevestiging kun nen krijgen, maar „menschen van groot ge zag" achten het bijna zeker dat Roosevelt een dergelijk voorstel aan Engeland zal doen bij de onderhandelingen welke begin October over de oorlogsschuld beginnen Voor aan vaarding van dat voorstel zou hij bereid zijn Engeland een zeer gunstige schikking voor de oorlogsschuld toe te kennen. VON NEURATH OVER DE FRANSCHE EISCHEN. Recht op veiligheid. In een interview, dat hij had toegestaan aan den Berlijnschen correspondent van dï „New York Times" verklaarde Von Neurath o.a.: „De Amerikaansche regeering heeft op de conferentie steeds aangedrongen op een in grijpende. vermindering der bewapening. Dat denkbeeld is door de conferentie in principe ook eenstemmig aanvaard. Helaas heeft men nog niet tot overeenstemming kunnen komen over de vraag, welke wapenen als aanvals wapenen moeten worden beschouwd. „Duitschland heeft voorgesteld, de aan valswapenen te definieeren als in het wajjen verbod van het verdrag van Versailles. Dat zou ten gevolge hebben gehad, dat alle mi litaire vliegtuigen, alle tanks en al het zware geschut van meer dan 105 mM. zou zijn uit geschakeld. De conferentie heeft echter het na 's konings vijanden te hebben bestreden, jij, tegen wien niemand ter wereld eqn belas terend of geringschattend woord zelfs heeft durven fluisteren. O, neen, neen, neen! Voor geen tien levens als 't mijne mag je je on dergang tegemoet gaan. Ik zou niet kunnen dulden dat je je zelf en je vaderland zou ver raden en je eerewoord niet gestand deed en dat men je ter wille van mij een verrader zou noemen. En niet omdat ik je dan misschien minder zou liefhebben. God helpe mij ik geloof dat ik altijd van je zou blijven hou den, welk misdrijf je ook beging, al weet ik dat 't schande van mij zou zijn Ik ben maar een vrouw! Maar liever dan dat mijn liefde je ondergang zou zijn, ja tot verrader zou stempelen en je ziel ook in het hiernamaals verloren zou doen gaan zou ik mijn eigen ziel, mijn eer en alls opofferen! Je zult t niet doen! Je denkt dat je meer van mij houdt dan ik van jou, maar dat is niet waar, want om je te redden, zooals je nu bent, is mijn liefde zoo groot, dat ik zelfs voorgoed van je heen wil gaan ter wille van je eer, je koning, je onsterfeliiken roem, je smette- looze leven, dat achter je ligt. En dan zal ik bliiven alleen ter nagedachtenis van mijn lief de'" Toen zij deze bezielende woorden had ge- soroken, keek zij omhoog, als om den hemel als geuige aan te roepen, dat zij haar belofte zou houden, en toen zij, onbewust haar hand naar voren hield, nam hij die teeder in de zijne en' voelde den zachten druk van haa: vingers als om hem de zaak in hetzelfde hel dere licht te doen zien, waarin zij die zelt ^Je bent beter en verstandiger dan ik Duitsche voorstel niet aangenomen en nog geen andere oplossing gevonden, hoofdzake lijk doordat eenige zwaarbewapende landen, in het bijzonder Frankrijk, de grens tusschen aanvals- en verdedigingswapenen zóó ge trokken wilden zien, dat zij van hun eigen zware bewapening zoo goed als niets behoe ven af te schaffen. Door de pers van dezelfde landen, die deze houding te Genève hebben aangenomen, wordt met het slagwoord ,geen bewapening" geëischt ,dat aan het verbod van het verdrag van Versailles betreffende de materieele be wapening van Duitschland niets Yal worden veranderd. De practische beteekenis van de zen eisch wordt 't beste geïllustreerd door de volgende feiten: Duitschland is niet slechts iedere militaire luchtvaart, maar ook het be zit van luchtafweergeschut verboden. Zijn bu ren, vooral Frankrijk, hebben daarnaast ge weldige moderne militaire luchtvloten met talrijke bombardementseskaders gebouwd. Daardoor bevindt Duitschland zich in een staat van volkomen weerloosheid en van groote onveiligheid. Blijven echter de andere staten in het bezit van hun militaire lucht- zei hij op een toon, die verried dat hij tot in keer was gekomen „En je weet dat ik gelijk heb? Je ziet in dat ik je moet verlaten, in je eigen belang?" „Van mij heengaan nu?" riep hij uit. „Dat heb je alleen maar gezegd, maar niet gemeend, is 't wel?" „Ik heb 't wel degelijk gemeend'', zei ze met moeite. „Het is het eenige, dat ik kan doen, om te toonen hoeveel ik van je houd. Zoolang ik in je leven zal zijn, verkeer je in gevaar je zult nooit voor je zelf veilig zijn o, dat merk ik nu duidelijk. Ik sta tus schen jou en alles wat de wereld je zou wil len geven ik wil niet staan tusschen jou en je eer!" Haar krachten begonnen haar te begeven, hoe zij er ook tegen streed. Hjj was niet in staat iets te zeggen kon niet begrijpen dat zij in ernst was. „Ik moet!" riep zij plotseling uit. „Het is alles wat ik voor je kan doen het is mijn leven neem het!" Tranen welden uit haar oogen, maar zij hield het hoofd rechtop, zoodat zij ongestoord over haar wangen liepen. „Neem het!" herhaalde zij. „Het is alles wat ik in ruil voor het jouwe en je eer kan bieden. Vaarwel o, mijn God, ik heb je zoo innig lief. Nog één keer, voordat ik heenga Zij viel bijna in zijn armen en legde haar hoofd op zijn schouder, terwijl zij haar armen om zijn hals sloeg, zooals zij dat altiid deed Hij kuste haar zacht jes en voelde af en toe haar heele lichaam schokken door het snikken, dat zij deed vloten, dan zou het een onrechtvaardige en derhalve onaanvaardbare eisch zijn, dat ons de eenig mogelijke verdediging tegen lucht aanvallen, nl. door vliegtuigen, zou worden onthouden. Duitschland heeft hetzelfde recht op vei ligheid als alle andere staten. Wel hebben wij er ons mede accoord verklaard in overeen stemming met het plan van MacDonald, dat voor de verwerkelijking van dit recht een overgangsperiode moet worden in acht geno men. Maar in geen geval kan Duitschland gedurende deze periode principieele discrimi neeringen aanvaarden. Dat zou onvereenig- baar zijn met zijn eer en zijn nationale vei ligheid. Doelmatige ontwapeningsmaatregelen zijn de voorwaarden voor een controle die berust op de basis van rechtsgelijkheid. Onder de voorwaarden van gelijkgerechtigdheid en er- fectieve ontwapening is Duitschland bereid, ook toe te stemmen in een periodieke en auto matische controle, waaraan Frankrijk zoo groote waarde hecht. De eisch tot een eenzij dige controle tegenover Duitschland moet Duitschland echter met allen nadruk af- wijzen. Er wordt van gesproken, dat het aan het bewind komen van de regeering-Hitier iedere ontwapening in de nabuurstaten van Duitschland onmogelijk maakt. Daarom zou eerst een controle moeten worden uitgevoerd om het noodige vertrouwen te herstellen, voordat werkelijke ontwapeningsmaatregelen zouden kunnen worden genomen. Die argu mentatie moet ik bepaald van de hand wijzen. De nieuwe Duitsche regeering streeft niet naar oorlog". DE RAMP VAN DE R. 101 IN 1930. Onthulling van gedenkteeken. Op 1 October zal te Beauvais in Frank rijk, waar in 1930 het Engelsche luchtschip R 101 verongelukte, een gedenkteeken wor den onthuld. MacDonald hoopt deze plech tigheid te kunnen bijwonen. „HEIMWFHREN" MOGEN NIET DEELNEMEN. Aan betooiringen van het Vader- landsche front. De leider van den „Heimatschutz", vorst Starhemberg, heeft een bevel uitgevaardigd, inhoudende, dat de Heimatschutz tot nadet order niet aan betoogingen van het Vader landsche Front zal deelnemen. TAIFOEN IN ZUID-JAPAN. Zeventien dorpen verwoest. Een hevige taifoen heeft de Zuidelijke eilanden van Japan geteisterd. Zeventien vis- schersdorpen zijn verwoest. Twaalfhonderd menschen zijn dakloos. Tot nog toe zijn drie dooden gemeld. Een groot deel van het ge teisterde gebied is van iedere verbinding af gesneden. WILDE SCHIETPARTIJEN IN HAVANNA. Malarie in hef binnenland. De toestand op Cuba is wederom ver scherpt. In de straten van Havanna hebben ernstige schietpartijen plaats gehad. Ter ver sterking der politie moesten taxis worden ge bruikt, die met soldaten werden bemand en die door de straten patrouilleeren. Ameri kaansche onderdanen, die in het binnenland wonen hebben zich aan boord begeven van de Amerikaansche oorlogsschepen. In een reeks steden en dorpen in het binnenland is een malaria-epidemie uitgebroken, die tenge volge van den gebrekkigen sanitairen toe stand nauwelijks bestreden kan worden. EEN VIERLING. In de gemeente Porto Viro in Italië aan de Adriatische Zee heeft een 37-jarige vrouw een vierling gekregen. De kinderen, twee jon gens en twee meisjes, verheugen zich, evenals de moeder, in een perfecte gezondheid. VLOOTMANOEUVRES AAN DE SCHOTSCHE KUST. Vliegtuigen tegen oorlogsschepen. Ook aan de Oostkust van Schotland heb ben op het oogenblik groote manoeuvres van de thuisvloot plaats. Behalve groote oefe ningen in torpedo-aanvallen zal ook onder zocht worden, of een kust naderende vloot met vliegtuigen, dus zonder medewerking van zeestrijdkrachten, kan worden afgesla gen. Tot dit doel zijn reeds voor Edinborgh 9 vliegtuigerkaders geconcentreerd, die over verschillende sectoren verdeeld den vijande lijken vlootaanval moeten afweren. „Het vermoordt me", zei ze met gebro ken stem. „Ik kan niet ik dacht zoo sterk te zijn! O, ik ben de rampzaligste vrouw, die er op de heele wereld is!" Met een plotselinge beweging maakte zij zich van hem los en wierp zich snik kend in een stoel, waar zij haar gezicht in haar handen verborg. „Je mag niet gaan je mag niet!" riep hij uit, naast haar op zijn knieën neervallend en trachtend haar handen in de zijne te nemen. „Dolores zie me aan. Ik zal alles doen alles beloven je moet me gelooven! Luister, lieve ling ik geef je mijn eerewoord en be zweer bij God „Neen, bezweer niets zei ze tus schen haar snikken door. „En toch zal ik het doen!" drong hij aan, terwijl hij haar handen van haar gezicht nam, totdat zij hem aankeek. „Ik zweer bij mijn eer dat ik nooit mijn hand tegen den koning zal opheffen, dat ik hem zal verdedigen, voor hem zal strijden, loyaal jegens hem zal zijn, wat hij mij ook moge doen, en dat ik zelfs voor jou niets zal doen en niets zal zeg gen, dat niet in alle opzichten eervol is evenals ik tot nu toe getracht heb te doen!" Al luisterend naar zijn woorden hield haar huilen op, en er kwam meer leven in haar betraande oogen. Zij trok hem naar zich toe en kuste hem op zijn voor hoofd. „Ik ben zoo blij zoo gelukkig sprak zij zacht „Ik zou nooit de kracht EEN GEWELDIGE DIAMANT GEVONDEN. Volgens berichten uit Bello Horizonte iri den Braziliaanschen staat Minas Geraes, zijn in de leiding van de Bento-rivier gewel dige diamantenvondsten gedaan. O.a. werd een diamant van 2000 karaat gevonden, een der grootsten, die, na de Cullinan die in 1905 in Transvaal in de Premier-mijn werd gevonden ooit gevonden zijn. De overige diamanten zijn meest tusschen 18 en 35 karaat groot. DE MIJNSTAKING IN STIERMARKEN. In de mijn te Fohnsdorf is het werk giste ren weer hervat. Moeilijker zijn de omstan digheden in Seegraben, waar de regeerings- vertegenwoordigers na een onderhoud, dat zij onder den grond met de stakers hebben gehad, onverrichter zake moesten terugkee- ren. Eerst door het ingrijpen der bedrijfs- raden, die de onderhandeling te Fohnsdorf hadden bijgewoond, werd het besluit geno men, ook hiervan de staking af te breken- Men zal trachten, eenige onbillijkheden ten aanzien van de mijnwerkersverzekering uit de regeeringsverordening te doen verdwij nen. In officieele kringen wordt de hoop uit gesproken, dat het conflict daarmede zal zijn beëindigd. Na opening der gemeenteraadsvergade ring door den heer J. de Moor, burgemees ter, volgde voorloopige vaststelling van de gemeenterekening, dienst 1932 en goedkeu ring van de rekeningen van het algemeen armbestuur en van het algemeen weeshuis. De rekening der gemeente wees aan op der gewonen dienst: ontvangsten 240576.91, uitgaven 219683.39; batig slót alzoa 20893.52 en op den kapitaaldienst: ont vangsten 2686 50, uitgaven 2686.50. Uit de rekening van het algemeen armbe stuur bleek, dat in 1932 was ontvangen f 40517.99 en uitgegeven 39009.93; batig slot alzoo 1508.06. De rekening van het algemeen weeshuis gaf als ontvangsten over 1932 aan 6745.90 en als uitgaven 6434.78; batig slot alzoo 311.12. Vaststelling volgde van het bedrag der ge meentelijke vergoeding bedoeld in art. 1ÓI' der Lager Onderwijswet 1920, voor de bij zondere scholen over de jaren 1930 en 1931. Bedoeld bedrag over het jaar 1930 werd vastgesteld a. voor de R.K. school te 't Zand op 1996.13; b. voor de R.K. school te Burgerbrug op 525.80. En het bedrag over het jaar 1931 als volgt: a. voor de R.K. school te 't Zand op 3246.75; b. voor de R.K. school te Burgerbrug op 965.25. Hierna vaststelling van het bedrag der ge meentelijke bijdrage, bedoeld in art. 102 der Lager Onderwijswet 1920, over 1930 en 1931, ten aanzien van den cursus voor bij zonder vervolgonderwijs te Burgerbrug. Het hierbedoelde bedrag werd voor i930 vastge steld op f 56.34 eh voor 1931 op 275.83. De verordening, regelende de eischen van benoembaarheid en de bezoldiging van de veldwachters der gemeente Zijpe werd op nieuw vastgesteld. Op een verzoek van de politie-schietver- etniging „Schagen en Omstreken" om een jaarlijksche subsidie van y. cent per inwo ner of een vast bedrag van 10 werd afwij zend beschikt. Eveneens werd afwijzend besdhikt op een adres van de crisis-commissie van het Alge- Afdeeling Ziekenfonds te Alkmaar en om streken, houdende verzoek steun te verleenen bij het betalen van contributie door leden van genoemd ziekenfonds, die hiertoe in dezen crisistijd niet meer in staat zijn. Alleen de heer Doorn wilde gunstig beschikken. Aan de orde kwamen de adressen van de heeren N. Snip te Burgervlotbrug en H. A, Twigt te St. Maartensvlotbrug, houdende verzoek om vergoeding van kosten van schoolbezoek, als bedoeld in art. 13, le lidt der Lager Onderwijswet 1920. Adressanten laten hun kinderen onder wijs genieten aan de christelijke school te Schagen Het vervoer geschiedt per autobus. De kosten bedragen voor: a. Jan en Tjalling Snip (zoons van N. Snip) 160 per jaar; b. A. M. van Wildernis (zoon van H. A. Twigt) 60 per jaar. B. en W. waren van oordeel, dat het ver hebben gehad je voorgoed vaarwel te zeggen!" HOOFDSTUK X. Don Jan streek haar zachte haar ge lijk. Sinds hij wist dat hij haar lief had, had zij hem nooit zoo mooi toegesche nen als nu en hij trachtte haar iieve ge zicht, zooals het thans was, voorgoed in zijn geheugen te prenten. Er was weer kleur op haar wangen gekomen en een gelukkige blik straalde uit haar oogen, zoodat alleen haar vochtige, lange wim pers verrieden dat zij had gehuild. „Het was een vreeselijke droom, lieve ling geen werkelijkheid", zei ze met zachte stem, waaruit vreugde klonk. Ook hij glimlachte, nu de korte maar hevige storm, waaruit hun liefde nog mooier en sterker dan te voren te voor schijn was getreden, voorbij was. Zijn woord was haar voldoende en zij wist dat hij liever zou sterven, dan dat hij het zou schenden. „Je moet alles maar vergeten en mij vergeven", antwoordde Don Ja i. „Ik kan 't gemakkelijk vergeten, want 't was maar een droom, en te vergeven heb ik niets", zei ze. „Maar zelfs al was 't geen droom, wat zou ik je dan moeten vergeven?" „Wel, al was 't maar alleen mijn ge dachte om mijn woord tegenover mijn souverein en mijn vaderland te breken", antwoordde hij eerlijk, terwijl een blos van schaamte hem naar de wangen St66S[> (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1933 | | pagina 9