VOOR DE KLEINTJES
£xwd= en Hetittêouw
!Eucqedijke Stand.
Raadselhoekie
STOUTE MUISJES
SPREEKWOORD RADEN
VADER PLUIM
MIJN PAARDJE
AVOND
x
xxxxxxxxx
10.
12.
vofgehoucten, dat Torgler eenige connectie
had met Van der Lubbe. Wat dezen jammer
lijken Nederlander zelf betreft is het bewijs
materiaal (in Nederland verzameld dooi me
vrouw Bakker—Nort, Vermeylen en Bran-
ting) tefïen hem zoo bezwarend en zoo over
tuigend, dat hij voor ons staat als een door
en door verdorven persoon en een meelijwek
kend product van inherente zwakzinnigheid,
dat gemakkelijk het slachtoffer werd van po
litieke en zedelijk verworden milieus. Zijn
geestelijke samenstelling, of liever het gebrek
aan zulke samenstelling, had hem klaarblij
kelijk voorbestemd vroeg of laat het werktuig
en het slachtoffer te worden juist van zulke
omstandigheden als waarin hij zich blinde
lings (en hij is ook physiek bijna blind) liet
plaatsen.
In algemeen en zin hebben de verklaringen
van de getuigen in Londen feiten en omstan
digheden aan het licht gebracht betreffende
den brand, welke ten eenen male in strijd
zijn met de officieele voorstellingen, door de
Duitsche regeering van de toedracht der
zaak gegeven. Indien deze omstandigheden
en feiten zich hebben toegedragen, zooals de
getuigen ze hebben aangegeven, dan moeten
de officieele voorstellingen van A tot Z een
sprookje zijn. De vraag moet daarom wor
den gesteld of de getuigen inderdaad de toe
dracht juist hebben weergegeven. En het ant
woord daarop is, dat de verschillende getui
genverklaringen elkaar tot in de kleinste bij
zonderheden precies dekten. Dat zou zich
moeilijk hebben kunnen voordoen indien de
getuigen hadden verzuimd den toestand en
de omstandigheden, zooals zij ze hadden
•waargenomen, juist en zonder draaierij weer
te geven. Waar geen der Londensche ver
klaringen kon passen in het officieele ver
haal van den brand daar pasten ze wel heel
goed in de verrassende voorstellingen in de
brochure Oberfohren, waarvan eenige bla
den in den loop der laatste weken uittreksels
hebben gegeven en die volledig op de com
missietafel in Londen lag ter kennismaking
van de aanwezigen, grootendeels journalis
ten, aangezien de zaal te klein was >in er
veel publiek in te kunnen toelaten. Men zal
wellicht weten, dat deze brochure een ged j
tarlleerd verslag geeft van de brandstichting
en van de maatregelen, welke er voor werden
genomen en daarenboven de brandstichters
allemaal regeerings-vrienden of -mannen
met namen noemt.
Oberfohren was de leider van de Duitsch-
Nationalen in den Rijksdag, die er het hoog
ste belang bij had, dat de regeering dat
was nog vóór den brand geen gévo'g zou
geven aan haar voornemen de communisti
sche partij buiten de wet te stellen De ge
ruchten over dit voornemen liepen dagen
voor den brand door den Rijksdag. En de ge
tuigen in Londen vertelden b.v., dat men ;n
die dagen het ongewoon schouwspe' kon ga
deslaan van fluisterende afspraken tusschen
twee politiek zoo zeer verschillende mannen
a!s Oberfohren en Torgler. Die gespiekkcn
liepen niet zoo zeer over de communistische
bedreiging, welki volgens de voorstellingen
der Nazi's over Duitschland lag, als wer de
Nazi-bedreiging, welke over de communisti
sche partij lag en die, indien zij zou worden
uitgevoerd, aan de Nazi's een meerderheid
in den Rijksdag zou geven, welke alle mede
zeggingschap in het bestuur aan Oberfoh-
ren's partij zou ontnemen.
De getuigenverhooren in Londen hebben
van begin tot einde bevestigd, dat de partij,
welke het grootste voordeel zou ontleenen
aan den Rijksdagbrand, de Nationaal-Soda-
listisehe Partij was. Blijkens het bewijsmate
riaal kan ook niet worden volgehouden, dat
Torgler zoo zeer van politieke wijsheid ver
stoken was, dat hij met terroristische hande
lingen al waren ze veel minder ontzetiend
dan brandstichting in den Rijksdag in de
kaart van de Nazi's zou kunnen spelen. Het
tegendeel bleek uit de Londensche verklarin
gen. Torgler is een idealistisch communist,
die zich altijd heeft uitgesproken tegen indi
vidueel terroristisch optreden en die als een
politiek schrander en een redelijk persoon
moest worden beschouwd, die feitelijk met
zijn temperament en karakter veel beter thuis
zou zijn geweest in de kringen der zoo ge
matigde Duitsche sociaal-democraten. Hij
doorzag het Nazi-spel en zijn houding was
er op berekend het door meer dan normale
gematigdheid tegen te werken.
Hierboven is gezegd, dat buiten Duitsch-
land reeds lang de overtuiging heerscht, dat
de communisten niets met den Rijksdagbrand
uit te staan hebben gehad. Maar ook in
Duitschland gelooft, volgens de verklaringen
van deze inmiddels uit Duitschland gevluch
te getuigen, alleen het redelooze deel der be
volking er aan. Nazi's zelf de bewakers
van de concentratiekampen hebben vol
gens de verklaringen van Dr. Br^Ocheid
(zeker een van de meewarigste der uit
Duitschland verstooten figuren, een man die
niet meer in staat is zijn lippen tot een glim
lach te krullen) aan Breitscheids daar gevan
gen vrienden verklaard, dat zij niet aan een
communistische brandstichting geloofden.
Dit is maar hier en daar een greep uit den
overvloed van bewii«materiaal, dat het on
derzoek in Londen tct heden heeft opgele
verd.
De uitkomst van dit onderzoek is tot heden
negatief; en dat moet ze wel blijven. De
vraag wie den brand heeft gesticht, indien
r'e cmmun'sten het niet hebben gedaan,
kunnen deze getuigen niet beantwoorden. De
aanstichters zijn te- dom geweest in hun op
zet om zelfs verdenking op de communisten
te doen vallen. Zij hebben de verdenking
trachten te leggen door den communisten
eenvoudig in de officieele voorstellingen
zonder schijn van bewijs als de daders aan
te wijzen. De aanstichters zijn niet zoo dom
geweest in Leipzig getuigen toe te staan, die
door hun verklaringen circumstantieel hun
schuld zouden bewijzen. Het onderzoek
in Londen heeft officieel geen rechtskracht.
De getuigen hebben uiteraard niet onder eede
gestaan, hoewel hun is verzocht „te doen als
of" Er is geen enkele reden om aan te nemen,
dat zij, in het officieele proces onder eede ge
hoord, anders zouden hebben gesproken, in
dien zij het zonder gevaar voor hun leven
zouden hebben kunnen doen.
krimping van den rundveestapel. Hoe
wel ook wij aan een vrijwillige beper
king de voorkeur geven, zooals voldoen
de uit onze vorige brieven, handelende
over deze aangelegenheid, blijkt,
achten ook wij het mogelijk, dat langs
dezen weg het gewenschte resultaat niet
wordt bereikt Alsdan zouden inderdaad
verderstrekkende maatregelen moeten
worden genomen. Verreweg de voor
keur verdient het dan die maatregelen
te kiezen, welke een indirecten dwang
opleveren. Eerst wanneer onverhoopt
ook deze mochten falen, zouden directe
dwangmaatregelen niet a hterwege
kunnen blijven.
Daar het bereiken van het doel, be
perking van den rundveestapel, ons on
der de gegeven omstandigheden vol
strekt noodzakelijk toeschijnt, verklaren
onze organisaties zich bereid tot volle
dige medewerking, ook indien de laatst
genoemde maatregelen onvermijdelijk
blijken te zijn.
Te eerder kunnen wij ons hiertoe be
reid verklaren, waar Uwe Excellentie
harerzijds de toezegging doet de door
Uwe Excellentie noodig geachte maatre
gelen tot inkrimping van den rundvee
stapel niet dan np. overleg met de Cen
trale Landbouworganisaties vast te
stellen".
OUD-LEERLINGEN VAKSCHOOL
VOOR KAASMAKERS TE HOORN.
Algemeene versa dering te Alk
maar in café Central.
Een twintigtal heeren woonde gister
middag deze vergadering bij. De voor
zitter. de heer P Smit, opende met een
kort woord van welkom de vergadering
Een paar ingekomen stukken werden
voor kennisgeving aangenomen, waarna
de heer de Reus verslag uitbracht
van de algemeen© vergadering van
den Nieuwen Bond van Zuivelfabrieken
de secretaris, de heer T. Groot Cz., gaf
verslag van eenzelfde vergadering en
van de buitengewone algemeens verga
dering van den Bond van op coöp.
grondslag werkende zuivelfabrieken
Alle verslagen werden onder applaus
goedgekeurd.
Bestuursverkiezing-
In de vacature-Schouten (niet herkies
baar) werd gekozen de heer A de Reus
te Westdijk (Alkmaar), die de benoeming
aannam.
Begrooting 1934.
De begrooting voor 1934, sluitende op
235 in ontvangsten en uitgaven, werd
vasfge.steld. Zij was ,raar de voorzit
ter mededeelde, opgesteld in verband
met de besprekingen in de vorige V3r-
gadering. Tot contributie-verlaging
meende het bestuur niet te moeten over
gaan, omdat de jaarlijks verschuldigde
bijdrage 2 reeds laag is.
Voor het nazien van de rekening I9w
berden aangewezen de heer P V isser.
Jb C Zomerdijk en H. de Ruiter
Benoeming afgevaardigden.
Tot afgevaardigden naar de vergade
ringen van den Nieuwen Bond van Zui
velfabrieken werd aangewezen de heer
Speur, van Stompetoren.
Verschillende heeren hadden voor de
aanwijzing bedankt, omdat volgens één
van hen op genoemde vergadering wel
eens dingen gezegd worden die de kaas
makers onmiddellijk raken en waarop
zij dan geen gelegenheid krijgen hun
meening te zeggen
De heer A Sthrooder (Heiloo)
voerde hiertegen aan. dat de Nieuwe
Bond steeds een ru'm standpunt in
neemt en gaarne eventueele bezwaren
als genoemd zal aanbooren-
De secretar's en anderen betoog
den, dat het bijwonen van een vergade
ring als bedoeld nuttig kan zijn, omdat
men er altijd wel wat opsteekt.
Een ander voerde hiertegen aan. dat
het nut wel eens problematisch is. waar
nog bij komt dat men op den Nieuwen
Bond (de werkgevers) de kaasmakers
ei'en'iik niet «raae ziet
Dr S r h e y (Hoorn) betreurde de ge
ringe animo om de vergaderineen van
d" hoide zuivelbinden te bezoeken z t
Is daar wel wat te leeren Hij hoopte op
een veranderde houding bij de leden
Rondvraag.
De heer Groot bracht de kwes'ie
van werking van centrifigaal- en andere
pompen ter sprake, waarover daarna
verschillende leden mededeeliugen de
den van hun ervaringen.
Voorts werd gesproken over een
nieuw instrument (van de jaarbeurs) ten
dienste van het bepalen van de zuur
heidsgraad.
Na afloop van de vergadering werd
een excursie gemaakt naar de coöp zui
velfabriek en melkinrichting Westfries
land te Lutjewinkel.
NOORDSCHARWOUDE (Aug.)
Geboren Petrus Theodorus, z. van
Machiel Ooijevaar en Petronella Quax.
Johanna Alida, d. van Machiel Ooije
vaar en Petronella Quax.
Gehuwd: Hendrik van Essen te
Edam met Geertje Langedijk. Theo
dorus Córftelis Hoogeboom te Alkmaar
en Anna Goudsblom. Machiel Jansen
te Harenkarspel en Anna Corneiia
Schuijt. Cornelis Petrus Stet te Heer-
hugowaard en Anna Gerarda Schuit.
Pieter Kist te Zuidscharwoude en Niesje
Keppel.
URSEM (Augustus).
Geboren Johanna Maria, d. v. A.
Groen en A. M. de Jong Tjaling, z. v.
E. Idsardi en I. Zijlstra. Maria Ca-
tharina, d. v J. D Gerritsen en M A.
Kramer. Theodora Clara. d. v. J.
Schaap en M. Groenveld. Maria Adri-
ana, d v. J. Schilder en A Wever.
Overleden: Maria Catharina Ger
ritsen, 10 dagen. Klaas Leegwater, 71
jaren.
M'
nv
SPANJE IS BEVREESD VOOR
MOND- EN KLAUWZEER.
Invoer van Nederlandsch vet tijde
lijk verboden.
Naar Reuter uit Madrid meldt, publi
ceert de „Gaceta" een besluit, waarbij
de invoer van vee in Spanje tijdelijk
stopgezet zal worden, daar men vatbaar
heid voor mond- en klauwzeer verwacht
bij dieren, die uit Nederland afkomstig
zijn.
Alle toegestane overeenkomsten zijn
geannuleerd. Het vee, dat reeds naar
Spanje onderweg is, zal bij aankomst
aan een streng veterinair onderzoek
worden onderworpen.
GERST EN ROGGE IN 1934.
De heer Chr. van den Heuvel, lid van
de Tweede Kamer, heeft den minister
van Economische Zaken gevraagd:
Is het den minister bekend dat on
danks de mededeelingen welke door
hem zijn verstrekt, er bij de landbou
wers nog onzekerheid bestaat omtrent
de vraag of alle rogge en gerst in 1934
gesteund zal worden en welke garantie
prijzen voor deze producten zullen gel
den?
Is de minister bereid, met het oog op
den reeds aangebroken zaaitijd voor
winterrogge en wintergerst, mede te
deelen voor welken prijs rogge en gerst
geleverd kunnen worden en of nog
eenige beperking voor deze cultures be
staan zal?
INKRIMPING VAN DEN VEESTAPEL.
De drie centrale organisaties zeg
gen volledige medewerking toe, ook
in geval van directen dwang.
In antwoord op een brief van minister
Verschuur aan de drie centrale land-
bouw-organisaties, waarin de volledige
medewerking dezer organisaties wordt
gevraagd bij de inkrimping van den
veestapel, hebben deze het volgende
aan den minister medegedeeld:
„Ook naar onze meening moest voor
eerst vaststaan,1' dat de runderen, die
worden opgeruimd, niet door anderen
worden vervangen, waardoor de toege
paste beperking van den rundveestapel
haar beteekenis weer geheel zou verlie
zen. Hiertoe dient de teeltbeperking
w aarover Uw schrijven d.d. 12 Augustus
1933, gericht aan de heeren Chr. van den
Heuvel, J. L. Nijsingh, J. Th. erheggen
(de leiders der centrale landbouworga
nisaties) alsmede ons antwoord dd. 30
Augustus 1933 handelen.
Voorts zijn wij met Uwe Excellentie
van meening, dat aan deze teeltbeper
king moet voorafgaan een voldoende in-
Oplossingen der raadsels
uit 't vorige nummer.
Voor grooteren.
1. Perzik Piet Hein.
Iep
Ezel
Thee
Havik
Eclips
Iris
Naald
2. Al doende leert men.
Londen, molen, lam, Edam, meer,
tram, dal, Arnold.
3. We gaan met Toos, Em, Lina en
Betsy fietsen. (Semlin).
Vader vindt het grove net iets te
klein voor het doel. (Venetië)
Laat An gerust komen, als zij graag
wil. (Tanger).
Als u hem noodig heeft, moet u hem
roepen, hij zal in zijn kamer zitten.
(Linz.)
Zeker, u kunt op mij rekenen: ik wil
natuurlijk graag komen. (Wilna).
4. Wandelende bladen en wandelende
takken, (insecten).
Voor kleineren.
1. Ijsbloemen (op de ramen.)
2. Wals Winterswijk.
Piet
hand
keet
kies
krom
sago
kwik
g r ij s
z i e k
3. Een klaproos.
4. Meeuw, leeuw, Zeeuw
OM OP TE LOSSEN.
Voor grooteren.
1. Mijn eerste is een jongensnaam, mijn
tweede en derde vormen samen een
natuurverschijnsel en mijn geheel
is een koekje.
2. Met r ben ik een riet of bies en met
m een vogeltje.
3 Kruisraadsel.
Op d** beide kruisjeslijnen komt de
naam van een eigenaardig dier,
dat vliegen kan.
X
X
X
X
X
X
X
le rij een medeklinker.
2e een getal.
3e een visch.
4e een stad in Gelderland.
5e 't gevraagde woord
6e iets wat veel menschen en kin
deren in den w inter graag doen.
7e een rivier in Zuid-Holland
8e een boom.
9e een medeklinker.
4 Mijn geheel wordt met 9 letters ge
schreven en noemt een stad op het
Balkan-Schiereiland.
Een 1. 5. 4. 7, 6 is een nuttig man.
6, 2. 3. 8. 9 kan sommige metalen
leelijk bederven.
Een 4. 2, 3 is een viervoetig dier.
Sommige dieren hebben een 8 9 5
5, 6. 9
Een 6, 2e, 2, 4 is een vogel,
VERHAALTJE OP RIJM
door C. E. DE LILLE HOGERWAARD.
Trippel trippel trippel!
Kijk eens: Mevrouw Muis
Gaat heel deftig wand'len
Blijft vandaag niet thuis!
2.
'n Grooten, mooien hoed op,
'n Mantelpak en das!
Of die mevrouw Muis toch,
In de mode was!
3.
Vaal, het kleine muisje
Mag met Moeder mee
Naar zijn Tante Sprietsnor
Gaan ze op de thee!
4.
Vaaltje draagt een truitje
En een wijde broek.
Ook heeft Vaal een pet op:
Hij gaat op bezoek.
5.
Tante Sprietsnor woont aan
't And're eind der stad.
Daarom zegt zijn moeder:
Vaaltje, weet je wat?
6.
Daar komt juist een bus aan.
Stap mar in, heel vlug.
Wij gaan eens uit rijden,
Heen en ook terug!
7.
Kijk, juist houdt de bus ztU,
Waar zij moeten zijn.
Tante staat te wuiven,
Naast haar: neefje Klein.
8.
En terwijl de Moeders
Praten honderd-uit,
Fluistert Kleintje Vaal In*
(O, hij is zoo'n guit!)
9.
Zullen w' on9 verstoppen
In de donk're kast
Vol met lekker eten?
Foei! ondeugend was t!
En het eind van 't liedje?
Na heel veel gesnoep
Klonk plots angstig piepend
Hun bedroefd geroep:
11.
Moeder, 'k ben zoo aaklig! -
Moeder, 'k heb zoo'n pijnt
Zou dat van het snoepen,
Denkt u, kunnen zijn?
Beide muisjes kregen
Hun verdiende straf
En zoo leerde 't tweetal
Vast zijn snoeplust afl
Welk spreekwoord stelt dit plaatje voor? (Nadruk verboden!}.
Vader Pluim met langen staart,
't Bruine jasje aan,
Springt heel vlug van tak op tak,
Blijft niet even staan.
'k Roep hem al een heele poos.
Pluimpje luistert niet.
En de eekhoorn doet zelfs nét,
Of hij mij niet ziet.
Vader Pluim heeft heusch geen tijd,
Is druk in de weer.
Wat doet hij daar in dien boom,
Denk je, eiken keer?
Ik weet 't alt Hij gaat naar zijn nest,
Brengt zijn vrouwtje wat,
Die het met de kind'ren deelt.
Aardig hè, is datl
'k Haal wat apenootjes vlug,
'k Maak van brood wat kruim
En ik strooi het op den rond
Voor familie Pluim.
Vader loopt er vlug mee weg
En wuift met zijn staart:
Om mij te bedanken was 't
Is 't geen kiekje waard?!
CARLA HOOG.
(Nadruk verboden).
4, 2, 3, 8, 9 zegt men tegen sommige
dieren.
Voor kleineren.
1. Verborgen viervoetige dieren.
Wil Tante Anna apothekeres wor
den?
Haai amandelen en hazelnoten,
Jan. (2)
Ik vind deze bramen bijzonder lek
ker, Meta.
Mijn vriendinnetje is ziek, ik breng
haar een mandje vruchten.
Laat Jaap, An, Theresia en Frits da
delijk thuis komen. (2)
2. Ik ben van groote waarde;
Geef mij een and'ren kop,
Dan noem ik zonder haap'ren
Een jongensnaam je o4,.
3. Op de zigzag-kruisjeslijn komt, van
boven naar beneden gelezen, de
naam van een stad in Vlissingen.
X le een roofvogel.
X 2e een visch.
X 3e een viervoetig dier.
X e4 een rivier, welke gedeel-
X telijk door ons land
X stroomt.
5e een natuurverschijnsel.
X 6e een jongensnaam.
X 7e een deel van je gezicht.
X 8e een stekelig f*'er.
9e een vrucht.
10e een lichaamsdeel.
4. Mijn eerste dienst om iets in te ber
gen, mijn tweede is een groote
steen en mijn geheel een koets
knecht.
Hopla! Hopla! paardje rijden!
Vaders knie is nu mijn paard
En ik heb voor Bruin een klontje,
Dat k van Moeder kreeg, bewaard-
Bruin brengt mij naar Amsterdam toe.
Bruin heeft o, zoo'n mooien staart!
Lange manen! Hopla, Bruintje!
Morgen krijg j' een stukje taart,
Omdat dan het is geen grapje!
't Kleine ruitertje verjaart.
Hopla! Nu gaan wij terug weer
Naar ons hoekje bij den haaro.
ANNIE O.
iüadruk verboden),
Do avond is gekomen;
Reods slapen bosch en veld,
En aan den wijden hemel
Staan sterren ongeteld.
Komt kind'ren, bergt je boeken
En speelgoed aan den kant;
Je bedje wil je brengen
In t verre Droomel&nd.
Je hebt maar in te stappen,
Je oogen doe je toe,
En één, twee, urie. je bent er,
Je weet het zelf niet hoe.
Als 't morgen dan weer dag wordt,
Kom je weer vroo ijk hier,
En van je verre reizen
Ben je niets moe, geen zier!
HERMANNA
(Nadruk verboden).