Alkmaarsche Courant. In het paleis van den koning Jladiouieuws Stad en Omgeving. Honden! riff en dertigste Jaargang. WOENSDAG 4 OCTOBER No. 234 1933 Donderdag 5 Odcber. Hilversum, 296 M. (Uitsluitend AVRO) 8 Gramofoonpl. 10.Morgenwijding. 10.15 Gramofoonpl. 1030 Orgelconcert E. A. Vos m. m. v. A. Veenenbos, zang. 11. Voordracht door A. J. Liepmann. 11.30 iVervolg concert. 12.—2.15 Concert door de Octophonikers. 2.30 Omroeporkest o.l.v. N. Treep en gramofoonpl. 4.— Voor zieken en ouden-van-dagen. 4.30 Gramofoonpl. 4.45 Radio-tooneel voor de kinderen. 5 30 Om roeporkest o.l.v. N. Treep. 6.30 Sportpraatje H. Hollander. 7.Concert door de Octo phonikers. 7.30 Causerie mevr. I. de Leeuw —van Rees. 7.40 Vervolg concert. 8 Vaz Di«.s. 8.05 C. G. Vattier Kraane: De as. collecte van het Amsterd. Crisis-Comité. 8.15 Concertgebouworkest o.l.v. Dr. W. Mengel berg m. m. v. J. Iturbi, piano. 9.15 Gramo- foonplaten en causerie Fred Fry. 9.35 Uit „Tivoli" Utrecht: Het Scala-koor uit Milaan o.l.v. Maestro V. Veneziani en het Utr. Sted. orkest o.l.v. Albert v Raalte. 10.30 Gramo- foonplaten. 11.Vaz Dias. 11.10—12 Uit Hotel „Central". Den Haag: Tom van der Stap en liin orkest. Huizen, 1875 M. (8.9.15 en 11.2- KRO, 10—11— en 2.-11.30 NCRV). 8— 915 en 10.Gramofoonpl. 10.15 Morgen dienst o.l.v. Ds. P. v. d. Vliet. 10.45 Gramo- foonplaten. 11.3012.Godsd. halfuur. 12.15 Orkestconcert en gramofoonpl. 2. Handwerkcursus. 3.3.40 Gramofoonplaten 4 Bijbellezing door ds W. L. Mile m. m v zang en orgel. 5.Cursus handenarbeid voor de jeugd. 5 30 Concert. M. Hagenbeek, sopraan en K. Kloek, orgel. 6.30 Causerie H Amelink. 645 Gramofoonpl 7.15 Ned. Chr. Persbureau. 7.30 Journ. Weekoverzicht door C. A. Cravé. 8 Vergadering v. d. Contact-Commissie der drie Geref Jeugd- Bonden 10.15 Vaz Dias. 10.2511.30 Gra mofoonmuziek. Daventry, 1554 M. 10.35 Morgenwijding. 10 50 Tijdsein, berichten 11.05 en IJ 20— 11.40 Lezingen. 12 20 Het Rutland Square en New Victoria-orkest o.l.v. N Austin. 1.20 Gramofoonpl. 2.20 Voor de scholen. 3 20 Vesper 4 10 Du'tsche les 4.25 Midi. Studio orkest o.l.v F. Cantell m m. v. S. Adams, piano 5.35 Kinderuur. 6.20 Ber. 6 50 Piano recital J. Hunt 7.10 er 7 50 Lezingen 8 20 BBC-S^mphonie-orkcst ^n solisten o.l.v Sir Henry Wood 10.Berichten en lezing. 10.40 Orgelconcert R. GossCustard 11.05 —12.20 Het BBC-Dansorkest o.l.v. Henry Hall. Parüs „Radio Paris", 1724 M. 8.05, 12 50 en 7.10 Gramofooi platen. 8.20 „Le fils de Gibover", spel van Augier. Kalundborg, 1153 M. 12.20—2 20 Con cert uit Hotel d'Angleterre. 3.30 Deensrhe liederen 3 505.05 Concert uit Rest. „Wi vex". 8 30 Radio-Svmphonie-orkest o.l.v Prof. Nikolai Malko m. m. v Wladimir Horowitz, piano. 11.1512.50 Dansmuziek uit „Nationaal-Scala". Langenberg, 473 M. 6.25. 7.23 en 11.45 Gramofoonpl. 12 20 Die fröblichen Fünf n tn v. W. Jansen, accordeon en H. Fassben der, piano 1 55 Concert o.l.v. Görlich. 4.20 Werag-orkest en strijkkwartet. 7.20 Norag- orkest o.l.v. Eibensrhütz. 11— Concert door het Württ Landes-Sinfonie-orkest o.l.v Drost m m. v. W. Reichardt, cello. 12 20 Ponulair concert. Rome, 441 M. 9.20 Gramofoonpl. 10.20 Raido-tooneel. 10 50 Concert m. m. v. orkest koor en solisten. 11.20 Berichten, sluiting. Brussel, 338 en 508 M. 338 M.: 12.20 Gramofoonpl. 1.30 Omroepkleinorkest o.l.v Leemans 5 20 Gramofoonpl. 8.20 Omroep orkest o.l.v. Walpot 9 20 Svmphonie-concert o I v. Kumps. 508 M.: 12.20 Omroepklein orkest o.l.v. Leemans. 1.30 Gramofoonpl 5 20 Symphonieconcert o.l.v. Kumps. 6.35 Gramofoonpl. 8 20 lymohonieconcert o.i.v Kumps. 9.2010.20 Omroeporkest olv. Walpot. Zeesen, 1635 M. (Deutschlandsender) 7 20 RijkszendingConcert uit Hamburg. 8 25 „Verliebte und Narren", fragmenten uit Shakespeare's werken. 9.35 Populair con eert uit München. 10.20 en 11.05 Berichten 11 20—12 20 Concert o 1 v. Fuhsel ÜeuilletoH .Een liefdesgeschiedenis uit het oude Madrid door F. Marion Crawford. Naar het Engelsch door W, H, C. B, 43 de het de Daar hoorde zij haar vaders stem, en LJ woorden, die hij sprak, gaven haar bij haar ontzettende leea nog een nieuwen schok, zei den haar dat Don Jan dood was en toen nog iets, dat zoo vreemd was, dat zij niet kon begrijpen. Terwijl Philips nog met zijn degen in hand, over het lichaam van zijn broeder ge bogen stond en naar zijn gezicht keek, ging de deur open. Mendoza bleef half versuft door hetgeen hij zag, op den drempel staan. Philips hoorde hem en ging een eind achter uit. Hij wist nu dat Mendoza begreep wat er was gebeurd, en dat hij onmogelijk de waar heid kon verbergen. Zijn toorn was verdwe nen en een soort van schrik, die zeker geen berouw was, kwam over hem wegens hetgeen hij had gedaan. Het was zeker op zijn ge zicht te lezen, want Mendoza begreep. Vlug knielde deze naast het lichaam neer om naa^ den hartslag te luisteren, en te zien of zijn gepolijste scheede ook besloeg door een lichte démhaling. Maar hij zag de helder roode vlek op het witte buis, het onbeweeglijke ge zicht en de slappe handen. Geen ademhaling, noch hartslag gaf aanleiding tot hoop. Zwij- fend stond hij op en schudae zijn hoofd. Hij ad de druppels bloed van GEMEENTELIJKE RADIO- 4 - DISTRIBUTIE. Donderdag 5 October. Lijn 1: Hilversum. Liin 2: Huizen. Lijn 3: Lond. Reg. 10.35—10.50, Daven try i0.50—11.20, Lond. Reg. 12 20—12.50, Midi. Reg 12.50—14.05, Lond. Reg. 14.05 —14 20, Midi. Reg. 14 20—15.20, Daventry 15.2024. Liin 4: Langenberg 10.50—17.40, Zeesen 17.40—24.—. GEMEENTEREKENING, DIENST 1932 In bijlage No. 112 schrijven B. en W.: Wij bieden U hierbij ter voorloopige vast stelling aan de rekening van de inkomsten en uitgaven der gemeente en der afzonder lijk beheerde takken van dienst over 1932. De uitkomst der rekening is als volgt: de inkomsten van den gewonen dienst bedra gen 3.668097.75 de uitgaven van den gewonen dienst bedragen 3.614.254.91 Batig slot 53.842.84 de uitgaven van den kapitaal- dienst bedragen 2.496 612.34 de inkomsten van den kapi- taaldienst bedragen 2.472.294.36 Nadeelig slot 24-317 98 Het batig slot van den gewonen dienst wordt voor een gedeelte groot 1850 naar den dienst van 1933 en voor het overige, ten bedrage van 51-992.84. naar den dienst van 1934 overgebracht. Het tekort van den kapitaal dienst wordt bij suppletoire begroo ting overgeboekt naar den dienst 1933, om eerlang voor zoover noodig in een leening te worden opgenomen. De totale raming van de gewone inkom sten en uitgaven voor 1932 bedroeg, met in achtneming van de bii suppletoire begrooting aangebrachte wijzigingen f 3.727.102 22. De werkeliike inkomsten bleven derhalve f 59.004 47. de uitgaven 112.847.31 be neden de raming. Het laatste bedrag, ver minderd met het eerste, vormt het batig slot var. 53.842.84. Ten aanzien van het verscMl tusschen de geraamde en de werkelijke inkomsten en uit gaven moet op enkele cijfers van beteekenis worden gewezen. Voor wat de inkomsten betreft is de min dere opbrengst reeds voor 47-734 58 hier uit te verklaren, dat de achterstallige in komsten van vorige dienstjaren (hoofdstuk I). geraamd op f 50.000 (welke post evenals die voor achterstallige uitgaven van vorige dienstjaren wordt geraamd zonder dat daarvoor eenig gegeven bestaat en die dus uit begrootingsoogpunt van weinig be teekenis is) slechts 2.265.42 bedroegen Voorts was op (hoofdstuk XIV) de ontvangst op den post: teruggaaf van voorschotten aan ambtenaren, geraamd op 60.000,. 20.123 19 lager in verband met het daar mede overeenstemmende bedrag der ver strekte voorschotten (zie hierna). Hiertegenover stond, dat hoofdstuk XII (belastingen) en hoofdstuk XIII par. 3 (grondbedrijf) respectievelijk f 9.187.26 en 18.682 26 (voornamelijk rente van kas- voorschotten) méér opleverden. Het resultaat van meer en minder op alle posten was ten slotte een mindere opbrengst van f 59.004.47. De lagere totaal-uitgaaf van 112.847 31 werd eveneens sterk beïnvloed door de tegen- oosten van de beide boven reeds genoemde posten: achterstallige uitgaven en voorschot ten aan ambtenaren, n.1. tot bedragen van 48.200 84 en 20.123.19, totaal 68.324.03. Het overblijvende bedrag van 44.523 28 wordt gevormd door de min dere uitgaven op alle ander volgnummers Voor het overige meenen wij te mogen ver wijzen naar de verder in deze bijlage voor komende gegevens. De staat bevat een overzicht van de in komsten en uitgaven op de onderscheidene hoofdstukken en paragrafen van den gewo nen dienst. B. en W. stellen voor de gemeente- en be- drijfsrekeningen in handen te stellen van de daartoe aangewezen commissie van onder zoek. De bedrijfsrekeningen zijn inmiddels. in verband met het bepaalde in art. 265 der I gemeentewet, in handen gesteld van den ge meentecontroleur. Ten slotte voegen zij hierbij de ontwerpen van de besluiten ter voorloopige vaststelling van de bedragen der baten en lasten van de bedrijven en van de inkomsten en uitgaven der gemeente. A. De raad der gemeente Alkmaar besluit voorloopig vast te stellen de rekening over 1932 van: 1. het electriciteitsbedrijf, t. w. de baten op 526.303.03, de lasten op f 370.632.70, het voordeelig slot op 155.670.33, de kapitaalsinkomsten en -uitgaven op f 38.645.26; 2. het grondbedrijf, t. w. de baten en lasten op 71.456.32, de kapitaalsinkomsten en -uitgaven op 594.338.91 3. het sportpark-bedrijf, t. w. de baten en lasten op 23 395.55, de kapitaalsin komsten en -uitgaven op 3.170; 4. het slachthuisbedrijf, t. w de baten en lasten op 139.627.80, de kapitaalsin komsten en -uitgaven op f 6.859.89; 5. gemeentewerken, t. w. de baten en lasten op 610.807.18, de kapitaalsinkomstcn en -uitgaven op 100.700; 6. het gasbedrijf, t. w. de baten op 517 762 91, de lasten op 452.684.20, het voordeelig slot op 65.078.71, de kapitaalsinkomsten en -uitgaven op f 24.054.04; 7. het plantsoenbedrijf, t. w. de baten en lasten op 90.469.13, de kapitaalsin komsten en -uitgaven op 630; 8. de gemeente-reiniging, t. w. de baten en lasten op 150.982.62, de kapitaalsin komsten en -uitgaven op 520; 9. den keuringsdienst voor waren, t. w. de baten op 82.421.47, de lasten op 75.455.64, het batig slot op 6.965 83, de kapitaalsinkomsten op 156.957-45, de kapitaalsuitgaven op f 68.096.38, het voordeelig slot op 88.861.07 10. het radio-distributie, t. w. de baten en lasten op 23.760.28; B. De raad der gemeente Alkmaar besluit het bedrag der ontvangsten en uitgaven van die rekening voorloopig vast te stellen als volgt: De ontvangsten van den gewonen dienst op drie millioen zeshonderd acht en zestig duizend zeven en negentig gulden, vijf en zeventig cent 3 668.097.75 de uitgaven van den gewo nen dienst op drie millioen zeshonderd veertien duizend tweehonderd vier en vijftig gulden, een en negentig cent 3.614 254 91 en alzoo het voordeelig slot van den gewonen dienst op drie en vijftig duizend achthonderd twee en veertig gulden, vier en tachtig cent 53.842 84 de ontvangsten van den kapitaaldienst op twee mil lioen vierhonderd twee en zeventig duizend twee hon derd vier en negentig gul den. zes en dertig cent 2.472.294.36 de uitgaven van den kapi taaldienst op twee millioen vierhonderd zes en negentig duizend zeshonderd twaalf gulden, vier en dertig cent 2 496 612.34 het aantal leden-werknemers (vertegenwoor digers) wordt daarmede gebracht op 5. In de vergadering van 16 Februari j 1. werden reeds een viertal leden-werkgevers (vertegenwoordigers) en een viertal leden werknemers (vertegenwoordigers) als leden der commissie van toezicht benoemd. Overeenkomstig de Arbeidsbemiddelings- wet 1930, S. 433, is indertijd aan de daar voor in aanmerking komende landelijke en plaatselijke organisaties een aanbeveling ge- vraagd. B. en W. stellen den raad vóór tot benoe ming van een vijfde lid-werkgever (of werk gevers-vertegenwoordiger) en een vijfde lid werknemer (of werknemers-vertegenwoor diger) van de commissie van toezicht op de gemeentelijke arbeidsbeurs over te gaan en bieden daartoe de volgende aanbeveling aan: a. voor 1 ia-werkgever: 1. M. Duinmaijer. Boezemsingel 59a. 2. J. Apeldoorn, Geesterweg 7. b. voor lid-werknemer: 1- J. W. J. Kraaijo, Druivenlaan 26 2. J. Peereboom, Eilandswal 5. en alzoo het nadeelig slot van den kapitaaldienst op vier en twintig duizend drie honderd zeventien gulden, acht en negentig cent 24.31798 AANVULLING COMMISSIE VAN TOEZICHT ARBEIDSBEURS. B. en W. schrijven in bijlage No. 119: Ingevolge het besluit van Uwe vergade ring van 13 Juli j.1., goedgekeurd door Ged Staten bij hun besluit van 26 Juli j.1., nr. 29, moet de commissie van toezicht op de ge meentelijke arbeidsbeurs, die tevens fungeert als Commissie van toezicht op het Bureau voor Sociale Zaken, uitgebreid worden met 1 lid-werkgever of vertegenwoordiger van werkgevers en 1 lid-werknemer of vertegen woordiger van werknemers. Het aantal leden-werkgevers (vertegenwoordigers) en ADRES D. WOUD INZAKE SCHADEVERGOEDING ONDERBOUW BOKKEBRUG. B. en W. schrijven in bijlage no. 117 In uwe vergadering van 15 December 1932 werd in onze handen om advies gesteld het verzoek van D. Woud, aannemer te Wormer- veer, houdende verzoeken, wegens het maken van een nieuwen onderbouw voor de Bokke- brug over de Kaarsemakersgracht in de Ka naalkade met bijkomende werken volgens be stek nr. 8, dienst 1931, aan hem uit te beta len den geheelen onderhoudstermijn, alsmede aan hem te voldoen zijn rekening voor her stelwerkzaamheden aan den kaaimuur en de daartoe behoorende gebreken, buiten het be stek staande, ten bedrage van 4800.18, sub sidiair te besluiten tot het benoemen van een Raadscommissie of het aanwijzen van onpar tijdige deskundigen, teneinde na onderzoek het bedrag te bepalen, dat naar recht en bil lijkheid te dezer zake aan hem toekomt. In tusschen is nog een nader adres d.d. 14 Aug. j.1. van Woud ingekomen, waarin hij op een spoedige afdoening dezer aangelegenheid aandringt. In overeenstemming met het ad vies van de commissie van bijstand voor open bare werken hebben wij, teneinde ons oor deel aangaande deze zaak te toetsen aan de meening van een deskundige buiten de zaak staande, het gevoelen ingewonnen van Dr. L. R. Wentholt, hoofdingenieur van den Rijks waterstaat te Zutphen en lid van den Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Ne derland. Dr. Wentholt heeft zoowel den heer Woud en diens zoon, als den Directeur der gemeen tewerken en den opzichter van het werk ge hoord. Het daaromtrent door Dr. Wentholt uitgebrachte rapport leggen wij voor uwe vergadering ter inzage. Daarin komt hij tot de conclusie, dat aan den aannemer Woud een zeker bedrag als vergoeding toekomt in verband met de schade, welke hij tijdens de uitvoering van het werk heeft ondervonden tengevolge van onvoorziene omstandigheden en dat aan Woud alsnog behoort te worden betaald het restant van de aannemingssom. Voor de argumenteering van dr. Wentholt meenen wij u naar diens rapport te mogen verwijzen. Van belang is vooral de conclu sie, vermeld sub 3, t.w.: „Het water is in den werkput getreden niet door een der tijdelijke afdammingen of ter plaatse van de aansluiting van deze afdam mingen aan het bestaande werk, doch meer binnenwaarts, nabij den noordwestelijken hoek van den put. Ten gevolge van omstan digheden, die niemand heeft kunnen voorzien en die geen verband houden met de wijze, waarop de aannemer het werk heeft uitge voerd, is kanaalwater op geruimen afstand van het werk onder den bestaanden kade muur door, naar binnen gedrongen en heeft zijn weg achter en (of) onder den kademuur langs naar den fundeeringsput gevonden". Hierbij sluit aan de conclusie sub 7, luiden de als volgt: „Dat de aannemer er niet in geslaagd is dadelijk den juisten weg te vinden om het euvel te bestrijden, kan hem niet worden ver weten, daar de oorzaak niet aanstonds tt Philips' degen op den vloer waren gevallen. Met een verontschuldigende beweging nam hij het wapen uit 's konings hand en veegde het droog en glimmend met zijn eigen zak doek, waarna hij het Philips weder aanbooc, die het zonder een woord te zeggen weer in de scheede stak. Beiden keken wel een minuut lang naar het Lchaam, ieder in stilte overwegende wat er mee te doen. Ten slotte hief Mendoza het hoofd op en er lag een vreemde blik in zijn oude oogen, terwijl er iets voornaams uit zijn verweerde trekken sprak. „Ik geef mij aan uwer majesteits genade over! Ik ben het geweest, die Don Jan van Oostenrijk, die ongewapend was, in een tw«t„ die wij met elkaar hadden, heb ge dood". Philips begreep hem maar al te goed, en een flauwe glimlach van voldoening kwant op zijn gezicht. Nooit zSu de w ereld te weten komen, wie de werke lijke moordenaar van zijn broeder was, en hij kende den man, die aanbood zich op te offeren en de schuld van den daad op zich te nemen. Mendoza zou sterven, desnoods op het schavot, en het zou hem reeds voldoende zijn te weten dat zijn dood den koning redde. Geen woord zou er ooit over zijn lippen komen, 's Mans loyaliteit was tegen elke beproe ving bestand: al voelde hij ook afschuw voor de gedachte dat de koning zoo n daad kon hebben begaan, diens naam moest tegen eiken prijs gered worden en zijn goddelijk recht moest voor het oog der wereld worden hoog gehouden. Vanaf het oogerblik, dat hij inzag hoe in deze zaak moest worden gehandeld, twijfelde hij niet meer. Den een of an deren onbekenden moordenaar te be schuldigen en te doen voorkomen dat deze was ontsnapt, zou nog erger dan doelloos zijn geweest. Half Spanje en het hof immers wist hoe jaloersch de koning op zijn broeder was, iedereen, die op het hoffeest was, had gezien hoe boos de koning was geworden, toen iedereen Don Jan daar toejuichte, en zelfs de ruzie over den handschoen ging reeds van mond tot mond in de troon zaal, waar de genoodigden zich na het souper weer hadden vereenigd. Zoodra de dood van Don Jan bekend zou zijn geworden, zou iedereen in het paleis ge- looven dat de koning dit had gedaan, of wel hem had laten vermoorden. Maal ais Mendoza de schuld op zich nam, zou iedereen hem gelooven, want velen wa ren bekend met Dolores' liefde voor Don Jan en wisten tevens hoe haar va der tegen hun huwelijk was gekant, daar deze van oordeel was dat het heele- maal niet als een huwelijk zou worden beschauwd en louter schande over zijn dochter zou brengen. Er was niemand anders in het paleis, die den moord op zich kon nemen en van wien men zou gelooven dat hij dien niet op 's konings bevel had begaan. Mendoza begreep dit, toen hij zijn leven aanbood, om Phi lips' eer te redden. Philips besefte dit zelf ook en hoewel hij een oogenblik verbaasd stond over de ongekunstelde toewijding van den ouden man, aan vaardde hij haar zonder protest, aange zien zijn egoïsme zoo grenzeloos was, dat hij, om daaraan te voldoen, in staat zou zijn tot vernietiging van het heele menschdoni Nog eens keek hij naar het beweging- looze lichaam aan zijn voeten, en toen weer naar den trouwen, ouden man. Toen boog hij genadiglijk en ernstig zijn hoofd ten teeken dat hij wel zoo goed wilde zijn ten genoege van den schen ker, een aanbod van geringe waarde te aanvaarden. „Zoo zij het", zei hij langzaam. Ook Mendoza boog zijn hoofd als om zijn dank te betuigen. Toen nam hij den langen, donkeren mantel, dien de ko ning bij het binnentreden had afgelegd, en legde dien op Philips' schouders, waarna hij zich naar de deur begaf. Phi lips volgde hem zonder om te zien, en beiden kwam op het terras, de deur half open latende. Slechts enkele woorden w isselden zij, terwijl zij langzaam in de richting van den corridor liepen. „Het zal noodig zijn dat uwe majesteit dadelijk naar de troonzaal terugkeert, alsof er niets was gebeurd", zei Mendo za, „om daar onbekommerd met den een of anderen ambassadeur of minister te spreken, terwijl het bericht van den dood van zijn hoogheid wordt gebracht." „En wie moet dat bericht overbren gen? vroeg Philips kalm, alsof hij tot iemand, die er "niets mee te maken had, sprak. „Ik. sire", antwoordde Mendoza flink. „Men zal u in stukken hebben ge scheurd, voordat ik u redden kan", ant woordde Philips. „Des te beter. Ik zal voor mijn koning sterven, en aan uwe majesteit wordt dan de moeilijkheid bespaard een daad te pardonneeren, die in het oog der we reld onvergeeflijk zal zijn"# bepalen was; en evenmin dat hij aanvankelijk getracht heeft op zoo goedkoop mogelijke wijze aan de ondervonden bezwaren tegemoet te komen. Ik heb uit mijn onderzoek de over tuiging gekregen, dat door den aannemer de juiste stappen zijn verricht en dat hij op be leidvolle wijze het werk zonder te groot op onthoud en zonder te hooge extra uitgaven, verband houdende met de ondervonden te leurstellingen, tot een goed einde heeft go- bracht". Verschil van meening bestond over de vraag, hoe in verband met een en ander Par. 18 van het bestek moest worden uitgelegd, welke Par., voor zoover hier van belang, luidt als volgt: „In overleg met de Directie moet de aannemer al die maatregelen nemen, die voor de goede uitvoering van het werk, voor de veiligheid en voor het verkeer noodig geoordeeld worden. Hij zorgt in den ruimsten zin voor al die hulpmiddelen, toestellen, mallen en gereed schappen, die voor de uitvoering van het werk noodzakelijk zijn, terwijl het daartoe gebezigde materiaal van goede hoedanigheid en constructie moet zijn. Al het daaraan ver bonden risico is voor zijn rekening". Na bestudeering van het rapport dr. Went holt zijn wij bereid, in overeenstemming met het advies der commissie van bijstand voor de openbare werken, de uitlegging te aan vaarden, dat het in het bestek bedoelde risico niet kan omvatten een gevaar, als hier blijk baar bestond. Dr. Wentholt merkt daarom trent op: „Volgens de algemeen geldende opvattin gen heeft een bepaling van algemeene strek king als voorkomt in de eerste beide leden van deze Par. stellig geen betrekking op een geval als zich thans heeft voorgedaan. Wil men een zoo groot risico, als waarvan hier sprake is. op de schouders van den aanne mer leggen, dan dient de omvang van dit ri sico nauwkeurig in het bestek te worden om schreven". Wij hebben daarom den heer Woud voor gesteld op den grondslag van de conclusies van meergenoemd rapport een regeling met de gemeente te treffen. De aannemer Woud is eventueel bereid aan de gemeente finale kwijting te verleenen, wanneer zij hem be taalt 3500 als schadevergoeding en 400.45, welk laatste bedrag is ingehouden op het restant van de aanneemsom. Beide be dragen stemmen overeen met het voorstel van Dr. Wentholt. In verband met het bovenstaande stellen wij uwe vergadering naar aanleiding van de beide hierboven vermelde adressen van D. Woud voor: a. aan D. Woud te Wormer als aannemer van den ondeibouw van de Bokkebrug tegen finale kwijting een bedrag van 3900.45 uit te betalen ter zake van de door hem bij de uitvoering van dit werk geleden schade en als restant van de aanneemsom; b deze uitgave nader te regelen bij supple toire begrooting. WERKVERSCHAFFING. B. en W. schrijven in bijlage no. 122: De werkloosheid in deze gemeente is nog weinig afgenomen in den loop van dit jaar en naar alle waarschijnlijkheid zal het werk loosheidscijfer in den a.s. winter wel hooger worden dan in het afgeloopen winterseizoen, toen het een abnormale hoogte heeft bereikt. Ten einde uwe vergadering een beeld te ge ven van de schommelingen in het werkloos heidscijfer in den laatsten tijd, laten wij hier onder volgen de aantallen werkloozen, die aan de arbeidsbeurs alhier als zoodanig wa ren ingeschreven op den laatsten Zaterdag van iedere maand, beginnende met 30 Juli 1932: 1932 1933 1933 Juli 811 Jan. 1205 Juli 887 Aug. 865 Febr. 1076 Aug. 874 Sept. 882 Maart986 Oct. 957 April 856 Nov. 1018 Mei 882 Dec. 1122 Juni 839 In bovenvermelde cijfers zijn de aantallen gedeeltelijk werkloozen niet begrepen. De werkverschaffing zal derhalve voor het a.s. winterseizoen niet gemist kunnen worden. Eenerzijds is dit noodig om althans een aantal werkloozen te onttrekken aan den demoraliseerenden invloed van het gedwon gen nietsdoen, anderzijds zullen die werkloo zen door middel van de werkverschaffing voor de gemeenschap nuttig werk kunnen verrichten. Uitvoering van werken in werk verschaffing voorkomt, dat alle werkloozen op ondersteuning door de gemeentelijke in stelling voor maatschappelijk hulpbetoon zouden zijn aangewezen. Wanneer subsidie van Rijk en Provincie ten behoeve van de „Dat is waar", zei de koning peinzend. „Maar ik wensch niet dat u zult sterven, Mendoza", voegde hij er als een inval lende gedachte aan toe. „U moet naar Frankrijk of Engeland de wijk nemen". „Zonder uwer majesteits hulp zou ik niet kunnen ontvluchten, en dat zou spoedig uitlekken. Men zou dan geloo ven dat ik de daad op uw bevel had be dreven, en dan zouden wij nog niets be reikt hebben". „L kunt gelijk hebben. U bent een dapper man, Mendoza de dapperste, die ik ooit heb gekend. Ik dank u, en als het mogelijk is u te sparen, zal dat gebeuren". „Dat zal niet mogelijk zijn", ant woordde de generaal op zachten maar vasten toon. „Als uwe majesteit nu vlug naar de troonzaal gaat, zal alles spoedig voorbij zijn. Bovendien wordt het laat, en het moet in tegenwoordigheid van het geheele hof geschieden". Zij betraden den corridor, waar de koning eenige passen voor Mendoza uit liep. Zijn hoofd was bedekt door de kap van zijn mantel, opdat niemand hem zou herkennen. Langs een geheime trap kwam hij in zijn particuliere ver trekken door een kleine deur, door wel ke hij dikwijls onbemerkt kwam en ging, en die toegang verleende tot zijn studeerkamer, zonder genoodzaakt te zijn door de antichambre te gaan. Toen hij daar was en zich ontdaan had van kap en mantel, ging hij naar een Vene- tiaanschen spiegel, die op een penant tafel tusschen twee vensters stond, en bekeek daar met aandacht zijn gezicht (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1933 | | pagina 5