dagblad voor alkmaar en omstreken. Kit hel JiademetU Bageüiksch Gewapende vrede in Europa. buitenland D«2e Co»,Mt wo.dl ELKEN AVOND, behalve Zon en eestdagen, nitjejeven, Abonnementaptiis pe, 3 maanden bi) vootnitbetaling voot Alkmaar 2.-, franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. No. 50 PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN: Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letter* naar plaatsruimte. B'ieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33. Directeur: C. KRAK. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 136e Jaargang 1 In Frankrijk doet men ernstige pogingen om t. a. v. de bewapening nummer één te blijven, terwijl Engeland zijn weermacht reorganiseert. De macht in de lucht. Wat vandaag de aandacht trekt ALKMAARSGHE COURANT. Den Haag, 27 Febr. 1934 Nadat de vorige week de algemeene be raadslagingen over de Indische begrooting tot een goed einde waren gebracht, is heden de behandeling van de aideelingen ingezet en wel met de afdeeling Justitie. Een bespreking van de onderdeden van een Indische begrooting, waarbij telkens bij zondere punten naar voren worden gebracht en steeds de Indische specialiteiten het woord voeren, behoort niet tot de genietelijkste be zigheden van de Tweede Kamer. Het wordt voor den betrekkelijken buitenstaander, waar toe toch feitelijk iedereen behoort, die nim mer onder de palmen heeft gewandeld, een tamelijk taaie geschiedenis en een relaas van het verhandelde moet haast onvermijdelijk niet al te best genietbaar zijn. We bepalen ons dus maar tot de hoofdpunten. Zoo leek ons de door meer dan een spreker geuite klacht over de sterke inkrimping van het kantoor van arbeid, het lichaam dat toezien t heeft op de toepassing van de arbeidswetge ving enz. niet on-interessant. De Volksraad heeft destijds een motie van het lid Monod de Froideville aangenomen tegen de te ster ke bezuiniging, doch de regeering heeft daar mee geen rekening gehouden en de bezuini ging gehandhaafd. Daartegen protesteerden o.a. de heeren Feber (r.k.), Cramer (s.d.a.p.) en Wijnkoop (comm.), doch minister Colijn hield voet bij stuk. De bezuinigingswind waait over heel het koloniaal bestuur en het kantoor van arbeid moet er ook door ge snoeid worden. Maar, voegde hij er als doekje voor het bloeden aan toe, het blijft bestaan en wanneer er weer een zachtere wind gaat waaien, kan het weer in ouden vorm opge bouwd worden. Een andere kwestie was die der Weeskamers. De minister wil er enkele van opheffen, andere inkrimpen en nu wees de heer van Kempen (lib.) er op, dat we dan kans loopen, dat er nog sterker geklaagd zal worden over de trage wijze waarop de Wees kamers liquidaties van boedels enz. afwikke len. Er gaan soms jaren mee heen en dat zal nog erger worden, wanneer de minister er niet in slaagt ze tot grooter activiteit aan te sporen. De minister antwoordde evenwel ontwij kend: hij kon hier niet oordeelen over de vlotheid van werken van de weeskamers. Van communistische zijde werd geklaagd over de onder toezicht staande pandhuizen en beweerd, dat de inlander daar niet minde: wordt afgezet dan door Arabische en Chinee- sche woekeraars. Minister Colijn weersprak dit ten stellig ste en verzekerde, dat streng de hand wordt gehouden aan de reglementen. Terwijl van dezelfde zijde geklaagd was over ongerech tigheden van de justitie, heeft de minister eens en voor al geantwoord, dat hij op alge meenheden niet wilde ingaan. Kon men con crete feiten noemen, dan zou hij eventueelc klachten ernstig doen onderzoeken. Van de bespreking over de afdeeling finan ciën vermelden wij enkel, dat er kort, vee! korter dan in vroeger jaren, over opium is gesproken. Het was, meenen we, de heer van Boetselaer van Dubbeldam (c.h.), die aan drong op opheffing van de opiumpacht, maar minister Co'ijn verklaarde daaraan niet te mogen denken. Thans hebben we controle op het opiumgebruik, maar bij de verdwijning van de pacht zou de deur worden opengez.-t voor ruimer verbruik en zou de toestand waarlijk niet verbeteren. Bij de afdeeling binnenlandsch bestuur zette de heer Cramer (s.d.a.p.) de onvermijde lijkheid uiteen om steeds meer inheemsche elementen in het bestuur van Indië op te ne men. Zeker, antwoordde de minister, maar de verhouding tusschen Europeesche en in heemsche ambtenaren is goed, zoodat we daaraan niet moeten tornen, en voorloopig kan het Europeesche element niet worden ge mist. Er was geklaagd over een al te forsco optreden van een bestuurspatrouille op Nieuw-Guinea, waarbij zeer veel dooden zouden zijn gevallen. De minister noemde die patrouille onver mijdelijk, omdat zij tegen koppensnellers., die kinderen hadden geroofd, moest optreden. Toen de koppensnellers zich verzetten, moest er wel op ingegaan worden, en of dat nu e hardhandig was gebeurd, kon hij niet beoo - deelen, omdat hij er niet bij was Kewee^- Bij de afdeeling onderwiis en eredienst heeft onder meer de heer Rutgers (a.r.) g- pleit voor het bijzonder onderwijs van krachtiger steun. Ook heeft hij schuwd tegen het denkbeeld om de hoogeschool op te heffen. Dat zou voor-de - tellectueelen in Indië een achteruitga g teekenen. Hij betoogde daartegenover de wenschelijkheid, dat de regeering zou den aan uitbreiding van het hooger onderwijs Indië. Hij en na hem ook anderen hebben vraagstuk van de toelating van zending en misie op het eiland Bali behandeld, wan neer wij den minister goed hebben begrepen, acht hij het niet gtwenscht reeds thans mis sionarissen of zendelingen op het eiland toe te laten, maar niettemin keurde hij het at, aai een ambtenaar van het binnenlandsch be stuur aan de hoofden van het eiland nau verklaard, dat er geen zending op Bali zou worden toegelaten. Daarmee ging hij buiten zijn boekje. De heer Roestam (comm.), in den ouden tijd zelf verbonden aan 't lager onderwijs, heeit een breedvoerig pleidooi gehouden voor rui mer verbreiding van lager onderwijs, ook in de dessa. Opmerkelijk vonden wij zijn op merking, dat het Hollandsch bij dat onder wijs de voertaal moet blijven. Hoe is dat te rijmen met het communistische wachtwoord: „Indië los van Holland, nul"? De heer Feber (r.k.) heeft er op aangedron gen bij de toelating tot het hooger onderwijs een strenge selectie uit te oefenen. De minister heeft ten aanzien van dit punt erkend dat het wenschelijk was de toelatings- eischen tot de Indische hoogeschool te ver zwaren en hij zegde overweging toe. Wat het lager onderwijs aangaat zette hij uiteen, dat het de taak der overheid is dit onderwijs te brengen tot de breedere volksmassa, ten einde tevens de indianisatie van het landsbe stuur te bevorderen, maar voor het oogenblik kan zij haar zorgen niet verder uitstrekken dan tot het doen geven van algemeen vor mend onderwijs en zij kan zich ook geen grooter uitgaven er voor veroorloven. Toen ten slotte ook deze afdeeling was goedgekeurd, was het zoo laat geworden, dat de voorzitter de vergadering tot morgen verdaagde. We mogen evenwel niet verzui men bij deze losse aanteekeningen uit het ver handelde de mededeeling te voegen, dat de communisten en de heer Sneevliet tegen elke afdeeling hebben gestemd, terwijl bij de laat ste afdeeling de sociaal-democraten zich bij hen voegden. De sterke Fransche regeering, welke thans te Parijs de leiding in handen heeft genomen, bereidt zich volgens het Hbld. voor, om de consequenties te trekken uit de nauwelijks nog te vermijden mislukking van de ontwape ningsconferentie. En merkt het blad er bij op de groeiende toenadering van Wai- schau tot Berlijn doet in Frankrijk ongetwij feld mede de overtuiging toenemen, dat het zaak wordt, meer en meer de mogelijkheid onder het oog te zien, dat Frankrijk in groo ter mate dan tot dusver het geval was, op eigen krachten zal worden aangewezen, om zijn positie op den duur te kunnen hand haven tegenover een zich bewapenend Duitschland. Men mag weliswaar aannemen, dat het voeren van een preventieven oorlog niet in de bedoeling van Frankrijk ligt. maar wel moet er op worden gerekend, dat Frank rijk zich tot het uiterste zal inspannen om den bestaanden bewapeningsvoorsprong te handhaven. Teekenend in dit verband is het artikel van den militairen medewerker van de „Echo de Paris", André Pironneau, waarin een pleidooi wordt gevoerd voor de vorming, naast het gewone militieleger, van een stoot troep, bestaande uit beroepsmilitairen en uit gerust met het meest moderne gemotoriseer de oorlogsmaterieel. Het heet, dat dit denk beeld in kringen van den Franschen gene- ralen staf groote instemning vindt. De schrij ver van het artikel constateert, dat de ontwa- peningspolitiek haar tijd heeft gehad en dat thans nog het eenige, wat den vrede kan verzekeren, militaire overmacht is. M.aw wordt het recht van den sterkste oppermach tig verklaard en het komt er volgens den schrijver maar op aan te zorgen, dat men de sterkste blijft. Zooals men weet. heeft het be staan van de rijksweer als mobiel offensief instrument in Fransche legerkringen steeds groote bezorgdheid gewekt, omdat men daar in een onmiddellijk in te zetten stootkracht aanwezig wist, welke de mobilisatie en con centratie van de Fransche strijdkrachten in gevaar zou kunnen brengen. Aan het thans opduikende denkbeeld van de vorming van een permanenten mobielen kerntroeo van be roepsmilitairen als middel om „Frankrijks politiek te kunnen doorzetten", ligt ongetwij feld mede de wensch ten grondslag, om te kunnen beschikken over een soortgelijk strijd_ middel als tegenhanger van de rijksweer of van de formatie, waartoe deze hervormd mocht worden. De tendenz in Frankrijk om te geraken tot een versterking van de bestaande weermacht, zooals die o.a. spreekt uit dit pleidooi van ;.e „Echo de Paris" (welke beschouwd kan wor den als het orgaan der rechtsche kringen), komt intusschen ook tot uiting in plannen tot „reorganisatie" van de luchtvloot, met welke reorganisatie een aanzienlijke versterking van dit belangrijk wapen bedoeld is. Zoo wist de Parijsche correspondent van de „Manen Guard" dezer dagen te berichten, dat de hervorming van de luchtvloot vervat zou worden in een driejaarsplan, waarbij een be drag van vier milliard frs. zou worden ver werkt. Deze aan de Fransche regeering toege schreven voornemens vinden alreeds hun terugslag in Engeland. In een commentaar van de „Observer bijv. wordt al vastgesteld, dat Groot-Brittan- nië het Fransche voorbeeld zal moeten vol gen onder het motto (zoo welbekend uit de jaren vóór 19141), dat de zekerste weg om den oorlog onmogelijk te maken, is, zulk een krachtige luchtvloot te bouwen, dat geen an dere mogendheid den strijd daartegen zni durven aanbinden. Alsof een dergelijke overweging in iv eenige mogendheid heeft weerhouden om, toen dit noodig geacht werd, de wapenen op te nemen! Uit uitlatingen als die van „Observer" en „Echo de Paris" blijkt inmiddels duidelijk, in welke richting de gedachten weer gaan, nu de waarschijnlijkheid steeds grooter wordt, dat in plaats van wapeningsbeperking, toe nemende bewapening opnieuw de voornaam ste leidraad voor de politiek der verschillende regeeringen wordt. Zoo heeft de Britsche kanselier van de Schatkist, Neville Chamber- lain, gemeend onlangs in een rede te Ply- mouth de belastingbetalers, die alreeds hopen op verlaging van hun zware lasten, te moe ten voorbereiden op verhooging van de be grootingen der nationale verdedigings diensten, welker noodzaak hij in recht- streeksch verband bracht met de blijkbaar on oplosbare FranschDuitsche tegenstelling Het alternatief, waarvoor Europa zich ge plaatst ziet als gevolg van een mislukking der ontwapeningsconferentie, teekent zich aldus steeds scherper af. Allerwege wordt teruggekeerd tot het geloof in de macht der wapenen tot beslechting van geschillen tus schen de volken. De resultaten, door Japan bereikt met zijn machtspolitiek, hebben er ongetwijfeld toe bijgedragen om dit geloof ophieuw te versterken, nu blijkt, dat het col lectieve veiligheidssysteem vooralsnog in zijn taak faalt. Frankrijk acht zich verplicht tegenover het Duitsche gevaar, het zekere (of althans hetgeen daarvoor wordt aangezien) voor het onzekere te nemen; het laat meer en meer elke verwachting op resultaten, te ver krijgen door „Europeesch spreken", voorloo- pig varen en bereidt zich voor, om macht woord tegenover machtwoord te kunnen plaatsen, indien dit noodig wordt. Het antwoord, hetwelk de nieuwe Fransche regeering aan Berlijn heeft gegeven inzake de ontwapeningsvoorstellen, deed reeds voor zien, dat in de houding van Frankrijk een wijziging was gekomen en dat men overhelde naar andere methoden. Deze indruk wordt steeds meer bevestigd en men kan zelfs de vraag stellen, of de huidige regeering nog wel genegen zou blijken om de nota van Pauf-Boncour van 1 Januari tot onderwerp van bespreking te maken in het, trouwens weinig waarschijnlijke geval, dat Berlijn daartoe te vinden zou zijn. Het Fransche aanbod tot uitschakeling, onder bepaalde voorwaarden, van een deel der luchtvloot, is reeds lang geschiedenis geworden. Göring eischt voor Duitschland 30 tot 40 van de sterkte der luchtvloten van de omringende mogendheden. Frankrijk gaat zijn militaire vliegwezen reorganiseeren; Engeland, het welk reeds geruimen tijd zijn zwakke positie op het gebied der luchtverdediging beseft en de kracht van zijn insulaire stelling geleide lijk voelt verminderen, zal zich gaan herbe wapenen, zooals Baldwin heeft gewaar schuwd, bij verwerping van het Britsche be middelingsplan. Zelfs voor een hardnekkigen optimist als Henderson moet het zonneklaar zijn, waar heen de koers gaat onder den dwang der om standigheden, waarvan een ieder de gevaren inziet,'doch waartegen niemand zich blijk baar vermag te verzetten. Een nieuwe periode van verscherpten „ge- wapenden vrede" schijnt nauwelijks meer te vermijden te zijn. KORTE BERICHTEN. De heer ir. S. L. Louwes te Zwolle, die als opvolger van wijlen den heer WesterdijK was aangewezen als lid der Eerste Kamer, zal daarvoor bedanken. In zijn plaats komt dan ir. J. M. L. Otten, rijkslandbouwconsu- lent te Meppel. In 83-jarigen ouderdom is te 's-Graven- hage overleden de heer E. W. Bischoff van Heemskerck. gepen kolonel der infanterie van het Ned. Oost-Indische leger. DE ZAAK STAVISKY ROLT VERDER. Op instructie van den Franschen minister van justitie is in twee zaken, die in verband staan met de affaire-Stavisky een gerechtelijk onderzoek begonnen. Het betreft hier de twee directe medewerkers van Stavisky, Bo- magnino en Depardon, die een belangrijk be drag van Stavisky hebben gekregen. Zij worden beschuldigd van bedrog en heling. Romagnilo spoorloos verdwenen. De sedert Maandag in staat van beschul diging gestelde particuliere secretaris van Stavisky, Romagnilo, is sedert Zaterdag spoorloos verdwenen. Toen de politie hem gistermorgen in zijn hotel wilde arresteeren, vernam zij, dat hij Zaterdag met een vriend was uitgegaan en sindsdien niet weer was opgedaagd. De zesde Februari. De parlementaire commissie van onder zoek naar de gebeurtenissen van zes Fe bruari, die gedaan heeft gekregen, dat de functionnarissen, die door de commissie zul len worden gehoord, bevrijd zullen zijn van het beroepsgeheim, heeft gistermiddag een zitting gehouden, waarin besloten werd ken nis te nemen van de dossiers alvorens de ge tuigen te hooren Onder deze getuigen zal zich ook de ex- prefect van politie, Chiappe, bevinden, die de volgende week zal worden gehoord. Verder zullen gehoord worden Guichard, directeur der gerechtelijke politie en Thomé. Documenten opgevraagd. De parlementaire commissie van onder zoek in de zaak-Stavisky heeft besloten mede deeling te vragen van alle documenten, die nog ontbreken alsmede van de geheele lijst van hen, die de chèques hebben ontvangen en een onderzoek te doen instellen naar de ge adresseerden van de telegrammen, die door Stavisky verzonden zijn op den dag na de verkiezingen van Mei 1932. Merkwaardig verhaal. De socialistische „Populaire" beweert, dat de in de gevangenis zittende oud-burgemees ter van Bayonne, het kamerlid Garat, bij zijn verhoor door den rechter van instructie een verklaring heeft afgelegd, die tot hog toe geheim is gehouden en groote sensatie zou hebben leeren kennen bij een, door den afgezetten Parijschen politie prefect Chiap- pe, gegeven diner. FRANKRIJK CONTRA DUITSCHLAND. Tegen terugkeer der Habsburgers. Het Tsjecho-Slowaaksche persbureau meldt: De Parijsche correspondent van het Tsje- cho-Slowaasche persbureau verneemt van toonaangevende Fransche instanties, dat 't standpunt der Fransche regeering inzake de terugkeer van de Habsburgers op den Hon- gaarschen en den Oostenrijkschen troon se dert de verklaring van de groote mogendhe den van 2 Februari 1920 niet veranderd is. De groote mogendheden verklaarden daar bij uitdrukkelijk, dat zij tegen een herstel der Habsburgers waren. De geallieerde groote mogendheden deelden toentertijd aan de Hongaarsche regeering mede en stelden tegelijkertijd de staten der kleine Entente op de hoogte, dat zij de terugkeer der Habs burgers beschouwden als een bedreiging van den vrede en derhalve als ontoelaat baar. De Fransche regeering houdt aan dit standpunt van 1930 vast. Hetzelfde stand punt neemt zij ook in ten opzichte van even tueele pogingen tot een terugkeer der Habs burgers op den Oostenrijkschen troon. DE FRANSCHE REGEERING. Motie van vertrouwen voor Doumergue. De Fransche Senaat heeft in zijn zitting van gistermiddag het artikel van de begroo ting, waardoor de regeering vooro dit jaar bij wijze van uitzondering gemachtigd wordt door middel van verordeningen alle noodige bezuinigingen uit te voeren, aangenomen Een voorstel van een socialistisch senator dit artikel naar de commissie terug te ver wijzen, aangezien het verleenen van een dergelijke machtiging in strijd is met de re publikeinsche traditie, is door den senaat met 277 tegen 19 stemmen afgewezen, nadat Doumergue de kwestie van vertrouwen had gesteld. DE MOORDZAAK PRINCE. Aanstichters uit hooge kringen? De zaak Prince wordt steeds geheimzinni ger. De „Matin" heeft een eigen detective het onderzoek opgedragen en meent, dat op grond van de tot nog toe bereikte resultaten de bewering tegen te spreken is, dat de zelf- moord-hythese bevestigd is. Het blad en vele anderen zijn er stellig van over tuigd, dat men hier met een politieke moord te doen heeft, welks aanstokers in de hoog ste kringen moeten worden gezocht. i i n Gewapende vrede in Europa. (Dag. Overzicht.) Roosevelt's handelspolitiek. (Bui tenland.) Stavisky-affaire ontwikkelt zich. (Buitenland.) De vrijgelaten Bulgaren. (Buiten land.) Electrische trein ontspoord. (Stad en Omgeving.) Doodelijke aanrijding te St. Pan- cras. (Stad en Omgeving.) Onder Petten een Urker visschers- boot vastgeloopen. (Stad en Omge ving.) Ibelings, de man van het drama in de raadszaal te Muiden, wordt in een krankzinnigengesticht opgeno men. (Binnenland.) Uitbreiding Schiphol. (Lucht vaart.) Dr. Abrahams en de vereeniging Trein 8.28. (Binnenland.) Vervolg Nijenrode-zaak. (Rechts zaken.) (Zie verder eventueel laatste berichten.) VRIJDENKERS BIJEENKOMST GESTOORD. Door rechtsche elementen. Te Straatsburg werd een van communis tische- en socialistische zijde georganiseerde vrijdenkers vergadering door rechtsche ele menten verstoord. Het kwam tot ernstige botsingen, waarbij verscheidene aanwezigen werden gewond. De politie moest ingrijpen en ontruimde de zaal. OOSTENRIJK IS FASCISTISCH. Interview met Starhemberg. In een interview met vertegenwoordigers van de buitenlandsche pers verklaarde Starhemberg, dat het nieuwe Oostenrijk vol komen anti-democratisch en absoluut fascis tisch zal zijn. Het lot van de democratie in de wereld is bezegeld. Starhemberg voegde hieraan toe, dat een spoedige terugkeer der Habsburgers als par ticuliere ingezetenen verwacht kan worden, wanneer de verbanningswetten zullen zijn opgeheven; hun geconfisqueerde bezittingen zullen dan waarschijnlijk geleidelijk door den staat aan hen worden teruggegeven. De restauratie van de Habsburgsche monarchie is echter aldus Starhemberg een deli cate kwestie, die buiten de sfeer van de prac- tische poiltiek ligt. Voortgaande zette Starhemberg uiteen, dat er een scherp verschil bestaat tusschen de Duitsche nationaal socialisten en de Oos- tenrijksche fascisten. Habicht, de nat. soc. inspecteur van Oostenrijk is een misdadig verrader van het Deutschtum en persoonlijk verantwoordelijk voor het Duitsch-Oosten- rijksche conflict. DE „HONGERMARCHEERDERS". In Lagerhuis ter sprake. McGovern stelde gister in het Lagerhuis voor een deputatie van deelnemers aan den „hongermarsch" in het parlement te ont vangen. Minister-president MacDonald wees dit verzoek van de hand, waarna McGovern de regeering de vraag stelde of men de werk- loozen constitutioneele mogelijkheden wil ontnemen in direct contact met de regeering te treden. MacDonald wees er op dat het Lagerhuis hiervoor de constitutioneele moge lijkheden biedt. Afgevaardigde Maxton protesteerde tegen dit antwoord en vroeg MacDonald zijn stand punt te willen herzien. Buchanan verzocht toestemming een ver- dagingsvoorstel in te dienen. De speaker ver leende de toestemming, nadat de veertig hand- teekeningen van parlementsleden hiervoor waren verzameld. Om 11 uur vanavond zal de beraadslaging aanvangen. MacDonald weigert de betoogers te ontvangen. De debatten in het Lagerhuis over de eischen van de deelnemers aan den zgn. hongermarsch naar Londen werden gister avond voortgezet met de behandeling over het voorstel van den afgevaardigde der on afhankelijke arbeiderspartij George Bucha nan. Minister-president MacDonald herin nerde eraan, dat vorige regeeringen even eens hadden geweigerd delegaties van deel nemers aan hongermarschen te ontvangen. Deze marschen werden georganiseerd door lieden, van wie bekend was dat zij pogingen deden in Engeland propaganda te maken welke in strijd was met de grondwet. De groote massa der werkloozen was er veel beter door gediend, wanneer de regeering dergelijke deputaties niet aanhoorde of ont ving. Het voorstel van Buchanan werd met 270 tegen 52 stemmen verworpen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 1