DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
De Fransche nota aan Engeland.
^Buitenland
Waf vandaag de
aandacht treh(..m
No. 93
Vrijdag 20 April 1934
136e Jaargang
Tweede Kamer-zitting
Interpellatie-Kupers over werkloozeristeun.
Haasting spoorlijn: Medemblik-Hoom.
De nota in de verschillende tanden over het
algemeen ongunstig ontvangen. Tal van kranten
leveren commentaren
De meening van Duitschland.
ALKMAARSCHE COURANT
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33.
Directeur: C. KRAK.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Dit oummer bestaat uit drie bladen.
(Van onzen parlementairen medewerker.)
Den Haag, 19 April
Interpellatie-Kupers.
Op een tamelijk laat uur, omstreeks half
vijf, kreeg de heer Kupers (s.d.a.p.) heden
gelegenheid zijn interpellatie in zake de
steunverlaging aan de werkloozen te houden.
Het zal wel niemand verwonderen te hooren,
dat het met die interpellatie nog niet bijster
is opgeschoten. Nadat de interpellant een
goed uur aan het woord was geweest tot toe
lichting van een viertal sobere vragen, ver
klaarde de minister voor sociale zaken zich
bereid hem te antwoorden, waarop de voor
zitter de vergadering tot morgen 11 uur ver
daagde. Het zal intusschen zeer de vraag
zijn, of de Kamer morgen met de interpellatie
gereed komt. Immers, wanneer de vergade
ring reeds zoo vroeg begint, dan is zulks niet
omdat de voorzitter hoopt, dat zij nu eens
omdat de voorzitter hoopt, dat zij nu eens een
flink stuk werk zal afdoen, doch omdat de Ka
mer uitgenoodigd is morgenmiddag 'n ritje te
maken met een Dieseltrein, welke om half
drie gereed zal staan om de heeren naar
Arnhem te brengen. De Kamer zal dus niet
veel meer dan drie uur bijeen kunnen zijn, en
het lijkt ons vrijwel onmogelijk, dat dan reeds
de behandeling van de interpellatie zal afge-
loopen zijn. De minister zal zeker wel een
uurtje noodig hebben, dan krijgt de interpel
lant weer een beurt en daarna ieder, die wat
op zijn hart heeft, met een maximum-spreek
tijd van een half uur. Neen, het slot van de
interpellatie zien we pas Dinsdag tegemoet.
Nu is de zaak, waarom het gaat, ook wer
kelijk wel een ampele bespreking waard. Dat
viel reeds af te leiden uit de rede van den
heer Kupers, die toonde over behoorlijk feiten
materiaal te beschikken.
De interpellant ving zijn rede aan met een
overzicht van de beroering, welke in het bij
zonder in Twente was gewekt door het be
richt van de plannen des ministers van sociale
zaken om de steun aan de werklooze arbei
ders te verlagen. Hij herinnerde aan de peti
tionnementsactie daartegen in Twente op
touw gezet, aan de protesten van de modern
georganiseerden naast die der R.K. en Chris
telijke arbeiders tegen dezen onrechtvaardi-
gen en ondraaglijken maatregel. Uit Almelo,
uit Enschede, uit Hengelo deden zich protes
ten hooren, de pers kantte zich zonder onder
scheid van richting tegen de steunverlaging,
welke op een gemiddelde vermindering van
2 per hoofd neerkwam. Gemeenteraden na
men moties er tegen aan, kortom de ontstem
ming over het besluit van minister Slotema-
ker de Bruïne is algemeen.
Tegen de steunverlaging, waarvan de spr.
een aantal gespecificeerde cijfers gaf, nam
hij krachtig stelling. Naar zijn overtuiging
mag er geen sprake zijn van verlaging, veel
eer van verhooging van het percentage. Het
is reeds ellendig, dat wie voorheen een 30
of 40 per week verdiende, zich tot een be
drag van 12 zag teruggebracht, maar nu
neemt de minister daar weer iets af. Dat kan
toch niet! De minister was aanvankelijk van
plan een billijker regeling in te voeren, maar
van die billijkheid valt bitter weinig te be
speuren en de interpellant gaf een aantal
cijfers waaruit bleek, dat er feitelijk slechts
een enkele vooruitgaat, de overgroote meer
derheid er slechter aan toe is en er zelfs ge
zinnen zijn, die met 4.50 per week achter
uitgaan. Het gevolg is, dat de goed ontwik
kelde bevolking onder het pauperisme terug
valt en de armenzorg de plaats gaat inne
men van de steunverleening.
De heer Kupers geloofde, dat de minister
zich bij de wijziging der steunregeling aan
een vergissing heeft schuldig gemaakt in de
opvatting, dat de steunuitkeeringen verzes
voudigd waren, terwijl de werkloosheid
slechts verdubbeld was. Maar tusschen die
beide bestond geen evenredigheid, ten on
rechte lette de minister enkel op de sterke
stijging van den rijkssteun. Nu hij deze ver
mindert, maakt hij den gemeenten het leven
moeilijker, terwijl de werkloosheidsverzeke
ring in slechter conditie is geraakt. Maar de
minister mag de werkloozen geen dupes ma
ken van zijn vergissing en in verband hier
mede stelde spr. zijn eerste vraag:
„Is de minister bereid zijn be
sluit tot verlaging van de steun
bedragen van de werkloozen in
Twente in te trekken?"
Vervolgens vroeg de interpellant den mi
nister, hoe het stond met de onderhandelin
gen met de vier groote gemeenten. Hoe staat
het met de verlaging van de steunnormen?
Zal men werkelijk overgaan tot een verla
ging yan 1.50? Durft de minister dat aan?
Ook in andere gemeenten? Sommige bladen
noemen dat onjuist en daarom deed hij de
tweede vraag:
„Is de steunverlaging, in Twen
te als een op zich zelf staande
maatregel te beschouwen dan
wel als een inleiding tot steun
verlagingen in andere deeleu
d es 1 a n ds?"
Werkverschaffing is altijd beter dan steun,
aldus vervolgde de heer Kupers, maar dan
dient daarbij een billijk loon te worden toe
gekend. De loonen bij de werkverschaffing
zijn echter te laag en dat wordt nog erger,
nu de loonen in het particulier bedrijf ook
dalen. Maar de overheid mag geen rekening
houden met de loonen welke minderwaardige
werkgevers uitkeeren. Spr. noemde weer eeni-
ge cijfers van loondaling, welke de minister
waarlijk niet mag navolgen. Vandaar de der
de vraag:
„Isdeministernietvanoordee!
datde meeste uurloonenin de
werkverschaffingen reeds zoo
laag zijn geworden, dat zij geen
verdere verlaging toelate n?"
De werkverschaffingsloonen zijn intus
schen in den laatsten tijd beneden het be
staansminimum gedaald omdat ze stelselma
tig medegaan met de loonen in het particu
lier bedrijf, de spr. stelde daarom nog een
vierde vraag:
„Is de minister bereid de loons
verlagingen, welke den laatsten
tijd in sommige werkverschaf
fingen hebben plaats gehad on
gedaan te mak en?"
De heer Kupers schetste ten slotte het droe
vige lot van den werklooze, van vader tot
zoon tot het pauperisme vervallend. Deze ca
lamiteit moet worden voorkomen ondanks
onze financieele moeilijkheden. Het is waar,
dat er in 1933 voor de werkloozen 140 mii-
lioen is uitgegeven, maar voor den landbouw
had men 200 millioen over en aan het daar
toe bijeengebrachte bedrag heeft ook de
werklooze bijgedragen! Er moet raad wor
den geschaft.
Er zijn verschillende middelen aan te ge
ven, welke het noodige geld voor de hulp
aan de werkloozen kunnen opbrengen. In de
eerste plaats noemde hij een heffing ineens
van één percent op de vermogens boven de
16.000, te verdeelen over 4 jaar. Verder een
extra crisisinkomstenbelasting, een verhoo
ging van het successierecht met 10 mil
lioen geraamde opbrengst, ten slotte het slui
ten van leeningen ter dekking van de helft
van de crisislasten.
Aan het einde zijner rede zette de interpel
lant uiteen, hoe ook de middenstand ernstig
nadeel ondervindt van de verlaging van de
werkloozensteun, zoodat Jiet geheele maat
schappelijke leven er onder lijdt.
Met belangstelling zien we het antwoord
van minister Slotemaker de Bruïne op de in
terpellatie tegemoet.
Over het verhandelde vóór de interpellatie
mogen en moeten we kort zijn.
De Kamer heeft bij den aanvang der ver
gadering aangenomen het wetsontwerp tot
wijziging van de spoorwegwet en de wet op
de loaalspoor- en tramwegen, waardoor aan
deze wat meer vrijheid zal werden gegeven
inzake het vaststellen der vrachttarieven
Slechts een drietal leden wenschten als te
genstemmers te worden beschouwd: de hee
ren Duymaer van Twist, Van de Bilt en Ver
voorn.
Hierna is behandeld de naasting van een
aantal locaalspoorwegen, n.1. Medemblik
Hoorn, NijkerkEde, DeventerRaalte
Ommen, DinxperloVarseve'd, Leeuwarden
Metslawier, MetslawierAnjum, Stiens
Harlingen en Franeker. In het bijzonder voor
de lijn HoornMedemblik zijn verscheidene
leden in de bres gesprogen en minister Kalff
heeft geantwoord, dat de naasting nog niet
altijd opheffing behoeft te beteekenen mits
de omliggende streek bereid is financieele
medewerking te verleenen bij de exploitatie,
die anders onvermijdelijk verlies oplevert,
gelijk trouwens alle spoorweglijnen met uit
zondering van AmsterdamRotterdam. Het
ontwerp is ten slotte zonder stemming goed
gekeurd met alleen den heer Vervoorn als te
genstemmer.
Ten slotte zij nog vermeld, dat het wets
voorstel om de tramwegen in Noordbrabant
samen te brengen in één naamlooze vennoot
schap „Brabantsche Buurtspoorwegen en
Autodiensten" (B.B.A.) na een vrij langdra
dige bespreking zander stemming is goedge
keurd.
Een poging van den heer Kuiper (r.k.) om
voor te schrijven, dat een der commissarissen
der vennootschap speciaal uit het personeel
zou worden genomen stuitte af op het goed
gemotiveerde verzet van minister Kalff, die
uiteenzette, dat het niet aanging een onder- I
geschikte tevens tot chef van de directie te
maken.
De heer Kuiper heeft ten slotte, zij het met
tegenzin, zijn desbetreffende motie terugge
nomen.
De Fransche nota aan Engeland, waarvan
wij gisteren op deze plaats melding maakten,
heeft heel wat stof doen opwaaien in de
di verse landen.
In Duitsche politieke kringen, aldus meldt
het D. N. B. uit Berlijn, wordt de nota als
een groote teleurstelling opgevat \oor alle
oprechte vrienden van goede verstand
houding.
Op het tijdstip, waarop vrijwel volkomen
overeenstemming tusschen Duitschland, Italië
en Engeland bereikt was over de sedert 14
October gevoelde onderhandelingen, eischt
Frankrijk terugkeer naar Genève, waarbij de
opgegeven redenen kennelijk slechts voor
wendsels zijn. Voor de noodzakelijkheid ge
plaatst, uit de vroegere toestemming tot d<
Duitsche gelijkgerechtigdheid de noodig<
consequenties te trekken, besluit de Fransch
regeering tot de vlucht achter de Geneefsch<
coulissen, waar zij gunstiger voorwaarden
voor haar negatieve politiek hoopt te vinden.
Terwijl te Genève nog voor onbeperkten tijd
zonder resultaat over de ontwapening onder
handeld zal worden, zouden Duitschland en
de andere ontwapende staten werkloos
moeten toezien dat Frankrijk verder zijn
wapening uitbreidt. Deze geest van een
zijdige discriminatie dwong Duitschland
vorig jaar October om Genève te verlaten.
Frankrijks eisch van „Terug naar Genève",
beteekent tegelijk „Terug naar Versailles",
want de Fransche nota desavoueert zelfs de
officieele verklaringen van Frankrijk sedert
het plan van Herriot van 14 November 1932,
die een herziening van het vijfde deel van het
verdrag van Versailles in het vooruitzien!
stelden, evenals de erkenning van de Duit
sche gelijkgerechtigheid in de verklaring der
vijf mogendheden van 11 December 1932. De
Fransche onderhandelingsmethoden verhin
deren eiken voortgang. Nadat Frankrijk elke
overeenkomst over wapeningsvermindering
verhinderd had, wil het nu ook de wapenings
beperking onmogelijk maken, onbekommerd
om het Engelsch-Italiaansche plan en de ver
gaande Duitsche toezeggingen ten aanzien
van de garanties. In aanmerking nemende
het feit dat Frankrijk na het mislukken van
de ontwapeningsconferentie ook den laatsten
nog overgebleven weg gebarricadeerd heeft,
moeten allen die streefden naar een con
structieve oplossing vaststellen dat de
Fransche politiek slechts tot desorganisatie
van Europa leidt.
Londen bewaart nog hét stilzwijgen.
Hoewel de ontwapeningscommissie uit het
Engeische kabinet Donderdag de Fransche
nota heeft onderzocht, wordt van officieele
zijde voorloopig het stilzwijgen bewaard.
In goed ingelichte kringen is men echter
van opvatting dat de Fransche nota inoer-
daad aan de diplomatieke gèdachtenwisselmg,
die sedert Duitschlands uittreden uit den Vol
kenbond had plaats gehad, een einde maakt.
De Associated Press merkt op dat Frankrijk
een hervatting van de ontwapeningsconferen
tie wil op het unt, waar zij destijds werd
afgebroken, terwijl Duitschland verklaard
heeft pas na de oplossing van het dntwape-
ningsvraagstuk terugkeer naai Genève te
kunnen overwegen. Niettemin blijft ook na de
Fransche nota de hoop bestafan, dat men
toch nog een overeenkomst op den grond
slag van wapeningsbegrenzing zal kunnen
bereiken. De Engelsche ministers onderzoe
ken nauwkeurig de mogelijkheden van her
vatting der conferentie.
De Times over Duitschland's
bewapening.
De Times schrijft: Het beste middel ®m de
•bewapening van Duitschland te controleeren
is stellig het systeem van onderzoek (inves-
tigation) dat echter slechts kan worden toe
gepast na het sluiten van een conventie. Zoo
lang Duitschland niet anders doet dan be
weren dat elk volk het recht heeft voor zijn
eigen verdediging ie zorgen is het niet waar
schijnlijk dat de openbare meening in Enge
land zich ongerust zal maken over Duitsch
land's bewapening. Het zou echter heel an
ders worden als bleek dat Duitschland zich
van offensieve wapens voorziet, als: groote
tanks en bombardeervliegtuigen, welker af
schaffing de andere landen voorstellen.
Wat nu'
De Daily Telegraph bericht dat de minis
terraad niet in de geiegenneid was het Fran
sche antwoord op de Britsche ontwapenings
nota te bespreken.
Wel hebben Sir John Simon en Eden met
de deskundigen van het ministerie van bui-
tenlandsc-he zaken de nota bestudeerd.
Alvorens het stuk in den plenairen minister
raad wordt behandeld zal de ontwapenings
commissie van het kabinet de kwestie nog
maals behandelen.
De uiteenzettingen van de Belgische en
Ialiaansche regeering worden thans met
spanning tegemoet gezien.
Rome schijnt voornemens nog een poging
tot verzoening tusschen Duitschland en
Frankrijk te wagen.
De Italiaansche onder-staats-secretaris
"uvich, die Vrijdag te Londen wordt ver
zacht, zal de Britsche regeering nader hier-
ntrent inlichten.
In Britsche kringen ziet men de volgende
itting van het Bureau van de Ontwapenings-
onferentie op 30 April en de bijeenkomst
van de algemeene commissie van de Confe
rentie op 23 Mei met groote spanning tege
moet.
Engelsch commentaar.
De Londensche correspondent van de
N. R. C. meldt:
De commentaren der Londensche bladen
op de Fransche nota van antwoord aan de
Britsche regeering verschillen voornamelijk
door den graad van hun pessimisme.
Volgens de Morning Post zijn de ontwa
pening en de ontwapeningsconferentie nu
dood, hetgeen zij voor zich echter niet als
een bijzonder verlies voor de zaak van den
vrede beschouwt. Het blad vraagt, hoe
Frankrijk of eenig ancier bedreigd land ver
trouwen kan dat Duitschland zich aan een
nieuwe conventie zal houden, wanneer het de
oude openlijk en flagrant totseert.
De News Chronicle meent, dat de Engel-
schen geen Duitsche poging om de wereld
voor een voldongen feit te plaatsen of om
zich verre van Genéve en de conventie te
houden, door de vingers kunnen zien, maar
dat zij ook niet mogen goedkeuren of mede
werken tot pogingen om de ontwapenings
conferentie te maken tot een conferentie voor
het 'stereotypeeren en afdwingen van militai
re 'bepalingen van Versailles.
De Express zingt een loflied op de schit
terende isolatie, waarin zij voor Groot-Brit-
tannië het heil ziet. Locarno en alle Euro-
peesche verplichtingen beteekenen voor
Groot-Brittannië oorlog.
De Daily Mail gebruikt de Fransche nota
natuurlijk om nog eens haar groctsche vlieg
tuigplannen te ontvouwen.
De Daily Telegfaph meent dat de Brit
sche weerzin om verdere waarborgen te ge
ven, 'overvloedig gerechtvaardigd wordt door
wat nu gebeurd is. Ook zij gelooft dat de
Fransche nota, waaruit voortvloeit dat
Duitschland zijn duidelijke bedoeling om
zonder bepaalde limieten in een atmosfeer
van algemeen wantrouwen en slechten wil te
wapenen, kan uitvoeren, het einde is van al
lé gedachten aan nuttig resultaat der ontwa
peningsconferentie. Zij acht de situatie zeer
ei nstig.
De Times meent, dat de in het Duitsche
antwoord aan Londen bevatte en verdedigde
stellingen onmogelijk als onredelijk be
schouwd kunnen worden. Wat de beweerd?
reeds plaats gehad hebbende bewapening
van Duitschland, in strijd met het verdrag
van Versailles aangaat, gelooft zij dat men
niet achterwaarts, maar vooruit moet zien
De hoofdvraag moet naar haar oordeel zijn
of de Duitsche militaire voorbereidselen al
of niet den rechtmatigen eisch van Duitsche
nationale verdediging overschrijden.
Vrij algemeen gelooft men dat behalve de
samenstelling van het Fransche kabinet het
Duitsche antwoord aan Londen de in de
gepubliceerde nota ,-an antwoord neerge
legde houding van Frankrijk verklaart.
Volgens den politieken correspondent van
de Manchester Guardian wordt net nu in
Britsche kringen, waar men dat niet zou ver
wachten, betreurd dat de Britsche regeering
niet reeds eenige maanden geleden, kort na
indiening van "hare plannen, den moed ge
had heeft om te erkennen, dat de verplich
ting tot consultatie niet voldoende waarborg
voor de veiligheid opleverde en dat zij niet
reeds toen gevraagd heeft, welke garanties
Frankrijk bevredigen zouden, wanneer Bar
thou met zijn rechtsche regecring een zekere
mate van Duitsche wapening in ruil voor
verdere garantie bijna aanvaard heeft. Hoe
veel te gemakkelijker zou dit dan volgens die
De Fransche nota aan Engeland.
(Dag. Overzicht).
Engelsche vrees voor Duitsche
herbewapening. (Buitenland).
Fransche postbeambten gestraft.
(Buitenland).
Deensche zeeliedenstaking mislukt.
(Buitenland).
Stavisky: charmeur, oplichter en
bandiet. (Buitenland).
De voorstellen van de spellings
commissie. (Binnenland).
Het verplicht veilen definitief gere
geld. (Land- en Tuinbouw).
Ernstige autobotsing nabij Eindho
ven. (Binnenland).
(Zie verder eventueel laatste
berichten).
kringen aan vroegere Fransche regeeringen
gevallen hebben!
Teleurstelling in Italië.
Hoewel de Italiaansche pers weinig com
mentaar heeft op de jongste Fransche nota
blijkt duidelijk, dat men in het algemeen over
deze nota teleurgesteld is.
De Popoio de Italia noemt de nota „een
bruuske stap achterwaarts door de herhaal
delijk bevestigde onverdraagzaamheid van
Franrijk".
De Gazeta del Popoio schrijft, dat Frank
rijk haar oude impopulariteit dreigt terug te
krijgen.
De Turijnsche Stampa ziet in het Fransche
optreden een manoeuvre, die zich ontwikkelt,
zooals te voorzien was. Uit deze nieuwe nota
van Frankrijk kon men slechts de conclusie
trekken, dat het een poging was tegenover de
publieke opinie in binnen- en buitenland de
verantwoordelijkheid voor de mislukking der
conferentie op anderen af te wentelen. Bar-
thou tracht de Fransche houding te recht
vaardigen door zich achter de Duitsche her
bewapening te verschansen. Men mag echter
niet vergeten, dat deze Duitsche herbewape
ning is veroorzaakt door de omstandigheid,
dat de mogendheden reeds 15 jaar over ont
wapening praten zonder tot werkelijke ontwa
pening te besluiten.
In Polen is men voldaan.
De Poolsche bladen verheugen zich vol
gens een Fransch Reutertelegram uit War
schau algemeen over de eensgezindheid,
waarmede het Fransche kabinet zijn beslis
sing heeft genomen. Men merkt op dat het
Fransche standpunt herhaaldelijk door de
Poolsche gedelegeerden te Genève is verde
digd.
Moskou beschouwt het als het einde.
Uit Moskou wordt gemeld, dat de Fransche
nota daar groot opzien heeft gewekt. Men
zegt daar dat deze nota den laatsten stoot
tegen de onderhandelingen over ontwapening
zal beteekenen. De onderhandelingen te
Genève hebben nu hun waarde verloren daar
er bij de tegenwoordige houding van Frank
rijk niet aan te denken valt, dat men daar
tot eenig resultaat zou kunnen komen.
Japan voorziet nieuwe wapening.
De Japansche pers verklaart dat de jong
ste Fransche nota aan de kwestie van de
ontwapening een nieuwen zwaren slag toe
brengt. De Japansche regeering heeft niet
veel hoop gehad, dat de ontwapeningskwestie
van het doode punt zou geraken. Frankrijk
toont nu openlijk dat het aan de ontwapening
niet veel gelegen is. De heele kwestie krijgt
nu een theoretisch karakter. De practijk zal
,op nieuwe wapening in de heele wereld uit-
loopen. De perschef van het Japansche de
partement van buitenlandsche zaken ver
klaarde, dat Japan op geenerlei wijze gebon
den is; het zal alle maatregelen tot bescher
ming van de natie treffen.
Te Washington.
Op 't departement van staat te Washington
verklaart men. dat de Ver. Staten bereid zijn
om naar Genève terug te keeren. Dit is het
eenige commentaar dat na de ontvangst van
een copie van de Fransche nota aan Enge
land gegeven wordt.
DE DUITSCHE PERS EEN IA AR
ONDER NAT.-SOC. LEIDING.
In April 1933 werd de Rijksorganisatie
van de Duitsche pers door de nat.-soc. over
genomen en daarmede werd de Duitsche pers
onder nat.-soc. leiding geplaatst. Naar aan
leiding van den verjaardag van deze gebeur
tenis heeft de rijksorganisatie van de Duit
sche pers heden te Berlijn een conferentie ge
houden onder het motto „Een jaar nat -soc.
leiding van de Duitsche pers". De belang
stelling was groot De leider der organisatie,
de journalist Weiss hield een inleidende rede
voering. Dr. Goebbels sprak een groote rede
uit