ALKMAARSCHE COURANT Veilige havens Heuilletoa Stad m Omqeving. DE WIJZIGING VAN HET MOTOR- EN RIJWIELREGLEMENT. 8 8 i 8 8 8 No. 108 DINSDAG 8 HEI 1934 Mr. N. R. H. van Essen, juridisch advi seur der K N.A.C., schrijft ons: Plotseling, na langen tijd van wachten, verlangen, hopen, komt een „nadere wijzi ging van het Motor- en Rijwielreglement in ons midden neergedaald, Staatsblad no. 125, 1934, een negentiental pagina's lang ver kondigt ons het desbetreffende besluit. Of hierin de geheele materie welke de wij zigingscommissie in den loop der jaren heeft bijeengegaard, is opgenomen, wij weten het niet met zekerheid te zeggen, doch het moet worden betwijfeld. Na de verschillende reeds verschenen pu blicaties der gewijzigde verplichtingen welke den automobilist uit hoofde van dit besluit „op een nader door ons vast te stellen tijd stip" pillen worden opgelegd, komt het wen- schelijk voor hier ter plaatse enkele opmerkin gen van algemeenen aard te maken, waarbij wij nochthans niet zullen kunnen ontkomen aan de bespreking van eenige speciale onder werpen. Op den voorgrond dient dan te worden gesteld, dat de wijziging ons geen nieuwe gedachte brengt, in aien zin dat op het oude stramien met ijver is voortgeborduurd, dat men zich beperkt heeft tot het verwerken van bepalingen waaraan de praktijk zonder twij fel behoefte heeft doen gevoelen en van rech terlijke uitspraken, in de bestaande materie, doch in gebreke is gebleven een nieuw systeem te creëeren. Dit feit moet zonder twijfel teleurstellend worden genoemd. Het groote gebrek dat aan het motor- en rijwielreglement kleeft de naam reeds wijst in deze richting is dat het te eenzijdig is. Ons land heeft behoefte aan een algemeene Verkeerswet die dus het verkeer op den weg jn zijn vollen omvang regelt. Had men deze gedachte gevolgd dan ware het noodzakelijk geweest de bestaande materie, het ouderwet- sche en ietwat wankele gebouw, op te ruimen en af te breken, en op een nieuw fundament volgens een nieuw systeem, een gaven bouw te stichten. Dit is niet geschied. Men heeft wat nieuwe palen geheid, zoo hier en daar een verdie ping opgezet en bijgebouwen opgetrokken die het geheele complex, het moet met groote vreeze worden gevreesd, te wankeler zullen blijken te maken. Het is een niet te miskennen feit, dat bij de wijziging nuttige en noodige bepalingen in het leven zijn geroepen. Zoo is het juist ge zien dat niet slechts bestuurders van motor rijtuigen, doch ook alle andere weggebruikers onder alle omstandigheden een teeken zullen moeten geven wanneer zij voornemenszijn van richting te veranderen, welke verplich ting de laatstgenoemde categorie thans slechts is opgelegd wanneer de veiligheid van het verkeer zulks vereischt, hetgeen niet alleen onzekere doch tevens gevaarlijke toe standen in het leven roept. De gedachte aan een algemeene verkeerswet komt hier schuch ter om den hoek gluren, om zich echter helaas oogenblikkelijk weer terug te trekken. Zoo geeft het reden tot tevredenheid, dat de wettigheid van het stoplicht officieel er kend is; verdient het groote toejuiching dat het verboden zal zijn signalen te geven an ders dan wanneer de veiligheid van het ver keer zulks zal vorderen, met welk voorschrift de mogelijkheid wordt geopend een reeds lang aangebonden strijd tegen overbodig rumoer te beslechten; zoo ook is een welkome bepaling dat het verboden zal zijn een por tier van een auto te openen of geopend te laten wanneer daardoor de vrijheid en de veiligheid van het verkeer worden belemmerd of in gevaar gebracht. En aldus zijn er tal van verbeteringen aan gebracht die de lezer zonder twijfel zal heb ben kunnen lezen in de reeds gegeven versla gen der aan te brengen wijzigingen. Maar behalve het euvel dat op oud stra mien werd voortgeborduurd, valt nog een an der op, te weten dat de nieuwe bepalingen een belangrijke macht in handen gaan leggen van gemeentebesturen. Ook dit systeem komt ons onjuist voor. De rijkswet behoort te regelen, de materie te be- heerschen, en eenheid te schepen, daarbij zoo weinig mogelijk overlatend aan den lageren wetgever. Wanneer wij thans lezen, dat stopverbo den, stationneerverboden, parkeerverboden en voorschriften betreffende te lang parkeeren, door BASIL KING. 0 (Uit het Engelsch). 03) „Tenslotte besloten we maar net te doen, of het kind dood was. Het was 't eenige, dat we konden doen. Het was een wapen ter zelf verdediging. Mijn vrouw kwam weer in de wereld, wat ze prettig vindt, en waarvoor ze geschikt is. Toen ging het beter. Ze vergat wel niet, maar ze werd normaler. Trots het verleden waren er nog altijd dingen, waar van ze kon genieten. Ze begon zich veiliger te voelen. Maar toen wilde het toeval dat ik jou ontmoette in dat meer in New Hamps- nire". „Als ik u was, mijnheer Whitelaw, zou tk me daardoor niet in de war laten brengen „Het brengt me niet in de war. Toen ik dat jaar in ons huis in Old Westbury terug keerde, en er mijn vrouw en kinderen over sprak, smeekten ze me er niet opnieuw op in te gaan". ,En als ik u nu dat ook eens smeekte? ftii schudde zijn hoofd. „Dat zou niet ba ten. Ditmaal moet ik er alles van te.weten ko men. Ik heb nu alle gegevens, die ik van je kreeg en weet nog eenige andere dingen Indien je niet niet mijn zoon bent Hij stond op, en liep langzaam naar den haard, waar hij met zijn rug naar het smeulende Vuur gekeerd, peinzend bleef staan „n- dien je niet mijn zoon bent, dan zullen we worden overgelaten aan gemeenteraden, dan ook moeten wij ernstig betwijfelen of dit systeem juist moet worden geacht. De auto nomie van het gemeente-bestuur dat niet aan hooger inzicht is onderworpen, komt ons uiterst gevaarlijk voor. En dit treft ons te meer, wanneer wij constateeren, dat bij de onderhavige wijziging ook het zoogenaamde „mhaalverbod niet alleen gesanctionneerd, doch eveneens in de macht van gemeentebe sturen wordt gebracht. Waar onder vigeur van de huidige wet geving verschil van meening heerscht of een gemeentebestuur al dan niet bevoegd is een verordening in het leven te roepen, waarbij het den bestuurder van een motorrijtuig ver boden is op een bepaald weggedeelte een ander motorrijtuig dat zich in dezelfde rich ting voortbeweegt in te halen de Hooge Raad der Nederlanden zal dit strijdpunt dezer dagen beslissen wordt thans den gemeenteraden de bevoegdheid gegeven, „in het belang van de vrijheid en veiligheid van het verkeer, gelet op de breedte van den weg en de verkeersdrukte die daar in het alge meen heerscht naar eigen inzicht, autonoom, dergelijke uiterst gevaarlijke en mogelijk ver keerbelemmerende verbodsbepalingen te scheppen. Een angstig vermoeden rijst, dat dit inzicht niet juist is geweest. Kritiek, zult gij tegenwerpen, lezer, is ge makkelijk, en de kunst, ook die van goed? wetten maken, niet gemakkelijk. Maar wij critiseeren omdat daardoor wellicht de moge lijkheid wordt geopend alsnog verbeteringen tot stand te brengen. En wij denken daarbij aan een leemte die op onheilspellende wijze de aandacht trekt. Artikel 5 is niet gewijzigd. D.w.z., dat voor het van rechts komend verkeer te allen tijde onder alle omstandigheden de doorgang moet worden vrijgelaten. Hier wordt de kritiek ernstig. Het komt ons voor, gelet op de ervaringen der practijk en die der rijtechniek, dat wel geen enkele automobilist deze leemte niet ten zeerste zal betreuren. Wij leven in een tijd van snelverkeer op den grooten weg, waar van de aanleg door den automobilist wordt bekostigd. De tijden dat men geneigd was, een algemeen geldende maximum-snelheid vast te stellen van 30 K.M. per uur, zijn voorbij. De machtige heirbanen zijn gebouwd om den automobilist gelegenheid te geven on gestoord te rijden op een wijze en met een snelheid die hem in staat stelt tijdig zijn doel te bereiken. Maar dan ook moet hij dit ongestoord en veilig kunnen doen. Art. 5 van het ongewij zigde motor- en rijwielreglement Is hem een hinderpaal en een dikwijls gevaarlijk strui kelblok. Het is inderdaad geen novum, lezer dit pleidooi voor de afschaffing van dezen thans geldende regel, die onder bepaalde, van de locale toestanden afhankelijke omstandig heden juist kan worden geacht, doch die ten aanzien der groote verkeerswegen zeer zeker behoort te worden opzijgezet, met dien ver stande zelfs, dat een bepaling in het leven behoort te worden geroepen, dat een ieder, die zich van een secundaire weg begeeft op een hoofdweg, verboden is dit te doen indien de veiligheid van het verkeer daardoor wordt in gevaar gebracht. Vele landen hebben de juistheid van dez» regeling aangevoeld als een noodzakelijke behoefte. Hier op zoodanige, daar op andere wijze geredigeerd, hebben de wettelijke bepa lingen den gebruiker van den snelverkeers- weg immers toch voor hem aangelegd, in de gelegenheid gesteld ongehinderd te rij den. Dat deze gelegenheid hier te lande thans niet is geschapen, moet wel betreurens waardig genoemd worden. De behandeling van de waterstaatsbegroo- ting in de Eerste Kamer, thans ongeveer een maand geleden, gaf ons alle reden te hopen op verbetering. Immers op de vragen van enkele leden, onder meer ook omtrent de wenschelijkheid van wijziging op dit punt, gaf de minister ten antwoord, dat deze gereed lag. De teleurstelling, dat art. 5 onveranderd is blijven bestaan, is thans te grooter. Een bezwaar moet ons ten slotte nog van het hart. Tengevolge van de ongelukkige redactie van het huidige art. 22 is het thans den automobilist veroorloofd zijn motorrij tuig zonder ontstoken lampen te laten staan, wanneer het door van buiten komend licht voldoende zichtbaar is. Inderdaad een prac- met vrij groote zekerheid kunnen uitvinden wiens zoon je wél be.it". Tom stond ook op, zoodat zij van aange zicht tot aangezicht stonden. „En als u dat niet met vrij groote zekerheid kunt uitvin den „Dan zal ik tot het besluit worden gedre ven dat Hij voleindigde dien zin niet, en Tom drong er niet op aan. Gedurende de stilte, die intrad, overdacht Tom, dat als er oorlog kwam, de kwestie in het vergeetboek zou kun nen geraken. Hij nam zich voor daartoe me de te werken. Diezelfde gedachte scheen bij den ouderen man op te komen, want, uit zijn gepeins ontwakend, vroeg hij zonder eenigen samen hang met het voorafgaande: „Wat ben je van plan te worden?" Ik heb altijd gehoopt bij het bankwezen te komen. Daarvoor schijn ik 't geschikst te zijn". Weer kwam er in de oogen van den man dat plotselinge licht, alsof een electrische lamp werd aangedraaid, dat hij zich herin nerde, toen zij elkaar in het water voor het eerst ontmoetten. „Daarmee zou ik je kunnen helpen". „O, maar mijnheer Whitelaw, ik zou op heel bescheiden voet beginnen, van onder af „Doet er niet toe. Ik kan je in elk geval helpen. Ik wil dat je me 't volgende belooft: Wend je, zoodra je de handen vrij hebt, het zij na Harvard, hetzij na den oorlog, voor dat je iets anders doet, tot mij. Blijft dit af gesproken?" Dit was voor Tom de gemakkelijkste uit- tische oplossing van een hinderlijke en nutte loos wettelijk voorschrift. Waartoe immers dient het op hei-verlichte pleinen der groote steden den automobilist te noodzaken niette min parkeerlampen te ontsteken. Maar helaas, de wijziging zal den ouden toestand herstellen, althans aan de gemeenten over laten een speciale bepaling in het leven te roepen, waarbij de mogelijk van het onver licht laten staan wordt geschapen, hetgeen ons kortzichtig voorkomt. Zoo zal dus de wijziging van het motor- en rijwielreglement naar onze meening geen verbetering van groote beteekenis geven. Het principe, dat verouderd was, had gewijzigd dienen te worden, en de wetgever had zich niet moeten beperken tot het aanbrengen van veranderingen in- en aanvullingen van den bestaanden wettekst, die weliswaar in vele opzichten nuttig effect zullen sorteeren, doch die het reglement, als één geheel beschouwd, zeker niet op hooger peil brengen. SOVJET-VRIENDEN BIJEEN. Arbeidstoestanden in Rusland geschetst naar eigen waar neming. De gisteravond door de „Vereeniging van vrienden van de Sovjet-Unie" in de dancing -van de Harmonie belegde vergadering was vrij goed bezocht. Er waren twee spreeksters aangekondigd, n.1. mevr. Geerlings uit Amsterdam, assis tente en propagandiste van den Nieuw-Mai- thusiaanschen Bond, en mej. de Vries uit Haarlem, van de modern georganiseerde con- fectie-arbeidsters. Beiden zouden zij spreken over „De waarheid over Rusland". Ondanks den oproep ook tot de vrouwen om deze vergadering te bezoeken, waren er slechts weinig vertegenwoordigsters van „het zwakke geslacht" opgekomen. Om half negen deelde de voorzitter der vergadering, de heer J. Veldhuis uit Oudorp, mede, dat de beide spreeksters ver moedelijk den trein hadden gemist en nu mis schien met dien van 8.40 zouden komen, zoo dat hij een beroep deed op het geduld van de aanwezigen. In afwachting van de beide afwezige-i hield de heer d e J o n g uit Alkmaar de ver gadering eenige oogenblikken bezig met een uiteenzetting over de propaganda voor de V.V.S.U. Hij meende, dat uit het voorbeeld der Russen was gebleken, dat ook in ons land het doorvoeren van het ware socialisme mo gelijk zal zijn. Hij achtte dit een noodzake lijkheid, omdat z.i. de kapitalisten hun on derdrukking van het proletariaat niet vrijwil lig zullen prijsgeven. Eindelijk, om tien minuten vóór negen, was één der spreeksters, mej. de Vries, gearriveerd, en onmiddellijk gaf de voorzit ter haar het woord, om te spreken over haar laatste studiereis in Rusland. De spreekster begon met de „vlammende strijdgroeten over te brengen van de Russi sche arbeiders, en speciaal van kameraad Di- mitrof". Zij ging dan voort mede te deelen, dat zij verschillende fabrieken (ook confectie fabrieken) had bezocht. Overal werkten vele vrouwen. Elke arbeider „aan den loopenden band" heeft na iedere twee uur werken 10 minuten pauze. Ter geneeskundige verzor ging zijn in elke fabriek „geneeskundige pun ten" aanwezig. Ook de tandverzorging is uitstekend en alles gratis. De zorg voor aanstaande moeders is voor beeldig: voor en na de bevalling twee maan den vacantie met behoud van vol loon en zoo noodig een kinaeruitzet. Het eten v/erd door spreekster geroemd, het is er volgens haar beer dan in ons land de arbeiders krijgen. Door middel van de „muurkrant'' hebben de werkers gelegenheid klachten te uiten over de bazen, de dokters, enz. en als dat niet baat, worden de klachten besproken in den „driehoek", die de menschen, wanneer wordt geklaagd, zoo noodig ontslaat. De kinderen staan in de crèches onder uit stekende hygiënische controle." De voorberei dende scholen beginnen reeds de opvoeding tot verdedigers van de sovjet-unie. Voorts wordt de kameraadschap aangekweekt. Van de kosten der school betalen de ouders slechts een klein deel, de rest wordt bijgedra gen door de fabriek en de sociale verzeke ringen. De kameraadschap in de fabrieken is heel sterk, zooals spreekster uiteenzette. Zij ontkende het bestaan van jodenhaat in Rusland. De joden kunnen zich ontwikkelen zooals ook de overige Russen. Van vervol ging van katholieken is geen sprake; alleen worden de kerken niet door den staat be taald. Spreekster vertelde van het afbreker. weg. „Ja, mijnheer Whitelaw, als u dat wenscht". „Dan geven we elkaar de hand daarop". Ze gaven elkaar de hand, en weer voelde Tom, dat de zijne stevig werd vastgehouden. De man legde zijn linkerhand op Tom's schouder. Zijn oogen keken diep en met een innig verlangen in die van den jongen Von den die oogen wat zij zochten, of gave zij hei langer zoeken op? Tom zou het niet hebben kunnen zeggen. Hij kreeg slechts een zacht duwtje, als van iemand, die vermoeid was Toen keerde de man zich weer met zijn ge zicht naar het vuur, dat bijna uit was. HOOFDSTUK XLII. In April 1920, ongeveer achttien maanden na de onderteekening van den wapenstil stand,, kwam Tom Whitelaw als gedemobi liseerde in Boston terug. Hij had een heel stuk van Europa in een rechte lijn door kruist Brest, Parijs. Chateau Thierry, Fé- re-en-Tardenois, Reims, Luremburg, Ko-- blenz, en was ongeveer langs diezelfde lijn teruggekeerd. Nu zou hij, als hij dat had ge kund, graag alles willen vergeten. Maar daar hij het niet kon, bezielde 't hem met een levensdoel. Duidelijker is het misschien te zeggen, da' het doel, waarvan hij zich al vroeg bewust was, hem helderder voor oogen stond Wat hij gevoelde, was niet iets nieuws voor hem, maar wel was het scherper omlijnd, duidelij ker. Hij wist wat hij van plan was te doen. al zag hij nog niet hoe hij het zou doen Misschien zou hij nooit iets volbrengen, en dat was zelfs heel waarschijnlijk. Maar hij had nu tenminste eenig houvast, en hij zou foooooo Jiadiopcaqcamma Woensdag 9 Mei. HILVERSUM, 301 M. (VARA- uitz.) 8.— Gr.pl. 9.30 „Onze keu ken", d. P. J. Kers. 10— VPRO- morgenwijding. 10.15 Voor Arb. in de Continubedr.: Klein VARA- ensemble olv. F. Bakels, J. Lemaire deel., I. Runge, tenor en gr.platen. 12Klein VARA-ensenu>le o.l.v. F. Bakels. 2.Zenderverzorging 3.Voor de kinderen. 5.30 Klein- VARA-ensemjle olv. F. Bakels. 7. Voorbeschouwing over Holland Frankrijk. 7 20 Orgelkwintei o l.v. C. Steyn. 8.Herhaling SOS-ber., Vaz Dias en VARA-varia. 8.15 Uit R'dam: „De Stem des Volks", Residentie-orkest en solisten olv. H. Altink. 9.30 „Vanouds de Morgen ster", spel van Heyermans, m m v. het VARA-toor.eel olv. W. v. Cap- pellen. 11.3012.Gr.pl. HUIZEN, 1875 M. (NCRV-pro- gramma). 8.Schriftlezing en me ditatie. 8.15—9.30 Gr.p'.. 10.30 Morgendienst olv. ds. J. Kremer. 11.Concert. M. F. Juraanz, har monium. Mej. C. de Jager, sopraan en mevr. R. MijnhoutBakkenist, alt. 12.15 Gr.pl. 12.30 Orgelspel L. Blaauw en gr.pl. 2.15—3 45 Concert. I. MulderBelser, alt mezzo, J. H. E. Wittpen, fluit. H. Scholl, viool. B. Oberstein, cello en G. Hengeveld, piano. 4.Piano recital R. Riphagen en gr.pl. 5. Kinderuurtje. 6.J. van Pelt spreekt over Joh. v. d. Steur. 6.30 7.Afgestaan. 7.Ned. Chr. Persbureau en gr.j 1. 7.30 Pluim veepraatje. 8.Arnh. Orkestver. olv. H. J. Manks. Om 9.Ouder uurtje. 10.Vaz Dias. 10.30— 11.30 Gr.pl. DAVENTRY, 1500 M. 9.35 Mor genwijding. 9-50 Tijdsein en ber. 10.05 Causerie. 11.Voor de scho len. 11.20 Orgelspel Q. Maclean. 12.05 Western Studio-orkest o.l.v. Thomas. 11.20 Voor de scholen 2.14 Verslag v. d. Draverijen om de Chester Cup. 2.40 Pianorecital door C. Dixon. 2 50 Sted. Orkest Bournemouth olv. Sir Dan Godfrey. 3.50 Gr.pl 4.35 Kinderuur. 5.20 Ber. 5.50 Bachrecital door C. H. Trevor, orgel. 6.10, 6.25, 6 50 en 7.20 Lezingen. 7.35 BBC-Sympho- nieorkest olv. A. Boult, mmv. W. Horowitz, piano. In de pauze om 8.25 Berichten. 9.50 Filmpraatje. 10.0511.20 Grosvenor Houseband o. 1. v. S. Dipton. PARIJS (RADIO-PARIS) 1648 M 6.20 en 7.20 Gr.pl. 11.35 Goldy- orkest. 8.05 Nationaal Orkest o.l.v. InghelbrechL 9.50 Dansmuziek. KALUNDBORG, 1261 M. 1120 1.20 Concert uit Hotel d'Angle- terre. 2.Zang en piano. 2.20— 4.20 Concert uit rest. Wivex. 4.20 —4.50 Gr.pl. 7.20 Omroepstrijk- orkest o.l.v. Reesen. 8.20 Folkloris tisch programma. 9.Hollandsche volksliedjes, zang en piano. 9.30 Omroeporkest olv. Reesen. 10-20 11.35. Dansmuziek olv. Aage Juhl Thomsen. LANGENBERG, 456 M. 525 en 6 20 Gr.pl. 11.20 Orkestconcert olv. Andrae. 12.20 Essener Sym- phonieorkest olv. Nowakowski. 3.20 Gevar. concert. 4.35 Gr.pl. 6.20 Omroeporkest o. 1. v. Buschkötter. 7.50 Dansmuziek o. 1. v. Eysoldt. 10.20 Omroeporkest olv. Drost en solisten. 11.2011.50 GrpL ROME, 421 M. 8.05 Trioconcert. Q 8.35 Radiotooneel. 9-20 Dansmu- Q ziek. a BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.X 11.20 Max Alexys' orkest. 12.30 2: en 4.20 Gr.pl. 5.35 Symphoniecon- «51 eert olv. Kumps. 7 20 Omroeporkest y) olv. André. 8 20 Symphonieconcert a olv. Kumps. 9.30 Dansmuziek. 484 M.; 11.20 Gr.pl. 11.55 Reportage. 12.30 Max Alexys' orkest. 4 20 Dansmuziek. 5.35 Zangvoordracht a 5.55 Gr.pl. 7.20 Orkest- en solis tenconcert. 8.35 Omroeporkest olv. André. 9.30 Dansmuziek. DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 7.30 Uit Frankfurt: Unsere Saar, den Weg frei zur Verstandi- fung". 7.50 Frühlingsabend an der pree, vroolijk progr. 9 05 Causerie over Ruitersport. 9.20 Ber. 950 Radiopraatje. 10.05 Weerber. 10.20 11.20 Schiller-herdenking. GEMEENTELIJKE DISTRIBUTIE. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Huizen. Lijn 3: Lond. Reg. 9.35—9.50, Daventry 9.50—10.20, Lond. Reg. 11.20—14.15, Daventry 14 15 16.35, Lond. Nat. 16.35—17.20, Lond. Reg. 17.20—19.20, Brussel 19.20—24.—. Lijn 4: Langenberg 9.35 19.Mühlacker 19-19.30, Frankfort 19.3019.50, Langen- berg 19.50—22.20, Mühlacker 22.2023.20, Langenberg 23.20— 24.—. van een kerk op verzoek van de bevolking, en niet op bevel der regeering. Bij het bezoek aan gevangenissen was op gevallen, dat de behandeling der opgeslote- nen veel beter is dan zooals geschiedde ou der de vroegere regeeringen. De gevangenen zitten in ateliers te werken gedurende acht uren per dag, waarvoor ook loon wordt be taald. Als zij hun werk goed doen, v. ordt de straftijd verkort. Er zijn in de gevangenissen gelegenheden voor ontwikkeling en het be oefenen van de kunst. Elke gevangene, die meer dan een jaar moet zitten, heeft recht op 14 dagen vacantie per jaar. De geneeskun dige verzorging is in de gevangenissen heel goed. Na ontslag uit de gevangenis staan de fabrieken voor de ex-gevangenen open. Ook de mijnen waren door spreekster en de andere vier vrouwelijke leden der delega tie bezocht en haar was opgevallen, dat ook vrouwen daar werken, zij het dan meest aan lichtere bezigheid. De arbeidstijd is zes uren per dag (afdalen en wasschen inbegre pen.) Over het geheel was spreekster zeer goed te spreken over wat zij gezien hadde vrou wen staan bij gelijk werk niet bij de mannen ten achter. E>e „medische punten" ontbreken ook in de mijnen niet. Het is volgens spreekster niet waar, dat in de Oekrajine hongersnood zou heerschen. Overal wordt al het mogelijke gedaan om den arbeidsijver en de netheid enz. te bevor deren, en overal zag spreekster daarvan gun stige resultaten. Haar ervaringen bij het bezoek aan arbei derswoningen waren zeer prettig geweest. De groote mechanische keukens bij de mijnen niet haastig te werk gaan. Indien hij voor het verkeerde, dat hij zag, een geneesmiddel zou moeten vinden, of aan de samenstelling daarvan medewerken, of zelfs maar over die medewerking droomen, dan moest hij eerst de kwaal naar haar kenteekenen vaststellen Maar het opmaken van zoo'n diagnose zou een groot gedeelte van zijn leven in beslag kunnen nemen. Volgens zijn eigen berekening was hij nu drie en twintig jaar, maar hij be zat den ernst van een veertigjarige. Behalve dat hij over een ondervinding vol afwisse ling beschikte en vroeg volwassen was ge weest, had hij het voordeel van bezonkenheid Zijn daden gedurende den oorloe hadden hem die soort van belangwekkendheid be zorgd, waarvoor couranten zich interessee ren. Die belangstelling was begonnen vanaf zijn krijgsverrichting bij het bosch van Bel- leau. Zijn portret was, terwijl hij tot den staf van generaal Pershing behoorde, tijdens diens bezoek aan de Groothertogin van Lu xenfburg, in de Zondagsbladen verschenen Het eenige voodeel, dat hij voor zich zelf daarin zag, was. dat daardoor misschien de afstand tusschen hem en Hildred Ansley wat kleiner was geworden. Het zou niet de eerste maal in de geschiedenis zijn geweest, dat de oorlog er toe had meegewerkt om een jongeman van geringe afkomst op hetzelfd» niveau te plaatsen als het voorwerp van zijn liefde. Bij Hildred zelf zou het geen verschil maken, maar haar vader en moeder vooral de moeder zouden een schoonzoon, die zich in den oorlog had onderscheiden, mis schien zijn aanma'i<Ti'ig wel vergeven. Dat de couranten de aandacht op hem waren welvoorzien en de bereide spijzen wa ren heerlijk geweest. In Rostov waren verschillende fabrieken bezocht, o.a. een sigarenfabriek, waar tal van verwaarloosde jongens werkten. Deze wor den zooveel mogelijk tot ordelijke menschen opgevoed, en meestal met groot succes. Van zwervers bij groote drommen zooals voor heen is geen sprake meer. De prostitutie is in Rusland veel minder erg dan in tal van andere landen. De betfe sociale toestanden werken hier zeer gunstig. Als de meisjes het verkeerde van hun levens wandel hebben ingezien en met geregelden arbeid hun brood verdienen, is er niemand, die haar het vroegere leven verwijt. Van dierenbescherming heeft men geen be nul: de paarden worden er (vooral door de ouderen) erg geslagen. Ten slotte vertelde mej. de Vries nog van de komst van Dimitrof in het hotel waar hare delegatie met nog een twaalftal andere delegaties had gelogeerd. Een flink applaus beloonde spreekster voor de vluchtige mededeeling van haar indruk ken. Eenige mondelinge en schriftelijke vragen, aan de spreekster gesteld, werden door haar beantwoord, waarbij o.m. werd vastgesteld, dat er geen sprake van is, dat in Rusland het voor de Sovjet-Unie minder aangename voor de bezoeksters was verborgen gehouden. Aan het einde der vergadering werd nog o.m. medegedeeld, dat er in November weer een delegatie vanwege de V.V.S.U. naar Rus land zal gaan en dat moeite zal worden ge daan daarbij ook een Alkmaarder uitgezon den te krijgen. Hierna volgde sluiting der vergadering. hadden gevestig, bracht hem nog iets anders dat van groote beteekenis voor hem was. De man, die meende dat hij misschien zijn va der was, had hem geschreven en dikwijls Hij schreef hem deels zooals een vriend had kunnen doen, deels als een vader aan zijn zoon. Tusschen de regels door was het niet moeilijk een reikhalzend verlangen naar hem te lezen, en ook een streven om hem moed in te spreken. Het groote verlangen gaf hem zelfvertrouwen, en de opbeurende taal schonk hem 't gevoel, dat er ergens in de we reld een hart was, dat warm voor hem klop te. Het was alsof hij schreef: „Mijn beide wettige kinderen geven me geen steun; mijn vrouw gaat diep gebukt onder haar voortdu- renden angst, maar jij en ik, al zouden we ook geen druppel bloed met elkaar gemeen hebben, begrijpen elkaar. Onverschillig of we vader en zoon zijn, we zouden met elkaar kunnen werken, alsof we dat wel zijn." De brieven waren vol vaderlijke genegen heid, wat wel zonderling was, gelet op het feit, dat zij elkaar zoo weinig kenden. Maar 's mans hart overwon die hindernis met één sprong, en ook Tom's hart deed dit met even veel gemak. Merkte hij, dat iemand hem noo dig had, dan stond hij dadelijk klaar me de als gevolg van zijn zacht karakter aan diens roepstem gehoor te geven. Even gemakkelijk als de bankier hem doorgrond had. een weinig moeite had het Tom gekost den bankier te peilen. Al zou er ook geen band van vader en zoon tusschen hen be staan, dan was er in elk geval het essenti- eele van dien band. (Wordt vervolgd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 5