EN OMSTREKEN. DAGBLAD VOOR ALKMAAR Na den dood van Prins Hendrik Nederlandsche persstemmen. Buitenlandsche deelneming. No. 156 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK. Donderdag 5 Juli 1934 WOENSDAG A.S. DE BIJZETTING. Nederlandsche pers stemmen. Hoe het buitenland reageerde. Verdere bijzonderheden. U'af vandaag de aandacht trehi COURANT. PRIJS DER GEWONE ADVERTENIIENs Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 136e Jaargang ALKMAARSCHE m Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. Officieel wordt medegedeeld, dat de bijzetting van het stoffe lijk overschot van Z. K. H. Prins Hendrik Woensdag 11 Juli a.s. te Delft zal geschieden. Reeds zijn de eerste voorberei dende maatregelen in Delft daar toe genomen. Gisteren heeft jhr. H. J. Repelaer van Driei, thesaurier van het Huis van H. M. do Koningin, een bezoek gebracht aan de Nieuwe kerk in Delft. Daar was men bezig, de planken vloer in het koor, waar de grafkelder ligt, op te breken teneinde den kelder bloot te leggen. Tevens wor den maatregelen getroffen, om het oak van de kerk, dat gedeeltelijk gesloopt is '•n verband met de herstelwerkzaam- hecen aan de kerk. ^oor zoover noodig van een tijdelijke bespanning van zeil doek te voorzien. De begrafenis in het wit. Zooals wij reeds gisteren meldden, zal overeenkomstig den wensch van den prins bij de bijzetting worden afgeweken van het gebruik van zwart en zullen de lijkwagens en de paarden met wit over- kieed zijn. Het was eveneens de wensch van den overledene, dat aan de gevoelens over bet verscheiden van Z. K H geen uiting zal worden gegeven door uiterlijke tee- ker.en va nrouw. Het stoffelijk overschot van Z. K. H zal in de admiraals-uniform gekleed worden. Sluiting der bioscopen. De Nederlandsche Bioscoopbond heeft bepaald, dat de Nederlandsche biosco pen op den dag der bijzetting zullen zijn gesloten. In dit verband wijzen wij er op, dat de bioscopen onder de bioscoopwet vallen en niet onder de gewone wet, die aan de burgemeesters de bevoegdheid geeft, sluiting zonder meer te gelasten. Slechts kunnen de burgemeesters aan de exploi tanten verzoeken, om hun inrichtingen te sluiten. Dat verzoek is door verschil lende burgemeesters gedaan, doch daar aan is in vele gevallen geen gevolg ge geven. Deelneming in Indië. Gistermiddag is een telegram binnen gekomen van den gouverneur-generaal van Ned.-Indië, dat als volgt luidde: „Diep getroffen door het groot verlies, dt Uwe Majesteit, Hare Koninklijke Hoosheid Prinses Juliana en de Neder landsche natie lijden door het plotseling verscheiden van Z. K H den Prins Ge maal, betuig ik Uwe Majesteit en de Prinses namens allen hier te lande eer biedige en oprechte deelneming. Met groote droefenis in het hart rouwen wij over Hem die zooveel jaren aan Uw zijde stond en lief en leed van het volk van Nederland en Overzee deelde. Opnieuw smeeken wij den Allerhoogsten Uwe Majesteit en de Prinses in deze uren van nieuwe en zware beproeving bij te staan en Uw smarten te helpen dragen". (w.g.) DE JONGE. Ook.de voorzitter van den Volksraad in Indië heeft een telegram aan H M. de Koningin gezonden van den volgenden inhoud: „Diep getroffen door het verlies dat Uwe Majesteit en Hare Koninlijke Doch ter andermaal hebben geleden, betuigt de Volksraad van Ned.-Indië Uwer Ma jesteit namens het door hem vertegen woordigde deel van het Koninkrijk der Nederlanden zijn innige doelneming". Wij laten hier verschillende persstem men volgen uit Nederlandsche bladen: De „Nieuwe Rotterdamsche Courant" (lib.) wijst er op. dat wie het voorrecht hadden den Prins per soonlijk te kennen, ove~ hem met gene genheid spraken. Het blad schrijft o m.: Z K.H. was een in het volksleven, wij mogen wel zeggen, bekende figuur. Hij had zich de sympathie verworven van velen, met wie hij in den loop der jaren was in aanraking gekomen en met wie hij op menig gebied naar beste weten heeft samengewerkt. Wij denken hierbij in de eerste plaats aan zijn arbeid voor het Nederlandsche Roode Kruis, waar aan zijn naam onafscheidelijk was ver- bi nden. Wij verhalen, wat wij het vorige jaar, op 16 December schreven: „De geschie denis van het Roode Kruis van al deze jaren, is de geschiedenis van zijn vorste- lijken voorzitter. Men kan zich het Ne derlandsche Roode Kruis moeilijk meer denken zonder hem. Prins Hendrik was allerminst een man, die de dingen deed om zich bemind te maken. Hij deed ze uit innerlijkcn drang. Dèdraan vooral dankte hij zijn plaats in de harten der Nederlanders. Men voelde, dat het Z. K. H. niet te doen was om populariteit, maar dat bij hem eenvoudig de wensch voorzat om voor het volk iets te mogen zijn. Aan de geschiedenis van de verschrikke lijkste aller scheepsrampen, die ooit aan onze kust zijn voorgekomen, zal mede de naam van Prins Hendrik verbonden blijven als van een man die door medeleven troost wist te brengen in doffe ellende; als van een vriend der menschen. Het „Algemeen Handelsblad" (lib.) schrijft o.m.: De. Prins genoot van hen, die nader met hem in nauwere, persoonlijke aanraking mochten komen, bijzondere sym pathie. Hij was een humaan voelend mensch, hartelijk, ongekunsteld en joviaal, waaraan hij een gezond gevoel voor humor paarde, waardoor hij velen voor zich innam Het hart \an het Nederlandsche volk heeft hij echter bovenal weten te veroveren door zijn van persoonlijken moed en menschen- liefde getuigend optreden bij de scheepsramp van de „Berlin" in 1907, een daad, die als geen andere sprak tot de natie, in welker lots bestel de zee, de eeuwen door, en het trot- seeren van de gevaren der zee, zulk een groote rol hebben vervuld. Prins Hendrik was het toen ook, die na die ramp een vruchtbare belangstelling van niet te onderschatten beteekenis voor het Red- dipgswezen aar» den dag is blijven leggen. Dit hing ten nauwste samen met een zijner beste karaktereigenschappen, die van huiD- vaardigheidszin, welke hem eveneens zoo ont zaglijk veel en nuttig leidend werk ten be hoeve van het Roode Kruis deed verrichten. Niet in de laatste plaats zal men hem daar in bijzondere mate missen. Te vroeg is door het heengaan van Prins Hendrik wederom over ons Staatshoofd en over Haar Dochter groot leed gekomen. Leed, waarin heel ons volk deelt, want waar Oranje rouwt, daai rouwt heel Nederland, dat aan ons Vorstenhuis met zoo onverbreke lijke banden van gehechtheid is verbonden. Vandaag gaan onze gevoelens van rouw en deelneming in de eerste plaats uit naar de Koningin en Haar Do:hter. In Haar beider verlies deelt de gansche natie. Om de twee achterin ij venden schaart ens volk zich vast en eerbiedig. „De Telegraaf" (neutraal) herinnert aan den eerlijken eenvoud en de spontane hartelijkheid van den Prins. Het blad wijst erop dat ZKH. ons volk met vriendelijke en hoffelijke belangstelling is tegemoet getreden. Het is bekend dat zijn krachtige daad vooral uitging naar reddingswezen in den ruimsten zin: op dit gebied heeft hij zeer veel tot stand gebracht; waar hier zijn daad werkelijke hulp werd gevraagd, stond hij al tijd gereed. Maar nog veel verder gingen zijn bemoeiingen. Voor zoover het binnen zijn bereik lag, heeft hij zijn belangstelling ge toond voor velerlei uiting van ons geestelijk leven. Het is bekend, dat hij fier ging op zijn protectoraat van de Hollandsche Maatschap pij van Wetenschappen; niet dan ongaarne liet hij na de jaarvergadering te Haarlem bij te wonen. Wie den Prins daar en ook elders waarnam, kwam vanzelf onder den indruk van zijn eerlijken eenvoud en zijn spontane hartelijkheid Deze vofst had de groote deugd der eerlijk heid; hij trachtte nimmer een houding aan te nemen, een rol te spelen; hij gaf zich niet uit voor meer dan hij was; hij kwam, open en oprecht, eenvoudig en eerlijk tot de menschen. „De T ijd" (R.K.) herinnert aan het goede en edele karakter van den Prins en aan den eenvoud van zijn hart Groote belangstelling toonde de Prins steeds voor de familie-omstandigheden van degenen, wien hij zijn vriendschap, niet zeer spoedig gegeven maar eenmaal verworven voor altijd verzekerd, gegeven had. Zijn geheugen was immer bijzonder scherp en nauwkeurig wist hij zich steeds de k'einste bijzonderheden over voorbije ontmoetingen te herinneren. Een mensch was hij. Als Koninklijke Hoog heid moest hij zijn menschelijke eigenschap pen vaak, te vaak naar zijn gevoelens ver borgen houden, maar werd hem de gelegen heid geschonken zich als mensch te geven dan deed hij dat met een rondborstigheid en gulhartigheid, die allen, aan wien het genoe gen geschonken werd daarmee kennis te ma ken nog lang zullen bijblijven. Hij zocht gezelligheid, omgang en vriend schap, maar hij gaf ze ook ruim en breed rond zich heen. In de soc.-dem. Arbeiderspers lezen wij O-a. Ofschoon hij deel uitmaakte van den Raad van State, in welk college hij een adviseerende stem had, was aan den Prins geen wezenlijk staatkundige taak toebedeeld. Zijn rol in het openbare leven was van zuiver representa tieven aard. Bij tallooze pubilea, maaltijden of plechtige gelegenheden heeft hij het ko ninklijk huis vertegenwoordigd. Zij, die hem bij deze gelegenheden gadesloegen, hebben de herinnering kunnen behouden aan een wat schuchteren man. die zich niet gemakke lijk in het openbaar bewoog en voor wien het uitspreken van redevoeringen weinig min der dan een kwelling moet zijn geweest. Dat de Prins overigais zeer wel hei ijdel vertoon doorzag van tal van zaken, waaraan hjj zijn medewerking moest verleenen, bewijst de redevoering, die hij in 1933 heeft gehou den bij zijn zilveren jubileum als voorzitter van het Roode Kruis. „Ik zou niet gaaine in cijfers willen uitdrukken aldus de spreker het aanta' jubilea, waaraan ik, sedert ik als Prins der Nederlanden in uw midden ben op genomen, heb deelgenomen. De functie van jubilaris heb ik over het algemeen niet benijd: thans zelf die functie te moeien bekleeden, heeft mij wel eenigszins bezwaard". Deze woorden laten voor een goeden verstaander aan duidelijkheid niets te wenschen over. Het leven van dep Prins heeft zich overi gens niet door schokkende gebeurtenissen ge kenmerkt. Een groot aantal anecdotes, waar van sommige op een onmiskenbaren zin voor humor en gemoedelijkheid wijzen, doen om trent hem de ronde. In het voorzitterschap van het Roode Kruis vond de Prins een werkzaamheid, die klaarblijkelijk zijn diepere belangstelling genoot, terw-jl hij zich blijk baar ook gaarne óp het gebied van de pad vinderij bewoog. De Standaard (a.r.) schrijft o.m Opnieuw is Nederland in rouw gedompeid. Nog slechts enkele weken is het geleden, dat ons land zijn Koningin-moeder ten grave droeg, nog slechts enkele dagen is het gele den, dat de hofrouw geëindigd is en opnieuw dreunen de doodsklokken over onze woon steden. Een Prins is van ons heengegaan, die zich onder vele lagen der bevolking in een hartelijke sympathie mocht verheugen Nimmer heeft hij zich op den voorgrond bewogen, steeds trad hij op de tweede, dik wijls zelfs op de derde plaats. Een beschei den figuur van groote allure was hij voor zoover hij zich gegeven heeft aan de behar tiging van de belangen van het Roode Kruis en andere instellingen van menschlievend hulpbetoon. Zijn optreden tijdens de ramp van de Ber lin heeft o.m. duidelijk bewezen, welke groo te capaciteiten hij had. Heel Nederland zal zijn arbeid op dit terrein dankbaar geden ken. Rouwbeklag te Weenen. Het droeve nieuws van het overlijden van onzen Prin-Gemaal is natuurlijk ook voor ons hier in Weenen geheel onverwacht geko men. De Weensche bladen brengen haast alle eenzelfde In Memoriam waarin, na de uitvoerige levensschets, bijzonder wordt ge wezen op de populariteit van den ontslapene, en op zijn verdiensten voor het reddingswe zen en het Roode Kruis. Enkele bladen herinneren aan de bezoeken die Prins Hendrik bracht aan Boedapest, waarbij hij ook even in Weenen verbleef, en aan zijn langere verblijven te Bad Gastein, waar hij zich, als overal slechts vrienden maakte, en waar hij zoo graag in de bergen aan zijn geliefde sport, het alpinisme, deed. Namens den bondspresident Miklas, bracht heden diens kabinetschef, Klastersky. een bezoek van rouwbeklag op het Ned-.r- landsch gezantschap, terwijl bondskanselier Dollfuss den heer van Hoorn persoonlijk zijn deelneming kwam betuigen. Daar reeds zee: vele leden van diplomatieke corps, society en Nederlandsche kolonie met vacantie zijn, werd op de registers in het gezantschaps gebouw heden minder druk geteekend, dan bij het overlijden van wijlen de Koningm- moeder. In het Belgische parlement. De Brusselsche Hbld.-correspondent tele foneerde Bij de opening van de Belgische Kamerzit ting heeft de voorzitter de heer Poncelet, on der eerbiedige stilte, hulde gebracht aan de nagedachtenis van Prins Hendrik en de deel neming van de Kamer en van den Belgischen senaat betuigd met het zware verlies dat Ko ningin Wilhelmina en het Nederlandsche volk zoo kort na den dood van de Koningin- moeder heeft getroffen. Na den heer Poncelet nam minister Jaspar het woord, om de gevoelens van innige deel neming van de Belgische regeering te vertol ken. Zoowel de rouwhulde van den heer Pon celet als de rede van minister Jaspar wer den door de Kamer staande aangehoord Naar wij vernemen zal ds. Ten Kate in de godsdienstoefening van Zondagmorgen in de Ned. herv. kerk te Brussel, die overigens het karakter van een gewonen dienst zal dragen, Z.K.H. Prins Hendrik herdenken Evenals de Kamer heeft gistermiddag ook de Belgische senaat een rouwhulde aan de nagedachtenis van Prins Hendrik gebracht. De ondervoorzitter van den senaat, de heer Vinck, sprak, terwijl alle senatoren zich van hun zetels verhieven, eerst in het Fransch en vervolgens in het Nederlandsch eenigc woorden van oprechte deelneming. Minister-president de Brocqueville sloot zich hierbij uit naam van de regeering aan Hij betoogde, dat Prins Hendrik zich gedu rende den oorlog een warm vriend van de Belgische vluchtelingen had getoond. „De Prins-Gemaal", aldus eindigde de heer de Broqueville, „was een populair en goed mensch, wij bieden H.M. Koningin Wilhel mina ons diegevoeld rouwbeklag aan". Leedwezen in Zwitserland. In de hooge bergstreken van Zwitserland is volgens het Hbld. het overlijden van Prins Hendrik met oprecht leedwezen verno men. Van zijn jeugd af was hij een liefheb ber van bergsport, doch ook op lateren leef tijd hield hij liefde voor de witte sneeuwtop pen van Zwitserland Gedurende de jaren 19161921 deed Z.K.H. een aantal groote toeren, steeds vergezeld van de bekende gid sen Augustin Gentinetta en Aloys en JosJ Binner van Zermatt. Hij beklom met hén den Breithorn, de Monte Rosa, de Wellenkuppe en de Pointe de Zinal uit Zermatt, de Jung- frau en de Mönch uit Interlaken, den Mont- blanc uit Chamonix, den Piz Palü en den Piz Roseg uit Pontresina. Zijn werkelijk eenvoudig optreden, zijn natuurlijke gemoedelijkheid, zijn gemakkelijk gebruik van het Schweizer Deutsch won hem de harten van de gidsen, die op hun beuit in Nederland soms zijn gasten waren en hem dan op jacht vergezelden. In heel Zer matt genoot hij een echte populariteit, ook toen hij in latere jaren geen hooge toeren meer deed, doch gaarne op de berghelling-.n picnics organiseerde met zijn Zwitsersche vrienden. Ook toen hij in het voorjaar van 1929 te Crans sur Sierre de hooge Alpen om Zinal slechts kon aanschouwen, moesten de Binners uit Zermatt enkele dagen zijn gast zijn. Verschillende verhalen over zijn genoege- lijken eenvoud leven voort onder de Zermat ter gidsen Zoo kwam hij na een langen tocht in Airoio, waar de hotelier den ouden Gentinetta voor den prins aanzag en dezer, een mooie kamer aanwees, terwijl Prins Hendrik met Binner een gidsenverblijf wetd aangewezen, tot groot vermaak van Z.K.H die eerst na eenigen tijd de vergissing be kend maakte. Een ander maal over den Col d'Hérens gaande werd het gezelschap door sneeuw stormen overvallen en bleef bijna 24 uur on derweg De eigenaar van hotel Mont Cervio dr. Seiler te Zermatt werd ongerust, doch toen men hem telefoneerde uit de Schwart- see, dat de Prins onderweg was, beval hij direct de Nederlandsche vlag te hijsche.i Men vergiste zich echter en toen Z.K.H. be neden kwam moest hij ondanks zijn ver moeidheid nog verzoeken niet voor hem de Fransche vlag te doen wapperen. De Zwitser is over het algemeen volstrekt niet altijd gesteld op den vreemdeling, al moet hij hem voorkomend ontvangen, maar in Zermatt rouwt men oprecht om den heen gegane, die een vriend van het Zwitsersch: volk en zijn machtige bergen was, een figuur zooals men daar gaarne ziet. Rede in den indischen Volksraad. Klokslag 9 uur opende mr. Spits de ver gadering van den Volksraad en sprak een kort woord uit waarin hij conform het ver zoek van den gouverneur-generaal de Volks raad in kennis stelde van het overlijden van Prins Hendrik: „Nog is versch en diep in het geheugen gegrift, het via den aether opgewekte beeld van den droeven stoet, die de Koningin- moeder naar haar laatste rustplaats leidde, of andermaal treedt de dood die geen erbar ming of discreminatic kent, in ons Koninklijk huis. Het milde hart van den man, die goed was en menschlievend gemoedelijk en een voudig, heeft opgehouden te kloppen. De naam van onzen Prins zal nog langen tijd met groote eere worden genoemd. Niet door praal doch door medeleven wist wijlen de Prins gemaal de genegenheid van het Ne derlandsche volk te winnen. Dit getuigde Na het overlijden van Prins Hendrik. De nieuwe toestand in Duitech- land; of von Papen vice-kanselier blijft, is onzeker. (Dag. Overzicht) Het Brusselsche politie-schan- daal.. (Buitenland.) De gemeenteraadsverkiezing te Enschedé. (Binnenland.) Verkoold lijk gevonden te Middel burg. (Binnenland.) Ernstige relletjes te Amsterdam. (Binnenland.) Margarine-vervalsching op groote schaal. (Binnenland.) (Zie verder eventueel laatste berichten). van moed en zelfopoffering. Spr. toefde bij de gedachten, die naar H. M. de Koningin en H. K. H. Prinses Juliana uitgaan en wie hij gisteren reeds namens den Volks raad een telegram zond, welke de gevoelens vertolkte. Mr. Spits eindigde met de woor den, waarmede de gouverneur-generaal gis teren ook het telegram van rouwoeklag heeft besloten: Opnieuw smeeken wij den allerhoog sten Uwe Majesteit en de Prinses in de uren van nieuwe en zware beproeving bij te staan en de nieuwe smart te helpen dragen". De rede van den volksraad-voorzitter werd beantwoord door den voorzitter van den raad van departementshoofden, den direc teur van financien, den heer B. J. de Leeuw. - De lijkstoet. Wij vernemen, dat de stoet op Woensdag a.s. omstreeks 11 uur van het paleis Noord einde naar Delft zal vertrekken. De weg, welke de rouwstoet zal volgen, is Noord- eindeHeulstraatKneuterdijkPlaats BuitenhofHofwegSpuiPletterijkade RijswijkschewegHaagweg in de ge meente Rijswijk Hoornbrug en Nieuwe rijksweg naar Delft. Het ceremonieel zal niet veel verschillen van dat bij de plechtige ter aardebestelling van H.M. de Koningin-moe der. De leiding van het militaire gedeelte is in handen van den gouverneur der Koninklijke residentie. Ook ligt het in de bedoeling, dat H.M. de Koningin, de Prinses en de dames van het evolg zich na het vertrek van den stoet van et paleis Noordeinde eveneens bij deze ge legenheid per auto langs den Ouden Delft- schen weg naar de Nieuwe kerk zullen be geven, teneinde aldaar aanwezig te zijn voor de aankomst van den stoet. Rouwdiensten in den Haag. Morgenavond te 8 uur zal in de Groote kerk te Den Haag een rouwdienst plaats hebben in verband met het overlijden van Z.K.H. den Prins der Nederlanden. Aan den vooravond van den dag der be grafenis, Dinsdagavond 8 uur, zal in dezelf de kerk een niet-officieele dienst worden ge houden. De dienst van morgen zal per radio worden uitgezonden door de N.C.R.V. Een maand halve rouw aan het Hof. In overeenstemming met de wenschen door Z.K.H. de Prins der Nederland te ken nen gegeven zal in afwijking van vroeger in acht genomen regelen omtrent den hofrouw, deze aanmerkelijk beperkt worden Van oor deel, dat met het verlangen van den overle dene rekening dient te worden gehouden, heeft H.M. de Koningin bepaald, dat met in gang van 7 Juli a.s. door het Hof gedurende een maand halve rouw zal worden gedra gen. De opper-ceremoniemeester van H.M. zal morgen in de staatscourant de officieele be kendmaking van den hofrouw doen opne men. Het verkeer tijdens de begrafenis. Hedenochtend heeft de commissaris der Koningin in Zuidholland, jhr. mr. dr. H. A v. Karnebeek, ten paleize een conferentie ge had teneinde de verkeersregeling en de ver dere bijzonderheden op den rouwstoet be trekking hebbende, met de betrokken autori teiten te bespreken. In verband daarmee vernemen we, dat het verkeer meer vrijheid zal worden toegestaan, dan bij de begrafenis van wijlen de Konin gin-moeder. Voorts zullen er meer wegen worden opengehouden voor het aanbrengen van bezoekers. De inrichting in de Nieuwe kerk te Delft. Wat de inrichting van de Nieuwe kerk ie Delft betreft, komt ons nog ter oore, dat het aantal zitplaatsen voor deze gelegenheid aanzienlijk vergroot is, mede in verband met een groot aantal personen dat tot bijwoning

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 1