ALKMAARSCHE COURANT
Gemeenteraad van Alkmaar.
Haar avonturier.
!f-cuU£etoti
DAN ZIT AAN ELK PAK RADION
OOK NOG EEN GE5CHENKENB0N
feooeeo RadiopcOQtatHma ooooo*»|
Provinciaal Tlieuws
No. 156
VRIJDAG 6 JULI 1934
HEILOO.
(Vervolg.)
De heer Woldendorp zeide, dat de
commissie tegen opheffing van de Konings
wegschool was. Spr. was voor opheffing van
de eerste school aan de Laat.
De voorzitter beantwoordde den spr
.Tegen den heer Vogelaar zeide spr., dat het
voor hem een teleurstelling was, dat twee le
den dér commissie niet aanwezig waren.
De heer Vogelaar: Het advies van de
commissie is toch niet gevolgd.
De voorzitter zeide, dat verschillende
mogelijkheden onder de oogen zijn gezien
Algemeen was het oordeel, dat een oplos
sing door combinatie van le en 2e klassen
moest worden voorkomen.
Onder de oogen is gezien opheffing van
,een opleidingsschool en een niet-opleidings-
school. B. en W. oordeelen het moeilijker
kinderen van een opleidingsschool over te
brengen naar een niet-opleidingsschooi,
dan kinderen over te brengen van een niet-
opleidingsschool naar een andere niet-oplei-
dingsschool. De moeilijkheid deed zich voor,
dat 9 kinderen, (jie naar een opleidings
school wilden, naar een niet-opleidings
school moesten worden verwezen. Willekeur
zou dit tengevolge hebben. B. en W. hebb<n
daarom aan beide opleidingsscholen de vor
ming aan een le klas gelaten.
Opheffing van de Hofdijkschoo! (Konings
weg) leidde ook tot moeilijkheden. Het voor
stel van B. en W. geeft geen afdoende oplos
sing. Blijft de toestand zoo, dan zal een van
de scholen moeten worden opgeheven. Een
jaar uitstel is echter wel wenschelijk. Welke
school het volgend jaar opgegeven moet
worden weten B. en W. niet. Het voorst :1
bindt alleen voor den cursus 1934—1935
De kwestie van een boventallige onderwij
zer is een kwestie waarover alleen de ge
meente te zeggen heeft. Spr. verwacht niet,
het rijk het door den heer Vogelaar ge
vreesde gevaar, gezien de wetswijzi
ging. Ten aanzien van het ontslaan van
een onderwijzeres, deelde spr. mede, dat
deze den wensch zelf te kennen heeft gegeven
en thans een verzoek om afkeuring heeft in
gediend.
Ten aanzien van het rapport van den in
specteur zeide spr., dat B. en W. dit met ge
noegen hebben gelezen. Deze oordeelt 2 op
leidingsscholen in Alkmaar noodig. Spr.
had van den heer Vogelaar dan ook een an
der geluid verwacht. Spr. verwacht, dat ook
de bijzondere scholen zullen komen tot kwee-
kelingen met akten, 800 is 75 pCt. van het
aanvangssalaris voor een onderwijzer.
Spr. beantwoordde voorts de vragen van
den heer Keesom over de Nicolaas Beets-
school en verklaarde het opgemerkte ver
schil in cijfers nader. Voor het volgend jaar
bestaat voor die school niet zoo'n groot ge
vaar. De aanstelling van leerkrachten aan
de school van den heer Barkman, buiten
voorkennis van B. en W., hebben B. en W.
gewraakt en de toezegging werd verkregen,
dat dit niet meer zal voorkomen. De cijfers
van het leerlingenaantal loopen steeds op en
neer. Vermoedelijk zal dat cijfer wel gelijk
blijven. De plaats van mej. Romunde zal
door een tijdelijke leerkracht vervuld wor
den. Er komen tijdelijken aan de Rochdale
de Tesselschade- en de Hofdijkschool.
De heer Vogelaar was van oordeel,
dat men geen reden had te klagen over zijn
niet bijwonen van commissievergaderin
gen. Dit aan het adres van den heer
Bakker. Hij heeft het betreurd, dat aan de
leden niet te voren gevraagd is of zij aanwe
zig konden zijn. Spr. was door het betoog
niet veranderd. Rust is één van de voor
waarden voor goed onderwijs. En 't voorstel
is een lapmiddel en schept onrust. Aan een
7é O.L. school bestaat geen behoefte en voor
9 leerlingen kunnen wij toch geen heel
school handhaven. Voor spr. is het de vraag
of het goed is geweest opleidingsscholen in
te'stellen. Voor de andere scholen gaan or
ook naar de middelbare scholen en dikwijls
met niet minder goede cijfers. Het bezwaar
van B. en W. ziet spr. niet, als men niet gaat
zeggen: „je kind is niet geschikt voor een op
leidingsschool", en de mogelijkheid van on
derwijs laat, dat aansluit bij het M.O.
Spr. geloofde voorts niet, aat de regeering
de bedoeling heeft gehad, dat de gemeenten
leerkrachten op wachtgeld stelt voor reke
ning van het rijk en de gemeente kweekelin-
gen met akten laat aanstellen. Bovendien is
Eta qpisode uit den Dertigenjarigen Oorlog
Oorspronkelijke schets van
O. P. BAKKER.
32).
„U is mijn gevangene!"
„Waarom?"
,,U bekent kapitein Saxon te zijn U heeft
in Maagdenburg aan de vijandelijke zijde
.ten. U heeft den strop verdiend
Wachtmeester, knevel hem".
„Luitenant", zei Melchior. „ik
„Hebben de officieren van Von Pappen-
heim het eerewoord afgeschaft?" vroeg
Saxon nieuwsgierig.
Een glimlacn verscheen op de lippen der
andere ruiters. Jörgen kreeg een hoestbui
,Wat bedoel je?"
zei Saxon. „Ik geef u mijn eerewoord,
dat ik geen poging zal doen te ontvluchten",
vervolgde hij. „Bovendien wij tweeën en een
heel escadron".
De luitenant was geprikkeld, maar hij was
een verstandig man.
„In orde. Ik neem uw eerewoord aan", be
sloot hij, onwillekeurig onder den indruk van
de krachtige persoonlijkheid van den avon
turier.
Beneden gekomen, zadelde Melchior Bal-
<kr, nam de pistolen uit de halsters, ook van
zijn paard en gaf ze aan Rudolf ter bewa
ring.
De luiten-o' l-m',goedkeurend.
de bezuiniging van nul en geenerlei waarde.
Sr. diende mede namens den heer Hoijtink
het voorstel in om één van de opleidings
scholen op te heffen.
De heer v. d. V a 11 "oordeelde, dat men
verkeerd doet jeugdige krachten op een laag
salaris aan te stellen. Men doet beter de on
derwijskrachten op 60-jarigen leeftijd te pen-
sionnteren en op deze wijze voor jongeren
plaats te maken.
Weth. Westerhof oordeelde, dat de
oplossing een compromis moet zijn. De raad
staat voor 't opheffen van een school in twee
helften. De een is voor opheffing van een
opleidingsschool, de ander voor opheffing
van een gewone. Men kan het volgend jaar
afwachten.
Het plan van nu kost geen boventallige
krachten meer en in de stad stemt het tot
bevrediging. dat dit jaar aan iedere school
een le klas wordt gevormd. Spr. betoogde
voorts, dat vele onderwijskrachten in het
samenvoegen van klassen een voordeel zien
en het is we! gebleken, dat h^ onderwijs ten
plattelande, waar dat regel is. niet slechter
is. Combinatie vordert van de leerkrachten
echter een grooter offer aan arbeid, doch dit
offer dient gebracht te worden. Daardoor
zal het mogelijk worden de twee opleidings
scholen ook het volgend jaar te behouden.
Spr. drong er voor dit jaar op aan de bijlage
aan te nemen, nu het niet meer kost. Het zal
ook blijken te zijn in het belang van het
onderwijs.
De heer Keesom vroeg nog nadere in
lichtingen, aangezien hij niet bevredigd was.
De voorzitter gaf het gevreesde
fiasco aan den heer Keesom toe, doch oor
deelde, dat het ook moest gebeuren als het
rijk „neen" zei. Deze zienswijze werd door
mej. Carels gedeeld.
É«e heer Keesom oordeelde, dat het in de
toekomst zal moeten komen tot combinatie
van klassen en zag daarin ook geen bezwaar,
als het aantal leerlingen niet te groot wordt.
De voorzitter oordeelde dit een zaak
voor later en merkte op, dat er gemeenten
zijn die de boventallige krachten afschaffen
en er kweekelingen voor aanschaffen.
De heer Vogelaar trok zijn motie, die
niet voldoende ondersteund werd, in, doch
zou tegen de bijlage stemmen.
De heer Sietsma zeide nog, dat de
heer v. d. Vall ten onrechte concludeerde, dat
hij de aflossing voor tewerkstelling van
jeugdige krachten ideaal oordeelde en deelde
nog mede, dat hij sympathiek stond tegen
over de motie Vogelaar, doch die niet
steunde, omdat hij één jaar wilde wachten.
De bijlage werd hierop aangenomen met
17 tegen 2 stemmen met de stemmen van de
heeren Vogelaar en Hoytink tegen. De heer
Venneker was vertrokken.
Vragen van den heer Keijsper.
De heer Keijsper had de volgende vragen
ingediend:
Ondergeteekende, lid van Uwen raad, ver
zoekt in de raadsvergadering van 5 Juli het
college van B. en W. onderstaande vragen te
mogen stellen:
1. Is het juist, dat B. en W. het aantal
ventvergunningen hebben uitgebreid tot 45,
alhoewel reeds eerder door het college was
gepubliceerd, dat het maximum aantal ijs-
ventvergunningen 40 zou bedragen?
2. Wisten B. en W. dat de 5 later uitge
geven ventvergunningen ten goede zouden
komen aan een firma buiten óe stad, terwijl
de Alkmaarsche firma's bijna overal elders
geweerd worden?
3. Indien bovenstaande vragen bevestigend
beantwoord worden, zijn B. en W. dan niet
met mij van oordeel, dat het on;uist is aldus
te handelen wijl daardoor de Alkmaarsche
firma's worden achter gesteld bij de met-
ingezetenen, en bovendien de raadscommissie
ter bestudeering van het ventvraagstuk B en
W. beeft geadviseerd als basis te nemen het
aantal venters dat ook het vorige jaar een
vergunning had waarbij kennelijk de bedoe
ling voorzat dat een firma buiten óe stad
niet meerdere verkoopers zou krijgen dan in
1933?
4. Willen B. en W. ook mededeelen
welke motieven er toe hebben geleid om van
het oorspronkelijke getal 40 af te wijken en
het maximum aantal ventvergunningen op 45
te stellen?
Spr. herinnerde aan het adres van de
bloemenventers. met het gevolg, dat een
commissie werd ingesteld- Spr. herinnerde
aan het betoog van wethouder Westerhof.
die zich voor vrijhandel verklaarde, doch de
vrijheid heeft grenzen.
In de commissie is gebleken, dat het een
uiterst moeilijk vraagstuk is.
De bode bracht roomijs binnen. (Gelach).
De heer K e ij s p e r Ja, wij weten wel,
hoe het hoort. Spr. wees er op. dat in 10
omliggende plaatsen het voor Alkmaarders
onmogelijk is. daar met ijs te venten. Het
wordt daarom tijd, dat althans de Alkmaar
sche ijsbereiders bescherming krijgen. Hij
hoopte, dat men uit de kwaliteit van het
product zal concludeeren, dat het product
het waard is
De commissie onderzocht ook het vent
vraagstuk in anderen zin. Het beste zou zijn,
wanneer met de aangrenzende gemeenten een
overeenkomst gesloten kon worden, waar
door het venten vrij werd gegeven.
Spr. oordeelde het niet juist om de bedoe
ling van de ventverordening te interpreteeren.
Waarvoor dient anders de commissie?
Na het antwoord van B. en W kan deze
vraag vervallen. De commissie heeft bedoeld,
het aantal vergunning stop te zetten, doch
het is frapant, dat de 5 nieuwe ten goede zijn
gekomen aan een bedrijf van buiten.
Wethouder v. Slingerland antwoord
de op vraag één bevestigend, doch merkte
op, dat het getal van 45 beneden het getal is
gebleven, door de commissie gevraaga.
Op vraag twee zei spr., dat het B en W.
niet bekend was, dat die 5 yergunningen ten
goede zijn gekomen aan een firma buiten de
stad. De vergunningen zijn op naam van de
venters en twee zijn er reeds weg. De firma
Laan heeft die vergunningen voor anderen
gevraagd en spr. heeft geantwoord, dat deze
daarvoor niet in aanmerking kwam. Spr.
oordeelde het overigens moeilijk om de ven
ters te verplichten bun artikelen van Alk
maarsche firma's te betrekken of uitsluitend
voor de Alkmaarsche inrichting te ven
ten. Het is mogelijk, dat een firma van bui
ten betere voorwaarden geeft. De materie is
moeilijk. Sluiten wij ie grenzen en wij wor
den met gelijke munt terug betaald, dan be
wijzen wij Aikmaar geen dienst. B. en W
denken wel aan een uitsterf-systeem. Het getal
is van 40 op 45 gebracht op verzoeken van
werkloozen, die waren ingekomen en krach
tige argumenten hadden. Persoonlijk had spr.
zich tot 40 willen blijven bepalen.
Elke beperking laat te wenschen over.
De heer K e ij s p e r wenschte geen pleidooi
te houden om Alkmaar dicht te timmeren.
De commissie wil contact met de buitenge
meenten, om te bereiken, dat dit daar niet
gebeurt. Vrijhandel kan niet eenzijdig ge
handhaafd worden. Het is alleen maar for
meel juist, dat B. en W binnen het door de
commissie gewenschie getal zijn gebleven.
E>e commissie heeft gewild, dat geen stroo-
mannen de zaak van buiten konden comple-
„Laat den kapitein het zwaard behouden",
zei hij.
„Opzitten", klonk het bevel en de troep
stelde zich in beweg ng.
Saxon had in 't geheel niet naar Lize om
gekeken.
Uit het keukenraam keek een oude, ge
bochelde, bijna in lompen gehulde vrouw het
gelaat zwart van roet, het escadron na.
„O God! Annette", zei ze, „de huzaren
hebben kapitein Saxon en Melchior meege
nomen" en ze viel neer op een stoel, de
handen voor haar vuil gelaat gedrukt.
„Freule Marion", anwoordde Annette, „hij
heeft het zoo gewild. Hij zal zijn goede rede
nen daarvoor gehad hebben".
„Maar waarom stellen jullie allemaal
zooveel vertrouwen in kapitein Saxon?"
vroeg ze, niets liever wenschend dan zijn lo»
te hooren.
„Als u hem langer kende!" antwoordde
Annette, „zou u dat niet vragen, freule".
Ondanks haar groot vertrouwen was Ma
rion onrustig, en toen op haar kamer het
kristal van den spiegel haar gelaat weer
kaatste, met de zwarte roetvlekken en de
kunstig misvormde neus, lachte ze niet, zoo
als ze in gewone omstandigheden zeker zou
hebbben gedaan.
Ze voelde zich zoo ellendig en ze zag alleen
de droeve oogen, de tranen, die langzaam
over haar wangen biggelden en witte stree-
pen achterlieten op haar zwart gezicht.
„Een tooneelspeler met een gebroken hart"
dacht ze, en met gebogen hoofd bleef ze
eenige oogenblikken zitten in diepe overpein
zingen verzonken. Dan scheen ze eensklaps
al haai zelfbeheersehiug terug te krijgen..
„Neen", zei ze. „Dat zal niet gebeuren.
Dat wil ik niet. Ik wil niet, dat hij naar Von
Pappenheim zal gaan om voor mij in de bres
te springen. Om mij te redden wil hij zichzelf
aanbieden. Hij heeft niets anders te geven
dan zijn leven en dat wil hij offeren voor
mij. Ik zal hem vrijkoopen. Al zal het mij al
mijn bezittingen kosten. Als ze hem ter dood
brengen, mogen ze mijn leven ook nemen".
Nu Saxon er niet was, keerde de oude
tiots terug. Ze riep Rudolf en sprak:
„Rudclf, ik wil naar veldmaarschalk Von
Pappenheim. Ik wil i.iet dat kapitein Saxon
vermoord wordt".
Ze keek Rudolf scherp in het gezicht, zag
de ernstige, bezorgde uitdrukking in zijn
oogen. Hij trachtte tegen haar te glimlachen,
maar er lag zoo iets droevigs in, dat het een
grimasse geleek en Marion voelde zich nog
ongeruster worden.
„Ontken het maar niet. Hij is in doodsge-
gevaar. Ik zie hoe bezorgd u zich over hem
maakt. Hebt u een wagen? We rijden dade
lijk naar het legerkamp".
'Rudolf wilte tegenwerpingen maken, maar
ze weerde die vlug af.
„Geen woord meer" en haar stem kreeg
dien gebiedenden, trotschen toon, die in de
laatste dagen verdwenen scheen.
„Wij gaan naar veldmaarschalk Von Pap
penheim, U kunt dan Lize mee terugnemen.
Op geld behoeft u niet te zien".
„Geld is heelemaal niet noodig, freule Ma
rion. Maar de kapitein heeft gezegd, dat u
hier zoudt blijven en als hij binnen een et
maal niet terug was, moest ik u een brief
overhandigen".
„Geef mij dien brief", sprak ze.
„Neen", antwoordde Rudolf. „ik heb het
Zaterdag 7 Jnli.
DAVENTRY. 1500 M. 10.35 Mor
genwijding. 12.20 Westen, Studio-
orkest olv. Thomas. 1.20 Commo
dore Grand-orkest olv. Muscant.
2.20 Dansmuziek. 2.50 Het Belfas-
ter Omroeporkest olv. E. G. Brown.
3 50 S. Baynes' licht orkest m. m. v.
A. Winn, sopraan. 5.05 Orgelspel
H. Ramsay. 5.35 Kinderuur. 6.20
Ber. 6.45 Cricketverslag. 6.55
Sportpr. 7.10 Welsch intermezzo.
7 25 Het orkest van H. M. Irish
Guards olv. Luit. J. L. T. Hurd.
8.05 Gr.pl. 8 35 Jack Hylton en
zijn orkest. 9.20 Ber. 9.45 Het
BBC-Theater-orkest olv. S. Robin-
son. 10.50 Voordracht. 10.55
12.20 Ambrose en zijn orkest.
PARIJS, (RADIO-PARIS) 1648 M
7 20 en 8.20 Gr.pl. 10.35 Orkest-
concert. 12.20 Het Goldy-orkest.
8.20 Calvet-kwartet en Yvonne
Brothier, zang. 10.50 Dansmuziek.
KALUNDBORG, 1261 M. 12.20
2.20 Concert uit het Bellevue-
Strandhotel. 3.20 Omroeporkest o
I. v. Reesen. 5.205.50 Gr.pl. 8.35
Zie Daventry. 9.20 Rep. 9.50 Om
roeporkest o. 1. v. Mahler. 11.05
Piano-recital V. Fischer. 1120
12.35 Dansmuziek
KEULEN, 456 M. 6.20 Gr.pl-
7.20 Blaasconcert o. 1. v. Handel.
12 20Akensch strijkorkest o. 1. v.
Jessnitz. 2.20 Gr.pl. 4.20 Concert.
7.20 Omroeporkest olv. Buschkötter.
8.20 Wedstrijd voor Omroepers en
bor.te avond. 11.10—120 Vervolg
bonte avond.
ROME, 421 M. 8.35 Gr.pl. 9.05
„La conquista d: New York", spel
van Nizza en Morbelli. Muziek van
Dax.
BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M
12 20 Gr.pl 1.30-2.20 M. Alexys'
orkest. 5.20 en 6.20 ür.pl. 6.50
Concert, zang, viool en piano. 8.20
Gr.pl. 9.20 Cab.-pr. 10.30—1'2.20
Dansmuziek. 484 M.: 12.20 Max
Alexys' orkest. 1.302.20 Grj)l.
5.20 Max Alexys' orkest. 6.35 Gr.
pi. 8 20 Salon-orkest. 9.05 Gr.pl.
9.20 Salon-orkest 10.3012.20
Dansmuziek.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571
M. 8.30 „Wir suchen den besten
Rundfunksprecher", radio-wedstrijd
en bonte avond. 10.20 en 11.05 Ber.
11.20 Feestuurtje v d. Hitler-jeugd.
12 05—12.20 Verv. v. d. Bonte
Avond.
GEMEENTELIJKE RADIO
DISTRIBUTIE.
Lijn 1Hilversum.
Lijn 2: Huizen.
Lijn 3: Daventrv 10.3511.05,
West. Reg. 12.20—17.35, Daventry
17.35—24.—.
Lijn 4: Keulen 10.35—16.20,
Koningsbergen 16.2017.20 Brus
sel 17.20—24.—.
teeren.
De commissie wil beperking en geen uit
sluiting. De commissie verzet zich tegen uit
breiding. Alles was voorkomen, wanneer
men de nieuwen gevraagd had of zij voor een
in Alkmaar gevestigd bedrijf werkten.
Om ondersteunden maar los te laten op
hen die regelmatig van een bedrijf bestaan
oordeelde spr. onjuist.
Spr. verzocht den raad B. en W. uit te
noodigen het daarheen te leiden, dat meerdere
vergunningen aan firma's van buiten, dan ze
in 1933 hadden, worden ingetrokken.
Weth. Westerhof Dat kan niet.
De heer K e ij s p e r Waarom niet?
De heer v. d. V a 11Dat is monopolie
De heer K e ij s p e r Elke beperking gaat
in die richting.
De heer v. d. V a 11 vond de bedoeling van
de commissie niet in de vragen neergelegd.
Hij oordeelde het standpunt van den heer
Keijsper zeer gevaarlijk. Uitvoerig betoogde
spr. dit nader, waarbij hij betoogde, dat er
zoo min mogelijk belemmeringen gelegd
moeten worden. Er behoort waardeering
voor te zijn, dat de menschen alles aangrijpen
om hun gezinsinkomsten te vergrooten.
Spr. maande tot voorzichtigheid. De be
perking van 45 vond hij al erg. Spr. is voor
vrijheid in eigen land en eigen plaats.
De heer v. D r u n e n oordeelde ook, dat
het niet aangaat, de verkoopers te binden
aan de bereiders in Alkmaar. Eén van de
nieuwen kon geen contact krijgen met Alk
maarsche leveranciers. Spr. vroeg of de man,
waarvan de wethouder een schrijven voorlas,
geweigerd moet worden.
De heer Vogelaar oordeelde, dat
men de groote alures van den heer Keijsper
niet moest aannemen. Zouden hier de win
kels kunnen bestaan alleen van het Alk
maarsche publiek? De buitengemeenten
vormen een groote klant voor de stad. Wij
mogen door kleine speldeprikjvs, de goede
verstandhouding met de buitengemeenten
niet in gevaar brengen. Spr. paste er voor
uit te spreken, dat wij venters van buiten
moeten weren en maatregelen in het belang
van de openbare orde mogen daarvoor niet
worden gebruikt.
Mr. Langeveld achtte het genoeg
zaam bekend, dat de V.B. den vrijhandel als
een hoog goed in zijn vaandel voert. Zijn
fractie is tegen een dergelijk stedelijk mono
polie, dat ons naar de middeleeuwen terug
voert.
Spr. vereenigde zich met het betoog van
de heeren Vogelaar en v. d. Vall en oor
deelde, dat men zich op het standpunt van
de vrije concurrentie moet stellen.
De heer Sietsma sloot zich aan bij de
in de K. v. K. naar voren gekomen inzichten.
De heer H o ij t i n k wees er op, dat er
den kapitein belocfd".
Zij haalde de schouders op.
„Ik heb hem niet meer noodig. Het bewijst
reeds, dat hij met de mogelijkheid niet te kun
nen terugkeeren rekening hield. Hebt u een
wagen. Gaat u mee?"
„Ik heb geen karos, slechts een huifkar",
antwoordde Rudolf. Zijn tegenstand werd
zwakker. Hij wist nog niet dat freule Marion
altijd haar zin doorzette. „En ik zal mee
gaan, als Annette het goed vindt".
Maar Annette zei: „Het bevel van kapitein
Saxon moet opgevolgd worden".
„Maar als ze hem doodschieten! Hij is
dwaas genoeg om zich te laten vermoorden,
als hij meent mij er door te kunnen redden.
Begrijp dat toch. Annette. En ik ben rijk ge
noeg om hem vrij te koopen. Voor geld krijg
je bij Von Pappenheim veel gedaan. Ze heb
ben het daar altijd noodig".
Toen begon ook Annette te aarzelen.
„Freule Marion", zei ze, „u heeft gelijk. Die
mannen zijn nu eenmaal ezels. Vooruit, span
den wagen in".
„Wilt u zoo mee?" vroeg ze aan Marion
Zeker", klonk het antwoord. „Dan zullen
ze mij onderweg zeker niet lastig vallen".
En ondanks den ernst van den toestand
verscheen er een glimlich op de gezichten
der beide vrouwen.
Tien minuten later reed de huifkar over
den landweg.
Op de voorste tank zat Rudolf en een van
de knechten, achterin Marion, nog steeds als
een oude vrouw vermomd.
Langs denzelfden landweg ongeveer met
een uur voorsprong, reed het escaoron hu
zaren.
verschillende kleine kooplieden uit Alkmaar
naar buiten trekken. Voor Alkmaar zou het
moeilijkheden kunnen opleveren.
De voorzitter oordeelde, dat men
den heer Keijsper dankbaar kan zijn want
nu is wel gebleken, dat de raad wil, dat
Alkmaar het middelpunt in N.-H. blijft. Wij
dienen vast te stellen, dat Alkmaar niet aan
sluiting van de grenzen denkt.
De heer K e ij s p e r zeide, dat niemand
in de commissie een ventverbod wil. Alleen
het feit, dat Alkmaarders in 10 omliggen
de gemeenten geweigerd worden met ijs te
venten, bracht de commissie er toe een op
lossing voor die uitstelling te zoeken. Prin
cipieel is de commissie het met de naar voren
gebrachte geluiden eens. In antwoord op de
vraag van den heer v. Drunen zeide spr.,
dat er reeds te veel vergunningen zijn en dat
een grens gesteld moet worden.
Spr. had overigens geen behoefte zijn
motie te zien verwerpen.
Hierop volgde sluiting der vergadering
RECTIFICATIE.
In het raadsverslag van gister wordt ge
sproken over geldleening Men leze
hiervoor 4 1/4
Bij het debat over de verbetering van de
Nieuwe Hoornsche vaart staat, dat de heer
Westerhof betwijfelde, dat Oost 32000
kost en eventueel plan West 45000. Men
leze voor het woord „betwijfelde" het woord
„becijferde".
Op uitnoodiging van het bestuur der
V. V. V. kwamen Dinsdagavond de besturen
van V.V.V. „De Hanze" en de „V.E.M.I.n
bijeen, teneinde het zomerprogram te bespre
ken. De vraag werd gedaan of men kon
samenwerken, welke vrar.g bevestigend werd
beantwoord. In het bestuur van de V.V.V.
heerscht geen eenstemmigheid over de
plaats waar de verlichtingsavond zal
plaats hebben. In de ledenvergadering van
de V.V.V. was de wenschelijkheid besproken
de verlichting aan te brengen in de Nieuwe
Laan (tegenover „Ter Coulster" en in het
z.g. Nieuwe Tuindorp en de Buurt. De ver
gadering onderstreepte die meening, zoodat
men dit jaar niet op „Nijenburgh" gaat.
Zoo mogelijk zal men (in overleg met D. O.
V. E. S.) een marmergroep opstellen in „Ter
Coulster". Ook sprak „De Hanze" zich uit
voor een verlichting van den Stationsweg,
mits de V.V.V. zich een offer getrooste.
Nadat was vastgesteld dat de V.V.V. zich
niet financieel kon interesseeren voor ver
lichting Stationsweg e. d. wegen (wat h. i.
behoort tot de taak van de middenstandsbon
den) werd besloten een beroep te doen op
de burgerij om luurtcommissies te vormen
die voor verlichting zullen zorgen tusschen
Op den hoek had de luitenant „halt" ge
commandeerd om de wachtposten gelegen
heid te geven zich bij den troep te voegen en
klonk het: „Voorwaarts".
Melchior had den luitenant verzocht niet
te wild te rijden, daar zijn meester gewond
was en de huzaar, die in een vroolijk humeur
was. had daarin toegestemd.
Twee vogeltjes waren in zijn kooitje ge
vlogen en voor zijn geestesoog zag hij schit
terende toekomstbeelden. Vol vreugde reed
hij den kapiteinsrang tegemoet.
Saxon voelde meer en meer zijn krachten
herstellen door den heerlijken rit op Bal-
der's rug, die vroolijk m-t de andere paarden
meedanste in den zonnigen, vroegzomerschen
middag. Het zachte, geurige briesje suisde
verkoelend om zijn hoofd en dreef de wazige,
witte vederwolkjes in de hooge, blauwe lucht
naar het westen. Zon en wind goten staal in
zijn bloed. Hij voelde een vreemde, vreugde,
ondanks de sombere omstandigheden, de ze
kerheid, dat Marion voorloopig veilig was,
vervroolijkte zijn stemming
Wat hemzelf betrof, hij nam den ernstigen
toestand op met groote luchthartigheid Ze
ker, de strop hing dreigend aan den balk,
maar hij had herhaaldelijk den dood in het
gezicht gezien. Het gevaar was nu eenmaal
het avontuurlijke en het aantrekkelijke tevens
in het krijgsmanleven. En zoo reed hij steeds
vroolijker verder. Hij voelde zich zoo prettig
weer boven op zijn paard en onwillekeurig
kwamen hem eenige woorden te binnen
(Wordt vervolgd)