ALKMAARSCHE COURAKT Nieuwe motor- en rijwielwet ingediend. Taak van het Werkfonds-Bestuur. De Ho. 170 ZATERDAG 21 JULI 1934 Binnenland Strenger optreden tegen veroorzakers van gevaar. Van voorbereidenden en adviseerenden aard. Begin nog heden met „Wat Mijnhardt maakt is goed." Haagsche brieven. Nadere regelingen bij algemeenen maatregel van bestuur. j Een wetsontwerp is ingediend, gevende regelen, in verband met het gebruik van motorrijtuigen en rijwielen nopens het verkeer op de wegen en de rijwielpaden. Zoowel het ontwerp als de toelichting zijn in hoofdzaak ontleend aan de voorstel len van de commissie inzake de wettelijke be palingen betreffende het motor- en rijwiel- verkeer. De toelichting zegt om.: Bij herhaling is, in en buiten de Staten- Generaal, aangedrongen op wijziging van de wettelijke bepalingen betreffende het mo tor- en rijwielverkeer, vooral in verband met de ontwikkeling van het snelverkeer. Om twee redenen heeft de minister geen alge- meene verkeerswet gewild. Ten eerste zou de voorbereiding nog geruimen tijd in be slag genomen hebben. Ten tweede geeft de tegenwoordige motor- en rijwielwet en ook het onderhavige ontwerp in nog grootere mate, gelegenheid om in de wet en de daar op steunende voorschriften niet alleen het motor- en rijwielverkeer, maar ook het ove rige verkeer voldoende te regelen. De thans bestaande motor- en rijwielwet zal verval len bij inwerkingtreding van de onderhavige. Nog geen verplichte ver zekering tegen wettelijke aansprakelijkheid. Thans is nog niet overgegaan tot het opleg gen van den plicht tot verzekering tegen de gevolgen van de wettelijke aansprakelijkheid yan eigenaars, houders en bestuurders van motorrijtuigen. De minister staat niet afwij zend tegenover dit denkbeeld. De uitwerking yan, een zóó ingrijpende voorziening zou echter tijd vorderen, gedurende welken men niet kan wachten op een betere regeling van de overige verkeersvoorschriften. Een wettelijke verzekeringsplicht kan later, zoo noödig, bij afzonderlijke wet worden inge voerd. Het. thans aangeboden wetsontwerp is sa mengesteld met de bedoeling om te verkrij gen grooter veiligheid van het verkeer. Rijbewijzen. De minister meent te moeten aanbevelen, dat de wet de eischen van geschiktheid en bekwaamheid ter verkrijging van een rijbe wijs niet in onderdeelen aangeeft, maar over laat aan den minister, met de uitvoering van de wét belast. De bedoeling is, die eischen rwaarder te stellen dan die op het oogenblik gelden. Ook de afgifte van rijbewijzen wordt meer gecentraliseerd. Het afgeven van wat in de Elaats van de tegenwoordige rijvaardig- eidsbewijzen komt, zal ook in de toekomst wel in één hand zijn. Aan het streven naar vereenvoudiging sluit zich aan het doen vervallen van be staande niet-noodzakelijk meer zijnde bepa lingen. Bij de overweging van de hierboven be doelde nadere bepalingen, welke in den al gemeenen maatregel van bestuur een plaats binnen vinden, zal dan tevens de aandacht kunnen worden gewijd aan een ander vraag stuk, n.1.: het brengen van Nummerbewijs verbonden aan een bepaald motorrijtuig. Het bepaalde in art. 9 der tegenwoordige wet, volgens hetwelk een nummerbewijs moet worden afgegeven door den commissa ris der koningin in de provincie en in geval de houder in het buitenland woont, door den minister, vormt een beletsel voor een rege ling der controle op motorrijtuigen. Het rij tuigbewijs behoort te worden afgegeven voor een bepaald motorrijtuig en moet niet voor elk willekeurig motorrijtuig kunnen worden gebruikt. Door dit in het ontwerp op te nemen (art. 9) is ook mogelijk gemaakt de regeling, waardoor, indien later het mo- tbrrijuig zich in zoodanigen toestand blijkt te bevinden, dat het gevaarlijk is, daarmede over een weg te rijden, het bewijs tijdelijk of voor goed kan worden ingetrokken (art. 13). Het is gewenscht, dat de bewijzen als hier bedoeld, afgegeven worden door of vanwege een centraal orgaan, dat zoo noodig een on derzoek naar de geschiktheid van de motor- tuigen kan instellen. Hierdoor wordt ook verkregen een vereenvoudiging der admini stratie ter zake van de thans in gebruik zijn de nationaliteitsbewijzen en de inning van de Wegenbelasting. Bij de uitvoeringsvoorschriften zal één en ander nader geregeld kunnen worden. Meer eenheid in de verkeers regelen. Het is de bedoeling om de punten, welke zich voor eenheid van regeling leenen, zoo veel mogelijk en noodig onder te brengen in den algemeenen maatregel van bestuur, met nadere uitwerking, waar dit gewenscht is, in ministerieele beschikking. Daarmee wordt de noodige eenheid verkregen omdat die punten dan niet meer zijn overgelaten b.v. aan het verschillend inzicht van gemeente besturen. Algemeene maximum-snelheid van bebouwde kommen. De noodige eenheid inzake de maximum snelheid kan verkregen worden door een al gemeen maximum voor de in de bebouwde kommen in acht te nemen snelheid vast te stéllen, behoudens dan voor die gedeelten van de wegen, welke behoorlijk zijn afge scheiden en niet voor ander verkeer dan voot motorrijtuigen zijn opengesteld. In verband met het bovenstaande is in art. 8 aan Gedep. Staten de opdracht gegeven om de bebouw de kommen vast te stellen en een voorschrift opgenomen tot het aangeven op den weg van die kommen. Scherper optreden tegen dronken bestuurders. Wat de scherpere controle betreft breidt art. 26 de tegenwoordige bepaling van art. 22b (personen, die onder invloed van ster ken drank verkeeren) uit ook tot hen, die an dere rij- of voertuigen dan motorrijtuigen of rijwielen besturen. Immers, ook deze kunnen groot gevaar op den weg veroorzaken. Zul ke gevallen kunnen ingevolge art. 35 alleen met gevangenissjraf gestraft worden. Verder is een meer direct optreden tegen bestuurders, die onder den invloed van alco holischen drank zijn, mogelijk gemaakt in de art. 27 en 28, die het mogelijk maken dron ken bestuurders onmiddellijk te beletten met het motorrijtuig verder te rijden. Zelfs kan hun rijbewijs ingehouden worden tot aan de rechterlijke uitspraak (art. 27). Opgenomen is een uitbreiding van het te genwoordige art. 15, vierde lid in dien zin, dat ook indien het recht tot strafvervolging wegens overtreding van art. 426 of 453 Wetb. v. Strafrecht is vervallen in geva van transactie, het rijbewijs kan worden ge wijzigd. In art. 39 is voorts voor overtreding van art. 26 ontzegging van rijbevoegdheid voor 5 jaar mogelijk gemaakt, ingevolge het vierde lid bij recidive voor 10 jaren. Ook in ander opzicht wordt strenger op treden door verzwaring van strafmaat voot- gesteld. Zoo kan bij overtreding van den al gemeenen maatregel van bestuur 2 jaren ontzegging, bij recidive 4 jaren worden uit gesproken. Het is niet te ontkennen, dat deze bijkomende straffen voor zeer veel bestuur ders, o.a. voor beroepschauffeurs, een zeer zware straf kunnen beteekenen. In verband met bepalingen van het wet boek van strafrecht, zou een bestuurder, die onder invloed van alcohol iemand overrijdt de kans hebben, er met hechtenisstraf af te komen, daarentegen in ieder geval gevange nisstraf krijgen als zijn rit zonder ongeluk ken is afgeloopen. De maxima van de arit 307 en 308 (9 en 6 maanden) zijn in dit ver band gebracht op 1 jaar en 9 maanden. Voor den door alcohol benevelden bestuurder wor den deze maxima verhoogd tot 3 resp. 2 jaar (resp. den dood van een ander veroorzaken en lichamelijk letsel). Verder is oorzakelijk verband gelegd tus- schen aanrijding, botsing enz. eenerzijds en dood (lichamelijk letsel) anderzijds. Men denke zich het geval, dat een bestuurder, na iemand aangereden te hebben, het slachtof fer in zijn auto vervoert, maar daarbij zóó onvoorzichtig te werk gaat, dat de getrof fene ten gevolge van dat vervoer overlijdt. Schrijven van Dr. H. Colijn. De voorzitter van den Raad van Mi nisters heeft het volgende schrijven ge richt aan het bestuur van het Werk fonds 1934. Het is mij gebleken, dat er behoefte bestaat aan eenige preciseering van taak en bevoegdheid van het bestuur van het Werkfonds 1934, in verband waarmede de regeering er prijs op stelt van haar opvatting ter zake nader te doen blijken Voorop sta, dat de beslissing omtrent 4e uit te voeren werken bij de regeering berust, zoodat de taak van het bestuur hoofdzakelijk als van voorbereidenden en adviseerenden aard moet worden beschouwd. In het bijzonder zal het navolgende tot de taak van het bestuur behooren: I. Een algemeen onderzoek en beoor deeling der bij het Werkfonds ingedien de projecten, waarbij, binnen de grenzen van het beschikbare crediet, twee crite ria behooren te worden aangelegd: A. De uit te voeren werken zullen er toe moeten bijdragen de economische werkkracht van het land te verstevigen. B. De uit te voeren werken zullen tot een substantieele vermindering van de werkloosheid moeten leiden, waarbij rekening is te houden zoowel met de situatie in het geheele land als met plaatselijke omstandigheden. II- Het voeren van onderhandelingen met betrekking tot de voorwaarden, waaronder de in aanmerking komende werken zulLen worden uitgevoerd. III. Het ter kennis brengen van de regeering, in den vorm van concrete voorstellen, 'vah de resultaten van den voorbereidenden arbeid bedoeld onder I en II. Aan de technische voorbereiding van projecten neemt het Werkfonds dus geen deel, terwijl ook de wijze van financie ren niet te bemoeienis van het Werk fonds behoort. Bij de sub I tot en met III aangeduide werkzaamheden zal rekening zijn te houden met de herkomst van de inge diende projecten. - Te dien aanzien-is in hoofdzaak te on derscheiden tusschen: I rijkswerken; II werken voor andere publiekrechtelijke organen, (provincie, gemeente enz.); 3. industrieele projecten. I. Rijkswerken. - Aangezien in eerste instantie alleen die rijkswerken in aanmerking komen, waarbij vervroegde uitvoering op den voorgrond staat, is hiermede tevens aangegeven, welke werken tot uitvoe ring knnnen worden gebracht Het onderzoek, bedoeld onder Ia en b zal zich dientengevolge kunnen beper ken tot een overleg met den rijkswater staat inzake de volgorde, waarin deze rijkswerken tot uitvoering dienen te komen. Ter informatie van het bestuur zal van de zijde van den Rijkswaterstaat mededeeling worden gedaan omtrent het bedrag, dat uit het fonds voor de boven bedoelde vervroegde uitvoering wordt noodig geacht. II. Werken voor andere publiekrech telijke organen (provincie, gemeente enz). Met betrekking tot deze propjecten zal het Werkfonds de bovenomschreven taak ten volle dienen te vervullen. Het zal voorts bij het sub I bedoelde onderzoek er voor moeten waken, dat niet het oog valt op werken, welke toch reeds nu zouden worden uitgevoerd. Er zal dus zooveel mogelijk getracht moe ten worden die werken te entameeren, waarbij het Werkfondskarakter zich duidelijk demonstreert, al bestaat er geen bezwaar, in den aanvang een iet wat een mindere maatstaf te dien aan zien te gebruiken in verband met de wenschelijkheid om reeds spoedig werk gelegenheid te verschaffen. Ook dient het zich rekenschap te ge ven van de financieele gevolgen dezer werken, ten einde aan de regeering de gegevens te verschaffen voor de beoor deeling van de meest gewensche finan ciering ervan. Schifting en toetsing, vijf inge nieurs ter beschikki h gesteld. In verband met het groote aantal ontvangen voorstellen van deze tweede categorie, is schifting ervan en toetsing aan de onder Ia en B genoemde criteria noodzakelijk. Teneinde het bestuur in staat te stellen, de daaraan verbonden omvangrijken arbeid te verrichten, is de regeering bereid een vijftal ingenieurs van den Rijkswaterstaat ter beschik king te stellen van het Werkfonds, waar bij zij echter nogmaals den nadruk er op legt, dat de technische voorbereiding van de projecten geheel door bedoelde organen zelf dient te geschieden. III. Industrieele projecten. Het ligt in het voornemen der regee ring, zooals reeds bij monde van den Minister-president bij de behandeling van het crediet voor Werkverruiming in de Tweede Kamer werd medegedeeld, aan het Departement van Economische Zaken, een klein bureau, behoorende tot de afd. ijverheid in te richten, dat zich al bezig houden met de behande- ling van industrieele vraagstukken op technisch en economisch gebied. Ten aanzien van industrieele projec ten zal de taak van het Werkfonds der- ha ve in hoofdzaak bestaan uit een al gemeene toesing aan de onder I A en B genoemde criteria en uit een voorloopi- ge schikking en rangsehiktcing van de binnengekomen onderwerpen, waarvan de verdere behandeling za: geschieden door het bovengenoemde bureau. Bij deze verdere behan deling zal het bureau weer gebruik ku inon maken van het advies van deskundigen in het be stuur (en ir. den raad van bijstand en advies) vertegenwoordigd, of zich inci denteel bijzondere tecnnische krachten kunnen assumeeren. De resultaten hiervan zullen daarna ter beoordeeling en beslissing worden voorgelegd aan de ministerieele com missie van het Werkfonds. De regeering vertrouwt, dat zij door het bovenstaande te uwer kennis te brengen, aan het gebleken verlangen tot afbakening van uw taak en bevoegd heid zal hebben voldaan. De verklaring van de z g. „vrije" en veel goedkoopere benzine voldeed de controle ambtenaren niet, en zeer voorzichtig werd een scherpe controle ingesteld. Nu was bekend, dat er een Duitsch ont kleuringsmiddel van de petroleum bestond en toen dan ook op een gegeven oogenbiik een partij „gemalen steenover de grens kwam, ging deze geheel ongehinderd door naar haar bestemming, maar een monstertje bleef achter. De proeven ermede leidden tot verrassende en nog veel gunstiger resul taten, dan verwacht was. Het middel bleek niet alleen in een betrekkelijk korten tijd de petroleum te ontkleuren, maar ook zelfs eenigszins te ontvetten. Het gebruikte ont kleuringsmiddel bleek na even naspoelen met water en drogen weer geheel bruikbaar te zijn voor een volgende ontkleuring. Toen dan ook bleek, dat een deel van de zorgvul dig nagespeurde „gemalen steen" haar weg vond naar het depot van de O.B.O., werd de geheime controle nog intenser en toen het oogenblik van inval bepaald werd op Vrij dagmorgen 6 uur, stond het resultaat al van ZWENDELARIJ MET BENZINE Een belangrijke ontdekking te Zwolle. Men meldt aan de N.R.Crt. uit Zwolle: Vrijdagmorgen hebben de ambtenaren van de accijnzen en invoerrechten te Zwolle een partij van 500 liter geheel of gedeeltelijk- ontkleurde petroleum in beslag genomen Om de beteekenis van het feit te zien, is het noodig terug te gaan naar den tijd voor dat werd voorgeschreven, dat petroleum ge kleurd moest zijn. Door de fona-fide Benzine-maatschappijen werd herhaaldelijk de regeering gewezen )p het feit, dat eerlijke handel onmogelijk werd gemaakt en het publiek op de schandelijkste wijze bedrogen, doordat er maatschappijen waren, die op de meest brutale wijze benz;ne en petroleum zouden mengen en het product als zuivere benzine in den handel brachten Natuurlijk gebeurde het mengen clandes^en, maar toch wist men hoe deze geschiedde bijv. bij de Overijsselsche Benzine en Olie handel, gevestigd te Zwolle, kantoor Nieuwe Haven 7. Deze onderneming kreeg tankscheepies met 3 tanks benzine en één tank petroleum. Bij het overpompen in de grondtanks wer den naar bij een inval bleek eerst de benzinetanks overgepompt. Daarna zou de tank-petroleum bij diezelfde tanks worden gepompt. De inval van de ambtenaren mislukte des tijds, omdat zij 's nachts om tien minuten voor drie kwamen en van 's nachts 12 uur af wel reeds de benzine was overgepompt, maar men met de petroleum nog moest beginren. De aanwijzingen dat er op groote schaal werd geknoeid werden echter zoo sterk dat vorig jaar de wet afgekondigd werd, hou dende verbod tot het mengen van benzine *n petroleum en gebod tot het kleuren van petroleum met 10 milligram Blau B. für Saponlack en 20 milligr. Purfurol per K.G petroleum, die daardoor een scherpe, blauwe kleur kreeg. Eenigen tijd was het toen uit met de knoeierijen, de prijzen van de benzine ont liepen elkaar niet veel meer, zooals ook bij de betrekkelijk kleine winstmarge, die er in zit, begrijpelijk is. Tot opeens enkele van die reeds eerder verdachte ondernemingen en ook weer met name de O.B.O. met haar prijzen aanmerkelijk, 1 soms 'i cent, zrifs wel 2Yi cent per liter, onder de markt ging te voren vast: Er bleek aan een geheele rij fusten met petroleum het ontkleuringsmiduel toegevoegd te zijn en de inhoud, die be monsterd werd, bevond zich reeds in ver schillende stadia van ontkleuring, een deel was reeds geheel ontkleurd. Zelfs als geheel zuivere benzine en de be handelde petroleum naast elkaar werden ge steld, moest een leek opletten om aan de grootere stukheid en vettigheid van de petio- leum het verschil te kunnen zien. Bii ver menging van de geprepareerde petroleum en benzine half om half is er geen leek, die het verschil ziet, temeer daar ook de ver schillende benzinesoorten en petroleumsoor- ten in gewicht en geur nogal uiteenloopen. Hoe funest het mengsel eenter voor een goeden motor in het gebruik is, begrijpt iedere autokenner. Dat het prijsverschil en de winstmarge belangrijk zijn, is te begrijpen. Afgezien van den prijs van benzine en petroleum, moet aan accijns worden betaald voor petroleum 1.25, voor benzine 1.25 plus 6 per 100 K.G., dus alleen aan belasting is de benzine 6 cent per K G. duurder. Men vermoedt, dat ongeveer een 25 pet petroleum gemengd werd. Door het prepa raat wordt het kleurmiddel Blau B. geheel aan de petroleum onttrokken. Of ook de furfurol geheel onttrokken wordt, is nog in onderzoek. Dit is daarom van belang, dat anders de menging met (ontkleurde) petro leum zeer moeilijk zal zijn na te gaan. Van het preparaat werd ongeveer 4 a 5 K.G. toegevoegd aan een fust van 100 K.G. De inhoud ontkleurde in één of twee dagen. Van de bevindingen is natuurlijk terstond kennis gegeven aan de verschillende inslan ties, zoodat overal in ons land een strenge controle zal worden ingezet. Waarschijnlijk geschiedt deze vervalsching niet alleen te Zwolle bij de O.B O., maar vindt haar ver takkingen over het geheele land. Dat er nog wel een en ander werd omge- zer aan deze „benzine" newijst het feit, dat Vrijdagmorgen bij de O.B.Ö. niet minder dan 5000 liter in bewerking zijnde oc'.ro leum in beslag werd genomen De directeur van de O B.O is de heer H Th L. te Hattem Dergelijke maatschap pijen vindt men »e Arnhem, n.1. de Gelder- sche benzinehandel, in Utrecht, de O.fi.I M enz. Al deze maatschappijen zouden hun producten betrekken van de N.O.P 1M (Ned. Overzee Producten Import Mij.) te Amsterdam. Opmerkelijk is. dat de Dedemsvaartsche Stoomtramweg Mij., waarvan de heer L. thans president-commissaris is, enkele jaren geleden een campagne begon voor den ver koop van benzine, aanvankelijk beneden de marktprijs. Den laatsten tijd betrekt zij haar benzine van de Shell. De benzinehandel is gehrel op den achtergrond gekomen. WINKELSLUITING EN EERSTE KAMER. Punten uit het voorloopig verslag. Blijkens het voorloopig verslag der Eerste Kamer inzake het ontwerp van wet tot wijziging der Winkelsluïtings- wet-1930, meenden eenige leden, zonder in principieel e beschouwingen te moeten treden, toch te moeten doen opmerken, dr.1 bij de behandeling van het oorspron kelijk wetsontwerp de noodzakelijkheid van herziening der Zondagswet in verband met de nieuwe Winkelsluitings wet van verschillende zijden is bepleit en door de toenmalige regeering in uit zicht gesteld. Sedert is op de herziening herhaaldelijk aangedrongen, doch tever geefs, en het achterwege blijven der noodige voorstellen werd verontschul digd met de veelvuldige bezigheden aan crisisarbeid verbonden. Thans wordt, zoo betoogden deze leden, opnieuw een stap gedaan in een rich ting, waartegen in verschillende kringen van ons volk èn van godsdienstig èn van sociaal standpunt beschouwd, ernstig bezwaar bestaat Het voorstel-Vos c. s. ware h. i. beter achterwege gebleven en men had zich kunnen bepalen tot zuiver technische verbeteringen. Ook verdient, volgens deze leden, het aannemen van het amendement-Teulings c.s., waardoor de technische herziening werd gedena tureerd tot een principieele, naar hun gevoelen, weinig bewondering. De leden, hier aan het woord, ver klaarden dan ook bezwaarlijk hun stem aan het ontwerp te kunnen geven. Andere leden achtten de critiek op de indiening van het voorstel-Vos c.s. on gegrond. Weder andere leden vreesden, dat als gevolg van het amendement-Teulings de gemeenteraden het tooneel van den strijd zullen worden. MINNENIJD. Onder Lonneker heeft een 34-jarige, on gehuwd^ boerenknecht Donderdagnacht een aanslag gepleegd op zijn baas O., dien hij met een mes ernstig aan de linkerhand heeft verwond en hem verschillende steken aan hals rug en hoofd heeft toegebracht. O. is naar het ziekenhuis te Oldenzaal vervoerd B. is door de marchaussee van zijn bed gelicht en in de kazerne te Oldenzaal opge sloten. Hij heeft bekend. O. is gehuwd geweest met een zuster van B. en heeft thans als weduwnaar een huis houdster, op wien B. zijn zinnen had gezet. DE MOEILIJKHEDEN IN HET MIJNBEDRIJF, Bespreking tusschen de bestu ren van de mijnwerkersbonden Dezer dagen is melding gemaakt van de algemeene vergadering van den R. K Mijnvverkersbond. Men heeft gelezen dat de vergadering ten aanzien van de loonkwestie haar goedkeuring heeft ge hecht aan het beleid van het hoofdbe stuur, hetwelk zich op het standpunt stelde, dat het laatste voorstel der direc ties moest worden aanvaard, met uitzon dering echter van het voorstel der Do- n.inale mijn en de mijn Willem-Sophia die vasthielden aan een loonsverlaging van vijf procent Op deze mijnen zou eventueel worden gestaakt. In dezen geest heeft de bond een brief aan de contactcommissie geschreven Daarin wordt de verwachting uitgespro ken, dat er geregeld ten minste vijf da gen per week :al worden gewerkt. Thans meldt men uit Heerlen: Vrijdag is een bespreking gehouden tusschen de besturen van de vier mijn werkersbonden Eenstemmig was men van meening, dat voor bepaalde mijnen geen afzonderlijke regeling van loonen en arbeidsvoorwaarden kan worden toegestaan. De Algemeene Nederlandsche Mijn werkersbond en de Neutrale Mijnwer kersboud staan op het standpunt, dat geen enkele loonsverlaging kan worden geaccepteerd Evenwel willen de bestu ren dezer organisaties hun leden en bondsinstantites opwekken, uit 6olidari teitsoverwegingen op de Dominale mijn en de mijn Willem-Sophia in staking te gaan Wanneer deze besturen de noodige volmachten van hun bondsinstanties hebben gekregen, zullen de vier organi saties Maandagavond, wederom in ver gadering bijeen k' men tot het bespreken van de verder te nemen maatregelen. BIJ HET BADEN VERDRONKEN. Gistermiddag is bij het baden in de Maas tegenover de kampeerterreinen te Oostvoorne de 21-jarige H. van der Pot uit Rotterdam verdronken. Gistermiddag is de 18-jarige K. de Nies, gewoond hebbende in de Busken Huetstraat te Rotterdam bij het baden in de Schie ver dronken. Weer is in de afgeloopen weken de stad opgeschrikt geworden, hebben wij veelbewogen dagen beleefd, mee treu rend met het zwaar beproefde vorsten huis, met de Koningin, maar bovenal met de Prinses, die haar geliefden vader niet levend heeft mogen terug zien. Dan, te midden van deze droefheid, de won dere lijkstoet, de witte begrafenis, die was als een apotho6e van Licht, als een vingerwijzing om niet te treuren, niet omlaag te zien naar de donkere aarde, maar omhoog, naar de Bron van Licht. De blanke wagen met de zilveren or namenten, waarop zoo scherp afstekend de vlag was geplooid, als bewijs, dat daar een Ned irl ander werd begraven, heeft een zeer diepen indruk gemaa-ct. De zoogenaamde blanke rouw en haar beteekenis, haar symbolische beteekenis vooral is voor velen een soort openba ring geweest. Er wordt telkens en tel kens weer over gesproken. De vorstelij ke wensch, op vorstelijke wijze verwe zenlijkt, heeft gelijkgestemde wenschen tot leven gewekt. In zekere kringen van de residentie, waar, onder de luch tige oppervlakte van het leven van iederen dag, sterke geestelijke stroo mingen gaan, doet men thans ernstige pogingen om ook voor anderen mogelijk te maken de somberheid van den laat sten gang weg te nemen. Prins Hendrik heeft door zijn uitvaart een boodschap achtergelaten voor velen, een boodschap, die verstaan en begrepen is, een laatste goede daad Dien witten Woensdag heeft alles stil gestaan; dan herneemt het leven zijn rechten weer, gaat alles zijn gewo nen gang. Donderdagavond was er op Scheveningen het eerste vuurwerk van het seizoen en de stroom Hagenaars trok er heen, zooals zij dat iederen Don derdagavond in den zomer te doen ple gen, vol bewonderende belangstelling. Nu is het Scheveningsche vuurwerk ook ste- ds iets zeer bijzonders en zelf6 de wekelijk6che herhaling er van kan de schittering niet doen verbleeken. Spreekt men buitenlanders, dan zijn ze immer vol onverholen bewondering voor wat er hier op pyrotechnisch gebied gepres teerd wordt en wat zelfs door de meest grootsche prestaties in het buitenland niet overtroffen kan worden. Wie de gemoedelijke schare op den boulevard zag op den vuurwerkavond, zoo in niets verschillend van de men- schenmassa, die zich daar op andere Donderdagavonden beweegt, kon ge makkelijk vergeten, dat nog maar enkele etmalen te voren ernstige bezorgdheid had bestaan voor een uitbreken van ongeregeldheden als in de hoofdstad hadden plaats gehad. De onbeteekenen- de relletjes in enkele ec'-terafstraten van de oude stad, waartegen trouwens direct met eenige kracht was opgetre den, hadden op zichzelf niet zoovel om het lijf. Maar er waren aan de autori teiten geruchten ter oore gekomen, die een zeer onaan^enamen klank hadden en er moest wel degelijk rekening ge-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 8