ALKMAARSCHE COURANT Opening Victoriebad. Haar avonturier. Ho- 171 HAANDAG 23 JULI 1934 Stad en Omgeving. Na lange lijdensgeschiedenis tot stand gekomen. SNELLE UITVOERING DER EINDELIJK GOEDGEKEURDE PLANNEN. Jladiopcogtamma l feuilleton en Zaterdagmiddag had de officieele opening plaats van het op 30 Juni reeds in gebruik genomen Victoriebad. Een groot aantal ge- noodigden was daarvoor samengekomen en nam plaats op de tribunes. Wij merkten daarbij o.a. op den burgemeester en mevr. van Kinschot, den heer en mevr. W endelaar, de wethouders, verschillende raadsleden, den genKentesecretaris mr. Koelma. hoofden van scholen, alsmede de hoofden van takken van dienst der gemeente, de meesten vergezeld van hunne dames. De heer A. Loeb, pres.-commissaris van het Zwembad Alkmaar N V., sprak een welkomstwoord. Hij uitte zijn vreugde er over, dat de burgemeester zich had bereid verklaard om het zwembad officieel te openen, en dankte voor de aanwezigheid van zoovel en, wat wijst op groote belangstel ling voor de zwemsport. Hij roemde speciaal dc activiteit van wethouder Bonsema voor de totstandkoming van het bad en bracht dank aan de heeren Margadant en .Kirkenier van Gemeentewerken voor hun adviezen en hun steun, aan den architect Juffer te Blari- cum voor de uitwerking der plannen en aan den aannemer PSmit te Alkmaar, die in den korten tijd van slechts acht weken de plan nen had uitgevoerd. Spr. bracht hierbij ook een woord van dank aan de opzichters, de heeren Kip en Kroese. en herinnerde dank baar aan de organisatie van de zwemweek in Mei j.1., die zulk een mooie propaganda was geweest voor de zwemsport in .Alkmaar. Als zijn twee grootste wenschen ten aanzien van de zwemgelegenheid bracht spr. naar voren: li dat het bad zoo spoedig mogelijk overdekt zal kunnen worden, 2. dat het zwemonderrichf als verplicht leervak in den lesrooster der scholen zal worden opgeno men De burgemeester aan het woord. J h r. m r. F. H. v a u Kinschot nam hierna het woord. Hij memoreerde dat de officieele opening twee keer moest wor den uitgesteld, eerst omdat de inrichting nog niet geheel was afgewerkt en daarna wegens het overlijden van prins Hendrik. Dan deed hij een blik achterwaarts en her innerde eraan, dat de stichting van een zwembad langen tijd de gemoederen in Alkmaar heeft bezig gehouden en dat hij bij zijn komst hier ter stede oe kwestie had gevonden als een ernstige puzzle. Spr. vond het wenschelijk dat de heele historie nog eefis werd nagegaan en verzocht daartoe wethouder Bonsema om het verleden der zwembad-kwestie uiteen te zetten. De totstandkoming van het zwembad. De heer Bonsema ging in gedachten terug naar 1919, toen het toenmalige col lege van B. en W. bij de behandeling van de begrooting voor 1920 zich bereid verklaarde de oprichting van een betere zwemgelegen heid te overwegen. Op 12 Januari 1921 hield de burgemees ter een bespreking met besturen en personen, waarbij o.a. mevr. Aukes aanwezig was, over de oprichting van een nieuwe bad- en zweminrichting, omdat de bestaande inrich ting niet meer voldeed. Ontworpen werd een plan tusschen den Westerweg en den Zan- c'ersweg een open inrichting te stichten, welk plan echter om diverse redenen geen verdere uitvoering kreeg. In Augustus 1929 (dat is dus ruim 8 jaar later, en voorzoover spr. kon nagaan is er in dien tijd over deze kwestie geen enkele in terpellatie gehouden in den raad) ontwierp een commissie uit het Witte Kruis een plan voor een overdekte inrichting annex maga zijn-Witte Kruis op het oude stadszieken huisterrein. Dit sprong onder meer af om het terrein, zoodat men na 10 jaar nog even ver was als vroeger. In Oct. 1930 droeg het toenmalige cel lege van B. en W. den directeur van Ge meentewerken op een plan te ontwerpen voor een bad- en zweminrichting aan de om te leggen Houtvaart. Nadat dit plan was in gediend, bleek dat het onderzoek van het water uit die omgeving ongunstig was uitge vallen, zoodat de inspecteur der volksge zondheid, dr. Hollmann, niet kon aanbe velen in deze omgeving een zwembad te stichten, waardoor ook deze mogelijkheid weer verloren ging. In 1932 werden waterproefboringen ver richt nabij het Sportpark, doch ook hiervan was het resultaat onbevredigend. De toestand in het oude zwembad werd in- tusschen hoe langer hoe meer onhoudbaar. De gemeenteraad voteerde elk jaar een flink bedrag (van rentebetaling en aflossing van het geleende geld was al lang geen sprake meer), terwijl van tijd tot tijd verschillende herstellingen plaats vonden, doch de ouder domsgebreken waren te erg. Voor iedereen stond vast, dat dit bad niet langer te hand haven viel, mede door het feit dat het sterk verontreinigde zwemwater zelfs niet meer aan matige eischen kon voldoen. In Februari 1933 trad de N.V. NeJar- landsche Maatschappij voor Zwembadbcuw in onderhandeling met de gemeente I>ze onderhandelingen leidden tot een voorstel van B. en W„ hetwelk den raad op 24 Maart werd aangeboden. Deze voorstellen, welke o.a. werden gesteund door de gezondheids commissie en den inspecteur voor de volks gezondheid, werden na zeer breedvoerige discussies met 13 tegen 8 stemmen op 30 Maart 1933 aangenomen. Van dit eerste plan, hetwelk door Gedepu teerde Staten, mede op aandrang van eenige adressen van een gedeelte der burgerij, op 19 Juli -1933 niet werd goedgekeurd, wilde spr. nog iets zeggen, omdat o.a. als groote grief tegen dit b ad (het thans geopende) wordt genoemd, dat het te klein zou zijn. Spr. wilde geenszins beweren, dat de inrich ting voldoende zal zijn opgewassen tegen extra warme dagen, doch hij wenschte met den grootsten nadruk vast te leggen, dat de schuld voor een niet grootere inrichting niet heeft gelegen bij B. en W. of de meerderheid van den raad. Dit eerste plan bestond n.1. uit een ondiep oassfn van 20 bij 25 M., een diep bassin van 50 bij 25 M. en een kinderbassin van 15 bij 25 M., of in totaal 2125 M2 water oppervlak of ongeveer 354 maal zoo groot als op het oogenblik deze beide bassins sa men. Met kracht en met den meesten aan drang hebben wij deze inrichting in den raad en bij Ged. Staten verdedigd, zei spr. en hij bracht ex-burgemeester Wendelaar een hartelijk woord van dank voor diens kracht- dadigen steun, om in Alkmaar te krijgen een naar de eischen des tijds ingerichte zwemschool. Juist anderen hebben beweerd, dat in Alkmaar geen behoefte was aan een dusdanige grootsch opgezette inrichting; een bloote bewering, die reeds nu door de feiten voldoende is gelogenstraft, vervolgde spr. Hij stelde er prijs op te verklaren, dat doze woorden niet mogen worden uitgelegd om anderen onaangenaam te willen zijn, doch alleen omdat niet kan worden aanvaard, dat B. en W. willens en wetens een kleinere in richting zouden hebben gepropageerd en voorgesteld. Noch de N.V. Zwembadenbouw, noch de gemeente zijn aansprakelijk voor de niet voldoende inrichting, want beiden hebben pas, toen het grootere niet mogelijk was, noodgedwongen met dit kleiner plan genoe gen moeten nemen, omdat deze inrichting verre te verkiezen was boven het verouderd bestaand bad. Nadat het groote plan door Ged. Staten niet werd goedgekeurd, is het bad aan het Zeglis in 1933 wederom in gebruik genomen. Deze noodoplossing, waarmede men in 1933 wel genoe gen moest nemen, gaf echter aller minst bevrediging en op 5 October 1933 be noemde de raad een commissie om te onder zoeken op welke wijze moest worden voorzien in de behoefte aan een naar de eischen des tijds ingerichte bad- en zweminrichting, met inachtneming van de omstandigheid dat Ged. Staten niet bereid waren er toe mede te werken, dat de gemeente daarvoor een be langrijk financieel risico op zich zou nemen. Deze commissie diende haar rapport in op 29 Januari 1934, nadat in diverse vergade ringen verschillende plannen waren bespro ken en eenige zweminrichtingen, zoowel Dinsdag 24 Juli. HILVERSUM. 1875 M. (AVRO uitz.) 8.Gr.pl. 9.Ensemble Rentmeester. 10.Morgenwijding 10.15 Gr pl. 1030 Verv. concert. 11.Kook- en bakpraatje mevr. L. LotgeringHillebrand. 11.30 Gr.pl. 12.15 Tuschinski's Select Salon-orkest olv. M. Tak 1.45 Gr. pl. 2.— Orgelconcert F. Hasselaar, mmv. mevr. A- StronkKappel, sopraan. 3.-4.Kovacs Lajos en zijn orkest. 4.15 Gr.pl. 4.30 Kinder koorzang olv. J. Hamel. 5.Voor kleinere kinderen. 5.30 „De Lepe laars", olv. H. Zeldenrust en gr.pl. 7 40 Mr. K. Jansma: Waarom ver dere inpoldering der Zuiderzee? 8.Vaz Dias. 8.05 Vervolg orkest- concert, mmv. Gr. Weynschenk Hogenbirk, sopraan en H. Viskil, tenor. 9.10 Louis Noiret in zijn repertoire. 9.30 Uit het Kurhaus te ScheveningenResidentie-orkest o. 1. v. Schuricht, mmv. Janine Weill. piano. 10.30 Gr.pl 11.Vaz Dias 11.10—12.Kovacs Lajos en zijn orkest HUIZEN, 301 M. (KRO-uitz) 8.—9.15 en 10— Gr.pl. 11.30 Godsd. halfuur. 12.15—1.45 Gr.pl. 2.Voor de vrouw. 3.Gr.pl. 3.15 Zangvoordracht en grpl. 5.15 Orgelconcert en gr.pl. 6 45—7.— Gr.pl. 715 Lezing. 7.35 Gr.pl. 7.50 Orkestconcert en gr.pl. 8.30 Vaz Dias. 8.35 Concert. 9.15 Deel 9.30 Vioolrecital. 9.45 Gr.pl. 10.Or kestconcert. 10.30 Vaz Dias. 10.35 —12.— Gr.pl. DAVENTRY, 1500 M. 10.35 Mor genwijding. 12.20 Sted. Orkest Whitby olv. Gomez. 1.20 Orgelcon cert C. H. C. Biltcliffe. 1 50 Cricket- verslag. 2.Western Studio orkest olv. Thomas, mmv. T. Williams, bariton. 3 20 Sted. Orkest Torquay olv. E. W. Goss, mmv. W. Glynne, tenor. 4.50 Concert Het Grinke- Trio mmv. M. Mitchell, alt. 5.35 Kinderuur. 6.20 Ber. 6.45 Cricket- verslag. 655 R. King en zijn orkest. 7.50 E. Penville, fluit en F Hall, harp. 8 20 Concert door solisten, koor en orkest olv. J. Le- wis. 9.20 Ber. 9-45 Herd. 400-jarig bestaan van Canada. 10.45 Voordr. 10.5012.20 Lew Stone en zijn orkest. PARIJS, (RADIO-PARIS) 1648 M 7 20 en 8.20 Gr.pl. 12.20 Pascal- orkest 8.20 „La crucbe", spel van Courteline. 9.45 Concert uit Lon den. 10.50 Dansmuziek. KALUNDBORG. 1261 M. 12.20 2.20 Strijkorkest olv. Andersen. 3.505.50 L. PreilV instrumentaal ensemble. 8 20 Uitz. uit een theater. KEULEN, 456 M. 5.50 Gr.pl. 6.45 Orkestconcert olv. Peplow. 12.20 Gr.pl. 1.20 Weragkamer- orkest olv. Breuer. 4.05 Kwintet concert. 5 40 Vocaal trio-concert. 7.20 Omroepkoor olv. Breuer en so listen. 8.35 Uit Stuttgart: Wend- ling-kwartet en solisten. 9.15 Spel met gr.pl. ROME, 421 A. Tröster, Santoliquido, muziek. M. 8.30 Gr.pl. 9.05 viool en O. Puliti piano. 10 20 Dans- BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 12.20 Max Alexys' orkest. 1.30— 2.20 Gr.pl. 5.20 M. Alexys' orkest. 6.50 Gr.pl. 8.20 Salonorkest. 10.30 —11.20 Gr.pl. 484 M.: 12.20 Gr. pl. 1.05 Zangvoordr. 130—2.20 Max Alexys' orkest 5.20 Radio- Symphonie-orkest olv. Meulemans. 6.35 Gr.pl. 6.50 Deel. en piano recital. 8 20 Radio-Symph.-orkest o. 1. v. Meulemans. 10.40 Gr.pl. DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 8.35 Zie Keulen. 9.15 Sted. orkest te Wiesbaden olv. Thierfel- der. 10.20 Ber. 10.50 Lezing. 1105 Ber. 11.20—12.20 Neder-saksisch Kamerorkest olv. O. E. v. Sosen. GEMEENTELIJKE RADIO DISTRIBUTIE. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Huizen. Lijn 3: Lond. Reg. 10.35 1050, Daventry 10.50—11.20, Lond. Reg. 11.20—15.20, Daventry 15.20-17.35, Lond. Nat. 17.35— 19.20, Daventry 19.20—24.—. Lijn 4: Keulen 10.3516.35, München 16 3517.40, Keulen 17.40—19.20, DeutschLs. 1920— 20.35, Stuttgar. 20.3521.15, Frankfort 21.15—22.50, Deutschl. sender 2250—23.20, Stuttgart 23.20—24.—. Een ^isode uit den Dertigenjarigen Oorlog Oorspronkelijke schets van G. P. BAKKER. 46). De Zweed lachte, keek den schooier aan, maar toen hij Saxon's blik ontmoette, sprak hij„Man, ik geloof dat u de waarheid spreekt, u heeft de oogen van een krijgsman, al ziet u er uit als een zwerver". „En wie is deze vrouw?" „Prinses Von Ebertot zu Quetschen. Wij zijn op weg naar de Zweedsche legerplaats om ons onder de bescherming te stellen van Zijne Majesteit den koning van Zweden", luidde het antwoord. Er verscheen even een glimlach op de lip pen van den Zweed. En u verschool zich in het struikge- W3S?" Wij hebben daar den nacht doorgebracht, werden vervolgd door de huzaren van Von Pappenheim. Wij zijn reeds sinds de verove ring van Maagdenburg op de vlucht Liever zou ik u dat alles niet hier op den weg uit leggen". „Overste!" hernam de Zweed. „Kunt u niet door een of ander bewijs de waarheid van uw verhaal bevestigen?" „Uw verzoek is redelijk, kapitein, doch ik zou niet weten hoe aan uw wensch te vol doen". „En toch zou ik niet gaarne mijn koning een verrader op het dak zenden of een spion in onze legerplaats toegang verschaffen. U, die een overste van Wallenstein was, zult dit begrijpen". „Vele van Wallenstein's mannen zijn thans in Zweedschen dienst", zei Saxon. „Geeft u mij een wacht mede. Hoe ver zijn wij nog van Brandenburg verwijderd?" „Een paar uren rijden". Marion stond ongeduldig op den afloop van het gesprek te wachten; zij voelde zich nu zeer ongelukkig in haar zigeunerklee- ding. „Ik zal u zooveel ter wille zijn, als in mijn vermogen ligt, maar u zult u moeten schik ken", antwoordde de kapitein. „A la guerre comme a la guerre". (In oorlogstijd moet men zich leeren schikken). „Wachtmeester, geleid deze dame en heer", en weer verscheen een glimlachje op zijn flink gezicht, „naar Brandenburg". „Overste, ik heb gelukkig 'n reservepaard. U zoudt de dame voor u op den zadel moeten nemen. In oude tijden in Zweden trok men zoo ter bruiloft. Tegen den avond ben ik zelf terug in Brandenburg". Saxon bedankte den vriendelijken krijgs man hartelijk. „Tot weersziens!" riep de Zweed, en het escadron reed door. Een paar uren daarna trokken de zwer vers Brandenburg binnen. De wachtmeester bleek een zeer gedien stig mensch. Hij bracht hen naar een goed hotel en wist de waard, die eerst eenige moei overdekte als open. waren bezocht. De meer derheid der commissie adviseerde den raad de plannen te aanvaarden, zooals die nu tot uitdrukking zijn gebracht. Op 8 Februari 1934 aapvaardde de raad, voor het eerst onder voorzitterschap van bur gemeester van Kinschot, na langdurige dis cussies het voorstel om een open inrichting te doen bouwen door de N.V. Nederlandsche Maatschappij voor Zwembadenbouw, waar toe een garantie van rente en aflossing van de gemeente van f 50.000 werd gevraagd. E>e maatschappij voteert zelf minstens 15.000. Bij deze plannen werd rekening gehouden met de mogelijkheid, indien de financieele resultaten daartoe mede aanlei ding geven, het bad eventueel later te over kappen, waardoor tegemoet kan worden ge komen aan den wensch om ook 's winters te kunnen zwemmen. Aan deze mogelijkheid geloofde spr. persoonlijk zeer sterk, al moet naar zijn meening terdege rekening worden gehouden met twee belangrijke factoren: le. geen te groote risico voor de gemeente 2e. het niet uitsluiten van ingezetenen met geringere inkomens. Met de Maatschappij voor Zwembaden- bouw werd tevens overeengekomen, dat het personeel van de oude inrichting, dat daar prijs op stelde, ook aan het nieuwe bad zou worden tewerkgesteld, een recht waarvan door Van Diepen Sr. en Van Diepen Jr. werd gebruik gemaakt. Naast aanstelling van den heer en mevrouw Zeelander en To renvliedt, eerstgenoemden bekenden van de Karperton, volgde de benoeming der heeren De Goede en Klein om werkzaam te zijn den dames en heeren zwemsters en zwemmers het springen, duiken, gymnastiek etc. bij te brengen, waarbij spr. tot zijn vreugde had geconstateerd, dat de ochtendgymnastiek speciaal door de dames hoogelijk wordt ge waardeerd. Nadat nogmaals bij het college van Ged. Staten diverse bezwaarschriften en reques- ten tegen die nieuwe plan waren ingekomen, werd het raadsbesluit van 8 Febr. op 14 Maart d.a.v. desondanks goedgekeurd. Dat was echter nog niet voldoende om tot aanbesteding over te gaan, daar de moge lijkheid bestond, wat inmiddels reeds was medegedeeld, dat men in beroep zou gaan bij de Kroon. B. en W., vreezende dat er dit jaar dan wederom niet kon worden gezwom men, vroegen en verkregen machtiging van den Raad om ondanks deze mogelijkheid tot gunning over te gaan (de aanbesteding had intusschen plaats gehad), zoodat het moge lijk werd toch nog een groot gedeelte van den zomer gebruik te maken van deze nieuwe inrichting. Zoo kon op 30 Juni het bad officieus wpr- den opengesteld. Spr. bracht den aannemer P. Smit en het geheele personeel dat aan de totstandkoming van dit gebouw heeft mede gewerkt, namens de gemeente een hartelijk woord van dank voor de geleverde presta ties, waardoor in den kortst mogelijken Jtjjd al scheen dit voor velen nog te lang*"— deze inrichting tot «tand kwam. Natuurlijk kleefden er nog diverse fouten en gebreken aan, doch langzamerhand zijn deze ten dee„; verholpen en verbeterd en spr. was er van overtuigd dat een onbevooroordeelde getuige het grootere genot en voordeel van deze in richting bij die aan het Zeglis onvoorwaar delijk zal toegeven. Spr. zou niet willen beweren, dat deze in richting volkomen tegemoet komt aan al de verlangens, die er op dit gebied bestaan, doch hij was gaarne bereid, alle klachten, wenken en raadgevingen ernstig te overwe gen, daarbij de verzekering gevende, daar aan zooveel mogelijk te zullen voldoen. Ook opbouwende critiek zal in dank worden aanvaard, ging spr. voort, al is het niet be paald noodig zich daarvoor te hullen in een waas van geheimzinnigheid en pseudonie men, als „Iemand die alle dagen komt zwem men", „Een opmerker" etc., of dat men bij voorkeur plaats neemt bij de apenbank om gesprekken af te luisteren van Jaap en Piet, of hoe ze anders mog;en heeten. Aan schrif telijke klachten en critieken, mits voldoende onderteekend, zal zeer zeker de noodige aan dacht worden besteed, doch het zij ten overvloede nog eens medegedeeld door mij zal niet de minste aandacht worden ge schonken aan de helden, die den moed mis sen eventueele klachten en grieven met hun naam te onderteekenen. Gelijk de overgang van trekschuit naar electrische treinen en diesehvagens of vliegmachines niet is gekomen in één jaar, zoomin mag men den eisch stellen, dat van een zeer verouderde inrichting het ideaal van wat men zich denkt als zweminrichting in één slag zal worden verwezenlijkt, temeer, nu de financieele uitgaven der gemeente niet boven het lijkheden maakte, te overtuigen, de vreemde gasten op te nemen. Weldra hadden ze een behoorlijk onderdak. Saxon stopte den wachtmeester een goud stuk in de hand. Deze maakte een diepe buiging en sprak: „Excellentie. Wilt u mij uw eerewoord ge ven de herberg niet te verlaten vóór mijn meester terug is?" „Van ganscher harte!" luidde het ant woord van den avonturier. Aan het avondmaal zaten zij, geheel an ders uitgedost, zwijgend tegenover elkaar. Het naderend afscheid woog beiden zwaar op hun gemoed. Toen de Zweedsche kapitein de eetzaal binnentrad, reikte hij den beiden zwervers de hand en stelde zich voor als Von Holm. „Morgenochtend zal een karos u naar Zijne Majesteit in Spandau brengen. Het is een rit van ongeveer zes uur. U krijgt een geleide mede, zoodat u veilig zult reizen Zijne Majesteit is reeds van uw komst ver wittigd. De commandant heeft alles gere geld'" vertelde hij. „Neemt u mij niet kwaiijk, dat ik eerst wat voorzichtig was, doch thans zijn wij vol doende op de hoogte". Glimlachend zei Marion: „Wij zullen er zonderling hebben uitgezien als zwervers langs den weg". „Ja, mevrouw!" bevestigde de Zweed mei een hoffelijke buiging voor Marion. „Een krijgsman ontmoet niet eiken dag een prin ses als zigeunerin verkleed en de vermom ming was uitstekend". redelijke en hoogst noodzakelijke uit mogen gaan. Gij allen hebt het mede in uw hand, deze inrichting te vervolma ken door uw vertrouwen te schenken aan deze nieuwe zwemschool en hiervan gebruik te maken, zoodat binnen niet te langen tijd kan worden overgegaan tot de uitbreiding, zooals men zich die heeft gedacht. Zeer velen zijn u reeds voorgegaan in het toezeggen van steun, door middel van het nemen van een abonnement. Werd bij den opzet van dit plan uitge gaan van een abonnementenaantal van per jaar pl.m. 1000, dit aantal is ondanks het niet volledig zwem6eizoen reeds ge stegen tot over de 1200 (de jeugdabonne- menten inbegrepen). Van deze 1200 abonné's zijn er 800, die mede een les- kaart hebben gevraagd, waardoor de perspectieven voor volgende jaren danig zijn gestegen. Na de officieuse opening 30 Juni zijn reeds ruim 1750C baden geromen, wat neerkomt op een gemid delde van ruim 800 baden per dag Het hoogste aantal per dag werd in de afge- loopen week bereikt met 1373 baden, een respectabel aantal, dat echter naar 6pr.'s meening nog zeer wel voor uit breiding vatbaar is. Resumeerende, kwam spr. tot de con clusie, dat vergeleken bij de mriehting, die tot dusverre aan het Zeglis was ge vestigd, dit zwembad het ictoriebaJ een groote vooruitgang en verbete- ,ring in velerlei opzicht mag worden ge noemd en dat de raad van Alkmaar een zeer verstandig besluit heeft genomen, hieraan zijn medewerking te verleenen. Spr. wenschte de directie onder leiding van den heer Kroese toe, dat het haar gegeven moge zijn in volledige „Aan u, overste, heb ik nog een dringend verzoek", vervolgde Von Holm. „Niets zal mij aangenamer zijn dan aan uw verlangen te voldoen", antwoordde Saxon. „Wilt u zoo goed zijn nog heden een kort verslag op te maken van uw reis van Maag denburg naar Brandenburg. Het begin zou uw ontmoeting met de prinses kunnen zijn. 'Deze nacht vertrekt 'n ijlbode naar de koning Als Zijne Majesteit het rapport kan lezen, vóór hij u ontvangt, zal het veel tijd sparen" „Ik zal het dadelijk opstellen", verklaarde Saxon. „Vindt u goed, dat ik het verslag om tien uur laat halen?" „In orde, kapitein Von Holm". De kapitein nam afscheid. Met hun beiden maakten zij het rapport Toen het gereed was, las Saxon het Marion voor. Zij drukte haar avonturier de hand en hem met een teederen blik aanziende, zeide ze zacht: „Dit is het einde van onze avonturen. Ik zal ze nooit vergeten". HOOFDSTUK XXIV. Onder de bescherming der kanonnnen van de vesting Spardau had de Zweedsche koning Gustaaf Adolf zijn legertenten opgeslagen Met een lach op het mooie gelaat en in een zeer welwillende stemming werden de zwervers door Zijne Majesteit ontvangen. De koning begon: „Ik heb uw odysse ge lezen". Marion keek den koning met groote bewon dering aan. Hij was een groote, slanke man samenwerking met het personeel dit bad nog jaren te mogen exploiteeren, zoo mogelijk zonder dat de gemeente voor aflossing en rente behoeft te wor den aangesproken De officieele opening. Na deze uiteenzetting van het ontstaan van het oad door den wethouder ging d e burgemeester over tot de officieele opening. Hij constateerde dat we thans zien een open zwembad dat voldoet aan de mo derne eischen; voorts een zonnebad en een kleuterbad en alles wat bij een goede zwem inrichting behoort. Spr. bracht een woord van hulde aan allen, die hun medewerking hebben verleend voor de totstandkoming van het een en ander. Met groot genoegen had spr. de oprichting van het zwembad be groet, omdat dit beteekent een uitbreiding van de sport. Slechts heel weinig steden van den omvang van Alkmaar hebben een zoo goede gelegenheid voor de beoefening van allerlei takken van sport als de kaasstad, en daar kemt nu in de volgende maand nog weer de wieierbaan bij. Het is de taak der overheid, meende spr. om medewerking te verleenen aan het inrichten van sportgele- genheóen. cmdat dit beteekent het bevorde ren van de lichaamsontwikkeling. Spr. zag de toekomst voor het nieuwe zwembad helder in, omdat het aantal zwem- meis thans reeds de verwachtingen over treft, dank zij mede de gunstige resultaten van de propagandaweek. Wijzende op óe verhouding van het zwem bad tot de gemeente, zei spr., dat het zal worden toegejuicht als de financieele band losser zal worden. Het contact tusschen beide lichamen gevormd door een raads commissie van drie leden, zal voldoende zijn voor de medezeggenschap van de gemeente. Namens het college van B. en W wenschte met breede schouders en borst. Zijn gelaat was stralend mooi, de spiegel van een zonnig karakter met een ernstigen achtergrond Zijn oogen waren helderblauw en zijn haren hel blond. Een echte Zweed in een opgewekte stemming en er ging een groote bekoring uit van zijn machtige persoonlijkheid. „De frischheid der jeugd, de gestalte van een held, de geestdrift van een Messias", dacht Marion en de woorden van Hermann Wolff, den Hessischen gezant, die ze eens had gehoord: „Ieder, die de genade onder vindt hem te zien en te spreken, wordt dade lijk door hem behoord", woorden die zij toen zeer overdreven had gevonden, begreep zij thans ten volle. Dan keek zij naar Saxon, die tegenover den koning stond, en boven hem uitstak zij beschouwde zijn gelaat en ze peinsde: „Twee zulke mooie mannen heb ik nooit bij elkaar gezien". Maar Marion sprak haar oordeel niet uit. Juist wendde de koning zich tot haar en met een diepe buiging begon zei: Majesteit! Ik heb de vrijheid genomen mij tot u te wenden met het dringend verzoek mij onder uw bescherm-ng te nemen. Ik ben verloofd met graaf von Werdenfeld van het Berlijnsche hof". „Ja, ja", viel de koning haar in de rede. „De hofmaarschalk van mijn zwager, keur vorst Georg Wilhelm". „Juist Uwe Majesteit. Overste Saxon heeft mij, zooals u gelezen heeft, herhaaldelijk uit de handen der soldaten en van veldmaar schalk Von Pappenheim gered". (Wordt vervolgd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 5