Alkmaarsche Courant
JeuilletoH
haar avonturier.
Radiopcaqcamma
Rechtszaken
HONIG'S BOUILLONBLOKJES tha ns 6 voor lOct
Henderd Zes en Dertigste Jaargang.
WOENSDAG 25 JULI
Geneeskundige brieven
No. 173 1934
Onderzoek van de urinewegen
De levende cellen, waaruit ons lichaam is
opgebouwd, zijn te beschouwen als even zoo
vele kleine kacheltjes, waarin het geheele
leven door een heilig vuur smeult. Terecht is
dan ook dit deel van de levensverschijnselen
te beschouwen als een verbrandingsproces en
dan is het begrijpelijk, dat bij dit proces
brandstof regelmatig moet worden aange
voerd, warmte of andere vormen van ar
beidsvermogen ontstaat, en dat afvalpro
ducten regelmatig moeten worden afgevoerd
In dit opzicht gaat dus de vergelijking met
andere verbrandingsprocessen op. Maar
daarnaast moet onmiddellijk worden opge
merkt ook al komt dit punt in dezen brief
niet verder aan de orde dat er een diep en
groot verschil is tusschen de verbranding in
de levende cel en elk ander proces van ver
branding. Er ontstaat immers levende stof
van speciale en ingewikkelde structuur bi
en al is dit iets waarover wij door studie wel
reeds veel te weten zijn gekomen, toch is het
den mensch tot heden niet gelukt uit doode
stoffen op een of andere wijze bij een proef
neming levende stof op te bouwen. Dit won
der der natuur kunnen wij met eerbied be
studeeren, maar het nabootsen gelukt ons
niet!
De bruikbare stoffen uit ons voedsel wor
den in ons spijsverteringskanaal, voor zoo
ver noodig, ontleed. Daarna worden ze op
genomen in het bloed en langs de bloed
vaten naar alle weefsels gebracht. Voor het
verbrandingsproces is ook zuurstof noodig.
Deze wordt met de lucht ingeademd en naar
de langen gebracht, vervolgens eveneens
door het bloed opgenomen en naar de
weefsels vervoerd. In de weefsels heeft
nu het verbrandingsproces plaats, het ge
vormde levende eiwit en de vrijgeko
men warmte wordt nuttig verbruikt; de ge
lijktijdig ontstane afvalproducten moeten
echter worden afgevoerd. Bleven ze in he'
lichaam dan zouden zware vergiftigings
verschijnselen er het gevolg van zijn en het
leven zou onherroepelijk een einde nemen.
Langs verschillende schoorsteenen verlaten
deze stoffen dan ook ons lichaam.
Een belangrijken uitscheidingsweg hebben
wij in.de urinewegen. Met het bloed worden
de diverse schadelijke stoffen, welke ook nog
door verschillende andere oorzaken in ons
lichaam aanwezig kunnen zijn op een of
ander oogenblik, naar de nieren gebracht.
Op waarlijk ingenieuze wijze worden ze in
de nieren aan de bloedsbaan onttrokken en
langs een ingewikkeld systeem van gekron-
kelder en rechte piskanaaltjes door de nieren
vervoerd om uiteindelijk door de nieren als
urine te worden uitgescheiden. Deze urine
wordt nu opgevangen in een trechter, het
nierbekken, om nu verder langs een buis
de urineleider links zoowel als rechts van
den wervelkolom te worden afgevoerd naar
een reservoir in ons bekken: de blaas. Deze
kan zich uitzetten en de urine tijdelijk be
waren, doordat de uitgang door een kring
spier wordt afgesloten. Op een bepaald
©ogenblik, dat als regel aan onzen wil on
derworpen is, kan ten slotte de urine langs
een uitvoerbuis buiten ons lichaam worden
gebracht. Deze uitvoerbuis heeft bij den man
een ander verloop dan bij de vrouw.
De urine is als regel een heldergele vloei
stof met een soortelijk gewicht van 1010—
1030 en bestaat uit water waarin een aantal
stoffen zijn opgelost, o.a. zouten, ureum en
urinezuur. Onder invloed van verschillende
normale of physiologische omstandigheden
eenerzijds en abnormale of pathologische
omstandigheden anderzijds kunnen er aller
lei veranderingen en afwijkingen in de urine
optreden. Het onderzoek van de urine kan
ons dus vaak waardevolle gegevens ver
schaffen ter herkenning en beoordeeling
van bepaalde ziekteprocessen. Deze proces
sen behoeven niet speciaal in de urinewegen
zeiven te zijn gezeteld. Bekend is b.v. de aan
wezigheid van suiker in de urine bij lijders
agn'suikerziekte of diabetes. Toch zijn hierbij
als regel de nieren gezond en vindt deze
ziekte haar oorsprong in een afwijking van
de alvleeschklier op pancreas. Andere af
wijkingen in de urine wijzen er speciaal op,
dat er een ziekteproces in de nieren of een
ander gedeelte der urinewegen aanwezig is
E>it behoeft niet altijd gepaard te gaan met
ziekteverschijnselen, zoodat soms deze af-
Een episode uit den Dertigenjarigen Oorlog
Oorspronkelijke schets van
O. P. BAKKER.
48).
En Saxon zelf? Hij vocht om te dooden, te
dooden de pijn in zijn hart, te vergeten het
beeld van Marion, dat hem steeds voor oogen
zweefde, de lieflijke gestalte, die hem dag en
nacht vervolgde, den ieederen, zachten blik,
die hem deed ineenkrimpen van verlangen.
Zijn daden werden steeds koener, zijn buit
en rijkdommen grooter. Hij was altijd een
der dappersten geweest, maar nu grensde
zijn onverschrokkenheid aan het ongelooflij
ke. Zijn roem ging wijd uit over de Duit-
sche landen en de wonderbaarlijkste daden
werden van hem en de zijnen verhaald. Hij
werd vereerd als een held en een redder.
Van alle zijden kwamen vrijwilligers bij
hoopen aanstroomen op het geroffel van zijn
werftrommels. Oudgedienden en jonge ke
rels. Want al hadden de weifelende keurvor
sten nog geen besluit genomen, aan welke
zijde zij zich zouden scharen tal van moedige
ondernemende mannen, diep getroffen door
het lot der oude pro'estantsche veste en be
vreesd voor de uitroeing van hun geloof, gre-
pen naar de wapens. En het waren wanhopi-
ge tijden. De boeren hadden niets te zaaien,
de handwerklieden niets te vervaardigen, de
kooplieden niets te verhandelen. In geen drie
S&*v«l? de U?ne bij' een geneeskundige
verzeWprino- ^"^king °f een levens
verzekering onverwacht voor den dag ko
men.
Het grootste deel der menschen schenkt
SW"»1"' aan da geloosd,
unne, ai zal het menigen gezonden wel eens
zijn opgevallen dat de urinewis^roSS
zag of donkerder van kleur was \nder-
wordt de toestand wanneer er een aat
van pijn bi, de urineloozing of mictive oj-
^nr n' mai verm0€dt ^t de u£
ne bloed bevat. Dan stijgt gelukkig als regel
de belangstehng voor de urine snel en ster.
Een heftige p.jnaanval in den buik noemt
men een koliek. Ligt de oorzaak in de urine
wegen, dan spreekt men van een nier- of
blaaskohek. Deze kan o.a. worden opgewekt
door de aanwezigheid van een of meer stee-
nen ergens in de urinewegen. Heel vaak zal
tijdens of kort na zulk een koliekaanval dA
urine ook bloed bevatten en dus donker van
kleur zijn. Men gelieve hierbij echter wel te
bedenken dat ook normaal gekleurde urine
niet beslist met bloed moet zijn vermengd
Ook kan trouwens een aanval van nier- of
blaaskohek nog door verschillende andere
oorzaken ontstaan dan door de aanwezigheid
van een steen. In een behoorlijk laboratorium
kan wel steeds op vrij eenvoudige wijze wor
den vastgesteld of urine bloed bevat. Maar
daarmede is het moderne onderzoek der uri
newegen nog lang niet uitgeput.
Het is van het grootste belang bij ver
schillende aandoeningen der urinewegen in
derdaad dit onderzoek zoo spoedig en volle
dig mogelijk te doen verrichten en daarmede
niet te wachten tot wellicht de gelegenheid
tot doeltreffende behandeling door en na
dit complete onderzoek mogelijk geworden
verstreken is.
Wanneer het urineonderzoek heeft aange
toond dat bepaalde abnormale stoffen er in
aanwezig zijn, dan is het b.v. vaak van groo-
tere beteekenis na te gaan of deze stoffen
wellicht in gevaarlijke hoeveelheden in ons
lichaam, speciaal in ons bloed achterblijven
Dat wat met de urine, als langs een veilig
heidsklep, ons lichaam verlaten heeft, kan
ons niet meer schaden. Dat wat echter in ab
normale hoeveelheid achter blijft kan ons
leven regelrecht bedreigen.
Als speciaal voorbeeld noem ik hierbij
b.v. een lijden dat alleen kan optreden bij
mannen en dan meestal op ouderen leeftijd.
Ik bedoel de vergrooting van den voorstan-
derklier of prostaat hypertrophie. Hierbij
kunnen op den duur abnorale hoeveelheden
schadelijke stoffen in ons bloed komen en ge
deeltelijk langs de urinewegen worden uitge
scheiden. Dan dreigt het gevaar van een
soort van vergiftiging hierdoor, de uraemie
genaamd.
Bij dit lijden is in bepaalde gevallen een
operatie noodzakelijk, waarbij de vergroote
klier wordt weggenomen. Door deze opera
tie zijn heel wat menschenlevens gered, al is
er een zeker levensgevaar aan verbonden.
Dit kwade risico nu kan men in den tegen
woordigen tijd bijna geheel tot nul terug
brengen door zorgvuldig na te gaan hoe het
staat met wat ik kortheidshalve wil noemen
het gevaar voor de uraemie. Is dit gevaar
aanwezig, dan behoort men zoo mogelijk
door doeltreffende behandeling eerst dit
gevaar te bezweren, alvorens tot operatie
wordt overgegaan.
Wanneer een steen in de urinewegen aan
wezig is of vermoed wordt, dan is het van
het grootste belang zoo goed mogelijk om
trent den stand van zaken te worden inge
licht. Wanneer bloedwateren geconstateerd
is, dan is het absoluut noodzakelijk de oor
zaak hiervan zoo volledig mogelijk na te
gaan. In beide gevallen staan ons verschei
dene moderne methoden ten dienste, waarbij
soms verrassende verheugende, maar
soms ook teleurstellende dingen voor den
dag kunnen komen. Zoo komt men soms de
aanwezigheid van drie of zelfs vier nieren
en urineleiders op het spoor, inplaats van
het normale aantal van twee.
Een belangrijk instrument bezitten we
sinds het begin van deze eeuw in den
„cystoscoop". Dit is een buis, welke tot in de
blaas kan worden gebracht en waarbij, met
behulp van een electrisch gloeilampje, deze
urineblaas van binnen kan worden bekeken
Bevindt zich hierin dus een blaassteen, of is
de wond ziek door een goedaardig gezwel,
door een kwaadaardig gezwel, door tuber
culose of zijn er andere afwijkingen in te
vinden, dan worden deze dingen door den
geoefenden onderzoeker direct gezien en her
kend. Men ziet op deze wijze ook de urine
beiderzijds uit de urineleiders in de blaas
druppelen. Is de functie dus b.v. aan één
kant opgeheven, dan zal men aan die zijde
ook geen urine zien komen; bevat de urine
etter of bloed, dan zal men b.v. in bepaalde
gevallen kunnen zien, door welke zijde de
abnormale urine wordt afgescheiden.
Bovendien kan men nu door dezen zelfden
cystoscoop twee zeer dunne gummi buisjes
schuiven en deze behendiglijk elk door de
blaasuitmonding van een urineleider brengen
en nu in deze urineleiders tot in het nierbek
ken opvoeren Men verricht dan de ureteren-
cystoscopy. Daarbij kan men nu de urine
van de beide nieren afzonderlijk opvangen
en nader onderzoeken, waardoor men er
over wordt ingelicht of een ziekteproces in
de urinewegen eenzijdig of dubbelzijdig is.
Wanneer om een of andere reden tot het
operatief verwijderen van een bepaalde nier
besloten wordt, dan is het van het grootste
belang ons eerst op deze wijze er van te ver
gewissen of de andere nier werkelijk aan
wezig is en goed genoeg van functie. Wan
neer er b.v. een tuberculeus proces in de
urinewegen aanwezig is of vermoed wordt
dan kan dit onderzoek van de allergrootste
beteekenis wezen. V aak begint n.1. de tuber
culose van de urinewegen uitsluitend in een
nier en is de andere kant nog volkomen ge
zond. Heeft men in een bepaald geval in de
urine tuberkelbacillen gevonden hetzij
.direct door kleurmethoden, faetzi: indirect
door kweek- en dierproeven dan weet
men nog niets omtrent de uitgebreidheid
der tuberculeuze aandoening. Toont de be
schreven ureterencystoscopie nu aan, dat het
proces zich nog slechts tot één zijde heeft
beperkt, dan behoort deze zieke nier te wor
den verwijderd en zal veelal blijvende gene
zing kunnen worden verkregen. Stelt men
de operatie uit, dan wordt op den duur het
proces dubbelzijdig en komt operatie niet
meer in aanmerking. De behandeling is dan
veel moeilijker: de genezingskans is veel
kleiner en eischt veel meer tijd.
Een ander modern en machtig hulpmiddel
op het gebied der urinewegen is het onder
zoek met Röntgenstralen; hierbij kan men
aanvangen met gewone overzichtsfoto's der
urinewegen waardoor men georiënteerd kan
worden t o.z. van de aanwezigheid en de
plaats van diverse steenen in de urinewegen.
Ervaring en voorzichtigheid bij de beoor
deeling der verkregen beelden is daarbij
noodzakelijk. Vaak is dit onderzoek zonder
verdere hulpmiddelen onvoldoende en be
hoort dit Röntgenonderzoek op bijzondere
wijze te worden gecombineerd met de ure
terencystoscopie tot de z.g. retrograde Pye-
lographie. Ook kan men bepaalde contrast
stoffen in de bloedsbaan inspuiten welke dan
langs de urinewegen worden uitgescheiden.
Dit kan dan ook weer op een Röntgenplaat
worden vastgelegd. Deze fraaie methode, de
z.g. intraveneuze Pyeiograp'hie, is nog slechts
enkele jaren mogelijk en wordt als een be
langrijke aanwinst beschouwd in het Rönt
gen bedrijf. De hulp van de Röntgenstralen
en andere aethertrillingen in de geneeskunde
is tegenwoordig zoo onmisbaar en veelzij
dig dat ik in mijn volgenden brief speciaal
de beteekenis van de Röntgenologie nader
hoop te bespreken.
P. N. N.
@00000^
VOOR DEN POLITIERECHTER
TE ALKMAAR.
Zitting van Maandag 23 Juli.
EEN KLEPTOMANISCH
VERZAMELAAR.
De politierechter had heden slechts
één zaak op zijn vacantieagenda en de
eenige beklaagde in deze zaak was de
26-jarige handelsreiziger Jan Willem
M., geb. en wonende te Gouda, welke heer
blijkbaar zwaar kleptomisch aangelegd,
in verschillende plaatsen van Nederland
zich wederrechtelijk had toegeëigend div.
foto-artikelen, uitsluitend voor zijn ver
zameling en niet met het doel de baten
van zijn rooflust zich toe te eigenen. Een
geheele theekist vol van dergelijke arti
kelen was heden ter zitting aanwezig,
doch de verdachte stond slechts terecht
ter zake diefstal van een belichtings
meter en 'n statief, door hem buit ge
maakt te Enkhuizen op 23 April. De be
lichtingsmeter wist hij in te pikken in
den winkel van den heer A. C. M. van
Rossem aldaar en het statief bemach
tigde hij bij den heer B. Reekers. De
jonge man had nog moeite gedaan om
zich te bekwamen als apothekers-assi s-
Donderdag 26 Juli.
HILVERSUM. 1875 M. (AVRO-
uitz.) 8.Gr.pl. IC.Morgenwij
ding. 10.15 Gr.pl. 10.30 Aeolian-
kwartet. 11.Voordr. door Julia
de Gruyter. 11.30 Verv. kwartet-
concert. 12.Nieuwe Amst. Or-
kestvereen. olv. N. v. d. Linden.
2.30 Voordracht W. Hunsche. 3.—
3 45 Gr.pl. 4.Voor de zieken.
4.30 Pianoconcert d. Gerda Broek
huizen. 5.Voor grootere kinderen
5.30 Kovacs Lajos en zijn orkest.
6.30 Sportpraatje H. Hollander.
7.Gr.pl. 7.35 Dr. Ir. S. Leurs:
Vlaanderen als Toeristen land. 8.
Vaz Dias. 8.05 Aansl. met „Royal"
te Arnhem: Ensemble Pali. 8.30
„Kentucky Singers''. 8-45 Radiotoo
neel: „Wordt vervolgd" of „De
onthoofding van Lontje" blijspel
van J. Bastia. Leiding: Kommer
Kleyn. 9.15 Vervolg zang. 9.30
Orgelconcert P. Palla, mmv. Boris
Lensky, viool. 10.Kovacs Lajos
en zijn orkest. 11.Vaz Dias
11.10—12.Aansl. met „De
Vereeniging" te Nijmegen. Concert
door Bob White en zijn orkest.
HUIZEN, 301 M. (8 —10.— en
11.2.KRO, de NCRV van
10.—11.— en 2.—11.30 uur). 8.—
9.15 en 10.— Gr.pl. 10.15 Morgen
dienst olv. ds. J. v. d. Woude. 10 45
en II.Gr.pl. 11.30 Godsd. half
uur. 12.152 Orkestconcert. 2.
'Cursus fraaie handwerken. 3.
Voor de vrouw. 3.303.45 Gr.pl.
4.Bijbellezing door ds. J. C. H
Romijn, mmv. J. H. en H. Smit
Duyzentkunst, zang en orgel. 5.
Handenarbeid voor de jeugd. 5.30
Zang door mevr. S. BothHaas,
mmv. Jeanne Landré, piano en gr.
pl. 6.45 Causerie. 7.Politieber.
6 Ned. Chr. Persbureau. 7.15 Gr.
pl. 7.30 Weekoverzicht. 8.Gr.pl.
8.15 Bachconcert. Leo Mens, orgel
en Sam Swaap, viool. 9.30 Lezing
over „Onderhoudsplicht". 10.
Vaz Dias. 10.1011.30 Gr.pl.
DAVENTRY, 1500 M. 10.35 Mor
genwijding. 12.20 Het Rutland
Square en New Victoria-orkest olv
N. Austin. 1.20 Grpl. 2.20 Wes
tern studio-orkest olv. Thomas. 3.20
Vesper. 4.10 Concert door D. Da-
vid, sopraan en F. Porter, tenor
4 35 Het Belfaster Omroeporkest
olv. E. G. brewn. 5.35 Kinderuur
6.20 Ber. 6.50 Orgelspel R. Dixon.
7 20 Het Belfaster Omroeporkest
olv. Brown, mmv. A. V. Frogatt,
bariton. 8.20 Revue-progr. „The
Air-Do-Wells" 9 20 Ber. en lezing.
10.Concert door D. Helmricn,
alt en W. Primrose, viola. 10.50
Korte dienst. 11.0512.20 Joe Loss
en zijn band.
PARIJS, (RADIO-PARIS) 1648 M.
7.20 en 8.20 Gr.pl. 10.35—11.50
Orkestconcert 12.50 Pascal-orkest.
8 20 Kamermuziek. 10 50 Dansmu
ziek.
KALUNDBORG, 1261 M. 12.20
- .20 Strijkorkest o.l.v. Andersen.
3.505.50 Omroeporkest o. 1. v.
Mahler. 820 Orgelconcert O-
Ringberg. 8.40 Omroeporkest olv.
Mahler. 9.20 en 10.05 L Preil's in
strumentaal ensemble. 10.45 L.
Preil's dansorkest 11.30 Accoi-
deonconcert door L. Bobula. 11.45
12.50 Vervolg dansmuziek.
KEULEN, 456 M. 5.50 Gr.pl.
6 45 Orkestconcert olv. Fliegner.
12.20 Gr.platen. 1.20 Weragkamer-
orkest olv. Breuer. 4.20 Kwintet-
concert. 535 Kamerconcert. 7.20
Omroeporkest olv. Kühn. 8 35 „In
termezzo", spel van Schnura. 9.20
Pianorecital E. Grape. 10.50 Con-
eert
ROME, 421 M. 8.30 Gr.pl. 9 05
Concert mmv. orkest en Yehudi Me-
nuhin, viool en T. Rosati, cello.
BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.:
12.20 Gr.pl 1.30-2.20 M. Alexys'
orkest 5.20 Radio-Symphonie-
orkest olv. Kumps. 8.20 Salon
orkest. 10.30—11.20 Gr.pl. 484
M.: 12.20 Max Alexys' orkest 130
2.20 Gr.pl. 5.20 Max Alexys'
orkest. 6.35 Salonorkest. 8.20 Fan-
fmeconcert. 9.35 Radio-Symphcmie-
orkest olv. Kumps. 10.40—11.20
Gr.pl.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571
M. 8.35 Rijkszending uit Leipzig:
„Intermezzo", spel van Schnura,
muziek van Müller. 9.20 Dansmu
ziek door Robert Gaden en zijn
orkest. 10.20 en 11.05 Ber. 11.20—
12.20 Vervolg dansmuziek.
GEMEENTELIJKE RADIO
DISTRIBUTIE.
Lijn 1: Hilversum.
Lijn 2: Huizen.
Lijn 3: Lond. Reg. 10.35
10.50, Daventry 10.50—11.20,
Lond. Reg. 12.20—16.10, Daventry
16.10—17.35, Lond. Nat. 17.35—
19.20, Daventry 19.20—24.—.
Lijn 4: Keulen 10.3518.20,
München 18.2018.50, Keulen
18 50—19.20, Deutschl.s. 19.20—
20.35, Leipzig 20.35—21.20,
Deutschl.s. 21.2024.
tent, doch zijn geestelijke capaciteiten
schenen niet voldoende. Althans hij
bracht het niet verder dan tot handels
reiziger met een onbeduidend debiet.
Den laat6ten tijd was hij vertegen
woordiger voor een fabriek van verpakte
geneesmiddelen.
Toen vertoonden zich de verschijnselen
van zijn zonderlinge kleptomanie, die
hem op het zondaarsbankje brachten.
Aangezien de corpora delicti momen
teel onvindbaar waren, kortte de presi
dent practisch en aangenaam den tijd,
noodig voor de opsporing dezer onmis
bare artikelen, met het informeeren naar
de interne neigingen van den ver
dachte foto-maniak. Daarop werden ge
hoord de getuigen, in de eerste plaate de
heer van Rossum, wiens winkeljuffrouw
aan verdachte had verkocht 50 gr. na
trium sulfide. Na zijn vertrek werd
gemist de belichtingsmeter. De officier
beschouwde deze bestelling als 'n aflei
dingstruc! Bij den fotograaf Barend
Reekers aan den Visschersdijk had ver
dachte ook al weer natrium sulfide in
geslagen en meteen de gelegenheid be
nut zich in het bezit van een z.g. dwerg
statief, ter verkoopswaarde van 18, te
stelten.
Het viel niet gemakkelijk, tot de ver
borgen diepte en het karakter van den
eeuwen was het zoo slecht geweest en elke
verandering kon slechts verbetering brengen.
Ellendiger zou de toestand nooit kunnen wor
den in aeze streken.
Velen, die door eigen schuld of die van an
deren naar den zelfkant van het leven wa
ren afgegleden, boeren en burgers, werden
soldaat, zochten brood en vergetelheid.
Maar Saxon nam alleen de allerbesten en
weldra was het een grooie eer onder hem te
mogen dienen.
Als Saxon 's avonds in zijn kwartier te
ruggekeerd was en met zijn officieren de ge
beurtenissen der laatste dagen besprak of de
mogelijkheden voor een nieuwe onderneming
overlegde, kwam voor een korten tijd zijn
oude vroolijkheid terug. Dan ging de jong
ste vaandrig ijverig rond om de roemers te
vullen, dan glansden de oogen, dan door
leefden zij opnieuw de dikwijls al te stoutmoe
dige avonturen.
„Het geluk, is bijna altijd onze krijgska-
meraad", beweerde Von Holm. „Veroorloof
mij, overste, drie malen af te kloppen", en
hij sloeg drie keer met den knop van zijn
zwaard op de tafel om de booze geesten de
gelegenheid te ontnemen misbruik te maken
van zijn onvoorzichtige verklaring. „Schijn
baar toevallige omstandigheden wijzen ons
dikwijls den juisten weg. Toen we gisteren
dat groote transport hebben buit gemaakt
en naar het kamp terugreden, meer gelijken
de op veehouders dan op Saxon's ruiters, pas
seerde ik de plaats, waar 's morgens in het
bosch een boer stond te graven. Hij had ons
de inlichtingen verschaft, die ons de Pappen
ïeimers deed ontmoeten. Ik sprong van het
paard. Geen enkele reden was er te bespeu
ren, waarom die vriend daar 's morgens
stond te graven".
Zoo gaat het altijd", antwoordde een der
andere Zweedsche officieren. „Als ik een
boer, een koopman of een zwerver tegenkom,
denk ik steed:: „Zeker een vriend die mij de
een of andere waardevolle aanwijzing kan
geven" en bijna altijd kom het uit".
„Wij hebben beslist talrijke vrienden",
stemde Melchior toe. „Gisteren ontmoetten
we een zwerver die vroolijk fluitend langs
den weg liep. Ik reed op hem af en vroeg:
„Vriend, heb je ook misschien iets gezien van
de Pappenheimers?"
„Kapitein", luidde het antwoord, „geluk
kig niet, ik ben een vreedzame reiziger. Maar
in de herberg heb ik gehoord, dat er uit Hal-
Ie een groot graantransport onderweg moet
zijn. Als u bij Dessau de rivier oversteekt,
zou u achter Quellendorf kans hebben ze te
ontmoeten. Het escorte is echter zeer sterk"
„Hoe groot?" vroeg ik.
„Hoe zou ik dat weten", klonk zijn be
scheid. „Zeker over de honderd ruiters".
„Dank u zeer, mijn onwetende vriend",
antwoordde ik.
Hij lachte en zei: „Kapitein Melchior. Ga
met God, maar rijd vlug. U hebt nog eenige
uren voor den boeg. Het is een gevaarlijk
waagstuk, maar met uw tachtig ruiters van
Saxon zult u het kunnen klaarspelen. Als u
echter iemand mocht ontmoeten, die u doet
denken aan mageren Hein, rijdt dan als de
weerlicht naar Dessau terug. U weet heeren
dat die overval schitterend is gelukt"
„Zeker", antwoordde Saxon. „Von Pappen
heim zorgde voor een uitstekend spionnage-
stelsel, maar onze vrienden schijnen van al
les op de hoogteSaxon wilde nie
mand in zijn vertrouwen nemen, doch hij
zelf had sinds het begin van zijn strooptoch
ten begrepen, dat zijn oude vriend, de vreem
deling, hem en zijn onderbevelhebbers volle
dig op de hoogte hield van alle bewegingen
der keizerlijke troepen.
„En nu, heeren de laatste roemer".
Het was laat, toen de officieren afscheid
namen.
Toen Saxon zijn tent binnentrad was alle
opgewektheid geweken. Als door de aanra
king van de hand van den booze viel een groo
te eenzaamheid op hem neer. Hij zette zich
in een grooten leunstoel, schonk zich een hoo-
gen beker wijn in en zijn gedachten keerden
terug naar Marion.
Wat beteekende oorlogsgeluk, wat over
winningen? Zijn leven zou verder eenzaam
zijn en hij was alleen met zijn bittere smart
Als hij aan 't koele afscheid terugdach voelde
hij dat er in zijn hart geen rede kon zijn voor
de minste hoop. Zij zou nu zeker reeds de
vrouw zijn van een ander. En toch, ze had
hem gezoend en liefste genoemd. Weer
schonk hij den beker vol, maar ook de wijn
bracht geen vergetelheid.
Hij greep de luit van den wand; de liefjes,
die hij voor haar had gezongen, kwamen hem
weer voor den geest en hij hoorde weer haar
spottende woorden voor het onweer.
Niemand op de geheele wereld zou hem
kunnen helpen, zelfs niet zijn vriend de
vreemdeling.
jongen man toegang te krijgen, vermeen
de de officier. Ook vertoonde hij andere
ongewenschte karaktereigenschappen.
De officier wees nog op de voor verdach
te gunstige omstandigheden, dat hij een
goedgezinde vader heeft en zijn betrek
king weer terug kan krijgen.
Ten slotte requireerde de officier 6 maan
den gevangenistraf voorwaardelijk met 3
proefjaren en op te leggen bijzondere voor
waarden.
Mr Schenkeveld, verdediger, wist aan
verdachte te ontlokken, dat de inkoop van
het natrium diende als middel om het doel
diefstal te bereiken.
Met dezen stand van zaken wenschte de
pol.-rechter niet direct vonnis te wijzen en
stelde de verdere behandeling uit tot a s
week. Een voorw. veroordeeling is recht,
maar een voorrecht, 'n genade vermeende de
pol.-rechter, daarmede moet men niet licht
vaardig omspringen.
Hierop arriveerde de inmiddels ontboden
heer Wiggers, die verklaarde niet geheel
voldaan te zijn over het door anderen sa
mengestelde rapport en vermeende, dat een
psychiater de aangewezen deskundige was
voor een juiste beoordeeling. Toch zou de
heer Wiggers prijs stellen op een directe be
rechting.
Mr. Schenkeveld bepaalde zich thans tot
enkele woorden voornamelijk ten doel heb
bende den officier te huldigen voor zijn va
derlijke zorg en bemoeiingen ten opzichte
van den verdachte, die voor het overige op
voortreffelijke wijze werd bemoederd door
den heer Wiggers. Voorts bracht pleiter ook
Het leven had voor hem geen waarde
meer Roekeloos zocht hij den dood maar geen
zwaardslag trof, geen kogel raakte hem.
Onbewust vonden zijn vingers de snaren
en zachtjes begon hij de luit te tokkelen. De
eenvoudige melodie klonk zeer droevig. De
woorden waren een weerklank van het laat
ste lied, dan hij voor Marion had gezongen,
den middag vóór het onweder, toen zij zijn
leven had gered.
Liefste, den dag van het droevige scheiden.
Boog ik vol smarte het hoofd.
Daar er geen toekomst meer was voor ons
[beiden,
Hoop in het hart was gedoofd.
Liefste, toen week al het licht uit mijn leven
Koel ben je van mij gegaan.
Waarom je hand niet iets langer gegeven.
Slechts voor een zoen en een traan?
Liefste, waarom?
Liefste, den dag van het droevige scheiden
Toen al mijn vreugde verdween,
Lente noch zomer mij meer kon verblijden.
Nergens de zonne meer scheen.
Liefste, toen week al het licht uit mijn leven
Koel ben je van mij gegaan.
Waarom je hand niet iets langer gegeven,
Slechts voor een zoen en een traan?
Liefste, waarom?
Zijn oogen sloten zich. De luit gleed van
zijn knieën. De slaap breidde zijn vleugels
over hem uit.
(Slot volgt).'