ALKMAARSCHE COURANT
UIT MET PARLEMENTAIRE LEVEN.
HONIG'S
EEN EERESCHULD.
BOUILLONBLOKJES thans 6 voor lOct
QemeetUeeaden
feuilleton
A ZATERDAG 8 SERTEMBER 1934
HEILOO.
IX
Interrumpeeren.
Tot de meeet-voorkomende verschijn
selen in het moderne parlement behoort:
de interruptie
De interruptie is een van de grond
stoffen van het huidige debat.
Toch:
interrupties zijn verboden. Het staat
uitdrukkelijk in het Reglement van Or
de. Nu ja. Een Hollander, én verbieden.
Loopen we niet bij voorkeur links, als
we rechts moeten kuieren? Hengelen
we niet het liefst in verboden vischwa-
ter? Zijn wij, mannen, in ons leven niet
het felst verliefd geweest op het meisje,
dat ons niet hebben wou? En omge
keerd. Zoo is de mensch zoo is met
name de Hollander. Onze voorvaderen
hebben 80 min 12, dat is dus 68 jaar
achtereen voor de vrijheid gestreden, en
zouden wij ons dan iets laten verbieden?
En dus interrumpeert men er in de
Kamer lustig op los, en sommige ver
gaderingen lijken werkelijk op een ver
zameling interrupties, met een paar
redevoeringen er tusschen.
Het funest is natuurlijk, dat een voor
zitter aan een interruptie niets kan
doen, dan nadat ze uitgesproken is.
Dan kan hij vermanen en beknorren.
Maar dat doet hij ook al niet meer, of
h«t moet een erg onhartelijke interrup
tie zijn. Kan zij er mee door, dan deelt
hij niet eens meer een vermaning uit.
Zoo hebben de interrupties burgerrecht
verkregen in het parlementaire debat.
Nu kan niemand tegenspreken, dat een
aardige interruptie olotseling kleur en
gloed aan het debat vermag te geven!
Als een vuurpijl boven een donker land
schap Een interruptie moet inderdaad
zoo iets als een vuurpijl zijn. Met licht.
Met kleur. Met wat geknetter. Zij moet
inslaan. Zij moet een beetje deining ver
oorzaken. Een interruptie die mislukt,
waar niets in zit, is een blamage voor
dengene, die haar bezigde. Daarom is
goed interrumpeeren een heel aparte
kunst, die slechts weinigen verstaan.
De goede interruptie is een sterk wapen.
Zij kan een heel betoog onderste-boven
gooien. Van vroeger herinner ik mij de
Stuers en Thomson. Die verstonden de
interruptie-kunst tot in de perfectie. De
Stuers deed het scherp, vlijmend.
Thomson meer geestier en gemoedelijk.
Tegenwoordig is het Ketelaar, die, als
bij interrumpeert, het altijd goed doet.
Slagvaardig en raak. Maar de grootste
interruptiebooswicht uit latere jaren is
Duys. Die heeft al heel wat afgeinter-
rumpeerd. Dikwijls wat grof, maar ook
dikwijls geestig en bijzonder raak, zoo
dat de Kamer in een gullen schaterlach
schoot.
En zooals gezegd: iedereen doet het
tegenwoordig. De interrumptie is ge-
meen-goed geworden.
0! wat zouden de brave afgevaardig
den van een halve eeuw hier staan kij
ken, wanneer ze nog eens een vergade
ring van ons Lagerhuis konden mee
maken.
at zou ieder zoo n interruptie zijn
als een steek door hun hart, en hoe zou
den ze zich reppen om weg te komen uit
dezen oratorischen Augiusstal.
W ant als men de Handelingen uit
vroegere jaren openslaat, dan ziet men
als het ware geen interrupties. De in
fectie was er nog niet. Er werd braaf
geluisterd en er werd correct, d.w.z. per
redevoering, tegengesproken. Maar ook
hier heeft de democratie verandering
gebracht. De democraten, die regelrecht
uit de volksmeeting kwamen, uit de
stampvolle zalen met bewogen debat en
heetgebakerde debaters, hebben de in
terruptie naar het parlement overge
bracht. En nu is het artkel niet meer
weg te krijgen.
In de Eerste Kamer, waar de demo
cratie veel later binnen kwam, heeft de
oude atmosfeer zich het langst gehand
haafd maar ook daar is nu de interrup
tie binnen gedrongen, zij het nog niet
zco erg a aan de overzijde.
In den Senaat is het Mendcls, de
knappe spreker, de scherpzinnige adv>
caat, die met z n sterke, geestige inter
rupties menig debat opfrischt, mcn.'g
tegenstander raakt.
iy<t goede interruptie is e»»n sterk wa
pen. Zij mort op het juiste oogenbük
komen, onmiddellijk worden geplaatst,
snel en vaardig; zij moet kort maar
krachtig zijn; geestig, sarcastisch, maar
er moet inhoud in zitten. De goede in
terruptie is een argument in den meest
perfecten vorm, en vandaar dat zij, op
het juiste oogenbük geplaatst, een heel
betoog pardoes onderste-boven kan
gooien. Dit neemt niet weg, dat er heel
wat slechte en verkeerde interrupties
worden gebruikt en dat het interrum
peeren soms tot een bepaald misbruik
wordt.
Maar het is er nu eenmaal. En ver
dwijnen doet het niet meer.
Trouwens:
het is niei noodig dat het verdwijnt,
mits er met mate geïnterrumpeerd
wordt, en goed.
Dan zou het misschien zelfs nuttiger
ziin om de redevoeringen af te schaffen
en de interrupties te houden.
D HANS.
De gisteravond gehouden raadsverga
dering. werd niet bijgewoond door de heeren
De Jager en Schuy t," die bericht adden ge
stuurd van verhindering.
Een jubilaris.
De voorzitter sprak een woord van
welkom, speciaal tot den heer Maas Geeste
ranus, dien hij juist 25 jaar geleden ge
ïnstalleerd had als raadslid. Spr. wees erop,
dat de heer Maas Geesteranus zich wel
altijd een goed raadslid had getoond, blijkens
het steeds vernieuwen van zijn mandaat door
de kiezers. Daarbij kwam dat de raadsleden
hem de laatste 18 jaar telkens weer aanwezen
voor een wethouderszetel.
Spr. ging na, hoe 25 jaren geleden de ge
meente nog slechts 2000 inwoners telde en
nu reeds bijna 6000, een uitbreiding, die
voor een groot deel te danken is aan het
beleid van den heer Maas Geesteranus, die
steeds aan de koorden der beurs trok en er
voor wist te zorgen, dat de financiën der ge
meente altijd in goeden staat verkeerden.
Spr. hoopte, dat de heer Maas Geeste
ranus nog vele jaren lid van den raad mag
zijn en bood hem namens den raad een
zilveren aschbak aan.
De heer Maas Geesteranus was
verrast door de huldiging. Hij verzekerde,
dat het raadslidmaatschap hem steeds veel
voldoening had geschonken en hocpte nog
het een en ander voor de gemeente te kunnen
doen. (Applaus).
Alle ledien sloten zich aan bij de woorden
van gelukwensch van der. voorzitter.
Ingekomen stukken.
Van Ged. Staten waren verschillende stuk
ken ingekomen met goedkeuring van ge
nomen raadsbesluiten.
Voorts o.a bericht, dat de gemeente
f 8850 krijgt uit het wegenfonds voor den
weg naar het N.-Holl. Kanaal (over 1933) en
f 800 voor den weg naar de Egmonden
(over 1934).
Alle stukken werden voor kennisgeving
aangenomen.
Verbetering voetpad langs een
gedeelte van den Rijksstraaatweg
(HeilooërdijkOude tol).
In verband met een schrijven, dat enkele
dagen geleden van den hoofdingenieur van
den rijkswaterstaat te Alkmaar is ont
vangen en dat mede betrekking heeft op bo
vengenoemd onderwerp, gaven B. en W. in
overweging het adres van den heer C. de
Haas, om verbetering van het voetpad aan
den Rijksstraatweg thans aan te houden.
De voorzitter geloofde, dat er een
gunstige oplossing zal kunnen worden ge
vonden.
Goedgekeurd.
Belasting op paarden.
De Kennemer Rijsociteit verzocht om te
bepalen, dat voortaan in de gemeente Hei-
loo geen personeele belasting zal worden
geheven naar den grondslag „paarden".
Hoezeer B. en w. het op prijs stelden
dat de paardensport in toenemende maté
wordt beoefend, kan h. i. thans om finan-
cieele redenen, in het bijzonder met het oog
op de consekwentie's die aan een dergelijk
besluit verbonden zijn, niet tot het prijsge
ven van inkomsten worden overgegaan.
Zij stelden daarom voor afwijzend op het
verzoek te beschikken.
Goedgekeurd.
Personeele belasting voor koffie-
huisbedrijven.
De Ned. r. k. bond van hotel-, café- en
restauranthouders en slijters verzocht om
vermindering van personeele belasting voor
koffiehuis-bedrijven.
Dit onderwerp maakte reeds meerdere ma
len een punt van bespreking in den gemeen
teraad uit, waarbij steeds 't standpun'. werd
ingenomen, dat er geen aanleiding bestaat
om tot de gevraagde vermindering te beslui
ten.
Er zijn ons, zeide B. en W. in hun prae-
advies, geen omstandigheden bekend, welke
sedert uw besluit zijn opgetreden, die aanlei
ding zouden kunnen geven om het ingeno
men standpunt te verlaten. Integendeel be
letten de financien meer dan ooit om inkom
sten prijs te geven.
Het college gaf daarom in overweging
afwijzend op het verzoek te beschikken.
Goedgekeurd.
Adres inzake verbreeding en
beharding van een gedeelte weg.
Onlangs werd door mevr. C. Stikkel
v d. Kommer e.a. aan B. en W. verzocht
om te bevorderen, dat het gedeelte weg, ge
legen in het verlengde van de Kerkelaan,
langs het terrein toebehoorende aan eerste
adressante, van een beharding zal worden
voorzien.
In overeenstemming met het advies der
wegencommissie antwoordden B. en W., be
reid te zijn aan bet verzoek te voldoen, mits:
a. het wegvak op een breedte van 10 M.
zou kunnen worden gebracht en de grond,
voor die verbreeding benoodigd, gratis aan
de gemeente zou worden afgestaan;
b. dat het wegvak vanaf den Westerweg
tot de afbuiging van den weg in noordelijke
richting verbreed en behard zou worden;
c. dat door belanghebbenden het 2/3 ge
deelte van de kosten van aanleg, beharding,
beplanting en c.q. rioleering zou worden
gedragen.
Belanghebbenden verzochten daarop, dat
het 2/3 gedeelte der kosten voor rekening
der gemeente wordt genomen.
B. en W. stelden dat verzoek opnieuw in
handen van de wegencommissie.
In overeenstemming met het van haar ont
vangen advies zijn B. en W. van meening,
dat er geen aanleiding bestaat om een
grooter deel dan 1/3 voor rekening der ge
meente te nemen. De beharding is vrijwel
alleen wenscheb'jk om ter plaatse bouwter
rein in exploitatie te kunnen brengen. Alleen
het feit, dat het een bestaande openbare weg
betreft, geeft het college aanleiding om
voor te stellen 1/3 van de kosten voor ge
meenterekening te doen komen, doch daar
mede is h.i. de uiterste grens bereikt.
B. en W. stelden voor te besluiten hen te
machtigen aan adressanten te berichten, dat
aan verbreeding en beharding van het be
doelde weggedeeltt zal worden medegewerkt,
op de voorwaarden als boven omschreven.
De heer G r e e u w vroeg im een nadere
kostenberekening. Hij zou willen weten hoe
groot dat één derde deel voor de gemeente
is Dat kan voor den raad nog wel eens *e
hoog zijn.
De voorzitter kon het verzoek billij
ken. In dit geval zullen de kosten niet te
zwaar worden voor de gemeente.
Wethouder O p - a m had het verzoek niet
als serieus beschouwd, zoodat er geen juiste
begrooting is gemaakt. Hij geloofde niet dat
de kosten zeer hoog zullen worden.
De heer K o s t e 1 ij k meende, dat het
werk misschien wel in eigen beheer kan wor
den uitgevoerd.
De heer Keesman vroeg om rekening
te houden met de rooilijn.
De voorzitter zei, dat dit al was ge
beurd.
Het voorstel werd goedgekeurd.
Verkoop bouwterreinen.
Door de volgende personen is, voor zich of
voor hunne lastgevers, verzocht te mogen
koopen
G. van Steeg een perceel bouwterrein aan
den westelijken weg naar het bosch (west
zijde van het pleintje) ter breedte van onge
veer 9 M. voor 3 50 per M2.;
Jb. Kaandorp één perceel bouwterrein,
naast het bovenbedoelde en twee perceelen
aan den middelsten weg naar het bosch,
elk perceel breed ongeveer 9 M., eveneens
voor 3.50 per M2.
Elk perceel is bestemd voor den bouw van
één eengezinswoning.
B. en W. stelden voor te besluiten tot
verkoop van de gevraagde terreinen, onder
voorbehoud van het verkrijgen van overeen
stemming over de te bouwen woningen en
verder onder de bekerde voorwaarden.
Goedgekeurd.
Opheffing van de borgstelling
van C. van Niekerken.
Nu de rekeningen van het G E. B. over de
jaren 1932 en 1933 door Ged. Staten zijn
vastgesteld, behoort de borgstelling van den
voormaligen administrateur van het G. E.
B te worden opgeheven.
B. en W. stelden voor daartoe te besluiten
Goedgekeurd.
Salaris administrateur van het
O. E. B.
De commissie van bijstand voor het
G. E. B. deelde B. en W. mede, van oordeJ
te zijn, dat de jaarwedde van den administra
teur te laag is. Zij stelde voor daaraan tege
moet te komen, door hem met ingang van 1
Augustus 1934 iwee periodieke verhoogingen,
elk groot 100 netto te kennen en de vol
gende periodieke verhoogingen te doen
ingaan in 1935 en 1936.
De jaarwedde van den administrateur werd
vastgesteld in 1930. toen het bedrijf 1312 aan
sluitingen telde. De toenmalige administra
teur genoot reeds dadelijk het maximum
salaris ad f 2200.
De jaarwedde, welke de administrateur
thans ontvangt, bedraagt 1800 netto, hoe
wel^ het aantal aansluitingen is gestegen tot
1795 en sedert de aanstelling van den tegen-
woordigen administrateur reeds met 2131 is
toegenomen. Voorts geeft het stijgend aantal
aansluitingen veel arbeid door verzwaring en
verbouw van het net c q. andere te nemen
maatregelen. De geldelijke verantwoording is
ook zeer beduidend toegenomen.
B. en W. deelden de meening van de com
missie en stelden voor overeenkomstig haar
voorstel te besluiten
De heer Keesman zou het voorstel van
de agenda willen afvoeren en bij de begroo
ting opnieuw behandelen. Dan zullen meer
dere salarissen worden besproken. Er dient
in het georganiseerd overleg over te worden
gesproken.
De voorzitter was het hier niet mee
eens, omdat de gemeentebegrooting afzon
derlijk staat van het G. E. B
De beer V a h 1 was het eens met den heer
Keesman en herinnerde aan de steeds door
den voorzitter gevolgde lijn om salaris
kwesties bij de begrooting te behandelen.
De heeren G ree uw en Keesman
meenden, dat in den gedachtengang van
den voorzitter thans ook wel de jaarwedden
van de lijnwerkers zouden kunnen worden
besproken.
De heer K o s t e 1 ij k had aanvankelijk
gedacht, zooals de heer Keesman maar had
zich laten bepraten. Gehoord de besprekingen
in den raad, gaf spr. in overweging het idee-
Keesman aan te nemen.
De heer Maas Geesteranus, voor
zitter van het G. E B., kon zich hiermee wel
vereenigen.
B. en W. namen hierop hun voorstel terug,
om het bij de begrooting wed^r aan de orde
te stellen.
Verbreeding Schuine Honds-
bosschelaan.
De heeren J. de Haan en J. Glas hebben
zich bereid verklaard om gratis aan de ge
meente af te staan gedeelten grond, gelegen
langs de Schuine Hondsbosschelaan, ter ver
breeding van den openbaren weg ter
plaatse.
B. en W. stelden voor te besluiten op dit
aanbod in te gaan.
Na korte bespreking goedgekeurd.
Verkoop van een uitweg naar
den nieuwen weg naar de Eg-
monden.
Het r. k. Oude Armenkantoor te Amster
dam verzocht als eigenaresse van een per
ceel land, in den Maalwaterpolder nabij
den nieuw aangelegen weg, te willen bevor
deren, dat een uitweg verleend wordt, waar
door bedoeld perceel via den nieuwen weg
te bereiken is. De eigenaresse zou gaarne de
zekerheid verlangen, dat de uitweg te allen
tijde blijft bestaan, met het oog waarop ver
koop van den voor den uitweg benoodigden
grond de meest zekere vorm wordt geacht.
Tegen inwilliging van het verzoek bestaat
bij B. en W. geen bezwaar, terwijl gegadig
de bereid is een behoorlijken koopprijs voor
den grond te betalen.
B. en W. stelden daarom voor te besluiten
aan voornoemde eigenaresse te verkoopen
een gedeelte grond lang 80 M., breed 5 M.
(gelegen langs óe «loot) tegen f 0.30 per
M2 en een gedeelte lang 40 M., breed 5 M.
voor 1 per M2.
De heer K o s t e I ij k wees erop, dat de
sloot ter plaatse door de gemeente is be
taald met 240. Dit bedrag behoort door
adressante te worden vergoed; ook zou een
voldoende afscheiding door adressant moe
ten worden aangebracht.
De voorzitter geloofde dat adressant
hiermede wel accoord zal gaan.
Het voorstel, aangevuld als door den heer
Kostelijk bedoeld, werd hierop goedgekeurd.
Verruiming van de verkoop
gelegenheid op Zondag.
In de Wet van 27 Juli tot wijziging der
winkelsluitingswet 1930 is de mogelijkheid
geopend om ten aanzien van een vijftal ca-
tegorieën winkels een regeling te doen toe
passing vinden, waarbij de verkoopgelegen
heid op Zondag eenigermate wordt ver
ruimd.
Bedoelde regeling zal slechts dan toepas
sing kunnen vinden, indien en voor zoover
de gemeenteraad verklaard heeft van oor
deel te zijn dat de tegenwoordige buitenge
wone omstandigheden daartoe aanleiding
geven
Ingevolge artikel 5, derde lid, der Wijzi
gingswet, hetwelk voorschrift dat een der
gelijke verklaring niet kan worden afgelegd
dan nadat belanghebbenden uit het bietrok
ken bedrijf zijn gehoord, hebben B. en W.
zich tot de desbetreffende winkeliers ge
wend, met het verzoek zich vóór of tegen een
dergelijke verruiming te willen verklaren.
In antwoord daarop hebben 26 winkeliers
zich vóór en 3 tegen een verruiming ver
klaard, terwijl van 16 aangeschrevenen geen
antwoord is ontvangen.
Voorts hebben zij van de K. v. K. en F.
voor Hollands Noorderkwartier te Alk
maar een adres ontvangen, waarin wordt
verzocht het verruimen van de verkoopgele
genheid op Zondag voor de in de Wet ge
noemde groepen van winkeliers te willen be
vorderen.
De meerderheid van B. en W. was van
oordeel dat het naar aanleiding van het
vorenstaande wenschelijk is gebruik te ma
ken van de gegeven bevoegdheid.
Aangezien artikel 2 der meergenoemde
wijzigingswet bepaalt dat thans van kracht
zijnde verordeningen, als bedoeld in artikel
6 en 9, eerste lid, der winkelsluitingswet
1930, uiterlijk na verloop van zes maanden
na het tijdstip van inwerkingtreding der
wijzigingswet zullen ophouden te gelden en
naar de meening van B. en W. de redenen,
die hebben geleid tot de door den raad op
11 Mei 1932 vastgestelde winkelsluitings
verordening ongewijzigd van kracht zijn ge
bleven, stelden zij tevens voor tot hernieuw
de vaststelling van die verordening over te
gaan, waartoe zij een concept-verordening,
waarbij rekening gehouden is met de gewij
zigde winkelsluitingswet, aanboden.
Wethouder Opdam (de minderheid in
B en W.) zei, dat de winkeliers geen schade
hadden van de Zondagssluiting, meer van de
verminderde koopkracht der bevolking. Bij
aanneming van het voorstel zouden zij niet
méér verdienen, alleen zouden zij voor het
zelfde bedrag zeven dagen moeten werken
De voorzitter geloofde, dat meerdere
gelegenheid tot koopen een grooteren omzet
voor de winkeliers zal brengen. Mocht dat
niet zoo zijn, dan zullen zij zeker wel weer
tot sluiting overgaan.
De heer K o s t e 1 ij k had jaren geleden,
toen hij nog een winkel had, de Zondags
sluiting toegejuicht.
Verzoeken om langer openstelling spruiten
naar spr.'s meening grootendeels voort uit
neringzucht.
De heer Dekker vroeg zich af of de
gemeenteraad méér dan de groote midden
standsbonden bevoegd is te beslissen over
eventueele langer openstelling der winkels.
Die bonden drongen op verruiming van den
verkoop aan. Spr. zelf was »r ook vóór uit
een oogpunt van vreemdelingenverkeer.
De secretaris wees erop, dat niet
alle winkels van de wetswijziging kunnen
profiteeren, omdat het alleen gaat over die
zaken, waar uitsluitend of in hoofdzaak
visch, fruit, brood, banket suikerwerk,
chocolade of tabaksartikelen worden ver
kocht.
Spr. las de lijst voor van de namen van
hen, die zich vóór de verruiming hebben uit
gesproken, zoowel als van de tegenstanders.
Hij wees er nog op, dat de raad zich voor
15 October over de al of niet verruiming van
den verkoop zal hebben uit te spreken.
In stemming gebracht, werd het voorstel
aangenomen. Vóór stemden de heeren Kees-
achfig de hand naar het hart. „Het is of een
vriend sterft, mijn Wladimir is vandaag ge
storven en niets kan hem ooit weer in het
leven roepen!"
Hierna verviel zij enkele oogenblikken in
stilzwijgen, waarna er plotseling een harde
glimlach op haar gelaat te voorschijn
kwam, die erger was om te zien dan de blik
van smart, een paar minuten te voren.
„En deze Wladimir denkt, dat ik zal af
vliegen op het sprankje hoop, dat hij voor
mij ontsteekt! Geheimhouding strikte ge
heimhouding op deze voorwaarde is hij
nog bereid mij gelukkig te maken, en hij
weet niet, dat ik een dergelijk geluk niet ver
lang. Geef mij eens gauw papier en inkt,
Eleanor. De bode staat nog buiten te wach
ten; Wladimir moet geen minuut langer in
dezen waan gelaten worden dan strikt nood
zakelijk is. Toe, vlug wat!"
Er kwam weer kleur op haar wangen toen
zij met vingers, die trilden van opgewonden
heid, de pen in den inkt doopte en haastig
begon te schrijven op 't velletje, dai ik haar
had toegeschoven. Wat ze precies zei in die
enkele regelen, die het antwoord vormden
op Wladimir's langen brief, weet ik niet,
maar, terwijl ik heel haar houding gade
sloeg, voelde ik, ondanks mijn verontwaardi
ging over zijn gedrag, toch medelijden met
den man, voor wien deze woorden bestemd
waren, en die haar in ieder geval lief had,
in zooverre hij lief hebben kon.
(Wordt vervolgd).
Naar het Engelsch van Dorothea Gerard.
38
Kijk", zei Jadwiga eindelijk, met een
stem die zij trachtte in bedwang te houden,
maar die trilde in iederen Joon. „Hier is zijn
antwoord. Lees dat eens!"
Maar dat is in 't Poolsch", zei ik, met
een blik op het velletje papier, dat ze mij
V°°Datldis waar, dat vergat \k. Ik geloof,
dat ik niet wel bij mijn zinnen ben Nu,
een korte samenvatting zal voldoende zijn
Hij heeft mij evenzeer lief als altijd staat
er geschreven - hij kan noo.tvan zijn 1*
ven weer gelukkig zijn en wil je weten
waarom? Omdat zijn plicht alsz°°" hem
oplegt, zich vrij te houden van de smet, die
voortaan zal kleven aan ons wapen^hild^
Zijn vader zou nooit de schande ov
van een verbintenis met iemand, die
ishij zegt het niet zóóhet is veel m
uitgedrukt, maar dit is de betekenis
zijn geweten, waarmede hij sinds gister
geworsteld heeft, verbiedt hem om die grij
haren naar het graf te brengen. Er staa
•og heel wat meer in: van de smart, om
iijn eigen hart met z'n eigen handen te moe
ten uitdrukken en er wordt ook een enkele
sprankel hoop gegeven.
Als de zaak bedekt zou kunnen gehouden
worden, als de vergoeding in het geheim
zou kunnen geschieden, zou het dan niet mo
gelijk zijn om de schande te ontgaan, zoo
wel voor ons als voor hen? Hij smeekte mij
dit alles nog eens te overdenken; om ook
mijn moeder te bewegen tot een nieuw be
sluit; hierin bestaat de eer.ige kans op ge
luk, voor zoover hij ziet, want als er geen
openbaarmaking was, dan zou er geen
schande zijn in de oogen van de wereld, en
hij heeft mij zoo zeer lief, dat hij bereid is
het geheim van mijn vaders schuld te dra
gen maar alleen, zoolang het ook waar
lijk een geheim blijft, zie je! Hij wil het op
een accoord gooien met mij, Eleanor ja,
met mij! Hij stelt zijn voorwaarden, bere
kend zijn opoffering; hij wil tot zoo ver en
niet verder gaan, mijn liefde is hem waard
dit en niet dat! Groote God, waarom is de
schande niet aan zijn zijde inplaats van aan
de mijne? Waarom was niet zijn vader een
valsch speler, zoodat de wereld zou zien dat
liefde, de ware liefde, in staat is alles te
versmaden -- alles, behalve zichzelve? Maar
deze liefde, deze" en zij wierp verachte
lijk het papier op tafel „heeft niet meer
waarde aan die van papier en inkt, die er
voor gebruikt werden! O, Eleanor, zijn alle
mannen zoo?"
Zij had gesproken in korte, afgebroken
zinnetjes, terwijl haar ademhaling hoorbaar
was; zoo nu en dan klonk haar stem wat
schriller en sprak zij vlugger. Op het laatst
klonk er zoo'n hartverscheurende wanhoop
door uit haar woorden, dat tranen van diep
bewogen medelijden mij naar de oogen
welden.
„Niet alle!" zei ik zacht en, terwijl ik
dit uitsprak, dacht ik aan twee mannen
één van hen was Henry, die nu dood was
voor mij, maar van wien ik als bij instinct
wist, dat, als hij mij eenmaal gewonnen had,
niets dan de dood hem bewogen zou hebben
mij weer op te geven; de ander was
Krysztof Malewicz. Van dien wist ik het
ook niet proefondervindelijk, maar ik was
zeker van zijn onverbreekbare trouw.
„Ik heb mijn congé gekregen", ging Jad
wiga voort, haar onheilspellend-schitteren-
de oogen steeds op mij gericht houdend. „Er
wordt mij meegedeeld, dat ik niet waard
ben het verlies van de achting van de we
reld en de man, die mij dit zegt, is dezelfde,
die bereid was voor mij te sterven dit
heeft hij mij wel honderd maal beduid. Wat
heb ik misdreven, dat ik gestraft moet wor
den voor de zonde van mijn vader? Ben ik
anders geworden dan ik was, éér die brieven
kwamen? Heb ik andere oogen, een anderen
mond, een ander innerlijk gekregen?
Zijn plicht tegenover zijn vader! Verfoeilijk
vind ik het hem!Wat is zijn plicht
tegenover zijn vader, vergeleken met dien
tegenover degene, die zijn vrouw zou zijn
geworden! O, wat hebben wij elkaar al dien
tijd toch slechts begrepen? Wladimir! Wla
dimir! Wat zou ik niet voor je over gehad
hebben! Neen, «iet voor jou, maar voor
den man, dien ik dacht dat je was!"
En met een gelaat, verwrongen van
smart, liet zij zich in den stoel vallen, dien
Anulka verlaten had, en terwijl zij het hoofd
op tafel legde, snikte zij onstuimig, echter
zonder tranen.
Na eenige oogenblikken keek zij op:
„Zeg eens even, Eleanor, wist je, dat het
zoo gaan zou? Hoe kijk je anders zoo wei
nig verbaasd?"
„Ik wist niet dat het zóó gaan zou, maar
toch ben ik niet bijzonder verrast. Het lijkt
mij het eenige, dat Wladimir kon doen
wacht even voegde ik er bij, toen ik haar
verontwaardiging zag „ik meen niet, wat
hij kon doen, als hij een man was maar
zijnde, die hij was".
„Dus dan was zijn liefde voor mij een
comedie?"
„Neen, geen comedie, ofschoon ze niet ge
noeg was voor jou, was ze toch al, wat hij
geven kon. Wat hij schrijft, is leugen: hij
bezit niet de kracht om buiten de achting
van de wereld te kunnen; niet de stoerheid
van geest, die noodig is om de publieke
opinie te trotseeren. Hij is in geen enkel op
zicht een monster, maar, Jadwiga, arm kind,
geloof mij, hij was je nooit waardig".
„Waarom noem je mij „arm"? Ik
hoef niet beklaagd veeleer benijd te wor
den, komt het mij voor, daar ik nog intijds
ontdekt heb, aan welk een zwakkeling ik mij
zou hebben opgeofferd. Ik had voor het le
ven aan hem gebonden kunnen zijn! Maar
toch doet het pijn", zei ze en bracht kramp-