DREIN DRENTEL EN PIET PRIKKEL.
blijkende veranderingen worden er soms
door bemoeilijkt. Naar aanleiding hiervan
brengen wij onder uwe aandacht, dat bij een
verdere verlenging van het dienstverband
van den heer Feenstra, dat reeds sedert 1
December 1931 duurt, thans krachtens arti
kel 6 van het Ambtenaren-reglement Gym
nasiaal- en Handelsonderwijs Alkmaar (Ge
meenteblad nr. 1367) vaste aanstelling zal
moeten volgen. Wij achten hier geen bijzon
der geval aanwezig, op grond waarvan een
hernieuwe tijdelijke aanstelling zou kunnen
plaats hebben.
Wij stellen uwe vergadering dan ook vóór
te besluiten:
den heer H. Feenstra, te rekenen met in
gang van 1 September 1934, voor vast te be
noemen tot leeraar in staathuishoudkunde
aan de Handelsschool.
WIJZIGING SALARISREGELING
PERSONEEL MURMELLIUS-GYM-
NASIUM, HANDELSSCHOOL EN
EN HANDELSAVONDSCHOOL.
In bijlage no. 116 schrijven B. en W.:
De minister van onderwijs deelde ons o.a.
mede, dat krachtens besluit van den Raad
van Ministers de tijdelijke korting van 1 H
pCt., vastgesteld bij Kon Besluit van 30 De
cember 1933 (Staatsblad nr. 786), op de be
zoldiging van tijdelijke ambtenaren, niet on
der de Pensioenwet vallende, bestendigd
blijft, en dat in verband met de voorwaar
den, waaronder ten behoeve van de van
Rijkswege gesubsidieerde gemeentelijke hoo-
gere burgerscholen en gymnasia, handels
scholen en -cursussen subsidie uit 's Rijks
kas wordt toegekend, bij de vaststelling van
de salarissen van tijdelijk personeel hiermede
rekening zal moeten worden gehouden. In
dien daarvoor wijziging van de jaarwedden-
regeling noodig is, ziet de minister een ge
wijzigde jaarweddenregeling ter goedkeu
ring tegemoet.
Naar aanleiding daarvan deelen wij U
mede, dat krachtens uw besluit van 8 Maart
1934 van 1 Januari j.1. af een tijdelijke kor
ting van Wi pCt. is toegepast op de bezoldi
ging van het personeel aan het Murmellius-
Gymnasium, de Handelsschool en de Han
delsavondschool. Sedert 1 Juli j.1. is deze
korting voor het personeel in vasten dienst
en voor het personeel in tijdelijken dienst,
vallende onder de Pensioenwet, vervangen
door een verhooging van het verhaal voor
eigen pensioen met 1% pCt. van de wedde.
Voor het personeel in tijdelijken dienst, niet
vallende onder de Pensioenwet, blijft de IV2
pCt. korting op de bezoldiging gehandhaafd
Wij stellen uwe vergadering vóór aan het
verzoek van den minister te voldoen.
SCHOOLGELD GEMEENTELIJKE
SCHOLEN VOOR NIJVERHEIDS
ONDERWIJS.
B. en W. schrijven in bijlage Nr. 114:
Van 1 September 1929 tot 1 Januari 1934
waren de tarieven van het schoolgeld voor
de Gemeentelijke Avondschool voor lager
nijverheidsonderwijs en voor de Handels
avondschool gelijk, behoudens deze uitzon
dering, dat voor eerstgenoemde school de
heffing begon met een inkomen van 900
en voor de andere met een inkomen van
ÏOOO (Zie Gemeentebladen 1127 en
1163).
Ook vóór den aanvang van den cursus
1928/1929 bestond ten deze gelijkstelling.
Deze werd echter gedurende dien cursus
verbroken, doordat uwe vergadering bij be
sluit van 6 December 1928, te rekenen met
ingang van 1 October 1928, op verzoek van
den minister van onderwijs, kunsten en
wetenschappen, het tarief voor eerstgenoem
de school verhoogde. Wederom op verzoek
van den minister, besloot uwe vergadering
op 28 November 1929, te rekenen met in
gang van 1 September 1929, het tarief voor
de Handelsavondschool gelijk te maken aan
dat voor de andere school, behoudens de
hiervoor genoemde uitzondering. In ons
daartoe strekkend voorstel (bijlage nr. 124
van 1929) deelden wij U mede, dat wij van
oordeel waren, dat het te voren ontstane
verschil op den duur niet gehandhaafd zou
kunnen worden.
Op 8 Maart i.1. besloot uwe vergadering,
eveneens op verlangen van den minister, te
rekenen met ingang van 1 Januari t.v., het
tarief voor de Handelsavondschool met 2 H
te vermenigvuldigen (Gemeenteblad Nr.
1394). Thans is dus de verhouding in omge
keerden zin verbroken.
Ook nu zijn wij van meening, dat het ont
stane verschil redelijkerwijze niet gehand
haafd kan blijven. Toch zouden wij thans
met betrekking tot een herziening van het
tarief voor de Gemeentelijke Avondschool
voor lager nijverheidsonderwijs niet zoover
willen gaan, dat gelijkstelling met de Han
delsavondschool wordt verkregen. Het on
derwijs aan de Handelsavondschool wordt
per cursus gedurende 34 weken gegeven met
10 lessen per week. Het onderwijs aan de
Nijverheidsavondschool wordt per cursus
gedurende 26 weken gegeven met 12 lessen
per week. In verband met de belangrijke ver
hooging van het schoolgeld achten wij het
nu gewenscht deze verschillen in de tarieven
tot uitdrukking te brengen, hetgeen kan
plaats hebben door het tarief voor de Nij
verheidsavondschool te verdubbelen. De ver
houding wordt dan 5 4.
In tegenstelling met de overige leerlingen
van de Nijverheidsavondschool, ontvangen
de leerlingen van den sinds 1 October 1933
aan de school verbonden afzonderlijken typo-
§rafencursus slechts 5 lessen per week. Met
et oog hierop komt het ons billijk voor ten
aanzien van laatstbedoelde leerlingen het be
staande tarief te handhaven.
Ten einde de verhouding van de tarieven
tusschen de Nijverheidsavondschool en de
School voor voorbereidend middelbaar tech
nisch onderwijs niet te verbreken, dient dan
ook het tarief voor laatstgenoemde school te
worden verdubbeld.
De minister van onderwijs deelde ons bij
brief van 14 Augustus j.1., Nr. 135T5, Afd.
N. O., mede, vorenbedoelde schoolgeldrege
ling aannemelijk te achten.
Ten einde te voldoen aan een indertijd
door uwe vergadering uitgesproken wensch
om met de scnoolgelaheffing aan te vangen
met een inkomen van 1000. gelijk reeds ten
aanzien van de Handelsavondschool het ge
val is, verzochten wij den minister tevens^te
willen goedkeuren, dat de laagste grens van
9001000 zou vervallen. De minister
acht het eeher, gezien de regelingen voor
soortgelijk onderwijs elders, wenschelijk, dat
ook bij dit inkomen eenig schoolgeld be
taald wordt. De regeling zal mitsdien op dit
punt ongewijzigd dienen te blijven.
Evenals met betrekking tot de schoolgelden
voor het Murmellius-Gymnasium en voor de
Handelsavondschool reeds het geval is, heb
ben wij in de hierna volgende regelingen
het schoolgeld per maand verschuldigd ge
steld en het aantal betalingstermijnen ver
meerderd.
Nog hebben wij van deze gelegenheid ge
bruik gemaakt om, in overeenstemming met
de regeling voor het gymnasiaal- en middel-
Jaarwedden: directeur
leeraren
administrateur
Vergoeding concierge-diensten
Huur lokalen
Verlichting, verwarming, water
Leermiddelen
Bureau-, druk- en advertentiekosten
Reiskosten leeraren
Pensioenkosten, verminderd met verhaal
Kosten inkoop diensttijd, verminderd
met verhaal
Commissie van toezicht
Samen
Het aantal leerlingen van de school (uit
gezonderd den typografencursus) bedraagt
pl.m. 300, dat van den typografencursus
pl.m. 50, zoodat de kosten der leerling be
dragen resp. 48.57 en 21.60. Indien de
nieuwe regeling reeds gedurende den cursus
1933/1934 van kracht zou zijn geweest, zou
het kohier een totale opbrengst aan school
geld hebben aangegeven resp. 2694.84 en
150.53, waarop in mindering komen de
afschrijvingen wegens tusschentijdsch ver
trek van leerlingen.
School Voor voorbereidend middelbaar
technisch onderwijs:
Jaarwedden directeur en leeraren 1253
Vergoeding concierge-diensten 22 50
Huur lokalen 150
Verlichting, verwarming, water 100.—
Leermiddelen 25
Bureau-, druk- en advertentie-
kosten 30.
Pensioenkosten, verminderd met
verhaal 90.—
Commissie van toezicht 5.—
Samen 1675.50
REORGANISATIE DIENSTEN EN
BEDRIJVEN.
In bijlage no. 112 schrijven B. en W.:
Volgens het algemeen verslag betreffende
het onderzoek van de gemeentebegrooting
voor 1933 (blz. 40) wenschten vele leden
gaarne te vernemen of B. en W., in verband
met punt 2 van hun werkprogram (bijlage
nr. 177 van 's Raads handelingen van 1931),
voornemens waren maatregelen te bevorde
ren voor een meer doeltreffende organisatie
van de gemeentediensten en een betere sa
menwerking tusschen de diensten onderling.
Gevraagd werd tevens of, naar het oordeel
van hun college, het aantal directeuren van
bedrijven verminderd zou kunnen worden.
B. en W. antwoordden daarop met de me
dedeel ing dat de beste samenwerking zou
kunnen worden bereikt bij concentratie van
diensten. Daarvoor zou, naar de meening
van het College, het oogenblik gekomen zijn
bij het ontstaan van een vacature van direc
teur van een tak van dienst, welke aan een
anderen tak van dienst zou kunnen worden
toegevoegd.
Bij de behandeling der begrooting voor
1933 in uwe vergadering werd bovenstaand
antwoord van B. en W. over het algemeen
niet bevredigend geacht. Gevraagd werd
daarbij of het College het op wachtgeld stel
len niet onder de oogen kon zien (blz. 603,
618, 664, 677 en 681 van 's Raads handelin
gen van 1932). Opgemerkt werd o.m. dat het
een gemeentebelang van de eerste orde is,
dat verandering wordt gebracht in den gang
van zaken, die een ernstig gebrek aan samen
werking tusschen verschillende gemeente
diensten en -bedrijven te zien geeft. Wanneer
de organisatie niet goed is, moet men niet
wachten tot het ontstaan van een vacature,
maar dient onmiddellijk te worden ingegre
pen.
Van de zijde van B. en W. werd daarte-
?;en aangevoerd, dat van opwachtgeldstel-
ing en samenvoeging van diensten, waar
door een directeur zou worden ontslagen en
een andere ambtenaar zou moeten worden
aangesteld, wellicht wel een betere samen
werking is te verwachten, doch geen bezui
niging. Het college verklaarde zich nochtans
bereid de gedachte van reorganisatie van de
bedrijven te onderzoeken en het resultaat in
den vorm van een rapport aan den Raad
over te leggen (blz. 715 en 716 van 's Raads
handelingen van 1932).
Ook dit antwoord kon den Raad niet be
vredigen.
De heer Vogelaar diende in verband daar
mede een voorstel in, mede-onderteekend
door de heeren Ringers, Hoijtink en Sietsma,
van den volgenden inhoud:
„De Raad,
Overwegende, dat het gewenscht is te ko
men tot beperking van het aantal onder af
zonderlijke directeuren staande gemeentelijke
diensten, noodigt B. en W. uit: te onderzoe
ken de mogelijkheid van samenvoeging van
Grondbedrijf en Marktwezen met Bouw- en
Woningtoezicht en van het Sportpark met
den dienst der Plantsoenen en daaromtrent
zoo spoedig mogelijk voorstellen in te die
nen".
(Blz. 755 van 's Raads handelingen van
1932).
De heer Venneker diende, mede namens de
heeren Keesom, Geels, Keijsper en Van de
Vall in dezelfde vergadering een voorstel in
van den volgenden inhoud:
„De Raad,
gehoord de besprekingen, noodigt B. en
w. uit een commissie te benoemen aan wie
wordt opgedragen te onderzoeken hoe is te
bereiken een meer doeltreffende organi—'it
van de gemeentediensten en meer samenwex-
baar onderwijs, de gemiddelde rapport- of
examencijfers, voor leerlingen van de School
voor voorbereidend middelbaar technisch
onderwijs vereisdit om in aanmerking te
kunnen komen voor kostelooze verstrekking
van boeken en leermiddelen, op 7 te stellen.
Gelijk U uit de hierna volgende berekenin
gen zal blijken, bliift het maximum-school
geld, dat volgens de nieuwe regelingen ver
schuldigd zal zijn, voor elke school en voor
den typografencursus beneden den kostprijs
per leerling, en de totale opbrengst van ae
schoolgelden belangrijk beneden de totale
kosten:
Gemeentelijke Avondschool voor lager
nijverheidsonderwijs.
in totaal:
769.50
9004.25
270.-
202.50
1600.—
2050.—
700.-
50.-
130.-
660.13
193.62
20.-
15650.—
van de school,
behalve den
typografen
cursus:
717.50
8472.50
251.75
188.75
1491.75
1911.25
600—
46.50
32.50
645.13
Kosten:
193.62
18.75
14570.—
van den
typografen
cursus:
52.-
531.75
18.25
13 75
108.25
138.75
100-
3.50
97.50
15.-
1.25
1080-
De cursus 1934/1935 is begonnen met 19
leerlingen (in den loop van den cursus heeft
in den regel eenig verloop plaats), zoodat de
kosten per leerlingen bedragen ten minste
88.18. Indien de nieuwe regeling reeds ge
durende den cursus 1933/1934 van kracht
zou zijn geweest, zou het kohier een totale
opbrengst aan schoolgeld hebben aange
geven van 431.60, waarop in mindering
komen de afschrijvingen wegens tusschen
tijdsch vertrek van leerlingen.
B. en W. stellen voor vast te stellen een
verordening regelende het heffen van school
gelden voor het onderwijs aan de Gemeen
telijke Avondschool voor lager nijverheids
onderwijs en de School voor Voorbereidend
Middelbaar Technisch Onderwijs te Alk
maar en een verordening regelende het in
vorderen van schoolgelden voor het onder
wijs aan de Gemeentelijke Avondschool voor
lager nijverheidsonderwijs en de School voor
Voorbereidend Middelbaar Technisch On
derwijs te Alkmaar.
king tusschen de verschillende gemeentebe
drijven en hierover aan den raad rapport uit
te brengen".
(Blz. 771 van 's Raads handelingen van
1932).
Nadat B. en W. samenvoeging van Grond
bedrijf en Marktwezen met Bouw- en Wo
ningtoezicht, als niet goed mogelijk, en het
voorstel-Vogelaar c.s., als te eng begrensd,
hadden afgewezen, verklaarde het college
zich bereid het voorstel-Venneker c.s. over te
nemen, met dien verstande, dat de aanhef zal
luiden
„De Raad,
gehoord de besprekingen, benoemt een
commissie uit den Raad, aan welke wordt op
gedragen enz."
De Raad verwierp vervolgens met 13 tegen
7 stemmen het voorstel Vogelaar c.s., waar
na het voorstel Venneker c.s., door B. en W.
overgenomen, door den Raad zonder hoof
delijke stemming werd aanvaard.
(Blz. 782 en 791 van 's Raads handelingen
van 1932).
In uwe vergadering van 19 Januari 1933
werd vervolgens het aantal leden dezer com
missie bepaald op 5 en werden als zoodanig
benoemd de heeren D. Govers Jz., C. Venne
ker, V. P. Keijsper, W. van de Vall en H. van
Drunen. Het oudste lid, de heer D. Govers
Jz., is, ingevolge het reglement van orde
voor de vergaderingen van den raad, als
voorzitter der commissie opgetreden. De
heer Govers heeft echter bij de behandeling
der gemeentebegrooting voor 1934 gemeend
zijn mandaat als lid en voorzitter der com
missie te moeten nederleggen, waarna de
heer Van de Vall als opvolgend oudste lid
het voorzitterschap overnam. Hierdoor en om
verschillende andere redenen, w.o. de ziekte
en daarop gevolgd overlijden van den heer
Schenk, is de afdoening dezer aangelegen
heid in niet geringe mate vertraagd.
De commissie heeft 8 maal vergaderd.
De commissie stelde een onderzoek in naar
het aantal afzonderlijk beheerde diensten en
bedrijven in verschillende gemeenten van ge-
lijke grootte en grootere gemeenten dan Alk
maar en kwam reeds aanstonds tot de over
tuiging, dat het aantal diensten en bedrijven
in deze gemeente, met nauwelijks 30.000 in
woners, buiten verhouding staat tot den om
vang der gemeente.
Er bestaan in deze gemeente:
a. een gasbedrijf met
b. een electriciteitsbedrijf één
c. een radiodistributiebedrijf directeur
2. a. een grondbedrijf
b. een sportparkbedrijf met
c. het marktwezen één
d. een havendienst directeur
3. a. een centraal ziekenhuis met
b. een gem. geneesk. en ge- één
zondheidsdienst directeur
met
4. een bedrijf der gemeentewerken één
directeur
met
5. het bouw- en woningtoezicht één
directeur
6. a. een slachthuisbedrijf met
b. een vee- en vleeschkeurings- één
dienst directeur
7. a. een plantsoenbedrijf metéén
b. de begraafplaats directeur
8. een reinigingsdienst met één directeur
9. a. een gem.bureau voor soc. zaken met
b. een gem. inst. voor maatsch. één
hulpbetoon directeur
met
10. een keuringsdienst voor waren één
directeur
11. de gemeente-secretarie
12. het bureau v. d. gem.-ontvanger
13. het bureau v. d. gem.-controleur
14. het archief
15. de politie
elk met een hoofd van dienst.
In totaal dus 24 diensten en bedrijven, met
10 directeuren en 5 hoofden van dienst.
De commissie heeft gemeend dat hare
werkzaamheid zich niet behoorde uit te
strekken over een eventueele toevoeging van
het bureau voor verificatie en controle aan
de secretarie, waaromtrent u indertijd reeds
van de commissie-Vogelaar een voorstel be
reikte en evenmin over het bureau van den
ontvanger, het archief, de politie en den keu
ringsdienst voor waren, als liggende niet in
haar bestek. Ook heeft zij niet in haar on
derzoek begrepen het centraal ziekenhuis en
den gemeentelijken geneeskundigen en ge
zondheidsdienst, alsook het gemeentelijk bu
reau voor sociale zaken en de gemeentelijke
instelling voor maatschappelijk hulpbetoon,
omdat deze beide omvangrijke diensten nog
slechts korten tijd bestaan en in ieder geval
bezwaarlijk met een of meer andere diensten
zouden zijn te combineeren. Dit laatste is
eveneens het geval met de lichtbedrijven en
het radio-distributiebedrijf.
De commissie heeft derhalve haar onder
zoek beperkt gezien tot de mogelijkheid van
concentratie van de navolgende di 'sten en
bedrijven, t.w. het grondbedrijf, het sport
parkbedrijf, het bedrijf der gemeentewerken,
het slachthuisbedrijf met vee- en vleeschkeu-
ringsdienst, het plantsoenbedrijf met de be
graafplaats en het reinigingsbedrijf en van
de diensten van het marktwezen, den haven
dienst, benevens van het bouw- en woning
toezicht.
Bij nauwgezette overwegingen en gehou
den besprekingen met de onderscheidene
hoofden van takken van dienst is de commis
sie van oordeel dat een zoover mogelijk door
gevoerde combinatie van gemeentediensten
en bedrijven onder een éénhoofdige leiding
de voorkeur zou verdienen, wijl slechts
daardoor de zoo zeer gewenschte betere sa
menwerking is te bereiken. Zij acht de uit
voering daarvan voorshands evenwel niet
gewenscht, omdat daarvan met het oog op
de uit te keeren wachtgelden in de naaste
toekomst geen noemenswaardige bezuiniging
zou zijn te verwachten.
Er dient echter naar de meening der com
missie bij het ontstaan van elke vacature in
de toekomst te worden gestreefd naar de ge
wenschte combinatie met éénhoofdige lei
ding.
Voor dadelijke uitvoering acht de commis
sie in verband daarmede reeds vatbaar de
toevoeging van de tot dusver gecombineerde
diensten van het marktwezen, het sportpark,
het grondbedrijf en den havendienst aan an
dere diensten. Deze reorganisatie zal, naar
hare meening, op de volgende wijze kunnen
geschieden
Wat den dienst van het marktwezen be
treft, verdient het naar de meening der com
missie, waarin zij na een bespreking met
den direceur van het slachthuis is versterkt,
aanbeveling, dezen dienst toe te voegen aan
den dienst van het slachthuis, welke dienst
thans reeds velerlei bemoeiingen heeft met
de veemarkten. Uitbreiding van het perso
neel is daarvoor niet noodig. Het zal noch
tans wenschelijk zijn dat de directeur op
marktdagen de beschikking krijgt over eenige
lokaliteit in het Waaggebouw, om daarin zit
ting te houden.
Ten aanzien van de Zaterdagmorgen- en
-avondmarkt en de St. Nicolaasmarkt is het,
in verband met het bijzonder karakter dezer
markten, gewenscht voor dit onderdeel van
het marktwezen een uitzondering te maken
en deze markten bij wijze van proef voor
den tijd van een jaar te stellen onder de
leiding van den betreffenden marktontvan-
ger. Wellicht zal het noodig zijn diens be
voegdheid in verband daarmede eenigszins
uit te breiden.
Wat het sportparkbedrijf aangaat is de
commissie van oordeel dat dit bedrijf be
hoort te worden toegevoegd aan den dienst
van "den Hout en de plantsoenen. Een bespre
king met den directeur van dezen dienst be
vestigde de commissie in haar oordeel, te
meer omdat deze dienst reeds velerlei be
moeiingen met het sportpark heeft gehad.
Hierbij zal gebruik zijn te maken van de
diensten van den klerk Oudejans, die der
halve bij dezen dienst zal kunnen worden
overgeplaatst, terwijl tevens van diens
diensten gebruik zal kunnen worden gemaakt
voor de administratie van de begraafplaats
en den plantsoendienst, waardoor andere
hulp overbodig wordt. Voorts zal het noodig
zijn eenige kantoorruimte beschikbaar te
stellen, die wellicht gevonden zal kunnen
worden onder de tribune van het sportpark,
of nog beter in het Waaggebouw, hetgeen in
verband met de centrale ligging van dat ge
bouw naar de meening der commissie de
voorkeur verdient.
Het grondbedrijf en de havendienst komen
naar het oordeel der commissie, overeen
komstig hun aard, het meest in aanmerking
voor een samenvoeging met den dienst der
gemeentewerken, waar de havendienst reeds
eerder ondergebracht was. Een ter zake ge
houden bespreking met den directeur der ge
meentewerken versterkte onze commissie in
deze opvatting. Ook hier zal uitbreiding van
personeel achterwege kunnen blijven, doch
zal het voldoende zijn indien de boekhouder
Koopal naar het bureau van den dienst der
gemeentewerken wordt overgeplaatst. Uit
breiding van kantoorlokaliteit is hiervoor
niet noodig. Ten opzichte van deze toevoe
ging van het grondbedrijf aan den dienst
der gemeentewerken deelt de commissie me
de, dat zij daartoe slechts kan adViseeren in
dien de directeur van dezen tak van dienst
de tot dusver genoten vrijheid tot het vervul
len van verschillende functies buiten den ge
meentedienst laat varen.
Wat de kerm isaangel egenheden betreft,
deze zullen evenals voorheen, weder bij de
politie kunnen worden ondergebracht, waar
tegen de commissaris van politie geen beden
kingen had, wanneer de daarvoor tot dusver
genoten wordende vergoedingen eveneens
aan het daarmede te belasten personeel wor
den uitgekeerd. Het blijkt intusschen dat deze
vergoedingen sinds eenige jaren worden ge
noten voor de overuren welke gemaakt wor
den op de verschillende markten, w.o. ook
de kermis.
De commissie meent, dat voor de handha
ving dezer vergoedingen geen voldoende te-
den aanwezig is en dat de regeling wel zoo
danig zal zijn te maken dat daarvoor geen
extra-vergoeding behoeft te worden gegeven.
In verband met bovenvermelde reorgani
satie zal de functie van directeur van het
marktwezen, het grondbedrijf, het sportpark
en den havendienst, alsmede diens bureau,
met ingang van een nader te bepalen datum
kunnen worden opgeheven. Hierdoor zal een
niet onbelangrijke'besparing worden ver
kregen, aangezien het in de bedoeling ligt
dat deze reorganisatie in geen enkel opzicht
verhooging van salarissen voor de daarbij
betrokken ambtenaren ten gevolge zal heb
ben.
Ten slotte meent onze commissie dat de
voorgestelde reorganisatie de goede samen
werking tusschen de verschillende diensten
en bedrijven zal bevorderen.
Resumeerende stelt de commissie uwe ver
gadering vóór te besluiten, met ingang van
een nader te bepalen datum:
I. a. de leiding van den dienst van het
marktwezen (met uitzondering van de Za
terdagochtend- en -avondmarkt en de St. Ni
colaasmarkt) op te dragen aan den directeur
van het slachthuis;
b. de Zaterdagochtend- en -avondmarkt en
de St. Nicolaasmarkt, voorshands bij wijze
van proef voor den tijd van één jaar, te stel
len onder de leiding van den betreffenden
marktontvanger;
c. de leiding van het sportparkbedrijf op
te dragen aan den directeur van den Hout
en de plantsoenen;
d. ae leiding van het grondbedrijf en den
havendienst op te dragen aan den directeur
der gemeentewerken;
c. B. en W. uit te noodigen de uitvoering
van de art. 56 tot en met 66 der Algemeene
Politieverordening betreffende de kermis in
haar geheel weder op te dragen aan de po
litie.
157. „Au, au", riep de aap, „ik zit vast". En de aap had
gelijk, want het snoer zat stevig om zijn staart gedraaid
Dat deed natuurlijk zeer, maar de aap dacht er niet aan de
banaan los te laten en dacht bij zichzelf: Hebben is heb-
158. Maar de hengelaar keek raar op zijn neus, toen hij
zag dat er een aap aan het snoer zot. „Ik heb een aap ge
vangen", riep hij uit. „Dat zou je wel willen", riep de aap
terug en meteen knapte het touwtje en vloog de aap verder.