8 t Stad en Omgeving- Jladiapcogcamma /3ud uw ledig 31taggi3flescfye opnieuw met QSKaQ^isJlrOïïlfl vullen S)at is voordeeliaer I 'JjeuitSeton De heks vcm Wirislea REORGANISATIE DIENSTEN EN BEDRIJVEN. B. en W. schrijven in bijlage Nr. 134: Naar aanleiding van de opdracht, aan ons college verstrekt in uwe vergadering van 13 September j.1. om van bericht en raad te dienen over het rapport der commissie in zake reorganisatie van gemeentediensten en ■bedrijven (bijlage nr. 112) hebben wij daar omtrent allereerst gehoord de betrokken zonder aangaande het voorstel der commis sie om de leiding van het grondbedrijf en den havendienst op te dragen aan den directeur der gemeentewerken, van het sport- parkbedrijf aan den directeur van den Hout en de plantsoenen en van het marktwezen hoofdzakelijk aan den directeur van het slachthuis. De uitgebrachte adviezen met de verslagen van de vergaderingen, waarin deze aangelegenheid is behandeld, leggen wij voor uwe vergadering ter inzage. Hier uit blijkt, dat de commissies van bijstand in het algemeen accoord gaan met de voorstel len der reorganisatie-commissie. Ten aanzien van een tweetal punten werden afwijkende meeningen naar voren gebracht en wel met betrekking tot: a. de huisvesting van het kantoor van het sportparkbedrijf en eventueel van het kantoor van de plantsoenen en van de begraafplaats; b. de leiding van de Zaterdagochtend- en avondmarkt en de St. Nicolaasmarkt; Ook wij kunnen ons in het algemeen ver eenigen met de strekking van het rapport en de voorstellen der commissie, dit te eer, nu de commissie zich gelijk wij tot ons ge noegen hebben opgemerkt evenals destijds ons college (zie algemeen verslag betreffen de het onderzoek van de gemeentebegrooting voor 1934, blz. 40), op het standpunt heeit gesteld, dat concentratie practisch alleen bij het ontstaan van vacatures te overwegen is Op dezen grond zouden ook wij bij het ont staan der vacature van directeur van het grondbedrijf, het marktwezen, het sportpark en den havendienst een reorganisatie heb ben bevorderd. Stemmen wij dus gaarne in beginsel met het voorstel der commissie in, in verband ook met de adviezen der commissies van bijstand achten wij het gewenscht, alsnog het volgen de op te merken: De voorkeur, die de commissie heeft voor het Waaggebouw als kantoor voor den plant soendienst, de begraafplaats en het spori- parkbedrijf, kunnen wij niet deelen. Dit kan toor zou te ver liggen van het centrum der werkzaamheden ten behoeve van de drie ge noemde diensten. Bovendien wenscht net publiek voor .besprekingen betreffende de be graafplaats steeds ter plaatse de zaak in oogenschouw te nemen. Beter lijkt ons ais kantoor in te richten daar het tegenwoor dig kantoor der begraafplaats te klein is en de directeur der plantsoenen niet langer mag worden genoodzaakt de administratie der p'antsoenen in zijn woning te voeren de gemeentewoning Westerweg nr. 248, die aan de Noordzijde van de algemeene begraaf plaats is gebouwd. Deze woning is voor de administratie van de drie door den directeur der plantsoenen te beheeren takken van dienst voldoende groot. Gelijk uit de ter in zage liggende notulen blijkt, is deze gedach te ook bepleit in de commissie van bijstand voor de plantsoenen. Het komt ons met de commissie van bij stand voor het marktwezen voor, dat ook de Zaterdagmorgen- en avondmarkt en de St. Nicolaasmarkt onder beheer moeten worden gebracht van den directeur van het gemeen- teslachthuis, teneinde versnippering van de markten te voorkomen. Het zou eenigszins met de concentratiegedachte in strijd zijn, wanneer de leiding van één dienst, n.1. die van het marktwezen, over verschillende ambtenaren wordt verdeeld. Wel zijn wij met de commissie van meening dat de kermis- aangelegenheden, die slechts in verwijderd verband staan met de bevordering der mark ten te Alkmaar, .meer eigenaardig bij de politie thuis behooren, waartoe wij de noo- dige opdracht zullen verstrekken aan den commissaris van politie. Het denkbeeld in de commissie van bij stand voor het slachthuis naar voren ge bracht om één commissie van bijstand in te stellen voor het beheer van het slachthuis en van het marktwezen, heeft onze instemming niet We] zou naar onze meening meer sa menhang tusschen de diensten van het slachthuis en het marktwezen kunnen wor den bevorderd, door bij de eerstvolgende be noeming van leden der commissie van bij stand dezelfde leden te kiezen in de beide commissies van bijstand, gelijk dit ook steeds pleegt te geschieden bij de afzonderlijke commissies van bijstand voor openbare wer ken en voor de plantsoenen. Het ligt in de bedoeling der commissie, blijkens naar opmerking op bl. 6 van het rapport, dat deze reorganisatie in geen en kel 'opzicht verhooging van salarissen voor de daarbij betrekken ambtenaren ten gevolge zal hebben. Eenzelfde gedachte kwam in de verschillende commissies van bijstand tot uiting. Wij kunnen ons met dit denkbeeld niet ver eenigen en achten het in strijd met de billijk heid zoowel als met hetgeen ten aanzien van andere ambtenaren en de werklieden in deze gemeente steeds heeft gegolden. Eenige ver goeding achten wij derhalve gerechtvaardigd, al ligt het voor de hand, dat die tot een be trekkelijk gering bedrag kan worden be- perkt. Intusschen, wij meenen, dat op dit pum thans noch in positieven, noch in negatieven zin een beslissing kan worden genomen. Het betreft hier het wijzigen van arbeidsvoor waarden, waarvan de gevolgen, gelijk to. dusver gebruikelijk was, moeten worden ge regeld na raadpleging van de commissie voor georganiseerd overleg, terwijl, overeen komstig uw besluit van 13 October 1932 (Gem. blad nr. 1307) in casu ook het advies zal moeten worden ingewonnen van de ver- eeniging van hoogere gemeenteambtenaren. Wij stellen u voor, ons te machtigen, deze adviezen in te winnen. Wij geven uwe vergadering overigens in overweging het rapport der commissie in zake reorganisatie van gemeentediensten en -bedrijven met inachtneming van boven staande wijzigingen te aanvaarden, de noo- dige wijzigingen aan te brengen in de hier onder vermelde verordeningen en de voorge stelde regeling te doen ingaan op 1 Novem- b€r Q g B. en W. bieden den raad daartoe een ont- werp-besluit ter vaststelling aan. OVERNAME VAN STRATEN. In bijlage no. 137 schrijven B. en W. De vereeniging „St. Joseph", alhier, heeft verzocht de door haar in het Lyceumkwartier aangelegde straten, n.1. de Bleekerskade, de Lyceumstraat en het langs den Molentocht aan de zijde van het Lyceum gelegen tegel pad een en ander voor zoover deze niet reeds eigendom der gemeente zijn, kosteloos aan de gemeente in eigendom te mogen over dragen. De straten zijn geheel overeenkomstig het raadsbesluit van 30 Juli 1931, nr. 9, en tot genoegen van ons college aangelegd en ver keeren in goeden staat van onderhoud. In verband hiermede hebben wij er geen bezwaar tegen het verzoek in te willigen, met 't oog waarop wij u voorstellen 't desbe treffende besluit te nemen, waarvoor ter wil le van een vereenvoudiging der berekening van de kosten van levering, de vorm is geko zen van een besluit tot koop voor een bedrag van 1.— Intusschen was daarmede nog niet van de baan de kwestie yan den. loop van de eigen- domsgrens tusschen het perceel sectie E 4120 (ged.), het terrein van de bad- en zwemin richting en de perceelen sectie E. nrs. 1755, 2635 en 2636, tuingrond, toebehoorende aan den heer Teerink, welke kwestie partijen eveneens verdeeld hield. Hieromtrent zijn wij met partij-Teerink overeengekomen om de grensscheiding te doen bepalen, zooals deze door adastrale opmeting zou worden aange wezen. Wij vertrouwen, dat uwe vergadering deze oplossing zal kunnen aanvaarden. Een derde geschil tusschen partijen betrof het gebruik van den notweg, loopende van de perceelen-Teerink en het terrein der bad en zweminrichting naar de Nieuwpoorts- laan. Deze notweg is als erfdienstbaarheid ge vestigd in 1896 als „recht van weg naar den publieken weg ten nutte van de achterliggen de over en ten laste van de voorperoeelen" In dezen notweg bevindt zich een hek, dat althans op Zon- en feestdagen, wanneer wedstrijden op het sportpark worden gehou den, gesloten dient te zijn in het belang van de rpenbare orde. Partij-Teerink, die er belang bij heeft, dat het hek zooveel mogelijk geopend is, heeft hierin tens'otte bewilligd. Het verdiende aanbeveling deze kwestie door een overeenkomst van dading op te los sen, waarbij is vastgelegd dat de heer Tee rink het recht der gemeente erkent om bij belangrijke wedstrijden op het sportpark het hek te sluiten, behoudens het recht van den heer Teerink en zijn huurders om te allen tijde van het recht van doorgang gebruik te maken. Deze overeenkomst hebben wij ge sloten, onder voorbehoud van de beslissing van uwe vergadering. Wij geven uwe vergadering in overweging de met den heer Teerink gesloten overeen komst te bekrachtigen. OVEREENKOMST GRENSREGELING EN AFSLUITING NOTWEG. B. en W. schrijven in bijlage no. 136: Tusschen de gemeente en den heer J. W. Teerink, alhier, als eigenaar van de aan de Noordzijde van het terrein van het „Zwem bad-Alkmaar" N.V. gelegen perceelen tuin grond zijn eenige kwesties gerezen met be trekking tot hunne eigendomsrechten. Vooreerst was er een geschil over een aan beide partijen gemeen zijnden buurweg, wel ke van de Sportlaan Westwaarts liep in de richting van de Zandersloot. Deze buurweg was aan weerszijden van de grensscheiding gelegen ter breedte van ongeveer 1.75 M. Door de totstandkoming van de bad- en zweminrichting verloor deze buurweg zijn zijn reden van bestaan, aangezien het „Zwembad-Alkmaar", N.V. het geheele aan haar in erfpacht gegeven terrein noodig had en daarvan niet meer 1.75 M. kon reservee ren voor een gemeenschappelijken buurweg Ieder der partijen heeft daarom de helft van den buurweg bij haar eigendom getrokken. Op deze wijze was het geschil over den buur weg en de begrenzing daarvan van zelf op gelost. BENOEMING LEERAAR GEMEENTE LIJKE AVONDSCHOOL VOOR LAGER NIJVERHEIDSONDERWIJS. B. en W. schrijven in bijlage no. 125: Sinds 1 Januari 1933 is als tijdelijk leeraar in wiskunde aan de Gemeentelijke Avond school voor lager nijverheidsonderwijs alhier verbonden de heer G. A. J. Boogh, thans wo nende te Bergen. De directeur geeft ons thans in overwe ging den heer Boogh met ingang van 1 Oc tober voor een vaste benoeming voor te dragen. De minister van onderwijs heeft de desbe treffende voordracht goedgekeurd, terwijl de commissie van toezicht op het gemeentelijk nijverheidsonderwijs zich daarmede kan ver eenigen. Wij stellen uwe vergadering voor den heer G. A. J. Boogh te Bergen met ingang van 1 October 1934 voor vast te benoemen tot leeraar in wiskunde aan Avondschool voor lager wijs alhier. de Gemeente'ijke nijverheidsonder- VERKOOP GROND BISSCHOP BOTTEMANNESTRAAT. In bijlage no. 127 schrijven B. en W.: De heeren J. de Vries en A. Coppens, bei den wonende te Amsterdam, hebben verzocht voor zich of hunne lastgevers van de ge meente te mogen koopen een perceel bouw terrein, gelegen aan de Bisschop Botteman- nestraat, groot ongeveer 1409 M2., voor den prijs van 7 per M2., teneinde daarop 10 woningen en een winkelhuis te bouwen. Te gen verkoop van genoemd perceel be staat bij ons geen bezwaar, terwijl de grond prijs in overeenstemming is met de prijzen, door de commissie van bijstand voor het grondbedrijf voor de bouwterreinen gelegen ten Noord-Oosten van den Bergerweg in overweging gegeven. B. en W. bieden den raad in verband daarmede een ontwerp-besluit ter vaststel ling aan. FINANCIEELE REGELING WONINGBOUW. B. en W. schrijven in bijlage no. 132: Bij besluit van 8 Juni 1933 nr. 12 heeft uwe vergadering overeenkomstig ons voor stel opgenomen in bijlage nr. 69 de bij be sluiten van 17 Maart 1932 nr. 6 en 24 Nov. 1932 nr. 24 vastgestelde voorwaarden, be trekking hebbende op den bouw met Rijks- Woensdag 17 October. HILVERSUM, 301 M. (VARA- uitz., 6.307.RVU). 8.Gr.pl. 9.30 P. J. Kers: Onze keuken. 10.VPRO-morgenwijding. 10.15 Voor Arb. in de Continubedr.: Mr. S Mok, lezing, J. Lemaire, voordr. De Notenkrakers olv. D. Wins en gr.pl. 12.— Gr.pl. 12 15 De Noten krakers. 12.45 Gr.pl. 1.Klein VARA-Ensemble olv. F. Bakels 2 15 Kniples. 3.— Voor de kinde ren. 5.30 De Flierefluiters olv. J. v. d. Horst. mmv. A- de Booy, zang. 6.30 RVU. Mevr. dr. J. C. Proost Thoden van Velzen: De bouw van het heelal. 7.Sportuitz. 7.20 Zang door To v. d. Sluys, sopraan. 7.40 Voor het Platteland. 8.— SOS-ber. 8.03 Vaz Dias en VARA- Varia. 8.10 „Peer Gynt", spel van Ibsen, bew. Cappellen, mmv. het VARA-orkest olv. H. de Groot, To v d. Sluys, sopraan en het VARA- tooneel olv. W. v. Cappellen 10.15 Vaz Dias. 10.20 C. Steyn, accor deon en Johan Jong, piano. 10.30 VARA-orkest olv. H. de Groot. 11.-12.- Gr.pl. HUIZEN, 1875 M. (NCRV-uitz.) 8.Schriftlezing en meditatie. 8.15—9.30 Gr.pl. 10.30 Morgen dienst olv. ds. P. Boes. 11.12. H. Gebhart, cello en M. Viool, piano. 12.15 Gr.pl. 12.30 Kamer orkest olv. Th. v. d. Pas. 2.— Gr. pl. 3.— Chr. Lectuur. 3.30—3.45 Gr.pl. 4.— Orgelspel R. Parker. 5.— Kinderuur. 6.Landbouw- halfuur. 6.30 Afgestaan. 7.Ned. Chr. Persbureau. 7-15 Gr.pl. 7.30 Technische causerie. 8.NCRV- Klein-orkest olv. P. v. d. Hurk. 8.25 Causerie ds. M. v. Grieken. 8.35 Verv. concert. 9.Causerie Ir. J. P. v. Lonkhuyzen. 9.30 Verv. concert, om 10.Vaz Dias. 10.30 —11.30 Gr.pl. DROITWICH, 1500 M. 10.35 10.50 Morgenwijding. 11.05 Cau serie. 11.20 Gr.pl. 11.50 Voor de scholen. 12.05 Orgelspel Q. Mac- Lean. 12.50 Ch. Manning's orkest. I.50 Gr.pl. 2.25 Voor de scholen. 3.15 Piano-recital Ph. Simons. 3 35 Sted. orkest Bournemouth olv. R Austin, mmv. H. Fairhurst, viool. 5.05 Het MacArthur kwintet. 5.35 BBC-dansorkest olv. Hall, 6.20 Ber. 6.50 en 7.05 Lezingen 7.25 Cembalo-muziek. 7.50 „Songs from the Films" gevzr. progr. 8.50 BBC-orkest olv. Sir Granville Ban- tock. 9.50 Ber. 10-20 Concert R. Maas, cello en M. Maas, piano. 11.20 Voordr. 11.25—12.20 Ruy Fox en zijn Band. PARIJS (RADIO-PARIS), 1648 M. 7 20 en 8-20 Gr.pl. 12.35 Goldy- orkest. 9.05 Nat. orkest olv. Inghel- brecht mmv. G. Jouattf, zang. 10.50 Dansmuziek. KALUNDBORG, 1261 M. 11.20 -1.20 Concert uit rest. Wivex. 2.20 C Rydahl's orkest. 4.20—4.50 Gr. pl' 7.20 Omroeporkest olv. Reesen. 8 20 Concert door solisten, koor en orkest olv. G. Hoeberg. 9.35 Opera muziek olv. Reesen. 10.20-11.50 Dansmuziek. KEULEN, 456 M. 5.20 Gr.pl 6 35 Concert olv. Fliegner. 11.20 Gr pl 1.20—2.05 Kamer-orkest o. 1 v Hartmann. 3-20 Concert uit Hamburg 4.35 Brahmsconcert, viool en piaro. 6.20 „Das Ueber- brettl", gevar. progi. 7.30 Unsere Saar den Weg frei zur Verstan- digung. 7.55 Stunde der jungen Nation: De 7-jarige oorlog. 8.20 lm blauen Dunst vrooluk progr. ölv. Kandler. 9.40-11.20 Popu laire muziek en orgelspel. ROME, 421 M. 8.05 „Debora e jaele", opera van Pizzetti. Leiding: Murinuzzi. BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 12 20 Omroeporkest >lv. Gason. 1 302.20 Gr.pl. 5.20 Dansmu ziek. 6.20 Gr.pl. 6.50 Kamermu ziek. 8.20 Symph. concert. 10.30— 1L20 Max Alexys' orkest. 484 M.: 12.20 Gr.pl. 1.30—2.20 Omroep orkest olv. Gason. 5.20 Symph.- concert. 6.35 en 7.20 Gr.pl. 8.20 Selectie uit „La belle Hélène", operette van Offenbach. 10.30 11.20 Max Alexys' orkest. DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 7.30 Zie Keulen- 7-50 Otto Kermbach's dansorxtst. 9.20 Ber. 9.50 Radio-kwartier. 10.05 Weerbe richt. 10.2012.15 Dansmuziek uit Leipzig. GEMEENTELIJKE RADIO DISTRIBUTIE, Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Huizen. Lijn 3: Lond. Reg. 10.35 10.50, Droitwich 10.50—11.05, Lond. Reg. 11.05—17.35, Droit wich 17.35—24. Lijn 4: Keulen 10.35—15.20, Hamburg 15.20—16.20, Keulen 16.20-19.30, Deutschl.s. 19.30— 22.20, Leipzig 22.20—24.—. voorschotten van 28 arbeiderswoningen en 2 winkelhuizen aan de Uitenboschstraat door de Vereeniging voor Volkshuisvesting „Alk maar" en van 24 kleine arbeiderswoningen van gemeentewege aan de De Ruijterstraat en de Trompstraat, gewijzigd in dien zin. dat de gemeente de voor dezen woningbouw benoodigde gelden zelf uit een daarvoor te sluiten le'ening zou verstrekken. Het Rijk heeft intusschen de rente van de vóór 1 Januari 1934 verleende en toegezeg de woningwetvoorschotten van 5 pCt. tot 4 pCt. verlaagd. Daar het niet waarschijnlijk is, dat de gemeente tegen 'n lager percentage zal kunnen leenen, hebben wij de uitbetaling van de boven bedoelde woningwetvoorschot ten aan den minister verzocht. B. en W. stellen den raad in verband hier mede voor zijn besluit van 8 Juni 1933 nr. 12 in te trekken. WIJZIGING RECHTSPOSITIE VAN HET GEMEENTEPERSONEEL. B. en W. schrijven in bijlage no. 128: Bij brief van 12 September 1934, nr. 51, hebben Ged. Staten te onzer kennis gebracht het Koninklijk besluit van 28 Augustus 1934, dat wij in afschrift voor uwe vergadering tér inzage leggen, waarbij u wordt aangemaand het Ambtenarenreglement en Werkliedenre- glement der gemeente aan te vullen met be palingen betrekking nebbende op (iet onis'ag van vrouwelijke ambtenaren, die in bet hu welijk treden of in concubinaat gaan leven en het ontslag van ambtenaren wegens revo- lutionnaire gezindheid, een en ander zooals is aangegeven in de aanschrijving van den minister van binnenlanosche zaken van 20 Dec 1933, nr. 16601" I, afdaling Ambtena ren/aken, en zulks binnen 3 maanden, nadat het koninklijk besluit ter kennis van uwe ver gadering is gebracht. Gelijk u uit ons voorstel van 27 Februari j.1. (bijlage nr. 28) bekend is, heeft de meer derheid van ons college u toenmaals in over- weging gegeven de door den minister van binnenlandsche zaken gewenschte bepalin gen in het Ambtenarenreglement op te ne men. In de circulaire van Ged. Staten, d.d. 10 Januari j.1., welke bij de stukken ter in zage heeft gelegen, was trouwens medege deeld, dat wanneer de desbetreffende regle menten niet binnen een termijn van drie maanden conform de voorgestelde bepalin gen zouden zijn gewijzigd, de regeering Z'cli genoodzaakt zou zien zelf over te gaan tot het aanbrengen van bovenvermelde wijzigin gen en aanvullingen in die reglementen. Be doelde bevoegdheid bezit de Kroon ingevolge artikel 126 van de Ambtenarenwet 1929, S. 530. De meerderheid staat ook thans nog op het standpunt, dat het gewenscht is aan het verlangen van de regeering te voldoen en dat voorkomen moet worden, dat de hiervoor be doelde voorschriften door een ander oigaan dan de raad dezer gemeente worden vastge steld. van May Wynue. 14) En toen zij het blozend gezichtje naar hem ophief, met een paar schuchtere woor den van dank, kwam hij ineens met zijn vraag te voorschijn: „Heb je mij lief, Marjorie?" Een pauze, en toen haar bekentenis: „Ik heb je lief met heel mijn hart, Hugh!" Hierna was er geen kwestie meer van ro zen iplukken of stekjes knippen van de soor ten, die lady Anslie zoo graag had, want ze waren zelfzuchtig, die twee, die voor het oogenblik vergaten, dat er ooit oorlog of andere verschrikkingen waren in de we reld. De stem van vrouw Lettington, die Mar jorie aan het ontbijt riep, was een wan klank in dit schoonste uur haars levens en ze gingen schoorvoetend, maar wilden wel, dat ze verder weg waren geweest, zoo dat ze er niet aan hadden herinnerd kunnen worden, dat de dokter naar Winslea Grange moest. „Morgenochtend ga je toch ook dadelijk rozen plukken? Dan zal ik zorgen, dat ik er ben, Marjorie", beloofde hij. Het ontbijt in die dagen was een deugdelijke maaltijd, waarbij nu in dit huis maar licht bier werd gedronken, omdat de doctor een matig mensch was. Sir Hugh wilde niet langer blijven dan noodig was, om een morgendrank van mus- caatwijn en eieren te gebruiken, die vrouw Lettington speciaal voor hem had klaar ge maakt, want hij had zaken te verhandelen met Squire Brotherton en kolonel Aikton, die geen uitstel konden lijden, zelfs al pruilden rozenroode lippen en stonden Mar- jorie's oogen droef. In waarheid was door de bondgenooten van sir Hugh diens borgstelling, dat kasteel Pontefract open zou gevonden worden, zoo dra de bode van Langdale uit Schotland kwam, nu niet zoo heel vriendelijk opgeno men, en, ofschoon de naam van kolonel Morrice niet bepaald genoemd was, waren er toch gissingen gemaakt en werd er al vaag gesproken van de plotselinge vriend schap tusschen den jongen eigenaar van Barkleigh Towers en den gewezen officier van het Parlementsleger. Intusschen reed Marjorie haar bruinen hit, Betsy King, naast den mageren „Gray Thomas' van haar vader, in de richting naar de vennen van Winslea, die zich in een purperen nevel ten oosten van Pontefract uitstrekten. In het eerst was dit een onbeschaduwde weg, die door de bosschen van Fryston voerde, en dan ging het verder langs de ri vier de Aire, die zich als een zilveren lint door de weiden slingerde, tot waar de ven nen zich vertoonden in hun sombere een zaamheid. Het was niet een bezoek, waardoor naar Marjorie met opgewektheid was uitgezien. Mistress Agatha Birley was de weduwe van Thomas Birley, een man „vol ijver stre vende naar rechtschapenheid", zooals hij zichzelven gaarne schilderde, met andere woorden, iemand, die met bitteren haat haatte zijn koning en de heele koninklijke partij, evenals zijn zoon James, die op der tigjarigen leeftijd in „de voetstappen van zijn vader trad" en inderdaad diens gematigden tred nog overtrof, als Independent van de vurigste 'soort, die zijn eenvoudige stiefzus ter met diezelfde ijzeren roede regeerde, waarmee hij iederen ondergeschikte behan delde in en om Winslea Grange. Mistress Birley was een nicht van dr. Stapleton; in vroegere en andere dagen had den die twee zeer vriendschap'lijk met elkaar omgegaan, en, ofschoon de waardige doctor niet veel op had met den geest, die heersch- te in het huishouden van den Independent, bracht hij toch, door oude genegenheid ge dreven, zoo nu en dan een bezoek aan nicht Agatha. „Maar waarom ik nu ook mee moet, dat begrijp ik niet", had Marjorie al voor de zooveelste maal gedacht, terwijl hij zich kleedde voor haar rit. Toch wist zij in haar hart zeer goed, dat mistress Birley er bij haar neef op had aangedrongen dat die zijn aardig dochtertje zou meebrengen, daar ze zeer goed de bewonderende, zoo niet tee- dere blikken had opgemerkt, die haar stief zoon naar Marjorie wierp, ofschoon hij, na ieder bezoek, zeker een uur uitvoer tegen de ontvangst van een priester van Baal en zijn Babylonische dochter. Bij een van die gelegenheden had Janet, zijn stiefzuster, de stoutmoedigheid gehad om verzet aan te teekenen. „In trouwe, James", had zij gezegd, „het is niet mooi van je om zoo af te geven op Marjorie, die toch het liefste, aardigste meisje uit heel Yorkshire is en de beschei denheid in persoon, zooals je evenmin ont gaan kan zijn!" James had een erge kleur gekregen onder zijn getaande huid, terwijl hij een toornigen blik wierp op de stoutmoedige spreekster. „Ga weg van mij, vrouw, met uw onge paste en verleidelijke inblazingen! Zou ik, ik, als zoon van een rechtschapen vader, nu het oog laten vallen op deze vrouw, die als een strik is op de paden der godvruchtigen? Ik zeg u van neen en andermaal neen!" Maar al sprak hij nu ook met nog zooveel overtuiging en verontwaardiging, Janet moest er om lachen, toen ze in de veilige afzondering van haar provisiekamer zat. „Als ik mij nu bezondigde aan het dubbel spel", dacht ze ondeugend, „dan zou ik er een gouden Carolus onder verwedden dat James, eer het een maand verder is, nicht Marjorie het hof maakt!" Carolus gouden munt, ter waarde van twintig shilling. En ze had gelijk gehad Nog geen veertien dagen later of master Birley had een ingeving gekregen: Het was hem geopenbaard, verklaarde hl], dat het voor hem was weggelegd, om een dwalende vrouw te genezen van haar ver keerde opvatting en haar ziel te redden. Met andere woorden was hij van plan geweest door zijn krachtig aangewenden invloed Marjorie Stapleton te bekeeren, om de Presbyteriaansche leer aan te nemen, met hém als uitlegger daarbij, en in de vurige hoop, dat, als zij Baal verzaakte -- daaron der verstaande dan ook haar ouden vader en alle koningsgezinden vriende -- zij dan de on schatbare eer zou mogen genieten van zijn vrouw te worden. Hij kwam hier rond voor uit tegenover zijn moeder, die op haar beurt aan Janet toe vertrouwde dat alles niet beter had kunnen loopen, want dat zij altijd vrees gekoesterd had hoe hij nog eens tot zijn vrouw had willen maken: Jemima Albury, wier tirannie even groot was als haar godvruchtigheid. Hiermee was Janet het geheel eens en zóó hartelijk werd Marjorie dan ook ontvangen, dat zij onwillekeurig eenige wroeging voel de voor de wijze, waarop zij tegen dit bezoek had opgezien. De sombere heer des huizes zelve betoon de haar groote vriendelijkheid, en, toen dr. Stapleton zich met zijn nicht voor een ge zellig praatje in de huiskamer terug trok, noodde James zijn gaste voor een wande ling in den tuin. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 6