Stad en Omgeving. Jiadiopcogcamma 'Jmilteion REORGANISATIE BUREAU VERIFICATIE EN CONTROLE. In bijlage Nr. 155 schrijven B. en W.: Reeds een tiental jaren is het vraagstuk hangende, op welke wijze een doelmatige regeling ware te treffen voor de verificatie en controle der gemeente-financiën. Op 28 November 1923 gaven wij aan het Bureau voor verificatie en financieele adviezen der Vereeniging van Nederlandsch gemeenten opdracht, een onderzoek in te stellen naar de doelmatigheid van de financieele administra- tie der gemeente en van de als bedrijven in gerichte takken van gemeentedienst. Toen wij, onder overlegging van het van 12 Juni 1924 dagteekenende rapport van dat Bureau uw vergadering onze zienswijze uit eenzetten in ons voorstel van 21 April 1925 (bijlage nr. 64), waarin wij o.a. voorstelden het bureau voor verificatie en controle te vereenigen met de afdeeling financiën ter secretarie en aan de secretarie een verifica teur aan te stellen met den rang van hoofd commies, besloot de raad in zijne vergade ring van 28 Mei 1925, een commissie in te stellen (de commissie-Vogelaar) die zoowel omtrent de personeelsformatie in het alge meen als omtrent het rapport en ons voorstel zou adviseeren. In het eerste advies dezer commissie, d.d 24 juli 1926, waarop betrekking had ons voorstel van 15 Februari 1927 (bijlage nr 17) vereenigde de commissie zich met de samenvoeging, doch was in meerderheid tegen aanstelling van een ambtelijken veri ficateur. Zij gaf de voorkeur aan niet-amb- telijke controle. Wij lieten toen dit punt bui ten beschouwing en stelden in het vooruit zicht, dat wij ait punt nader zouden over wegen. De raad vereenigde zich in zijne vergade ring van 17 Maart 1927 met het voorstel tot samenvoeging der beide bureaux. De uit voering van dit besluit stuitte intusschen, gelijk wij mededeelden in het antwoord, d.d. 12 November 1929, op het afdeelingsverslag betreffende de begrooting voor 1930, op practische moeilijkheden Van deze over plaatsing is dan ook afgezien en de trouw zaal, waar men zich aanvankelijk had ge dacht de bureaux te huisvesten, heeft daarna, krachtens Raadsbesluit van 8 Mei 1930, ook uiterlijk een zoodanige, met haar be stemming verband houdenae, verandering ondergaan, dat het uitgesloten is, daarin thans bureaux onder te brengen. De combi natie wacht derhalve op uitbreiding van het aantal vertrekken der secretarie. Intusschen is onopgelost gebleven de vraag op welke wijze de verificatie zal moe ten worden geregeld. Om ons van de finan cieele consequenties van een opdracht der verificatie en controle aan een niet-ambtelijk orgaan op de hoogte te stellen, vroegen wij in 1928 aan het bovengenoemde Bureau, on der welke voorwaarden het bereid zou zijn, de taak op zich te nemen, die krachtens 'ge meenteblad nr. 780 aan het gemeentelijk con trolebureau is toevertrouwd. De directie ant woordde bij den ter inzage liggenden brief d.d. 10 November 1928, dat de hier bedoel de taak niet anders zou kunnen worden ver richt dan door beschikbaarstelling van een gemeente-accountant met een a twee assisten ten. Zou de gemeente bereid zijn, op meer be perkten voet een contract te sluiten, dan zou het Bureau, volgens den mede ter inzage liggenden brief van 22 November 1928, be reid zijn, gedurende een proefjaar met de gemeente te contracteeren voor een bedrag van 3745. Wij hebben destijds deze zaak laten rusten omdat beide oplossingen ons onaanvaard baar voorkwamen en de mogelijkheid van uitvoering van ons aanvankelijk voorstel, door het gebrek aan ruimte, voorshands niet aanwezig was. Thans echter is een wijziging in de personeelsbezetting mogelijk, die de oplossing zeer vergemakkelijken zal. Uwe vergadering verleende bij besluit van 13 September j.1. aan den heer L. van der Vegt op zijn verzoek eervol ontslag met in gang van 16 December a.s. als gemeente ontvanger. Wanneer in deze vacature wordt voorzien door benoeming van den heer R. J. Schier- beek, thans controleur, dan komt een plaats beschikbaar, welke, zonder dat de gemeente voor hoogere uitgaven komt te staan, zou kunnen worden vervuld door een verifica teur, die, niet als de controleur, werkzaam zou zijn aan het hoofd van een zelfstandig bureau, los van de secretarie, doch in het verband der secretarie, aan de afdeeling financiën, zoodat uw besluit van 17 Maai 1927 thans, althans in organisatorisch op zicht, tot uitvoering zou kunnen komen. Bij nadere overweging komt het ons voor, dat niet het geheele bureau van den controleur zou moeten worden toegevoegd aan de secre tarie, doch slechts dat gedeelte, dat met de verificatie en controle op uitgaven en in komsten en de algemeene bedrijfseconomie verband houdt. Immers de werkzaamheden van het bureau kunnen vrij scherp worden onderscheiden in de oorspronkelijke taak va i het bureau, t. w. de regeling van belasting aanslagen (thans: schoolgelden, hondenbe lasting, belasting openbare vermakelijk heden, belasting gebouwde eigendommen, beerputten- en tonnenbelasting, precario rechten) en de later daaraan toegevoegde taak, n.1. de controle en verificatie van de gemeentelij'"! uitgaven en inkomsten, van de uitgaven en inkomsten der 'bedrijven en van die der woningbouwvereenigingen en andere gesubsidieerde vereenigingen. Wanneer de heer Schierbeek ,die aanvan kelijk als controleur der belastingen is aan gesteld, tot ontvanger wordt benoemd, zal net aanbeveling verdienen, dat de met de be lastingen verband houdende werkzaamheden ook voortaan onder zijn leiding plaats heb ben. Dit kan, door twee van de ambtenaren, t. w. de heeren J. C. Meeuwsen en H. J. Keijzer, over te plaatsen naar de thans ver huurde verdieping van het pand, waarin het ontvangerskantoor is gehuisvest. Ook om andere voor de hand liggende redenen is het van belang de bureaux, waar de belastingen worden geregeld en geïnd, zooveel mogelijk in eenzelfde perceel onder te brengen. De heer J. van Zoonen, tot dusver in het bijzonder belast met controle- en verificatie werkzaamheden, zal dan aan de afdeeling financiën ter secretarie worden verbonden om daar onder leiding van den te benoemen Verificateur werkzaam te zijn. De afdeeling financiën zou dan gesplitst worden in een afdeeling A (de bestaande af deeling) en B, belast met controle en verifi catie. Gelijk U bekend is, bedraagt de door Ge deputeerde Staten vastgesteld jaarwedde van den ontvanger 3900 tot 4900. De heer Schierbeek zou het maximum ontvangen. Bovendien ontvangt de tegenwoordige ont vanger als administrateur van het gemeente lijk "pensioenfonds een bezoldiging van 7'Ö0. Wij meenen dat er geen reden is, dit bedrag ten volle te handhaven, doch anderzijds moet naar ons voorkomt vaststaan, dat de heer Schierbeek niet in salaris achteruitgaal De heer van der Vegt heeft als ontvanger een salaris, dat na aftrek van de in Provin ciaal blad nr. 1 van 1933 genoemde kortin gen 4666 bedraagt. De heer Schierbeek, die met inachtneming van de korting over eenkomstig het raadsbesluit van 28 April 1932, een bezoldiging ontvangt van 4869. zou dus als administrateur van het pensioen fonds tenminste een toelage behooren te ont vangen van 4869 4666 rond 200. Omtrent de vraag, op welk bedrag de toe lage, mede in verband met de leiding van oe belastingwerkzaamheden behoort te worden vastgesteld, zouden wij het advies willen in winnen van de commissie van overleg voor de ambtenaren. De gemeente zal, wanneer uwe vergade ring zich met ons voorstel vereenigt, een meer doeltreffende personeelsformatie kun nen verkrijgen zonder verhooging van uit gaven, terwijl voor de verificatie en controle een doelmatige oplossing zal zijn gevonden Immers het zal ook uwe vergadering uit de ter inzage liggende stukken zijn geble ken, dat particuliere verificatie en controle voor een stad met een budget als Alkmaar heeft, niet kan bereiken wat met ambtelijke controle te bereiken is, tenzij de daarmede te belasten personen voortdurend ter beschik king zouden staan van de gemeente, waar mede, blijkens de daaromtrent ontvangen op gave, een belangrijk hooger bedrag zou zijn gemoeid dan wanneer de gemeente tot aan stelling van een ambtenaar voor deze taak overgaat. De paraatheid, de geregelde, da- gelijksche aanraking met alles wat het fi nancieel beheer aangaat, geeft het ambtelijke bureau een grooten voorsprong op het par ticuliere, dat alleen op bepaalde tijdstipoen zijn aandacht aan de gemeentefinanciën kan wijden. Wij blijven daarom aan de benoe ming van een op dit terrein deskundig amb tenaar de voorkeur geven. Wij stellen U thans voor, in beginsel te besluiten, U met deze oplossing te vereetn- gen. Bij aanneming van dit voorstel zullen wij de besluiten voorbereiden, die uit uwe beslissing zullen voortvloeien. UITKEERING JAARWEDDEN BOVENTALLIGE ONDERWIJZERS AAN BIJZONDERE SCHOLEN OVER 1933. In bijlage no. 131 schrijven B. en W.: Den Sen Februari 1934 ontvingen wij van uwe vergadering om bericht en raad aan vragen van de Besturen der Vereeniging „S. Joseph", der R.K. Meisjesscholen en der Vereeniging tot bevordering van Christelijk schoolonderwijs te Alkmaar, om de gemeen telijke vergoeding te mogen ontvangen over het jaar 1933, bedoeld in artikel 100 der Lager-onderwijswet 1920. Van eerstgenoemd bestuur zijn aanvragen ingekomen om bovengenoemde vergoeding ten behoeve *an de onder zijn beheer staande St. Adelbertusschool, St. Bavoschool, St. Willibrordusschool en St Aloysiusschool van het in de tweede plaats genoemde be stuur eveneens om deze vergoeding ten be hoeve van de onder zijiTJbeheer staande Ju- liaschool (g.l.o.), St. Josephschool (g.l.o.), Mariaschool en St. Agnesschool en van laatstgenoemd bestuur ten behoeve van de onder zijn beheer staande Julianaschool (g.l.o.) en Wilhelminaschool. De bepalingen van het Koninklijk besluit van 4 Sept. 1923, Stbl. nr. 432, zooals dit besluit nader is gewijzigd, zijn door boven genoemde drie schoolbesturen in acht geno men. Hcewel het bedrag der rijksvergoeding voor de openbare lagere scholen over 1933 nog niet definitief is vastgesteld, kan toch nu reeds met zekerheid worden gezegd, dat in dat jaar boventallig personeel aan die scho len is werkzaam geweest en wel gedurende het geheele jaar. Op vorenstaande verzoeken kan thans een beslissing worden genomen, behalve voor wat de St. Bavoschool betreft, omdat de rijksvergoeding voor deze school nog niet is vastgesteld. Het gemiddelde aantal leerlingen van de openbare scholen voor gewoon lager onder wijs, welke zijn aan te merken als gelijk soortig aan de in de aanvragen bedoelde bijzondere lagere scholen, bedroeg op: 16 Maart 1932 1825 16 Juni 1932 1766 16 September 1932 1776 16 December 1932 1783 Totaal 7150 Alzoo gemiddeld over het jaar 1932 7'150 4 178714. 'F Het aantal aan de openbare scholen voor Donderdag 18 October. HILVERSUM, 301 M. (AVRO- uitz.) 8.— Grjil. 9— Omroep orkest olv. N. Treep. 10.Mor genwijding. 10.15 Gr.pl. 10.30 Ver volg concert. 11.Gr.pl. en deel. E. van Praag. 12.— Kovacs Lajos en zijn orkest en gr.pl. 2 Piano recital Chr. Veelo. 2.30 Gr.pl. 3. 3.45 Naaicursus. 4— Voor zieken en ouden van dagen. 4.30 Muzikaal tusschenspel. 4.45 Radiotooneel v. d. jeugd. 5.30 Omroeporkest olv. N. Treep. 6.30 Sportpr. H. Hollander. 7— Omroeporkest olv. N. Treep. 7.30 Engelsche les Fred Fry. 8.— Vaz Dias. 8.05 Gr.pl. 8.15 Con certgebouw-orkest olv. E. Cooper, mmv. Tito Schipa, tenor. In de pauze gr.pl. 10.30 Gr.pl. 11.— Vaz Dias. 11,10—12.— Uit „At- lanta", Rotterdam: Dajos Bela en zijn orkest. HUIZEN, 1875 M. (8—10.— en 11.—2— KRO, de NCRV van 10.—11 en 2.—11.30 uur). 8.— 9.45 en 10.— Gr.pl. 10.15 Morgen dienst olv. ds. J. v. d. Woude. 10.45 en 11.— Gr.pl. 11,30—12.— Gods dienstig halfuur. 12.15 Orkestcon cert en gr.pl. 2.— Cursus Fraaie handwerken. 3.Voor de vrouw. 3,30—3.45 Gr.pl. 4.Bijbellezing ds. H. J. Dijckmeester, mmv. J. H. en H. Smit Duyzentkunst, bariton en orgel. 5— Handenarbeid v. d. jeugd. 5.30 H. Koning, bas en A. Krelage, bas. 6.45 Causerie A. Sta pelkamp. 7.Politiebcr. en Ned. Chr. Persbureau. 7.15 Gr.pl. 7.30 Weekoverzicht. 8.— Herdenking afscheid 1834 in de Pieterskerk te Leiden, mmv. Chr. Gem. koor olv. mej. T. Leening, ds. A. B. te Win kel, dr. J. C. Kromsigt en ds J. W. Groot Enzerink. 10.Vaz Dias 10.10-11.30 Gr.pl. DROITWICH, 1500 M. 10.35 10.50 Morgenwijding. 11.05 Le zing. 11.25 Gr.pl. 11,50 Voor de scholen. 12.10 Het Rutland Square en New Victoria Orkest olv. N. Austin. 1.20 Gr.pl. 2.25 Voor de scholen. 3.20 Vesper. 4.10 Gr.pl. 5.05 Orgelconcert L. Crosthwaite. 5.35 Het Broadhurst Septet. 6.20 Ber. 6.50 Cembalomuziek. 7.10 Duitsche-causerie. 7.40 Gr.pl. 7.59 Lezing. 820 Radiotooneel: I. „De- layed drop", spel van Byrne. II. „Fours into seven won 't go", spel van Gielgud en King-l iall. 9.10 Radio Militair orkest olv. B W. O'Donnell. 9.50 Ber. 10.20 Korte dienst. 10.35 BBC-orkest olv. Braithwaite mmv. r'. Russell, tenor. 1130 Voordr. 11.35—12.20 BBC- dansorkest olv. H. Hall. PARIJS (RADIO-PARIS), 1648 M. 7 20 en 8.20 Gr.pl. 12.50 Pascal- orkest. 7.05 Gr.pl. 8.20 Zang, in- strumentaal concert en vocaal kwar tetconcert. 10.50 Dansmuziek. KALUNDBORO, 1261 M. 11.20 1.20 Strijkorkest olv. Andersen. 2Zang en piano. 2.20—4.20 Concert uit rest. Wivex. 7.30 Om- roepsymphonie-orkest olv. prof. N. Malko, mmv. Wladimir Horowitz, piano. 9.50—11-50 Dansmuziek. KEULEN, 456 M. 5.20 Gr.pl 6.40 Gr.pl. 9.30 Koorconcert. 11.20 Koningsberger Opera-orkest o.l.v. Brückner. 12.20 Gr.pl. 1.20— 2.05 Kwintetconcert. 3.20 Omroep, kieinorkest olv. Eysoldt. 4.35 Zang en piano. 6.20 Populair concert. 7 35 Kamermuziek. 7.50 „Lanzelott und Sanderein", spel van Huebner en Sistig. 8.30 Boieldieu-concert mmv. solisten, koor en orkest olv. Kühn. ROME, 421 M. 8.05 Concert door tokkelkwartet en N. Melnikoff, bariton. Hierna „Das Waldveil- chen", spel van Molnar. 9.20 Dansmuziek. BRUSSEL, 322 en 484 M.322 M.: 12.20 Salonorkest olv. Walpot, m. m. v. tenor. 1.30-2.20 Gr.pl. en zang. 5.20 Oude muziek. 6.50 Gr. pl. 7.05 Hoorspel. 8.20 Omroep orkest olv. Gason en gr.pl. 9.20 Salonorkest olv. Walpot en gr.pl. 10.30—11.20 Gr.pl. 484 M.: 12.20 Gr.pl. 1.30—2.20 Omroeporkest olv. Gason. 5.20 Gr.pl. 6.35 Salon orkest olv. Walpot. 8.20 Dito. 9.35 Omroeporkest olv. Gason, mmv. vioolsolist. 10.30—11.20 Gr.pl. DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 7.20 Kernspreuk en ber. 7.35 Chopin-concert olv. E. Lindner. 8.50 „Einsteigen Richtung vroolijk programma. 9.r,.0 Ber. 9 50 Causerie. 10.05 Wetrber. 10.20— 11.20 Dansmuziek. GEMEENTELIJKE RADIO- DISTRIBUTIE. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Huizen. Lijn 3: Lond. Reg. 10.35 10.50, Droitwich 1050—11.05, Lond. Reg. 11.0517.05, Deutsch- landsender 17.0524. Lijn 4: Keulen 10.35—17.05, Lond. Reg. 17.05—24.—. gewoon lager onderwijs verbonden leer krachten bedroeg gedurende het tijdvak 1 Januari t.m. 31 Juli 1933, 52, en gedurende het tijdvak 1 Augustus t.m. 31 December 1933, 48. Het gemiddelde aantal leerlingen per leer kracht is derhalve: a. gedurende het tijdvak 1 Januari t.m. 31 Juli 1933 1787 J4 52 is 34 39/104 en b. gedurende het tijdvak 1 Augustus t.m. 31 December 1933 1787K, 48 is 37 23/96. Ingevolge het koninklijk besluit van 14 October 1931, nr. 32, moet de voor de bijzon dere schoolbesturen voordeeligste klassedee- ler worden genomen; in dit geval dus 34 39/104. Voor de St. Josephschool (g.l.o.) geldt de klassedeeler van 1932, omdat deze nog voordeeliger is voor het schoolbestuur. Aan de hand van de hiervoren en in den staat genoemde gegevens hebben de school besturen aanspraak op vergoeding der (daarbij gegeven) jaarwedden of wedden van boventallige leerkrachten als in het be sluit is aangegeven. B. en W. stellen den raad vóór het desbe treffend besluit te nemen. BOUWRIJP MAKEN GEDEELTE VOLKSTUINTJES AAN DEN FRIESCHEWEG. In bijlage Nr. 138 schrijven B. en W.: Naar ons voorkomt, is in verband met de bebouwing die in de laatste jaren langs den Friescheweg is ontstaan, het oogenblik aan gebroken, om ook het terrein langs den Friescheweg, dat thans nog als volkstuin tjes wordt verhuurd, althans ten deele te bestemmen tot bouwterrein. Een verkave lingsplan, dat wij voor uwe vergadering ter inzage leggen, hebben wij daartoe laten op maken. Uit de daarbij gevoegde kostenbe rekening blijkt, dat een loonende exploitatie van dit bouwterrein mogelijk is. Het geheele terrein is reeds in werkverschaffing op vol doende hoogte gebracht. Voorshands kan worden volstaan met de bestemming tot bouwgrond van een 22 M. breede strook, langs den Friescheweg gelegen. Hiervoor is slechts noodig het aanleggen van een trot toir langs dien weg en een rioleering, welke uitloopt in de Hoornsche vaart, waarvan de kosten op 5000 worden geraamd. De ove rige grond kan dan voorloopig nog verhuurd blijven als volkstuintjes. De grond, welke op deze wijze als bouwterrein beschikbaar kómt, kan volgens het verkavelingsplan 30 één- gezinsmiddenstandswoningen bevatten. Het ligt in het voornemen om toe te staan, dat deze woningen in bouwblokken van ten hoog ste 6 waningen worden aaneengebouwd met een onderlinge tusschenruimte tusschen deze blokken van 6 Meter. De commissie van bijstand voor het grond bedrijf kan zich met het in exploitatie bren gen van deze strook, overeenkomstig het overgelegde verkavelingsplan vereenigen en geeft in overweging den prijs van den bouw- rijpen grond te bepalen op 10 per M2., een prijs die ook naar onze meening redelijk is. Naar aanleiding van het bovenstaande stellen B. en W. voor te besluiten: a. een langs den Friescheweg liggende strook van de perceelen Sectie C nrs. 2970, 3087, 3068 en 3069 ter breedte van 22 M. te bestemmen als bouwterrein; van May Wynne. die af en toe verlangend omkeek, in de hoop, dat Janet soms volgen zou en zij moed mocht vatten om te vragen of ze het stee- nen bruggetje over mocht, om daar sleutel- Ho hol/e vnn Wmc Pfll bloemen te gaan plukken in de weide, waar ue nexb run m*ieu een stuk 0{ wat koeien piechtstatig aan het herkauwen waren van het genoten voed sel. „Nichtje Marjorie, ik heb je wat te zeg- 15) Wïnslea Grange was gelegen midden in een ruime vlakte, met tot achtergrond de bosschen van Fryston aan den eenen kant en oostwaarts de tweelingsbergen: Brayton Barf en Stambleton Heugh en met de heu vels van Yorkshire in het blauwe verschiet. Dichterbij, zelfs grenzende aan den bloe mentuin, liep de rivier Aire, kalm en vrien delijk, maar toch met benedenstroomingen, die een argeloozen zwemmer licht zouden kunnen meevoeren naar versnellingen, die uitliepen op een waterval, gelegen in een met bosch overgroeide laagte, geen halve mijl van de Grange af. De tuin zelve had niets van dat stijve van de eigenaars en was een schilderachtige wirwar van kleurige bloemen, kronkelpaden en beschaduwde prieeltjes. Een ouderwetsche bekoorlijkheid lag over de plaats en vooral over Janets rozentuin, waar op het grasveld, op een sierlijk ge beeldhouwd voetstuk, de onmisbare zonne wijzer stond, de eenige klok, waarop men in dien tijd verhouwen kon. Door Janrts tuin, den kant uit naar de rivier, leidde James Birley zijn bezoekster, gen De diepe, afgemeten toon van deze ge wichtige aankondiging stoorde haar in haar droomerij over het genot, dat kleine Peggy Dopling, het zieke kindje van den hoefsmid van Knoitingley, zou hebben, als ze haar zoo'n ruikertje zoet geurende sleutelbloemen bracht, en Marjorie herhaalde ontsteld: „Mij wat te zeggen, master Birley?" Ze noemde hem nooit James, daar ze een te grooten afkeer voor hem voelde. „Voorwaar", antwoordde hij, „ik heb je veel te zeggen meisjeslief, want, als je naar mij wilt luisteren en je zult afwenden van de strikken van Babyion en de valsche leerstel lingen van de goadeloozen en zondaren, dan zult gij voor mii zijn als Sara voor Abra ham, als Rachel voor Jacob, als Rebekka voor zijn vader Isaak". „Master Birley!" hijgde zij, met hoogroo- de kleur, „wat bezielt u?" De zonnewijzer was tusschen hen, en, ter wijl ze zoo sprak, zag ze dat zijn groote handen een deel van het voetstuk omvat hielden. Een krachtige gestalte was deze breedge schouderde man uit Yorkshire, nog eens zoo indrukwekkend, met zijn grauwe klee ding, zijn hooge kalfsleeren laarzen en zijn kegelvormigen Puriteinschen hoed, die al heel slecht paste bij zijn lang, smal gelaat met de hooge jukbeenderen, de dicht bijeen staande donkere oogen en de vooruitsteken de onderkaak. Geen aantrekkelijke man voor een jong meisje, om zich er 't hof door te laten, maken en een onbehagelijk middelpunt voor zulk een schilderachtige en romantische omge ving. Marjorie ging een schrede achteruit en toch voelde zij zich weer als betooverd door dat heerschzuchtig gelaat, dat den tiran dicteerde, zelfs in een oogenblik als dit. „Zoowaar, ik weet niet, wat u bedoelt met Abraham en Isaak", sprak zij met voor haar ongewone luchthartigheid, „en ik wil er ook niet bij u op aandringen om het te verklaren, master Birley, daar ik er nu eenmaal mijn zinnen op heb gezet om van die aardige sleutelbloemen te plukken voor een klein meisje, dat ziek is". „Ziek!" herhaalde Birley met nadruk, ter wijl hij een schrede naderbij trad. „En ben ik dan niet ziek, Marjorie? Ziek van het hoofd tot de voeten? En waarom?Om dat mijn ziel uitgaat naar jou; smacht om je te omhelzen in geestesverrukking, zoodat deze sterke armen, die den zondaar hebben terneergeslagen in zijn zonde, je teere, dwa lende voeten mogen terugvoeren van den af grond van een geestelijken ondergang!", Dit zeggende, hield hij de armen open, zóó uitnoodigend, dat Marjorie snel achter uit trad en de ruimte van een bloemperk tus schen hen liet. Het plezier in het humoristische van de situatie werd haar voor een deel benomen door haar vrees voor den onwelkomen pre tendent. Toch zou het 't beste zijn dezen zelfvol- danen „heilige" op de hoogte te brengen van den waren staat van zaken. „U weet zeer goed, dat u onzin praat master Birley", zei ze dan ook met een open hartigheid, waarover ze zelve versteld stond „Als al dat gepraat over mijn ziel beduidt, dat u mij trouwen wilt, dan zal ik u ver tellen dat ik ten eenenmale afzie van die ?er- U vergeet, dat mijn sympathieën geheel in strijd zijn met de uwe. Zoudt u inderdaad in het huwelijk willen treden met een vrouw, die iederen avond bidt voor de veiligheid van inden?"'60 on^er£an£ van z'jn vij- Birley's gelaat betrok, maar hij schudde slechts het hoofd. „Je bent nog een kind", zei hij, „dat den verderfelijken praat, dien het hoort, nazegt, zonder iets van den waren zin te vatten. Maar het zal niet altijd zoo zijn: zal ik je niet den weg wijzen, dien je bewandelen zult? Zal ik je niet den afgrond toonen, die gereed is, 'n zóó teer en zóó misleid meisje op te slikken? Er zal 'n tijd komen, dat alles volbracht is en dan zal je mij leeren beschou wen met blikken van genegenheid en liefde. Liefde, die hand aan hand met plicht, je dor bestaan zal doen bloeien als een roos". Met hoog-roode kleur van innige veront waardiging zag Marjorie er nog tienmaal zoo aardig uit als anders. „Liefde?" riep zij en wierp het hoofd achterover met een levendigheid, die haar vader verrast zou heben. „Voorwaar u heeft gelijk, master Birley, als u zegt, dat oprech te liefde schoonheid zal brengen in mijn le ven, maar die liefde is reeds geschonken door en aan een, die oneindig meer waard is dan u!" Een oogenblik te voren zou hit' op meesterachtige wijze haar handen in de zij ne hebben gesloten, haar als het ware dwingend aan zijn bevel te voldoen, maar nu fronste het voorhoofd zich in een breede prooi, waarvoor Marjorie bang zou zijn geworden, als zij in kalme stemming had verkeerd. „Voel je liefde voor een man?" vroeg hij op heeschen toon. „Ik heb sir Hugh Ainslie lief, die, als het zoo wezen mag, ééns mijn echtgenoot zal zijn". Birley hield de dunne lippen zoozeer op een geklemd dat de spleet van zijn mond één rechte lijn leek. „Dat zal toch wel niet zoo zijn", klonk het met onheilspeilenden nadruk. Alle kleur week haar uit het gelaat, of schoon ze moedig haar zelfbeheersihing wist te bewaren. (Wordt vervolgd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 6