Agenda Minister Colijn spreekt met de bemanning. Wseeéedcht POSITIES VAN DEELNEMERS. Australie's gevaren. Aanbod voor de Douglas. No. 4 gearriveerd. Viruly en Parmentier. Stedelijk Museum Ingang 3reedstraat, eiken werkdag van 9 tot 12 en van half 2 tot half 4 geopend; Zater- lags van 9 tot 1 uur; Zondags gesloten. 15 uur (Zondag 105 uur), tentoon stelling schilderijen en teekeningen van K. I O. D. aan de Oudegracht 275. Bioscopen. Bioscoop Harmonie, 7.30 uur, hoofdnum mer Bleeke Bet (Ned. film van Amster- Jamsch volksleven), met Aaf Bouber, John Elsensohn, Jopie Koopmans, Fientje de la Mar e.a. (Geprolongeerd). Toegang voor alle leeftijden. Victoria-theater, half 8, hoofdnummer De vrouw die zich verkocht (rom hoofd ollen 'lalluhad Bankhead en Robert Mont- jomery. Toegang boven 18 jaar. Cinema Americain, hal' 8, hoofdnummer Ann Vickers (real.); hoofdrollen Irene Dunn en Walter Huston. Toegang boven 18 jaar. Extra: de luchtrace LondenMelbourne Donderdag 25 October. 8 uur, 't Gulden Vlies, lezing Lode van Gent voor de Reisvereeniging. 7.30 uur, café Kaandorp aan de Zuider vaart, prop.-bijeenkomst Landbouwmaat- schappij afd. SHiermeer; spr. J. de Lange uit Ruinerwold. In A. B. T. veriooning film „Tien dagen die de wereld deden wankelen" voor de V. V. S. U.; spreker Oerard Vanter. Vrijdac 26 October. 7.30 uur, café Kamsteeg te Stompe- toren, prop.-bijeenkomst Landbouwmaat schappij afd. Schermeer; spr. de heer J. de Lange. 8 uur, 't Gulden Vlies, feestconcert Praagsch Koor. Maandag 29 October. 8.15 uur, 't Gulden Vlies, optreden Louis Davids met zijn Kurhaus-cabaret. tusschen alle betrokken naties en menschen. Maar hoe staat hel. verder? Afgezien van de edelmoedigheid van Sir Mac Pherson Rcbertson en van al de energie, bekwaam heid en moed, welke hij te weeg heeft ge bracht, wat is er voorbereid voor de toe komst van het vliegwezen en van het be staan op de aarde, waarop de menschen moeten blijven leven, hoe hoog en hoe vaak zij er ook bovenuit mogen vliegen in hun vuurwagens? De uitwerking van de wed vlucht op de luchtvaart kan nauwelijks be twijfeld worden. Gelijk het automobilisme over het algemeen vrijwel alles geleerd hééft van autorennen, zoo moet het vliegen in het algemeen leeren van zulke felle proeven als deze wedvlucht. De verrichting van Scott en Black moet heel wat meer menschen „lucht- gevoel" geven en de verrichting van de Nederlanders moet in hooge mate de koop- vaardijvliegerij, met inbegrip van het pas- sagiersverkeer aanmoedigen. Maar als tijd en ruimte zoo voor ons gaan verdwijnen, totdat hun filosofische beschrijving als ge- dachtevormen een nieuwe beteekenis schijnt te krijgen, is het onmogelijk niet te vragen welke uitwerking de verandering zal heb ben op het menschelijk bestaan in het alge meen. Hierop kan alleen het oude antwoord gelden, dat zulks er van afhangt, wat de mensch er van gelieft te maken. Een ding is zeker. Van terug gaan kan geen sprake zijn. Hoe diep wij er van overtuigd mogen zijn, dat wij niets gelukkiger of beter zullen worden, wan neer wij alemaal in drie dagen tijds van En geland naar Australië kunnen vliegen, de vliegkunst zal zich blijven Ontwikkelen. Het is maar een onderdeel van die nooit uitge putte vindingrijkheid, waardoor de mensch uit zijn dierlijken staat is gekomen. Deze vin dingrijkheid is misschien 'n voorwaarde voor 's menschen overleving op aarde. Voor hen, die haar op zichzelf toejuichen, moet het af- geloopen weekend een gulden uur beteekend hebben; en zelfs zij, die haar het meest ver afschuwen of haar resultaten vreezen, moe ten de prachtige hoedanigheden bewonderen, tentoon gespreid zoowel door hen, van wie de gedachte uitgaat, als door hen, die deze gedachte dienen. De Daily Telegraph vergelijkt het deelne men van de Douglas aan de wedvlucht met het deelnemen van een matrozensloep aan de Henley Regatta. Het blad herinnert er aan, dat de overwinning van Scott en Black de overwinning was van een snel vliegtuig, ont worpen en gebouwd voor dezen specialen wedstrijd, en herinnert er aan, dat beide vliegers als het ware drie dagen aan een stuk zonder rust of slaap in actie zijn geweest. Het blad gaat dan voort: „Vergelijk hiermee de ervaring van Par- mentier en Moll in hun Douglas, een ver keersvliegtuig met een bemanning van vier en drie passagiers. Dit toestel was niet ge bouwd voor een wedvlucht maar om deel te nemen in een geregelden luchtdienst tus schen Nederland en Nederlandsch-Indië. Het was, om zoo te zeggen, uit den gewonen dienst gehaald om zich te meten met een ra cetoestel en voor die speciale gelegenheid wat sneller gemaakt. Het vloog even onver moeid en onverbiddelijk als Sirius achter den haas, nooit zoover achter de Cornet, dat Scott en Black op hun voorsprong durfden ver trouwen. Wat een tegenstelling tusschen een gemakkelijke luchtbus, waarin alle opvaren den op geregelden tijd konden eten en s'apen en de wanhopige afmattende strijd voor le vensbehoud in een nauwen stuurstoel! De stand van den wedstrijd was gister avond: Hewett en Kay te Bangkok, vertrekken naar Singapore. Gebr. Stodart 8 uur te Calcutta aangeko men. Vertrekken vanmorgen. Hansen 12 uur te Calcutta aangekomen en vandaar vertrokken. Melrose te 2 uur uit Allahabad vertrokken naar Rangoon. Shaw is te Boesjir aan de Perzische Golf aangekomen met motorpach. Brooks. Te Athene is gebleken dat zijn propeller gebroken is. Is uitgeschakeld. Davies en Hill zijn nog steeds op Cyprus. Mac Gregor en Walker zijn bij het aan breken van den dag uit Batavia vertrokken. De Amerikanen Wright en Polando van wie sinds hun vertrek uit Bagdad geen be richt was ontvangen, zijn Dinsdagmiddag gedwongen geweest ten Westen van Moham- merah in Perzië te landen. Zij zijn daar ge arresteerd en tot gisteravond gevangen ge houden, hoewel hun passen in orde waren. Zij zullen hedenmorgen verder gaan. De „Panderjager" einde van deze week startklaar. Men deelt ons mede: Geijsendorffer seinde hedenmiddag uit Allahabad, dat de Panderjager tegen het einde van deze week weer startklaar zal zijn en hij met uitgetrokken landingsgestel zal verder vliegen. Men vestigt er onzen aandacht oo, hier door de vliegsnelheid van de „Panderjager" zal worden zal worden verminderd, maar dat een herhaling van hetgeen te Allahabad gebeurd is voorkomen wordt. De plannen van Fitzmaurice. Fitzmaurice is met zijn Irish Swoop van middag van Croydon naar Portsmouth ge vlogen om daar in tegenwoordigheid van le den van de Amerikaansche Kamer van Koop handel proeven te ondergaan met volle be lasting van zijn toestel om een certificaat van luchtwaardigheid te verkrijgen, dat hem zal vergunnen een lading van 8300 Eng. ponden mee te nemen. Zooals men weet was het ont breken van dit certificaat, dat Fitzmaurice niet heeft deelgenomen aan de wedvlucht LondenMelbourne, waarvoor hij tot de fa vorieten behoorde. Als de landingsproeven slagen en hij krijgt zijn certificaat, is Fitzmaurize voornemens vannacht om 3 met Jack Bonar van Lympne naar Australië te vertrekken om te trachten iet cord van Scott en Black te slaan. Fitzmaurice is de Iersche officier, die met Huenefeld en Koehl in 1928 den Atlanti- schen Oceaan is overgevlogen. De pech van de Mollisons. Reuter meldt uit Allahabad: De Mollisons zijn per trein naar Calcutta gegaan, waar ze een week zullen blijven. Zij zijn nog steeds van plan de vlucht officieus voort te zetten, hoewel de machine officieel is uitgevallen. Alles hangt af van de komst van de losse onderdeden Ze zullen echter geen beslissing nemen, voordat ze van Cal cutta zijn teruggekeerd. Sir Macpherson ingenomen met prestatie Uiver. Uit Melbourne wordt gemeld, dat Sir Macpherson Robertson heeft verklaard, dat het Nederlandsche vliegtuig heeft volbracht, wat hij zich voor oogen had gehouden, toen hij de race uitschreef: geen dolle race door de wereld, maar de mogelijkheden voor een verbetering van den luchtdienst. Melbourne is een heel eind van Port Dar- win 2000 mijlen over land; tropische wil dernis; onherbergzaam, dor, woest, verlaten en droog, aldus R. W. Thomson in de Star. Dat is de laatste étappe in de groote wed vlucht en evenals de meeste laatste étappes is het de allerslechtste. In de ongeveer honderd jaar van Austra- lië's schitterende historie hebben velen, die het hart van dit geweldige werelddeel willen onderzoeken, bij deze exploraties hun leven gelaten. Geldprijzen even groot als die, welke nu aangeboden zijn door Sir Mac Scherson Ro bertson voor de vlucht van Mildenhall naar Melbourne, zijn aangeboden voor een voet tocht van Zuid- naar Noord-Australië. De gevaren van zoo'n onderneming zijn nu even wel klein vergeleken bij die van het lucht ruim. De woestijn verbergt veel beenderen De overwinnende vliegers zullen in Mel bourne een schoon monument zien voor Burke en Wils, twee mannen die in de wil dernis, die de vliegers in een paar uur over trokken, verdwenen. In de historie der luchtvaart hebben ook de troostelooze uitgestrektheden van Centraal Australië hun slachtoffers geëischt. In 1928 was heel Australië met schrik vervuld bij het nieuws, dat hun overwinnaar van de lucht Kingsford-Smith en zijn mede bestuurder vermist werden. Dagen lang kwam er geen teeken van le ven. De beste vliegers van Australië vlogen her en derwaarts over de woestijn en doken naar beneden om de pogen den dichten gor del van de „jungle" te doordringen. Hel was een naald in een hooiberg zoeken. En heel Australië wachtte. Ik herinner me die dagen heel goed zij brachten een minder groote tragedie dan ik zelf van heel nabij heb meegemaakt. Op een morgen toen Kingsford Smith al eenige dagen vermist werd en er geen nieuws was, kreeg ik bezoek van een rustigen, bescheiden jonge man. „Ik wil gaan", zeide hij. „Ik moet gaan", Wij dronken samen koffie in een klein cafeetje in de Hunterstraat te Sydney hij was geheelonthouder Keith Anderson genaamd, en een van de grootste vliegers in Australië's groote luchtgeschiedenis. Hij had in vredestijd en oorlog groote dingen verricht. Hij voelde zichzelf onmis baar. Hij had zoo goed als geen geld. Ik had geen van beide. „Wel Ik ga zei Keith op z'n rustige 1 manier. En hij ging. Ik wenschte hem: „Good luck". We schud den elkaar de hand en in de ochtendbladen as ik, dat Keith Anderson gegaan was. Dat was zijn laatste vlucht. Zijn vliegtuig was met een touwtje bij elkaar gebonden. Kingsford Smith werd een paar dagen ater, in den bijna ondoordringoaren gordel van tropische oerwouden, gevonden. Het was een tijd vol verschrikking voor hem en zijn metgezellen geweest, het was een heele week of nog meer Lang genoeg om te sterven hoe dan ook. Zij hadden gepro beerd een weg voor de machine te banen. Zij hadden lange en moeilijke tochten door het woud gemaakt om water te zoeken en leef den, als schipbreukelingen, van kleine rant soenen. Eiken dag en nacht onderhielden zij vuren en zoo nu en dan hadden zij de hulpvliegtuig over hun hoofden zien zweven Jet ergste van alles was dat zij boodschap pen hoorden door de radio, zij hadden ooren, maar waren stom. Een vliegtuig heeft niet veel plaats noodig in het hart van Australië, een klein beetje meer ruimte dan het gebeente van Anderson, wiens laatste vlucht ondernomen werd om een vriend, een kameraad-vlieger te zoeken. Dat is nu bijna vergeten. Keith Anderson is geen nieuws meer. Keith Anderson? Wie was Keith Anderson ook al weer? Korten tijd geleden in 1928 was zijn naam be roemd. Zoo is roem. Laten wij hem nu her denken voor een enkel oogenblik nu de vliegtuigen van 1934 over 't tooneel van zijn dood vliegen. Toen men eindelijk zijn stoffe lijk overschot vond onder de vleugel van zijn oude machine, vond men ook het simpele ge tuigenis van zijn laatste dagen een ver slag met potlood gekrabbeld een vroolijk bericht. „Old Keith" was een vroolijke rustige ziel, glimlachend, mag ik wel zeggen, toen zijn vermoeide hand zijn eigen doodsbericht schreef. Want hij wist, dat het dat zou zijn. Zoo stierf hij op de laatste etappe; een pionier. Een van hen, die iets hebben mede gewerkt tot het veilig en mogelijk maken van deze wonderbaarlijke vluchten. Het is goed terwijl de „super"-machi- nes van 1934 over de groote Australische eenzaamheid razen dit herdenken. 160.000 geboden. Naar wij vernemen, heeft de directie van de K.L M. van den directeur-gene raal van de New England Airways Cy. te Melbourne een aanbod ontvangen om de Douglas-machine, waarmede Par- mentier en Moll naar Austialië zijn ge vlogen voor zijn maatschappij aan te koopèn. Hij zou voor het beroemdge- worden toestel een bedrag van 20000 hebben geboden. Desgevraagd be vestigde de directeur van de K. L. M., de heer A. Plesman, dat hem inderdaad een Australisch aanbod om de „Uiver" te koopen, had bereikt Hij achtte het zeer onwaarschijnlijk, dat de- K L M. tot verkoop van het vliegtuig, dat zich in het hart van het Nederlandsche volk door zijn buitengewone prestatie een bijzondere plaats heeft veroverd, zou overgaan. Inmiddels heeft men uit Australië om een bespreking verzocht met de ver tegenwoordigers in Engeland der New England Airways Cy. De onderhande lingen zijn echter nog niet begonnen, zoodat eerst moet worden afgewacht, welke voorstellen de Australische Mij. precies zal doen. Donderdagmiddag 1 5.20 A.T. is het DH Comet-vliegtuig be stuurd door de piloten Jones en Wal Ier te Melbourne aangeko men en daardoor als vierde toestel de eindstreep van het trajest gepasseerd. Het weer in de omgeving van Melbourne was zeer ongunstig en er viel een hevige regen, zoodat slechts enkele honderden personen bij de aankomst van de Cornet op het vliegveld aanwezig waren. Huldiging te Soerabaja? Het bestuur van de Soerabaja'sche vliegclub zal Parmentier telegrafisch verzoeken met de „Uiver" naar Soera baja te komen om een huldiging moge lijk te maken. Het verzoek wordt ge steund met adhaesie-betuigingen van autoriteiten van directies en leiders uit handel en industrie en directies van dagbladen Viruly schrijft in de Tel. van gisteravond: Wie nu op deze plaats vandaag van harte gefeliciteerd moet worden dat is adj.- vlieger-instructeur Piet van der Griendt! Hij denkt vandaag aan die koude voorjaarsdag in 1927, waarin hij bij die blauwe S IV vóór hangar 13 stond en tot den leerling-vlieger Parmentier, Koene Dirk zei: „Ga maar al leen!" Het was maar een bedroefd klein oplei dinkje geweest: het najaarsvliegersoplei- ainkje 1926. Met vijf waren we in November begonnen en twee waren afgevallen. Over .waren gebleven Parmentier, den Ouden en ik. De heele winter hadden we gezamenlijk winddriehoeken geteekend, carburatoren uit elkaar geschroefd, zwaluwstaarten in plaat ijzer geveild, en elke ochtend de lucht afge keken of het lesweer was ja of ja?? Geza menlijk hadden we bij kwartiertjes en halve uurtjes tegen de twintig lesuren bij elkaar gekregen: Parmentier bij Van der Griendt, Den Ouden bij Steup, ik bij Van Gemeren. Elk hadden we op zijn tijd de overtuiging ge had, het nooit te zullen leeren, en elk een dag later na een serie nette leslandinkjes de zoete hoop gekoesterd, om op een dag som boven de hei de lucht in gejaagd te worden, terwijl de andere twee nog met hun instruc teur de tredmolen landen uitrollen gas- geven bocht over de kogelvangers niet te laag over de hangars! niet zoo hoog vlak brengen, sufferd! zouden afloopen. Alle drie waren we gelijktijdig in dat ver- ïeugende stadium gekomen, waarin onze landingen geen tien hangars ver meer te hoo- ren waren. Alle drie hadden we Zaterdags ochtends alsvorens met verlof te gaan nog een half uur van tien starts- en -landingen gehad. „Dat het zoo gek niet ging en dat, misschien de volgende week bij goed zicht en stil weerhadden Den Ouden en ik ver nomen. „Dat er geen bliksem van gedeugd had!" hoorden we bij hangar 13 Piet van der Griendt tot Parmentier, Koene D., bij hangar 17 opmerken. O, Van der GriendtHet was je oude truc je en als wij, drie leerlingen, niet zoo groen in Soesterberg waren geweest, zouden Den Ouden en ik op dat oogenblik ifiinder hoop op een primeur-solovlucht herkregen hebben en zou mevrouw Parmentier zich vandaag niet hebben behoeven te herinneren, hoe ont moedigd onze nationale Melbourne-man van vandaag dat week-end rondgeloopen heeft. Want weet je nog van die Maandag daarop, Piet? Ja natuurlijk weet je dat: toen Parmen tier met een mismoedig gezicht achter in die S IV klauterde en al met de voorste schou derriemen klaar stond om je ze aan te geven toen heb jij, die om zoo te zeggen al lóng in je hart dóór had, dat hij gisteren zoo glo rieus voor de beste vliegers van de wereld in Melbourne zou komen binnenvallen, alleen maar gezegd: „Nee doe het zelf maar. Schiet op! Ga maar alleen. Eén kwartier met één landing en dan hier terugkomen". En vijf minuten later hing Parmentier solo boven de hei en Den Ouden en ik stumperden nog met onze instructeurs boven de kogelvangers. Zoo is het gebleven, Piet van der Griendt! Het scheelde telkens maar een botje maar je bent met de leerling, waar je je instruc- teurshart van het begin af aan verloren hebt, ons het heele jaar altijd net een slag vóór gebleven. Voor wie vroeg je aan kapitein Versteegh om de 543, de les-verkenner, even voordat w ij dat eerste echte groote-menschen vlieg-machien in onze vingers kregen? Voor Parmentier! Wie verklaarde je rijp voor de eenpersoonsjager, de D VII, het eerste toe stel, waarop men een eerste solovlucht onge lest moet maken en wie was er dus in staat om net twee dagen vóór ons dat leerlingen- ideaal te verwezenlijken: zelf reguliere jager loopings te draaien? Parmentier! Iedereen in Soesterberg en die verder in Nederland verstand van de vliegerij heeft, weet, wat het beteekent, als Van der Griendt zich voor een leerling interesseert. Wij heb ben het ook geweten en Parmentier ook. Hij is namelijk een slag voor gebleven ook hij liep net een week eerder met de vink van het brevet op zijn borst dan wij hij was even later een van de eerste en de jongste K.L.M.-vlieger, die óók gebreveteerd navigator was en zoo, en zoo en gis teren heeft hij achter Charlesville zeker nog de formidabele douw in zijn rug gevoeld, die jij hem aan 't begin van zijn vliegersloop baan gegeven hebt omdat je direct aan het andere levier gevoeld hebt, dat je met iemand te maken had, die er nu eens echt kaas van gegeten had zoodat hij dan vannacht let terlijk iedereen vooruit kwam die in de we reld aan verkeersvliegen doet. Iedereen voor uit en niet zoo'n klein beetje! Mede namens de rest van de najaarsploeg 1926 één in Melbourne, één in Nieuwe Diep en één in Amsterdam en trouwens mede namens ons alle, K.L.M.-vliegers. waaronder er zooveel zitten, die door jou zijn ^fgelest: Proficiat, Piet! Hedenmiddag te 1.20 uur hield minister Colijn de gisteravond uitgestelde rede tot de bemanning van de Uiver. Zijne Excellentie ving aan met het verzoek aan alle leden van de bemanning om hun stem te laten hooren. Allereerst kwam de ge zagvoerder, de heer Parmentier, voor de microfoon. Minister Colijn: U heb zeker veel tele grammen ontvangen? Parmentier: Ontzettend veel. De minister: Ik heb er U zelf een gezon den, dat was een persoonlijk telegram, maar nu zou ik gaarne een Fair woorden tot U willen richten namens de legeëring en het Nederlandsche volk. Er is in het land heel veel spanning geweest, het geheele Neder landsche volk heeft de laatste 24 uur in spanning afgewacht wat er gebeurde, en er is een trilling door het heele land gegaan, toen er bericht kwam, dat gij goed en wel waart aangekomen. Ik zal U een aardige anecdote vertellen, die ik gister toevallig hoorde. Maandagavond was er een dominee en die had catechisatie en hij had de kinde ren een en ander opgegeven, wat zij moesten leeren over Calvijn. Hij stelde de vraa<* wanneer Calvijn geboren was, maar de jon gens hadden hun aandacht er niet bij iVn vroeg hij, waar op dit oogenblik de Uiver was, en dat wisten ze allemaal. (Gelach in de studio.) Parmentier: Dat is een aardige anecdote. Hierop informeerde de minister hoe de landing te Albury tot stand was gebracht, mededeelende, dat deze landing in Nederland een buitengewoon diepen indruk heeft ge maakt. De vlucht zoo zeide hij was mooi, maar daar zijn wij zoo langzamer hand aan gewend geraakt, maar wij vonden het buitengewoon met een dergelijk groot vliegtuig op een onverlicht terrein zonder schade in een onbekende streek te landen. Dat is een meesterstuk geweest en daar staan naar waarnemingen, verricht in den morgen van 25 October. Medegedeeld door het Kon. Nederl. Met. Instituut te de Bilt. Hoogste barometerstand 771,1 m.M. te Budapest. Laagste barometerstand 734,2 m.M. te Isafjord. Verwachting, geldig tot den avond van 25 October: Meest matige zuidoostelijke, later toene mende zuidelijke wind; half tot zwaar be wolkt of betrokken; mogelijk eenige regen; weinig verandering in temperatuur. Weeroverzicht. De depressie, die gistermorgen bij de A zo ren lag, ligt thans ten westen van Ier- land en gaf daar zeer zware regens. Een even diepe depressie lag gisteren tus schen IJsland en Groenland, doch deze is thans bezig op te vullen. De depressie, die gisteren nog bij de Noordkaap lag, is afge. trokken naar de Poolstreken. In het noorden en noord-oosten is de druk sedert het laatste etmaal stijgende. De hooge drukgebieden in het oosten en over Spanje namen zelfs nog even toe. De drukverdeeling met lagen druk in het westen tot nabij de Azoren en hoogen druk in het oosten en zuid-oosten veroor zaakten 'n strooming van zomersche warmte over het geheele westen en over centraal- Europa tot in de Bothnische golf. In de Alpen is het op de hooge toppen nog zo- mersch warm. Overal wordt de temperatuur beneden het vriespunt niet beneden 2500 M. waargenomen, boven ons land zelfs niet beneden 2500 M. en is de atmosfeer fn de hoogere lagen zeer droog. Liet is te verwach ten, dat de toestand met zacht weer en nu en dan eenige kans 'op lichte regen stabiel zal worden en nog eenigen tijd zal aanhou den. LICHT OP! Hedenavond voor rijwielen, motorrijtuigen en andere voertuigen 5.18 uur licht op. wij allemaal diep in bewondering voor. Dit wil ik u zeggen, niet alleen voor mij zelf, niet alleen voor de regeering, maar namens het geheele Nederlandsche volk, waarvan ik wet, bij all verschil die er in Nederland is, dat ik dit in deze zaak vertegenwoordig. Hierop informeerde de heer Colijn of er in de 6tudio ook door anderen werd geluisterd aangezien hij in dat geval nog iets in het En- gelsch wenschte te zeggen. Dit bleek niet hef. geval en de minister verzocht aan Parmentier om aan allen die in Albury behulpzaam zijn geweest, op de een of andere wijze den dank van de Nederlandsche regeering en het Ne derlandsche volk voor die sportieve houding over te brengen. Parmentier verzekerde, dat hij dit gaarne zou doen en verklaarde nog even te zullen kijken of het niet mogelijk is dat de minister nog in het Engelsch kon spreken en dat die speech dan gebroadcast kon worden. Daarna zeide de minister dat het zijn wensch was dat de bemanning zich op den terugweg niet zou haasten, behoudens orders van den chef die natuurlijk behoorden te worden uitgevoerd. U behoeft wat ons be treft niet in twee dagen van Batavia naar Den Haag te komen vliegen, alleen wanneer U er last toe krijgt, moet het gebeuren, maar anders niet, want wij zien jullie gaarne ge zond terug. Parmentier: Zelfs als wij dit in twee da gen moeten doen, dan zult U ons toch alle maal gezond terug zien. Wij nemen als wij snel vliegen niet meer risico dan wanneer wij gewoon vliegen. Namens de andere heeren en namens mij zelf, aldus de gezagvoerder, mag ik zeker wel mijn dank betuigen aan de regeering en aan H.M. de Koningin voor de ontvangen onderscheiding. Wij waren er allen diep van onder den indruk, ook van de hartelijkheid van de directie van de K.L.M. Wij ontvin gen niet minder dan 700 telegrammen. Wij hadden niet gedacht, dat er zooveel belang stelling en spanning in Holland zou zijn Wii hadden niet gedacht, dat er zooveel aan dacht aan onzen tocht zou worden geschon ken, want wij beschouwden dien meer als een normale Indië-vlucht Wij hebben onze op dracht uitgevoerd, geluk gehad, en zijn erg blij, dat wij hier tenslotte gezond zijn aan gekomen zonder erg veel pech te hebben ge had. Ik dank U zeer Excellentie, en zal nu aan Moll verzoeken zijn stem te laten hoo ren. De heer Moll: Excellentie, ik mag U zeker wel hartelijk danken voor de zeer groote on derscheiding. die mij en de anderen te beurl is gevallen. Ik kan momenteel aan H.M. de Koningin mijn dank nog niet brengen, doch ik verzoek U persoolijk dit voor ons te doen De minister verklaarde zich daartoe bereid en informeerde naar de gezondheid en of de bemanning geen nadeelige gevolgen van den tocht had ondervonden. De heer Moll: Over het algemeen is de gej zondheid goed geweest, wij hebben kolossaai veel klimaatveranderingen gehad, maar die allen goed verdragen. Mag ik U nu een van de andere heeren geven? Hierop verscheen de marconist van Bruggen aan het toestel, die zich aansloot bij het dankwoord van de anderen voor de ontvan gen onderscheiding. Wij waren daardoor overstelpt. En evenzeer door het geweldig meeleven in Holland en Indlë. Ook in an' dere landen heeft men met den tocht meege leefd. Uit Zuid-Afrika, Amerika, zelfs un plaatsen, waarvan wij nooit hoorden, zijn wt] werkelijk overdonderd Ook hij verzacht aan de Koningin zijn dank voor de onderschei ding over te brengen. Prins, die hieroo voor de microfoon ver scheen, bracht eveneens een woord van dan

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 2