DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. DE PANDERJAGER VERONGELUKT. Bij het vertrek uit Allahabad vernield. No. 254 136e Jaargang Een botsing met een tractor De bemanning ongedeerd. De onfortuinlijke Pander. Geen auto maar tractor? Wat vandaag de aandacht trekt ALKMAARSCHE COURANT Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN: Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven iranco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33. Dit nummer bestaat uit vier bladen. Directeur: C. KRAK. Zaterdag 27 October 1934 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. De snderjager, die na een goedgelukte reparatie gisteravond de tocht naar Melbourne zou voortzetten, is bij de start te Allahabad verongelukt. Toen het vliegtuig bezig was te taxiën naar het einde van het vliegveld, kwam het in botsing met een auto, vatte vlam en werd volkomen vernield. De inzittenden konden zich nog net bij tijds redden, Geijsendorffer seinde uit Allahabad: „Bij nachtstart in Allahabad reed plot seling een tractor met zoeklicht in onze startlijn. Machine kwam vliegende in botsing met dezen tractor en vloog in brand. Wij konden gelukkig alle drie ontkomen en zijn ongedeerd". Een nog nader bericht meldde, dat op het oogenblik, dat het toestel zich van den grond zou verheffen, het landingsgestel in botsing kwam met een auto. De botsing was oorzaak van den brand en de volgeladen Pander stond direct in lichte laaie. De inzittenden sprongen uit het toestel en ontkwamen aldus op wonderlijke wijze aan een vreeselijken dood. De Indische chauffeur van den auto werd ernstig gewond. Na enkele minuten was er van den Pander slechts een hoopje asch over. Het ongeluk had plaats om 10.40 uur plaatselijken tijd. Niets werd gered. Een nader telegram dat van Geysendorf- fer uit Allahabad is ontvangen meldt, dat de schade aan het vliegtuig 100 pCt. bedraagt. Niets is gered. Ook de persoonlijke bezittin gen en de credietbrieven en het papiergeld, aan de inzittenden toebehoorende, zijn een prooi der vlammen geworden. '•De bemanning zal de terugreis zoo moge lijk aanvaarden met het s.s. „Dempo", dat 31 October uit Colombo vertrekt. Mochten zij niet tijdig voor dit schip aanwezig kunnen zijn, dan keeren zij naar Nederland terug met het vliegtuig, dat Woensdag a.s. van Ba tavia vertrekt. Hierboven hebben wij den inhoud van eenige telegrammen weergegeven en of schoon ze niet al te duidelijk zijn, is er he laas geen twijfel mogelijk. Het eenige, wat wij nog niet begrijpen, is, hoe het mogelijk was, dat er een auto in de startlijn stond en hoe het de bemanning gelukt is, om nog tijdig uit het toestel te komen. Maar onge twijfeld zullen er nog wel nadere berichten volgen. Intusschen is de Panderjager wel een on geluksvogel geweest. Laten wij maar eens herinneren aan den eersten grooten tocht, dien de toenmalige Postjager naar Indië ondernam Slot van de Panderfabrieken had het toe stel geconstrueerd tn er werd met veel ophef iets bijzonders. De K.L.M. zou een z.g. ver snelde Kerstvlucht uitvoeren met een nieuwe Fokker, de bekende Zilvermeeuw. Reeds stond alles klaar, de post was ingeladen, benzine was in de tanks, het vliegplan was tot in de puntjes in orde gemaakt en midden in den nacht, enkele uren voor het vertrek, weigerde bij een laatste proef draaien de midden-motor; onklaar. 't Stond er slecht voor: de Panderjager in Italië met motorpech( de Zilvermeeuw op Schiphol met een weigerende motor. Toen werd de Pelikaan in gereedheid ge bracht, het gewone lijntoestel, dat een paar dagen van tevoren uit Indië was terugge keerd. Moeten we dezen tocht nog schetsen? Ieder een weet nog te goed, hoe Smirnoff en Soer de Pelikaan in ruim 100 uur naar Ban- doeng brachten; iedereen weet nog wel, hoe die Pelikaan de Ijsvogel achtervolgde en inhaalde. En hoe die trouwe brave Pelikaan èn met de post van de Zilvermeeuw èn met de post van den Postjager in recordtijd Ban- doeng bereikte. En nog beter herinnert men zich den terug tocht met de buitengewoon moeilijke landing op Schiphol, een landing in den mist, een lan ding die alleen op Schiphol, alleen met een Fokker, alleen met een dergelijke K. L. M.- bemanning mogelijk was. Genoeg over die Kerstvluchten. De Post jager werd gerepareerd, een nieuwe motor werd ingezet en de Pander maakte een vlotte vlucht naar Indië. In totaal werd na aftrek van het oponthoud in Italië de geheele Indië-tocht in 45 uren afgelegd. Als zoodanig mocht deze vliegtocht dus ge slaagd worden genoemd. Bij het vertrek werd de machine weer ach tervolgd door de traditioneele pech. Eerst waren er moeilijkheden met de antenne. Daarna weigerde de middenmotor, zoodat herhaaldelijk he\vcC.rek werd uitgesteld. Eindelijk wer<f op 5 Januari weer definitief gestart, doch-wegens een gebrek aan de benzineleiding moest men kbrt na den start weer terügkeeren. Daarna werd de reis voortgezet. Maar te Calcutta was er op nieuw oponthoud: de starter van een der motoren was gebroken. Daardoor werd de reis weer vertraagd. Maar eindelijk kon men Ge- Icrffer, de eerste bestuurder van den Panderjager met luitenant Asjes Asjes, de tweede bestuurder, en Slot en den marconist van Straaten even voor de Postvlucht van December 1933. de constructeur van het vernielde toestel. Fokker's meening over den Postjager. Een verslaggever van Vaz Dias heeft Fo -- ker naar zijn meening gevraagd °ver Jj ramp, die den Panderjager te Allahabad heeft getroffen. Ik kan in het algemeen dit zeggenant woordde de heer Fokker dat de Melbour ne-race, ook al is deze nog niet geëindigd, op eclatante wijze heeft aangetoond, dat marge tusschen succes en catastrophe maar zeer gering is. Verder is door deze race be wezen, dat een goede bemanning in de eerste plaats noodig heeft een betrouwbaar toestel en betrouwbare motoren. Wat den Pander- jager betreft, was het voor een piloot van de groote kwaliteiten van Geysendorffer een bad luck dat hij de beschikking heeft gehad over een vogel met zwakke pooten. Overigens is het een onbetwistbaar feit, dat jonge vogels het vliegen nog moeten Iee- ren maar bovendien vogels worden geboren, terwijl vliegtuigen worden gebouwd, en een lang stadium van ontwikkeling noodig heb ben Zij moeten betrouwbaar worden gv- maakt zoowel door menschen als door er varing daarvan. gewag gemaakt van deze nieuwe Nederland- sche machine. Zij was razend snel, de proef vluchten verliepen vlot en toen, op een Dec.- ochtend, gebeurde het. De Postjager vertrok van Schiphol met een lading post, bestemd voor Indië. Het zou een snelle vlucht worden. Daar leek het inderdaad op, want na een zeer vlotte reis en met een hoog gemiddelde van iets over de 300 K.M. vloog de Postjager naar Rome, waar benzine werd ingenrmen. Verder ging het naar Athene. Maar ziet, Geysendorffer en Asjes kregen zwaar weer, trokken het toestel tot 4000 M. hoogte. En daardaar liep de oliedruk van een der motoren terug. Direct liet Geysendorffer dezen motor buiten werking stellen en keerde terug naar Italië, waar in Grottagli een noodlanding werd gemaakt. Het bleek, dat de motor volkomen „in de soep" was en dat de vlucht hier een ontijdig einde had geno- m De post werd overgenomen door de Impe- n'al Airways, die ze later aan de Ijsvogel overgaf. En Geysendorffer wachtte op een nieuwe motor, die uit Amerika moest komen Intusschen gebeurde op Schiphol weer De Pander voor het vertrek van Schiphol. op Donderdag 11 Januari den Postjager en de bemanning weer op Schiphol begroeten Gerekend naar het aantal vlieguren had de Postjager een prachtige vlucht gemaakt: hij had slechts 46 uren tegen de Pelikaan 75 vlieguren. Doch tegelijk was bewezen, dat het onvoorzichtig was geweest zulk een reis te ondernemen met een machine, die niet voldoende proefuren hgd gevlogen. Het comité heeft na deze-vlucht den Post jager op stal gezet. De motoren werden ge demonteerd en geruimen tijd hoorde men r.iets meer van het vliegtuig, dat in de bui- tenlandsche vakbladen toch een goede pers had gehad en bewezen had 'n goed vliegtuig te zijn. Geysendorffer had na de vlucht een uit voerig rapport ingediend. Doch men had daarvan alleen met belangstelling kennis ge nomen, zonder verder iets aan het toestel te doen. Tot er sprake was van deelneming aan de Melbourne-race. Een ander comité met de Bataafsche aan het hoofd zou den tocht financieren. Wederom zouden Geysendorffer en Asjes, de eerste nu als commandant, ver gezeld van den marconist Pronk, de beman ning uitmaken. Geysendorffer was echter te leurgesteld, dat men na de Indië-vlucht niet de gevraagde verbetering had aange bracht. Zoo zou het toestel nog aanmerke lijk sneller zijn geweest, wanneer het ver stelbare schroeven had gehad. Men had ech ter te veel tijd verloren laten gaan en het bleek niet meer mogelijk deze schroeven tij dig aan te brengen. De laatste tocht. Bij de nieuwe proefvluchten bleek het toe stel wel zeer snel te zijn geworden,doch alweer werd het vervolgd door pech.' Eerst kreeg men op Schiphol het ongeval met het intrekbare landingsgestel, waardoor een vleugel beschadigd en een propeller vernield werd. Daarna vloog een der banden in brand en bleek het toestel de volle kracht der wielremmen niet te kunnen weerstaan. Toen men voor de Melbourne-race gestart was, bleek tot veler verbazing de Uiver snel ler dan de Panderjager, hoewel theoretisch laatstgenoemde machine grootere snelheid moest kunnen ontwikkelen. Zelfs vakman nen, naar hun meening gevraagd, konden dit niet verklaren. Toch vloog de Pander jager mee in het voorste pelefon. Men was er nog lang niet gerust op, dat hij de Uiver niet voorbij zou snellen, toen te Allahabad het noodlot het vliegtuig weer achterhaalde. Er was iets niet in orde met het intrekbare landingsgestel evenals te Schiphol reeds het geval bleek. Van een der wielen had de pal niet gepakt, zoo dat bij het landen slechts één wiel gedeeltelijk werkte. Een propeller en de linker vleugel werden vernield. Men nad grootere snelheid dan bij de .landing onder dezelfde omstandig heden op Schiphol, zoodat de gevolgen nu odk veel ernstiger waren. De kans op een prijs was hiermee voor goed verkeken. Doch Geyssendorffer wanhoopte niet. Met man en macht werd gewerkt om het toestel te repa- reeren. En zoo zou men dan gister weer ver trekken om het einddoel te bereiken. „Wij laten den moed niet zakken", telegrafeerde Geysendorffer gistermiddag nog! Het heeft niet zoo mogen zijn. Het nood lot heeft zich thans voor goed meester ge maakt van den Panderjager. Deze pech is zijn laatste geweest en maakte aan zijn kort stondig maar roemrucht bestaan voor goed een einde. De K. L. M. kan weer over haar bekwamen piloot Geysendorffer beschikken Dit droevig einde beteekent echter in gee- nen deele, dat de Panderjager geen goede machine was. Toen dit Nederlandsche toestel op Mildenhall arriveerde,, wekte het de be wondering der kenners en het maakte een uit stekenden indruk. Wel is gebleken dat bij de constructie van het intrekbare landingsgestel niet alle veilig heidsmaatregelen zijn toegepast, die bij deze nieuwe vinding in de practijk noodig bleken en o.m. bij Uiver en Zilvermeeuw wel zijn aangebracht. Daarvan kan men den construc teur terecht een verwijt maken. Maar overi gens is de pech alleen en uitsluitend veroor zaakt door het feit, dat met de machine niet voldoende werd geëxperimenteerd. Het is wel treffend, dat het intrekbare lan dingsgestel de eerste maal te Allahabad het ongeval veroorzaakte omdat het ingetrokken was, maar thans wellicht nog veilig gestart zou zijn indien Geysendorffer de voorzorg om de wielen naar omlaag te laten niet had genomen. De Panderjager is door pech achtervolgd. Wie voor het ongeluk geboren is, kan zijn noodlot nu eenmaal niet. ontgaan. Die pech heeft thans voor goed den Panderjager ver nietigd. En in de annalen van de luchtvaart geschiedenis zal deze machine blijven voort leven alsde pechjager! De Haagsche correspondent van het Hbld. schrijft „Gode zij dank", dat waren de woorden waarmee een ieder reageerde, wie -we ook gisteravond het ongeluksbericht van den Panderjager mededeelden. Het eerst spraken we den heer H. G.' J. ter Marsch, te Wassenaar, die een der onmiddel lijk belanghebbenden is bij de vlucht van den Panderjager. De heer Ter Marsch antwoordde ons des gevraagd, dat Geysendorffer aan hem en Twee meeningen over Hitier Duitschland. (Dag. Overzicht). Zoekt Hitier toenadering met Frankrijk en Italië. (Buitenland). De kerkstrijd in Duitschland; Dr. Jager afgetreden. (Buitenland.) Fraude in Rusland. (Buitenland). De Onnes-zaak uitgesteld. (Rechts zaken). Geheimzinnig doodsgeval te Hal steren. (Binnenland). Fabrikant6zoon uit Enschedé rijdt zich dood te Beileh (Dr.) (Binnen land). Minister Colijn beantwoordt de vragfen van den heer de Visser over het incident in de Ridderzaal. (Bin nenland). De Panderjager te Allahabad door brand vernield; de bemanning on gedeerd. (Luchtvaart). Uit het parlementaire leven. (Ar tikelen). Doodelijke stoeipartij in Drente. (Binnenland). (Zie verder eventueel laatste berichten.) aan de vrouw van Asjes heeft getelegrafeerd, dat de geheele bemanning ongedeerd is. U begrijpt, aldus de heer Ter Marsch, hoe dankbaar we zijn, dat het ongeluk zoo is af- geloopen. Het is immers het allerbelangrijk ste, dat de menschen gered zijn. We weten intusschen nog maar heel weinig van het ge beurde, In het Reuterbericht is sprake van een auto; hoe is dat mogelijk op het vliegveld Van Allahabad? aldus vroegen wij den heer Ter Marsch. Het is geen auto geweest. Het was een tractor, waartegen de Pan derjager bij het taxiën over het veld is opgereden. Vermoedelijk heeft die tractor daar gestaan om het terrein te verlichten en nu schijnt die trac tor op het juiste oogenblik geen licht te hebben gehad. Waarschijn lijk is de tractor bij de botsing in brand gevlogen en hebben de vlam men zich medegedeeld aan het vliegtuig. Hieruit zou dan te verkla ren zijn, dat de bemanning zich tij dig in veiligheid heeft kunnen bren gen. Er is ook nog een andere mogelijkheid, n.1. dat het vliegtuig onmiddellijk in brand is ge raakt en dan is het zeker een wonder, dat de bemanning uit de kist is kunnen komen. Is het eigenlijk niet vreemd, dat Geysen dorffer bij avond is gestart? Waarom heeft hij niet tot daglicht gewacht? zoo vroegen wij den heer Ter Marsch verder. Voor Geysendorffer is het niets bijzonders om bij avond te starten. Dat is voor hem minstens even vertrouwd als starten bij dag licht. Intusschen, alles wat we weten is even vaag. We weten dus niet welke maatregelen waren genomen voor den start. We weten evenmin wat precies de functie van dien trac tor is geweest. Diende dat ding inderdaad voor verliching, of stond hij er zonder eenige startbedoeling. Het zijn allemaal vragen, waarop we thans nog geen antwoord weten. Het voornaamste is, dat de be manning er heelhuids is afgeko men en daarvoor zijn we hee dankbaar.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 1