DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Spannende tijd in Frankrijk. De druk van een dreigende crisis. Twee dooden bij aan rijding. No. 261 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK. Maandag 5 November 1934 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 136e Jaargang 3)xtQelij&$ch Qvevzkht Gevaar voor uitbarstingen. 1Buitenland AUTO TEGEN BOOM GEREDEN. IVat vandaag de aandacht trekt... JjituuutCaHd Twee Rotterdamsche liedjeszangers bij Nijmegen door een auto aange reden en gedood. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalfe Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25,'groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33. Doumergue en Herriot zijn het niet eens kunnen worden over de grondwetsherziening. Het verschil van meening lijkt niet zeer groot. De premier en de meerderheid van het kabinet zijn van oordeel, dat de president der republiek de Kamer, die een jaar gezeten heeft, moet kun nen ontbinden zonder goedkeuring van den Senaat. Herriot en de min derheid van het kabinet gaan daar mee niet accoord. Op het oogenblik echter, dat zulks bekend wordt komen er berichten uit Parijs, dat Doumergue uitgebreide militaire veiligheids maatregelen heeft genomen. Het garnizoen van Parijs zou gereed gehouden worden voor alarm. Belangrijke afdeelingen der Mobile Garde en van de Gendarmerie zouden ge alarmeerd zijn. Dat dergelijke geruchten in omloop zijn, wijst op heel ernstiger dingen dan 'n geschil in het kabinet. Voordat we ons met het con flict Doumergue—Herriot bezig houden, eischen bedoelde geruchten een verklaring, aldus schrijft Mg. in het M.O.bld. Omvang der crisis. Doumergue zei in zijn radio-rede van Za terdagavond, dat er in Frankrijk een mo- reele, een finantieele en een economische cri sis is en zelfs een ernstige politieke crisis. Men mag zggen, dat de toestand nog ern stiger is dan de premier betoogde, Frankrijk zit midden in een staatscrisis. D.w.z. heel het huidige regime staat op het spel en er is ten deele binnen de oude partijen, doch veel ster- er daarbuiten in de talrijke bonden en groe- fen een twijfel aan de mogelijkheid om de innenlandsche moeilijkheden te overwinnen met behoud van den bestaanden staat. Men zoekt naar nieuwe dingen, men heeft geen klaar besef van dat nieuwe, waarnaar men verlangt, doch begint het huidig regime met den dag sterker te verfoeien. Daarin zit het groote gevaar. Het eerst werd het merkbaar op 6 Februari, toen de oud-strijders betoogden cp de boulevards Sindsdien smeulde het vuur. Na den moord te Marseille dreigde het opnieuw op te laaien. Men maakte zich weer tot opmarchee- ren gereed. Tegen Sarraut en Chéron ging het ditmaal, niet omdat op hun gedragingen als minister veel viel aan te merken, doch omdat zij leiders waren van de departemen ten van binnenlandsche zaken en justitie welke opnieuw getoond hadden niet opgewas sen te zijn tegen de eischen van dezen tijd Door het aftreden der ministers werd een uitbarsting voorkomen. Het gevaar van nieu we uitbarstingen van ontevredenheid blijft. De indrukwekkende begrafenis, Zaterdag aan een 15-jarig slachtoffer van een straat gevecht bezorgd, was een ernstige waarschu wing. Doumergue en de radicalen. Dit kan de aandacht der regeering niet ontsnappen. Doumergue stelde zijn gedrags lijn daartegenover aldus vast: machtsforma ties om plotselinge uitbarstingen het hoofd te bieden, versterking van het uitvoerend ge zag om vertrouwen te wekken en sneller dan tot nog toe mogelijk was maatregelen te ne men tot bestrijding der crisis. Hoewel het vertrouwen der bevolking in het effect van dergelijke maatregelen taant, gelooft Doumergue dat vertrouwen te kun nen herstellen, indien hij snel de noodige macht krijgt over het parlement. Van de snel heid hangt alles af. En natuurlijk ook van de afdoende machtsversterking. Indien het par lement, of beter gezegd „de beroepsagitators, de politici der kleine comité's en de partijgan gers van algemeene omverwerping", die thans het parlement beheerschen, snel en af doende onschadelijk worden gemaakt, dan gelooft Doumergue dat hij de moreele, finan tieele, economische en politieke crisis zal kun nen overwinnen. De radicalen zijn het in beginsel met Dou mergue eens, dat het uitvoerend gezag ver sterkt moet worden. Doch zoo ernstig als de premier zien zij den toestand niet in. Voor hen is de crisis namelijk van economischen aard. Daarop moet men h.i. zijn krachten wenden. En daarvoor is het niet noodig zoo over te gaan als Doumergue wenscht. Men behoeft, zoo betoogen zij, de regeering niet zoo groote macht te geven, dat hij een Ka mer, welke een jaar oud is, tot volgzaamheid kan dwingen door te dreigen met ontbin ding. Zij achten dat niet noodig voor het treffen van afdoende economische maatrege len. Zij zien er zelf een groot gevaar in, het gevaar n.1. van een persoonlijk regime, dat in dictatuur zou kunnen ontaarden. Het volk, zoo zeggen zij, moet souverein blijven. Des noods een referendum, geen presidentieele dictatuur. Doumergue eischt 'n snelle be slissing. Zoodoende komen de radicalen er toe zich te verzetten tegen maatregelen, welke Dou mergue en Tardieu urgent achten. President Lebrun heeft zijn uiterste best gedaan om beide partijen tot een vergelijk te brengen. Doumergue, die den senaat bij de Kamerontbinding geheel wilde uitschakelen, deed de concessie, dat de Kamer gedurende het eerste jaar onder bescherming van den Senaat zou blijven Doch die concessie was den radicalen te klein. Een accoord werd niet bereikt. Nu zal de volksvertegenwoordiging moeten beslissen tusschen beide partijen. Doumergue zorgde er voor, dat dit met groo te snelheid kon gebeuren. Wanneer men eerst de begrooting voor 1935 ging behandelen, zou er een lang uitstel komen. Dat sneed de premier af door Kamer en Senaat een voor- loopige begrooting voor de eerste drie maan den van 1935 te vragen, de z.g.n. voorloopi- ge twaalfden. Morgen krijgt de Kamer het voorstel reeds in behandeling. Er volgt dan waarschijnlijke een korte pauze door ophef fing der zitting om rouw te betoonen over den dood van koning Alexander, Barthou en Poincaré. Doch nog deze week kan de be slissing vallen. Wanneer het parlement tegen de grond wetsherziening is, kan het dat reeds toonen door zich tegen de voorloopige twaalfden te verklaren. In dat geval zou Doumergue pre sident en senaat om kamerontbinding kun nen vragen en werd dit geweigerd, dan zou hij aftreden. De gevaren, die daaruit zouden voortvloeien, zouden (zoo redeneert men) de radicalen weerhouden oppositie te voeren te gen de twaalfden. Worden deze aangenomen, dan dient Dou- fflergue onmiddellijk zijn voorstellen tot grondwetsherziening in. Daarbij zouden de zelfde dreigende gevaren denzelfden druk VY;-*enen °P een rac^ca'e oppositie. Wil men intusschen nog een compromis Beproeven tusschen Doumergue en Herriot, dan is de gelegenheid daartoe open. In elk geval staat een periode van groote spanning te wachten. Mocht inmiddels de staat zich in rf, fading mengen, dan wordt de spanning a?j rj are ho°frte opgevoerd. A'dus de vooruitzichten van deze week. DE VROUW IN DUITSCHLAND. Terug naar den heiligen huiselijken haard. Gisteravond hield rijksminister Rust in het Hindenburg-Stadion te Hannover een rede over de taak der vrouw in de Nationaal- Socialistische beweging. Het nationaal-socialisme, zoo zeide hij, beduidt een nieuwe ordening. Het verkeerde vrijheidsbegrip had de vrouw een geheel ver keerde plaats aangewezen. Zij moest van daar weer op de haar toekomende plaats worden gevoerd, zooals dat met alle standen moet gebeuren. Wij voeren haar terug naar den heiligen huiselijken haard, naar de wieg van het kind, in den schoot der familie, waarin voor de toe komst en voor alle eeuwen de volkeren hun kracht steeds opnieuw moesten scheppen. Het is niet waar, da' er g°en onderscheid bestaat tusschen de taak van den man en die der vrouw. Maar evenmin is het waar, heeftb€ider t3ak "ietS £emeenscflaPPe'ijks maa en de Duitsche vrouw z'-!), Duitschland en op hun verbin'enis be rust het Duitschland der toekomst en daar- om moeten zij een van geest zijn en daarom moet de Duitsche vrouw zich van den natio- naai socialistische geest doordringen AFGEZETTE BISSCHOP TOEGEJUICHT. Demonstratie-verbod van nazi- leider genegeerd. Uit Neurenberg wordt gemeld, dat tien duizenden protestanten gisteren den terug keer van den afgezetten landbisschop i dr Meiser hebben toegejuicht. De menigte ne geerde het demonstratie-verbod van den nazi-leider Julius Streicher en verbrak de politie-afzetting. De rijksweer beslechtte het geschil tusschen Streicher en de protestanten en zond een muziekcorps in de afgezette zone. Te Stuttgart hebben duizenden bisschop dr. Wurm bejubeld, die eveneens in vrijheid is gesteld, WEE DEN BESCHERMDEN. De inwoners van het Saargebied. Onder den titel „Wee den bescherm den" schrijft het Duitsche Front o. m.: Frankrijk concentreert troepen aan zijn Oostelijke grenzen. Frankrijk brengt daardoor niet alleen de rust aan de Saar, maar ook de orde en rust in ge heel Europa in gevaar. Te zeer zijn de tijden der Fransche bezetting van 1919 in de herinnering van alle Duitschers uit het Saargebied gebleven, dan dat deze zouden wenschen nogmaals een Fransche militaire dictatuur te beleven. Frankrijk, aldus het Duitsche Front, dat niet in staat was het leven van zijn koninklijken gast uit Joego Slavië te be schermen, dat niet in staat was Barthou te behoeden voor de moordende kogels van een enkelen waanzinnige, werpt zich plotseling op tot beschermer van een geheel vreemd volk. Frankrijk gevoelt zich geroepen op Duitschen grond een Putsch te dempen, welke noch uitgebroken is, noch in over weging is. Wie moet eigenlijk beschermd wor den? De Duitsche bevolking aan de Saar? En door wien? Of wil Frankrijk de Duitsche bevolking beschermen te gen de separisten en emigranten? Dan zouden de emigranten eenvoudig uit het Saargebied verwijderd moeten worden. Frankrijk wil, aldus het Duitsche Front, de vrije stemming niet garandee ren, doch saboteeren. DUITSCH ONDERDAANSCHAP ONTNOMEN. Aan 28 personen. Op grond van paragraaf 2 van den wet op het intrekken van naturalisaties en ontnemen van onderdaanschap heeft de Duitsche rijksminister van binnen landsche zaken Frick de volgende rijks burgers van het jRuitsche onderdaan schap vervallen verklaard, aangezien zij door hun gedrag, dat in strijd is met de plicht tot trouw jegens rijk en volk, de Duitsche belangen ten ernstigste bena deeld hebben: Hans Johann Beimler, vroeger lid van den rijksdag, communist, ontvlucht uit het concentratiekamp van Dachau, thans vermoedelijk in Rusland en schrij ver van „In het moordenaarskamp van Dachau". Willy Bredel, communistisch journalist, thans te Parijs werkzaam, dr. Alfres Dang, vroeger medewerker van de Vorwaerts, thans leider van een school in Buenos Aires, die gesticht is als uitgesproken strijdschool tegen het nieuwe Duitschland, Leonhard Branck, communistisch schrijver, thans te Praag, medewerker van het emigranten tijdschrift „Der Monat". Carola Henscke, heeft evenals de vorigen de Saaroproep onderteekend. Helmut Herdfeld (John Heardfield) communistisch schrijver. Herzfelde, eigenaar van de in Praag ge vestigde Malik-uitgeverij, vertegen woordiger van de emigranten in het „anti-Duitsche pest-centrum Praag". Karl zu Hohenlohe Blankenburg, anti- Duitsch propagandist, onderteekenaar van den Saaroproep. Alfred Kantoro- witz, communistisch journalist, mede werker van de anti-Duitsche Freie Pres- se te Amsterdam, onderteekenaar van den Saaroproep. Knischzt te Porte Ale- gro, verantwoordelijk redacteur van het blad „Aktion", dat gruwelberichten over Duitschland verspreid. Hubertus Graaf von Loewenstein—Scharffeneck, schrij ver van „Germany, the Tragedy of Na- tion", richt bovertdien tal van aanvallen op de Duitsche regeering. Klaus Mann, zoon van Thomas Mann, redacteur van het maandblad „Die Sammlung" en een ander opruiënd blad. Onderteekenaar van den Saaroproep. Hubert Marzen te Metz, separatistenleider tijdens de be zettingstijd, die te Trier de Rijnsche re publiek uitriep. Ook thans nog separa tistisch werkzaam. Kalden Olden, com munist, schrijver van „Hitier de ver overaar" en van den in het Pariser Tageblatt verschijnenden „Roman eines Nazi". Max Pfeiffer, journalist, valt de Duitsche regeering aan in de dagblad pers van Leningrad, onderteekenaar van den Saaroproep. Martin Plettl, vroeger soc. dem. functionnaris, houdt lezingen in de V. S., belastert Duitschland. Als handig redenaar schijnt hij bijzonder gevaarlijk. Waldeman Poetzsch, Ant werpen, verspreidt communistische vlugschriften op Duitsche schepen, or ganisator van maxistische en anti- Duitsche propaganda in Antwerpen, smokkelt brochures naar Duitschland. Dr. Gustav Pegier, auteur, thans in Rus land, schrijver van anti-Duitsche arti kelen. Prof. dr. Julius Schaxel, voorma lig Oberregierungsrat in het Thuring- sche ministerie voor volksonderwijs, houdt lezingen te Leningrad en schrijft in de dagbladen aldaar, belastert Duitschland en becritiseert vooral de Duitsche schoolpolitiek. Walther Schoen- stedt, Parijs, schrijft anti-Duitsche boe ken, brochures en dagbladartikelen, on derteekenaar van den Saaroproep. Gerhard Seger, socialistisch schrijver, thans in Engeland, gevlucht uit het con centratiekamp, schrijver van het boek „Oranienburg", dat in bijna alle Euro- peesche talen in groote oplage verspreid is. Bovendien heeft hij opruiënde arti kelen geschreven in verschillende bui- tenlandsche bladen. Jakob Simon, me dewerker van de „Ostseebeebachter", e.n dagblad, dat tegen Duitschland op ruit. Dr. Otto Strasser, thans te Praag, leidend agitator tegen het nat. soc. Duitschland, leider van een comité van actie dat zich „de Duitsche tegenregee- ring noemt, hoog- en landverrader. Bodo Uhse, auteur, verblijfplaats onbekend, onderteekenaar van den Saaroproep. Gustav von Wangenheim, thans ver moedelijk te Parijs, ondërteekenaar van den Saaroproep. Erich Weinert, auteur, thans te Forbach in Frankrijk, treedt op als spreker in emigrantenvergaderingen en schrijft voor emigrantenbladen, on derteekenaar van den Saaroproep. Max. Brauer, marxist, vroeger eerste burge meester van Altona, is als adviseur voor gemeentebestuur in Chineeschen dienst getreden, waaruit hij echter na diploma tieke stappen is ontslagen. Heeft geen gevolg gegeven aan den oproep naar Düitschland terug te keeren. Twee inzittenden ernstig gewond. Zaterdagavond omstreeks half acht had op den weg SluiskilSas van Gent op ongeveer 1 A kilometer van laatstgenoemde plaats een ernstig ongeluk plaats, waarbij twee personen werden gewond. Een auto, bestuurd door den knecht van bakker S. te Sas van Gent reed met vrij groote snelheid tegen een boom. De chauf feur was waarschijnlijk verblind door een tegenligger. De auto werd geheei vernield. De chauffeur werd ernstig gewond. Ook de passagiere, mevr. Stouthamer, de echtge- noote van den stationschef te Sas van Gent, is eveneens zeer ernstig gewond. Een harer polsen is gebroken en haar linkerbeen is ver splinterd. Beide patiënten werden naar het ziekenhuis te Sas van Gent vervo.erd. GELIJKSTELLING DER VROUW GEEISCHT. Politiek manifest te Parijs. Een Parijsche delegatie van de „Liga voor de rechten van de vrouw" heeft in het bureau van den eersten Franschen minister een resolutie gedeponeerd, waarin geëischt wordt, dat bij de grondwetshervorming rekening gehouden wordt met de verlan gens van de Liga. In de nieuwe grondwet moet het principe van de gelijkheid der geslachten in civiel, politiek, economisch en sociaal opzicht worden opgenomen. HUIZEN INGESTORT. Negen personen gedood. In het dorp Capilara bij Granada in Spanje is de muur van een in aanbouw zijn de garage ingestort, waardoor vier nabijge legen huizen eveneens instortten. Negen per sonen, waaronder zes nog jonge kinderen, vonden bij deze ramp den dood. FORMOSA GETEISTERD. 120 personen om het leven gekomen. Semi-officieel wordt medegedeeld, dat het noodweer, dat boven Japan heeft gewoed, ook Formosa heeft geteisterd. In de haven Tansoei is schade aangericht. Volgens de tot dusverre ontvangen berichten zijn daar en in een naburige stad 120 personen om het leven gekomen. Een aantal hunner zijn bij het vis- schen op zee omgekomen. EEN NIEUWE SCHANDAAL AFFAIRE? In Frankrijk. Het rechtsstaande avondblad „La Presse" meent te kunnen melden, dat een gerechtelijk onderzoek is ingesteld naar een groote zwendelaffaire in het Département du Nord. Hetbetreft een financieringsmaat schappij, welke zich oorspronkelijk slechts met de suikerindustrie en den handel in suiker zou hebben bezig ge houden, doch later ook transacties deed in onroerende goederen. De leiding dezer maatschappij berust te bij een gepensioneerden admiraal. De zaken werden door een ander in werke lijkheid geleid. Deze zou de maatschap pij in moeilijkheden hebben achtergela- Spannende tijd in Frankrijk. (Dag. Overzicht). Duitsch onderdaanschap aan 28 personen ontnomen. (Buitenland) Formosa geteisterd; 120 personen om het leven gekomen. (Buitenland) De afgezette bisschop te Neuren berg toegejuicht. (Buitenland). Auto tegen boom gereden te Sast van Gent; twee ernstig gewonden. (Binnenland). Hagenaar zwaar gewond bij aan rijding te Amsterdam. (Binnenland). De vrouw in Duitschland. (Buiten land). Twee Rotterdamsche liedjeszan gers te Nijmegen bij aanrijding ge dood. (Binnenland). Textielfabriek gesloten te Veenen- daal. (Binnenland). Auto tegen boom gereden te Sas ZwitserlandHolland 24. (Sport). De zesdaagsche in vollen gang. (Sport). (Zie verder eventueel laatste berichten.) ten, welke een bedrag van 200 millioen franken zouden betreffen. De maatschappij zou zich middelen hebben verschaft door de uitgifte van valsche coupures der bons voor de be- vrijde gebieden. Een derde persoon ernstig ge wond. Zaterdagavond omstreeks 9 uur is in de St. Annastraat nabij den scheidings- weg te Nijmegen een personenauto uit Arcen (L.) op weg naar Nijmegen in aan rijding gekomen met een drietal mannen die door den autobestuurder naar hij verklaard heeft tengevolge van verblin ding door een tegenligger niet zijn ge zien. Twee van hen werden gedood, oe derde ernstig gewond. Uit het onderzoek is gebleken, dat twee der drie slachtoffers waren de ge broeders H. en P. Finje, respect. 21 en 25 jaar oud, wonende aan de Molenwei 35 te Rotterdam. Het ligt voor de hand, dat de verslagenheid in deze familie, toen de ongelukstijding voorzichtig werd meegedeeld, erg groot was. De derde persoon was de 27-jarige R. Link, afkomstig uit Amsterdam. P. Finje was op slag dood, terwijl H., die eenige me ters meegesleurd werd na aankomst in het St. Canisiusziekenhuis ran zijn ver wondingen aldaar is overleden. H. Finje, die vroeger stoker op de Rijnvaart was, trachtte met zijn broer en met Link als liedjeszanger den kost te verdienen. Link bekwam een beenbreuk en enkele lichte kwetsuren. Omtrent de oorzaak van dit droevig ongeval staat nog niets vast. De drie mannen zouden aan de rechterziide van den weg hebben gestaan om een sigaret aan te steken, toen de luxe auto, waar mede de heer J. Nagels uit Arcen (L.) die met zijn moeder, Jwee zusters en twee broers op weg was naar Nijmegen, met hen in botsing kwam. De heer Nagel6 is na een verhoor op het hoofdbureau van politie in vrijheid gesteld. De auto, waarvan de voorzijde beschadigd was, is echter in beslag genomen in afwachting van verder onderzoek. Gistermiddag 's het parket uit Arnhem te Nijmegen ge arriveerd. AUTO IN DE SLOOT GEREDEN. Een oude man omgekomen. Door de gladheid van den weg en de wellicht iets te snelle vaart geraakte gisteren op den weg tusschen Groote- gast en Lutjegast (Gr.) een auto in de sloot. Een der inzittenden, een man van 82 jaar, werd ernstig gewond een huis binnengedragen, waar hij eenige oogen- blikken later overleed. De vrouw van het slachtoffer werd vrij ernstig aan het hoofd gewond, ter wijl een derde inzittende zijn sleutel been brak. De chauffeur met zijn naast hem zit tende moeder kwamen met den schrik en eenfge schrammen vrij.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 1