Wintert
PU ROS-
De Vrijz,-Dem. te Rotterdam bijeen.
ALKMAARSCHE COURANT van MAANDAG 26 NOVEMBER 1934
Binnenland
Beleid van de ministers
Oud becritiseerd.
Marchant en
Tegen „parlementaire experimenten",
kapitale boerderij
afgebrand.
nederlandsch motorschip
aan den grond geloopen.
gecompliceerd auto-
ongeluk te oss.
GROOTE BRAND
TE KOOG AAN DE ZAAN.
Vreeselijk autobus-ongeluk.
..ancien
voeten
Gesprongen handen,ruwe huid
HET A.J.C.-CONGRES,
DE SOC.-DEM. EN DE
NATIONALE GEDACHTE.
In de algemeene vergadering van den
Vrijz. Dem. Bond te Rotterdam heeft mi
nister Marchant Zaterdagavond een rede
Sehouden, waarin hij den nadruk legde op
et feit, dat het huidige kabinet, waarvoor de
V. D. Bond twee van zijn Tweede-Kamer
leden heeft afgestaan, wel degelijk homogeen
is, dat er geen verschil van meening tus-
schen de leden bestaat over de wijze, waarop
onder de tegenwoordige crisisomstandig-
heden het beleid der regeering moet worden
gevoerd. Er bestaat die solidariteit, die noo-
dig is, wil ons volk dezen crisistijd door
staan. Die solidariteit bestaat in het kabinet
Het eenige punt, zoo zeide de minister,,
waarop de partijen als zoodanig niet allé
stroomingen in elk van die partijen homo
been zijn, is de wensch om de parlementaire
democratie te handhaven tegen het fascisme
Hier zonder ik natuurlijk de fascisten zeil:
uit; en ook de communisten; niet omdat zij
zich niet zouden keeren tegen het fascisme,
maar omdat zij ons een andere dictatuur er
voor in de plaats zullen geven.
Het afbrokkelen van de parlementaire
basis van een kabinet, dat in normale tijden
als een betrekkelijk onschadelijke politieke
sport kan worden beschouwd, beoefend om
het parlementaire kabinet van zekere struc
tuur vervangen te zien door een parlemen
tair kabinet van ee nandere structuur ver-
tair kabint van een andere structuur vervan-
vangen, dat afbrokkelen kan thans onver
wacht leiden tot een vervangen van een
parlementair of semi-parlementair of extra
parlementair kabinet door een anti-parle
mentair kabinet. Het kan een einde maken
aan de parlementaire democratie.
In de partij is vooral over twee punten veel
te doen geweest: de opheffing van openbare
scholen en de militaire uitgaven; wij ver
raden de ontwapening.
Men zegt, dat de concentratie van scholen
bij beide takken van onderwijs tegelijk had
moeten plaats hebben. Ik zou het ook liever
hebben gedaan. Maar het was dat is
thans wel gebleken niet mogelijk. Had het
dan gelaten, zegt men. Ook dat was onmoge
lijk. Van de 3'50 millioen waarop kan wor
den bezuinigd, kwam 150 millioen voor Om
derwijs. Hier moest het normaal accrès wor
den beëindigd en er moest een stuk afdade
lijk Was er dan buiten gebleven! Dat is het
nu juist; meent men, als ik daar niet zat aan
Onderwijs, de klappen op te vangen, dat dan
het openbaar onderwijs er beter aan toe zou
zijn geweest?
Ovatie voor minister Marchant.
De rede van minister Marchant werd luid
toegejuicht; spontaan bracht de vergadering
den spreker een ovatie.
Na de rede van prof. Kranenburg was het
congres eenige uren huishoudelijk. In deze
besloten zitting werd minister Oud met
applaus verwelkomd.
In de openbare vergadering, daarna voort
gezet, was vervolgens het middenstands
program aan de orde.
Het hoofdbestuur wenschte aan dat pro
gram toe te voegen een bepaling, neerkomen
de op belemmering van ongebreidelde op
richting van nieuwe middenstandsonder
nemingen en warenhuizen, door het stellen
van eischen, waaraan de onderneming en de
ondernemer moeten voldoen voor vestiging
in bepaalde takken van handel en nijverheid,
opdat het getal ondernemingen aan de be
hoefte kan worden aangepast.
Namens het hoofdbestuur verdedigde mr
van Dam het voorstel, dat ten slotte werd
aangenomen met 107 tegen 55 stemmen.
Vervolgens werd goedgekeurd een hoofd
bestuursvoorstel om in het werkprogram op
te nemen de bepaling, dat de overheid zich
heeft te onthouden van maatregelen, welke
de coöperatie kunstmatig steunen in haar
concurrentie met andere bedrijfsvormen.
Alsnu kwam in bespreking een rapport
Qver het belangrijke vraagstuk der Jeugd
werkloosheid, mede handelende over beper
king van arbeidsduur en beperking van vrou-
wënarbeid.
In dit rapport, welks inhoud wij destijds
uitvoerig hebben vermeld, wordt gezegd, dat
verschuiving van werk van ouderen naar jon
geren noodzakelijk is. Daarom diene afvloei
ing op 55-jarigen leeftijd regel te worden,
waarvoor wettelijke regeling onontbeerlijk is.
Aan alvloeiende ouderen moet echter een
compensatie toegekend worden uit te vormen
fondsen.
Conclusies over het rapport worden nu
nog niet genoemd, het rapport wordt be
schouwd als de eerste stap in een hoogst be
langrijke zaak.
Rede van mr. Oud.
Minister Oud wees er in zijn rede op, dat
de financieele en economische toestand des
lands veel moeilijker en ook veel ernstiger
zijn dan verleden jaar. De werkloosheid
neemt nog steeds toe. De middelen blijven
dalen, en er is nog zeer weinig baat voor den
grooten nood. Onze economische en finan
cieele verhoudingen moeten in overeenstem
ming gebracht worden met hetgeen er komen
zal. Het moeilijke is nu, dat men nog lang
niet weet, wat er in he. verschiet ligt. Echter
men weet wel, dat het oude, het voorbije, he;
tijdperk der individualistische economie met
meer terug zal komen. Deze economie kwam
op in een tijdperk van een sterk bedrijfsleven,
maar zij strandde op de klip van het grofste
egoïsme. Dit mogen velen in deze tijden eens
goed bedenken.
Defensie-politiek.
De ochtendzitting van Zondag was geheel
gewijd aan de bespreking van de defensie
politiek. De partij-voorzitter, prof. mr. K
Kranenburg, leidde de debatten in met eers»
het karakter van het kabinet te schetsen, dat
z i geen zaken- en ook feitelijk geen natio
naal ministerie is, maar een regeennig, welke
zich voornamelijk tot taak gesteld heeft
poeren de groote moeilijkheden, door de crisis
veroorzaakt, tot een oplossing te brengen en
dus uitsluitend eigenlijk crisis-kabinet ge
noemd kan werden. Als crisis-ministers zijn
alle bewindslieden volkomen in alles homo
geen. De ingediende, moties en voorstellen
over de houding der v. d. ministers, ten op
zichte van het defensie-beleid, met name
hun meegaan in het kabinet met het achter
wege laten van de bezuinigingen, welke in
v.d. kringen voqrgestaan wórden, dient be
schouwd te worden, aldus zoo ongeveer
sprak de partijleider,- in-het wezen van de
taak, die de crisis-ministers hebben.
Het verheugde spreker, dat reeds de afdee-
ling Den 1 laag ingetrokken had een voor
stel, om er bij .de vrijz.-dem. Kamerfractie op
aan te dringen, de regeering te bewegen uit
voering te geven aan haar vroeger geopperde
voornemens tót bezuiniging op defensie-uit
gaven, vooral omdat aan dit voorstel toege
voegd was: „teneinde daardoor te voorko
men, dat de verhouding van de vrijz.-dem.
partij tot het kabinet nader onder de oogen
gezien dient te worden".
Naast dit verstrekkende voorstel, in het
bijzonder gericht op de vrijz.-dem. ministers,
bleef aanvankelijk nog ehandhaafd een motie
van de federatie Zuidholland va.i de partij
wele in herinnering bracht, dat een in het
vooruitzicht gestelde bezuiniging van ten
minste 25.000.000 op de defensie-uitgaven
een der essentieele grondslagen is geweest,
waarop in 1933 de samenstelling van het hui
dige kabinet mogelijk was gebleken, terwijl
er geconstateerd werd, dat door het uitblij
ven der bedoelde bezuiniging, de belangrijke
pijler, waarop de samenwerking in het kabi
net gefundeerd was, nu dreigt weg te vallen
Deze motie sprak verder nog uit, dat de hou
ding der vrijzinnig-democraten ten aanzien
van de door de regeering nu ingediende de
fensie-begrooting, geen andere behoorde te
zijn dan die van vóór medio 1933.
Het hoofdbestuur, zoo verklaarde de voor
zitter, moest met stelligheid tegenspreken,
dat een som van 25 millioen indertijd als een
der grondslagen voor bezuiniging gestelc
was, terwijl het geheel buiten de democrati
sche lijn achtte te zijn om de Kamerfractie
een imperatief mandaat voor te schrijven en
dus het mes maar op de keel te zetten. Zulk
een mandaat kan, zeide spreker, de meest be
denkelijke gevolgen hebben. Geheel onaan
vaardbaar oordeelde het hoofdbestuur dan
ook de motie-Zuidholland.
De afdeeling Amsterdam deed bij sub-amen
dement nog uitkomen, dat minister Colijn in
zijn installatierede voor de commissie-Iden-
burg vasgesteld zou hebben, dat de regeering
noodig oordeelde een besparing van 25 tot
30 millioen gulden op de defensie-uitgaven
van Nederland en Ned.-Indië en deze afdee
ling wilde daarom daaraan, gelijk Zuidhol
land deed. de noodige consequenties verbin
den voor de vrijz.-dem. ministers in het kabi
net, nu er geen sprake is van versobering op
de weermacht.
Critiek.
De bezwaren van het hoofdbestuur tegen
alle scherpe moties en voorstellen voorkwa
men toch niet de noodig geachte critiek in
zake het defensie-beleid. Er werd aan herin
nerd, dat steeds minister Marchant opkwam
voor nationale ontwapening en sterke bezui
niging op de weermacht en dat de verwach
tingen ten deze hoog gespannen waren, toen
de vrijz.-dem. minister aan het bewind kwa
men.
Uitroepen als: wij willen uit moreel, ze
delijk, christelijk en financieel oogpunt geen
verdere bewapening, ontlokten krachtig ap
plaus. Vele afgevaardigden vroegen een bin
dende uitspraak in zake de defensie-politiek
van de regeering en zij meenden op dit con
crete punt wel van de Kamerfractie te kun
nen verlangen een bepaalde houding aan te
nemen.
Een Rotterdammer, niet voor zijn afdee-
iing sprekende, zeide, dat men van de vrijz.-
dem. ministers kon eischen, niet langer tegen
de vrijz.-dem. beginselen in te gaan.
De voorzitter van de Kamerfractie, mr. Joe-
kes, achtte het begrijpelijk, dat de partijle
den Wenschén hebben te aanzien der houding
van de Kamerleden en van de ministers, spe
ciaal in zake hun standpunt ten opzichte der
militaire uitgaven. Maar afwijzend stond ook
hij tegenover een imperatief mandaat, dat
het werk der Kamerfractie kan blokkee-
rpn. Wij hebben ons rekenschap gegeven van
onze positie, straks in te nemen bij de be
handeling der defensie-begrooting, verklaar
de spreker, daarbij herinnerde aan zijn me-
dedeeling in zake het tegenstemmen. Ernstig
waarschuwde de heer Joekes tegen opdrach
ten in zake een aan te nemen scherpe hou
ding tegenover het zittend kabinet, want
niemand kan zeggen, welk ministerie het hui
dige eventueel zou kunnen opolgen, zoodat
men voor de meest ernstige gevolgen te staan
zou kunnen brengen met de partij.
Bezwaren overbruggende motie.
Spreker kon zich vereenigen met een motie
van het hoofdbestuur, welke de v.-d. beginse
len niet prijsgeeft, doch ook niet inhoudt een
uitspraak, welke de v.d. minister in conflict
zou kunnen brengen metd e partij.
Deze motie spreekt uit, dat de partij zal
voortgaan met alle kracht te bevorderen den
opbouw eener internationale rechtsorde en te
strijden tegen alles, wat het oorlogsgevaar
kan vergrooten en dat zij mitsdien als doel
stelling zoowel de nationale als de inter
nationale ontwapening handhaaft; zij ver
zoekt de Kamerfractie bij de regeering aan
te dringen op krachtige bezuiniging op de
defensie-uitgaven; voorts alles te doen wal
kan strekken tot een versterkt toezicht op en
een verbod van particulieren wapenhandel
en wapenfabricage.
Het slot der warme discussies was, dat
alle verder strekkende moties en voorstellen
werden ingetrokken en de genoemde hoofd
bestuursmotie werd aangenomen bij accla
matie.
Onderwijs-beleid.
In de middagvergadering ging het even
zoo met het aanvankelijk verzet tegen het
onderwijsbeleid. De opmerking werd o.a. ge
maakt, dat, wanneer minister Marchant eer
der gesproken hao op de wijze als j.1. Zater
dagavond, een zeer groot deel der groote
ongerustheid wel verdwenen zou zijn. Met
klem drukten allerlei moties en voorstellen
den wensch uit voor maatregelen, waardoor
de regeering de waarborgen zou bieden, dat
het bijzonder onderwijs gedwongen zal wor
den spoedig dezelfde bezuinigingen toe te
passen, als die, welke in 1934 reeds voor het
openbaar onderwijs getroffen zijn, met name
ook maatregelen tot opheffing van scholen.
Er kwamen vele schrille verwijten over de
ingevoerde bezuiniging, welke aan vele
ouders reeds de gelegenheid ontneemt hun
kinderen openbaar onderwijs te laten geven.
Werk der Kamer-fractie.
De bespreking van het beleid der v.d. Ka
merfractie leverde weinig punten tot ernstige
verschillen. De middenstandsbelangen, zoo
zeide mr. Joekes, hebben de volle aandacht
der fractie. Zij vertrouwt, dat in de zaak der
herclassificatie de regeering rekening zal
houden met de adviezen van het G. O. Waar
gesproken werd over het feit, dat bij hef
streven naar een lager levensniveau de
kleine menschen veel straffer aangepakt
zouden worden dan de menschen met groo-
tere inkomens, waarschuwde spreker voor
eenzijdigheid. Belastingdruk en conversies
treffen ook vele beter gesitueerden en in
groote mate. Ook zij brengen zware offers.
In zijn verschillende redevoeringen op het
congres, bracht de heer Joekes nog de op
merking ter sprake, dat niets gemerkt zou
zijn van een vnjzinnig-democratischen in
vloed in, het kabinet Bij vele maatregelen
gaat, zoo zeide spreker, wel degelijk ver
strekkende invloed uit van onze beide minis
ters, vooral ter zake van de behartiging der
rijksfinanciën,welke de grootste inspanning
vraagt van minister Oud, die ten volle reke
ning houdt met het volksbelang. Op hem
moeten wij trotsch zijn, riep spreker uit.
(Langdurig applaus).
Zij ten slotte nog vermeld, wat vele der
overige congres-voorstellen betreft, dat de
vergadering zich uitsprak tegen ontslag der
gehuwde ambtenares, die geen kostwinster
is, en dat de partij zal medewerken aan wet
telijke maatregelen tegen ongelimiteerde cu
mulatie van inkomens en pensioenen uil
overheidskas. Commissoriaal zal worden
gemaakt het vraagstuk van den steun, voort
vloeiende uit de verschillende crisis-wetten.
Het was reeds lang avond, toen prof.
Kranenburg het congres sloot.
Zaterdagavond te kwart over zeven is
brand uitgebroken in de kapitale boerderij
van J. v. d. Stappen, wethouder der gemeen
te Heesch. De boerderij brandde geheel af.
Het vee kon worden gered. Verzekering dekt
slechts gedeeltelijk.de schade. Bij gebrek aan
water kon de brandweer niets uitrichten.
De oorzaak van den brand is onbekend.
GEHEIME DISTILLEERDERIJ ONTDEKT
Zaterdagmiddag is door de marechaussee
van Zuidhorn bij zekeren K. te- Oosterzand
gemeente Lutjegast, een inval gedaan, daar
het vermoeden bestond, dat zich aldaar een
geheime distilleerderij bevond. Dit bleek waar
te zijn en er werd een compleet toestel, een
groote hoeveelheid drank en gist in beslag
genomen. Tegen K- is proces-verbaal opge
maakt.
Dit is in 14 dagen tijds reeds de tweede
inval van de marechaussee van Zuidhorn,
welke succes heeft gehad.
in
In een dichten mist is nabij Cromer
het graafschap Norfolk het Neder-
landsche motorschip „Rian" uit Gronin
gen, dat, geladen met kool, op weg was
naar Londen, aan den grond geloopen.
De bemanning van de reddingsboot van
Cromer en eem'ge visschers hebben zich
aan boord gegeven en het schip vastge
legd.
ERNSTIG VERKEERSONGELUK TE
AMSTERDAM.
Drie gewonden in de v. Baerle-
straat.
Ter hoogte van den vluchtheuvel voor de
Nic. Maestraat in de Van Baerlestraat te
Amsterdam is Zaterdagmiddag te kwart
over-vier een ernstig verkeersongeval ge
beurd, waarbij drie personen gewond zijn
geraakt.' Een 50-jarige dame wilde ter
plaatse in gezelschap van haar 14-jarig
dochtertje den rijweg oversteken, toen terzelf
der tijd "uit de richting Roelof Hartplein een
motorrijder, die een passagier op de duo
had, met vrij snelle vaart naderde. De be
stuurder zag geen kans meer de beide men
schen te ontwijken, met het gevolg dat een
aanrijding plaats had, waardoor zoowel ge
noemd tweetal als de motorrijder en zijn
passagier een ernstigen val maakten. De
dame en de motorrijder hebben beiden een
hersenschudding opgeloopen, de G.G.D.
heeft hen met het meisje, dat schaafwonden
had en zeer overstuur was, naar het Tessel-
schade-ziekenhuis vervoerd. De duo-rijder
die, hoewel niet gewond, hevig geschrokken
was, is per auto naar huis gebracht.
Zaterdagavond kwam op den Rijksweg
GraveDen Bosch een personenauto, be
stuurd door den heer Maessen uit Tilburg, in
botsing met een boerenkar, welke geladen
was met chili-salpeter. De auto kantelde hier
bij en bleef geheel vernield op den weg lig
gen.
Een passeerend automobilist, de heer Fleu
ren, die het ongeluk zag gebeuren, bracht
zijn wagen tot stilstand om hulp te bieden
aan den heer Maessen. Inmiddels kwam van
de tegenovergestelde richting een personen
auto van den oliehandel Rijp uit Grave aan
rijden, die de stilstaande auto van den
heer Fleuren niet zag. Met een hevige vaart
botsten de auto's tegen elkaar.
Van de drie personenauto's evenals van de
boerenkar was niet veel meer overgebleven.
De bij dit gecompliceerde auto-ongeval be
trokken personen bekwamen slechts enkele
ontvellingen.
Eenige uren na dit ongeval had op den
zelfden weg een auto-ongeluk plaats.
Een auto, bestuurd door den caféhouder
J. van Dinter uit Schaik, reed ter hoogte van
Heesch tegen een boom.
De heer van Dinter werd gewond; de auto
werd totaal vernield.
RUZIE IN CAFE.
Bezoeker springt door een ruit.
In een café in de Warmoesstraat te Am
sterdam ontstond Zaterdagnacht, kort
voor het sluitingsuur, een ruzie tusschen
twee personen. Een der bezoekers, die even
als de meeste overige gasten, onder den in
vloed was van sterken drank begon „moord
te roepen, hetgeen voor een der laatsten aan
leiding was, om in zijn schrik dwars door de
ruit het café te verlaten. Het gerinkel der
glasscherven bracht met vele nieuwsgierigen
ook de politie ter plaatse, die tenslotte ook
het laatste woord in dit dron-kemansgedoe
heeft gesproken.
Cacaofabriek „HoIIandia" in
vlammen.
Zaterdagavond tegen uur is brand uitge
broken in het uitgebreide gebouwencomplex
van de cacaofabriek „Hollandia", toebehoo-
rende aan de firma Kamphuys en Oly en
staande aan de spoorlijn nabij het station
Koog a. d. Zaan. Tegen deg eweldige vuur
zee, die door groote voorraden olie en cacao-
producten wordt gevoed, staat de brandweer
te Koog a. d. Zaan, welke wordt geassisteerd
door die van Zaandam en Zaandijk, mach
teloos. De geweldige fabrieksgebouwen met
het aangrijzende kantoorpand staan aan alle
zijden in lichter laaie. Naar het zich thans
laat aanzien zal niets behouden kunnen wor
den..
Te ongeveer tien uur stortte het bovenste
gedeelte van het uit drie verdiepingen be
staande geboüw reeds ineen. Naar wij ver
nemen, moet de oorzaak van den brand ge
zocht worden in het overkoken van een ketel
olie. Er werd in de fabriek nog door een aan
tal arbeiders werk verricht, welke ploeg te
tien uur door de nachtafdeeling zou worden
afgelost.
Een geweldige vuurzee trekt
duizenden menschen. Het
gebouw geheel verwoest.
Te half twaalf woedde de geweldige brand
nog met hevige felheid voort. Koog aan de
Zaan was met drie brandspuiten op het ter
rein aanwezig, terwijl ook de gemeenten
Zaandijk en Zaandam ieder met drie spuiten
present waren. Onder leiding van den com
mandant van de brandweer te Koog aan de
Zaan werd het vuur van alle kanten inge
sloten. Geweldige watermassa's werden op
de vuurzee geworpen. Dikke rookwolken bol
derden omhoog en de vuurtongen, die wel
dra aan alle kanten naar buiten sloegen,
waren tot ver in den omtrek zichtbaar, zoo
dat honderden Zaankanters in den milden
winteravond een tocht naar Koog a. d. Zaan
maakten. Het verkeer en de afzetting waren
zeer gemakkelijk te regelen, daar de toegang
tot de fabrieksterreinen wordt afgesneden
door de spoorlijn AmsterdamUitgeest en
de belangstellenden slechts tot hiertoe moch
ten komen.
Betreffende het ontstaan van den brand
vernemen wij nog, dat een van de elf arbei
ders, die in de fabriek werkten, plotseling
bemerkte, dat in de branderij alles in lichter
laaie stond. Met groote tegenwoordigheid
van geest wisten de arbeiders de stoomlei-
dingen en de electrische leidingen buiten
werking te stellen. Toen zij hiermee gereed
waren, was het de hoogste tijd om zich in
veiligheid te stellen. De brandweer was
spoedig ter plaatse. Het vuur vond in het
vele brandbare materiaal zooals cacaodop-
pen en cacaoboter, gretig voedsel. Bovendien
bevonden zich in den stookkelder nog 20.000
liter olie, welke voorraad ook weldra door
het vuur was aangetast. Aan behoud van de
fabriek was dan ook geen oogenblik te den
ken.
Op het oogenblik is nog moeilijk te zeg
gen, hoe groot de schade is, welke door vér
zekering wordt gedekt.
Te omstreeks twaalf uur was de brand
weer den brand vrijwel meester en kon met
het na-blusschen worden begonnen. Tot laat
in den nacht is men hiermede bezig ge wees;
Persoonlijke ongelukken zijn bij dezen feilen
echt Zaanschen brand, niet voorgekomen
Eén doode en tele gewenden te
Goorle.
Hedennacht omstreeks 3 uur kwam de
heer A. de Jong uit Goorle met zijn auto,
waarin een gezelschap van 6 personen uit
Tilburg zat. In de Bergstraat te Goorle
reed de auto vermoedelijk door het ruim
nemen van een bocht met het achterwiel te
gen het huis van een slager, van Erven,
waardoor de linkerzijwand van den wagen
werd ingedrukt. De achterwand werd als
het ware weggescheurd. Door den harden
slag werden de bewoners van de in de buurt
liggende huizen gewekt.
Men vond een zestal personen verspreid
over de straat liggen. Direct werden dr.
Daniëls een geestelijke en de politie gewaar
schuwd. Bij onderzoek bleek, dat de heer
Oerlemans uit Tilburg op slag was gedood
Zijn vrouw was ernstig gewond. De chauf
feur, de heer A. de Jong, hing noch achter
het stuur. Toen hij met veel moeite er achter
vandaan was gehaald, bleek, dat hij zware
nwendige kneuzingen had opgeloopen. De
heer Bezems had een gebroken arm, terwijl
zijn echtgenoote met de schrik vrijkwam.
Van de verder inzittenden liep de wed.
Smitvan Rooy kneuzingen op. Het voorste
deel van de auto werd door de slag nog een
eind meegesleurd en kwam met het voorste
deel tegen een huis aan, waardoor ook dit
deel van de wagen deerlijk werd beschadigd
Alleen de motorkap bleef heel. De lichten
van de auto brandden nog. De gewonden
zijn per ziekenauto naar het St. Elisabeths
ziekenhuis te Tilburg vervoerd.
DOOS 30enKOr-L BIJ APOTH.en DROGISTEN
Voor de Arbeiders-Jeugd-Centrale te Am
sterdam heeft dr. H. B. Wiardi Beekman ge
sproken over „De sociaal-democratie en de
Nationale Gedachte".
Het gaat, aldus spreker, om de plaats van
het sociaal-democratisch volksdeel, niet naast
maar in de Nederlandsche natie. Wij consta-
teeren in deze dagen alom een versterking
van het nationaal besef; daarbij werken ele
mentaire geestelijke krachten, die tengevolge
van de crisis (protectie, contingenteeringen
enz.) versterkt worden.
De nationale gedachte is in haar tegen-
woordigen vorm nog betrekkelijk jong; zij is,
zoo zette spr. uiteen, 'n kind van de Fransche
revolutie. In vorige eeuwen was het besef
van stam-taal- en volksverwantschap zeker
bij enkelen aanwezig, doch eerst met de
Fransche revolutie werd het nationaal gevoel
het bezit van het geheele volk. In de verdedi
ging tegen de buitenlandsche vijanden is de
massa gewapend, „Patriot" beteekende zoo
wel revolutionnair als vaderlander. In de
vrijheidsoorlogen tegen de Napoleontische
overheersching ontwikkelden zich in andere
landen dezelfde krachten. Van die jaren da
teert de dienstplicht: het volk zelf gaat den
staat verdedigen. Er is verband tusschen de
nationale gedachte en het kapitalisme, doch
nog sterker is het verband met de opkomst
van de politieke democratie. Het lot van den
staat is niet meer de zaak van den vorst of
van een kleine groep, maar de zaak van het
geheele volk.
Het bekende woord van 't communistische
manifest „de arbeiders hebben geen vader
land" moge voor die dagen juist zijn ge
weest, in de sociaal-democratie trok men
daaruit de conclusie, dat de arbeiders zich
een vaderland moesten veroveren. Zij hebben
dat in de volgende jaren gedaan. Zij hebben
zich de politieke rechten verworven (algemeen
kiesrecht) en door de sociale wetgeving zijn
zij steeds hechter aan den eigen staat verbon
den. De arbeidersklasse is geleidelijk inge
groeid in de natie. De ontvoogding, van de
niet-bezittende massa, de strijd voor de ver
sterking van de volkskracht en van de volks
eenheid, is een „nationaal werk" bij uitne
mendheid. Het staat thans zoo, dat de „plan
nen van den arbeid", die zijn gepubliceerd
of aan welker voorbereiding gewerkt wordt,
zich beperken tot maatregelen, die binnen de
nationale grenzen zijn te verwezenlijken.
Uit de besluiten van de socialistische inter
nationale toonde spreker aan, dat de sociaal
democratie zich steeds met het nationale
vraagstuk heeft beziggehouden en zich altijd
voor de oanfhankelijkheid der naties heeft
ingespannen. Spr. herinnerde aan het werk
van Otto Bauer op dit gebied en uit talrijke
uitspraken van leidende figuren als Jaurès
en Troelstra liet hij zien, dat deze altijd de
nationale gedachte, de hechte verbondenheid
aan het eigen volk, als een goed van groote
waarde hebben beschouwd. De sociaal-de
mocratie is een internationale beweging, om
dat het kapitalisme eerst internationaal ge
heel overwonnen zal kunnen worden en om
dat het ideaal der menschenliefde om een in
ternationale gemeenschap vraagt. Doch
Troelstra heeft het zoo gezien: de nationale
gedachte is een organisch element van de in
ternationale gedachte.
Als Nederlandsche beweging zijn wij, zoo
vervolgde spr., verbonden aan het Neder-
landsch volkskarakter, dat van ouds bovenal
vrijheidlievend was. De nationale gedachte
groeit uit de historische lotsgemeenschap en
wij behoeven ons als soc.-democraten voor de
Nederlandsche geschiedenis niet te schamen.
Het democratisch socialisme wordt ge
stuwd door den Nederlandschen vrijheidszin.
Wij streven naar een zoo krachtig mogelijke
economische organisatie om iederen zoon en
dochter van 't volk zoo groot mogelijke vrij
heid voor ontplooiing der eigen persoonlijk
heid te. verschaffen. De democratische ge
zindheid, de veelvormigheid van beginsel, de
vrije groepeering van de volksgroepen op
grond van de verschillende overtuigingen
passen bij het Nederlandsche volkskarakter.
Het nationaal-socialisme is voor Nederland
het tegendeel van nationaal. Het streeft naar
vernietiging van de beste nationale goederen.
Het is van Duitsch makelij en men ziet te
veel over het hoofd dat het door zijn nauwe
verbindingen met de Duitsche regeerders een
gevaar is voor de Nederlandsche onafhanke
lijkheid. Doch ook de vorming van een bur
gerlijk verbond gericht tegen de sociaal-de
mocratie en in de praktijk leidend tot een
eenzijdige behartiging van de bezittersbelan-
gen, is in waarachtigheid niet „nationaal"
te noemen. En als een regeering maatregelen
neemt, die de strekking nebben, de sociaal
democraten te stempelen tot burgers van den
tweeden rang, dan meent spr. is dat 'n aan
fluiting van de nationale gedachte. Wij, zeide
spr., weten ons verbonden met dit volk en
met dit land. Wij eischen onze plaats in de
Nederlandsche volksgemeenschap op, op
grond van onze opvattingen zooals wij deze
steeds hebben gehad en op grond van het
geen wij in deze natie hebben bereikt. Wij
zijn gehecht aan de lage landen bij de zee.
Ook op ons heeft de zee haar invloed zooals
zij één van de belangrijkste krachten is, die
ons volkskarakter bepalen.
De sociaal-democraten erkennen gaarne,
dat zij mede bewogen worden door de ele
mentaire kracht van de nationale gedachte.
De jongeren in de sociaal-democratie we
ten, dat Nederland hen roept, opdat zij het
land zullen maken tot een werkelijk vader
land, ook voor de verworpenen der aarde;
Nederland heeft ons noodig om het te verde
digen tegen de gevaren van openlijk en ver
bloemd fascisme. Wij zullen, zoo besloot
spr., dit land hebben te maken tot een onzelf
zuchtig, doch krachtig lid van de volkeren
gemeenschap.
I - i.y