DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Nieuwjaarswenschen. Nederlandsche troepen naar het Saargebied. Belgrado's kijk op „uitvoer en vriendschap ^Buitenland No. 295 Dit nummer bestaat utt drie bladen. Directeur: C. KRAK. Vrijdag 14 December 1934 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 136e Jaargang Uit het Parlement Waarom Nederland den Volkenbond steunt. Motie van de communisten. BEGROOTING VAN SOCIALE ZAKEN. T>aq>diik$th Italië de grootste, Frankrijk de kleinste afnemer. Voorkeur voor Duitschland. Wat vandaag de aandacht trekt ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—, franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN: Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0 25, tfronte contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. Den Haag, 13 December. De heer Sneevliet (r.s.), interpellee- rende over de zending van een contin gent mariniers naar het Saargebied, heeft de regeering verweten, de Kamer niet tijdig te hebben ingelicht, maar dit verwijt weerlegde minister De Graaff prompt: eerst de vorige week Donderdag had hij informeel kennis gekregen van het voornemen van den Volkenbonds raad om ons land uit te noodigen, troe pen te zenden; Zaterdagavond laat was de officiëele uitnoodiging gekomen; Maandag had de ministerraad besloten, ze aan te nemen en Dinsdag was de Ko ninklijke machtiging daartoe verstrekt. Dienzelfden dag vroeg de heer Sneevliet zijn interpellatie aan en als hij dit niet had gedaan, zou Z.Exc. aanstonds een witboek met vermelding van alle des betreffende feiten aan de Kamercom missie hebben gezonden. Waarlijk, het kón niet vlugger! De minister heeft in zijn antwoord aan den interpellant de besprekingen te Genève gememoreerd, welke den Vol kenbondsraad hebben geleid tot het be sluit, aan Italië, Engeland, Zweden en Nederland uit te noodigen, troepen te zenden om voor, op en na 13 Januari ordeverstoring in het Saargebied te voorkomen. De voorwaarden, welke onze regeering voor een aanvaarding van de uitnoodiging heeft gesteld, waren, dat het de schatkist geen geld moest kosten en dat Zweden de invitatie ook zou aan nemen. Beide voorwaarden werden ver vuld. Dat onze regeering Zwedens deel neming als voorwaarde stelde, was, om te voorkomen, dat de zaak het aanzien zou hebben van een belang der groote mogendheden, dat moest worden behar tigd. Ons lidmaatschap van den Volken bond verplicht ons land niet, troepen voor deze gelegenheid te sturen. Maar de overgroote meerderheid van ons volk zal minister De Graeff gelijk geven, die zeide, dat de regeering zich wel moreel verplicht had geacht, de uitnoodiging te accepteeren, omdat het doel der troepen zending is, de volksstemming rustig te doen verloopen. Zoo zal een groot vre desbelang worden gediend, want wie kan zeggen, wat de gevolgen zouden zijn van botsingen bij een stemming, welks uitslag van zoo groot belang is voor twee partijen, wier verhouding de vre- deskansen in Europa goeddeels bepaalt: Frankrijk en Duitschland? Een rustig verloop der stemming is een belang voor Europa; het is ook een belang voor ons land, zoo dicht bij die groote partijen gelegen. „Tot bescher ming van de belangen van den Staat is er een zee- en een landmacht, bestaande uit vrijwillig dienenden en uit dienst plichtigen", aldus artikel 182, lid 1, on zer grondwet. De heer Sneevliet beriep zich hierop om te betoogen, dat onze troepen niet zouden mogen worden ge bruikt voor ordehandhaving in het Saargebied. Maar is die orde, zoozeer be vorderlijk voor den vrede, niet een uit nemend belang voor onzen Staat? En andere grondwetsartikelen, waarop de heer Sneevliet zich beriep (181, 185 en 186) betreffende dienstplichtigen, terwijl voor het Saargebied sprake is van vrij willigers. De minister besloot met een warm woord over den Volkenbond, welke door deze actie wordt versterkt, een actie, waaraan Nederland het zich een eer tnoet rekenen, mede te doen. Dit woord sloeg bij de Kamer in, blijkens de be tuigingen van instemming, welke op de rede van den bewindsman volgden. Achtereenvolgens hebben de heeren Boon (lib.), Vliegen (s.d.), De Geer (c.h.), Wendelaar (lib.), Van Dijk (a.r., Schaep- man (r.k.), Van Houten (c.d.) en Joekes (v.d.) met redevoeringen het regeerings- standpunt gesteund. Jhr. De Geer hield, zeer welsprekend, een hooggestemde toespraak, er op wijzende, dat deze eer ste politiemacht van den Volkenbond een voorlooper moet zijn van een betere toekomst, waarin het recht van den sterke zal plaats maken voor de sterkte van het recht. De minister dankte latei- alle bovengenoemde sprekers, maar in zonderheid jhr. De Geer en dit kunnen wij ons voorstellen. Mr. Joekes had ook een goede gedachte, nl. om in dit vel band den naam van prof. Van Vollen hoven te noemen. Voor ons ligt op dit oogenblik dat kostelijk boekje van zijn hand, „De Eendracht van het Land van 1913. Hoe werken de gedachten van dezen grooten geest als een zuurdeesem door de mensctheid! Mr. Wendelaar zegde de regeering bij voorbaat steun toe voor het geval, dat (wat God ver hoede) de orde in het Saargebied met geweld zou moeten worden gehand haafd. Velen, niet allen steunden de regee- rng. Mr. Westerman (n.h.), in navolging van Bismarcks uitspraak, dat de heele Balkan nog niet de botten van één Prui- si6chen grenadier waard is, merkte op, dat het geheele Saargebied nog niet de verkoudheid van één marinier waard is. De zaak is, dat mr. Westerman van den heelen Volkenbond niets moet hebben. Kan uit Genève iets goeds komen? is zijn gedachte. Voor twintig eeuwen werd ditzelfde gedacht ten aanzien van een andere plaats. Nooit bleek een ge dachte valscher. De heeren Westerman, Wijnkoop (c.p.) en Sneevliet vinden het risico te groot. Zij zijn bang, dat de ordehandha ving op vechten uitdraait en dat ons land dan ook bij het oorlogsgevaar wordt betrokken. Gedurende des heeren Sneevliet's rede zaten do communisten in een houding, welke de lichamelijke uitdrukking was van de politieke moe- lijkheid, waarin zij verkeerden Konden zij zich tegen de actie verklaren van den Volkenbond, in welks raad Sovjet- Rusland is vertegenwoordigd? Maar als zij zich vóór verklaarden, zou de heer Sneevliet hen knechten van het imperia lisme noemen. De heer Wijnkoop wrong zich als een slangenmensch in duizend bochten, in een rede, welke de Kamer en vermoedelijk ook hijzelf niets begreep Het slot was zoowaar de indiening van een motie, waarin de troepenzending werd afgekeurd, hoewel de interpellant zelf reeds zulk een motie had aangekon digd. De motie-Wijnkoop werd niet vol doende ondersteund om in behandeling te kunnen komen. Een even later inge diende motie-Sneevliet, waarin de Ka mer de zending naar het Saargebied on raadzaam noemde, werd met 59 tegen 6 stemmen verworpen. Met de vier com munisten en den voorsteller stemde mr. Westervoor voor. Met 64 tegen 5 stemmen heeft de Ka mer de motie-Wijnkoop verworpen, waarin zij zich tegen elke loonsverla ging voor het spoorwegpersoneel zou hebben verklaard. Behalve de commu nisten, stemde alleen de heer Sneevliet voor. De sociaaldemocraten waren blij kens een stemmotiveering van ir. Albar- da tegen, omdat zij meenden, de beoor deeling van het loon aan het georgani seerd overleg over te moeten laten. De Kamer heeft de Waterstaatsbe- grooting aangenomen, met aanteeke- ning, dat de communisten en de heer neevliet tegen waren. In een avondvergadering is de begroo ting van Sociale Zaken verder behan deld en heeft minister Slotemaker de Bruine de verschillende afgevaar Jigden beantwoord, die over werkverschaffing en steunverleening het woord hebben gevoerd. Z. Exc. wees er op, dat in een jaar het werkloosheidsperctage is ge stegen van 22 tot 28.9. Geen N. V. V- petitionnement, zeide de bewindsman, kon de steunverlaging, welke noodzake lijk was, ongedaan maken. Z. Èxc. noem de onjuist wat sociaaldemocraten had den gezegd, nl. dat de vermindering van de Rijksuitkeering aan de gemeenten van 76 tot 45 millioen geheel ten koste der werkloozen was gegaan. De gemeen ten konden nl. de verlaagde Rijksuit keering opvangen, aldus Z. Exc.. Tegenover een opmerking van mevrouw De VriesBruins (s.d.) over verschijn selen van ondervoeding, 6telde de minis ter, dat dr. Heijermans, te Amsterdam, in een open brief had verklaard, dat de gevolgen van ondervoeding eerst na ja ren kenbaar worden, zoodat de ver schijnselen, waarover mevrouw De Vries—Bruins had gesproken, niet het gevolg konden zijn van de steunverla ging van den afgeloopen zomer. En de kindersterfte blijft gelukkig afnemen. Overigens beteekende één en ander ook volgens Z. Exc. niet, dat er geen reden tot bezorgdheid zou zijn. Van inkomsten via invaliditeits- en ouderdomswet zou de bewindsman 2/3 j aftrekken van den werkloozensteun. Verhooging van steun voor de groote ge zinnen in de groote steden kon Z. Exc. niet bewerkstelligen. Zij zijn sedert den zomer al in betere conditie gekomen. Inzake een dwingende regeling voor gemeenten, die nog geen steunverleening hebben, is nog een onderzoek gaande. Met betrekking tot den aftrek van liefdadige gaven van werkloozensteun merkte Z. Exc. op, dat de ruimere aan slag, door minister Colijn beloofd, geen volledige vrijheid beteekent. Een prik kel tot armoed moet blijven bestaan De minister beriep zich voorts op den brandstoffentoeslag, de verstrekking van goedkoope levensmiddelen, enz. en vreesde, dat de verleiding, om geen werk te zoeken, bij nog meer faciliteiten te groot zou worden. Den ruimeren arm slag wil Z. Exc. geven ten aanzien van verstrekking van bijzondere liefdadig heidsgaven. Met geregelde verstrekking van gaven echter moet bij de steunuit- keering rekening worden gehouden. Een precière formuleering kan eerst worden gegeven na overleg met de gemeenten en de organisaties. Wij vernamen voorts, dat de kersttoe slag 25 a 35 pet. zal stijgen. A.s. Zater dag komen de vier groote gemeenten bijeen om de distributie van goedkoope levensmiddelen te bespreken. Bij den steun blijven buiten beschou wing spaargelden beneden 20° en voor huwelijk gespaarde gelden eveneens. Wat de werkverschaffing aangaat, deelde Z. Exc. pree, dat op 23 October een rapport bij hem was ingekomen over verbetering van het waterschap Vollen hoven als werkobject. Aanvankelijk wilde hij met een beslissing wachten, tot ook nog andere rapporten, over an dere werkobjecten, bij hem waren inge komen, maar nu was gebleken, dat dit nog eenige maanden zou duren, en daar om zal Z. Exc. inzake Vollenhoven nu dezer dagen beslissen. Dat 45 a 50 duizend man bij de werk verschaffing regelmatig werken, noemde Z. Exc. verheugend. Voor jeugdwerkloosheidszorg zal de regeering nog weer nieuwe gelden aan vragen. Prof. Aalberse (r.k.) zeide in zijn re pliek, uit 's ministers rede de conclusie te hebben getrokken, dat Z. Exc. de par ticuliere liefdadigheid wil vrijlaten, be houdens controle, opdat de arbeids- schuwheid niet bevorderd worde. Dit was volgens den wensch der katholie ken. Hun leider drong op een spoedige formuleering van de regeling aan, zoo dat de liefdadigheid zich dezen winter nog zou kunnen doen gelden. Men behoeft niet tot de alarmmakers te be- hooren, om vast te stellen, dat Duitschland in Joego-Slavië veld wint, Frankrijk daaren tegen veld verliest. Zelfs in de regeering is een sterke pro-Duitsche groep te vinden, waarvan de vroegere minister-president en tegenwoordige minister zonder portefeuille Grsjkitsj het centrum is. Voor de regeering in haar geheel is echter een koersverandering niet mogelijk, al vorens „de sterke man" van Joego-Slavië. de minister van oorlog Zivko- vitsj, tot een beslissing zal zijn- gekomen; hij schijnt er echter tegenwoordig niet toe te be wegen te zijn, zich aan de een of andere zijde te verbinden. Het is geen geheim, dat in het leger de pro-Duitsche en in de handelswereld de anti Fransthe stemmen aan invloed winnen. Aan dit laatste thema zij een beschouwing gewijd. Joego-Slavië voert een taaien strijd voor Zijn uitvoer. Men kan zich de beteekenis van dezen strijd slechts dan in zijn geheel voor st-ellen, indien men op de hoogte is van het buitengewone gebrek aan kapitaal, dat daar te lande heerscht. Een groot deel van de bankdeposito's ligt er nog steeds immobiel. Zelfs rijke menschen, groote ondernemingen en staatsbedrijven kunnen niet over haar geld beschikken. Tengevolge daarvan wacht steeds de een op betaling van den ander. Wanneer de Joego-Slavische handelsbalans weer passief zou worden, en de betalingen uit het buiten land geheel uit bleven, dan zou een algeheele credietcatastrofe onvermijdelijk zijn. De vriendschap met Joego-Slavië is dus altijd min of meer afhankelijk van de kans, die men aan den export van dat land biedt. Wat heeft Frankrijk in deze richting ge daan? De Joego-Slavische uitvoer bedroeg (in millioenen dinars) naar: Italië Oostenrijk Duitschland Tsj.-Slowakije Griekenland Hongarije België Zwitserland Engeland Frankrijk Op de lijst van afnemers van Joego-Slavië staat Frankrijk op de tiende p'aats. Zijn be reidwilligheid om te koopen was aanmerke lijk kleiner an van Duitschland! Dat wil op zich zelf nog niet veel zeggen. Want nog meer dan Duitschland neemt Italië af, waar mede dus, volgens de handelsstatistiek, de beste betrekkingen moesten bestaan, wat echter geenszins het geval is. Maar van meer gewicht dan de bedragen over 1933 zijn de veranderingen uit het eerste halfjaar van 1934. Zij wijzen voor wat Frankrijk betreft, bijna op een halveering van den uitvoer van 1933. Inderdaad is Frankrijk, de bondgenoot, het land, dat zijn inkoopen in Joego Slavië sterker vermin derde, dan wie ook! 1933 1ste helft 1934 926 402 732 283 471 203 266 105 134 53 119 67 114 81 112 60 90 57 74 17 Joego-Slavië exporteert naar Frankrijk In hoofdzaak hout en vee, dus artikelen, die niet aan een jaargetijde gebonden zijn. Wanneer Frankrijk dus in het eerste semester K 34 voor slechts 1.07% van den gezamelijken Joego-Slavischen ex port heeft afgenomen, beteekent dit, dat Joego-Slavië slechts zeer geringe hoeveel heden hout en vee naar Frankrijk kan ver- koopen. De Fransche contingenteerings- voorschriften voor den invoer van vee heb ben het Joego-Slavië mogelijk gemaakt, meer runderen en varkens naar Frankrijk te verkoopen, dan één middel matige boer derij bezit! Terwijl Oostenrijk een hout- contingentent van 106.000 ton naar Frank rijk kan uitvoeren, bedroeg het Joego-Slavi sche contingent tot nu toe maar 20.000 ton. Om deze benadeeling van Joego-Slavië goed te maken, had Barthou bij zijn bezoek aan Belgrado een verhooging van dit contin gent beloofd. Er is ook inderdaad 'n nieuw handelsverdrag tusschen Frankrijk en Joe go-Slavië gesloten. Doch hoe dit nieuwe verdrag in de ipractijk zal werken, moet af gewacht worden. Geheel anders is echter de handelspolitiek van Duitschland. Het handelsverdrag, dat in Mei van dit jaar gesloten werd, is door de Joego-Slavische openbare meening met geestdrift ontvangen. Nadien bleek welis waar, dat de voordeel en voor Joego-Slavië niet zoo buitengewoon groot waren, als in den beginne werd aangenomen, maar de illusie bleef toch bestaan, dat met Duitschland werke lijk groote zaken te doen waren. Joego-Sla vië heeft bovendien een groot programma tot werkverschaffing, dat electrificatie, ont ginning van erstlagen, den aanleg van we gen en spoorbanen, alsmede meer van der gelijke projecten omvat. Vroeger verliet men zich erop, dat Frankrijk dit plan door een leening zou financieren. Wel spreekt men ook tegenwoordig nog bij gelegenheid over deze Fransche leening. maar niemand ge looft daar nog aan. De Duitschers intus- schen zijn tot verwezenlijking van de kwes tie der Joego-Slavische projecten bereid, tot alle leveringen, wanneer zij met grondstof fen betaald worden. Bij dit alles komt nog, dat in Joego-Sla vië alles wat Duitsch riekt sinds jaren ge liefd is. Reeds 25 jaren geleden gelukte het den toen maligen gezant in Belgrado, gedu rende den Oostenrijksch-Servischen toloor- log Duitsche industriefirma's met Servische landbouwkringen in contact te brengen. De ze betrekkingen bestaan tot op het oogen blik gedeeltelijk nog. In den oorlog onder scheidden zich de Duitsche soldaten door hun gedrag gunstig van de andere bezet tingslegers! Een uitspraak van veldmaarschalk Von Mackensen, dat de Servische soldaten de beste krijgslieden van den ganschen wereldoorlog waren, wordt nog gaarne en met trots aangehaald. Het republikeinsche Duitschland heeft dank zij de juiste houding van den gezant Kos ter, deze vriendschap versterkt. Tenslotte zijn de opdrachten tot herstelling der beide reusachtige bruggen te Belgrado over den Belgrado's kijk op „uitvoer en vriendschap". (Dag. Overzicht). Malaria op Ceylon; 1 Yt millioen personen ziek. (Buitenland). Hess' reis naar Parij6 andermaal uitgesteld. (Buitenland). Chineezen-moordaanslag te Rot terdam. (Binnenland). De crisis-zuivelcentrale stelt kaas beschikbaar aan gemeentebesturen ter distributie aan werkloozen. (Bin nenland). Vanavond om 12.20 uur zal de „Snip" naar West-Indië vertrekken. (Luchtvaart). Veere's stadhuis gerestaureerd minister de Wilde verricht de ope ningsplechtigheden. (Binnenland). Nogmaals de cyaan-natrium-gas- vergiftiging. (Stad). (Zie verder eventueel laatste berichten.) Evenals vorige jaren is ook dit jaar weer gelegenheid voor het plaatsen van NIEUWJAARSWENSCHEN in ons nummer van MAANDAG 31 DECEM BER. De prijs bedraagt 50 cent voor een enkele advertentie van 5 regels a con tant. U zoudt onze administratie ten zeer ste verplichten door nu reeds Uw Nieuwjaarswensch aan ons bureau VOORDAM 9 op te geven. Ook kunt U ons Uwe advertentie doen toekomen door tusschenkomst van onze agenten en van H. H. Boek handelaren. Donau en de Save, of het locomotievenpark, dat Duitsche machinefabrieken aan Joego- Slavië leverden, propagandamiddelen. Als Frankrijk niet vlug er zich mede be zig houdt, de Joego-Slavische wenschen en zorgen, de geestelijke en politieke geseld- heid van dit volk te begrijpen, dan zal de band Berlijn-Belgrado voor goed aange knoopt worden. DE NEDERLANDSCHE TROEPEN NAAR HET SAARGEBIED. Een afkeurende Duitsche pesstem. De Rheinisch Westfalische Zeitung voelt zich pijnlijk getroffen door het feit, dat Ne derland deelneemt aan het zenden van troe pen naar het Saargebied. Alhoewel Neder land formeel geen neutrale staat is, zooals Zwitserland, hetwelk, wat met voldoening wordt vastgesteld, het zenden van troepen van de hand heeft gewezen, bestaat er voor de Nederlandsche regeering slechts reden toe om geen onvriendelijke gedachte te doen opkomen bij het Duitsche volk en zich ten opzichte van Duitschland te gedragen als een goede buur. Wat het deelnemen van Zweden aangaat, schrijft het blad, dat dit land een marxistische regeering heeft, welke klaarblijkelijk van meening is dat zij de roode emigranten dient te beschermen. SCHANDALEN IN RUSLAND. Staat wederom voor tien millioen benadeeld. De arresaties van beambten van de staats bank van Moskou en van de textieltrust zijn beëindigd. In totaal werden 61 personen in arrest genomen, die ervan beschuldigd wor den in den loop van het jaar den staat voor tien millioen roebels benadeeld te hebben. Op de beklaagdenbank zullen ook talrijke communisten plaats nemen, die verantwoor delijke functies hebben bekleed. Tegen vijftien personen eischt de aanklacht de doodstraf wegens vergrijpen tegen het staatseigendom. SOVJET-CHIC. Een speciaal modehuis voor offi cieren. Volgens het Finsche blad „Pravda" is te Moskou een speciaal modehuis geopend voor hooge officieren van het roode leger. Groote paskamers, met instelbare spiegels staan ter beschikking van de militaire clien tèle. De muren zijn gedecoreerd met afbee! dingen, waaruit de ontwikkeling van de Rus sische- militaire en burgerkleeding blijkt.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 1