DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Critiek op het regeeringsbeleid.
De relletjes in het Quartier Latin.
Kans op ijs
i
AVR.A
ANTIVRIES
i
9
i
9
i
thans in uw radiator..
No. 33 Dit nummai bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK.
Vrijdag 8 Februari 1935
137e Jaargang
Uit het Parlement
De vrijzinnig-democraten zullen in de Eerste
Kamer tegen de begrooting van Defensie
stemmen.
Ttaqdiibxh
Fransche doktoren voor Fransche zieken I
De a s. medici in actie.
Deze week zijn het de medische studenten
Eischen der studenten.
De Bildt seint heden:
Matige vorst des nachts;
overdag lichte vorst tot
temperatuur om het vries
punt.
Weinig of geen sneeuw.
M»
f
[Buitenland
VERTREK DER INTERNATIONALE
TROEPEN DEFINITIEF
VASTGESTELD.
HEVIGE STORMEN AAN DE
FRANSCHE NOORDWESTKUST.
DE LAWINES IN OOSTENRIJK-
Vijftien lawines in het Pazlaun-dal.
Een stortvloed van lawines.
Over de tallooze neergekomen lawines zijn
nog de volgende berichten ontvangn:
Wal vandaag de
aandacht trekt
Z2.65 per bus van 5 li Ier
STINKBOM IN OOSTENRIIKSCHE
BONDSKANSELARIJ.
WEER TWEE SAMENZWERINGEN
ONTDEKT.
BIOSCOOP UITGEBRAND.
OPSTANDELINGENLEIDER TER
DOOD VEROORDEELD.
AUTO-ONGELUK BIJ EMS.
DE GRIEPEPIDEMIE IN DE
FRANSCHE GARNIZOENEN.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN:
Van 15 regels 1.25, elke rerfel meer f
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aau de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v h. HFRMS. COSTER ZOON. Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Den Haag, 7 Februari.
Het vorige jaar heeft van de vrijzinnig-de
mocratische fractie in de Eerste Kamer alleen
prof. van Embden tegen de defensiebegro
ting gestemd, maar nu zal zij in haar geheei
tegen zijn. Dit bleek uit een rede van ge
noemden senator, die de stijging van het des
betreffende begrotingscijfer met 3.3 mil-
lioen afkeurde en betoogde, dat, daar het
Europeesche gevaar vermoedelijk eenigen tijd
verschoven is (dit is nog voorzichtig uitge
drukt), er geen reden is tot versterking der
defensie. Zijn partij, verklaarde hij, was ter
wille van de samenwerking in het kabinet tot
het uiterste gegaan met haar toegevingen,
maar kon de verhooging van het begrootings-
cijfer niet over zich heen laten gaan.
Mr. Fock (lib.) critiseerde het feit, dat de
vrijz.-democraten, in de regeering vertegen
woordigd, deze regeering slechts ten deele
steunen. Hij zelf zegde haar den steun zijner
fractie toe, mits het aangekondigde algemee-
ne bezuinigingswetsontwerp met spoed wor
de ingediend.
Mr. Slingenberg (v.d.) merkte op, dat mr.
Fock het kabinet ook slechts voorwaardelijk
steun belooft en dat in zooverre de staats
rechtelijke positie der liberalen niet verschilt
van die der vrijzinnig-democraten. Toch lijkt
ons wel eenig onderscheid aanwezig. De
wensch der vrijz.-dem., dat op de defensie
zal worden bezuinigd, zal, naar bekend is,
de regeering niet inwilligen. Maar wij zou
den er een lief ding om durven verwedden,
dat minister Colijn morgen aan mr. Fock zal
antwoorden, dat inderdaad het algemeene
bezuinigingsontwerp niet lang meer zal uit
blijven.
1P' V-
vermelden, dat hij het, door de regeering in
hj\
V
an prof. van Embden moeten wij nog
te stellen, onderzoek naar eventueele verbin
dingen van de binnenlandsche particuliere
wapen fabricage met het buitenland totaal
onvoldoende vond.
Mr. Joekes (v.d.) in de Tweede Kamer was
er destijds tevredener over. Maar volgens
prof. van Embden. die herinnerde aan wat
in Amerika is ter sprake gekomen over de rol
van den oud-zee-officier Coster in de kringen
der particuliere wapenfabrikanten en aan
diens relaties met „Onze Vloot", is er een
kongsi aan het werk in alle landen, ook in
het onze. Een perswet, aldus de Amsterdam-
sche hoogleeraar, zou moeten eischen, dat
openbaar werd gemaakt, wie de verschillende
persorganen bekostigen. Dan zou men kun
nen nagaan, of de wapenindustrie persorga
nen in handen heeft.
Ook de handhaving van den gouden stan
daard is heden weer besproken. De heer Ser-
rarens (r.k.) toonde zich een overtuigd voor
stander van beheerschte devaluatie, waar
door z.i. de waarde der goederen zooveel
mogelijk zou gelijk blijven en waarvan, vol
gens den heer Serrarens, handel, scheep
vaart en landbouw zouden profiteeren. Hij
achtte devaluatie een onafwijsbare voorwaar
de voor herstel van ons economische leven
Dr. Wibaut (s.d.a.p.) dacht er niet zoo
over. Deze verklaarde.' niet voor devaluatie
te zijn, maar hij wilde wel eens weten, hoe
het stond met „het goudblok', d.z. de geza
menlijke landen, die den gouden standaard
hebben gehandhaafd. Hij wenschte, dat zij
het initiatief zouden nemen tot -een poging om
met de devaluatielanden tot algemeene stabi
lisatie te komen. Of zulk een poging veel hel
pen zal, zoo lang de devaluatielanden zeiven
nog niet meenen, dat wederinvoering van
den gouden standaard in hun belang is?
Inzake de ordening neemt mr. Fock een af
wachtende houding aan. De leidende figuren
in den Vrijheidsbond overhaasten zich na
tuurlijk niet, als er een meeningsverschil
mocht blijken tusschen deze partij en de re
geering, waarin zij vertegenwoordigd
wenscht te blijven. Had mr. Fock, wat men
over de ordeningsgedachte gemeenlijk hoort,
vaag genoemd, de heer Schoemaker (r.k.) be
ijverde zich om duidelijk te maken, wat het
katholieke ordeningsdoel is: publiekrechtelij
ke regelingen van het bedrijfsleven, door de
desbetreffende maatschappelijke groepen te
maken onder supervisie van den staat, die
heeft te waken voor de belangen der gemeen
schap, d.i. van de verbruikers.
Dr. Wibaut gewaagde van z ij n opvatting
aangaande de ordening der wereldproductie,
waaraan hij een boek heeft gewijd.
En de heer Pollema (c.h.) verklaarde, dat
de regeering met betrekking tot haar voor
nemens omtrent ordening open kaart moet
spelen. Wel, al heeft minister Colijn, goed
gereformeerd, waarschijnlijk gemoedsbezwa
ren tegen het kaartspel, het is zijn vaste ge
woonte om open kaart te spelen. Dit zal, den'
ken wij, morgen wel weer blijken.
Minister Marchant heeft weer eenige cri
tiek moeten hooren op zijn houding in het
spellingvraagstuk. Mr. Fock sloot zich aan
bij dé opmerkingen van prof. Diepenhorst,
hierover gister gemaakt, en meende, dat ge-,
noemde bewindsman niet voldaan had aan
den eisch, door den staatsrechtgeleerde Buys
aan een minister gesteld: tact en matiging.
Dit zijn dan ook kostelijke zaken, welke ove
rigens niet alleen een raadsman der Kroont
noodig heeft. De heer Moltmaker (sd.a.p.)
zeide, dat, als iemand een votum van afkeu
ring van minister Marchant's houding voor
stelde, hij ervoor zou stemmen. Zijn partij-
bladen, de Arbeiderspers, volgen intusschen
reeds de spelling-Marchant.
Nu wij het toch over den heer Moltmaker
hebben: hij heeft aangedrongen op spoedige
maatregelen tegen de cumulatie van pensioe
nen en tractementen uit de overheidskas, ver
wijzende naar wat ter zake door de Provin
ciale Staten van Utrecht is tot stand ge
bracht.
De heeren Schoemaker en Droogleever
Fortuyn hebben een snelleren arbeid van het
werkfonds bepleit. De laatste betoogde, dat
de regeering spoedig steun moet verleenen
aan den bouw van een zusterschip van de
„Statendam" hier te lande. Het zou in den'
zomer van 1937 in de vaart moeten worden
gebracht.
Dr. Wibaut, de grijze kampvechter voor de
;emeentelijke autonomie, heeft de wet van
929 op de financieele verhouding tusschen
Rijk en gemeenten, welke hij destijds, in te
genstelling tot zijn meeste partijgenooten,
reeds heeft bestreden, scherp afgekeurd, als
van anticultureele strekking, omdat zij den
gemeenten een goede sociale politiek onmoge
lijk maakt.
Voor de zooveelste maal is de Parijsche
studentenwijk weer eens in beroering. De
bekende „monömes", optochten van één man
breed, slingeren zingend en leuzen scanciee-
irend door de straten; in de tallooze cafè's en
voor óe ingangen der faculteiten zijn de dis
cussies luidruchtiger dan ooit. en in de af-
geloopen week hebben we het paradoxale
verschijnsel weergezien van een staking der
studenten
Zulk een rumoerigheid is in het aloude
Quartier Latin niets ongewoons. In de eerste
eeuwen van het bestaan der Parijsche uni
versiteit, waarvan de oorsprong dagteekent
uit den tijd van Philippus Augustus, om
streeks twaalfhonderd, stond de bevolkinp
reeds bekend als bijzonder lastig en turbu I
lent. De rector, die er een gezag uitoefende
dat alleen door de geestelijke overheid be
perkt werd. had groote moeite zijn volkje in
toom te houden, en slaagde daar vaak slechts
in door crimineele straffen toe te passen. In
de periode uit den grooten strijd om den
Pré-aux-Clercs, een uitgestrekt terrein voor
sport en spelen, waarop de stad de hand
wilde leggen toen ze behoefte had aan
bouwterrein voor het zich gestadig uit
breidende aantal inwoners, is het voorge
komen dat de studenten een volslagen oproer
maakten, en huizen in brand staken, die
naar ze beweerden tegen de hun toegestane
privileges op hün grond gebouwd waren, en
er moesten toen doodvonnissen uitgesproken
en voltrokken worden om den opstand de
baas te worden. En de geschiedenis van de
Parijsche hoogeschool is vol van gevechten
van de jongelui, onderling en tegen'de ge
beten burgers der stad, die getuigen van
hun onafhankelijkheidszin en hun verachting
voor de philisters.
geweest die zich hebben doen gelden, en die
de colleges onmogelijk gemaakt hebben,
zoodat de faculteit gesloten is moeten wor
den. De beweging is begonnen in de pro
vincie, aan de universiteiten van Montpellier,
Toulouse, Bordeaux, Lyon, Rijssel, en ze
heeft zich voortgeplant tot ook Parijs is
gaan meedoen. Ze was ditmaal niet gericht
tegen de hoogleerai en, en had ook niets met
politiek te maken. Bedoeling was invloed
uit te oefenen op de regeering, die naar het
oordeel van de aanstaande doktoren niet
krachtig genoeg optrad tegen de concurrentie
die ze ondervinden van de studenten uit het
buitenland. De betooging was dan ook een
van de vele gevolgen van den tegenwoor-
digen crisistoestand, die het leven ook voor
de intellectueelen zooveel moeilijker gemaakt
heeft.
De Parijsche universiteit heeft te allen
tijde een groote aantrekkingskracht gehad op
de vreemdelingen. Het aantal studenten uit
het buitenland is hier te Parijs bijzonder
groot: de schattingen loopen uiteen van
twintig tot vijf-en-dertig procent, naar gelang
van de faculteiten Wie in het Quartier Latin
komt is getroffen door het groote aantal
verschillende huidskleuren dat hij onder de
studenten ziet, van het melkwit der Skandi-
naviërs via olijfkleur en café-au lait tot het
geel van het uitersie oosten, en door de
vreemde talen die hij op straat en in de
cafés hoort spreken. Dat is voor de ver
spreiding van de Fransche beschaving en
wetenschap natuurlijk een uitstekend ding,
en het bezoek van de vreemdelingen wordt
dan ook door de autoriteiten zeer aange
moedigd, hetgeen onder meer het stichten
van de „Cité Universitaire" ten gevolge
heeft gehad. In het algemeen hebben de stu
denten zelf er ook niets tegen Maar nu de
intellectueele beroepen al net zoo overvoerd
zijn als de rest eischen ze dat ervoor gezorgd
zal worden, dat die vreemdelingen, als ze
eenmaal afgestudeerd zijn, niet in Frankrijk
blijven hangen, en den Franschen concur
rentie komen aandoen.
Dit laatste nu komt veel voor. Iemand die
eenige jaren in Parijs beeft doorgebracht,
komt gewoonlijk zóó onder de bekoring van
het aangename leven hier, dat hij niets liever
wil dan'er'de rest van zijn bestaan slijten.
Vooral 'de bewoners van de Donaulanden,
van jden' Balkan, van het Nabije Oosten, too-
nen weinig .lust naar hun vaderland terug te
keeren als ze eenmaal hun diploma hebben
bemachtigd; ze laten zich tot Fransch staats
burger nationaliseeren, en vestigen zich hier.
Dat geeft dan weer idem-zooveel monden
méér voor een spoeling, die met dan dag
dunrier wordt Van de zijde der studenten
is een dezer dagen een statistiek gepubli
ceerd, waaruit .blijkt dat van de driehonderd
nieuwe doktoren die zich in den loop van
1933 in Frankrijk gevestigd hebben er zeven
tig in het buitenland geboren waren Dat nu
vinden ze een beetje machtig.
Het is niet heel moeilijk ait te voorkomen
zonder schade te doen aan den roep, die in
hét buitenland van hét Fransche Hooger
Onderwijs uitgaat. Reeds is eenigen tijd ge
leden bepaald dat, voor de advocatuur, een
beroep dat zeker niet minder overladen is
dan het- ambt van geneesheer, vereischt
wordt dat een vreemdeling sinds tien jaar
genaturaliseerd moet zijn voor hij zich bij
de balie kan laten inschrijven. Datzelfde
geldt thans nog niet voor de medici; iemand
die zijn [diploma heeft en genaturaliseerd
is kan onmiddellijk praktijk gaan doen
Voor, de. naturalisatie wordt in het alge
meen geëischt dat de candidaat sinds min
stens drie jaar- in Frankrijk gewoond heeft
maar voor hen die een rijksdiploma hebben
gehaald aan een der Fransche universitei
ten is een perióde 'vat! één jaar voldoende,
zöodat al degenen die in Parijs gestudeerd
hebben $an[ die vc.orwaarde voldoen. Van
daar dat het aantal praktijkuitoefende dok
toren van vreemden oorsprong zoo groot
is. -
Nu is er- aL enkele jaren geleden bij de
Kamer een wetsontwerp ingediend om hier
in verbetering te brengen, maar de afge
vaardigden hebben het zoo druk gehad met
andere dingen dat ze nog altijd geen tijd
hébben gevonden het in behandeling te ne
men. De actie van de medische studenten
is. er daarom in de eerste plaats op gericht
het ontwerp zoo spoedig mogelijk wet te
zien worden.
Maar bovendien hebben ze nog enkele
andere eischen. Tot de organisatie van het
medische onderwijs in Frankrijk, dat zich
karakteriseert doordat reeds de eerstejaars
student dadelijk aan het ziekbed wordt toe
gelaten, om hem een groote ervaring te ge
ven in het waarnemen van de klinische ver
schijnselen, behoort ook het instituut van de
internes", het assistentschap van de hospi
talen. Deze plaatsen, die gesalarieerd wor
den zijn zeer gezocht. De studenten vragen
thans dat bepaald' zal worden dat de plaat
sen Van „interhes? in principe gereserveerd
zullen blijven voor de Franschen, en dat de
vreemdelingen alleen „extra" zullen mogen
zijn, en daarvoor geen salaris zullen mogen
genieten»
Eindelijk dringen ze er nog op aan dat
het waarnemen'voor doktoren die hun prak
tijk eenigen tijd verlaten om vacantie te ne
n
I
I
men, of wegens ziekte, niet door vreemde
lingen zal mogen geschieden.
De leiders van de beweging beweren met
kracht dat die niet voortkomt uit xenopho-
bie. Het komt ons voor dat dit nog zoo zeker
niet is. De borden de momomes vertoon
den om hun actie te steunen spreken name
lijk alweer van „métèques", het van het oud-
Atheensche „metoikos" afgeleide woord,
waarmee de nationalisten hier hun afkeer
voor allen die van over de grenzen komen
plegen te kennen te geven. Onder degenen
die zoo ijveren voor den rechten van den
Franschen medicus zijn er dan ook zeker
heel wat, die de vreemdelingen liefst als een
minderwaardig zootje geheel uitgesloten
zouden willen zien.
Maar afgescheiden hiervan is het. zeker
niet onredelijk dat in een tijd waarin het
leven steeds moeilijker wordt de Fransche
studenten erop aandringen dat ook ten aan
zien van het uitoefenen van de geneeskun
de de Franschen in hun eigen land tegen
een al te grooten toevloed van vreemde
lingen beschermd zullen worden. En men
mag aannemen dat de betoogingen van de
ze week in dit opzicht zeker ook wel succes
zullen hebben.
De Commissie van Drie heeft thans het
hoofdkwartier der internationale troepen in
het Saargebied de dcuiitieve instructie ge
geven inzake het vertrek der troepencontin
genten.
Bevestigd wordt, dat de Nederland
ders 16 Februari en de Zweden op 18
Febr. zullen vertrekken. De Engelsche en
Italiaansche troepen zullen met gelijk sterke
afdeelingen en op gelijke tusschenpoozen
van 19 tot 28 Febr., telkens een Italiaansch
en een Engelsch bataillon uit het Saargebied
vertrekken.
De Engelsche tanks vertrekken 25 Febr.
Op 26 Febr. wordt het hoofdkwartier der
Engelsche en der Italiaansche troepen in
Saarbrucken ontbonden. Als laatsten zullen
de Italiaansche en Fngelsche auto's en een
na-trein van beide contingenten vertrekken.
Op den dag van overdracht van het Saarge
bied aan Duitscnlanc zu'len dus geen inter
nationale troepen meer aanwezig zijn.
Aan de noordwestkust woeden sinds giste
ren zware stormen, die de scheepvaart bijna
volledig stilgelegd hebben. Een groot aantal
visschersbooten, die op volle ee waren, wor
den vermist. Ook een motorboot der marine
met een bemanning van acht koppen, is nog
niet binnengekomen. Het marine-station van
Lorrient heeft verscheidene onderzeeërs en
torpedo-jagers uitgezonden om een onder
zoek in te stellen.
Nadat het Pazlaun-dal sedert Zondag
reeds geheel van de buitenwereld was afge
sneden, zijn thans de eerste berichten daar
vandaan te Innsbrück ontvangen. De bevol
king en de wintersportgasten hebben door de
talrijke lawines 'n angstigen tijd doorgebracht
vooral daar een zware sneeuwstorm
heerschte. Een boerenhuis was tengevolge
van een lawine voor een deel weggesleurd,
waarbij 23 stuks vee omgekomen zijn. De
weg door het dal is door 15 lawines ver
sperd.
In het Arlberggebied heeft een lawine 15
stallen weggesleurd. De leidingen van
10.000 volt van de electriciteitsfabriek van
Schrans in Montafon zijd over een lengte
van 300 M. door een lawine vernield.
Op de Germkogel-top in het land Salz-
burg heeft een lawine het bosch over een op
pervlakte van 80.000 M2. vernield.
Een op den Etsberg in Stiermarken op een
hoogte van 18CO meter gelegen huis is
door een lawine bedolven. Het is een red
dingsexpeditie gelukt, de inwonenden te
bergen. Voorts is het na buitengewoon in-
Do lawines in Oostenrijk hebben
groote verwoestingen aangericht.
(Buitenland).
Vertrek der internationale troepen
definitief vastgesteld. (Buitenland).
Onze reis-redacteur bespreekt de
automatiseering van het rijkstele
foonnet en de bedreiging van de
binnen-visscherij. (Artikel).
Het Juliana-kanaal lekt nog
slechts heel weinig. (Binnenland.)
Het hooge water. (Binnenland.)
In Mei a.s. wordt de voetbalwed
strijd NederlandEngeland ge
speeld. (Sport).
Het Nederlandsch elftal tegen
Duitschland samengesteld. (Sport).
CharlierDeneef winnen de Brus-
selsche Zesdaagsche; Pijnenburg
Wals op de tweede plaats. (Sport),
(Zie verder eventueel laatste
berichten).
Spiritus-Verkoopk. „Bergen op Zoom—Delft'
spannend en met levensgevaar verbonden
werk gelukt, het westelijk gedeelte van de
Arlbergstrasse vrij te maken. Nadat in den
loop van den nacht reeds eenige goederen
treinen konden vertrekken, is gister het per
sonenverkeer weer in vollen omvang hervat.
Overal in Oostenrijk is strenge vorst inge
vallen, zoodat men een verminderen van de
lawines kan verwachten.
Uit Weenen wordt gemeld, dat het Chr.
Sociale Linzer Volksblatt bericht, dat een
stinkbom is geworpen in de bondskanselarij.
De dader is ontkomen. Het blad meldt
voorts, dat den laatsten tijd tal van dreig
brieven op de bondskanselarij zijn ontvan
gen, waarin werd aangekondigd, dat het ge
bouw „gegast" zou worden.
De bewakingsmanschappen zijn van gas
maskers voorzien.
Wederom zijn twee samenzweringen tegen
de Mexicaansche regeering ontdekt. Er zijn
verscheidene arrestaties verricht. De eene
samenzwering, die ontdekt is door de mili
taire overheid in Guadalajara in den staat
Jalisco, had zich ten doel gesteld de regee
ring op 9 Febr. ten val te brengen. De twee
de werd gesmeed te Colon in den staat
Queretaro. Hier werden 19 personen gear
resteerd.
De oudste bioscoop van Warschau, die
plaats biedt aan 500 personen en gelegen is
in het centrum der stad, is gistermiddag tij
dens een proefdraaien, door brand geheel
vernield. Drie afdeelingen brandweer slaag
den er in het vuur tot de haard te beperken.
Het gebouw is echter met alle installaties
geheel vernield.
Een leider van de Spaansche opstandelin
gen te Oviedo is veroordeeld ter dood en
een boete van 50 millioen peseta's.
Het betreft een bediende var de universiteit
die verantwoordelijk is voor de verwoesting
van het universiteitsgebouw, de bank van
Asturië en tal van andere openbare en par
ticuliere gebouwen.
Tusschen Bad Ems en Dausenau is Don
derdagavond even na acht uur een vracht
auto van de politie van Koblenz, bij een
poging een botsing met een personenauto te
voorkomen tegen een muur gereden. Van de
vier beambten zijn drie gedood, de vierde
is ernstig gewond.
De griepepidemie in de Fransche garnizoe
nen breidt zich nog steeds uit. Bij het 62ste
regiment infanterie, dat te Brive gelegerd is,
zijn tot nu toe zeven personen aan de ziekte
overleden.