DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Duitschland en de buitenlandsche pers. Qaqdiiksch 0veezicht iBuitenland Redevoering van Hess. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—, franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIENt Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37069. Telef. 3320, redactie 3330. No. 8 2 Dit nummer bestaat uit vier bladen. Directeur.' C. KRAK. Zaterdag 6 April 1935 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 137e Jaargang Duitschland is boos, maar is zelf de schuldige; het zweeg, toen het moest spreken. De Duitscher weet niets. De Duitsche pers zwijgt over eigen toestanden. Egocentrisch. De conferentie te Stresa. Vermoedelijke voorstellen van Mussolini. Voorbereiding der Engelsche regeering. VERGIFTIGING DER TWEE DUITSCHE VROUWEN. Zelfmoord-hypothese vindt steun. „Niet spreken over den oorlog". Waf vandaag de aandacht trekt,.. DE „ROODE" TROEPEN IN DE PROVINCIE KWEITSJOU. Een succes der „rooden". Op- marsch naar Kweijang. WERVELSTORM IN AMERIKA. NIEUW SKLAREK-PROCES ALKMAARSCHE COURANT. (Van onzen Berlijnschen correspondent). Voor wien het nog niet mocht weten: we beleven bewogen .tijcjen tegenwoordig. En we zouden er aan kunnen toevoegen: Duitsch land staat weer eens in het centrum van deze bewogenheid. Men zal van mij Nederlander, die nu al bijna twintig jaren in de Duitsche hoofd stad als journalist werkzaam is en steeds be reid is geweest, met streng volgehouden ob jectiviteit het Duitsche volk, waarin hij tal- jooze vrienden gewonnen heeft, onder zeer verschillende omstandigheden steeds recht te doen wedervaren wel willen aannemen, dat het tegenwoordig nogal wat zelfbeheer- sching vereischt, .van Duitschland uit alleen de waarheid te dienen en het eigen volk eer lijk voor te lichten. Want Duitschland zelf maakt het den vreemden berichtgever uiterst moeilijk! Om een enkel voorbeeld te noemen: op een der gewichtigste oogenblikken in de interna tionale politiek, terwijl aller oogen op Duitschland gevestigd zijn, komen twee En gelsche ministers naar Berlijn om met Adolf Hitier van gedachten te wisselen en informa ties in te winnen. Het gaat daarbij om groote Europeesche belangen, ja het is niet overdre ven als we zeggenhet gaat daarbij om de vraag, of ons werelddeel in de naaste toe komst den vrede geconsolideerd zal zien of naar een nieuwen bloedigen en onzinnigen oorlog toestuurt. Berlijn heeft tegenwoordig niet minder dan vier officieele bureaux, die de opdracht hebben, contact met de buitenlandsche pers té onderhouden. Te weten- de aloude persaf- deeling van het Departement van Buiten landsche Zaken, de afdeeling buitenlandsche ?ers van het Ministerie voor Propaganda en blksvoorlichting, de afdeeling buitenland sche pers van het „Aussenpolitische Amt" van rijksleider Alfred Rosenberg, en het bureau voor de buitenlandsche persafdeeling der Hitlerbeweging onder leiding van dr Hanfstaengl. Men zou nu meenen, dat het der Duitsche regeering met zulke kostbare perscentrales niet moeilijk behoorde te zijn, in zulke kri tieke dagen de vreemde volken tot op zekere hoogte te verrassen met juiste informaties over het Duitsche standpunt, althans er voor te zorgen, dat tallooze onjuise berichten en gevaarlijke onzin, die door onverantwoorde lijke buitenlandsche berichtgevers waar schijnlijk zouden worden uitgestrooid, zoo goed mogelijk verhinderd zou worden door het verstrekken van authentieke inlichtingen! Haar wat geschiedde? Er geschiedde niets, of zoo goed als niets. De „perschef der rijks- regeering" staatssecretaris Funk bleef al deze dagen even onzichtbaar als zijn minister dr. Josef Göbbels. Zijn persbureau beriep geen enkele conferentie, ofschoon zeker 40 of 50 bekende journalisten uit het buitenland den vasten staf van ongeveer 150 in Berlijn wonende nog was komen versterken. Het persbureau-Rosenberg, dat zich anders door interessante voordrachtavonden zoo verdien stelijk pleegt te maken, speelde verstoppertje. Het bureau-Hanfstaengl heeft zich zooveer op den achtergrond gehouden, dat men de heeren pas na het bezoek der Engelschen onder weliswaar zeer gezellige omstandig heden begroeten kon, maar reeds te laat om nog van hun eventueele politieke activiteit gebruik te kunnen maken En het de laatste jaren door de andere drie centrales volko men op den achtergrond gedrongen pers bureau van buitenlandsche zaken verstrekte weliswaar povere inlichtingen, maar slechts aan een tien- of twaalftal persoonlijke vriendjes uit het groote journalistenleger met negatie van alle anderen. Terwijl liet bureau van den rijkskanselier zelf blijkbaar alleen maar inlichtingen verstrekt aan den berichtgever van de Londensche „Daily Mail", sinds dit blad zich bereid verklaard heeft, fascistische stroomingen in Engeland te ondersteunen en zijn correspondent in Ber lijn Ward Price zich het persoonlijk vertrou wen van Hitier veroverd schijnt te hebben. En desondanks is men er in Berlijnsche regeerrngskringen verbitterd over, dat ook ditmaal weer zoo weinig objectiefs in de bui tenlandsche pers over de actueele situatie verschenen is! Het regime der nazi's. Het is zeker een zaak van het allergrootste belang, dat in deze woelige jaren een volk als het Duitsche en een regime als dat der Nationaal socialisten in het buitenland naar waarheid beoordeeld en beschreven wordt. Maar het is daarom ook een bijna Euro- peesch belang te noemen, dat in Berlijn een perspolitiek gevoerd wordt, die zulk een eer lijke berichtgeving mogelijk maakt, Ik zou over deze dingen in deze rubriek stellig niet schrijven, indien ik er mij niet van bewust was, dat in Nederland de vraag; hoe Hitiers Derde Rijk den Nederlandschen lezer geschilderd wordt, niet een zoo groote rol speelde in de argumenten en tegenargumen ten der Hollandsche politieke groepen. Het lijkt mij van beteekenis, dat de lezer in Ne derland zich altijd weer de omstandigheid voor oogen houdt, dat het nationaal-socialis tische regime overal waar het opduikt, een radicaal einde maakt aan de mogelijkheid voor den staatsburger, den enkeling en wel in- en buiten het betrokken land om zich een eigen oordeel op grond van juiste feiten over de ontwikkeling der dingen in zulk een dictatoriaal geregeerden staat te vormen. Onlangs schreef ik over de situatie in de Duitsche journalistiek. Men weet, dat in Duitschland geen enkel dagblad of ander publicistisch orgaan meer verschijnt, dat an ders dan in zeer bedekte termen een poging tot eigen oordeel kan wagen; en dat het overgroote deel der bladen hetzij uit werke lijke overtuiging dan wel uit angst, anders verboden te worden, ook wel uit echte vader landsliefde, die inziet, dat men tegenwoor dig moet meeroeien, ook al zou men gaarne een eigen oordeel uitspreken, eenvoudig alle critiek laat varen, niets afdrukt, wat der regeering minder aangenaam zou kunner. zijn, en alles looft, wat van officieele zijde verkondigd wordt. Het voordeel is, dat onvruchtbare kanker stemmingen, die natuurlijk niet te onder drukken zijn, althans niet door de drukpers versterkt en tot nadeel van het heerschend regime aangedikt kunen worden; het nadeel echter is, dat elk gerucht geloofd wordt en onzinnige afmetingen aanneemt, en dat der bevolking elke mogelijkheid van controle en van eventueel afkeurend votum ontnomen wordt. Want ook de zoogenaamde jaarlijk- sche „geheime" plebiscieten, die de regeering in Berlijn met veel zelfverheerlijking als „be wijs van werkelijke democratie" pleegt te or- ganiseeren, zijn ten slotte geen eerlijke moge lijkheden voor het volk om zich te uiten. Om dat de vragen, waarover dit plebisciet toege laten wordt, met bijzondere listigheid zijn op gesteld, en het volk ter beoordeeling van deze vragen slechts beschikt over het offi cieele materiaal, dat dictatuur hem, met ver zwijgen van alle voor haar ongewenschte fei ten en overwegingen, ter beschikking pleegt te stellen. De doorsnee-staatsburger weet niet meer wat er in zijn land voorvalt, weet ook niet objectief, hoe het buitenland over zijn staat en zijn politiek denkt, en de journalistieke be richtgever weet nauwelijks meer en kan, wil hij den zwakken tak, waarop hij zit, niet zelf afzagen, vaak niet eens dat, wat hij toch te weten gekomen is, in zijn buiteniandsch blad laten afdrukken. De Duitsche bladen zijn tot een caricatuur op de eerlijke reportage ge worden en worden door honderdduizenden vrceger-geestdriftige krantenlezers niet eens meer ingekeken. In alle Duitsche gouwen hebben de B„asler Nachrichten", de Temps, de Nederlandsche, Deensche, Belgische, Duitsch-Tsjechische bladen, voor zoover ze niet al lang verboden zijn, vaak meer lezers dan de eigen hoofdstedelijke en provinciale. Men stort zich op kerkelijke weekbladen, die tenminste in hun kolommen nog een eigen meening durven neerschrijven. En men leeft voort in een stemming van „laisser aller", in de hoop dat „alles sal reg' kom" en „Hitier wird schon machen". Men hoort de redevoeringen van mannen als Schacht, Darré, Göbbels en de andere profeten, die, in strijd met alle traditie, dit maal nu eens wèl in eigen land geëerd zijn. Maar hoe het er met de Duitsche financiën, met de productie, met den uitvoer, nu wer kelijk uitziet, weet de staatsburger evenmin als de buitenlandsche correspondent. Midden in den officieelen vrede is Duitschland een staat in oorlogstoestand. Men verbiedt alles en nog wat. Nu weer zijn uitingen, ook in persoonlijke gesprekken, over de reorganisatie van de staathuishouding, over de toekomstige indeeling van het Rijk in gouwen, ja zelfs over benoemingen of ontslagen in de ministe ries streng verboden als landverraad of hoogverraad. Alles, wat hier geschiedt is „a prendre ou a laisser". Waarbij laisser dan zelfs voor oppositioneele dominees en pastoors de verzekerde bewaring beteekent. En dan verwondert men zich in Duitsch land over „weinig begrip van het buiten land", over „eenzijdige voorlichting", over „gebrek aan sympathie", - - Men is egocentrisch als nimmer te voren. Niet in alle Duitsche kringen, maar dan toch in de meeste. Men keert met versnelden pas terug naar de mentaliteit van 1900—1913, toen de typische doorsnee-Duitscher het ge voel had, dat ergens in Saksen de as der aar de zat, en heel de wereld om Duitschland wentelde. En het tragische is, dat zeer, zeer veel goeds en nobels, dat de omwenteling van 1933 gebracht heeft, onder al die nadee- len alhans wat het buitenlandsche oordeel betreft dreigt bedolven te worden. Het Derde Rijk wordt weer, vat het Twee de zoolang geweest is, maar nu blijkbaar bij gebrek aan links-politiek tegenwicht, een Soldatenstaat, een staat in tweekwartsmaat, waarbij de trom aangeeft, dat het linkerbeen naar voren gebracht moet worden. Dat ware niet erg, als men zich buiten Duitschland maar voor oogen wilde houden, dat de Duit- scher-in-uniform belangrijker vindt, dat zijn gelederen zuiver gericht staan, dan dat zijn kanonnen met scherp geladen worden. Als hij dat nu verzekert, gelooft het geen mensch. Omdat hij zelf met zijn geheimzinnigheid en zijn onderdrukking der persvrijheid het ver trouwen in zijn verzekeringen stuk geslagen heeft. Var. welingelichte zijde wordt ge meld, dat Mussolini reeds mede- deeling heeft gedaan voor eenige voorstellen voor de conferentie der drie mogendheden te Stresa en bij geruchte verluidt, dat deze voor stellen reeds onderweg zijn naar de Engelsche- en Fransche regee ring. Men gekort, dat Mussolini voor Stresa het volgende program ma op het oog heeft: 1) De houding van Engeland, Frank rijk en Italië tegenover het eenzijdige optreden van Duitschland zal worden vastgesteld, m. a. w. de politieke wegen moeten worden bepaald, die de drie mogendheden zullen volgen, wanneer het Fransche beroep op de buitengewo ne zitting van den Volkenbondsraad te Geneve ter sprake komt; 2) Een beslissing over een gemeen schappelijk front der drie mogendheden tot verwezenlijking van het Engelsch— Fransche communiqué van Februari; Hiertoe behoort een onderzoek van de geheele Europeesche situatie, zooals deze is gebleken uit de rapporten van Simon en Eden over hun besprekingen te Berlijn, te Moskou Warschau en Praag; 3) De kwestie der Oostenrijksche onafhankelijkheid en de beste middelen om deze te handhaven; 4) Overweging van de mogelijkheid ot wijziging van bepaalde voorwaar- len in de vredesverdragen met Oosten rijk, Hongarije en Bulgarije. Een bevestiging van de juistheid van deze voorstellen was nog niet te krijgen, doch het staat wel vast, dat zoowel het program van Londen als het optreden van Duitsch land een groote rol zal spelen op de confe rentie te Sresa. Het vierde voorstel tot wijziging der vre desverdragen met Oostenrijk, Hongarije en Bulgarije, zou beteekenen, dat Mussolini den staten, die geen eenzijdige maatregelen tot wijziging van deze verdragen hebben ge nomen, daarvoor eenige gunsten wil toeken nen. Volgens de Daily Telegraph zouden deze gunsten hierin bestaan, dat genoemde sta ten bevrijd zouden worden van de militatire clausules in hun verdragen. Oostenrijk heeft tot nog toe geen officieele eischen tot weder invoering van den algemeenen dienstplicht aan de orde gesteld, doch in sommige kringen gelooft men, dat de Oostenrijksche regeering de zaak in de komende Volken bondszitting ter sprake zal brengen. Ook de voorbereiding der Engelsche re geering van de conferentie van Stresa is in vollen gang. Eden heeft zich met Sir John Simon en Mac Donald in verbinding gesteld om een kort vooriooipig rapport van zijn reis naar Moskou, Waschau en Praag uit te brengen. De zitting <an het volledige kabinet vindt Maandag piaats, waarbn Eden rijn officieel rapport zal uitbrengen. In het Lagerhuis zal Simon waarschijnlijk Maandag meedee- len, wie Engeland te Stresa zullen vertegen woordigen. Dinsdag zal hij in het parle ment een verklaring af leggen over het be zoek van Simon en Eden aan de genoemde Europeesche hoofdsteden. Omtrent den waarschijnlijken inhoud van het rapport van Eden weet de Daily Tele graph o.a. te melden, dat de Lord-zegelbe. waarder tijdens zijn rondreis tot de overtui ging is gekomen, dat Europa nog steeds voldoende tijd heeft om den toekomstigen vrede te organiseeren. Het gevaar, dat Europa plotseling in vlam wordt gezet, is geenzins zoo groot als men algemeen heeft wijsgemaakt. De oppositie van Polen kan waarschijnlijk worden overwonnen en ook is het in het geheel nog niet zeker dat Duitschland ten- Hotte zijn huidig standpunt zal blijven hand haven. Eden heeft in geen der landen, die hij sedert het vertrek uit Berlijn heeft bezocht, eenige agressieve militaire bedoeling kunnen vaststellen. Overal wenschte men ernstig de organisatie van den vrede. Engeland kon Europa helpen dit doel te bereiken, dat de grondslag is der Britsche politiek. Voor- waarde daartoe is, dat Engeland zich in de tvekomst even oprecht en vastberaden toont Eden zal verder vermoedelijk op grond van zijn besprekingen verklaren, dat men de keus heeft tusschen verschillende grondslagen waarop het Europeesche veiligheidswerk zal worden gebouwd. Hierdoor wordt de mogelijkheid geschapen rekening ermede te houden dat landen als Polen en Duitschland bezwaar maken tegen het tot nog toe in overweging genomen systeem van weder zijdsche steunverleening. Het is echter niet aanbevelenswaardig deze plannen in bijzonderheden uit te wer ken, voordat zij een duidelijker vorm hebben aangenomen. De voorstellen, die Mussolini te Stresa zal indienen, maken het o.a. noodzakelijk, dat een nauwkeuriger definitie wordt gegeven van artikel 16 van het Volkenbondspact, ter wijl bovendien Europa moet worden gezien als een ondeelbare eenheid. Het gerechtelijk-geneeskundig onderzoek naar den dood van dr. Fabian en mevrouw Wurm, dat aanvankelijk was bepaald op 8 April, is, naar Reuter meldt, na een confe rentie van de ambtenaren van de Special Branch van Scotland Yard uitgesteld tot 10 April Mathilda Wurm was, naar volgens Reuter gemeld wordt, de weduwe van Emanuel Wurm, die na de revolutie onderstaats secretaris was. Zij maakte deel uit van den Rijksdag, maar als Jodin en socialiste meende zij Duitschland te moeten verlaten. De met het onderzoek belaste ambtenaren van Scotlanu Yard zijn van meening, dat de vrouwen bevreesd waren, dat zij naar Duitschland zouden moeten terugkeeren. want haar verblijfsvergunning voor Groot Brittanmë was bijna afgeloopen en het ant woord der autoriteiten op haar verzoek om verlenging nog niet ontvangen. Een vriend van de beide Duitsche vrouwen, die te Bloomsbury dood zijn aangetroffen, heeft medegedeeld!, dat hij in haar woning brieven heeft gevonden waarvan de strek king doet besluiten tot zelfmoord. De plaatsvervanger van Hitier, Rudolf Hess heeft ter gelegenheid van de verkie zing in Danzig een redevoering gehouden, waarin hij o m. zeide: De groote vraag bij deze verkiezingen is voor de Danzigers: „Wilt gij U aanpassen bij het vaderland, bij Duitschland?" Overgaande tot de buitenlandsche politiek maakte spreker zeer duidelijke toespellingen op het vonnis van Kowno, dat volgens hem slechts het gevolg was van het tijdens het vroegere systeem verloren aanzien van Duitschland in de wereld. Toch heeft Duischland zijn middelen niet zoo ter be scherming zijner zonen gebruikt als Frank rijk, Engeland, Italië in een gelijk geval zouden hebben gedaan, daaruit blijkt de vredeswil van Hitier. Duitschland legt zich deze enorme reserve op om den vrede van Europa niet in gevaar te brengen, maar ook in de verwachting, dat de garanten van het recht in dit gebied eindelijk, ook in het be lang van den vrede, hun verplichtingen zul len nakomen. Voortgaande zeide spreker: Kan men het Duitschland kwalijk nemen, dat het met de grootste reserve staat tegenover alle plan nen, waarbij Duitschland internationale ver plichtingen op zich moet nemen, zonder waarborg, dat de deelgenooten hun eigen verplichtingen beter zullen nakomen dan van 1918 tot heden bij de ontwapening? De politieke leiders van het derde rijk zijn er trotsch op, dat het program van het nat. socialisme thans in de daad kan wor den omgezet. Dat is het verschil met de Russische leiders, die hun program, de we reldrevolutie niet kunnen uitvoeren. Maar als zij dit toch willen, kunnen zij moeilijk deelgenooten zijn van verdragen, waarbij Duitschland zich kan aansluiten. De pogingen der Engelsche staatslieden Duitschland en de buitenlandsche pers. (Dag. Overzicht). De aanstaande conferentie te Stresa. (Buitenland). Na de Saar het Memelgebied. (Buitenland). Zware pakhuisbrand te Rotter dam. (Binnenland). Tragisch ongeval te Amsterdam. (Binnenland). Crisis-steunbeschikkingen 1935. (Land- en Tuinbouw). Ernstige dijkdoorbraak nabij Gou da. (Binnenland). Uit het parlementaire leven. (Ar tikelen). (Zie verder eventueel laatste berichten.) een duurzame vredesbasis te scheppen zul len, naar Duitschland hoopt, tot succes lei den, ook al voelt het lichten twijfel over de begeleidende omstandigheden van de reis naar Moskou. Al kunnen wij moeilijk besluiten tot ver dragen met een staat, die de wereldrevolu tie wil, dan maken wij er toch aanspraak op, dat dit berust op bezorgdheid voor de Europeesche cultuur. Want als wij een ver drag sluiten, kan de wereld er op vertrou wen, dat wij het onvoorwaardelijk zullen in acht nemen. Het Duitschland, dat thans verdragen sluit is een Duitschland, dat zijn eer boven alles stelt. In dit verband wees spreker op het verdrag met Polen. Sol dateske mannen hebben de kracht den vrede in de daad om te zetten. Het is nuttiger voor den vrede, te studeeren en van den vrede te spreken dan dagelijks in de wereld pers de gevaren van een dreigenden oorlog te toonen. Duitschland speelt niet met deze gedachte. Spreker besloot met te zeggen, dat de over winning van het nat. socialisme in Danzig een nationale overwinning zou zijn. Uit Hongkong wordt gemeld, dat de op- marsch der communisten in de Zuid-Chinee- sche provincie Kweitsjou voortduurt. De re geeringstroepen, die onder het opperbevel van maarschalk Tsjiang Kai-sjek staan, heb ben Woensdag een ernstige nederlaag ge leden, zij werden tot den terugtocht ge dwongen. Donderdag zijn nieuwe gevechten onf- s'aan, ongeveer 90 K.M. voor Kweijang, dc hoofdstad van de provincie. Gisterochtend waren de communisten nog slechts 25 K.M. van Kweijang verwijderd. De strijd duurt voort. Naar officieel wordt toegegeven, hebben de regeeringstroepen op hun terugtocht meer dan 3000 dood en verloren. Alle buitenlanders te Kweijang hebben aan zegging gekregen, naar de stad Ngansjoen te vertrekken. Nader wordt nog gemeld: De verliezen der regeeringstroepen van wie drieduizend man sneuvelden, werden toe gebracht, toen zij zich over een afstand van dertig mijl terugtrokken. De voorposten van de Communistische troepen bevinden zich thans op slechts zes tien mijl van Kweijang, een stad van 100.000 inwoners. Gisteravond hadden verwoede ge vechten plaats, die vanmorgen opnieuw in zetten. Tsjiang Kaisjek, de opperbevelhebber der regeeringstroepen, heeft persoonlijk de lei ding; hij heeft alle beschikbare manschappen in het veld gebracht, om te trachten den op- marsch van de Communisten te stuiten. Gisteren leek het, alsof het hem gelukt was het „roode" leger tot staan te brengen, na een gevecht dat zes uren duurde, maar blijkbaar heeft hij het onderspit moeten del ven. Het schijnt dat alle zendelingen Kwei jang reeds verlaten hebben In West Texas heeft een met regen en ha gel gepaard gaande wervelstorm te Quema- dotal aanzienlijke schade aangericht. Hon derden huizen zijn verwoest. Een man werd gedood; er zijn een paar honderd gewonden De gebroeders Leo en Willy Sklarek, die zooals men zich zal herinneren tot 4 jaar tuchthuisstraf zijn veroordeeld, welke straf zij thans ondergaan in Brandenburg (Ha- vel), zullen binnenkort zich in een nieuw proces moeten verantwoorden. Het gaaf daarbij om groote belastingontduikingen tot een totaal bedrag van 60.000 R.M. Deze verduisteringen zouden zijn gepleegd met behulp van valsche boekingen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 1