Qemeeatecadm Publicaties feuilleton EVAARLIJK SPEL Het debat. HEILOO DIENSTPLICHT. Inschrijvingsregister en Alphabetisch register. VISSCHERIJWET. van de arbeidersklasse wil, behoort zich evenals Lansink, neer te leggen bij de feiten. Van de communisten verwacht spr., dat zij er niet, evenals in Overschie, met de stemmen van de N.S.B., die het om de chaos te doen js, willeen komen. Spr. geeft toe, dat ook hij fouten heeft gemaakt, waar hij was van oor deel, dat de mensch, die nimmer fouten maakt, nog geboren moet worden. Wij zijn geen partij van ja-broers, maar wij meenen, dat in één beweging de macht van de arbei dersklasse moet worden samengevat. Wie bij de komende raadsverkiezing meent, iets te kunnen doen ter versterking van de arbei dersklasse behoort 19 Juni zijn stem op de Soc. Dem. uit te brengen. Van de gelegenheid tot debat werd ge bruik gemaakt door den communist C. de Jong, die de slechte opkomst toeschreef aan het feit, dat er niet meer de minste interesse is voor de politiek van de S.D.A.P., omdat de arbeiders wel weten, dat die partij te veel water in den wijn heeft gedaan en niet meer is de partij van vóór den oorlog, toen het een eer was, lid van die partij te zijn en het een eer was om zich rood te noemen. In de Sovjet-Unie heerscht inderdaad dic tatuur, maar die wordt uitgeoefend door het proletariaat, dat heeft overwonnen en ervoor waakt, ter bescherming voor de democratie, dat de macht weer komt aan de bourgeoisie. Spreker constateerde, dat de heer Bulens niet schijnt te weten, dat de S. D A. P. 15000 stemmen heeft verloren. Hij kwam op tegen leugenberichten in het Volk, en noemde het een afbraak van de vakorganisatie om Scc Dem. te royeeren, wanneer deze deel nemen aan delegaties naar Rusland. Voorts oordeelde spreker, dat de heer Bulens, die sprak van een te wachten opko mende conjunctuur, geen begrip had ge toond van de crisis, waarin wij ons bevin den. Naar spreker oordeel komt er een fascistische dictatuur of een oorlog, die om slaat in een sociale revolutie. Spreker wekte op tot daadwerkelijk verzet van de arbei dersklasse op de straat, aangezien men langs parlementairen weg niet tot het ge- wenschte resultaat kan komen. 1 i Vs milliard bevindt zich nog in handen van 2 der bevolking. De communisten willen daarom, dat de regeering door een heffing ineens het benoodigde geld haalt, waar het zit. De communisten hebben mee gedaan aan het indienen van een lijst, maar het kan hun niet schelen, wie er voor de arbeiders in den raad zit, als er maar voor de arbeiders wordt gestreden. Wij zijn, al dus spreker, bereid, onzen kiezers aan te raden, op de Soc. Dem. lijst te stemmen op voorwaarden, dat wij de schriftelijke verkla ring ontvangen, dat er voortaan door de afgevaardigden van de Soc. Dem. in den Raad voor de arbeidersklasse gestreden zal worden, dat er voor geen enkele loon- of steunverlaging gestemd zal worden; dat er een kractige actie ontketend zal worden te gen de fascistische terreur en dat men mee wil strijden voor de erkenning van de Sov jet-Unie. De heer B o n s e m a constateerde, op grond van het gevoerde debat, dat de Soc. Dem. in den Raad goed werk hebben gedaan, want de debater had niets tegen dat werk, daar verricht, ingebracht. Spreker wijst erop, dat in het parlement de Soc. Dem. ook reeds hebben gesproken voor de erken ning van Rusland en hij was van oordeel dat men daarvoor in den Alkmaarschen Raad niets kan doen. Reeds vóór 10 jaar streden de Soc. Dem. voor 'n heffing ineens, zoodat de communis ten in dat opzicht geen nieuws vertellen. De voorwaarden, die de heer De Jong 'stelde, noemde spreker een beleediging voor de Partij, die altijd voor de arbeidersklasse heeft gestreden en wij, aldus spreker, den ken er niet aan om zoo een eenheid te ver krijgen. De heer Bulens noemde in zijn beant woording aan den heer De Jong, de ver brokkeling in de vakbeweging, het werk van de Communisten. Aan de hand van bekende citaten van Lenin en Carl Radeck betoogde spreker, dat de Communisten met hun één heidsfront beoogen, de Soc. Dem. Partij dood te drukken en spreker was van oordeel dat de Communisten moesten begrijpen, dat de Soc. Dem. daarvoor passen. Nadat de heer De Jong had gerepliceerd, welke repliek door den heer Bulens werd beantwoord, sloot de voorzitter de vergade ring De Woensdagavond gehouden raadsverga dering werd niet bijgewoond door den heer Schuyt (met kennisgeving van herhindering). Ingekomen waren eenige beschikkingen van Ged. Staten1, waarbij raadsbesluiten tot verkoop van grond waren goedgekeurd. Laden en lossen aan de losplaats dezer gemeente. Naar aanleiding van een adres van de Afd. Heiloo van den centralen bond van transportarbeiders inzake laden en lossen aan de losplaats der gemeente, waarvoor adressante uitsluitend aan Heiloosche arbei ders het recht zou willen zien toegekend, deelden B. en W. den raad mee: Wij zouden het niet in het belang van het te maken gebruik van de los- en laadplaats achten, wanneer een monopolie voor een groep arbeiders ten opzichte van het verrich ten van voorkomende werkzaamheden zou worden geschapen. De personen, die zich in de toekomst met die werkzaamheden willen belasten, dienen er voor te zorgen paraat te zijn en te kunnen concurreeren. Het behoeft geen betoog, dat wij, indien wij daarvoor in de gelegenheid zijn, gaarne langs anderen dan dwingenden weg zullen bevorderen, dat bij voorkeur arbeiders uit deze gemeente met bedoelde werkzaamheden worden belast, daarbij de keuze van arbeiders uit Heiloo geheel latende aan den werk gever. B. en W. stelden voor aan adressant in dezen zin te berichten. De v o o r z i 11 e r, dit adres besprekend, verwees naar de ervaring, die de gemeente het vorige jaar heeft opgedaan bij het los sen van steenen, toen er oneenigheid ontstond over de vraag of „vreemde" arbeiders daar aan mochten meedoen. De heer Greeuw kon zich wel vereeni- gingen met het advies, de gemeente moet zich niet met de los-kwestie bemoeien. De transportarbeiders uit Heiloo en omliggende gemeenten hebben die zaak onderling te regelen. Na eenige besprekingen tusschen den voor zitter en den heer Greeuw werd het voorstel van B. en W. goedgekeurd. Cursus voor arbeiders. Op een adres van de afd. Heiloo van den r.k. Volksbond, om een bijdrage in de kosten voor een ontwikkelingscursus voor arbeiders antwoordden B. en W., na nadere inlichtin gen te hebben ingewonnen, dat een derge lijke cursus zeer zeker van belang is te ach ten. De deelname uit de gemeenten vonden B. en W. zoodanig, dat een bijdrage hun ge rechtvaardigd scheen. Derhalve stelden zij voor 35 toe te staan voor het jaar 1935, hoewel aanvragen als deze bij de begrooting moesten worden behandeld. Goedgekeurd. Nog geen aanleg van gas in de Groenelaan. De directeur der lichtbedrijven te Alk maar deelde mede, dat bij hem het verzoek is ingekomen om vier woonhuizen aan de Groe nelaan aan het gasbuizennet aan te sluiten Voor den aanleg van de daarvoor noodig leiding wordt een garantie gevraagd voor een jaarafname van 840 M3. gas. Bij een ingesteld onderzoek bleek, dat nog maar één woning aan dien weg bewoond is; de bewoner wenscht gas te gaan gebruiken. B. en W. stelden voor, het verzoek voorloopig aan te houden, totdat blijkt dat meerdere bewoners gas willen gaan gebrui ken. Goedgekeurd. Geen verruiming van verkoop gelegenheid. Devoorzitter herinnerde aan de be handeling in de vorige vergadering, van een verzoek van P. Wortel e.a. om verruiming van verkoopgelegenheid, waarbij besloten was het in handen te stellen om advies van de middenstandsvereenigingen ter plaatse. Deze adviezen waren nu binnengekomen. De „Hanze" wenschte, indien een verruiming wordt toegestaan, deze te doen gelden voor de heele gemeente; de andere middenstands organisatie meende, dat het verzoek van adressanten niet moest worden ingewilligd B. en W. adviseerden nu in dezen zin en wilden het verzoek afwijzen. De heer K o s t e 1 ij k merkte op, dat de middenstandsvereenigingen geen positief antwoord gaven. Hij ging hierop uitvoerig in en wees hierbij nog op een z.i. gebleken noOd- zakelijkheid tot het toelaten van den verkoop van wat hij noemde luxe-gebak. De voorzitter meende, dat, waar Heiloo steeds meer een plaats wordt voor het vreemdelingenverkeer (ook en vooral door den Zeeweg), toegejuicht zou moeten worden als het uur voor openstelling der winkels later gesteld kon worden. Het advies van B. en W. was door spr. gesteund, omdat nu een maal den middenstanders om hun meening was gevraagd en deze in afwijzenden zin was gebleken. De heer Keesman zou met het oog op het vreemdelingenverkeer wel een langere openstelling wenschen. De s e c r e t a r i s deelde mede, hoe de openstelling op Zondag thans geregeld is. De heer Barnhoorn wilde niet over het hoofd zien, dat de Hanze mededeelde de verruiming, thans toegestaan, liever niet te willen. Spr. ontkende daarom de juistheid van de opmerking van den heer Kostelijk, z.i. was wel degelijk een positief advies gegeven. Het advies van B. en W. werd ten slotte goedgekeurd. Jaarwedde gemeente-opzichter. De voorzitter stelde weder aan de orde de behandeling van het voorstel uit de vorige vergadering om het salaris van den gemeente-opzichter te bepalen op 2400 plus vier 2-jaarlijksche verhoogingen van 100, over welk voorstel toen de stemmen hadden gestaakt. Er werden nu geen discussies over ge voerd. Direct tot stemming overgaande, bleek, dat de heeren Kostelijk, Vahl, Dekker, Opdam en de Jager er t e g e n en de heeren Barnhoorn, Franken, Maas Geesteranus, Greeuw en Keesman er vóór waren. De stemmen staakten dus opnieuw, waardoor het voorstel was verworpen. Devoorzitter stelde hierop aan de orde het andere voorÊtel, in de vorige verga dering gedaan, n.1. de jaarwedde vast te stellen op 2400 zonder verhoogingen. Dit voorstel werd door spr. verdedigd. De heer K o s t e 1 ij k vond in deze ver dediging door den voorzitter vrijheid om ook weer een bespreking te voeren over het voor stel, dat door hem werd bestreden. Hij wees op een door den raad vastgesteld salaris voor een anderen ambtenaar (hij bedoelde den administrateur van het G.E.B.), dat in verhouding tot het ntl voorgestelde te laag was. Zou de raad met het voorstel accoord gaan, dan zou de co^sekwentie van verhoo ging van dat andere* salaris moeten worden aanvaard. .t De v o o r z M fcfl r betreurde ook het raadsbesluit, genomen tegen zijn zin, tot vaststelling van het óók z.i. te lage salaris van bedoelden ambtenaar. Het verheugde spr., dat de raad onlangs dat salaris had verhoogd. Bij stemming werd het voorstel aangeno men met de heeren Barnhoorn, Greeuw, Keesman, Maas Geeesteranus, Franken en Opdam er v r. De heeren de Jager, Kos telijk, Dekker en Vahl waren er tegen. Wijziging begrooting. Goedgekeurd werd een voorstel van B. en W. om op advies van Ged. Staten eenige wij zigingen te brengen in de begrooting 1935 en vast te stellen, een suppletoire begrooting voor 1934. Deze wijzigingen brengen eenige veranderingen in het saldo voor onvoorziene uitgaven. Verkoop bouwterrein. De aannemers C. Feijen en Jb. Kaandorp, beiden te Heiloo, vroegen te mogen koopen elk een perceel bouwterrein van 36 M breedte, aan den Zeeweg, resp. naast en tegenover het perceel van den heer Ursem Op elk der beide bedoelde perceelen zullen twee dubbele woonhuizen worden gebouwd. De koopprijs van den grond zal 2 per vier kanten meter bedragen. Bovendien had de heer J. Glas terrein ge vraagd voor zes woningen. De heer Greeuw verwees naar bespre kingen in comité-vergadering, waarbij de wenscheliikheid van ruime bebouwing was uitgesproken. Spr. wenschte een beslissing van den raad daarover. De heer Opdam betoogde, dat de ge meente het in eigen hand heeft om naast elk bebouwd perceel al dan niet open terrein te houden. De heer Vahl vreesde, dat dergelijk open terrein niet netjes zal blijven. De heer K o s t e 1 ij k verdedigde ruime bebouwing. De heer Greeuw achtte het wenschelijk een besluit te nemen in dien zin; dan heeft men niet te vreezen wat de heer Vahl ver wacht van 's heeren Opdam's advies. De heer Opdam geloofde, dat de ge meente, als zij bepaalt hoeveel bosch zij tus schen de bouwterreinen wil houden, dit ook wel netjes zal onderhouden, wat hij niet van alle toekomstige eigenaren verwachtte. De heer Barnhoorn voelde wel voor het idee-Opdam. Bij doorvoering daarvan zal het pas aangelegde bosch allicht beter bewaard blijven. Devoorzitter vond ruime bebouwing wenschelijk, omdat de woningen dan als het ware in het bosch zullen staan. Ook tus schen de perceelen, die de heer Glas wenscht te bebouwen, zou spr. nog graag ruimte zien voor bosch. De heer Keesman stelde voor te be sluiten, dat bepaald wordt, dat de bouwter reinen zullen zijn 1 op 1% Meter of meer, d.w.z. dat men minstens anderhalven meter grond moet koopen voor eiken meter dien men denkt te bebouwen. De heeren Vahl en Kost el ijk steunden dit voorstel. Weth. Opdam noemde dit plan gevaar lijk; bij spr.'s idee zou voor iedere beurs ter rein beschikbaar zijn. De heer K o s t e 1 ij k vond het niet wen schelijk, dat de gemeente tusschen de ver schillende bouwterreinen perceelen bosch zal bezitten. De voorzitter constateerde, dat het bouwplan van den heer Glas in overeen stemming is met het voorstel-Keesman. Spr. adviseerde, thans alleen de aanvraag van genoemden bouwer goed te keuren, dan is men nog niet gebonden. Het voorstel-Keesman werd hierna ver worpen met 6 tegen 4 stemmen. Tegen waren de heeren Barnhoorn, Maas Geestera nus, Dekker, Franken, Opdam en de Jager; vóór de heeren Greeuw, Keesman, Kostelijk en Vahl. De heer Kostelijk stelde nu voor te doen bouwen 1 1 of meer. De heer Vahl steunde dit. Dr. Barnhoorn vreesde hiervan een regelmatige bebouwing, die door niemand gewenscht wordt. De voorzitter zou het betreuren, als er een lintbebouwing zou ontstaan. Dr. Barnhoorn drong aan op een principieele uitspraak of de raad een be paalde wijze van bebouwing wenscht. Dit voorstel werd in stemming gebracht, waarbij bleek, dat zes leden tegen een der gelijk voorschrift waren en vier dit wèl wenschten. Tegen waren de heeren Maas Geesteranus, Opdam, Barnhoorn, Franken, de Jager en Dekkervóór de heeren Greeuw, Keesman, Vahl en Kostelijk. Zeer uitvoerig werd nog over de bebou wingsplannen gesproken en verschillende wenschen werden te kennen gegeven. Ten slotte werden de ingediende aanvra gen om bouwterrein goedgekeurd, het plan- Glas (3 terreinen van elk 30 M. voor den bouw van drie dubbele woonhuizen, voor 1.80 per vierkanten meter) met algemeene stemmen en de beide andere plannen met 6 tegen 4 stemmen. Vóór deze waren de hee ren Barnhoorn, Maas Geesteranus, Dekker, Franken, Opdam en de Jager; tegen stem den de heeren Keesman, Greeuw, Kostelijk en Vahl. Tevens werd ingewilligd een aanvraag van den heer Hartland tot verkoop van bouwterrein aan den Westerweg. Verkoop van een huis. De voorzitter deelde mede, dat er voor het perceel (groot 7 A. 50 c.A,), waarin majoor Steen woonde, een bod voor onder- handschen koop was ingekomen van 3500, hetwelk door B. en W. zóó gunstig werd ge vonden, dat zij adviseerden tot aanvaarding daarvan onder intrekking van het besluit der vorige vergadering tot publieken verkoop. Werd goedgevonden. Verbetering Kerklaan en Wester weg. De heer K o s t e 1 ij k had in een schrijven aan B. en W. herinnerd aan een belofte van B. en W. inzake verbetering van de Kerk laan, waarvoor hij een plan nu graag had zien aangeboden. De voorzitter antwoordde dat B. en W. van plan zijn de Kerklaan goed onder handen te nemen; een voorstel met begroo ting zal in de volgende vergadering aan de orde worden gesteld. De heer K o s t e 1 ij k betoogde de noodza kelijkheid om een werk als het bedoelde in den zomer uit te voeren. Het groote aantal werkloozen noopt tot het spoedig indienen der plannen. Ook aan den Westerweg valt nog veel te verbeteren, waarvoor naar spre kers meening ook spoedig de plannen moeten worden klaargemaakt, om te voorkomen, dat er na niet te langen tijd geen werkobjec- ten meer zijn ter tegemoetkoming in den nood der werkloozen, die men dan steungel den zou moeten geven, waardoor de belastin gen zouden moeten worden opgevoerd. Overigens zag spr. met belangstelling de plannen van B. en W. tegemoet. De heer Keesman verwees naar een door hem ingediend voorstel, om voort te gaan met de verbetering van den Westerweg, onafhankelijk van de medewerking van alle belanghebbenden. De voorzitter betoogde, dat een wijs beleid toch vraagt om een begrooting vol gens verschillende wijzen van beharding. Spr. was er tegen om zonder deze gegevens thans principieel te besluiten zooals de heer Keesman wilde. De heer Keesman zei nader, dat hij bedoelde een principieel besluit om tot ver breeding en verbetering over te gaan en de voorbereidende stappen daartoe te nemen, opdat b.v. over een maand met de uitvoering zou kunnen worden begonnen. De voorzitter beloofde, dat de meeste spoed zal worden betracht met het maken van begrootingen volgens verschillende wij zen van beharding. In de volgende vergade ring hoopte spr. de plannen in bespreking te kunnen brengen. Hierna sluiting der openbare vergadering. Het inschrijvingsregister voor de lich-. ting 1936 met het daaruit opgemaakt alphabetisch register ligt gedurende tien dagen en wel van 3 tot en met 12 JUNI a.s. ter gemeente-secretarie, af- deeling Militaire Zaken, voor een ieder ter inzage. Tegen deze registers kan binnen dien tijd bij een met redenen omkleed ver zoekschrift bezwaar worden ingebracht. Het bezwaarschrift moot bij den Burge meester, ter secretarie dezer gemeente worden ingediend. Het behoeft niet ge zegeld te zijn. Alkmaar, 31 Mei 1935. De Burgemeester van Alkmaar, F. H. VAN KINSCHOT. Ter gemeente-secretarie zijn verkrijg baar formulieren voor het aanvragen van vischakten. De prijzen der akten bedragen voor de groote 7 50, de kleine 1.en voor de hengelakten 0.50. Bij inlevering der aanvraagformulieren moeten de ver schuldigde kosten meteen worden vol daan. Met het oog op het op 1 Juli a.s. aan vangende vischjaar, behooren de aan vragen zooveel mogelijk vóór 20 Juni a.s. to worden gedaan. Alkmaar, 31 Mei 1935. De Burgemeester van Alkmaar, F. H. VAN KINSCHOT. UITSLAG VEILING gehouden bij opbod te Alkmaar, op Dinsdag 28 Mei 1935, ten overstaan van den notaris M. C. Roos, van de volgende huizen en er ven te Alkmaar, als: 1. Winkel- en woonhuis, waarin zadelmakerij, met erf, op Torenburg no. 5, groot 98 c.A. 5825 2. Huis en erf, aan de Bloem- straat no. 28, groot 42 c.A. 410 3. Opslagplaats met erf en steeg, aan het Groot Nieuwland, groot 162 c.A. 770 4. Huis en erf, aan het Kweeren- pad no. 4, groot 65 c.A. 49# 5. Huis en erf aan de Forestus- straat no. 35, groot 98 c.A. 2300 6. Huis en erf, a.h. Ropjeskuil no. 22, groot 43 c.A. met aandeel in een steeg 1000 7. Winkel en woonhuis met erf, aan de Korte Nieuwesloot no. 5, groot 37 c.A. 1900 De afslag en combinatiën blijven bepaald op Dinsdag 4 Juni 1935, des avonds 7 uur, in het café „Central" aan het Hofplein. Uit het Engelsch van PAUL TRENT door ADA VAN ARKEL 45) „Tot mijn nadeel", zei hij met een uitbar sting van bitterheid en zweeg toen. „Wie komt er nog meer? Zeker niet mijn heer Furber?" „Neen", antwoordde hij, „maar ik moet je heusch vragen om heen te gaan. Ik wil niet graag onbeleefd schijnen, maar „Je bent onbeleefd", antwoordde zij en keek vlug om, toen de deur open ging. „Goeden morgen, mijnheer Hallam". Sylvester gaf haar de hand „Een onverwacht genoegen", zei hij be leefd en Hallam keek bezorgd naar Valda of zij iets vreemds in de stem zou op mer ken, doch schijnbaar had ze niet de minste argwaan. „Guy wil me niet hier laten blijven lun chen. Ik ken den baron en ik zal heusch niet in den weg zijn. Ik zal weggaan zoodra u het me zegt". „Laat haar maar blijven", zei Sylvester dadelijk. „Dank u, mijnheer Hallam", zei Valda vrool ijk. Guy was zeer verbaasd en op het punt te protesteeren, maar liet dit na op een teeken van Sylvester, en verliet de kamer om te zeggen, dat er nog een onverwachte gast bij gekomen was. „U is heel vriendelijk voor mijn zoon en hij heeft nu juist vrienden noodig. Moogt u Guy graag lijden?" „Heel graag", antwoordde ze oprecht. Sylvester zat met zijn rug naar het licht en voelde zich vrij zeker beschermd tegen ontdekking. Valda had hem slechts een paar minuten ontmoet vroeger en toch was er iets in de uitdrukking van haar oogen, dat hem niet beviel. Het leek wel of ze nem uitlachten. HOOFDSTUK XXVI Furber had zijn best gedaan Stella te bewegen in de stad te blijven, doch te ver geefs. Mevrouw Cameron had hem ont moet bij zijn terugkeer in het Langham ho tel en had hem gevraagd naar zijn inkomen. Hij had geantwoord, dat hij er warmpjes in zat en zeer goed in staat was een vrouw te onderhouden. Toen ze aandrong op een meer duidelijke opgave van zijn inkomen, had hij ontwijkende antwoorden gegeven en ofschoon het nog geen publiek engegament was op het oogenblik, was hij toch geaccep teerd als een ernstige candidaat voor Stel- la's hand en bij zijn vertrek had Furber zijn plan te kennen gegeven om over 'n paar da gen naar Weyport te komen. Den volgenden morgen bezocht hij den baron en werd tamelijk koel ontvangen. „Je hebt zeker geld noodig?," „Ja" antwoordde Furber. „De prins is hier. Ik geloof, dat ik u maar met hem zal laten onderhandelen". „Is dat noodzakelijk?" „Hij wenscht u te spreken", antwoordde de baron en verliet de kamer. Eenige minuten later kwam de prins bin nen en knikte koel tegen Furber. Zij hadden elkander een paar keer ontmoet, doch tel kens zeer Jcort. „Ik feliciteer u, dat u dat draadlooze rap port heeft bemachtigd. U heeft goed werk voor ons gedaan". Furber boog en bleef zwijgen. Hij was bang voor deze ernstige aristocraat met de scherpe, eerlijke oogen en voelde zich niet op zijn gemak. De prins ging zitten, stak een sigaar aan en begon toen vragen te stellen. Ze betroffen alle één onderwerp, de gesteldheid van de Britsche vloot in ge val van oorlog. Furber kon geen afdoende inlichtingen verschaffen en toen hem naar zijn meening gevraagd werd, kwam die vrijwel overeen met hetgeen Hallam gezegd hdd „Komt er oorlog?" had Furber den moed te vragen. „Dat ligt in den schoot der goden. Maar laten we eens aannemen dat er oorlog komt. Welke rol zult u daar dan in spelen?" „Ik zal de bevelen gehoorzamen". „Wiens bevelen?" vroeg de prins scherp „Behoeft u dat nog te vragen? Ik heb ge noeg bewezen, waar mijn toewijding ligt. Mijn vader heeft me gedwongen bij de Engelsche marine te gaan met één doel, en ik ben bereid dat doel na te streven. „Ook ten koste van u zelf?" „Ten koste van alles", zei Furber beslist. „Ik geloof, dat u te vertrouwen bent. Als er oorlog komt, heeft de baron misschien Engeland al verlaten. Het zal dan noodig zijn om een middel van contact te vinden. Kent u iemand, die u volkomen vertrouwen kunt?" „Valda Glyn". „Ik heb haar moeder gekend, zij was voor ons van onschatbare waarde. Ik heb het jonge meisje nog nooit ontmoet. Is ze ge schikt?" „Volkomen". „En te vertrouwen?" „Ja. Dat geloof ik wel, maar ze is verliefd en liefde kan soms raar met een vrouw om springen". „Wie is de gelukkige?" „Een vroegere collega van me, luitenant Hallam". „Dat doet me plezier. Ik moet die jonge dame eens ontmoeten en zelf oordeelen. De baron heeft me gezegd, dat u op een van de nieuwe onderzeeërs is benoemd". „Dat heb ik vanmorgen op de admirali teit gehoord. Het schip is pas over eenige weken klaar en ik ga met de revue op een slagschip". „Op welk schip?" „Een oud slagschip, de Euphrates". „Dat is jammer. Ik zou liever hebben ge wild, dat u op uw oude schip de „Drietand" was gebleven. Het is voor één man wel mo gelijk om een schip te vernietigen, is het niet?" „U bedoelt of ik het schip kan laten zin ken terwijl ik er op dien? Het is mogelijk, maar ik zou waarschijnlijk met het schip naar den kelder gaan". „Dat zou zeer jammer zijn, maar mis schien zoudt u het op een andere manier kunnen regelen. Het zou ons zeer spijten als we uw diensten zouden moeten missen", zei de mins beleefd. „Ik kan levend zeker van meer nut zijn", zei Furber droog. „In geval van oorlog zou ik u op de hoogte moeten kunnen houden van de bewegingen van de Engelsche schepen. Ik kan het wel zoo schikken, dat ik met juf frouw Olyn in contact blijf. De baron moet met haar afspreken, dat zij de boodschappen aan hem stuurt". „Hij zal waarschijnlijk zijn hoofdkwartier in Rotterdam opslaan. U doet beter juffrouw •Glyn spoedig te spreken en een definitief plan te maken". „Dus de oorlog staat voor de deur?" „Dat hangt van Engeland af. Wij willen den oorlog wel vermijden, in ieder geval totdat we met Frankrijk en Rusland hebben afgerekend". „Engeland zal met Frankrijk méégaan, daar twijfel ik niet aan", zei Furber beslist. „Zoo denkt onze gezant, dien ik gisteren sprak, er niet over. Heeft u geld noodig?" „Ja" „Praat er dan met deti baron over als u weggaat. Goeden morgen". (Wo-d

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 9